WATERSNOOD VAN 1855 HAD RAMPZALIGE
GEVOLGEN VOOR BUURSCHAP DE KLOMP
Onenigheid over de bijenmarkt
werd later toch weer bijgelegd
Gemeentewerken strooit ook zomers
Asfalt wordt pap
bij warm weer
Voor zwemdiploma-B
minder geslaagden dan'
in voorgaande jaren
VZC-dames kampioen
na benauwde strijd
MIST
Wedvluchtuitslagen
p.v. „De Snelpost
en „Luchtreiziger
Kromhout
Eigen kerk
Verwoesting
Sloop
door
Adr. P. de Kleuver
u uw
„Musketiers
gaat vergaderen
Op de valreep gelijk met DKR
Aanval
Druk
IyltT*R5
DINSDAG 2 JULI 1968
In een viertal artikelen behandelt j
onze medewerker Adriaan P. de
Kleuver de nog nimmer bestudeer-
de en dus ook nog nooit gepubli- j
j ceerde geschiedenis van De Klomp
en daarmee samenhangende buur-
schap Geldefsch-Veenendaal. Eerst J
j na een jarenlange studie is het 1110-
gelijk dit uitennate belangwekken- j
de knooppunt van wegen uitvoerig
te behandelen. Hoewel het een deel
is van het oude Ambt Ede vertoont
j de geschiedenis parallellen met die
van Veenendaal. Dat deze buur- i
schap vel ouder dan het Stichtse
J dorp is zal al direct opvallen door- l
dat De Klomp een pre-historie bezit i
die Veenendaal ten enen male mist. j
Vandaag het vierde en laatste deel
I van deze serie.
Hoe de moderne tijd met het snelle verkeer, de verhoogde produktiemoge-
lijkheden en verbeterde economische inzichten een volksgemeenschap van aan
zien kan laten veranderen, daarvan is het dorp Veenendaal een sprekend be
wijs. Ook De Klomp kreeg een ander gezicht. Het stukje Grift ten noorden van
de spoorlijn verdween, er kwam een silo van de „Boerenbond", een eethuisje,
een autoshowroom, het stationsgebouw werd vernieuwd, en de oude hofstede
SoLsbruggen maakte plaats voor een moderne bungalow. Aan het meentje van
de VeenTaden, zo weten wij al uit een vorig artikel, werd bijvoorbeeld run en
talhout verkocht of „verscheept". Voorbij is de tijd dat bij dat vrijhaventje
enorme talhoutmijten op kopers stonden te wachten.
In het voorjaar kon men het monoto
ne kloppen op de boerenerven overal
horen. Dan werd het eikehakhout met
een voorwerp beklopt, net zo lang tot
de bast los ging zitten en er afgepeld
kon worden. Als het eikehout ging
„botten" (uitlopen) werden de „rijpe"
wallen gekapt. Dat gebeurde om de ze
ven jaar.
Als-de wallen gehakt waren met de
vlijmscherpe „hiep" dan korte men
het hout in op armlengte. De verwij
derde bast liet men drogen en dan
bond met het produkt dat run genoemd
werd tot slordige baaltjes bijeen.
De Gelderse-vallei boeren hadden de
hoofdleverantie in de totale runproduk-
tie. Een deel van de run ging naar de
leerlooierij in Barneveld, maar ook
werd veel naar het meentje aan de
Klomp gebracht en naar Wageningen
verscheept. In Wageningen waren een
paar flinke leerlooierijen gevestigd. Bo
vendien werd veel run van de Klomp
afkomstig overgeladen in Rijnaken die
het meenamen naar de Langstraat in
Noord-Barbant. Later brachten de eek
schillers hun run naar station de Klomp.
Deze runmarkt verliep naarmate de
looimethoden door chemische stoffen
vereenvoudigd werden. Met de run
verdween het talhout, dat naar men
wel begrepen heeft het van de bast ont
dane .eikehout was. Dit talhout werd
aan de Klomp „bij de vim" verkocht.
Een vim was honderd bossen talhout.
Uit die talhoutbossen zoch men het
kromhout of oosthout, een dikke gebo
gen knuppel die tussen de losgesneden
pezen van de achterpoten van het ge
slachte varken geschoven werd als het
beest „geleerd" most worden. Als
men fijn gerookte paling wil eten moet
die met talhout gerookt zijn. De smaak
hangt écht af van het hout dat men
gebruikt. Ook écht Barnevelds rook-
spek moet met talhout gerookt zijn.
Voor enige soepele leersoorten móét
men wel run gebruiken. Sporadisch
komt dus nog wel talhout aan de markt
en de slagers en palingrokers zijn nu
nog de enige afnemers.
Het meentje was dus vrij. De boe
ren die een schaapskudde op de Velu-
we of in de vallei hielden voerden veel
wol aan bij de Klomp. Dit heeft een
hele tijd stand gehouden, maar uitein
delijk werd zowel de wol die naar 't
Pakhuis ging als die van de Klomp
naar de markt te Veenendaal vervoerd.
Voorheen spande men de paarden
van de wagens en dan kwamen Johan
van den Bosch van „DS", Lammert
Hey, Jacob van Leeuwen van de „ge
broeders", Middelhoven, Crefeld of wie
dan ook maar iets met die handel te
maken had naar de Klomp. Wie 't
meeste bood, had de partij.
Als de koop gesloten was werden de
paarden weer uit de herbergstallen ge
haald en reed men naar de Geldersche
waag waar de lading gewogen werd en
afgeleverd op het fabrieksterrein.- Een
tijdlang was de Klomp dé wolmarkt.
In 1900 kwamen nog een vracht of tien
binnen. Daarna is ze van het toneel
verdwenen.
Dan een andere handel die de Klomp
wereldvermaard maakte: de bijen-
markt. Over dit marktfenomeen is al
veel onzinnigs te berde gebracht. Dat
van het trekken van de imkers met
hun volken naar de heidevelden en het
verkopen van wat ze teveel meenden te
hebben an ade Klomp is hoogst du
bieus. Het is eerder zo dat men met
het té veel eenvoudig aan kwam en de
hele handel van de hand trachtte te
doen. Zo gebeurt het nu en zo moet dat
vroeger ook gegaan zijn.
De eigenlijke markt werd steeds bij
de rooms-katholieke kerk aan de Nieu-
weweg gehouden, maar er bleven ook
veel imkers bij de herberg aan de
Klomp hangen. Zo kwam op een wei
landje naast de hefberg een tijdlang
een tweede bijenmarkt tot stand. Nu
waren dat veelal imkers die van de
Veluwe kwamen. Protestantse imkers
dus en men beweerde wel dat die met
de roomse imkers uit Maas en Waal
niets te maken wilde hebben.
Men was gehecht aan Johan van Kes-
sel, de marktmeester uit de herberg de
Bijenkorf. Na een paar jaar gingen die
waaghalzen van de Klomp weer naar
hun eigen vertrouwde plekje en was de
eenheid in de imkerwereld weer her
steld. Niemand droeg Johan van Kes-
sel een kwaad hart toe. Hij wou het en
de Klompse arkt ging op de fles.
Zijn die Sint Willibrorduskerk, het
oude café Bijenkorf en de bijenmarkt
die daar vroeger gehouden werd nou
Klompse aangelegenheden of niet?! We
rekenen ze er rustig bij. Het rooms-
katholieke kerkhof is per slot wel een
Klompse aangelegenheid. Nu is het
allemaal Veenendaal wat de klok slaat.
Dat kerkje is een hoogst merkwaar
dig iets. Toen de roomskatholieke ere
diensten in Veenendaal gestaakt wer
den, bleven 'n paar gezinnen de oude
moederkerk trouw. Ze werden bijge
staan door rondtrekkende priesters. Het
getuigt van grote naastenliefde en ver
staan van de geest waarin prins Wil
lem van Oranje handelde dat Frederik
Adriaan baron van Reede, heer van
Renswoude, de verspreide roomd-ka-
tholieken in deze streek de kans gaf in
hun eigen kerkje naar eigen inzicht de
Schepper van al wat is en was en nog
komen zal te dienen. Uiteraard zo dicht
mogelijk bij Veenendaal en Geldersch-
Veenendaal waar de meeste families
woonden. Of er in 1711 het stichtings
jaar van de éérste rooms-katholieke
statie in dit gebied, al een herberg op
die plek stond valt te betwijfelen. Dan
is de daarbij tot ontwikkeling gekomen
bijenmarkt beslist jonger dan de stich
ting van deze Cunerastatie.
Men moet bedenken dat het niet toe
gestaan was een complete parochie in
het leven te roepen, maar in feite be
stond die sinds 1711 dus wel clande
stien, al droeg ze de naam Statie Rens
woude. Langs de Veltjesgraaff (nu
Nieuweweg) lag grond uit het voorma
lige Karthuizer bezit van Emmikhuizen
waarop een kleine schuurkerk verrees.
In 1855 werd de parochie weer in ere
hersteld waarna in 1859 het noodkerkje
vervangen werd door het kerkgebouw
dat tot 1934 dienst bleef doen.
Het buurschap Geldersch-Veenendaal
had een vast kerkpad dat begon bij de
herberg „de Trapjes". Dit pad ligt er
nog en aan het begin van deze eeuw
werd daar langs nog turf gemaakt. Na
het droogseizoen bracht men die naar
het meentje waar dan 's avonds de ver
koop plaats had.
Wij zouden onvolledig zijn indien wij
de ramp die de Klomp de 5e maart
1855 trof, de beruchte watersnood
ramp dus, niet noemden. Zowel de
tien jaar daarvoor gelegde spoorlijn
als de rooms-katholieke schuurkerk
leed veel schade.
De spoorwegingenieurs hadden wel
betoogd dat de spoorweg immer als
waterkering kon worden aangezien,
maar de elementen trokken ziqh van
zulk gepraat niets, maar dan ook niets
aan. De spoorlijn ligt ongeveer paral
lel aan de Rijn. Wat voor gevolgen die
positie had bewees deze 5e maart.
Wijlen meester D. Philips maakte
een gevoelig opschrift voor het Waters
noodmonumentje bij „het spoor" aan de
kerkewijk. Philips dichtte als volgt:
„Ontembaar brak het water door de
dijken; van huis en hof en have moest
men wijken, verbijsterd door der gol
ven dof gebrom..." en dan volgde iets
over de hoogte van de kolom. Ontem
baar ja! Ook voor die spoordijk. Op
drie plaatsen ten oosten van het onver
zettelijke massief van de Emmik-
huizerberg brak het water door de
spoordijk.
De open watergang bij de Klomp
was het zwakste punt. Enorm was daar
de verwoesting door het kolkende wa
ter. De omwonenden vluchtten in pa
niek naar Barneveld, waar ca. 200 men
sen uit Geldersch-Veenendaal, Eder-
veen en de Klomp aankwamen tot de
Slaperdijk het bij Renswoude óók be
gaf. Ook de fortgrachten aan de Buur-
steeg en bij de Slaperdijk waren zulke
zwakke punten.
Over een lengte van 2 km werd de
spoorweg vernield. Toen het water af
gevloeid was heeft men tot 9 april moe
ten zwoegen om de lijn weer berijd
baar te maken. Alle goederen moesten
overgeladen worden. Passagiers moes
ten die twee kilometer met wagens ver
voerd worden om in beide richtingen
verder te kunnen reizen.
Het baanvak Jufferschans bij de Sla
perdijk tot het fort aan de Buursteeg
was volledig verzakt. De directie van
de Rhijn spoorweg liet aan iedere trein
een rondgedakte goederenwagen koppe
len om bij ieder station of halte men
sen de gelegenheid te stellen daarin
goederen af te geven voor het zwaar
getroffen gebied in de vallei.
Op II maart werd in allerijl een ex
tra trein ingelegd omdat koning Wil
lem III naar Veenendaal wilde. Zijne
Majesteit reed van Arnhem naar de
Klomp met zijn adjudant. Daar stapte
hij over in de lichter van Ab van de
Loosdrecht die de koning naar het dorp
Veenendaal bracht.
In de boot was ook de veldwachter
A. Veenendaal van Geldersch-Veenen
daal aanwezig. Een 50-tal gevluchte
Veenendalers werden aangenomen om
mee te werken aan het spoorwegherstel.
Dat zelfs wolkammers zich niet te
min achtten zo snel als maar mogelijk
was de spoorweg weer te laten functio
neren bewijst wel dat dat de heer Van
Leeuwen, vader van de latere Gebroe
ders Van Leeuwen aangenomen werd
om te werken aan het spoordijkherstel.
GtWOONLAAG WA
De schade aan de spoorbrug van de
Klomp had men onderschat. Dat werd
een moeizaam karwei omdat het water
het heiwerk volledig ondergraven had.
Er is een tekening bekend van de ont
stane toestand die door schrijver geko
pieerd werd en men bemerkt daaruit
dat het bij de Klomp iets verschrikke
lijks geweest is.
Reeds op 15 maart lieten de directeu
ren van de Rhijnspoorweg door de aan
nemer Borst-Verdoorn zinkstukken van
rijshout in de bij de doorbraken ontsta
ne wielen aanbrengen. De" arbeiders
(meest gevluchte Veenendalers dus)
werden in enige inderhaast geplaatste
barakken bij Emmikhuizen onderge
bracht. Die mensen ontvingen hulp van
alle zijden, maar toen op een keer
twaalf fusten soep waren meegegeven
verbood de directie dit omdat de kle
dingstukken en het huisraad voor de
ontheemde Veenendalers vol vet be
spat aankwamen.
Op 9 april werd reeds het treinver
keer in beide richtingen hervat. Met
behulp van de Veenendalers zelf was
aan de Klomp een wonder verricht.
Het rooms-katholieke schuurkerk je
stond ongeveer 2.70 meter in het wa
ter. Het was al niet^ zo best meer en
dit betekende de genadeslag. Zes we
ken lang teisterde het water de reeds
in bouwvallige staat verkerende mu
ren en het einde van het lied was
dat zowel de kerk als de pastorie
most worden gesloopt.
Ongetwijfeld heeft men al eens ge
hoord van de Amsterdamse schuilkerk
die „Onze Lieve Heer op zolder" heet,
maar dat Veenendaal ook zo'n gelegen
heid gehad heeft is minder bekend. D.
Philips vermeldde in een artikel in Om
hoog (5 maart 1955) dat pastoor Meurs
VEENENDAAL Doordat de toestemming van GS indertijd wat laat afkwam
is de eerste slijtlaag op de Kerkewijk te laat in het seizoen aangebracht. Hier
door zit men momenteel met de narigheid dat op elke warme dag het asfalt
vloeibaar wordt, tot groot ongenoegen van de weggebruikers. Door middel van
zand en split tracht gemeentewerken het euvel te verhelpen en in ieder geval
de symptomen zoveel mogelijk te bestrijden. De weggebruikers zullen er zo wei
nig mogelijk hinder van ondervinden, want zodra het wegdek maar iets „vet"
wordt rijdt men met een strooiwagen uit. Ook gisteren was er werk aan de
winkel.
De heer N. Th. van de Veen, tech
nisch hoofdambtenaar van gemeente
werken is er van overtuigd, dat men
het euvel volledig onder de knie krijgt:
„Omdat de eerste slijtlaag te laat in
het seizoen is aangebracht, kreeg het
asfalt geen gelegenheid om wat men
noemt „uit te fluxen". Daardooor wordt
het met warm weer zacht. We hebben
eerst geprobeerd de „vettigheid" met
ten einde raad de H. Mis bediende op
de zolder van de gebroeders Van der
Borgth.
De armoede in Veenendaal en De
Klomp was ontzettend. Pastoor Meurs
nam de bedelstaf op en trok drie jaar
lang door het Aartsbisdom Utrecht om
het benodigde geld voor een nieuwe
kerk bij elkaar te krijgen. De Aartsbis
schop zelf schonk f 1000 voor het
Klompse kerkje.
De Zoldergeschiedenis had eerst in
1859 afgedaan. Het is tekenend voor
die tijd dat het patronaat van deze
kerk veranderd werd. Niet langer zou
als kerkpatrones Cunera van Rhenen
fungeren, maar de eerste bisschop
van Utrecht Willibrordus werd de
kerkpatroon.
Ook de latere toegevoegde r.k. school
werd aan Sint-Willibrordus opgedra-
to
gen. Deze is thans geheel opgeheven en
in andere handen overgegaan. Het ge
tuigt evenwel van piëteit jegens de on
vermoeide stichters van de Sint-Willi-
brordusparochie van Renswoude dat
men de naam op de school heeft ge
handhaafd. Waarom ook niet? Deze gro
te Britse zendeling is evengoed brenger
van het Christendom aan de protestan
ten van de lage landen geweest dan
voor de rooms-kathoileken geldt. Er
gens lopen beide vormen van christen
dom immers parallel.
Na deze vier afleveringen zal het dui
delijk zijn dat een gering buurtje als
De Klomp een belangrijke rol in de re
gionale historie heeft gespeeld. Zolang
er dagelijks nog honderden reizigers
van en naar Veenendaal van het spoor
wegstation De Klomp gebruik maken
zal het in het leven van praktisch iede-
VEENENDAAL Vorige week deden 675 leerlingen van Veenendaalse lagere
scholen zwemexamen. De A-examens werden gezwommen in het instructiebad,
de B-examens in het Bergbad. Dit laatste examen kon niet in het instructiebad
afgenomen worden, omdat dit bad niet diep genoeg is om te duiken; een van
de vereisten voor diploma-B. Om deze reden slaagden in verhouding tot voor
gaande jaren ook minder kandidaten voor diploma-B. Men heeft in het instruc
tiebad het duiken niet Voldende kunnen leren.
De toestand van de vaste brug bij
station De Klomp na de watersnood
in 1855.
re Veenendaler een rol blijven vervul
len. De geschiedenis van het buurtje De
Klomp is onverbrekelijk met die van
Veenendaal verbonden.
d o q b I a d DE
VALLEI 7
59
Badmeester B. Kok vertelt, dat het
in het instructie-bad verboden is te
duiken. „De meesten konden het daar
om maar een klein beetje, of ze deden
het in 't Bergbad voor het eerst". Met
het gereed komen van het grote bad zijn
volgens hem de moeilijkheden opgelost
omdat men daar wel in de duikkunst
onderwezen kan worden.
De heer E. van Asselt, directeur
van de sportstichting wijt het verhou
dingsgewijs kleine aantal geslaagden
voor diploma-B aan een heel andere
oorzaak. „De kinderen hebben er ge
woon te licht over gedacht", zegt hij.
„Zij hebben te weinig geoefend". Vol
gens hem is het instructie-bad diep ge
noeg om te duiken. Wel gelooft hij, dat
men in het nieuwe bad betere resulta-
ren zal behalen. „We kunnen daar zelf
het examen afnemen". Bovendien zijn
de kinderen dan ook beter bekend met
de omgeving.
Van de 375 kandidaten deden er 282
examen voor diploma-A. 250 slaagden;
32 moesten worden afgewezen. Deze ge
tallen komen ongeveer overeen met die
van voorgaande jaren. Voor het B-di
ploma deden 393 kinderen examen. Hier
van slaagden 320 jongens en meisjes
en werden er 73 afgewezen.
ELST Donderdag 4 juli houdt v.v.
Musketiers haar jaarvergadering in
het clubhuis Hotel „De Stuyvenberg".
Behalve de gebruikelijke punten, zo
als notulen, jaarverslagen e.d. komt
ook een bestuursvoorstel aan de orde
om de contributie te verhogen van de
actief spelende leden. Hiervan zijn in
middels alle leden per circulaire in
kennis gesteld.
Voorts worden er bestuurs- en com
missieverkiezingen gehouden. Met uit
zondering van de tweede penningmees
ter, de heer B. J. Henzen, stellen alle
andere bestuursleden zich herkiesbaar.
Voor genoemde vacature stelt het be
stuur als kandidaat de heer J. Kroes-
bergen.
II
ll
zand te bestrijden, maar dat waaide
weg. Nu strooien we split. Door het
inbrengen van het split verhaasten we
het vastworden van het asfalt, dat bo
vendien ook uit zichzelf nog wel vast
wordt. Op andere wegen in Veenendaal
hebben we dezelfde soort asfalt aange
bracht, en daar heeft men geen last.
Het is dus alleen te wijten aan het te
laat in het seizoen opbrengen van de
eerste slijtlaag".
Als er „vettigheid" gemeld wordt,
dan rukt de strooiploeg uit, net als
bij de gladheidsbestrijding. Zo kort
mogelijk na de eerste verschijnselen
heeft men dan de gevolgen wegge
werkt.
De dienst gemeentewerken heeft
maatregelen genomen om herhaling te
voorkomen: „Als we nu ergens een
nieuwe slijtlaag moeten aanbrengen,
zorgen we dat het krediet zo vroeg mo
gelijk in het jaar goedgekeurd wordt.
Liefst nog voor april. We zijn er dan
zeker van dat we het werk in de gun
stigste periode kunnen uitvoeren", al
dus de heer Van de Veen.
VEENENDAAL De EVPV „De
Luchtreiziger" nam deel aan de wed
vluchten vanaf Limoges over een af
stand van 757 km en St. Ghislain H.
(213 km). In Limoges werden de dui
ven zaterdagmorgen om 6.10 uur in vrij
heid gesteld en slechts één duif wist
zaterdag de zware reis te volbrengen.
De heer A. v.d. Bovenkamp klokte zijn
duif om 20.25 uur. De laatste prijswin
nende duif meldde zich zondagmorgen
om 8.16 uur. De verdere uitslag is: A.
v.d. Bovenkamp 1-3, B. H. C. Schuur
man 2, C. v. Ginkel 4 en H. v. Koo-
ten 5 en 6.
Voor de vlucht St. Ghislain H. werden
de duiven om 8.30 uur losgelaten. De
eerste meldde zich bij de heer C. v.
Ginkel om 11.23 uur. De verdere uitslag
is: C. v. Ginkel 1-8-10-13-14, W. J. v.
Dam 2-7-17-19, A. v.d. Bovenkamp 3-
11, C. Gaasbeek 4-6-12-18, B. H. C.
Schuurman 5-9-22, A. v. Barneveld 20
R. J. v. Kooten 21.
Zaterdagavond jonge duiven inkor-
ven voor de eerste prijsvlucht Roo
sendaal van 19 tot 20 uur.
Bij postduivenvereniging „De Snel
post" waren de uitslagen:
Wedvlucht St. Ghislain H.; eerstaan-
koménde duif 11-23.18 uur, snelheid
1235.3 m/p.m.
J. Nw. Amerongen 1-5-18; H. Ulrich 2-
6-8-10-11; G. Diepeveen 3-4-12-15; H.
Heikamp 7; G. de Geit 9; Th. Harm-
sen 13; N.V. Barneveld 14-17; R. v.
>rn 16-20; A. v. Doorn 19-21.
fitslag van de vlucht vanaf Limoges
gelost om 6.10 uur zaterdag; eerste
duif zondag 7.33.32 uur: snelheid 662.4
m/'pm.
H. Spleethoff v.d. Burg 1-5-6; T. den
Hartog 2-3; H. Heikamp 4; H. L. Spies
7.
Zaterdagavond inkorven voor Roozen-
daal van 19 tot 20 uur.
VEENENDAAL De laatste competitiewedstrijd van de VZC-dames te
Utrecht tegen DKR 2 begon met veel geharrewar. VZC arriveerde ruimschoots
op tijd in het bad „De Kromme Rijn", maar de door de bond aangewezen ar
biter kwam niet opdagen. Aanvoerdster Janneke van der Meer en coach Rod
Sipkema gingen niet akkoord met de eigen scheidsrechter in dit zeer belang
rijke treffen en er werd telefonisch ruggespraak gehouden met de KNZB.
Er werd een officiële scheidsrechter gezonden en de strijd kon aanvangen. In
middels waren enkele speelsters van DKR vertrokken en deze ploeg startte met
zes dames in het veld. Heel sportief kreeg één der VZC-dames opdracht in
een der hoeken van het speelveld toe te zien. Het werd een bikkelhard en stoer
waterpologevecht.
De VZC'sters weerden zich kranig tegen de snelle Utrechtsen, maar kwamen
toch vlak voor tijd met 10 achter te staan. Toen was plotseling de midden
voor van VZC, Rita van Binsbergen, op de valreep haar belaagster te vlug af
en dat betekende 11 en het kampioenschap voor de damesploeg van VZC,
die automatisch promoveert naar de le klasse Kring.
De Veenendaalse formatie had aan
een gelijk spel genoeg om de kampioens-
vlag te hijsen. DKR daarentegen moest
winnen om nog gelijk te komen met
VZC. Van meet af aan trok VZC in de
aanval en de middenveldspeelsters Jan
tien Imbos en Carla Groenhof vochten
een verbeten strijd tegen de snelle
DKR-meisjes en hun komt de eer toe
de grote gaten in het middenveld „wa
terdicht" te hebben gehouden.
De achterhoede weerde zich geducht.
.Ineke van der Kolk en Janneke van der
Meer moesten alle zeilen bijzetten om
hun aalgladde tegenstandsters van het
lijf te houden. Rita van Binsbergen, de
middenvoor, werd herhaaldelijk zwaar
geattaqueerd en kreeg geen kans doel
punten te maken. De rust brak aan met
een dubbelblanke stand.
Onder enorme spanning en morele
druk begonnen de ploegen aan de twee
de helft, waarin weer geen der pleogen
de helft, waarin weer geen der ploegen
kans zag te scoren. Keepster Anneke
de Kievid hield bij VZC het doel
schoon en Irma van de Bosch moest
toezien dat haar medespeelsters het
bijzonder moeilijk kregen. Eenmaal
kreeg de snelste speelster van DKR 2
de kans een gevaarlijk schot te lossen
en daartegen was de VZC-goalie mach
teloos. DKR stond met nog een minuut
te spelen voor met 10 en het pleit
scheen te zijn beslecht. Maar met veel
kunst- en vliegwerk wisten de knokken
de middenveldspeelsters van VZC de
bal nog eenmaal bij Rita van Binsber
gen te krijgen. Er volgde een korte wor
steling om de bal en ditmaal was Rita
van Binsbergen de slimste en haar har
de draaischot verdween onhoudbaar in
de hoek van het DKR doel 11. De rest
van het duel werd onder een enorme
spanning uitgevochten. VZC hield stand
en ondanks een heftig offensief van de
Utrechtse dames konden de VZC'sters
hun tegenstandsters de baas blijven. Na.
het laatste fluitsignaal hesen zeven
moegestreden VZC-dames zich op het
droge. VZC speelde met 11 gelijk te
gen een zeer gevaarlijke en snelle te-
geristandster, hetgeen een grote ver
dienste is. De ploeg werd donderdag on
geslagen kampioen en promoveert au
tomatisch naar de eerste klas van de
Kring Midden-Nederland.