Met steeds vaker man en kinderen die vrij hebben over de vloer, is een voor de hand liggende wens: STUDIE MAKEN VAN TAAKVERDELING Alle hens aan dek en Wed TARVO TARVO Slechts 53% van baby's heeft eigen slaapkamer Extra jarig met Bambus FLEXI PUP SCHRIK NIET MANNEN..., DEZE KANT ZAL HET UIT MOETEN! Tweemaal zij en tweemaal hij morgen nemen», zelf proeven! Kookboeken voor de jeugd Verband caries en suikergebruik minder duidelijk 3 3 v/S altijd n verfrissende verrassing, e Afwerken zonder naald en draad MENTALITEIT KOFFIE DRINKEN ONBEHAGEN Moutbrood TEGEN SI'ELE I RS MINDER ARBEID BUITENSHUIS MANS Vlieild Vit enquête onder 1200 moeders blijkt: Slaapvertrek delen Schone luier Bambus 2-in-l shave lotion MEI 1968 OOK KORTER WERKEN VOOR MOEDER In de reportage op deze pagina zijn ook de gedachten, standpunten en ervaringen verwerkt van: MEVROUW DR. H. IN 't VELD, Leiden, lector sociologie aan de Nederlandsche Economische Hogeschool te Rotterdam. „Met speciale belangstelling voor gezins sociologie." MEVROUW M. J. DAAMEN- VAN HOUTE in Pijnacker, hoofd bestuurslid van de Nederlandse Ver eniging van Huisvrouwen. PROF. DR. J. H. VAN DEN BERG, psychiater te Utrecht, hoog leraar in de conflictpsychologie te Leiden. DE HEER F. J. WILLEMS, se cretaris van het N.V.V., speciaal belast met vraagstukken op het ter rein van de werkgelegenheid; lid van de Sociaal-Economische Raad. Tloe we het ook bekijkenhet effect van meer vrije tijd voor de man is voor -U- de huisvrouw niet altijd plezierig. Een man over de vloer in de uren dat er gewerkt moet worden is bijna hetzelfde als een kind in huis erbij. Hij loopt haar voor de voeten, wil aandacht en koffie, liefst met iets erbij. Of een vrouw nu een man heeft die extreem hard werkt of een echtgenoot met meer vrije tijd dm een ander, de extra belasting voor de vrouw blijft de zelfde. Zij staat voor de honderd en één dingen van iedere dag alleen. Zij is, zo niet vanwege de kinderen dan toch wel door de man gebonden aan huis. De man ziet zijn meerdere vrije tijd als een verworvenheid van hem zelf. De „werkdag" van de vrouw zal er bijna nooit korter door zijn. Zij werkt ook dan in de sfeer dat zij voor alles moet opdraaien: van de schone luier voor Marietje tot en met de grote schoonmaak. Die gevoelens worden bij veel vrou wen nog aangewakkerd door het ont breken van het idee dat zij iets be langrijks presteren. Het draait alle maal uit op een kwestie van mentali teit bij de vrouw zelf, maar net zo goed bij haar gezin. Binnen niet te veel jaren zullen de meeste mannen nog meer vrije tijd krijgen. Met dat uitzicht voor de boeg zal de vrouw moeten leren de organisa tie van haar gezin nogal drastisch te veranderen. In een paar woorden ge- „De automatisering dwingt vele werknemers tot kortere werktijden. Dat schijnt onvermijdelijk. Evenwel: de korter werkende arbeidskrachten zijn vrij wel zonder uitzondering mannen. Dacht u, dat de vrouwen juichend van plezier hun mannen neg langer om zich heen zuilen verwelkomen? In onze „mannen maatschappij" zijn de vrouwen zonder kortere werkdagen een vergeten groep. Zij moeten de mannen met meer vrije tijd opvangen. Als die mannen én de kinderen haar niet helpen, is de huisvrouw het haasje. De kortere arbeidstijd schept nieuwe problemen voor de volksgezondheid". llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllliimiiiliiiiiiiiillil! ou Het was, in alle opzichten, een bijzonder genoeglijke avond. Misschien dat ik een wat afwijkende smaak heb op dat punt, maar voor mij is zo'n uitstapje naar een geheel andere omgeving en de kennismaking met een onbekend publiek een soort vrijetijdsbesteding, die ik niet graag zou missen. Nu was dat publiek bovendien aan de jeugdige kant, op de beruchte leeftijd tussen mal en dwaas. Daar een uurtje of wat tussen zitten en als het zo uitkomt, proberen haar aandacht vast te houden is een ervaring die niet elke dag te beleven is. En als dat dan nog gebeurt in een conferentie-oord temidden van de bossen, op een avond in mei De invitatie was te verleidelijk om niet te accepteren, en zelfs bij een weersverwachting van aanwakkerende wind met nu en dan een bui de moeite van het busritje waard. Waarom pakt een geplaagd mens zijn allernoodzakelijkste hebben en houden niet bij elkaar en installeert zich voor de rest van zijn dagen in een of ander cultureel of maatschappelijk centrum temidden van een uitgestrekte tuin waar alleen de vogels opgetogen geluid maken Men zou er haast ambitie voor een of andere ministeriële titel door krijgen. Als ik ooit eens de kans kreeg mij ambtshalve met cultuur en recreatie te bemoeien, ik wist wel waar ik mijn departement zou vestigenIn afwachting daarvan was een avondje voorproef al plezierig genceg. Ik besteeg de paar treden van het terras ten minste in een opgewekte feeststemming, al had ik graag nog een kwartiertje door die bloeiende tuin in de meise avond gedwaald. Maar als gast behoort men de beleefdheid te hebben van stipt op tijd te zijn. De entree bood mij binnenshuis een ander stukje natuur dat minstens even boeiend was. Twee jongedames in sportieve spijkerbroeken en truien huppelden juist zo luidruchtig mogelijk de trap af, terwijl ergens boven een onzichtbare maar zeer hoorbare grammofoonplaat op het allerhevigst voortbie- telde och ja, dat moet men er blijkbaar bij nemen als men jong goed in de tienerleeftijd een week lang onderdak verschaft. Zonder mechanisch geluid valt het blijkbaar moeilijk zelfs zo kort te leven. De twee die mij op de onderste tree stonden aan te staren, boeiden mij echter zozeer dat ik die rammelende gitaren niet eens meer hoorde. Want daar stond oost en west zusterlijk naast elkaar voor mijn geamuseerde blik en vroeg gelijktijdig in tweeërlei tongval of ik iemand zochtIk rekte het gesprek om die twee wat langer te kunnen opnemen: dat behoort nu eenmaal bij een altijd bezige pen. En haar aanblik was tegen de achtergrond van bloedige en brandende rassenrellen ook wel zo symbolisch, dat ik graag een fotograaf naderbij had gewenkt om een pakkend plaatje te maken. West was groot, struis en blond, met rode wangen en zeer vrijmoedige helblauwe ogen. Oost was klein tenger, sierlijk, donker van huid, koolzwart van ogen en glanzende haren. Zij stonden weliswaar niet hand in hand, maar demonstreerden een veel steviger vorm van solidariteit door elkaar bijna omver te duwen in haar ijver mij de weg te wijzen. Er was, dacht ik zo, niet het geringste spoortje van discriminatie in de manier waarop zij elkaar kameraadschappelijk voor de voeten liepen. Eenmaal tussen het jeugdig publiek geïnstalleerd in de heerlijke conversatiezaal, met alle ramen open naar een zoele weelde van pril groen en rozerood en wit bloeiende bomen, kreeg ik alle gelegenheid die eerste indruk bevestigd te zien. De struise blonde had zich als vanzelfsprekend laten meetronen dcor de groep van zwartharige prinsesjes, zo weggelopen uit een wajangvoorstelling. En voerde, temidden van het giechelende en ijverig soufflerende Oosten een luide en zelfbewuste conversatie met het voltallige westen aan de overkant van de halve cirkel. Of conversatie: het was meer een met bravoure af gedreunde rij Maleise woorden, waaraan ik kop noch staart kon vastmaken Oct een ingewijde mij glimlachend toefluisterde: Zij leren haar tellen; zij haalt het al tot zeventig. Het Westen reageerde zeer sportief met een luidruchtig applaus bij elk geslaagd tiental, en ik vond het oprecht jammer dat een volwassen personage opstond om het programma officieel te openen. Voor mijn part had de blonde afstammelinge van Frans Hals' Oestereetstertje nog tot duizend kunnen doortellen, want de aanblik van die opgebogen, beweeglijke, met fladderende handjes en glanzende oogjes meelevende kleine schoonheden was zo hartveroverend. Zij waren er zo helemaal in, zij genoten zo uitbundig van haar succes dat zij zo'n voorlijke leerlinge konden vertonen die in alle opzichten blijk gaf wel wis en degelijk tot tien te kunnen tellen en verder. Zij waren, hoe totaal verschillend ook van huidskleur en lichaamsbouw en gedragspatroon volkomen thuis in deze vreemde omgeving, ver van haar gelukzalig eiland in de koraalzee, dat zij waarschijnlijk nooit zouden terug zien. Geef de kinderen een kans met elkaar om te gaan en zij zullen de ouderen een lesje geven. zegd: Zij zal binnen de muren van haar huis een soort manager moeten worden. Steeds vaker en langer mannen over de vloer. We gaan hoe dan ook naar een periode waarin korter zal worden gewerkt. „Dat zal nog wel vijf tot tien jaar duren", veronderstelt de heer Willems. „Tegen die tijd voorzie ik bijvoorbeeld een vrije vrijdagmiddag, gekoppeld aan het weekeinde van nu. Als een man binnenkort een kwartier tje eerder thuiskomt, zal dat heus geen klachten in de doktersspreekkamer op leveren. Ook de briefschrijver zal wel doelen op een kortere werkweek." En als tegen die tijd de Nederlandse mentaliteit nog niet zal zijn veran derd? „Dan zal het alleen maar moeilijker worden voor de huisvrouw. De man zal dan inderdaad een hinderlijk ele ment in huis zijn." Wat valt er tegen te doen? „Punt één: Man en kinderen zullen moeten gaan beseffen, dat ook de vrouw recht heeft op een stukje ver korting van de werktijd. Man, vrouw en kinderen zullen samen de organi satie in het gezin moeten bepraten. De huisvrouw zelf zal moeten leren dele geren. De vader en de kinderen zullen ieder een taak voor hun rekening moe ten nemen". Ook uit een andere hoek zou hulp moeten komen: „Onze industrieën en woningbouwers moeten het onze huis vrouwen gemakkelijker gaan maken. Er zullen werkbespa rende huizen en meubilair moeten komen; stof werende of afstotende materialen bijvoorbeeld, of lak die geen stof of vuil vasthoudt. Technisch moet dit mogelijk zijn." De twee getrouwde dames in het kwartet dachten er (natuurlek) wat genuanceerder over. Om te beginnen vroegen beiden zich af „of de huis vrouwen het inderdaad wel zo ver schrikkelijk druk hebben." Mevrouw In 't Veld in haar Leidse woning: „In de jaren, dat de kinderen naar school gaan hebben de moeders veel vrije tijd al ervaren zij die niet altijd als zodanig. Zij delen hun tijd nu eenmaal anders in dan de mannen. Er zijn er die 's avonds nog druk be zig zijn, maar diezelfde vrouwen zitten 's morgens om half elf dikwijls bij elkaar op de koffie." En verder: „Het nooit klaar zijn zit voor een deel in het onsystematisch werken en in het bezig willen zijn. Zij vinden het fijn om te kunnen zeggen: ..Ik ben ook nooit klaar". Vrouwen vin den het misschien niet leuk als hun man vrij veel thuis is, omdat zij dat zien als een inbreuk op him vrijheid. Ik word op mijn vingers gekeken, den ken zij dan, of: Ik moet steeds maar naar zijn verhalen luisteren." Mevrouw Daamen-van Houte (geen kinderen, des te meer verenigings werk): „Zit er niet een hoop kwalita tieve leegloop in de hoge aantallen werkuren van een huisvrouw? Wande len achter een kinderwagen is in zeke re zin werk, maar tegelijk ontspanning. Er zijn vrouwen die met plezier zitten te breien. Terwijl de man werkt, vindt de vrouw dikwijls een paar uurtjes om in de tuin te liggen, te gaan winkelen of wat dan ook. Afgezien van alles: Zij doet dagelijks een portie gezond werk." De sociologe In 't Veld: „Of dat wer ken en die mannen over de vloer uit mondt in klachten bij de dokter? Wel nee, die problemen zitten ergens an ders. Als de kinderen groter zijn ge worden is er in het leven van een vrouw een leegte, de sleur van een niet meer gewaardeerde bezigheid, in plaats van de voorbije vreugde over het opvoeden van de kinderen." ..Bij veel vrouwen bestaat er waar schijnlijk wel een soort onbehagen. Vandaar dat er nu wat meer getrouw de vrouwen buitenshuis gaan werken. Geld verdienen is daarbij niet de groot ste drijfveer. Dikwijls is er gewoon het verlangen weg te kunnen zijn uit het drukke of stille huis en met andere vrouwen te kunnen praten. Daarbij komt dan vaak nog de verplichte om- ADVERTENTIE gang man-vrouw, tussen wie eigenlijk alles al is gezegd." Het laatste was kennelijk een reac tie op het standpunt van prof. Van den Berg. Tijdens een boeiend betoog had hij gezegd: „Nu God ons is ontvallen en de mens niet meer dagelijks om gaat met de materie, is hij aangewe zen op de medemens. Wij moeten wel naar elkaar kijken en met elkaar pra ten; de relatie tussen de mensen is be langrijker en ingewikkelder geworden." Of we het leuk vinden of niet, mannen, deze kant zullen we toch uit moeten. Onze vrouwen zullen een soort manager moeten zijn willen ook zij kunnen praten over een kortere werkdag. Het samenzijn ijn is noodzakelij iker naarmate de arbeid meer wordt afge schaft. „Man en vrouw is een prachti ge combinatie, maar niet om er per manent van te genieten. De omgang met mensen is veel moeilijker dan die met de materie. Wie met mensen om gaat krijgt tegenspelers." „Te veel samenzijn kan spanningen oproepen. Dat kan een verdeeld inner lijk scheppen. De mens is dan een veelvoud in een in zichzelf verdeeld huis. Het zou kunnen zijn, dat in het verlengde van die psychische moeilijk heden lichamelijke klachten gaan ont staan." Intussen hebben wij in de woor den van de hoogleraar niet meer een geplaagd, maar een verrijkt be staan. Het gaat er nu maar om hoe wij ons betere bestaan gebruiken. Be zit en welstand zijn gevaarlijke dingen. Niets is zo moeilijk als er goed mee om te gaan. Prof. Van den Berg: „Wat is er te rechtgekomen van het vroegere socia listische ideaal: Acht uur werken, acht uur slapen en acht uur cultuur? Het talent ontbreekt veelal om de tijd zin rijk te besteden in plaats van die te doden. Zou het niet eerlijker zijn om de letters P.v.d.A. te „vertalen" in Partij tot afschaffing van de arbeid? Arbeid is nooit verheerlijkt, maar nu is hij ge devalueerd. Onder de valse vlag van de lof op de arbeid is men bezig de arbeid af te schaffen." De heer Willems van het NVV had geen moeite met zijn weerwoord: „Wij streven beslist niet naar het afschaffen van het werken, maar wij komen wel in een situatie te zitten waarin de fac tor arbeid minder betekenis zal heb ben. Wy zien gewoon de noodzaak in ons nu al te gaan prepareren op de ko mende situatie." De hoogleraar had ook gezegd: „Tal lozen zijn niet meer in staat de natuur te zoeken, laat staan ervan te genieten. Dat is een droeve zaak. Daarom zijn er de routes van de ANWB. De radio- tjes bij het werk dienen niet ter ver strooiing, maar ter bestrijding van de arbeid. Er is een tijd geweest waarin de mens ondanks zijn zorgen gelukki ger was dan nu. Misschien is dit alles tijdelijk en leren de mensen in hun vrije tijd een nieuw zinrijk bestaan op te bouwen. Mijn advies? Doe wat met je handen en praat minder." „Een volkomen subjectieve zaak, die zinrijke vrijetijdsbesteding", vond de Leidse sociologe. „Als iemand zijn vreugde vindt in bermttoerisme, laat hem. Waarom zouden wij allemaal on ze vrije tijd zinvol moeten besteden zoals prof. Van den Berg dat wil?" Neen, de twee dames en de heer Willems waren het verre van eens met de hoogleraar. Of de mens-op-een- kluitje tijdens zijn vrije uren toch nog iets van zijn leven kan maken, is voor een groot deel ook een kwestie van wat hem in zijn jeugd is geleerd. Blijft over de vraag of huisvrouwen wel of niet buitenshuis moeten gaan werken. Aanleiding zou kunnen zijn, dat vooral jonge vrouwen, die meestal een baan hebben gehad, tijdens hun huwelijk de sfeer, drukte en gezellig heid uit die tijd missen. Gaan werken schept evenwel nieuwe problemen. Onze maatschappij is er niet op ingericht. Een „werkende vrouw" is in Nederland nog altijd een pionierster. Er wordt met haar vrij wel geen rekening gehouden (Winkel sluitingstijden, schoolvakanties). Toch vindt dr. In 't Veld het niet dom als getrouwde vrouwen een func tie voor halve dagen aannemen. Dan kunnen zij het een met het ander com bineren zonder overbelast te raken. Met zekere nadruk zegt de heer Willems: „Voor de geestelijke gezond heid van de getrouwde vrouw zou een dergelijke baan een groot voordeel zijn. In zo'n situatie zouden de andere gezinsleden dan wel méér dan nu de handen uit de mouwen moeten steken Dat is wel iets om over na te den ken. ADVERTENTIE GRATIS LIUKI van Lucky Lulce, Billy (he Kid, Jolly Jumper of dogebroeders Dalton bij3pakjes koop uifpHa INSTANTPUDDING We leven in de eeuw van „doe het zelf" en dat dient dan zo vroeg moge lijk geleerd te worden. Daarom komt het kookboek voor de jeugd er steeds meer in. Voor zover wy konden nagaan zyn er thans in Nederland vier. Het oud ste is „Zelf aan hel fornuis" (2e druk '67, f 3,90) echt voor kinderen geschreven, met o.a. de klassieke Delfia choeolade- cake. „Ha, wij mogen koken" van Le- nie Nieuwenhuis-Van Steenbergen (f 2,95) geeft 52 recepten, meest toetjes, maar ook een aardige kerryschotel van vleesresten. „Bakken en Braden met Barbie" werd in 1966 vertaald door Mies Bouwhuys (f 4,95) en geeft tal van zeer eenvoudige recepten. „Vandaag kook ik" (f 6,90) is tot stand gekomen met medewerking van het Voorlichtingsbureau voor de Voe ding. In de proefkeuken van genoemd bedrijf maken kinderen al jarenlang maaltijden klaar. Toch vinden wij de meeste recepten voor kinderen te inge wikkeld. De recepten zouden meer kans van slagen hebben door gebruik te ma ken van voorgekookte rijst en kant en klaar saus. Een kind een kip te laten braden en deze eerst zelf schoon te la ten v/assen lijkt ans een te zware opga ve. Wij zouden gegrilde kip laten kopen en deze of in de oven, in aluminium fo lie, laten opwarmen dan wel laten op warmen in een saus. Door het lezen van dit boek krijgt het kind wel een goed besef, hoeveel tijd moeder iedere dag aan die dagelijkse wederkerende kokerij moet besteden. De illustraties van Jaap Vegter zijn bij zonder aardig. DEN HAAG Ieder jaar worden in de maand mei een 1 200 jonge moe ders geënquêteerd over de voedings- en verzorgingsgewoonten van hun baby. De resultaten van de vorig jaar gehouden enquête, die betrekking heeft op ba by's tot en met negen maanden, zijn inmiddels geanalyseerd. Onder meer werden vragen. gesteld over de huisvesting van de Nederland se baby. Gebleken is, dat 53 pet, van de baby's over een eigen slaapkamer beschikt. De overigen moeten met minder genoegen nemen. De verkregen antwoorden werden als -volgt gesplitst: baby heeft eigen slaap kamertje 53 pet.; baby deel slaapka mer ouders 32 pet.; baby deelt slaap kamer andere kinderen 10 pet.; baby slaapt in woonkamer 4 pet.; baby slaapt op andere plaats 1 pet. Van alle baby's slaapt 57 pet. 's nachts alleen; de overigen moeten hun slaapvertrek delen met andere personen en wel: met een andere per soon 9 pet.; met twee andere personen 32 pet.; met meer dan twee andere personen 2 pet. De „huisvesting" van de baby is het slechts in de grote steden. In Amsterdam, Rotterdam en Den Haag blijkt gemiddeld slechts 30 pet. van de baby's over een eigen slaapvertrek te beschikken. Uiteraard speelt .ook de welstand van de ouders een rol. Bij de minst draagkrachtigen is de situatie gelijk aan het gemiddelde voor de grote ste den. Naarmate het welstandsniveau stijgt, wordt het percentage eigen ka mers voor de baby hoger, in de hoog ste welstandsklasse zelfs 78 pet. Tijdens het onderzoek werd ook ge vraagd in hoeverre de man behulp- In de reeds zo lang durende strijd over de vraag, of suikergebruik al dan niet tandbederf bevordert heeft zich nu een docent in de tandheelkunde Van de Westberlijnse universitaire tandkliniek, dr. S. Wandelt, gemengd met een inte ressant argument. Op het tiende congres van de Duitse voedings vereniging te München ver scheen deze deskundige met een uitvoe rige en verrassende documentatie. In de wereldoorlog is namelijk in Duits land het tandbederf sterk afgenomen en zonder verder onderzoek heeft men altijd aangenomen, dat dit een gevolg was van verminderd suikergebruik in de jaren, dat de Duitsers in geheel Eu ropa vochten. Dr. Wandelt toont aan, dat integen deel het suikergebruik in die jaren ho ger was dan normaal, omdat er een overvloed van suiker aanwezig was en deze ter vervanging van tal van voe dingsmiddelen, die in die periode ont braken, ook werd geconsumeerd. Op nieuw dus een knuppel in het hoender hok. Een verklaring van gedaalde ca- riës bij toegenomen suikergebruik kon deze deskundige ook niet geven. Maar zijn opzienbarende gegevens duiden op nieuw in de richting van de stelling, dat het totale voedingspatroon belangrijker is voor het ontstaan van tandbederf dan het suikergebruik op zichzelf. zaam is bij het verzorgen van de baby. Daarbij bleek, dat twee van de drie mannen de baby wel eens een schone luier geeft. Deze hulp is echter in verreweg de meeste gevallen slechts incidenteel. Een opmerkelijk resultaat leverde de vraag op, in hoeverre de eerste baby kleertjes worden bewaard, nadat de jonggeborene eruit is gegroeid. Niet minder dan 82 pet. van de onder vraagde moeders bleek de kleertjes nog te bewaren. Het onderzoek werd uitgevoerd door bureau Ogilvie in Amsterdam. ADVERTENTIE Nu met GRATIS handige verstuiver (waarde f3,25) Idee voor cadeau v.a. f5,95. Manchetten en kragen aan overhem den en naden en zomen aan andere kle dingstukken behoeven niet meer gestikt te worden maar kunnen rechtstreeks worden aangebracht met behulp van een strook van zeer fijne gepolymeri- seerde vezels, die een onderneming in de Ver. Staten thans in de handel brengt. Dit materiaal kan worden gebruikt ook wanneer de aan elkaar te hechten stukken van verschillende stof zijn. Het strookje wordt eenvoudig op de aan el kaar te hechten details van de kleding gelegd en de bevestiging heeft plaats door er met een droog heet strijkijzer over te strijken. Als de stof is afge koeld vertoont de strook een enigszins rafelig beeld, maar wanneer men deze dan nog even met een stoomstrijkijzer behandelt, verdwijnen ook de rafeltjes en is het kledingstuk gereed voor ge bruik. De verbinding wordt niet aange tast door wassen of chemisch reinigen.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1968 | | pagina 11