Bedrijfsleven door Franse
maatregelen verontrust
Mr. Luns zou associatie
Spanje met EEG wensen
Marianne Wijfje
werd niet
ontvoerd
MOMENTEN uit ©enn
„Bij industrialisatie is
Europese aanpak nodig"
DR N. L. RUITEND AAL
IMPORTBEPERKING TREFT VOORAL DAF
Eigenmachtig
optreden
WEER CAO
BIJ V. en D.
Ruim 126 mille
voor Grieken
Den Uyl stelt vragen
Respect
Grootscheeps
Grote dingen
Specialisatie
DUISTER
VAN HARTE-ACT1E
VRUCHTBAAR
Politie Zandvoort:
ZATERDAG 29 JUNI 1968
OTTERDAM Er moet een
-*-*• Europese aanpak komen voor
de itidustralisatie. Nu trekt elk land
in de Europese Gemeenschap op
zijn eigen houtje industrie aan en
regelt daarvoor zelf de voorwaar
den. Benelux, Frankrijk, West-
Duit sland en Italië zouden moeten
komen tot gelijkgestelde gedragsre
gels en oordeeltjes" hij vestiging
van nieuwe bedrijven.
Dat is de mening van dr. N. L.
Ruizendaal, hoofd van de bedrijfs
economische afdeling van de centra
le accountantsdienst van Unilever
N. V. in Rotterdam. Kortgeleden pro
moveerde hij in Tilburg tot doctor
in de economische wetenschappen
op een proefschrift getiteld „Indus
triële herstructurering".
Na een flinke wandeling door de
eindeloze gangen in het gebouw van
Unilever, treffen we dr. Ruizendaal
in een groot kantoor. Eigenlijk te
groot, want zijn kleine gestalte zinkt
er wat in weg. Dr. Ruizendaal heeft
pionierswerk verricht met zijn we
tenschappelijke studie over de nieu
we opzet van de industrie. Daar
verscheen nog niet eerder een boek
over.
Pratend over wat de overheid na
de oorlog heeft gedaan voor de in
dustrialisatie zwaait hij de loftrom
pet
DR. N. L. RUIZENDAAL
speurwerk
„Ik heb groot respect voor de ma
nier waarop de overheid de sprei
ding van de industrie heeft aange
pakt in verband met de werkgele
genheid. Het beleid is wat verflauwd
door het tekort aan arbeidskrachten
in de jaren van 1964 tot 1967. Maar
nu krijgt het weer de volle aan
dacht", zegt hij. En hij voegt er
aan toe:
„De vrees bekruipt me wel eens,
of men in de andere landen van de
Europese Economische Gemeen
schap wel dezelfde voortvarendheid
aan de dag legt".
Weinig ingenomen is dr. Ruizen
daal met de uiteenlopende aanpak
van de industrialisatie in de gemeen
schap.
„Ik weet wel, er is tijd nodig om
Europees te leren denken", zegt hij.
„Maar het is werkelijk nodig dat de
Zes samen gaan zoeken naar een
nieuwe opzet van de produktie en
de ruimtelijke ordening, die daaraan
vast zit".
Binnen de gemeenschap moet wor
den bekeken wat het best is. Raakt
een bepaald gebied achterop dan
moet volgens dr. Ruizendaal nage
gaan worden, welke „Europese" sti
muleringsmaatregelen nodig zijn.
„Maar de beslissing over zulke
maatregelen moet natuurlijk worden
genomen in overleg met de betref
fende regering", zegt hij.
Ook is ry voorstander van ge
meenschappelijke regelingen op
grootscheepse manier voor het
vraagstuk van de lucht- en water
verontreiniging en voor het verkrij
gen van water voor de industrie. In
Duitsland zijn al maatregelen in
voorbereiding tegen de waterveront
reiniging.
„Ik vraag me af waarom zulke
maatregelen niet in gezamenlijk
overleg worden getroffen door de
zes landen".
Dr. Ruizendaal spreekt zonder
veel gebaren. Af en toe trekt hij aan
een klein sigaartje. Hij gaat met
wat meer nadruk praten als hij de
toestand in Engeland als voorbeeld
stelt: Daar geeft de regering finan
ciële steun bij vestiging en uitbrei
ding van fabrieken in moeilijke ge
bieden. Plus nog eens gedurende
tien jaar een vast bedrag voor elke
arbeidsplaats die uit vestiging of
uitbreiding te voorschijn komt.
„In dit systeem wordt dus aan
twee kanten de industriële werkge
legenheid opgetrokken. Namelijk
door te helpen bij het stichten van
nieuwe bedrijven en bij uitbreiding
van bestaande. Dit laatste missen
wij", komt wat spijtig uit de mond
van dr. Ruizendaal.
Wat de concentratie van de in
dustrie betreft over de oorzaken
ervan is veel te vinden in het boek
van de econoom staan grote din
gen te gebeuren.
Het samenvoegen van bedrijven
over de nationale grenzen heen zal
snel komen", denkt dr. Ruizendaal.
Binnen de Europese landen gebeurt
'dat al sterk. Hij ziet in die vorrneh
van samensmelting kansen op betere
werkgelegenheid en vergroting van
het nationaal inkomen per hoofd
van de bevolking. Belangrijk uit
gangspunt bij het bundelen van be
drijven is het speurwerk.
„De concurrentiestrijd verplaatst
zich meer en meer naar het labora
torium. Het speurwerk speelt een
veel grotere rol dan vroeger", vindt
dr. Ruizendaal.
Ook komt het aan op meer specia
lisatie. Die begint in Nederland
langzaam op gang te komen. Ty
pisch Nederlands, noemt de heer
Ruizendaal het, dat dit in ons land
niet zo snel gaat, Hij bezocht toen
hij zijn proefschrift voorbereidde
verscheidene bedrijven. Het viel
hem toen op, dat het aantal artike
len van één onderneming vaak zo
groot is. Beperking van het aantal
produkten binnen één soort vindt hij
hard nodig. Hij verwacht dat die er
ook wel komt, onder druk van de
Amerikaanse concurrentie.
Daarvoor is veel overleg nodig
tüssen ondernemers. Staan ze daar
wel voor open?
,0 ja, zeker", zegt dr. Ruizenidaal.
„Heel wat meer fabrikanten dan
vroeger voelen nu voor overleg met
hun collega's over hun produkten.
Het gaat daarmee de goede kant op".
DEN HAAG Naar het Centraal Orgaan voor de Economische Betrek
kingen met het buitenland meedeelt, heeft het in dit orgaan samenwerkende
Nederlandse bedrijfsleven met teleurstelling en grote verontrusting kennis
genomen van het eigenmachtig optreden van de Franse regering door, zon
der tijdig overleg met de EEG-partners, bepaalde handelspolitieke maatre
gelen te nemen. Als voorbeelden worden genoemd de beperking van de in
voer in een aantal sectoren, het uitoefenen van toezicht op de invoer van
andere sectoren en het steunen van de export door middel van handhaving
en zelfs uitbreiding van het stelsel van exportsubsidies en andere faciliteiten.
Het Centraal Orgaan acht het dan ook
Van groot belang dat de Nederlandse
regering, zowel in haar contacten met
de Europese Commissie, als bij haar
stellingneming in de Raad van Minis
ters van de EEG, er met grote nauw
lettendheid op toeziet, dat Frankrijk
de economische en financiële situatie,
waarin het zich momenteel, door inter
ne oorzaken, bevindt niet in feite ge
bruikt om zich aan de consequenties
van de totstandkoming v an de ge
meenschappelijke markt te onttrekken.
Het is, aldus het orgaan, immers ge
noegzaam bekend, dat ook voordat de
huidige situatie ontstond, een dergelijke
tendens bij de Franse regering merk
baar was.
Meer in het bijzonder zal moeten
worden voorkomen, dat de omvang en
tijdsduur van genoemde maatregelen
het Franse bedrijfsleven in staat zou
den stellen in een beschermd milieu
over te gaan tot herstructurering van
de Franse economie ten detrimente van
de overige lid-staten .Tevens moet wor
den gevreesd dat de Franse maatrege
len ook buiten de EEG reacties zullen
wekken, die van nadelige invloed zullen
zijn op de handelsrelaties van de overi
ge EEG-partners met derde landen. Ver
wacht mag dan ook worden, aldus het
orgaan, dat de regering bereid zal zijn
in overleg te treden met die sectoren
van het Nederlandse bedrijfsleven, die
van de Franse maatregelen moeilijkhe
den zullen ondervinden.
Het Nederlandse bedrijfsleven tast
nog in het duister omtrent de juiste in
houd van de maatregelen, die Frankrijk
heeft aangekondigd te zullen nemen
teneinde de moeilijkheden, als gevolg
van de crisis in mei en juni, het hoofd
te kunnen bieden. Zoals bekend, bestaan
de maatregelen uit kwantitatieve im
portbeperking (contingentering) op huis
houdelijke elektrische apparaten, auto
mobielen, textielprodukten en bepaalde
staalprodukten. De Franse regering
heeft aangekondigd, dat de maatrege
len (die ingaan per 1 juli 1968) slechts
een tijdelijk karakter hebben. Het be
drijfsleven kan moeilijk de eventuele
gevolgen van deze maatregelen over
zien. Het verschilt sterk in opvatting
naar bedrijfsklasse en de omvang van
de export naar Frankrijk.
UTRECHT De vakbonden hebben
met de directie van Vroom en Drees-
mann overeenstemming bereikt over 'n
nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst
Het bedrijf heeft ongeveer 22.000 werk
nemers.
Bij V en D heeft twee jaar lang geen
cao gegolden. In 1966 werden de onder
handelingen namelijk afgebroken omdat
er tussen bonden en directie een me
ningsverschil rees over het tempo waar
in het minimuminkomen voor het vrou
welijk personeel zou worden ingevoerd.
Ongeveer tweederde van het V en D-
personeel bestaat uit vrouwen. De di
rectie ging pas over tot invoering van
het minimumloon voor vrouwen nadat
de vakbonden het College van Rijksbe
middelaars hadden ingeschakeld.
In de nieuwe cao, die met terugwer
kende kracht per 1 april ingaat, zijn
ook de verschillen in garantiesalarissen
tussen mannelijk en vrouwelijk perso
neel opgeheven. Er is een salarisverho
ging overeengekomen van gemiddeld 4,5
pet met een persoonlijk minimum van
3,5 pet.
AMSTERDAM De Griekse zaak
gelastigde in Nederland heeft onlangs
het comité Vrij Griekenland via een
tussenpersoon laten weten, dat de mi
litaire junta in Griekenland sympathiek
■taat tegenover de op 1 juni gehouden
VARA-actie Van Harte ten bate van
de slachtoffers van het nieuwe Griek
se regime en wel wilde bemiddelen bij
de verdeling van het geld. Dit vertel
de gisteren de secretaris van het co
mité, het Tweede-Kamerlid H. Wieben-
ga, bij de officiële bekendmaking van
de opbrengst van de actie in het Apol-
lopaviljoen in Amsterdam.
Hierbij was ook de leider van de Pan-
Hellenistische vrijheidsbeweging, An
dreas Papandreou, aanwezig. „Wij zijn
er natuurlijk niet op ingegaan", aldus
de heer Wiebenga, „maar uit het aan
bod blijkt duidelijk, dat deze mensen
een bord voor hun kop hebben". Later
distantieerde de Grikse ambassade
zich van de zaak en uitte zij de vrees,
dat het geld zou worden gebruikt voor
de aankoop van wapens.
Zowel het comité als Papandreou
verzekerde, dat dit niet "het geval zal
zijn. De totale opbrengst van de actie,
f 126.660,70 werd overgedragen aan de
speciaal in het leven geroepen stich
ting Steunfonds Democratisch Grieken
land. Papandreou zei diep geroerd te
zijn „door dit gebaar van solidariteit
van het Nederlandse volk."
Het geld van de actie zal langs ille
gale wegen naar Griekenland worden
gebracht als materiële steun voor de
Griekse verzetsmensen, degenen die
door het regime hun baan zijn kwijt
geraakt en familieleden van gevange
nen. Papandreou veronderstelde dat
ongeveer 10.000 Grieken door het re
gime worden gevangen gehouden.
r)EN HAAG De PvdA-fractieleider in de Tweede Kamer, drs. J. M.
den Uyl, heeft de minister van Buitenlandse Zaken, mr. J. M. A. H.
Luns, vragen gesteld over een bericht in het voorlichtingsblad van het Spaan
se ministerie van Buitenlandse Zaken „Espana Semanal", volgens hetwelk
Nederland associatie van Spanje in de gemeenschappelijke markt zou voor
staan.
Drs. Den Uyl vraagt of het juist is
dat minister Luns de Spaanse minister
van Nijverheid, Lopez Bravo, tijdens
zijn officiële bezoek aan Nederland
blijk heeft gegeven van zijn wens, dat
het Spaanse plan voor associatie met
de EEG wordt verwezenlijkt. Indien dit
zo is, hoe is dit dan te verenigingen
met de uitspraak van de minister in
de Tweede Kamer op 7 juni vorig jaar:
„Ik wil wat Spanje betreft in concreto
ontkennen, dat er grond bestaat voor
de indruk van de heer Oele, dat voor
Spanje een associatie in het verschiet
zou liggen".
Kan de minister de verzekering ge
ven, dat de Nederlandse regering zich
heeft onthouden en zal onthouden van
enigerlei toezegging om te zijner tijd
in te stemmen met een associatie van
Spanje met de EEG, zo besluit drs.
Den Uyl zijn vragen.
Het bericht in
luidde als volgt:
„Espana Semanal"
„Nederland wenst de opneming van
Spanje in de gemeenschappelijke
markt". „De minister van Nijverheid
López Bravo heeft een officieel bezoek
van 3 dagen aan Nederland gebracht.
Gedurende deze dagen heeft hij met
talrijke persoonlijkheden uit het politie
ke en economische leven een ontmoe
ting gehad. Onder de gevoerde gesprek
ken zijn die met de minister van Bui-
telandse Zaken, Luns, en met de minis
ter van Economische Zaken, De Block,
de voornaamste.
„Mijn gesprekken met de Nederland
se ministers zijn bijzonder vruchtbaar
geweest", verklaarde de heer López
Bravo. „Ik mag beweren dat ik een
sfeer van meer begrip heb ontmoet,
niet alleen voor wat betreft mijn ge
sprekken op het vlak van het ministe
rie, maar ook in zuiver politieke za
ken. Met Jozef Luns heb ik gesproken
over de aanvrage tot associatie van
ons land met de gemeenschappelijke
markt en het hoofd van de Nederlandse
diplomatie heeft mij blijk gegeven van
zijn wensen dit plan verwerkelijkt te
zien."
Voor de DAF komen de maatregelen
op een zeer ongelukkig tijdstip. Na de
stopzetting van de produktie wegens
gebrek aan Franse motoren in het type
55, komt deze nieuwe beperking hard
aan. Frankrijk vormt voor de DAF een
belangrijke exportmarkt, aldus de di
rectie. Van alle Europese automobiel
fabrikanten zal deze Nederlandse onder
neming het meest worden getroffen.
De directie heeft inmiddels een pro
test ingediend bij het ministerie van
Economische Zaken.
De Hoogovens hebben ernstige prin
cipiële bezwaren tegen de aangekondig
de invoerbeperkingen van o.m. walserij-
produkten.
De textielindustrie staat er in zover
re gunstig voor, dat de ongeregeldhe
den van de laatste maanden de prijzen
in Frankrijk hebben opgedreven, zodat
het Nederlandse produkt in een betere
concurrentiepositie kan komen te staan.
Algemeen wordt in textielkringen de
contingentering afgekeurd, omdat de
fabrikant hierbij geen enkele ontsnap
pingsmogelijkheid wordt geboden.
y AND VOORT De politie van Zand-
voort gelooft niet dat Marianne
Wijfje, die vorige week vier dagen
lang zoek was, het slachtoffer van
ontvoering is geweest.
Bij het aantreffen van Marianne op
zondag 23 juni werd door de arts van
het militaire hospitaal te Overveen
geen letsel geconstateerd en werden
geen aanwijzingen gevonden, die er
op wezen, dat enig misdrijf ten op
zichte van het kind zou zijn gepleegd.
Het was kennelijk vermagerd en zo
vuil alsof het in geen dagen gewas
sen was. Marianne klaagde over dorst
en dronk terstond bekers thee en
melk.
De behandelende arts fchtte het aan de
hand van haar toestand niet onmoge
lijk, dat het kind bijna vier etmalen
vrijwel zonder eten of drinken had
rond gezworven. Geestelijk was ze
volkomen bij en ze vertoonde geen
angstverschijnselen. Een foto van
haarzelf herkende ze onmiddellijk en
ze noemde prompt de naam van haar
broertje en van de hond. Op het poli
tiebureau te Zandvoort dronk ze op
nieuw melk. maar gaf daarna over.
In de ouderlijke woning is ze onder
zocht door de huisarts. Deze verklaar
de tegenover de politie, dat hij haar
conditie vrij goed vond. Het was hem
opgevallen, dat de huid slechts gerin
ge uitdrogingsverschijnselen vertoon
de, maar ook hij achtte het niet uit
gesloten, dat ze bijna vier dagen in
de duinen had rond gezworven.
Wat de afrastering betreft bleek het
terrein vanuit de richting Zandvoort-
Noord voor een kind wel bereikbaar
te zijn.
Naar de politie van Zandvoort mede
deelde, werden kleding en faecaliën
van het meisje onderzocht door het
gerechtelijk laboratorium van het mi
nisterie van Justitie. Voorlopige con
clusie: in faecaliën werden fragmen
ten van bladresten aangetroffen, niet
behorende tot de normale voeding.
Geen resten werden aangetroffen van
normale voeding gedurende de laatste
vier dagen. Aangenomen wordt, dat
ze op haar tocht gerust en geslapen
heeft. Hiervoor pleiten de vrij gerin
ge afstand die ze in vier dagen heeft
afgelegd en de tamelijk goede condi
tie, waarin ze werd aangetroffen.
Dit kan ook verklaren, waarom ze bij
de massale zoekactie, waarbij ook
helikopters waren ingeschakeld, niet
is gevonden.
Wat ze tot dusverre aan haar ouders
heeft verteld, geeft geen enkele aan
wijzing, dat ze is meegenomen of in
die vier dagen met iemand contact
heeft gehad. In de pers is de veron
derstelling geopperd, dat ze is meege
nomen en na vier dagen weer in de
duinen is neergezet. Het lijkt, aldus
de politie, wel zeer ongerijmd, dat
de dader het'grote risico zou nemen
om zich met een kind, waar zeker
de gehele omgeving van Zandvoort
naar uitkeek, te wagen in een verbo
den duinterrein, „waar zijn verblijf
bij ontdekking door een opziener ze
ker tot controle aanleiding zou ge
ven" en haar achter zou laten op een
plaats waar zeer weinig mensen ko
men en waar het een kwestie van toe
val was of het kind zou worden ge
vonden.
Lissabon zondag.
TTeze brief begin ik u te schrijven
met het zicht op de grootste
haven van Lissabon, die we juist
uitglijden, de Atlantische Oceaan
op. Alle passagiers zijn uit de hut
ten en lounges gekomen. Het is al
tijd een gebeuren, als een schip
de rede verlaat. Dat wordt ook on-
streept door het feit, dat de
scheepskapel op dek staat aange
treden en blaast en trommelt alsof
er iets bezworen moet worden.
Ik heb met één ding moeite. Hoog
boven ons schip wappert de Duitse
vlag. De „Regina Maris" is een
Duits schip met een Duitse beman
ning. Ik hoor niet tot degenen (die
ik overigens respecteer), die na de
tweede wereldoorlog geen voet
meer op Duitse grond hebben wil
len zetten. Ik heb er vele na-oorlog-
se voetstappen liggen. Maar ik ben
er nooit in die 23 jaar dat Hitier
nu al dood is met vakantie ge
weest. En dat was zeer welbewust.
Had ik een niet-Duits schip
kunnen krijgen voor precies deze
reis, in precies dezelfde tijd, dan
had ik dat niet-Duitse schip wel ge
nomen. Maar dat was er niet. En
dan moet een mens tenslotte het
verstand op het gevoel laten in-re-
deneren.
Vandaag beginnen wQ de publi-
katie van een serie artikelen van
de hand van de heer Th. Booy te
Apeldoorn, die onlangs een cruise
heeft gemaakt in het Middelland
se Zee-gebied. Uit de verschillen
de havens die de heer Booy heeft
aangedaan, stuurde hy ons zyn
brieven. „Wilt u ze wel als brie
ven lezen?" vraagt hy de lezers.
„Brieven zyn geen rapporten. In
brieven mag je van de hak op de
tak springen. In de echte reis
brief is het: een flits van dit en
een momentopname van dat
telkens een bespiegelinkje tussen
het feitenrelaas door dit weg
latend, omdat het wel belangrijk
moet zyn. maar je niets gezegd
heeft, dat accentueerd, omdat
het jou toevallig zeer aansprak.
Reisbrieven mogen moeten
zelfs subjectief zyn. Voor reisgid
sen kan men in de boekhandel te
recht."
Welaan, hierbij de eerste reis
brief van de heer Booy.
"Ten Duits schip heeft overigens
voordelen boven de schepen
van menig ander land. Mijn vrouw
en ik zijn eens met een Grieks
schip naar het Midden-Oosten ge
weest. Het leven aan boord was
zeer kleurrijk, maar we kwamen
in vrijwel elke haven veel te laat
aan, waardoor menige excursie een
jachtpartij werd. Bij de ruïnes van
Delphi verschenen we zelfs toen
het juist donker werd. Ze werden
door de schemer wel zeer adembe
nemend, maar we waren gekomen
om ze te bekijken. Ons schip van
nu arriveert overal precies op tijd,
moet zelfs nogal eens vaart minde
ren om niet te vroeg te zijn. Als er
op het program staat: half één
lunch, dan gaat 4e gong om half
één, niet één minuut ervoor en niet
één minuut erna. En elke steward
staat bij ons betreden van de eet
zaal stipt op zijn plaatsje, als hield
hij de wacht. Organiseren kunnen
ze. En discipline, die zit er in. Het
gaat zo ver, dat je soms neiging
hebt te denken: moet dan alles
plangemasz, mag er niets overgela
ten worden aan de improvisatie?
Het mag niet. Maar het heeft dit
geweldige voordeel, dat je precies
weet waar je aan toe bent. Je weet,
dat je echt niet hoeft te proberen
om twee voor half elf een boek
uit de boordbibliotheek te halen.
Die zwaait om half elf open. En
voor elf uur krijgt ook de dorstig-
ste Beier geen biertje. Verhuizen
in een eetzaal is uitgesloten. Je
houdt bij alle maaltijden je plaats
je van de eerste dag, ook al zou je
terechtgekomen zijn aan een tafel
met mensen, die je graag je bord
in het gezicht zou gooien. Zou er
een romance opbloeien tussen een
jongeman van tafel 21 en een meis
je van tafel 14, dan hoeven de ge
lieven niet te denken, dat ze ooit
aan boord samen zullen eten. De
plattegrond van de eetzaal is cano
niek. Alles is tot in de perfectie ge
organiseerd. Als de zee woelig is,
ligt er binnen het bereikt van elke
dekstoel een papieren zak. U be
grijpt wel waarvoor. Is het water
rustig, dan zie je nergens zo 'n ding.
Elke morgen vind je bij het ont
bijt een stencil met het wereld
nieuws en geen keer mist de dag
spreuk bovenaan en het bizarre
nieuwtje, dat het hek sluit. En je
zoekt vergeefs naar die éne zo
menselijke tikfout.
Soms denk ik: nou hebben we er
recht op, dat er aan boord ook eens
wat fout gaat. Maar het hoofdge
voel is: wat rustgevend, dat deze
staf aan alles gedacht heeft en dat
elk program haarfijn wordt uitge
voerd.
W/Te scheepten ons in in Genua. Ik
stond een hele tijd te kijken
naar de transportband die de kof
fers aan boord bracht, 'k Moest
toen wel denken: als deze schuit
vergaat, hebben veel notarissen he-
la
le tijden werk. En ook: wat zullen
er veel klerenkasten ongeveer leeg
staan. Ach, waarom ook niet?
De eerste haven die we aandeden
was Barcelona. Er waren twee ex
cursies: stadsbezichtiging, en:
naar het vermaarde klooster Mont-
serrat. Wij kozen de tocht naar het
klooster. Ik kwam er wat mismoe
dig vandaan: is nou niet te verhoe
den, dat elk bedevaartsoord een
toeristische trekpleister wordt? Ik
begrijp, dat je na het bezoek aan
de Zwarte Madonna niet met een
lege maag terug naar Barcelona
kunt gaan en dat je er een ansicht
moet kopen. Maar... ach laat ik er
over ophouden. Ik heb inmiddels al
erger dingen gezien. Wist u, dat er
een florerende handel bestaat in
Maria-beeldjes die als je op een
knopje drukt een liedje spelen? Ik
breng er geen voor u mee. Ik zou
één dag bisschop in zo'n diocees
willen zijn. Wat mij betreft zonder
mijter, ring en staf. Maar wel met
een vulpen. Dan was er voor de
middagthee een herderlijk schrij
ven, dat meer van een jagerlijk
schrijven had. Alle Nederlandse
bisschoppen zouden het er zeker
mee eens zijn.
De vöart doodde Straat van Gi
braltar was een evenement. Eerste
gedachte: die Britten van de oude
tijd wisten wel, waar ze zich moes
ten nestelen. Je doet hier de weste
lijke poort van de Middellandse Zee
zo maar dicht, knip, dicht is die
zee. Tweede gedachte: voor de
Spanjaarden toch wel onverteer
baar, dat deze zuidelijkste punt van
hun land niet Spaans is. Het is zo
iets als: heel Walcheren is Neder
lands, behalve Vlissingen. Dat is
Russisch. Ik gun Franco Gibraltar
niet, omdat ik hem niets gun, maar
deze situatie is gewoon te gek.
Ook met de meest meesterlijke
Duitse kijker waren de apen niet te
zien, (om stil van te worden, wat
de Duitse passagiers aan kijkers,
filmapparaten en camera's hebben
meegesjouwd, we zouden er een
droom van een winkel mee kunnen
openen; wat me nog meer impo
neert is, dat ze er net zo breed en
vakkundig en gedetailleerd over
kunnen redeneren als in ons Kam
pen over de theologie).
De avondwandeling over de Ram-
blas van Barcelona was een ver
ademing. Verenigingen ter bescher
ming van de voetganger moeten
hier plaatjes van laten maken.
Een zeer, zeer brede straat met
aan beide kanten autowegen en in
het midden een kolossale ave
nue voor de wandelaars. Je kunt
daar wel met z'n dertigen naast
elkaar flaneren. Als ik het mij van
vroeger goed herinner, reed toen
de tram op wat nu het voetgangers
domein is. Goed recept: trambanen
worden voetgangerswegen.
T issabon verdwijnt nu steeds
meer uit mijn gezicht. Ik moet
zeggen: een grootse stad, waarlijk
een hoofdstad, 'k Weet wel: het kon
die monumentaliteit krijgen omdat
het oude Lissabon ten gevolge van
een aardschok goeddeels een ruïne
werd. Men was ineens op de fameu
ze wijk Alfama na alle stegen, steeg
jes en sloppen kwijt. Maar men
had ook dat stegen wereld je kun
nen herbouwen en schiep een me
tropool van allure.
Ik zal in een volgende brief nog
wel een enkele impressie van deze
stad geven. Nu alleen nog dit. Van
deze rede zeilden Vasco da Gama
en Magalhaes uit, twee der groot
ste ontdekkers aller tijden. Zij voe
ren door dit water dat wij nu door
klieven. Vergeleken met ons schip:
met roeiboten. Ze zijn, met het ko
loniale tijdvak, wel wat in diskre
diet geraakt. (Bij ons dan, in Por
tugal niet. Daar moet de twintigste
eeuw nog aanbreken). Maar het
waren toch wel kérels. Scheepjes
zonder stabilisatoren, zonder radar,
zonder ook maar het simpelste mo
tortje, zonder koelkastje, laat staan
air-conditioning. Scheepjes waar
van de autoriteiten nu zouden zeg
gen: goed voor het Uddelermeer,
die Friese wateren zijn veel te
driest
TVTog vaag zie ik het silhouet van
de Belem-kathedraal, het eeu
wenoude heiligdom waar de zeevaar
ders eerst gingen bidden voor zij
aan boord klommen... Als u ooit in
Lissabon komt, bezoek die kerk
wel en vooral de kloostergang. Die
ademt nu werkelijk iets van wat ze
vroeger noemden de vrede des He
ren, en is zo ontroerend-mooi, dat
je zou zeggen: die moet ook de
jongste dag overleven.
De lichtjes aan de oever en op de
zeven heuvelen gaan aan. Bij hon
derden. Dan ineens, alles bekro
nend, verschijnt boven haven en
stad het ontzaglijke Christusbeeld,
dat de Portugese bisschoppen lie
ten bouwen als teken van dank
baarheid, dat hun land buiten de
tweede wereldoorlog bleef.
Het is een openbaring, deze lich
tende Christus-gestalte met in de
sokkel zelfs liften omdat er geen
klimmen aan is, maar zou Jezus
van Nazareth die wellicht 1 meter
70 was bij het aanschouwen ervan
niet gezegd hebben: beste jongens,
jullie hebben me hier wel wat groot
gemaakt? Zorg er liever voor, dat
mijn gelaat oplicht in jullie maat
schappij in Angola en Mozam
bique...
Het enorme Christusbeeld.
Nóg een monument in de haven van Lissabon.
ADVERTENTIE
IIIIIIHaHIIMIUIIIIIIIIIIIMIHHIIIIUIIHUIIIIIIIH