Met steeds vaker man en kinderen die vrij hebben
over de vloer, is een voor de hand liggende wens:
STUDIE MAKEN VAN
TAAKVERDELING
Alle hens aan dek
en
Wed
TARVO
TARVO
Slechts 53% van baby's
heeft eigen slaapkamer
Extra jarig
met Bambus
FLEXI PUP
SCHRIK NIET
MANNEN...,
DEZE KANT
ZAL HET
UIT MOETEN!
Tweemaal zij en
tweemaal hij
morgen nemen»,
zelf proeven!
Kookboeken voor
de jeugd
Verband caries en
suikergebruik
minder duidelijk
3 3 v/S
altijd n verfrissende
verrassing, e
Afwerken zonder
naald en draad
MENTALITEIT
KOFFIE DRINKEN
ONBEHAGEN
Moutbrood
TEGEN SI'ELE I
RS
MINDER ARBEID
BUITENSHUIS
MANS Vlieild
Vit enquête onder 1200 moeders blijkt:
Slaapvertrek delen
Schone luier
Bambus 2-in-l
shave lotion
MEI 1968
OOK KORTER WERKEN VOOR MOEDER
In de reportage op deze pagina
zijn ook de gedachten, standpunten
en ervaringen verwerkt van:
MEVROUW DR. H. IN 't
VELD, Leiden, lector sociologie
aan de Nederlandsche Economische
Hogeschool te Rotterdam. „Met
speciale belangstelling voor gezins
sociologie."
MEVROUW M. J. DAAMEN-
VAN HOUTE in Pijnacker, hoofd
bestuurslid van de Nederlandse Ver
eniging van Huisvrouwen.
PROF. DR. J. H. VAN DEN
BERG, psychiater te Utrecht, hoog
leraar in de conflictpsychologie te
Leiden.
DE HEER F. J. WILLEMS, se
cretaris van het N.V.V., speciaal
belast met vraagstukken op het ter
rein van de werkgelegenheid; lid van
de Sociaal-Economische Raad.
Tloe we het ook bekijkenhet effect van meer vrije tijd voor de man is voor
-U- de huisvrouw niet altijd plezierig. Een man over de vloer in de uren dat
er gewerkt moet worden is bijna hetzelfde als een kind in huis erbij. Hij loopt
haar voor de voeten, wil aandacht en koffie, liefst met iets erbij.
Of een vrouw nu een man heeft die extreem hard werkt of een echtgenoot
met meer vrije tijd dm een ander, de extra belasting voor de vrouw blijft de
zelfde. Zij staat voor de honderd en één dingen van iedere dag alleen. Zij is,
zo niet vanwege de kinderen dan toch wel door de man gebonden aan huis.
De man ziet zijn meerdere vrije
tijd als een verworvenheid van hem
zelf. De „werkdag" van de vrouw zal
er bijna nooit korter door zijn. Zij
werkt ook dan in de sfeer dat zij voor
alles moet opdraaien: van de schone
luier voor Marietje tot en met de grote
schoonmaak.
Die gevoelens worden bij veel vrou
wen nog aangewakkerd door het ont
breken van het idee dat zij iets be
langrijks presteren. Het draait alle
maal uit op een kwestie van mentali
teit bij de vrouw zelf, maar net zo
goed bij haar gezin.
Binnen niet te veel jaren zullen de
meeste mannen nog meer vrije tijd
krijgen. Met dat uitzicht voor de boeg
zal de vrouw moeten leren de organisa
tie van haar gezin nogal drastisch te
veranderen. In een paar woorden ge-
„De automatisering dwingt vele werknemers tot kortere werktijden. Dat
schijnt onvermijdelijk. Evenwel: de korter werkende arbeidskrachten zijn vrij
wel zonder uitzondering mannen. Dacht u, dat de vrouwen juichend van plezier
hun mannen neg langer om zich heen zuilen verwelkomen? In onze „mannen
maatschappij" zijn de vrouwen zonder kortere werkdagen een vergeten
groep. Zij moeten de mannen met meer vrije tijd opvangen. Als die mannen én
de kinderen haar niet helpen, is de huisvrouw het haasje. De kortere arbeidstijd
schept nieuwe problemen voor de volksgezondheid".
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllliimiiiliiiiiiiiillil!
ou
Het was, in alle opzichten, een bijzonder genoeglijke avond.
Misschien dat ik een wat afwijkende smaak heb op dat punt, maar voor mij is
zo'n uitstapje naar een geheel andere omgeving en de kennismaking met een
onbekend publiek een soort vrijetijdsbesteding, die ik niet graag zou missen.
Nu was dat publiek bovendien aan de jeugdige kant, op de beruchte leeftijd
tussen mal en dwaas. Daar een uurtje of wat tussen zitten en als het zo
uitkomt, proberen haar aandacht vast te houden is een ervaring die niet
elke dag te beleven is. En als dat dan nog gebeurt in een conferentie-oord
temidden van de bossen, op een avond in mei
De invitatie was te verleidelijk om niet te accepteren, en zelfs bij een
weersverwachting van aanwakkerende wind met nu en dan een bui de
moeite van het busritje waard.
Waarom pakt een geplaagd mens zijn allernoodzakelijkste hebben en houden
niet bij elkaar en installeert zich voor de rest van zijn dagen in een of ander
cultureel of maatschappelijk centrum temidden van een uitgestrekte tuin
waar alleen de vogels opgetogen geluid maken Men zou er haast ambitie
voor een of andere ministeriële titel door krijgen. Als ik ooit eens de kans
kreeg mij ambtshalve met cultuur en recreatie te bemoeien, ik wist wel waar
ik mijn departement zou vestigenIn afwachting daarvan was een avondje
voorproef al plezierig genceg. Ik besteeg de paar treden van het terras ten
minste in een opgewekte feeststemming, al had ik graag nog een kwartiertje
door die bloeiende tuin in de meise avond gedwaald. Maar als gast behoort
men de beleefdheid te hebben van stipt op tijd te zijn.
De entree bood mij binnenshuis een ander stukje natuur dat minstens
even boeiend was. Twee jongedames in sportieve spijkerbroeken en truien
huppelden juist zo luidruchtig mogelijk de trap af, terwijl ergens boven een
onzichtbare maar zeer hoorbare grammofoonplaat op het allerhevigst voortbie-
telde och ja, dat moet men er blijkbaar bij nemen als men jong goed in de
tienerleeftijd een week lang onderdak verschaft. Zonder mechanisch geluid
valt het blijkbaar moeilijk zelfs zo kort te leven. De twee die mij op de
onderste tree stonden aan te staren, boeiden mij echter zozeer dat ik die
rammelende gitaren niet eens meer hoorde. Want daar stond oost en west
zusterlijk naast elkaar voor mijn geamuseerde blik en vroeg gelijktijdig in
tweeërlei tongval of ik iemand zochtIk rekte het gesprek om die twee wat
langer te kunnen opnemen: dat behoort nu eenmaal bij een altijd bezige pen.
En haar aanblik was tegen de achtergrond van bloedige en brandende
rassenrellen ook wel zo symbolisch, dat ik graag een fotograaf naderbij
had gewenkt om een pakkend plaatje te maken. West was groot, struis en
blond, met rode wangen en zeer vrijmoedige helblauwe ogen. Oost was klein
tenger, sierlijk, donker van huid, koolzwart van ogen en glanzende haren.
Zij stonden weliswaar niet hand in hand, maar demonstreerden een veel
steviger vorm van solidariteit door elkaar bijna omver te duwen in haar
ijver mij de weg te wijzen. Er was, dacht ik zo, niet het geringste spoortje
van discriminatie in de manier waarop zij elkaar kameraadschappelijk voor
de voeten liepen. Eenmaal tussen het jeugdig publiek geïnstalleerd in de
heerlijke conversatiezaal, met alle ramen open naar een zoele weelde van
pril groen en rozerood en wit bloeiende bomen, kreeg ik alle gelegenheid die
eerste indruk bevestigd te zien.
De struise blonde had zich als vanzelfsprekend laten meetronen dcor de
groep van zwartharige prinsesjes, zo weggelopen uit een wajangvoorstelling.
En voerde, temidden van het giechelende en ijverig soufflerende Oosten een
luide en zelfbewuste conversatie met het voltallige westen aan de overkant
van de halve cirkel. Of conversatie: het was meer een met bravoure
af gedreunde rij Maleise woorden, waaraan ik kop noch staart kon vastmaken
Oct een ingewijde mij glimlachend toefluisterde: Zij leren haar tellen; zij haalt
het al tot zeventig. Het Westen reageerde zeer sportief met een luidruchtig
applaus bij elk geslaagd tiental, en ik vond het oprecht jammer dat een
volwassen personage opstond om het programma officieel te openen.
Voor mijn part had de blonde afstammelinge van Frans Hals' Oestereetstertje
nog tot duizend kunnen doortellen, want de aanblik van die opgebogen,
beweeglijke, met fladderende handjes en glanzende oogjes meelevende kleine
schoonheden was zo hartveroverend. Zij waren er zo helemaal in, zij genoten
zo uitbundig van haar succes dat zij zo'n voorlijke leerlinge konden vertonen
die in alle opzichten blijk gaf wel wis en degelijk tot tien te kunnen tellen
en verder. Zij waren, hoe totaal verschillend ook van huidskleur en
lichaamsbouw en gedragspatroon volkomen thuis in deze vreemde omgeving,
ver van haar gelukzalig eiland in de koraalzee, dat zij waarschijnlijk nooit
zouden terug zien. Geef de kinderen een kans met elkaar om te gaan en zij
zullen de ouderen een lesje geven.
zegd: Zij zal binnen de muren van
haar huis een soort manager moeten
worden.
Steeds vaker en langer mannen over
de vloer. We gaan hoe dan ook naar
een periode waarin korter zal worden
gewerkt. „Dat zal nog wel vijf tot
tien jaar duren", veronderstelt de heer
Willems. „Tegen die tijd voorzie ik
bijvoorbeeld een vrije vrijdagmiddag,
gekoppeld aan het weekeinde van nu.
Als een man binnenkort een kwartier
tje eerder thuiskomt, zal dat heus geen
klachten in de doktersspreekkamer op
leveren. Ook de briefschrijver zal wel
doelen op een kortere werkweek."
En als tegen die tijd de Nederlandse
mentaliteit nog niet zal zijn veran
derd?
„Dan zal het alleen maar moeilijker
worden voor de huisvrouw. De man
zal dan inderdaad een hinderlijk ele
ment in huis zijn."
Wat valt er tegen te doen?
„Punt één: Man en kinderen zullen
moeten gaan beseffen, dat ook de
vrouw recht heeft op een stukje ver
korting van de werktijd. Man, vrouw
en kinderen zullen samen de organi
satie in het gezin moeten bepraten. De
huisvrouw zelf zal moeten leren dele
geren. De vader en de kinderen zullen
ieder een taak voor hun rekening moe
ten nemen".
Ook uit een andere hoek zou hulp
moeten komen: „Onze industrieën en
woningbouwers moeten het onze huis
vrouwen gemakkelijker gaan maken.
Er zullen werkbespa rende huizen en
meubilair moeten komen; stof werende
of afstotende materialen bijvoorbeeld,
of lak die geen stof of vuil vasthoudt.
Technisch moet dit mogelijk zijn."
De twee getrouwde dames in het
kwartet dachten er (natuurlek) wat
genuanceerder over. Om te beginnen
vroegen beiden zich af „of de huis
vrouwen het inderdaad wel zo ver
schrikkelijk druk hebben."
Mevrouw In 't Veld in haar Leidse
woning: „In de jaren, dat de kinderen
naar school gaan hebben de moeders
veel vrije tijd al ervaren zij die niet
altijd als zodanig. Zij delen hun tijd nu
eenmaal anders in dan de mannen.
Er zijn er die 's avonds nog druk be
zig zijn, maar diezelfde vrouwen zitten
's morgens om half elf dikwijls bij
elkaar op de koffie."
En verder: „Het nooit klaar zijn zit
voor een deel in het onsystematisch
werken en in het bezig willen zijn. Zij
vinden het fijn om te kunnen zeggen:
..Ik ben ook nooit klaar". Vrouwen vin
den het misschien niet leuk als hun
man vrij veel thuis is, omdat zij dat
zien als een inbreuk op him vrijheid.
Ik word op mijn vingers gekeken, den
ken zij dan, of: Ik moet steeds maar
naar zijn verhalen luisteren."
Mevrouw Daamen-van Houte (geen
kinderen, des te meer verenigings
werk): „Zit er niet een hoop kwalita
tieve leegloop in de hoge aantallen
werkuren van een huisvrouw? Wande
len achter een kinderwagen is in zeke
re zin werk, maar tegelijk ontspanning.
Er zijn vrouwen die met plezier zitten
te breien. Terwijl de man werkt, vindt
de vrouw dikwijls een paar uurtjes om
in de tuin te liggen, te gaan winkelen
of wat dan ook. Afgezien van alles:
Zij doet dagelijks een portie gezond
werk."
De sociologe In 't Veld: „Of dat wer
ken en die mannen over de vloer uit
mondt in klachten bij de dokter? Wel
nee, die problemen zitten ergens an
ders. Als de kinderen groter zijn ge
worden is er in het leven van een
vrouw een leegte, de sleur van een niet
meer gewaardeerde bezigheid, in
plaats van de voorbije vreugde over
het opvoeden van de kinderen."
..Bij veel vrouwen bestaat er waar
schijnlijk wel een soort onbehagen.
Vandaar dat er nu wat meer getrouw
de vrouwen buitenshuis gaan werken.
Geld verdienen is daarbij niet de groot
ste drijfveer. Dikwijls is er gewoon het
verlangen weg te kunnen zijn uit het
drukke of stille huis en met andere
vrouwen te kunnen praten. Daarbij
komt dan vaak nog de verplichte om-
ADVERTENTIE
gang man-vrouw, tussen wie eigenlijk
alles al is gezegd."
Het laatste was kennelijk een reac
tie op het standpunt van prof. Van den
Berg. Tijdens een boeiend betoog had
hij gezegd: „Nu God ons is ontvallen
en de mens niet meer dagelijks om
gaat met de materie, is hij aangewe
zen op de medemens. Wij moeten wel
naar elkaar kijken en met elkaar pra
ten; de relatie tussen de mensen is be
langrijker en ingewikkelder geworden."
Of we het leuk vinden of niet,
mannen, deze kant zullen we toch
uit moeten. Onze vrouwen zullen een
soort manager moeten zijn willen ook
zij kunnen praten over een kortere
werkdag.
Het samenzijn
ijn is noodzakelij
iker
naarmate de arbeid meer wordt afge
schaft. „Man en vrouw is een prachti
ge combinatie, maar niet om er per
manent van te genieten. De omgang
met mensen is veel moeilijker dan die
met de materie. Wie met mensen om
gaat krijgt tegenspelers."
„Te veel samenzijn kan spanningen
oproepen. Dat kan een verdeeld inner
lijk scheppen. De mens is dan een
veelvoud in een in zichzelf verdeeld
huis. Het zou kunnen zijn, dat in het
verlengde van die psychische moeilijk
heden lichamelijke klachten gaan ont
staan."
Intussen hebben wij in de woor
den van de hoogleraar niet meer
een geplaagd, maar een verrijkt be
staan. Het gaat er nu maar om hoe
wij ons betere bestaan gebruiken. Be
zit en welstand zijn gevaarlijke dingen.
Niets is zo moeilijk als er goed mee
om te gaan.
Prof. Van den Berg: „Wat is er te
rechtgekomen van het vroegere socia
listische ideaal: Acht uur werken, acht
uur slapen en acht uur cultuur? Het
talent ontbreekt veelal om de tijd zin
rijk te besteden in plaats van die te
doden. Zou het niet eerlijker zijn om de
letters P.v.d.A. te „vertalen" in Partij
tot afschaffing van de arbeid? Arbeid
is nooit verheerlijkt, maar nu is hij ge
devalueerd. Onder de valse vlag van
de lof op de arbeid is men bezig de
arbeid af te schaffen."
De heer Willems van het NVV had
geen moeite met zijn weerwoord: „Wij
streven beslist niet naar het afschaffen
van het werken, maar wij komen wel
in een situatie te zitten waarin de fac
tor arbeid minder betekenis zal heb
ben. Wy zien gewoon de noodzaak in
ons nu al te gaan prepareren op de ko
mende situatie."
De hoogleraar had ook gezegd: „Tal
lozen zijn niet meer in staat de natuur
te zoeken, laat staan ervan te genieten.
Dat is een droeve zaak. Daarom zijn
er de routes van de ANWB. De radio-
tjes bij het werk dienen niet ter ver
strooiing, maar ter bestrijding van de
arbeid. Er is een tijd geweest waarin
de mens ondanks zijn zorgen gelukki
ger was dan nu. Misschien is dit alles
tijdelijk en leren de mensen in hun
vrije tijd een nieuw zinrijk bestaan op
te bouwen. Mijn advies? Doe wat met
je handen en praat minder."
„Een volkomen subjectieve zaak,
die zinrijke vrijetijdsbesteding", vond
de Leidse sociologe. „Als iemand zijn
vreugde vindt in bermttoerisme, laat
hem. Waarom zouden wij allemaal on
ze vrije tijd zinvol moeten besteden
zoals prof. Van den Berg dat wil?"
Neen, de twee dames en de heer
Willems waren het verre van eens met
de hoogleraar. Of de mens-op-een-
kluitje tijdens zijn vrije uren toch nog
iets van zijn leven kan maken, is voor
een groot deel ook een kwestie van
wat hem in zijn jeugd is geleerd.
Blijft over de vraag of huisvrouwen
wel of niet buitenshuis moeten gaan
werken. Aanleiding zou kunnen zijn,
dat vooral jonge vrouwen, die meestal
een baan hebben gehad, tijdens hun
huwelijk de sfeer, drukte en gezellig
heid uit die tijd missen.
Gaan werken schept evenwel nieuwe
problemen. Onze maatschappij is er
niet op ingericht. Een „werkende
vrouw" is in Nederland nog altijd een
pionierster. Er wordt met haar vrij
wel geen rekening gehouden (Winkel
sluitingstijden, schoolvakanties).
Toch vindt dr. In 't Veld het niet
dom als getrouwde vrouwen een func
tie voor halve dagen aannemen. Dan
kunnen zij het een met het ander com
bineren zonder overbelast te raken.
Met zekere nadruk zegt de heer
Willems: „Voor de geestelijke gezond
heid van de getrouwde vrouw zou een
dergelijke baan een groot voordeel
zijn. In zo'n situatie zouden de andere
gezinsleden dan wel méér dan nu de
handen uit de mouwen moeten steken
Dat is wel iets om over na te den
ken.
ADVERTENTIE
GRATIS LIUKI
van Lucky Lulce, Billy (he Kid, Jolly Jumper
of dogebroeders Dalton bij3pakjes
koop uifpHa
INSTANTPUDDING
We leven in de eeuw van „doe het
zelf" en dat dient dan zo vroeg moge
lijk geleerd te worden. Daarom komt
het kookboek voor de jeugd er steeds
meer in. Voor zover wy konden nagaan
zyn er thans in Nederland vier. Het oud
ste is „Zelf aan hel fornuis" (2e druk '67,
f 3,90) echt voor kinderen geschreven,
met o.a. de klassieke Delfia choeolade-
cake. „Ha, wij mogen koken" van Le-
nie Nieuwenhuis-Van Steenbergen
(f 2,95) geeft 52 recepten, meest toetjes,
maar ook een aardige kerryschotel van
vleesresten. „Bakken en Braden met
Barbie" werd in 1966 vertaald door
Mies Bouwhuys (f 4,95) en geeft tal van
zeer eenvoudige recepten.
„Vandaag kook ik" (f 6,90) is tot
stand gekomen met medewerking van
het Voorlichtingsbureau voor de Voe
ding. In de proefkeuken van genoemd
bedrijf maken kinderen al jarenlang
maaltijden klaar. Toch vinden wij de
meeste recepten voor kinderen te inge
wikkeld. De recepten zouden meer kans
van slagen hebben door gebruik te ma
ken van voorgekookte rijst en kant en
klaar saus. Een kind een kip te laten
braden en deze eerst zelf schoon te la
ten v/assen lijkt ans een te zware opga
ve. Wij zouden gegrilde kip laten kopen
en deze of in de oven, in aluminium fo
lie, laten opwarmen dan wel laten op
warmen in een saus.
Door het lezen van dit boek krijgt het
kind wel een goed besef, hoeveel tijd
moeder iedere dag aan die dagelijkse
wederkerende kokerij moet besteden.
De illustraties van Jaap Vegter zijn bij
zonder aardig.
DEN HAAG Ieder jaar worden in de maand mei een 1 200 jonge moe
ders geënquêteerd over de voedings- en verzorgingsgewoonten van hun baby.
De resultaten van de vorig jaar gehouden enquête, die betrekking heeft op ba
by's tot en met negen maanden, zijn inmiddels geanalyseerd.
Onder meer werden vragen. gesteld
over de huisvesting van de Nederland
se baby. Gebleken is, dat 53 pet, van
de baby's over een eigen slaapkamer
beschikt. De overigen moeten met
minder genoegen nemen.
De verkregen antwoorden werden als
-volgt gesplitst: baby heeft eigen slaap
kamertje 53 pet.; baby deel slaapka
mer ouders 32 pet.; baby deelt slaap
kamer andere kinderen 10 pet.; baby
slaapt in woonkamer 4 pet.; baby
slaapt op andere plaats 1 pet.
Van alle baby's slaapt 57 pet.
's nachts alleen; de overigen moeten
hun slaapvertrek delen met andere
personen en wel: met een andere per
soon 9 pet.; met twee andere personen
32 pet.; met meer dan twee andere
personen 2 pet. De „huisvesting"
van de baby is het slechts in de grote
steden. In Amsterdam, Rotterdam en
Den Haag blijkt gemiddeld slechts 30
pet. van de baby's over een eigen
slaapvertrek te beschikken.
Uiteraard speelt .ook de welstand
van de ouders een rol. Bij de minst
draagkrachtigen is de situatie gelijk
aan het gemiddelde voor de grote ste
den. Naarmate het welstandsniveau
stijgt, wordt het percentage eigen ka
mers voor de baby hoger, in de hoog
ste welstandsklasse zelfs 78 pet.
Tijdens het onderzoek werd ook ge
vraagd in hoeverre de man behulp-
In de reeds zo lang durende strijd
over de vraag, of suikergebruik al dan
niet tandbederf bevordert heeft zich nu
een docent in de tandheelkunde Van de
Westberlijnse universitaire tandkliniek,
dr. S. Wandelt, gemengd met een inte
ressant argument.
Op het tiende congres van de Duitse
voedings vereniging te München ver
scheen deze deskundige met een uitvoe
rige en verrassende documentatie. In
de wereldoorlog is namelijk in Duits
land het tandbederf sterk afgenomen
en zonder verder onderzoek heeft men
altijd aangenomen, dat dit een gevolg
was van verminderd suikergebruik in
de jaren, dat de Duitsers in geheel Eu
ropa vochten.
Dr. Wandelt toont aan, dat integen
deel het suikergebruik in die jaren ho
ger was dan normaal, omdat er een
overvloed van suiker aanwezig was en
deze ter vervanging van tal van voe
dingsmiddelen, die in die periode ont
braken, ook werd geconsumeerd. Op
nieuw dus een knuppel in het hoender
hok. Een verklaring van gedaalde ca-
riës bij toegenomen suikergebruik kon
deze deskundige ook niet geven. Maar
zijn opzienbarende gegevens duiden op
nieuw in de richting van de stelling, dat
het totale voedingspatroon belangrijker
is voor het ontstaan van tandbederf
dan het suikergebruik op zichzelf.
zaam is bij het verzorgen van de baby.
Daarbij bleek, dat twee van de drie
mannen de baby wel eens een schone
luier geeft. Deze hulp is echter in
verreweg de meeste gevallen slechts
incidenteel.
Een opmerkelijk resultaat leverde
de vraag op, in hoeverre de eerste baby
kleertjes worden bewaard, nadat de
jonggeborene eruit is gegroeid. Niet
minder dan 82 pet. van de onder
vraagde moeders bleek de kleertjes
nog te bewaren.
Het onderzoek werd uitgevoerd door
bureau Ogilvie in Amsterdam.
ADVERTENTIE
Nu met GRATIS
handige verstuiver
(waarde f3,25)
Idee voor cadeau
v.a. f5,95.
Manchetten en kragen aan overhem
den en naden en zomen aan andere kle
dingstukken behoeven niet meer gestikt
te worden maar kunnen rechtstreeks
worden aangebracht met behulp van
een strook van zeer fijne gepolymeri-
seerde vezels, die een onderneming in
de Ver. Staten thans in de handel
brengt.
Dit materiaal kan worden gebruikt
ook wanneer de aan elkaar te hechten
stukken van verschillende stof zijn. Het
strookje wordt eenvoudig op de aan el
kaar te hechten details van de kleding
gelegd en de bevestiging heeft plaats
door er met een droog heet strijkijzer
over te strijken. Als de stof is afge
koeld vertoont de strook een enigszins
rafelig beeld, maar wanneer men deze
dan nog even met een stoomstrijkijzer
behandelt, verdwijnen ook de rafeltjes
en is het kledingstuk gereed voor ge
bruik. De verbinding wordt niet aange
tast door wassen of chemisch reinigen.