Tachtigjarige oorlog ging meer om geld dan om de godsdienst Technische mini-wonderen Pa ri jse-conferentie kosten Heiligerlee en 1568 als plaats en tijd van aanvang worden tegenwoordig sterk in twijfel getrokken Zuivelindustrie kan afzetmarkt vergroten Ambtenaar voor Veronica met Surinaamse muziek TROOSTELOZE EENZAAMHEID VAN HET NIEUWE LAND Moeilijkheden Invallen Uitzondering Verplichtingen Hongersnood Zwerftocht Uitnodiging Doorbraak Goede kansen in Indonesië Officiële omroepen wilden er niet aan Twee delen Achterdeurtje Eenzaamheid Angstvallig Weerstand Eenvoudig DINSDAG 21 ME! I9Ó8 MB— f' TOKIO Een duidelijk voorbeeld van de miniatuur-afmetingen van de moderne elektronica geeft boven staande foto: een gedrukte schake ling, voorzien van 56 transistors, 28 diodes en 52 resistors op een plaatje van 3 X Zl millimeter. Het geheel kan gemakkelijk door het oog van een normale naald: de kabel" in de bovenste naald is een normale draad garen Het nieuwste snufje op het gebied van de draagbare TV-ontvangers: een apparaatje met een beeldbuis van 3 X 3 cm, dat op het lichtnet kun spelen, maar ook op een batterij van 5 volt. De afmetingen van de zak-tv zijn 8.2 X 4.4 X 13,7 cm. PARIJS De nonnen van belang rijke conferenties in aanmerking geno men, zijn de besprekingen over Viet nam te Parijs een goedkoop zaakje. Tenminste voor de Amerikanen. Maar de Noordviëtnamezen moeten elke franc driemaal omkeren om hun on kosten te kunnen betalen. De kosten van levensonderhoud zijn hoog in Parijs. Het hotel Crillon, waar de Amerikaanse delegatie logeert, is geen plaats voor mensen die op een koopje op reis zijn en sommige leden van het gevolg kunnen wef eens blijken te kort te komen, als zij hun onkosten- rekening opmaken. Maar de 800 dollar (4.000 francs) per dag, die de Amerikaanse delegatie in rekening worden gebracht voor de 20 kamers die zij bezet gemiddeld 40 dollar (200 francs) per kamer per dag vormen voor Washington ben be scheiden uitgave. Amerika heeft voor deze besprekingen met de vertegenwoordigers van Hanoi slechts 25 mensen naar Parijs gestuurd een gering aantal, vergeleken met sommige delegaties, die bijeenkomsten van de Nato en andere belangrijke con ferenties bijwonen. De Noordviëtnamezen zijn hier met 35 man, onder wie chauffeurs, veilig heidspersoneel, secretarissen en derge- lijken, maar dat is ongeveer alles, wat zij te darijs hebben. De Amerikanen beschikken over het omvangrijke personeel en de even om vangrijke middelen van de Amerikaan se ambassade. De ambassade is een van de omvangrijkste ter wereld. Ieder lid van de Amerikaanse dele gatie, van de multimiljonair W. Averell Harriman, haar leider, tot het eenvou digste secretaresje, krijgt 23 dollar per dag voor maaltijden, wasserij en ande re kosten. Daar kan men in deze stad in een werkelijk goed restaurant geen diner van betalen. Dat zal waarschijnlijk wei nig zorgen baren aan Harriman, die evenals andere rijken in dienst van de regering, eraan gewend is, veel meer eigen geld uit te geven dan hij ooit van de regering terugkrijgt. Maar voor de minder welgestelde personeelsleden van de middenklasse betekent het, dat zij hun centimes goed moeten tellen willen ze niet zonder zak geld komen te zitten. „Een van de voordelen", zei eed mid denklasser zuur, „is, dat je het tijdens een conferentie zoals deze zo druk hebt, dat je geen tijd hebt om te eten". De financiën van de delegatie van Hanoi lenen zich minder tot een analy se, maar zonder hulp van buiten zouden de kosten haar in moeilijkheden kunnen brengen, als de conferentie lang zou du ren. De Amerikanen logeren in het Cril- lon-hotel, ook al'is het duur, omdat het vlak tegenover hun ambassade staat. De Noordviëtnamezen hebben geen am bassade alleen maar een weinig om vangrijke missie, die gevestigd is in een huis in een zijstraat op de linkeroever van de Seine. Hun kamers kosten gemiddeld nog geen 20 dollar (100 francs) per dag. Dat moge niet veel lijken, maar het is in Westers geld en Hanoi, dat bijna ge enhandel drijft met het Westen, kan nauwelijks harde valuta missen. Frankrijk, dat veel moeite heeft ge daan om de conferentie hier te krijgen, is trots als een pauw, dat het daarin is geslaagd en zal wellicht de delegatie uit Hanoi helpen haar kosten te dek ken. Dat denken tenminste heel wat mensen in Parijs. Wat de Noordviëtnamezen krijgen om hun dagelijkse uitgaven te bestrijden is aan niemand buiten hun kring bekend, maar zij doen zuinig aan. Desniettegen staande is het niet goedkoop. Zij ge bruiken al Hun maaltijden in een voor hen gereserveerde dinerzaal en eten wat de pot van het hotel schaft. Het gemiddelde middagmaal komt op 17 francs (3,40 dollar,) te vermeerderen met de prijs van de wijn en 15 procent bedieningsgeld. Zou de conferentie maandenlang du ren, zoals velen mogelijk achten, dan kunnen zelfs de betrekkelijk matige prijzen, die de Noordviëtnamezen beta len, zwaar gaan drukken. Het Gereformeerd Politiek V erbond heeft mei 1568 en Heiligerlee als begin aangewezen van de Tachtigjarige Oorlog. Zaterdagmorgen om half tien kwam een aantal Nederlanders bijeen op uitnodiging van het G.PV., om in gedachten vier eeuwen terug te gaan naar de Slag bij Heiligerlee. Eigenlijk waren zij vijf dagen te vroeg, want de slag werd op 23 mei 1568 geleverd, maar het is alle maal zo lang geleden gebeurd dat men zich om vijf dagen meer of minder moeilijk kan bekmnmeren. Het is natuurlijk prettig om 1568 en Heiligerlee als begin aan te wijzen van die tachtigjarige strijd, omdat toen en daar de eerste kleine overwinning op de huursoldaten van de Spaanse koning werd behaald, maar of dat helemaal te recht is, dat is een nogal omstreden zaak. Behalve over de datum van aanvang van de oorlog bestaat er in ons land ook nog weinig eensgezindheid over het karakter van die langdurige vrijheidsstrijd. Het is nogal vervelend te moeten bekennen dat onze zo roemruchte tachtigjarige oorlog veel meer een kwestie van geld dan van godsdienst is geweest. er niets van. Toen hij als scrupuleus rooms-katholiek vernam dat er in de Lage Landen kerken waren geplunderd, stuurde hij een kille edelman, de hertog van Alva, met een verzameling huur soldaten naar de Lage Landen om de orde te herstellen. De vaderlandse edelen en zakenlie den meenden echter dat alles in orde zou komen als Philips eerst maar eens werd uitgelegd hoe dat nu precies zat met al die rechten. Met dat doel werden twee edelen, de graven Egmont en Hoorne, naar Spanje gestuurd. De koning ontving de heren erg vriende lijk. Enkele maanden later kwamen zij pas op het schavot tot de ontdek king dat er toch iets aan het weder zijdse begrip had ontbroken. Alva die in 1567 het vaderland bin nenkwam, bracht er via zijn Bloed raad méér op het schavot wie kon nam ijlings de benen om in het buiten land betere tijden af te wachten. Zo ook Willem van Oranje, die om zijn leven te redden al zijn rijkdommen in de Lage Landen moest achterlaten. Willem besloot daar wat aan te doen. In Duitsland verzamelde hij een huur leger, dat Alva en zijn troepen moest verdrijven. Zo breekt het magische jaartal 1568 aan. Willems troepen zouden op drie plaatsen het vaderland binnenrollen. De uit Limburg afkomstige edelman De Villers zou pogen Roermond te be zetten. Willems broers Lodewijk en Adolf zouden het proberen in het hoge noorden en Willem zelf zou de grote aanval in het zuiden leiden om via Maastricht de toenmalige hof- en hoofdstad Brussel in handen te krij gen. De bedoeling was dat tegelijk met deze invallen de getergde vader landers spontaan in opstand zouden komen. Bij geen enkel volk is echter het aantal lieden, dat voor een ideaal zijn leven gaat wagen, bijzonder groot zelfs in de laatste oorlog was het niet hoger dan twee tot drie procent. Hadden de binnenvallende legers in 1568 grote successen geboekt, mis schien was het dan een achtjarige oor log geworden, maar de hele veldtocht werd een mislukking. De Villers viel het eerst aan en hij werd op 23 april bij Dahlem verslagen. Misschien zijn daarom de vaderlanders op 23 april 1968 niet naar Dahlem gegaan, hoewel daar de eerste geregelde Slag in de Tachtigjarige Oorlog werd gevoerd. Ze zullen liever met een overwinning zijn begonnen en die werd op 23 mei in Heiligerlee behaald. De huurlingen van Lodewijk waren echter geen lieverdjes en na enkele da gen vonden de proninger boeren dat er weinig verschil te bekennen viel tussen de plunderende troepen van Al- va en de brandschattende troepen van Lodewijk. Lodewijk verloor de steun van de burgerbevolking, waarvan Alva gebruik maakte: bij Jenningen werd de laatste slag geleverd. Adolf en Lo dewijk sneuvelden. Laten we ons aan de feiten houden: De ellende begon In 1555. Karei V, moe en der dagen zat. deed afstand van al zijn rechten en zijn zoon Philips volg de hem op. Een van Kareis functies kwam niet voor erfelijke opvolging in aanmer king: Karei was in 1519 tót keizer van Duitsland gekozen in feite keizer of leenheer van heel West-Europa met uitzondering van Frankrijk, Spanje, Engeland en de kerkelijke staat. De Duitse keurvorsten kozen in 1556 tot Kareis opvolger niet zijn zoon Philips, maar zijn broer Ferdinand. Deze verkiezing maakte een einde aan een merkwaardige toestand. Door dat Karei als leenheer boven de leen man van de gewesten in de Lage Lan den had gestaan, en als leenman van de gewesten in de Lage Landen, on derdaan was geweest van zijn leen heer de Duitse keizer, was Karei heer en onderdaan van zichzelf geweest. Bij zijn vertrek werd Philips dus weer ge woon leenman van de Duitse keizer. Van deze situatie heeft Philips nooit iets begrepen. In Spanje was hij abso luut heerser en hij meende dat hij als zodanig zijn vader in al zijn functies zou opvolgen. In de Lage Landen had de landsheer echter nooit absoluut ge regeerd. Ten eerste was hij als leen man onderhorig aan de Duitse keizer, tevens werd zijn macht in onze ge westen sterk beperkt door -de vele honderden rechten of privileges, die door de landsheer aan steden en stre ken waren gegeven in ruil voor geld of militaire hulp. Toen Philips landsheer over onze ge westen .verd, had hier elke stad, elke streek een andere verzameling rech ten. Tussen de landsheer en zijn onder danen bestond dus een zeer ingewik keld stelsel van wederzijdse verplich tingen. Voor het nakomen van die rech ten stond aan de ene kant de landsheer borg, aan de andere kant de plaatse lijke edelen en de burgers der ste den, die 'aan de landsheer onderdanig waren. Toen Philips landsheer over de Lage Landen werd, was hier zijn be langrijkste leenman prins Willem van Oranje, die tevens zeer rijk was. Omdat Philips er nu eenmaal aan gewend was dat in Spanje niemand hem in zijn rechten kon beperken, be sloot hij na het aanvaarden van de vaderlijke erfenis aan alle onduidelijk heid met een forse pennestreek een einde te maken: al zijn onderdanen, zo wel in Spanje als elders in de wereld, zouden onógr hetzelfde recht vallen. Dat betekende: afschaffing van alle bijzondere rechten, oplegging van een voor allen geldend belastingstelsel, eenheid in wetgeving en in godsdienst. Omdat het natuurlijk verheven klinkt als men achteraf kan zeggen dat het voorgeslacht voor godsdienstige begin selen tachtig jaar heeft .gevochten, is de strijd tegen Philips in de geschie denisboekjes een godsdienstoorlog ge worden. Toch is de godsdienst vooral in de beginjaren een onbelangrijk onder deeltje geweest. De vaderlanders zagen zich hun in eeuwen opgespaarde rech ten ontnomen en de bron van toekom stige rechten werd gedempt door het opleggen van een algemeen geldend belastingstelsel. Hierdoor was het niet langer mogelijk dat een stad of een gewest bij een „bede" van de heer een aantal rechten kon lospeuteren. Reeds in 1562 kwam de Nederlandse adel in opstand. Willem van Oranje riep de'hoge adel van de Lage Landen bij een en men sloot „de Ligue", een ver bond om zich tegen de regeringsmaat regelen uit Spanje te verzetten. Men zou dus kunnen zeggen dat in. 1562 de vrijheidsstrijd ontbrandde, maar dan was het een 86-jarige oorlog gewor den! Vier jaar later, in 1566, kwam er een felle hongersnood over de Lage Landen omdat de Denen de Sont had den afgesloten, waardoor de Russische graanschepen niet bij Amsterdam kon den komen. Aangevuurd door de ede len richtte *de woede van het honge rende volk zich op de plaatsen waar de aardse schatten hoog lagen opge- torst: de rooms-katholieke kerken. De Beeldenstorm was in wezen een hongeroproer dat door de vaderlandse edelen werd uitgebuit om hun lands heer in Spanje duidelijk te maken dat zij niet met zich lieten spotten. Voor het eerst werd er geweld gebruikt en voor het eerst werd de godsdienst bij de strijd betrokken, al was dit meer schijn dan werkelijkheid: hongerende rooms-katholieken hebben even hard geplunderd als hun mede-hongeraars die voor de reformatie Hadden geko zen. Ondertussen was er nog steeds geen opstand tegen de landsheer. De vader landse edelen zeiden: „Hij wordt ver keerd voorgelicht door zijn ambtena ren". Dat zouden ze tot 1581 blijven zeggen. De arme Philips in Spanje begreep de eerste Nederlandse grondwet, die ruim twee eeuwen de enige juridische basis voor de Nederlandse staat was. In 1572 werd echter nog steeds „den coninck van Hispanje" geëerd, nog steeds ging de strijd tegen de raadge vers des konings. Hieraan kwam pas een einde in 1581, toen de Noordneder landse edelen het „Placcaet van Ver- latïnghe" uitvaardigden: Philips was niet langer landsheer, maar een tiran. Hij werd afgezworen en allen werden van de eed van trouw aan hem ont heven. Het is verdedigbaar dat pas op dit tijdstip de vrijheidsstrijd officieel uitbrak. Pas een half jaar later was Willem zover dat hij een poging kdn wagen: op 6 oktober 1568 trok hij Limburg binnen. Alva besloot de beslissende slag te vermijden. Het werd voor Willem een mistroostige zwerftocht op zoek naar Alva's troepen die ongrijp baar doorlopend bij hem in de buurt waren. Toen er geen geld meer was om de huurlingen te betalen, gaf Wil lem het op. Deze drie wat magere wapenfeiten zijn achteraf gemaakt tot het start schot van de Tachtigjarige Oorlog, maar er zouden nog meer datums ko men, die als het begin zouden kunnen worden aangevoerd. Na 1568 kreeg Alva vijf jaren de tijd om de plannen van zijn meester te verwezenlijken. Misschien was hij daarin geslaagd als hij niet doorlopend in geldnood had gezeten, waardoor hij zijn huurlingen niet kon betalen, het geen brandschattingen ten gevolge had. In 1572 hadden de Habsburgse huur troepen van Alva in Holland en Zee land zo huisgehouden, dat de bevol king van de gewesten verbeten de zij de A^an Oranje koos toen de Watergeu zen op 1 april 1572 bij verrassing Den Briel innamen. Als beginpunt van de yaderlandse strijd zou 1 april 1572 niet hebben misstaan. Toen immers kreeg de vrij ongerichte rebellie van een groepje verpauperde uitgewekenen vas te gestalte: zij kregen een stad in be zit en weldra waren ze in staat grote gebieden onder controle te houden. Bo vendien kreeg Oranjes opstand na 1 april 157? eindelijk weerklank bij brede lagen van de bevolking die het plun deren van Alva's troepen beu was. Zeven jaar later was er een duide lijke gebiedsafbakening gekomen. In 1579 kwam een .aantal edelen in Utrecht bijeen om een verbond te slui ten: de Unie van Utrecht. Zij eisten herstel van de gewestelijke zelfstan digheid en herstel van de eeuwenoude rechten. Ook dit zou een heel geschikt beginpunt voor de vrijheidsstrijd kun nen zijn, want het vage verbond werd Nu wist men aanvankelijk met die vrijheid niet erg goed raad. Men dacht nog middeleeuws: de edelen als leen mannen wilden een leenheer hebben. Naarstig ging men naar een opvolger voor Philips zoeken. Eerst vroeg men of de broer van de rooms-katholieke Franse koning Nederlands leenheer wil de worden de godsdienstkwestie woog dus kennelijk nog steeds niet erg zwaar. Toen dat mislukte kreeg de konin gin van Engeland een uitnodiging. Ook dat werd geen succes. In 1587 besloten de gewesten dat zij dan maar zichzelf zouden gaan besturen. De hoogste ambtenaar van de staat werd Mau- rits, de zoon van de in 1584 vermoor de prins Willem van Oranje: zo werd Nederland in de geschiedenis na de Oudheid de eerste republiek. Interessante vraag in 1968: Wie wa ren aan het begin van de Tachtigjari ge Oorlog nu progressief en wie con servatief? Er is veel voor te zeggen koning Philips II progressief te noemen. Hij wilde van een staatkundig verbrok keld, middeleeuws bestuurd gebied een moderne gecentraliseerde eenheids staat maken. Oranje en de zijnen wil den de aloude toestand handhaven om dat die oude toestand hun vele voor delen bood, zij waren dus duidelijk be houdend. Maar aan de andere kant: Philips ging uit van een goddelijk konings recht en hij verzette zich tegen de re formatie, een duidelijke „doorbraak" op maatschappelijk gebied. Dat klinkt weer erg conservatief. En uiteindelijk kwamen Oranje en de zij nen' tot een voor die tijd revolutionaire staatsvorm, hetgeen progressief moet worden genoemd. Conclusie: Vier eeuwen geleden was het al even moeilijk als nu om pre cies uit te maken wie progressief en wie conservatief was. ZUID-FLEVOLAND Kijkje in detroostelote eenzaamheid van de onlang» drooggevallen polder Zuid-Flevoland. ROTTERDAM De moeilijkheden in de zuivelindustrie lijken de weg te versperren naar verdere groei van deze tak van bedrijf. De grote overschotten aan boter en kaas, de problemen met melkpoeder, de teruggang in de afzet van gecondenseerde melk met daartegenover de voortdurend groeiende melkstroom maken de problemen levensgroot. Geen uitzicht dus? Toch wel. Al thans wanneer er iets wordt onderno men door de regering, de zuivelindus trie en de machine-industrie. Er liggen namelijk gunstige kansen voor het op zetten van fabrieken in verschillende delen van de wereld, waarin volgens een speciale methode melk kan worden geproduceerd. Amerika en Australië zijn ons al voor geweest met het stichten van dergelijke bedrijven, maar de mo gelijkheden zijn nog niet uitgeput. Praten met deskundigen in de zui- velwereld betekent het aanhoren van veel verwijten. Het scherpste is: De Nederlandse zuivelindustrie heeft steeds een groot gemis aan visie getoond. Men heeft zich niet tijdig genoeg ingesteld op de situatie, die te verwachten viel. kijken de meeste industriëlen voorilit, naar hoe het over vijf of tien jaar zal zijn, aan dit verder blikken dan de ROTTERDAM Eén keer per week is een Surinaamse ambtenaar ether piraat. Dan zit loelsiepersed Khargi. maatschappelijk werker voor de Surina- mers in Rotterdam, voor de microfoon van Radio Veronica en praat onder de naam Budhram een uur lang enthousiast een muziekprogramma aan elkaar voor zijn landgenoten in Nederland. De 28-jarige Khargi. die zes jaar ge leden naar ons land kwam, is zich van de vreemde combinatie van functies ter dege bewust. Toch zegt hij: „Ik zie mijn programma bij Veronica als een verlengstuk van mijn werk als sociaal ambtenaar. Het is een soort sociaal-, cultureel werk. dat ik bij Veronica doe". Khargi's programma is een onderdeel van Zonnestraalradio van Veronica, een uitzending die elke donderdagavond te horen is en speciaal is gericht op de in Nederland wonende Indonesiërs en Westindiërs. De ambtenaar verzorgt twee keer 'n half uur muziek en gespro ken woord. Hij begon er drie jaar ge leden mee. „Ik deed vier proefuitzendingen en de reacties waren overweldigend. De moeilijkheid was echter dat om aller lei soorten muziek uit Suriname werd gevraagd. Ik heb daarom mijn pro gramma gesplitst in twee delen, een waarin ik speciaal Surinaams-Creool- se muziek draai, en een met muziek uit India en Pakistan die in Suriname erg populair is", zegt Khargi. De eerste jaren gaf Khargi vaak zijn halve maandsalaris uit om aan plaatjes voor zijn programma te komen. Nu is hij zo yer dat hij de plaatjes via min of meer legale weg zonder veel kosten kan betrekken. mm m „Het kabinet van de gevolmachtigd minister van Suriname in Nederland weigerde mij muziek ter beschikking te stelleti, omdat ik die voor Veronica draaide. Ik Heb begrip voor dat stand punt. Toch is het ons via een achter deurtje gelukt met hulp van de over heid in Suriname aan Surinaams-Cre- oolse muziek te komen. Elke maand krijg ik nu bandjes met muziek uit Suriname toegestuurd. De Indische muziek komt van een Neder landse platenmaatschappij", vertelt hij In de drie jaar dat Khargi's pro gramma nu in de lucht is ontving hij ruim drieduizend reacties Daaronder waren heel veel verzoeken van in Ne derland wonende Surinamers om pla ten te draaien. Maar ook reageerden, Indiërs en Pakistani uit Engeland, België en zelfs uit Duitsland. „Ik ben een soort ombudsradioman geworden", meent Khargi. „In mijn programma verstrek ik allerlei infor maties aan Surinamers die in Neder land wonen. Bijvoorbeeld adressen van instellingen en clubs en aankondigingen van feesten en vergaderingen. Als ik Toelsiepersed Khargi:„De officiële omroepen willen er niet aan". een feest voor Surinamers aankondig zijn er altijd honderden bezoekers meer dan wanneer er geen ruchtbaarheid voor de radio aan is gegeven". Zijn programma voorziet in een be hoefte, vindt Khargi zelf. „Ik weet uit eigen ervaring hoe eenzaam een Surina mer zich soms^ in Nederland voelt. Als hij dan door de radio zijn eigen taal en muziek hoort dan iS zijn eenzaam heid vergeten en kan hij er weer da genlang tegen". „Veronica heeft ons fantastisch ge holpen, zo maar een uur zendtijd in de week. De officiële omroepen willen er niet aan. Het was onmogelijk zeiden ze". Eén bezwaar heeft Khargi tegen de piratenzender: „Wij kunnen als Surina mers onze eigen mening niet zeggen. Veronica moet immers niets van politiek hebben. Dat is een handicap, want on der de Surinamers leven enorm veel politieke vragen. Toch zou ik Veronica nooit in de steek willen laten". dag van vandaag heeft de zuivelindu strie volgens de vakmensen niet vol doende aandacht besteed. Wel werd er angstvallig gekeken naar wat de concurrenten ondernamen en ook was er geen gebrek aan kri tiek op het zuivelbeleid van de rege ring. Het was. zeggen de mensen die het wten kunnen, beter geweest als al les in de zuivelindustrie was gezet op samenwerking. Maar het is nog niet te laat, Er lig gen volgens zuivelexperts gunstige mo gelijkheden m het stichten van zg. re- combined milkplants, bedrijven die melk uit grondstoffen samenstellen. Dat zit zo: Melk bestaat voor het grootste deel uit water en verder uit eiwit en vet. Het is mogelijk melk te maken uit mager melkpoeder en uitge smolten botervet. De Nederlandse zui velindustrie zou in het buitenland met name in de ontwikkelingsgebie- de van deze fabrieken kunnen bou wen en dan zelf voor het melkpoeder en botervet kunnen zorgen. Dat zou dus vergroting van de afzet van deze produkten betekenen. Waar mee dan weliswaar niet het hele zui- velpfobleem wordt opgelost, maar toch wel een eerste stap wordt gezet om van dit probleem af te komen. Er zou tevens een stuk werkgelegenheid in op gesloten zitten, niet alleen voor de zui velfabrieken, maar ook voor de machi ne-industrie, die de apparatuur maakt voor de fabrieken. De zuivelindustrie'in Australië en in Amerika is deze weg al ingeslagen. En met succes. Wat de Nederlandse zui velindustrie onderneemt om met het het stichten van nieuwe fabrieken in het buitenland de afzet te vergroten doet nogal merkwaardig aan. In Bangkok bijvoorbeeld bouwt Do- mo-Bedum uit Beilen een condensfa- briek. die begin volgend jaar gaat draaien. Maar de Coöperatieve Con- densfabriek Friesland en de Hollandse Blikmelk HBM zetten in de hoofdstad van Thailand ook bedrijven neer. Wel een bewijs hoe sterk het in onze zuivel industrie ontbreekt aan samenwerking. De vraag kan worden opgeworpen, of het stichten van die fabrieken waar condensmelk „gemaakt" wordt, geen grote weerstanden zal oproepen bij de melkveehouders in de betreffende lan den. Dit hoeft niet, indien het tussen de fabrieken en de boeren ter plaatse tot samenwerking komt. Het is name lijk mogelijk de „gemaakte" melk te vermengen met verse melk, wat zelfs aan de smaak ten goede komt. Waar liggen voor Nederland de bes te kansen om met zulke fabrieken te beginnen? Deskundigen verzekerden ons dat die er te over zijn in Indonisië. Om de betekenis van deze vorm van melkproduktie duidelijk te laten blij ken zou het volgens hen wenselijk zijn, dat de gezamenlijke zuivelindustrie van Nederland zo'n fabriek aan Indonesië cadeau doet. Daar zou dan gedurende een jaar gratis mager melkpoeder en botervet bij moeten worden geleverd. Als dat plan slaagt in samenwer king met de plaatselijke veehouders dan zullen er volgens de deskundigen in enkele jaren in alle grote centra van Indonesië van die fabrieken zijn. De bouw van deze gabrieken is een betrekkelijk eenvoudige zaak. Zij zou den klein opgezet kunnen worden en al naar gelang de behoefte, in omvang kunnen toenemen. Dit houdt in dat de kosten voor het stichten van zo'n bedrijf gering zullen zijn. Daar verwacht wordt dat de con sumptie van melk in de ontwikkelings landen in de komende dertig jaar flink zal oplopen, steekt er in die staten een belangrijke markt voor de Nederland se zuivelindustrie. Gestimuleerd door de regering zullen zuivelindustrie en machinefabrieken een afzetgebied kunnen veroeveren waar een dikke boterham in. zit. En waar de enorme melkplas zeker voor een stuk mee kan worden gedempt.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1968 | | pagina 11