<5
'J,
Ne
He
Harde paal in de bagage
Gekroondmet het gouden haakje
op de muts, bewondert deze
visserman zijn baarzen
<D
Tussen de eilanden in de Clew Bay
bij Westport.
<D
Een kleine haai komt aan boord.
De vangst van een namiddagje met de
mei-vlieg
Rijk zijn de Ierse stromen met forel
en zalm.
<5>
De extra grote vangsten komen altijd
wel even op de plaat.
Boven: zwervend latigs 's heren we
gen in de tinker-car ook een
manier om te relaxen.
<D
e douane op Schiphol kent ze al
- de gebruinde mannen die terugkeren van
een visvakantie in Ierland. „Nog iets aan te
geven?'' Hier en daar glipt een fles whiskey
of een slof sigaretten door de mazen, maar
het zijn niet de belangrijkste herinneringen.
Onderin de koffers of tassen ligt meestal het
mooiste geschenk dat Ierland de sportvis
ser op de terugreis kan meegeven: een beer
van een zalm, keihard ingevroren in het ho
tel. Zo'n vis moet mee - niet alleen omdat
z'n vlees een even kostelijke als kostbare
delicatesse is gekookt, geroosterd of ge
rookt maar vooral om de herinnering aan
het gevecht met deze vis zo lang mogelijk
tastbaar te bewaren.
Dat doen de leren zelf ook. Geen hotelle
tje, café, of kroegje of er staat ergens wel
een opgezette vis achter het glas van een
vitrine. Alleen in Westport telden we er tien
tallen: monsters van snoeken, forellen en
baarzen, twintig-, dertig- en veertigponders
met in gulden letters gekalligrafeerd de
naam van de sportvisser, zijn ghilly (de
gids) en soms die van de bootsman. De ge
weldige vissen dragen het aas nog aan de
lip een minuscuul vliegje, ee nsnippertje
of een kunstaasje.
Iedere sportvisser verlangt naar
de knaap zijner dromen naar het gevecht
met de vis in de beste conditie, die in ge
zond water wacht om geoogst te worden.
Hengelsport in Ierland is inderdaad oogsten
van wat de natuur gezaaid heeft - in over
vloed.
Brian Ruddy de vooruitstrevende eigenaar
van Clew Bay Hotel heeft zijn diepvrieskast
gereed staan voor zijn gasten en het doet
hem deugd, als in de bagage zo'n harde
paal van een zalm meegaat. Zijn zalmen
bij ontbijt, lunch en diner geven de sportvis
ser het voorproefje.
De Hollanders mag hij graag. Hij krijgt
ze elk jaar méér, de mannen die belust zijn
op de strijd met wat de kampioenen van
Westport noemen: „the biggest fighter in the
world, the salmon". De werkelijkheid van 'n
tot berstens toe gespannen nylon aan de
zwiepende boog ligt in Ierland. Op Schiphol
kan men ze zien instappen - enkelingen en
groepjes, met oliejas, laarzen, werphengels en
als ze goed zijn voorgelicht door hun reisbu
reau, met extra snoeren van veertig, vijftig
en zestig-honderdste. Zij beginnen de reis in
volle verwachting en als ze dan ook een paar
uur later aan de grote en kleine meren, be
ken, baaien en kreken zijn gearriveerd
de rijkste visgronden van Europa willen
ze er meteen op af.
'a, men kent ze al in Westport,
de op vis beluste Hollanders die afspraken
willen maken voor 's morgens zes uur. Mis
schien is het „take it easy" van de leren
hun eerste desillusie. Ie het uiterste west
puntje van Europa komt de zon. pas laat op,
slapen de gidsen lang uit, zijn de viswinkel-
tjes nog dicht en serveert Brian Ruddy een
laat ontbijt. Westport ademt rust en nie
mand laat zich opjagen. Vissen is er niet zo
maar een stekkie zoeken, gaan zitten en
wachten. Vissen in Ierland is jagen en de ja
ger moet worden voorbereid op het dier, dat
hij misschien nog nooit heeft gezien.
Daarom gaan er op de eerste vistochten
steeds ghilly's mee oude rotten in het vak
die de streek kennen omdat ze er zelf al
veertig, vijftig of zestig jaar rondzwierven.
De ghilly is gezoogd aan de boorden van het
water. Hij kent geen ander leven dan dat
dicht bij het hart van de natuur, die hij re
specteert, bijna adoreert. Verlaat u dus op 'n
visjacht in Ierland op de ghilly. Hij zal de
sportvisser iets meegeven dat veel belang
rijker is dan een net vol vis, namelijk het
rustige overleg de meditatie, die misschien
eerst even irriteert, maar waarvoor men
hem later dankbaar is.
didney Costello Is één van de
ghilly's van Westport een praatgrage gids
als hij na de vangst even meewipt in de bar
voor een Iers hartversterkertje. Maar zodra
staat deze Sidney aan de waterkant, of hij
verstilt en observeert de omgeving als een
biddende havik. Als hij z'n hoofd schudt, be
tekent dat verder gaan, zwervend langs de
steenachtige, soms sappige oevers van het
ruige land met zijn talloze geheimen onder
het blauwe, groene, hier en daar bijna
zwartkijkend wateroppervlak Hij is een van
die kristalzuivere jagersmannen, waar West
port vol van zit. Zijn verhalen over zalmen
en forellen zijn romans, zijn adviezen aan
de waterkant voor de adspirant-zalmvisser
zijn colleges van grootmeesters op water-
jacht.
Wie naar Westport komt, zal hem vast
ontmoeten - of die andere hoogbejaarde
ghilly Pat MacNeele, nog zo'n spoorzoeker,
of een andere Mac of O'-zus-of-zo. Wie in
Westport alleen al op de geveltjes van de
kleine, knusse winkeltjes rondkijkt, ziet bij
na niets anders dan McGreals, McDonnels,
McCraghs of O'Sullivans, O'Cunnens
O'Brians. Dat zijn de zonen van Greal,
Donnel en Cragh en hen die aan de Sulli-
vans, de Cunnens en de Brians zijn gelieerd
(O' is familie van
De sportvisser Is binnen een dag in West
port één van allen. Maar nogmaals: hij moet
de tijd hebben en niet denken dat hij zijn
kostbare uren verleutert met vispraat. Dat
is de basis voor een goede dag en voor een
goede vangst.
leem Hewetson - een 82-jarige
visserman. Bij hem gaan vrijwel alle sport
vissers te rade voor de completering van
hun uitrusting. Hij heeft een winkeltje, piep
klein en volgepropt met hengels, snoeren,
kunstvliegen, spinners, landingshaken en mo
lens. 's Morgens om tien uur gaat zijn spul-
lenzaakje Open en wie verstandig is, vraagt
hem eerst: „What about fish today
Hewetson is een groot kampioen. Drieënze
ventig jaar zwierf hij op en langs de meren
en rivieren („sorry", onderbreekt hij... „73
jaar met 'n korte onderbreking toen ik tijdens
de eerste wereldoorlog in Frankrijk diende")
Hewetson is plaatselijk kampioen, Iers
kampioen en wereldkampioen - een van de
legendarische figuren uit de wereld der
sportvissers, die honderden zalmen ving,
duizenden kanjers van snoeken, forellen, bo
ten vol haaien, roggen en tarbots, waarvan
er nog verscheidene op de recordlijsten staan
van de Ierse en internationale sportvissers
bonden. Hewetson is het encyclopedisch ge
heugen van de sportvisserij. Hij kent - al
gaat men ook dertig of veertig jaar terug -
de maten en gewichten van record-vissen en
zelfs de plaatsen waar ze gevangen zijn. De
ze kleine man met het sprekende uiterlijk van
de oud-president der V.S., Harry Truman,
geeft de bezoeker in zijn winkeltje de heer
lijke „warming-up", die de sportvisser nodig
heeft. Zijn denken, peinzen en mediteren over
wat de dag kan brengen; zijn adviezen over
snoerdikte, kunstvlieg of spinner (hij zweert
bij de „stuky" - een spinnertje, afgezet met
parelmoer) is een indringend college, gratis
voor niets aan de toonbank van de hoge
school der sportvissers.
Ja. dan is het bijkans tegen de
middag als het nylon voor de eerste maal
over de rivieren flitst of de werphengel bul
ten het langzaam varend bootje op het meer
wacht op de eerste aanslag. Dat kan een
heel felle aanslag zijn - aan gene zijde van
het nylon. De grote snoek en de zalm bie
den een enorme weerstand, zij vechten pond
voor pond en als men weet dat men in West
port eerst spreekt over een flinke als zij de
dertig pond halen, dan ligt het voor de hand
dat er wel even gevochten moet worden.
De landing van de vis is een procedure
apart. Men kan het schepnet thuis laten. De
kanjers worden in Ierland met de haak bin
nenboord of op de kant gehaald, of - om het
dier niet te beschadigen - met een koperen
strik binnen gehaald. Na het gevecht in het
water is dat een sensatie apart, waarbij de
ghilly, zonder enige uiterlijke opwinding, de
sportvisser van overzee de fijne kneepjes
van de finishing touch doceert.
Na de eerste dagen met de ghilly kan de
sportvisser - zo hij wil zijn eigen stekje
zoeken. Met de zeevisserij is dat anders. Op
zee fungeert de bootsman als gids. De vang
sten zijn daar minder afhankelijk van de
weersgesteldheid. De boot vaart uit, de
bootsman bepaalt zijn plekje tussen de eilan
den in de Clew Bay of buitengaats in de At
lantische Oceaan en dan zijn de vangsten ge
garandeerd.
Tommy Brennan, de directeur van het
postkantoor van Westport, heeft al twaalf
jaar lang met sportvissers een weddenschap
lopen: geen vangsten op zee, geld terug...
maar nog altijd, elke dag weer komen de
boten met de sportvissers uit zee terug mét
vis haaien, roggen en andere zeevis
in hoeveelheden en formaten waarvan de
zeevisser van West-Europa voordat hij in
Ierland geweest is, alleen maar kan dromen.
Tommy verloor in twaalf jaar nog niet één
weddenschap!
Wel heeft hij ze uit de boten zien strompe
len - doodmoe van opwinding en de krachts
inspanning bij het binnenhalen van de buit.
De volgende dag zaten ze met spierpijn in
het hotel .v. Kijk, zó vissen doe je niet over-
èl in Europa.
Eenmaal per jaar ontmoeten de kampioe
nen elkaar op een sportvissersdiner in Du
blin leren, Noren, Denen, Zweden, Fran
sen en niet zelden zijn daar ook de Hollan
ders. Wie in Ierland namelijk een vis vangt
boven een bepaald gewicht (het behoeft geen
recordbreker te zijn) krijgt een zetel aan de
dis der kampioenen!
Bet hoogseizoen is nu begonnen.
Ierland is „in" bij sportvissers, golfers,
ruiters, jagers en zwervers met de huifkar,
die naar het voorbeeld der Ierse zigeuners,
de „tinkers", de bedwelming van de vrijheid
in een zuiver natuurlandschap willen onder
gaan. In het op toerisme ingestelde West-
Europa is dit genieten allemaal business
geworden. Ierland ként dat nog niet. Men
speelt er een hele dag golf voor een rijks
daalder of vangt er een boot vol vis voor de
prijs die wij betalen voor een zootje bot of
schol van de Wadden.
't Is de moeite waard dit voorjaar, deze
zomer of het najaar eens over Ierland na te
denken. De heer H. O. v. d. Kooi, Vismarkt
30 in Groningen, die wij in ons vorige arti
kel over Ierland reeds aan onze lezers voor
stelden, geeft alle gewenste inlichtingen.