Uppsala, het geweten en de revolutie i ADOPTIE in het hart van Afrika i - Mgr. Bigirumwami kwam vrienden opzoeken Vakantie: vlucht of ontmoeting mm Espels jeugd gaat op catechisatie-kamp Omwille van de vluchteling streven naar gesprek tussen de vijandige stammen OOST - AFRIKA ANGOLA Vluchtelingen Gespreksdatum Psalm 8) Vandaag nog zijn ze bijeen in Uppsala: de aartsbisschoppen en de patriarchen en de dominees, agevaardigd door de vele kerken uit de vele landen; de hoogle raren in de theologie en de sociologen, de economen en de politicologen deskun digen die hun kennis en kunde hebben ingezet om tot een juiste besluitvorming te komen; en de gewone kerkmensen zijn er nog, al of niet officieel afgevaardigd, al of niet deskundig op al die moeilijke terreinen die de zes secties waarin deze We reldraad-assemblee zich in de afgelopen weken had opgesplitst, bestreken hebben. Vandaag nog zijn ze er want vandaag is het de laatste dag van deze met zoveel hoop tegemoet geziene en met zoveel gebed begeleide ontmoeting der kerken. Morgen is het voorbij. Er zullen er nog wat nablijven omdat ze nog niet klaar zijn met discussiëren of gewoon omdat ze ook nog wel eens van 't mooie Zweden willen genieten na al dat ingespannen werken. Maar lang zal het niet meer duren of Uppsala is weer wat het daarvoor was: een Zweeds universiteitsstadje dat op histo rie kan bogen. Aan welke lofprijzing men misschien straks zal kunnen toevoegen: in Uppsala is ook historie geméékt. Is daar kans op? Wordt Uppsala in derdaad een mijlpaal in de wereldgeschie denis? Zo heeft dr. Visser 't Hooft het ge zegd: „De publieke opinie raakt vermoeid. Economische en politieke argumenten doen, het niet meer. Er zal een totaal nieuwe benadering moeten komen. Het moet dui delijk worden dat kerkleden die in feite hun verantwoordelijkheid ontkennen voor de behoeften waar ook ter wereld, even schuldig zijn aan ketterij als hij die een onderdeel van de geloofsleer ontkent". En dr. Carson Blake, opvolger van dr. Visser 't Hooft als secretaris-generaal: „Ik hoop dat in deze vergadering één ding duidelijk zal worden: dat er mannen en vrouwen zijn met voldoende geloof in God om uit de routinehandelingen van gevestigde machts organisaties te breken". Het zijn uitspraken die op een omme keer, op een revolutie duiden maar ze zijn gesproken aan het begin van de bij eenkomsten. Is er, nu men in Uppsala aan het slot staat, kans dat die woorden be waarheid zullen worden? Is er in Uppsa la wereldhistorie gemaakt? Neen, niemand zal die vraag op dit mo ment al kunnen of willen beantwoorden. De deelnemers niet en de toeschouwers niet. Want wat er besloten en wat er besproken is is belangrijk en hóe het besproken en besloten is is belangrijk maar beslis send is hoe de wereld de besprekingen en de beslissingen zal opnemen. De wereld dat zijn de kerken en de kerkleden; dat zijn de vijandige rassen en de vijandige stammen en de vijandige klassen; dat zijn de regeringen en de politieke machtsblok ken en de economische machtsblokken. Want aan de Kerk, de kerk met 'n grote K die God zelf in deze wereld leidt en in stand houdt, staat op deze aarde geen ander machtsmiddel ten dienste dan het wdord, het appel op het geweten van de mede mens. Met alleen déze zekerheid dat Gods Woord en Gods Geest die menselijke woorden begeleiden. Inderdaad, dat is heel veel toch is het voor een mens moeilijk er genoeg aan te hebben. Het lijkt er op dat er in Uppsala stromin gen zijn die er inderdaad niet genoeg aan hebben. Die het best vinden dat er van de assemblee uit een krachtig beroep wordt gedaan op het wereldgeweten als dat ap pel maar spoedig door daden gevolgd wordt, revolutionaire daden, als het moet gewelddaden. Vooral onder de jongeren en zij hebben een niet geringe invloed zijn er die de methoden waarvan de Fran se studenten zich bediend hebben om ver nieuwingen af te dwingen, nog zo gek niet vinden. En in een televisie-interview lieten enkele Cubaanse afgevaardigden blijken dat ze van gewelddadige revolutie beslist niet afkerig zijn men kreeg soms de in druk dat deze mensen dichter leven bij 't dagboek van Guevara dan bij de bijbel. De manier waarop in Uppsala politiek werd (en wordt) bedreven roept trouwens ook vraagtekens op. Natuurlijk zal de christenheid niet in de laatste plaats haar medeleven moeten tonen met de hongers nood in Biafra en het is een goed ding dat men daarvoor nog eens extra geld beschikbaar heeft gesteld. Maar het debat over de vraag of de Biafranen nu wel of niet rebellen genoemd moeten worden en of gesproken moet worden over Biafra dan wel over „het vroegere oostelijke gebied van Nigeria" hoorde eerder thuis in een Uno-vergadering dan in de assemblee van de Wereldraad van Kerken. Het ging met een fanatisme dat naar onze smaak toch niet christelijk geïnspireerd was! Daar komt nog iets anders bij. Er is in Uppsala ook getracht de twee partijen wat dichter bij elkaar te brengen, een oplossing te vinden uit de impasse waarin het ge sprek tussen de twee geraakt is. Ook dat is toe te juichen maar wat gaat het ver volg zijn? Stel dat men het op sommige punten eens wordt en op andere niet, zo dat er bemiddeld en gearbitreerd moet worden betekent dat dan dat de Wereld raad van Kerken een „politieke secretaris voor Afrikaanse zaken" moet gaan aan stellen? Op dit ogenblik lijkt het wat ab surd het zo te stellen, maar men kan zich nu eenmaal niet op het politieke vlak gaan bewegen zonder ook een politiek appa raat ter beschikking te hebben. Met de De Zweedse kerken organiseerden vori ge week zondag in Stockholm een openluchtkerkdienst, waar onder meer dr. Carson Blake, de secretaris-generaal van de Wereldraad, voorging. Er waren rond 7000 toehoorders onder wie bijna 2000 Uppsala- gangers. O kans dat Genève, waar de Wereldraad ze telt, straks een soort Vaticaan gaat wor den met politieke seretarissen voor alle we relddelen en (waarom dan ook niet?) am bassadeurs in allerlei landen. We kunnen ons voorstellen dat deze re volutionaire/politieke gang van zaken bij velen bezwaren ontmoet. In het rapport van sectie zes bijvoorbeeld, waarin gezocht wordt naar 'n „nieuwe christelijke levens stijl" wordt met zoveel woorden bezwaar gemaakt tegen de gesignaleerde situatie dat „de huidige wereld overwegend wordt geregeerd door middenklasse-mensen, die maar al te vaak geneigd zijn de bestaan de orde te verdedigen en hooguit een ge leidelijke verbetering ervan willen aan vaarden". Tegen dergelijke uitspraken heeft dr. C. F. Beyers Naudé, de toch wer kelijk wel strijdbare directeur van het christelijk instituut voor zuidelijk Afrika, zich verzet. Hij wil dergelijke „aanwijzin gen" voor gewelddadig optreden en dat zijn deze uitspraken liever vervangen door aanbevelingen voor niet-gewelddadi- ge acties. En vele doodgewone kerkleden zullen dat met hem eens zijn. Natuurlijk heeft men gelijk als men stelt dat de bijbel, het evangelie, revolu tionair is bekering, ommekeer is inder daad een revolutie. Maar deze evangeli sche revolutie is toch een andere dan die van Marx en Guevara hoezeer men ook begaan moet zijn met het lot van vele bewoners van onze wereld. „Zie, ik maak alle dingen nieuw", het thema van deze assemblee, kan niet bedoeld zijn als vrij brief voor mensen die terecht christen-re volutionair zijn maar de nadruk te veel leggen op het revolutionaire. Want niet de mens maakt alle dingen nieuw God doet dat. En daartoe heeft Hij de mens zijn gebod gegeven: Hem liefhebben boven al en de naaste als zichzelve. Het is de taak van de kerk, van de kerken, die boodschap van God door te geven. Er ook inderdaad alles aan te doen dat het Woord ingang vindt. Vinden de kerken dat zij verder moeten gaan dan betreden zij wel een weg die vol voetangels en klemmen ligt! Of om het bijbelser te zeggen: waar de satan op de loer ligt en handig weet onze menselijke zwakheden uit te buiten. We komen op Uppsala nog terug dit kon niet anders zijn dan een eerste impressie, gegrond op „nieuwsberichten". En in nieuwsberichten i shet niet mogelijk de geest te proeven waaruit het nieuws tot stand is gekomen. Want deze wat kritische beschouwing houdt niet in dat we niet van harte instemmen met dr. Visser 't Hooft: En in nieuwsberichten is het niet mogelijk dering moeten komen". Nederland is in Uppsala goed vertegenwoordigd geweest. Op de foto ziet men rechts de oud-katholieke bisschop van Haarlem, mgr. G. A. van Kleef, met naast hem twee afgevaardigden van de Doopsgezinde Broederschap: prof. dr. J. A. Oosterbaan, hoogleraar aan het seminarie van de Broederschap en tevens aan de Universiteit van Amsterdam, en de Rotterdamse predikant ds. H. Wethmar. r|c vele toeristen die wat over de markt van het Noordbrabantse Uden slenteren onder het eten van aan merkelijke hoeveelheden patates, kijken even op als uit een bestofte auto een bij zonder lange Afrikaan stapt in het ambtsgewaad van een rooms-katholieke bisschop. Als hij met een klein gevolg de trap van het stadhuis op gaat wordt even de veronderstelling geuit, dat hij het toegelopen volk misschien zal toespreken maar het blijft bij een brede glimlach, dan gaat het gezelschap naar binnen. „Je kèn 'em toch niet verstaan", zo troost een toeristenvader zijn talrijke kroost, dat graag eens nader kennis had willen maken. En dat klopt, want mgr. Alois Bigirumwami, bisschop van Rwan da in Oost-Afrika, spreekt Frans. Daar naast spreekt hij echter nog een andere taal: de internationale taal van het hart. Het marktplein van Uden is niet de meest geschikte plaats om daarin een toespraak te houden, maar de bisschop weet, dat velen in Nederland die taal verstaan. Toen hij hier drie jaar geleden was heeft men hem ook verstaan en verschillende Nederlandse parochies hebben toen het besluit genomen, een parochie in zijn dio cees te adopteren. Nu is hier weer en in het gemeentehuis van Uden is een ge zelschap bijeen, dat belangstelt in hetgeen hij heeft te zeggen. Hij spreekt over zijn land, dat weinig in het nieuws is, maar waarin heel wat omgaat. Rwanda is ongeveer even groot als Nederland en zou met zijn drie mil joen inwoners dun bevolkt kunnen zijn als een groot deel niet onbewoonbaar was: het land bestaat voor een niet on aanzienlijk deel uit gebergte. Er wonen drie ethnische groepen: de Hutu's (80 pet), die de landbouwende bevolking vor men, de Tutsi's (19 pet.), met hun lengte van bijna twee meter wel de reuzen van Afrika genoemd en de Pygmeeën (1 pet.) De bisschop, een prins van den bloede is een Tutsi. In rad Frans dat misschien al leen een Afrikaan nog zangeriger kan spreken dan een Fransman, omschrijft hij het doel, waarvoor hij opniew naar zijn Nederlandse vrienden is gekomen, mede bijeengebracht door de stichting Hart van Afrika: een oproep om hem te helpen, zodat hij verder kan werken aan de geestelijke, culturele en sociale ont wikkeling van zijn diocees in dit overwe gend rooms-katholieke land. „Ik heb geen kerken voor mijn gelovigen", zegt mgr. Bigirumwami. „In Nyundo staat de kerk op instorten, in de andere plaatsen zijn er helemaal geen kerken. Ook de priesters zijn nauwelijks behuisd. Een boot zou mij kunnen helpen bij het bezoeken van .de parochianen en de scholen, die aan mijn zorgen zijn toevertrouwd. Nyundo heeft trouwens ook geen telefoon. We lopen van de ene parochie naar de andere" Wél een tehuis is er voor 60 weeskinde ren, maar die hebben weer niet te eten, zodat het levensonderhoud een dagelijkse zorg is. Voorts spreekt mgr. Bigirumwa mi over het wetenschappelijk instituut voor meisjes dat hij vorig jaar heeft opge- gericht, en een middelbare school, even eens voor meisjes. Alles heel provisorisch. En de bisschop zegt „Misschien vindt u mij wat overmoedig omdat ik met die dingen alvast maar begonnen ben, maar dat komt door de grote achterstand, die in ons land nog bestaat ten aanzien van de gelijkstelling van de vrouw" iOvboAQ* Siart CENTR. A?R. REP 10.000 15.000 BEETSJOÊNALAND (2) RHOD6S1E leden maakte Afrika eigenlijk voor het eerstt op grote schaal kennis met dit pro bleem en het ontstond in het geografisch hart van Afrika, het voormalig Belgische koloniale gebied Rwanda. De eerste ver kiezingen, die in 1962 plaats vonden in Rwanda, leidden de heerschappij in van de Hutu's en de vlucht van het merendeel der Tutsi's. Naar schatting zijn toen een half miljoen vluchtelingen de grenzen met de buurlanden overgetrokken. In het hart van Afrika ontstond daarmee de meest ingewikkelde vluchtelingensituatie ter we reld; trof men namelijk in andere wereld delen vluchtelingen aan die verblijf konden houden in een ongeveer identiek sociaal milieu, hier waren die verschillen veel groter. Over de gestage groei van 't aan tal vluchtelingen bestaat weinig verschil van mening. Van welk aantal vluchtelin- Een groot deel van de moeilijkheden blijkt zijn oorsprong te vinden in een nog jong verleden: namelijk in de gevolgen van het vluchtelingenvraagstuk dat ove rigens op zichzelf in Rwanda vrijwel tot het verleden behoort. Een jaar of zes ge- Overzichtskaart van de Afrikaanse lan den mèt de aantallen vluchtelingen, die er momenteel verblijven. Een kaart om te onthouden, want het vluchtelingenvraagstuk in het hart van Afrika kan een levensgroot probleem worden. gen men ook uitgaat, binnen tien jaar kan er een veelvoud van worden verwacht. Om te voorkomen dat het probleem in Afrika een noodlottige omvang krijgt, worden op korte en langere termijn aller lei maatregelen genomen. In de eerste plaats het helpen van de reeds aanwezige vluchtelingen: het bestrijden van de direc te nood en het scheppen van arbeidsmo gelijkheden. Op langere termijn is het ech ter minstens even belangrijk het probleem te bestrijden voordat het zich acuut voor doet. Daarvoor is het nodig aan te tonen vanuit welke achtergronden de haat en de spanningen tussen de verschillende stam men komen. Prof. G. H. L. Zeegers, voor zitter van de stichting Hart van Afrika, zegt daarvan: „En laten we dat vooral niet doen vanuit een Europees superiori teitsgevoel, want wij Europeanen hebben Afrika het voorbeeld gegeven van die broederstrijd". Gelijkstelling van de vrouw: een der problemen van de Afrikaanse kerk in deze dagen. Daarom ook wordt het directe werk van mgr. Bigirumwami gesteund met nog an dere activiteiten. Getracht wordt in sa menwerking met de zusters Birgitinessen, een soort gesprekscentrum op te richten naar het voorbeeld van de abdij Toumli- lien in Marokko. Daar kwamen Joden en Arabieren tot een gesprek, met onder meer als gevolg dat de Joden niet uit de omgeving werden verdreven zoals zij had den verwacht en gevreasd. De formule voor het gesprekscentrum in Rwanda is: op niet-politiek en informeel niveau de vraagstukken van Oost-Afrika bespreken teneinde menswaardige oplossingen te vinden. Interraciaal, niet het minst ook wat de verschillen tussen de stammen aangaat. Dit alles dus naast het directe werk van mgr. Bigirumwani, waarvoor de bis schop tijdens zijn verblijf in Nederland nog meer parochies hoopt te interesseren. Pa rochies, die dan wellicht tot adoptie zullen komen, waardoor ook weer het „gespreks- werk" op een hoger niveau komt. Verantwoordelijk leven betekent ook je vakantietijd goed besteden. Eerste vraag: „Waarvoor wordt u tijd gegeven om vakantie te houden?" Mijns inziet* is het voornaamste doel van de vakantie: om tot jezelf te komen. Om je relatie te genover God, de natuur, de medemens en jezelf op een nieuwe wijze te beleven. Verrassende ontdekkingen doen. Ik wist niet dat het hier zo mooi was. Ik wist, niet, dat het hier zo mooi was. Ik wist niet, dat God zo was. Verre reizen ma ken is daarvoor absoluut niet nodig. Een wandeling door Prattenburgs bossen kan verrijkender zijn dan een vliegreis naar Majorca. Een gesprek met een Veluwse boer kan meer betekenen dan een ont moeting met een Amerikaan in Italië. De eenzaamheid van een stil plekje natuur is weldadiger dan de heksenketel van de amusementsindustrie, die juist in de re creatiecentra zo verwoed wordt aange prezen als remedie tegen levenskwalen. Blijven we ook in onze vakantietijd op de vlucht, zoals we dat dagelijks doen. of komen we tot stilstand en bezinning? Psalm 8 is aangewezen vakantie-lec- tuur. We ontdekken hier namelijk heel duidelijk dat het mens-zijn twee kanten heeft: heerlijkheid en beperktheid. Tot welke enorme mogelijkheden is dat kleine wezentje in het heelal van de schepping in staat! Verwonder u daar maar eens over in uw vrije tijd. Lees er over, kijk er naar, luister er naar. Maar ontdek ook eens de belachelijke zelfoverschatting van de mens. Blijf ook eens staan voor al die onafgemaakte to rens van Babel. In alle steden en landen vindt u ze. ook in uw eigen leven. Stel de vraag ook eens: wat is vrij heid? En dan zult u zien, hoeveel slaver nij er nog is, anno 1968, juist in de zoge naamde vrije wereld. Slavernij aan de wetenschap, natuuraanbidding, geldheer schappij, cultuur-vergoding. Ware vrij heid ontstaat daar, waar een mens be gint te stamelen: „O Here, onze Here, hoe heerlijk is Uw naam op de ganse aarde". Misschien dat we zo in onze vakantie deze grote ontdekking doen, dat niet God dood is, maar dat wij mensen met el kaar dood zijn en zoveel leven dood ma ken. Dan komen we straks anders terug van vakantie dan we gegaan zijn, name lijk met deze zekerheid, dat in de chao tische onrust van deze tijd er één blijvend houvast is: God, de Heer der schepping en de Vader van ons leven. Hij die in het verleden alles schiep en in de toekomst alles nieuw zal maken, wil ook in het he den onze Bevrijder zijn. Ik wens u een fijne vakantie! Rhenen, Ds. A. Westra. De Noordoostpolder is een jong en t$euw land misschien dat er juist daardoor soms uit die hoek activiteiten gemeld worden, die fris aandoen en navolging verdienen. Zo le zen we nu in het weekbulletin van het Her vormd Persbureau dat de hervormde wijkge- meente van Espel een nieuw idee heeft over het catechetisch onderwijs aan de jeugd niemand zal willen ontkennen dat er in dit hoekje van ons kerkelijk leven niet enige vernieuwing nodig is! De kerkeraad is aan het rekenen gegaan: van de 52 weken in een jaar wordt er in on geveer 20 weken catechetisch onderwijs ge geven de rest van de tijd zijn er de vakan ties, de feestdagen en welke redenen er nog meer zijn om de catechisatie een weekje over te slaan. Twintig weken maal drie kwartier komt neer op 15 uur per jaar. Welnu, zo is de redenering, laten we die 15 uur nu eens samenpersen in één week en die ene week is dan een kampweek van dominee en catechi santen. Dan hoeven het geen 15 wat drvge lesuren te zijn maar kan er ook aandacht be steed worden aan ontspanning en andere ac tiviteiten, die door dominee en deelnemers samen kunnen worden beleefd. Volgend jaar wordt er een begin mee ge maakt de eerste schoolvakantieweek is er voor gereserveerd. Ds. F. de Jonge van Creil- Espel is er blij mee. „Dit besluit zegt hij geldt voor één jaar maar we hopen dat dit systeem inderdaad beter past bij het hui dige leef- en werkpatroon van de voor het merendeel schoolgaande jeugd. Het plan was al uitvoerig met en door de jeugd besproken en het is prachtig dat hun eigen plannen nu door de kerkeraad zijn overgenomen I

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1968 | | pagina 11