Bedrijfsleven door Franse maatregelen verontrust Mr. Luns zou associatie Spanje met EEG wensen Marianne Wijfje werd niet ontvoerd MOMENTEN uit ©enn „Bij industrialisatie is Europese aanpak nodig" DR N. L. RUITEND AAL IMPORTBEPERKING TREFT VOORAL DAF Eigenmachtig optreden WEER CAO BIJ V. en D. Ruim 126 mille voor Grieken Den Uyl stelt vragen Respect Grootscheeps Grote dingen Specialisatie DUISTER VAN HARTE-ACT1E VRUCHTBAAR Politie Zandvoort: ZATERDAG 29 JUNI 1968 OTTERDAM Er moet een -*-*• Europese aanpak komen voor de itidustralisatie. Nu trekt elk land in de Europese Gemeenschap op zijn eigen houtje industrie aan en regelt daarvoor zelf de voorwaar den. Benelux, Frankrijk, West- Duit sland en Italië zouden moeten komen tot gelijkgestelde gedragsre gels en oordeeltjes" hij vestiging van nieuwe bedrijven. Dat is de mening van dr. N. L. Ruizendaal, hoofd van de bedrijfs economische afdeling van de centra le accountantsdienst van Unilever N. V. in Rotterdam. Kortgeleden pro moveerde hij in Tilburg tot doctor in de economische wetenschappen op een proefschrift getiteld „Indus triële herstructurering". Na een flinke wandeling door de eindeloze gangen in het gebouw van Unilever, treffen we dr. Ruizendaal in een groot kantoor. Eigenlijk te groot, want zijn kleine gestalte zinkt er wat in weg. Dr. Ruizendaal heeft pionierswerk verricht met zijn we tenschappelijke studie over de nieu we opzet van de industrie. Daar verscheen nog niet eerder een boek over. Pratend over wat de overheid na de oorlog heeft gedaan voor de in dustrialisatie zwaait hij de loftrom pet DR. N. L. RUIZENDAAL speurwerk „Ik heb groot respect voor de ma nier waarop de overheid de sprei ding van de industrie heeft aange pakt in verband met de werkgele genheid. Het beleid is wat verflauwd door het tekort aan arbeidskrachten in de jaren van 1964 tot 1967. Maar nu krijgt het weer de volle aan dacht", zegt hij. En hij voegt er aan toe: „De vrees bekruipt me wel eens, of men in de andere landen van de Europese Economische Gemeen schap wel dezelfde voortvarendheid aan de dag legt". Weinig ingenomen is dr. Ruizen daal met de uiteenlopende aanpak van de industrialisatie in de gemeen schap. „Ik weet wel, er is tijd nodig om Europees te leren denken", zegt hij. „Maar het is werkelijk nodig dat de Zes samen gaan zoeken naar een nieuwe opzet van de produktie en de ruimtelijke ordening, die daaraan vast zit". Binnen de gemeenschap moet wor den bekeken wat het best is. Raakt een bepaald gebied achterop dan moet volgens dr. Ruizendaal nage gaan worden, welke „Europese" sti muleringsmaatregelen nodig zijn. „Maar de beslissing over zulke maatregelen moet natuurlijk worden genomen in overleg met de betref fende regering", zegt hij. Ook is ry voorstander van ge meenschappelijke regelingen op grootscheepse manier voor het vraagstuk van de lucht- en water verontreiniging en voor het verkrij gen van water voor de industrie. In Duitsland zijn al maatregelen in voorbereiding tegen de waterveront reiniging. „Ik vraag me af waarom zulke maatregelen niet in gezamenlijk overleg worden getroffen door de zes landen". Dr. Ruizendaal spreekt zonder veel gebaren. Af en toe trekt hij aan een klein sigaartje. Hij gaat met wat meer nadruk praten als hij de toestand in Engeland als voorbeeld stelt: Daar geeft de regering finan ciële steun bij vestiging en uitbrei ding van fabrieken in moeilijke ge bieden. Plus nog eens gedurende tien jaar een vast bedrag voor elke arbeidsplaats die uit vestiging of uitbreiding te voorschijn komt. „In dit systeem wordt dus aan twee kanten de industriële werkge legenheid opgetrokken. Namelijk door te helpen bij het stichten van nieuwe bedrijven en bij uitbreiding van bestaande. Dit laatste missen wij", komt wat spijtig uit de mond van dr. Ruizendaal. Wat de concentratie van de in dustrie betreft over de oorzaken ervan is veel te vinden in het boek van de econoom staan grote din gen te gebeuren. Het samenvoegen van bedrijven over de nationale grenzen heen zal snel komen", denkt dr. Ruizendaal. Binnen de Europese landen gebeurt 'dat al sterk. Hij ziet in die vorrneh van samensmelting kansen op betere werkgelegenheid en vergroting van het nationaal inkomen per hoofd van de bevolking. Belangrijk uit gangspunt bij het bundelen van be drijven is het speurwerk. „De concurrentiestrijd verplaatst zich meer en meer naar het labora torium. Het speurwerk speelt een veel grotere rol dan vroeger", vindt dr. Ruizendaal. Ook komt het aan op meer specia lisatie. Die begint in Nederland langzaam op gang te komen. Ty pisch Nederlands, noemt de heer Ruizendaal het, dat dit in ons land niet zo snel gaat, Hij bezocht toen hij zijn proefschrift voorbereidde verscheidene bedrijven. Het viel hem toen op, dat het aantal artike len van één onderneming vaak zo groot is. Beperking van het aantal produkten binnen één soort vindt hij hard nodig. Hij verwacht dat die er ook wel komt, onder druk van de Amerikaanse concurrentie. Daarvoor is veel overleg nodig tüssen ondernemers. Staan ze daar wel voor open? ,0 ja, zeker", zegt dr. Ruizenidaal. „Heel wat meer fabrikanten dan vroeger voelen nu voor overleg met hun collega's over hun produkten. Het gaat daarmee de goede kant op". DEN HAAG Naar het Centraal Orgaan voor de Economische Betrek kingen met het buitenland meedeelt, heeft het in dit orgaan samenwerkende Nederlandse bedrijfsleven met teleurstelling en grote verontrusting kennis genomen van het eigenmachtig optreden van de Franse regering door, zon der tijdig overleg met de EEG-partners, bepaalde handelspolitieke maatre gelen te nemen. Als voorbeelden worden genoemd de beperking van de in voer in een aantal sectoren, het uitoefenen van toezicht op de invoer van andere sectoren en het steunen van de export door middel van handhaving en zelfs uitbreiding van het stelsel van exportsubsidies en andere faciliteiten. Het Centraal Orgaan acht het dan ook Van groot belang dat de Nederlandse regering, zowel in haar contacten met de Europese Commissie, als bij haar stellingneming in de Raad van Minis ters van de EEG, er met grote nauw lettendheid op toeziet, dat Frankrijk de economische en financiële situatie, waarin het zich momenteel, door inter ne oorzaken, bevindt niet in feite ge bruikt om zich aan de consequenties van de totstandkoming v an de ge meenschappelijke markt te onttrekken. Het is, aldus het orgaan, immers ge noegzaam bekend, dat ook voordat de huidige situatie ontstond, een dergelijke tendens bij de Franse regering merk baar was. Meer in het bijzonder zal moeten worden voorkomen, dat de omvang en tijdsduur van genoemde maatregelen het Franse bedrijfsleven in staat zou den stellen in een beschermd milieu over te gaan tot herstructurering van de Franse economie ten detrimente van de overige lid-staten .Tevens moet wor den gevreesd dat de Franse maatrege len ook buiten de EEG reacties zullen wekken, die van nadelige invloed zullen zijn op de handelsrelaties van de overi ge EEG-partners met derde landen. Ver wacht mag dan ook worden, aldus het orgaan, dat de regering bereid zal zijn in overleg te treden met die sectoren van het Nederlandse bedrijfsleven, die van de Franse maatregelen moeilijkhe den zullen ondervinden. Het Nederlandse bedrijfsleven tast nog in het duister omtrent de juiste in houd van de maatregelen, die Frankrijk heeft aangekondigd te zullen nemen teneinde de moeilijkheden, als gevolg van de crisis in mei en juni, het hoofd te kunnen bieden. Zoals bekend, bestaan de maatregelen uit kwantitatieve im portbeperking (contingentering) op huis houdelijke elektrische apparaten, auto mobielen, textielprodukten en bepaalde staalprodukten. De Franse regering heeft aangekondigd, dat de maatrege len (die ingaan per 1 juli 1968) slechts een tijdelijk karakter hebben. Het be drijfsleven kan moeilijk de eventuele gevolgen van deze maatregelen over zien. Het verschilt sterk in opvatting naar bedrijfsklasse en de omvang van de export naar Frankrijk. UTRECHT De vakbonden hebben met de directie van Vroom en Drees- mann overeenstemming bereikt over 'n nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst Het bedrijf heeft ongeveer 22.000 werk nemers. Bij V en D heeft twee jaar lang geen cao gegolden. In 1966 werden de onder handelingen namelijk afgebroken omdat er tussen bonden en directie een me ningsverschil rees over het tempo waar in het minimuminkomen voor het vrou welijk personeel zou worden ingevoerd. Ongeveer tweederde van het V en D- personeel bestaat uit vrouwen. De di rectie ging pas over tot invoering van het minimumloon voor vrouwen nadat de vakbonden het College van Rijksbe middelaars hadden ingeschakeld. In de nieuwe cao, die met terugwer kende kracht per 1 april ingaat, zijn ook de verschillen in garantiesalarissen tussen mannelijk en vrouwelijk perso neel opgeheven. Er is een salarisverho ging overeengekomen van gemiddeld 4,5 pet met een persoonlijk minimum van 3,5 pet. AMSTERDAM De Griekse zaak gelastigde in Nederland heeft onlangs het comité Vrij Griekenland via een tussenpersoon laten weten, dat de mi litaire junta in Griekenland sympathiek ■taat tegenover de op 1 juni gehouden VARA-actie Van Harte ten bate van de slachtoffers van het nieuwe Griek se regime en wel wilde bemiddelen bij de verdeling van het geld. Dit vertel de gisteren de secretaris van het co mité, het Tweede-Kamerlid H. Wieben- ga, bij de officiële bekendmaking van de opbrengst van de actie in het Apol- lopaviljoen in Amsterdam. Hierbij was ook de leider van de Pan- Hellenistische vrijheidsbeweging, An dreas Papandreou, aanwezig. „Wij zijn er natuurlijk niet op ingegaan", aldus de heer Wiebenga, „maar uit het aan bod blijkt duidelijk, dat deze mensen een bord voor hun kop hebben". Later distantieerde de Grikse ambassade zich van de zaak en uitte zij de vrees, dat het geld zou worden gebruikt voor de aankoop van wapens. Zowel het comité als Papandreou verzekerde, dat dit niet "het geval zal zijn. De totale opbrengst van de actie, f 126.660,70 werd overgedragen aan de speciaal in het leven geroepen stich ting Steunfonds Democratisch Grieken land. Papandreou zei diep geroerd te zijn „door dit gebaar van solidariteit van het Nederlandse volk." Het geld van de actie zal langs ille gale wegen naar Griekenland worden gebracht als materiële steun voor de Griekse verzetsmensen, degenen die door het regime hun baan zijn kwijt geraakt en familieleden van gevange nen. Papandreou veronderstelde dat ongeveer 10.000 Grieken door het re gime worden gevangen gehouden. r)EN HAAG De PvdA-fractieleider in de Tweede Kamer, drs. J. M. den Uyl, heeft de minister van Buitenlandse Zaken, mr. J. M. A. H. Luns, vragen gesteld over een bericht in het voorlichtingsblad van het Spaan se ministerie van Buitenlandse Zaken „Espana Semanal", volgens hetwelk Nederland associatie van Spanje in de gemeenschappelijke markt zou voor staan. Drs. Den Uyl vraagt of het juist is dat minister Luns de Spaanse minister van Nijverheid, Lopez Bravo, tijdens zijn officiële bezoek aan Nederland blijk heeft gegeven van zijn wens, dat het Spaanse plan voor associatie met de EEG wordt verwezenlijkt. Indien dit zo is, hoe is dit dan te verenigingen met de uitspraak van de minister in de Tweede Kamer op 7 juni vorig jaar: „Ik wil wat Spanje betreft in concreto ontkennen, dat er grond bestaat voor de indruk van de heer Oele, dat voor Spanje een associatie in het verschiet zou liggen". Kan de minister de verzekering ge ven, dat de Nederlandse regering zich heeft onthouden en zal onthouden van enigerlei toezegging om te zijner tijd in te stemmen met een associatie van Spanje met de EEG, zo besluit drs. Den Uyl zijn vragen. Het bericht in luidde als volgt: „Espana Semanal" „Nederland wenst de opneming van Spanje in de gemeenschappelijke markt". „De minister van Nijverheid López Bravo heeft een officieel bezoek van 3 dagen aan Nederland gebracht. Gedurende deze dagen heeft hij met talrijke persoonlijkheden uit het politie ke en economische leven een ontmoe ting gehad. Onder de gevoerde gesprek ken zijn die met de minister van Bui- telandse Zaken, Luns, en met de minis ter van Economische Zaken, De Block, de voornaamste. „Mijn gesprekken met de Nederland se ministers zijn bijzonder vruchtbaar geweest", verklaarde de heer López Bravo. „Ik mag beweren dat ik een sfeer van meer begrip heb ontmoet, niet alleen voor wat betreft mijn ge sprekken op het vlak van het ministe rie, maar ook in zuiver politieke za ken. Met Jozef Luns heb ik gesproken over de aanvrage tot associatie van ons land met de gemeenschappelijke markt en het hoofd van de Nederlandse diplomatie heeft mij blijk gegeven van zijn wensen dit plan verwerkelijkt te zien." Voor de DAF komen de maatregelen op een zeer ongelukkig tijdstip. Na de stopzetting van de produktie wegens gebrek aan Franse motoren in het type 55, komt deze nieuwe beperking hard aan. Frankrijk vormt voor de DAF een belangrijke exportmarkt, aldus de di rectie. Van alle Europese automobiel fabrikanten zal deze Nederlandse onder neming het meest worden getroffen. De directie heeft inmiddels een pro test ingediend bij het ministerie van Economische Zaken. De Hoogovens hebben ernstige prin cipiële bezwaren tegen de aangekondig de invoerbeperkingen van o.m. walserij- produkten. De textielindustrie staat er in zover re gunstig voor, dat de ongeregeldhe den van de laatste maanden de prijzen in Frankrijk hebben opgedreven, zodat het Nederlandse produkt in een betere concurrentiepositie kan komen te staan. Algemeen wordt in textielkringen de contingentering afgekeurd, omdat de fabrikant hierbij geen enkele ontsnap pingsmogelijkheid wordt geboden. y AND VOORT De politie van Zand- voort gelooft niet dat Marianne Wijfje, die vorige week vier dagen lang zoek was, het slachtoffer van ontvoering is geweest. Bij het aantreffen van Marianne op zondag 23 juni werd door de arts van het militaire hospitaal te Overveen geen letsel geconstateerd en werden geen aanwijzingen gevonden, die er op wezen, dat enig misdrijf ten op zichte van het kind zou zijn gepleegd. Het was kennelijk vermagerd en zo vuil alsof het in geen dagen gewas sen was. Marianne klaagde over dorst en dronk terstond bekers thee en melk. De behandelende arts fchtte het aan de hand van haar toestand niet onmoge lijk, dat het kind bijna vier etmalen vrijwel zonder eten of drinken had rond gezworven. Geestelijk was ze volkomen bij en ze vertoonde geen angstverschijnselen. Een foto van haarzelf herkende ze onmiddellijk en ze noemde prompt de naam van haar broertje en van de hond. Op het poli tiebureau te Zandvoort dronk ze op nieuw melk. maar gaf daarna over. In de ouderlijke woning is ze onder zocht door de huisarts. Deze verklaar de tegenover de politie, dat hij haar conditie vrij goed vond. Het was hem opgevallen, dat de huid slechts gerin ge uitdrogingsverschijnselen vertoon de, maar ook hij achtte het niet uit gesloten, dat ze bijna vier dagen in de duinen had rond gezworven. Wat de afrastering betreft bleek het terrein vanuit de richting Zandvoort- Noord voor een kind wel bereikbaar te zijn. Naar de politie van Zandvoort mede deelde, werden kleding en faecaliën van het meisje onderzocht door het gerechtelijk laboratorium van het mi nisterie van Justitie. Voorlopige con clusie: in faecaliën werden fragmen ten van bladresten aangetroffen, niet behorende tot de normale voeding. Geen resten werden aangetroffen van normale voeding gedurende de laatste vier dagen. Aangenomen wordt, dat ze op haar tocht gerust en geslapen heeft. Hiervoor pleiten de vrij gerin ge afstand die ze in vier dagen heeft afgelegd en de tamelijk goede condi tie, waarin ze werd aangetroffen. Dit kan ook verklaren, waarom ze bij de massale zoekactie, waarbij ook helikopters waren ingeschakeld, niet is gevonden. Wat ze tot dusverre aan haar ouders heeft verteld, geeft geen enkele aan wijzing, dat ze is meegenomen of in die vier dagen met iemand contact heeft gehad. In de pers is de veron derstelling geopperd, dat ze is meege nomen en na vier dagen weer in de duinen is neergezet. Het lijkt, aldus de politie, wel zeer ongerijmd, dat de dader het'grote risico zou nemen om zich met een kind, waar zeker de gehele omgeving van Zandvoort naar uitkeek, te wagen in een verbo den duinterrein, „waar zijn verblijf bij ontdekking door een opziener ze ker tot controle aanleiding zou ge ven" en haar achter zou laten op een plaats waar zeer weinig mensen ko men en waar het een kwestie van toe val was of het kind zou worden ge vonden. Lissabon zondag. TTeze brief begin ik u te schrijven met het zicht op de grootste haven van Lissabon, die we juist uitglijden, de Atlantische Oceaan op. Alle passagiers zijn uit de hut ten en lounges gekomen. Het is al tijd een gebeuren, als een schip de rede verlaat. Dat wordt ook on- streept door het feit, dat de scheepskapel op dek staat aange treden en blaast en trommelt alsof er iets bezworen moet worden. Ik heb met één ding moeite. Hoog boven ons schip wappert de Duitse vlag. De „Regina Maris" is een Duits schip met een Duitse beman ning. Ik hoor niet tot degenen (die ik overigens respecteer), die na de tweede wereldoorlog geen voet meer op Duitse grond hebben wil len zetten. Ik heb er vele na-oorlog- se voetstappen liggen. Maar ik ben er nooit in die 23 jaar dat Hitier nu al dood is met vakantie ge weest. En dat was zeer welbewust. Had ik een niet-Duits schip kunnen krijgen voor precies deze reis, in precies dezelfde tijd, dan had ik dat niet-Duitse schip wel ge nomen. Maar dat was er niet. En dan moet een mens tenslotte het verstand op het gevoel laten in-re- deneren. Vandaag beginnen wQ de publi- katie van een serie artikelen van de hand van de heer Th. Booy te Apeldoorn, die onlangs een cruise heeft gemaakt in het Middelland se Zee-gebied. Uit de verschillen de havens die de heer Booy heeft aangedaan, stuurde hy ons zyn brieven. „Wilt u ze wel als brie ven lezen?" vraagt hy de lezers. „Brieven zyn geen rapporten. In brieven mag je van de hak op de tak springen. In de echte reis brief is het: een flits van dit en een momentopname van dat telkens een bespiegelinkje tussen het feitenrelaas door dit weg latend, omdat het wel belangrijk moet zyn. maar je niets gezegd heeft, dat accentueerd, omdat het jou toevallig zeer aansprak. Reisbrieven mogen moeten zelfs subjectief zyn. Voor reisgid sen kan men in de boekhandel te recht." Welaan, hierbij de eerste reis brief van de heer Booy. "Ten Duits schip heeft overigens voordelen boven de schepen van menig ander land. Mijn vrouw en ik zijn eens met een Grieks schip naar het Midden-Oosten ge weest. Het leven aan boord was zeer kleurrijk, maar we kwamen in vrijwel elke haven veel te laat aan, waardoor menige excursie een jachtpartij werd. Bij de ruïnes van Delphi verschenen we zelfs toen het juist donker werd. Ze werden door de schemer wel zeer adembe nemend, maar we waren gekomen om ze te bekijken. Ons schip van nu arriveert overal precies op tijd, moet zelfs nogal eens vaart minde ren om niet te vroeg te zijn. Als er op het program staat: half één lunch, dan gaat 4e gong om half één, niet één minuut ervoor en niet één minuut erna. En elke steward staat bij ons betreden van de eet zaal stipt op zijn plaatsje, als hield hij de wacht. Organiseren kunnen ze. En discipline, die zit er in. Het gaat zo ver, dat je soms neiging hebt te denken: moet dan alles plangemasz, mag er niets overgela ten worden aan de improvisatie? Het mag niet. Maar het heeft dit geweldige voordeel, dat je precies weet waar je aan toe bent. Je weet, dat je echt niet hoeft te proberen om twee voor half elf een boek uit de boordbibliotheek te halen. Die zwaait om half elf open. En voor elf uur krijgt ook de dorstig- ste Beier geen biertje. Verhuizen in een eetzaal is uitgesloten. Je houdt bij alle maaltijden je plaats je van de eerste dag, ook al zou je terechtgekomen zijn aan een tafel met mensen, die je graag je bord in het gezicht zou gooien. Zou er een romance opbloeien tussen een jongeman van tafel 21 en een meis je van tafel 14, dan hoeven de ge lieven niet te denken, dat ze ooit aan boord samen zullen eten. De plattegrond van de eetzaal is cano niek. Alles is tot in de perfectie ge organiseerd. Als de zee woelig is, ligt er binnen het bereikt van elke dekstoel een papieren zak. U be grijpt wel waarvoor. Is het water rustig, dan zie je nergens zo 'n ding. Elke morgen vind je bij het ont bijt een stencil met het wereld nieuws en geen keer mist de dag spreuk bovenaan en het bizarre nieuwtje, dat het hek sluit. En je zoekt vergeefs naar die éne zo menselijke tikfout. Soms denk ik: nou hebben we er recht op, dat er aan boord ook eens wat fout gaat. Maar het hoofdge voel is: wat rustgevend, dat deze staf aan alles gedacht heeft en dat elk program haarfijn wordt uitge voerd. W/Te scheepten ons in in Genua. Ik stond een hele tijd te kijken naar de transportband die de kof fers aan boord bracht, 'k Moest toen wel denken: als deze schuit vergaat, hebben veel notarissen he- la le tijden werk. En ook: wat zullen er veel klerenkasten ongeveer leeg staan. Ach, waarom ook niet? De eerste haven die we aandeden was Barcelona. Er waren twee ex cursies: stadsbezichtiging, en: naar het vermaarde klooster Mont- serrat. Wij kozen de tocht naar het klooster. Ik kwam er wat mismoe dig vandaan: is nou niet te verhoe den, dat elk bedevaartsoord een toeristische trekpleister wordt? Ik begrijp, dat je na het bezoek aan de Zwarte Madonna niet met een lege maag terug naar Barcelona kunt gaan en dat je er een ansicht moet kopen. Maar... ach laat ik er over ophouden. Ik heb inmiddels al erger dingen gezien. Wist u, dat er een florerende handel bestaat in Maria-beeldjes die als je op een knopje drukt een liedje spelen? Ik breng er geen voor u mee. Ik zou één dag bisschop in zo'n diocees willen zijn. Wat mij betreft zonder mijter, ring en staf. Maar wel met een vulpen. Dan was er voor de middagthee een herderlijk schrij ven, dat meer van een jagerlijk schrijven had. Alle Nederlandse bisschoppen zouden het er zeker mee eens zijn. De vöart doodde Straat van Gi braltar was een evenement. Eerste gedachte: die Britten van de oude tijd wisten wel, waar ze zich moes ten nestelen. Je doet hier de weste lijke poort van de Middellandse Zee zo maar dicht, knip, dicht is die zee. Tweede gedachte: voor de Spanjaarden toch wel onverteer baar, dat deze zuidelijkste punt van hun land niet Spaans is. Het is zo iets als: heel Walcheren is Neder lands, behalve Vlissingen. Dat is Russisch. Ik gun Franco Gibraltar niet, omdat ik hem niets gun, maar deze situatie is gewoon te gek. Ook met de meest meesterlijke Duitse kijker waren de apen niet te zien, (om stil van te worden, wat de Duitse passagiers aan kijkers, filmapparaten en camera's hebben meegesjouwd, we zouden er een droom van een winkel mee kunnen openen; wat me nog meer impo neert is, dat ze er net zo breed en vakkundig en gedetailleerd over kunnen redeneren als in ons Kam pen over de theologie). De avondwandeling over de Ram- blas van Barcelona was een ver ademing. Verenigingen ter bescher ming van de voetganger moeten hier plaatjes van laten maken. Een zeer, zeer brede straat met aan beide kanten autowegen en in het midden een kolossale ave nue voor de wandelaars. Je kunt daar wel met z'n dertigen naast elkaar flaneren. Als ik het mij van vroeger goed herinner, reed toen de tram op wat nu het voetgangers domein is. Goed recept: trambanen worden voetgangerswegen. T issabon verdwijnt nu steeds meer uit mijn gezicht. Ik moet zeggen: een grootse stad, waarlijk een hoofdstad, 'k Weet wel: het kon die monumentaliteit krijgen omdat het oude Lissabon ten gevolge van een aardschok goeddeels een ruïne werd. Men was ineens op de fameu ze wijk Alfama na alle stegen, steeg jes en sloppen kwijt. Maar men had ook dat stegen wereld je kun nen herbouwen en schiep een me tropool van allure. Ik zal in een volgende brief nog wel een enkele impressie van deze stad geven. Nu alleen nog dit. Van deze rede zeilden Vasco da Gama en Magalhaes uit, twee der groot ste ontdekkers aller tijden. Zij voe ren door dit water dat wij nu door klieven. Vergeleken met ons schip: met roeiboten. Ze zijn, met het ko loniale tijdvak, wel wat in diskre diet geraakt. (Bij ons dan, in Por tugal niet. Daar moet de twintigste eeuw nog aanbreken). Maar het waren toch wel kérels. Scheepjes zonder stabilisatoren, zonder radar, zonder ook maar het simpelste mo tortje, zonder koelkastje, laat staan air-conditioning. Scheepjes waar van de autoriteiten nu zouden zeg gen: goed voor het Uddelermeer, die Friese wateren zijn veel te driest TVTog vaag zie ik het silhouet van de Belem-kathedraal, het eeu wenoude heiligdom waar de zeevaar ders eerst gingen bidden voor zij aan boord klommen... Als u ooit in Lissabon komt, bezoek die kerk wel en vooral de kloostergang. Die ademt nu werkelijk iets van wat ze vroeger noemden de vrede des He ren, en is zo ontroerend-mooi, dat je zou zeggen: die moet ook de jongste dag overleven. De lichtjes aan de oever en op de zeven heuvelen gaan aan. Bij hon derden. Dan ineens, alles bekro nend, verschijnt boven haven en stad het ontzaglijke Christusbeeld, dat de Portugese bisschoppen lie ten bouwen als teken van dank baarheid, dat hun land buiten de tweede wereldoorlog bleef. Het is een openbaring, deze lich tende Christus-gestalte met in de sokkel zelfs liften omdat er geen klimmen aan is, maar zou Jezus van Nazareth die wellicht 1 meter 70 was bij het aanschouwen ervan niet gezegd hebben: beste jongens, jullie hebben me hier wel wat groot gemaakt? Zorg er liever voor, dat mijn gelaat oplicht in jullie maat schappij in Angola en Mozam bique... Het enorme Christusbeeld. Nóg een monument in de haven van Lissabon. ADVERTENTIE IIIIIIHaHIIMIUIIIIIIIIIIIMIHHIIIIUIIHUIIIIIIIH

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1968 | | pagina 7