Aantal studenten uit arme landen sterk verminderd Kapitaalsoverdracht ten koste van beurzen Bij levertransplantaties meer goede resultaten ■^^TOPICPal 20 senoritas „Verdere expansie voor wegvervoer mogelijk" X DEZE COUPON IS VOOR JONGE VAK MENSEN DIE BEREID ZIJN HUN VAKKENNIS MET ANDERE MENSEN TE DELEN. 2.- PvdA-enquête onder leden en oud-leden in Utrecht DOCTORANDUS WIERP BEDEESD KNUPPEL IN HOENDERHOK VAN NED. ONTWIKKELINGSHULP Ontwikkelings project in Benelux-verband Elf Turken en Italianen uitgewezen Staatssecretaris Van Son: „jProeftuin der democratie De Stichting Nederlandse Vrijwilligers zoekt voor projecten in Ivoorkust, Kenia, Zambia, Columbia en Peru: landbouwkundigen, veeteeltkundigen, pluimveetelers, bijentelers, automonteurs, bouwkundigen, landmeters, verpleegsters met kraam- of wijkaantekening, verloskundigen, operatiezusters, radiologisch-laboranten, maatschappelijk werkers (maatschappelijk opbouwwerk), groepsleiders(sters) met kinderbescherming A-B, leraressen landbouwhuishoudkunde en leraressen huishoudkunde. DOORPRATEN ANGSTWEKKEND INHEEMS KADER MOEILIJK SPANNINGEN DANK ZIJ BETERE BEWAARTECHNIEK: PERSPECTIEVEN SCHOENWINKELIERS WILLEN MEER ZON DETECTIVEROMAN ZATERDAG 8 JUNI 1968 (Van een onzer redacteuren) De aanleiding tot de bijeenkomst was volstrekt ongevaarlijk: Berkenhoven, het centrum voor buitenlandse studenten in Nederland, bestond dezer da gen één jaar. Naar goed vaderlands gebruik hadden zich enkele tientallen dames en heren In het centrum, op de grens van De Bilt en Zeist, verzameld om daar te luiste ren naar een aantal sprekers, die zouden spreken over problemen. Nog steeds niets opzienbarends, want op welke bijeenkomst in Nederland wordt niet over problemen gesproken? Maar de eerste spreker was drs. C. A van Ravenswaaij en hij smeet vriendelijk en wat bedeesd enkele welgeschapen knuppels in het toch al zo rumoerige hoenderhok, waarin de Nederlandse ont wikkelingshulp wordt bedisseld. Zijn betoog maakte diepe indruk op de aanwezige deskundigen, want drs. Van Ravenswaaij is niet alleen docent in de politieke sociologie aan 't Institute of Social Studies in Den Haag (waar afgestudeerden uit ontwikkelingslanden korte zeer gespecialiseerde cursussen krijgen), hij werkt tevens aan een rege ringsopdracht over ontwikkelingshulp Zijn wat verlegen stem verpakte de fcittere pillen in een waas van veront schuldiging, maar deze vriendelijkheid kon de feiten niet wegdrukken: Het Ne derlandse beleid voor ontwikkelings hulp schijnt bijna geruisloos een ande re koers te gaan varen. De hulp gaat zich toespitsen op kapitaalsoverdrach ten ten koste van studiebeurzen en ten koste van Nederlandse deskundigen hulp. Tijdens de discussie na de inleiding werd uit de zaal gemeld, dat de Ne derlandse instituten, die cursussen ge ven aan jonge mensen uit de ontwikke lingslanden zonder cursisten dreigen te komen en dat er steeds meer jonge vaderlanders, die zich jarenlang we tenschappelijk hebben voorbereid op uitzending naar ontwikkelingslanden, in de afgelopen maanden te horen heb ben gekregen dat het jammer is van hun studie maar dat er van hun deskun digheid geen gebruik zal worden ge maakt. In de zaal was ook een vertegen woordiger van de minister van ontwik kelingszaken aanwezig. Hij deed een dappere poging om zijn tak van dienst te verdedigen, maar hij kwam niet ver der dan de mededeling, dat er over de ze ontwikkeling vragen waren gesteld in de Tweede Kamer en dat het ministe riële antwoord moest wotden afge wacht. Na de discussie wilde de heer Van Ravenswaajj de lunch laten wachten om enkele punten met mij door te praten. Hij is 33 jaar en in Den Haag geboren. In Amerika en in Leiden studeerde hij sociologie. Toen hij in 1965 doctoraal examen deed, was hij al twee jaar do cent aan het Institute of Social Studies. In 1965 kreeg drs. Van Ravenswaaij van de toenmalige minister Bot opdracht een onderzoek in te stellen naar de re sultaten van de studie, die jonge men sen uit ontwikkelingslanden in Neder land volgen. Voorts werkt hij aan een Unesco-rapport over de aanpassings problemen van de studenten uit ontwik- gelingslanden in de geïndustrialiseerde landen. Aan dit onderzoek werkten ook Polen, Zuidslavië en Hongarije mee. Dit alles heeft hem vanaf de op richting al een zeer kostbaar lid ge maakt van D' 66, waar hij lid is van de studiegroepen ontwikkelingshulp en vredesstrategie. Omdat hij in zijn inleiding soms wat erg voorzichtig was geweest vroeg ik hem of er ronde cijfers bekend zijn. Hij begint zijn antwoord met te ver klaren dat hij louter voor eigen ver antwoording heeft gesproken: „Ik heb niet gesproken als staflid van het Instu- tute of Social Studies. Ook heb ik geen gebruik gemaakt van gegevens die ik tijdens het nog niet afgesloten onder zoek voor de regering heb gekregen. Uit gesprekken met instituutsfunctio narissen is mij echter gebleken, dat het aantal cursisten uit ontwikkelings landen angstwekkend sterk terugloopt. Er zijn op dat terrein geen officiële in formaties te krijgen, waardoor een zui ver inzicht erg moeilijk wordt". Waarom zijn kapitaaloverdrachten aan ontwikkelingslanden ongewenst? „Etisch is het verdedigbaar. Het ont wikkelingsland wordt als volwaardige partner gezien, maar naar mijn in zicht kan dat alleen succes hebben als in het ontwikkelingsland het juiste in-, heemse Kader aanwezig is. Anders is het denkbaar dat de kapitaalhulp wordt gebruikt om een sociale ontwikkeling die de heersende klasse ongewenst voorkomt, te frustreren". Tot nu toe gaf Nederland zijn hulp voor een belangrijk deel in de vorm van studiebeurzen aan studenten in ont wikkelingslanden. Zij volgden hier ech ter geen volledige opleiding, maar alleen een specialistencursus. Welke voordelen heeft dat? ADVERTENTIE „Als studenten uit ontwikkelingslan den hun hele studie in geïndustrialiseer de landen voltooien, is de kans zeer groot dat zij na hun studie niet meer teruggaan naar hun eigen land. Ten eer ste zijn ze gewend geraakt aan het leef klimaat in een geïndustrialiseerde maat schappij. In de staat New York werker meer Perzische artsen dan in heel Per- zië" „Bovendien vindt de studie aan onze universiteiten soms geen enkele aan sluiting bij de problemen in de ontwik- lingslanden. Ten slotte kunnen er zich in een ontwikkelingsland tijdens lang durige afwezigheid zoveel oplitieke ver wikkelingen voordoen, dat de studenten na terugkomst geen kans meer krijgen om hun kennis toe te passen". „Daarom juich ik het Nederlandse systeem toe. Aan ongeveer tien institu ten komen afgestudeerden uit de ont wikkelingslanden die in hun eigen land dus al een bepaalde positie hebben zich in vrij korte tijd specialiseren in het oplossen van problemen, die zich in hun land voordoen". Bjj loutere kapitaalsoverdracht kun nen die studenten toch ook naar onze instituten komen? „Als de regeringen in de ontwikke lingslanden zelf over de besteding van de economische hulp mogen beslissen, kiezen ze wellicht prestige-projecten. Ook sturen ze hun studenten dan wel licht liever naar Amerika of Rusland, omdat daar gunstiger voorwaarden gel den. Hierdoor zou een prachtig stuk ontwikkelingswerk dat Nederland in vijftien jaar heeft opgebouwd en dat zijn doeltreffendheid heeft bewezen, verlo ren gaan". Is de situatie nu ai dreigend voor de Nederlandse instituten? „Het is moeilijk een juist overzicht te krijgen. Wel is het bekend dat het aantal studenten uit de ontwikkelings landen vrij plotseling sterk aan het da len is. Naast een wijziging in het rege ringsbeleid, zijn wellicht ook te grote ambtelijke barrières als oorzaak aan te wijzen. Zo moeten de studiebeurzen voor 1969 al voor juli 1968 aan de Ne derlandse ambassades in de ontwikke lingslanden worden aangevraagd. De meeste ontwikkelingslanden kunnen nog niet zover vooruit plannen. Het zou te overwegen zijn ontwikkelingsattachés te benoemen, die in de ontwikkelingslan den de juiste voorlichting over de moge lijkheden in ons land kunnen geven en die tevens de administratie voor de ont wikkelingshulp kunnen beheren". Drs. Van Ravenswaaij vermijdt zo veel mogelijk het woord ontwikkelings hulp; hü gebruikt liever „ontwikkelings samenwerking". Waarom? „In de geïndustrialiseerde landen wordt ontwikkelingshulp te veel gezien als een economisch probleem. Ontwik keling is echter het omschakelen van oude, gevestigde waarden naar nieuwe waardepatronen. Als dit proces gepaard gaat met duidelijke conflicten tussen de vertegenwoordigers van de oude en die van de nieuwe waarden, dan is er spra ke van ontwikkelingsproblematiek". Drs. C. A. VAN RAVENSWAAIJ kapitaal in plaats van kennis „Vooral in het licht van de jongste gebeurtenissen is het duidelijk dat ook de geïndustriaseerde landen ontwikke lingslanden zijn, die wellicht veel zullen moeten leren van de niet-geïndustriali- seerde landen. Er is dus een uitwisse ling mogelijk, een wederzijdse beïnvloe ding, een wederzijdse overdracht van ervaring en kennis". „Prof Van Baal heeft het erg duide lijk gezegd: „In de jongere groeperin gen leeft een nieuwsoort internationa lisme, waarin een stuk internationale solidariteit is verweven". DEN HAAG Nederland en België hebben besloten gezamenlijk bij te dra gen voor de uitbreiding van een hogere landbouwschool in Kongo (Kinsjasa). Dit is een onderdeel van de samenwer king in Beneluxvcrband op het gebied van ontwikkelingshulp. Van de zijde van de Nederlandse regering is een be drag van 277.000 gulden beschikbaar ge steld. Vrijdag is de overeenkomst tot medefinanciering ondertekend. In to taal zijn de kosten van het project op 550.000 gulden begroot. De school in kwestie, de „Ecole Tech nique Supérieure d'Agricole" ligt in Mondongo in de provincie Lisala en is de enige onderwijs-instelling van dit type in het noorden van het land. Zo'n school kan worden vergeleken met de Nederlandse Rijks Hogere School voor tropische landbouw. De scholen zijn opgenomen in het na tionale Kongolese landbouwplan en worden ook door de overheid gesubsi dieerd. Na de uitbreiding zal de school aan 200 leerlingen plaats bieden. Bij de op leiding zal de nadruk worden gelegd op de gemeenschapsontwikkeling, waartoe praktisch werk in de omgeving zal wor den verricht. De aanvrage voor dit project werd in gediend door het missiecentrum Scheut te Brussel. AMSTERDAM Vrijdagmorgen hebben de medische deskundigen, op de tweede dag van het symposium over orgaantransplantaties in Amsterdam. zich gebogen over de problemen van beenmerg-, lever- en pancreas (al- vleesklier)transplantaties. Op deze we reldtopconferentie van chirurgen is openhartig verslag gedaan van de ope ratieve resultaten van soms experi mentele transplantaties. Prof. dr. Ph. Mikaeloff uit Lyon en prof. dr. T. D. Starzl uit Denver be spraken de vorderingen bij levertrans plantaties. Reeds 12 jaar lang worden deze op dieren en in de laatste tijd ook op mensen uitgevoerd. Tot de zomer van 1967 was het resultaat echter prak tisch nihil. Van de ongeveer veertig patiënten leefde er geen langer dan 'n maand na de ingreep. De problemen lagen, volgens prof. Starzl, niet zozeer bij de afstotingswer king van het lichaam, dan wel bij de ge brekkige conserveringstechniek voor de lever. Deze conservering is noodza kelijk, omdat de lever na de transplan tatie zo snel mogelijk moet werken. Een kunstorgaan, ter tijdelijke vervanging, is onmogelijk, aangezien dit orgaan zeer ingewikkeld is opgebouwd. Twee factoren hebben nu succesvolle resultaten mogelijk gemaakt bij lever- transplantaties. Dat is een verbeterde conserveringstechniek en toepassing van anti-lymphocytenserum. Met de in Denver ontwikkelde conserveringsme thode (bewaartjjd 24 uur) zijn sinds de zomer van '67 negen levertransplanta ties verricht, waarvan 5 met goed ge volg. Een patiënt draagt thans al elf maanden de lever van een donor. Vijf weken geleden werd de eerste levertransplantatie in Europa verricht. Het Engelse team van chirurgen aan de universiteit van Cambridge ope reerde toen een vrouw van middelbare leeftijd. Haar toestand is nog steeds §oed. Volgens dr. M. N. van dier Hey- e, sectievoorzitter van het symposium, hebben de chirurgen meer moed ge kregen op succes bij levertransplanta ties. Het nadeel is, dat een dergelijke ope ratie technisch moeilijker is dan bij voorbeeld een niertransplantatie. Tijdens de ochtendzitting zijn ook de pancreas- en de beenmergtransplanta tie besproken, door resp. prof. dr. R. C. Lillehei uit Minnesota en dr. L. Schwartsenberg, assistent van de afwe zige prof. dr. G Ma-the uit Parijs. In tegenstelling tot andere orgaan transplantaties, waarbij het lichaam de neiging heeft het nieuwe orgaan af te stoten, heeft het donorbeenmerg een nadelige invloed op het lichaam. Het risico van een beenmergtransplantatie is, dat de patiënt een secundaire ziek te kan krijgen en daaraan overlijdt. Tot dusver was dit steeds het geval. Ook de pancreastransplantatie ver keert nog in een experimenteel sta dium. Pas in de verre toekomst zijn grotere ontwikkelingen mogelijk, al dus dr. Van der Heyde na afloop. DELFT De politie in Delft heeft negen Turken en twee Italianen aange houden. De Turken bleken niet in het bezit te zijn van een vergunning tot voorlopig verblijf in ons land. De Italia nen zwierven zonder middelen van be staan door de stad. Alle elf buitenlan ders zjjn uitgewezen en op transport ge steld naar hun land. De Turken waren via Zuid-Italië en België ons land bin nengekomen. De Amsterdamse politie heeft de 42- jarige Marokkaanse fabrieksarbeider M. H. aangehouden, die ervan wordt verdacht gisternacht in een pension aan de Willemsparkweg een 32-jarige land genoot ongeveer vijftien messteken te hebben toegebracht. Vermoedelijk han delde de man in een vlaag van ver standsverbijstering. Voor zover bekend, is het slachtoffer niet levensgevaarlijk gewond. ADVERTENTIE ROTTERDAM „In de laatste tien jaar is ons reële nationale inkomen niet minder dan 60 pet. gestegen. W|j zien in dezelfde periode het vervoerde gewicht door het binnenlands beroepsgoederenvervoer over de weg met 85 procent en over de binnenwateren met 45 procent toenemen. De vervoerprestatie in ton-ki- lometers uitgedrukt steeg nog veel meer. Ook het internationale vervoer maakt een sterke ontwikkeling door. Het grensoverschrijdend beroepsgoederenvervoer over de weg biedt in steeds grotere mate zjjn diensten op de Europese markt aan. In de laatste tien jaar is het vervoerde gewicht bijna vervijfvoudigd. Alleen al van 1966 op 1967 nam het vervoerde gewicht met niet minder dan vijftien pro cent toe. Hierbij komt dan nog, dat het aandeel van de Nederlandse vrachtauto in dit vervoer geleidelijk aan groeit. Was dit aandeel in 1962 ongeveer 59 pet., in 1967 was dit reeds tot 65 procent gestegen". Met deze uitspraken heeft de staats secretaris van Economische Zaken, drs. L. J. M. van Son, die vanochtend in de Rotterdamse Doelen het 21ste be- roepsvervoercongres van de N.O.Bj- Wegtransport heeft geopend, nog eens de expansie van deze bedrijfstak willen onderstrepen, alsmede de grote bete kenis daarvan voor onze nationale eco nomie, meer in het bijzonder ook voor de werkgelegenheid. Eerder had hij de moeilijkheden van het wegvervoer aangeroerd en daarbij de verzekering herhaald, dat de regering zich haar gro te verantwoordelijheid in dezen bewust is. Drs. Van Son merkte verder op, dat de vergrote vraag naar vervoergele- genheid voor een belangrijk deel opge vangen is door een schaalvergroting van de bestaande bedrijven, die vooral tot uitdrukking kwam in een stijging van het gemiddeld aantal vrachtwagens per onderneming. Door verschillende factoren neemt de arbeidsproduktiviteit van het be roepsgoederenvervoer over de weg met gemiddeld nog geen drie procent per jaar toe; in de industrie is dit percen tage hoger dan vier. In de eerste plaats kan men hieruit als conclusie trekken, dat de eisen aan het ondernemersbeleid te stellen waar lijk niet gering zijn. Naast opvoering van de ondernemersbekwaamheid zal men, wil men de onderneming rendabel kunnen houden bij een concurrerende vrachtprijs, alles moeten doen om de kosten zoveel mogelijk te drukken en drs. Van Son dacht hierbij aan verschil lende vormen van samenwerking. Tenslotte nog sprekende over de per spectieven voor deze bedrijfstak, meen de de staatssecretaris, dat er een aan tal elementen aan te wijzen zijn, die de ontwikkeling van het vervoer in positie ve zin zullen kunnen beïnvloeden, zo als de voortgezette groei van onze eco nomie, de toenemende onderlinge af hankelijkheid van de nationale econo mieën in West-Europa, de bijzonder gunstige ligging van ons land en de ont wikkeling van nieuwe laad- en lostech- nieken. Hoéwei dus voor een verdere expan- ONDERMINISTER VAN SON nog wel obstakels O sie alle voorwaarden aanwezig lijken te zijn, zijn er toch nog heel wat moeilijk heden te overwinnen, aldus drs. Van Son, die daarbij dacht aan de proble matiek rondom de economische een wording van Europa, de nog te nemen obstakels op vervoergebied en de strijd tegen nationale plannen en regelingen, die de concurrentiepositie van ons ver voer rechtstreeks bedreigen. UTRECHT De Nederlandse schoen winkeliers zijn over hun omzetten in de maand mei niet erg te spreken. De ver kopen zyn ten opzichte van voorgaande maanden vooral achter gebleven door te weinig zon, zo menen de winkeliers. De verkopen voor moederdag waren even min goed. Een troost mag zijn, dat de hele mo desector van het weer afhankelijk is. In de herenschoenensector is de verkoop over het algemeen beter geweest, om dat de weersomstandigheden hier min der van invloed zijn op de omzetten. UTRECHT In de stad Utrecht en een aantal plaatsen ten westen daarvan wordt een intensief onder zoek ingesteld naar de betrokkenheid van de leden der Partij van de Ar beid bij het politieke gebeuren en naar de mogelijkheden om het aan deel van de burger in het bepalen van het partij- en overheidsbeleid te ver groten. De uitvoering van het project, dat ongeveer twee jaar in beslag zal ne men en plaats heeft in opdracht van het bestuur van de Partij van de Arbeid geschied in twee fasen. De eerste fase betreft 'een grootscheepse enquête, waarbij alle leden van de Party van de Arbeid in het gebied en een aan tal ex-leden zullen worden betrokken. In totaal gaat het om ongeveer 3500 mensen. Het onderzoek zal vooral gericht zijn op het verkrijgen van gegevens over de opvattingen, die de leden hebben over de politiek als zodanig, de partij, het beleid van de partij en welke mogelijk heden zij zelf zien en gebruiken om bij politieke activiteit te worden betrok ken. De tweede fase van het project be treft een uitgebreid programma van politieke herstructurering, waarvoor de resultaten van de enquête als basis gegevens zullen worden gebruikt. De bedoeling is om in deze fase tamelijk uitgebreid te experimenteren met ver schillende vormen van politieke partici patie, waarbij; indien daartoe aanleiding bestaat, ook buiten bestaande organisa torische structuren zal worden gewerkt. Het uiteindelijke doel is een nieuw politiek raderwerk te creëren, dat na afloop van de onderzoekperiode door de plaatselijke bevolking draaiend wordt gehouden. Partijvoorzitter dr. J. G. H. Tans deelde in Utrecht mee, dat de leiding van het project berust bij de socioloog drs. M. van Dam van de Wiardi Beck- manstichting en de heer T. Pauka, hoofd van de afdeling documentaire programma's van de VAR A-radio. Hij vroeg zich af waarom vele bur gers wel bereid zijn zich te verdiepen in de ingewikkelde problemen van een detectiveroman en niet in die van de politiek. Het antwoord op deze vraag is, naar de mening van het partijbestuur, voor de oplossing van de crisis in de politiek minstens even belangrijk als het saneren van het politieke bestel in Den Haag op het niveau van de volksver tegenwoordiging en de regering. Het is namelijk heel góed denkbaar, aldus dr. Tans dat de oorzaken van de politieke crisis niet alleen liggen in de sfeer van het beleid, maar ook in het feit, dat de instrumenten, waarmee het beleid beïnvloed kan worden, ver ouderd zijn. Drs. Van Dam deelde mee, dat meer dan honderd geselecteerde vrijwilligers uit de partij met een vra genlijst op pad zullen gaan. ADVERTENTIE Ik verzoek u om inlichtingen over de werkzaamheden, financiële en sociale voorzieningen van de vrijwilliger. c 0110 NAAM ADRES WOONPLAATS. GEB. DATUM- BEROEP TEL. VAKOPLEIDING. GEHUWD/ONGEHUWD Als uw beroep erbij staat vul dan niet meteen In een op welling deze coupon in. Lees eerst verder en denk dan even na over uzelf. De eisen zijn nogal buitengewoon. Dat moet wel, want vrijwilligershulp is een moeizaam, omzichtig werk. Het is hulp die erop gericht is andere mensen te leren zich zelf te helpen. Door overdracht van kennis en vakbekwaam heid. De vrijwilliger heeft een flinke dosis verdraagzaam heid, incasseringsvermogen en gevoel voor betrekkelijkheid nodig. Hij moet soepel zijn, zich kunnen aanpassen en respect hebben voor de mening van een ander. Hij moet over doorzettingsvermogen beschikken en zelf initiatieven kunnen nemen. Hij moet misschien een primitieve behuizing voor lief nemen en twee jaar werken in de tropen tegen niet meer (maar ook niet minder) dan een redelijke vergoeding. Naast enthousiasme is vooral nuchterheid van belang. De nuchterheid die leidt tot de eerlijke overwegingTrekt het mij aan een nieuwe wereld te ontmoeten Bezit ik echt genoeg van de noodzakelijke eigenschappen? Als u tussen 21 en 35 jaar oud bent, bij voorkeur ongehuwd, een van de bovengenoemde beroepen op middelbaar niveau beheerst, gelieve u nu de informatiestrook in te vullen en deze In een als brief gefrankeerde enveloppe te zenden aan de STICHTING NEDERLANDSE VRIJWILLIGERS, Muzen- straat 30, Den Haag.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1968 | | pagina 5