We hebben nog maar 340 m natuurruimte per man »Witte vl°°rvaart uit Vijfhonderd jaar Gelderse historie Belastingkantoor Arnhem in 1969 klaar Wecken blijft een werkje secuur 2 Ontginningen Drie stadia Ruilverkaveling Derde fase d mm SCHAKEN r door H. KRAMER He Voorlopige aanslag geeft hoop voor definitieve a a a BRIDGE DAMMEN KRUISWOORDRAADSEL Begeleiden is iets anders dan scheppen Verlies hem niet uit het oog Nieuwe uitgave over Dick Ket Voorsprong Vier blokken Ring Afronding mwmuu w±mim Aö KftSAB U 1111 AH B door H. W. FILARSKI oc door J. M. BOM TJet natuurareaal is vermin- derd van 900.000 ha in 1900 tot 420.000 ha thans. Het inwonertal is daarentegen van 5 miljoen in 1900 gestegen tot 12 miljoen nu en het zal nog verder stijgen. Over geheel Nederland gezien aldus dr. ir. F. de Soet van het Staats bosbeheer, onlangs voor de radio is er nu nog slechts 340 m2 natuurruimte per in woner beschikbaar, aanzien lijk minder dan in andere Westeuropese landen. Niet al leen vermindert deze opper vlakte nog dagelijks door be volkingsgroei, maar boven dien is deze natuurruimte nog zeer ongelijk verdeeld, even als maar dan in tegenge stelde zin de bevolking. De toenemende aandacht voor de waarde van natuur en landschap, zowel kwantitatief als kwalitatief, en voor de na tuurlijke hulpbronnen in het algemeen, is verheugend. Moeilijke punten vormen hier bij de formulering en uitvoe ring van een natuur- en land- schapsbeleid als basis voor recreatie, leefbaarheid, volks gezondheid en welzijn. Fie ontwikkeling van 'n land- schapbeleid kan niet los worden gezien van de ontwik keling van het grondgebruik. Men kan in dit proces ruw weg drie stadia onderschei den, die een duidelijke groei van het bewustzijn, van de waardering en de verantwoor delijkheid voor de natuur en het landschap tonen. Het der de stadium kan men tot 1940 begrenzen. Tot dat jaar was de zorg voor het landschap een willekeurige en veelal par ticuliere activiteit. De hout wallen en heggenlandschappen in onze oostelijke en zuidelij ke provincies zijn door men senhand ontstaan. In vele eeuwen is de boeiende ver scheidenheid van landschaps- vormen ontstaan die ons land zijn specifieke karakter ver leent. Ook de landgoederen, in eeuwenlange toewijzing ge schapen, vormen op tal van plaatsen een kostbare herin nering aan de privé-belang- stelling en zorg voor het land schap. Te denken valt hierbij aan de landgoederen langa de Vecht, bij 's-Gravenland en Kennemerland, de Utrechtse Heuvelrug, de Veluwezoom, de Graafschap en Walcheren. Zij vormen thans onmisbare «lementen van de infrastruc tuur voor de recreatie. Tn de dertiger jaren ging de overheid een groot pro gramma van ontginningen en herontginningen uitvoeren om verlichting te brengen in de werkloosheid. De verliezen aan landschapsschoon leidden juist vóór de bezetting tot de „Natuurbeschermingsbe schikking" van 5 april 1940, die ten doel had te voorkomen dat grondwerken met subsidie van het ministerie van land bouw en visserij en voedsel voorziening of van sociale za ken zouden worden uitgevoerd waardoor natuurwetenschap pelijk of landschappelijk waar devolle terreinen zouden wor den aangetast. Elk werk moest eerst worden goedgekeurd, al dan niet onder bepaalde door het Staatsbosbeheer te stel len voorwaarden. Deze be schikking heeft zegenrijk ge werkt, maar was begeleidend, niet scheppend t.a.v. natuur en landschap. Tn de tweede periode van x 1945-1965 kon het Staats bosbeheer veel natuurschoon behoeden en aanpassen. Voor al was dit het geval bij de uit voering van grote openbare werken. In de nieuwe IJssel- meerpolders werden niet al leen agrarische produktie- ruimten gevormd, ook het scheppen van nieuwe land schappen met bossen, laanbe plantingen met bomen en struiken werd een essentieel onderdeel van de inrichting van het nieuwe land. Ook de verkeerswegenaanleg ging men meer landschappelijk en esthetisch benaderen. Op het oude land kon dit werk pas direct na de oorlog goed op gang komen toen op de Zeeuw se en Zuidhollandse eilanden het landschap over grote op pervlakten vernield was en landschapsplannen de basis moesten verschaffen voor re constructie. T^evens geraakten allengs de werken die de ruilverka- veling begeleidden uit de sfeer van aanvullend werk. Deze werken werden ingrijpender en gingen in 1954 stoelen op een nieuwe Ruilverkavelings- wet. Van begeleiding van in cidentele cultuurtechnische werken werd de landschaps- zorg een in de wetgeving voor geschreven aangelegenheid. Sindsdien hebben verstedelij king, verkeersontwikkeling, cultuurtechniek en landaan winning enerzijds en een ver anderend levenspatroon ander zijds de herziening en aanpas sing van ons landschap tot 'n steeds actueler zaak gemaakt. Sinds 1954 evolueerde de een voudige landschapsverzorging van na de oorlog tot land schapsbouw, die de plannen voor bodembestemming en landaanwinning steeds nadruk kelijker is gaan beïnvloeden. bij agrarische, landschappe lijke, natuurwetenschappelij ke, verkeerstechnische, stede lijke en militaire belangen tot een synthese zijn gebracht met inachtneming van regio nale en nationale verlangens. Hierin verkrijgen de agrari sche toekomstgebieden een plaats, maar ook de te beplan ten of landschappelijk te ont wikkelen gebieden voor de leefbaarheid en de openlucht recreatie, alsmede de gemengd agrarisch-recreatieve gebieden (b.v. Salland, Achterhoek, Twente, Zuid-Limburg), waar in zowel schaalvergroting van de landbouw als van het land schap worden beoogd. Voorts onderscheidt men landschaps reservaten, bufferzones, park- gebieden van regionale en van nationale betekenis. TTe Rijn, Europa's meest bevaren stroom, is in de ze tijd meer dan ooit een toe ristische attractie. De „witte vloot" beheerst het beeld. Naast de vier fraaie salonbo- TVTa de nieuwe wet op de Ruimtelijke Ordening van 1 augustus 1965 begint de der de fase zich aan te kondigen, nl. de landinrichting op basis van door de planologie aange geven bestemmingsplannen voor het grondgebruik waar- Tn het nieuwe Rijksarchief aan de Markt te Arnhem is tot en met 30 september een tentoonstelling ingericht onder de naam „Facetten van de Gelderse Historie tussen 1250 en 1795". De basis voor deze tentoonstelling werd gelegd toen de minis ter van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk, mej. dr. Klompé, in november van het vorig jaar het Arnhemse ar chiefgebouw officieel in gebruik stelde. Thans is de expo sitie, enigszins gewijzigd, voor het publiek geopend van maan dag tot vrijdag, 's middags van 14 tot 16.30 uur. De toegang is gratis; een rondleiding of toelichting op de door de bezoe kers te stellen vragen kan desgewenst omstreeks 15 u. plaats vinden. Een catalogus met beschrijvingen is verkrijgbaar. 'Tijdens een korter of langer bezoek kan men hier een wan- deling maken door het verleden van ons gewest. De ont wikkeling van Gelderland wordt uitgebeeld aan de hand van kostbare perkamenten charters met waszegels en andere do cumenten zoals de Veluwse tynsrollen en met de hand gete kende, dus unieke, kaarten, b.v van de oude grensgebieden met de Lymers, die vroeger Kleefs (Pruisisch) gebied waren. De vorming en afronding van 't souvereine Hertogdom Gelre, en daarmee dus ook het ontstaan van de huidige Nederlandse rijksgrenzen, zijn voor ogen gebracht door de authentieke do cumenten van 1247 waardoor Nijmegen bij Gelderland ge voegd werd. Even verder ziet men 't keizerlijke privilege waarbij Gelderland tot 'n hertofdom verheven is, en de ver- bondsbrieven die de medezeggenschap van de onderzaten in luiden. De wording van het Gelderse wapen, oorspronkelijk met de drie mispelbloemen wordt in een opstelling van middeleeuwse zegels en munten getoond. Zelfs de witte pauwenstaarten, het helmteken van de hertogen, ontbreekt niet: zij zijn gele verd door de hedendaagse witte pauwen van het landgoed Staverden. lYflaar dan gaat de historie verder en via de originele staats- stukken met de handtekening van hertog Karei van Gel- re, de brandbrieven en de verboden geschriften uit de tijd van de kettervervolging, de bezwering van de Unie van Utrecht en, als tegenstelling, een 16e eeuws huishoudboek, komt men tot de jongere maatschappelijke ontwikkeling. Wij noemen daarvan een bijzonder treffend facet: de gezondheidszorg in de tijd van de „rode loop", een epidemie in het eind van de 18e eeuw. Oud schrijf- en Tekenmateriaal verduidelijken het beeld. Naast individuele bezichtiging is het ook mogelijk een afspraak te maken voor groepsbezoek, waarbij eventueel een causerie met dia's ingelast kan worden (na 22 juli). ten „Europa", „Helvetia", „Nederland" en „France" staan voor de Rijnreizigers nog vele andere kleinere en kleine witgelakte plezierboten ter beschikking, die dagelijks stroomop en -af varen. Alle comfort, dat reislustigen en ontspanningzoekenden bij crui ses op zee zo waarderen, bie den de vier „grote",, die ge durende het seizoen om de twee dagen afwisselend voor een vierlanden-trip starten. De rondreis Bazel-Rotterdam- Bazel of omgekeerd duurt ne gen respectievelijk tien dagen kost,, al naar gelang de cabine, circa 700 tot 1000 gulden, in clusief volledig pension aan boord. Van het zonnedek of de uitzichtsalon uit, tijdens land- trips en stadsrondritten leren de passagiers Zwitserland, Frankrijk, de Duitse Bondsre publiek en Nederland kennen. Zelfs de om de week plaats vindende winterreizen op de Rijn zijn altijd volgeboekt. Bij het hoofdbestuur van de Nederlandsche Vereeniging tot Bescherming van Dieren ko men de laatste tijd veel be richten binnen van eigenaars van honden die hun dieren zijn kwijtgeraakt tijdens een bezoek aan winkels en met name aan supermarkten. In dergelijke zaken zijn veelal haken aangebracht waaraan de dieren met een lijn kunnen worden bevestigd. Als de inkopen zijn gedaan blijkt dikwijls dat de viervoe tige huisgenoten zijn verdwe nen. Vermoedelijk in gezel schap van een sjacheraar die een zoet winstje kan maken door de hond bijvoorbeeld aan een laboratorium te verkopen. De honden gaan dan geen prettige toekomst tegemoet, en hun bazen zullen er dus goed aan doen deze hint van de Dierenbescherming ter harte te nemen. Tn 1962 werd op initiatief van het Gemeentemu seum Arnhem en met steun van het Provinciaal Bestuur en het Anjerfonds van Gel derland een uitgave verzorgd over Dick Ket, mede naar aanleiding van een over zichtstentoonstelling van zijn werken. Dr. W. Jos de Gruyter schreef over dit werk zeer sensitief en levendig een ge detailleerd portret van de kunstenaar. Het Gemeentemuseum Arn hem, dat ongeveer 1/3 van het totaal aantal werken van Dick Ket bezit, verheugt zich uiteraard, dat de belangstel ling voor deze schilder zo toe neemt, dat thans in 1968 een tweede uitgave verzorgd moet worden. Dit gaf tevens de gelegen heid voor dr. De Gruyter om enige wijzigingen in de tekst aan te brengen, de catalogus van het totale oeuvre kon worden aangevuld en foto's zowel van de schilder als van werken van hem konden wor den toegevoegd. Deze tweede herziene druk met een overvloed van foto's waaronder acht in de meest precieze kleurweerga- ve, geeft een rijk en gaaf beeld van een schilder, die onder zo benauwende om standigheden uitgroeide tot een karaktervol mens en tot een van de belangrijkste Ne derlandse schilders in de ja ren dertig. [et „rijkskantorengebouw" L dat de N.V. Ingenieursbu reau voor Bouwnijverheid in opdracht van de Rijksgebou wendienst voor de Arnhemse belastingdiensten aan de Euse- biusbinnensingel in de Gelder se hoofdstad bouwt, is gedeel telijk al in het stadium van de afbouw. De bouw, die in februari van dit jaar begon, verloopt voorspoedig. Het ziet er naar uit dat de belasting diensten, het kadaster en het bureau ruilverkaveling nu nog verspreid over meer dan tien kantoren door heel Arn hem het nieuwe belastingge bouw veel eerder zullen kun nen betrekken dan was ge projecteerd. IBB hoopt het gebouw ca. drie maanden voor de officiële opleverings datum (1 augustus 1969) te kunnen overdragen. öij het bereiken van het hoogste punt 'stond al vast dat men enkele maan den op de planning voor was. De inmiddels gepensioneerde disecteur van de rijksbelas tingen, de heer V. A. Tak, toonde zich daar toen bijzon der gelukkig mee. Hij verge leek de voorspoedige bouw met een „voorlopige aanslag, met voortvarenheid opge legd" en sprak toen al zijn vertrouwen uit in de „defini tieve aanslag". TTe „definitieve aanslag" kan in grote trekken als volgt worden beschreven: Het gebouw bestaat uit vier gelijke blokken die, elkaar gedeeltelijk overlappend, ho rizontaal trapsgewijs op el kaar staan. Het ontwerp stelde IBB in staat ook de bouw „trapsge wijs" in vier fasen uit te voe ren waarbij ruimschoots kon worden geprofiteerd van het repetitie-effect. Kwam deze omstandigheid de voorspoe digheid van de bouw al ten goede, veel heeft daartoe ook de wijze van samenwerking tussen de architékten prof. ir. H. Brouwer en ir. T. T. Deurvorst te Arnhem en IBB bijgedragen. De gevel breedte van drie der blokken is bijna 32 meter, van één blok ruim 44 meter. De in totaal dus ca. 140 meter lan ge gevel heeft een borstwe ring van geprefabriceerde gewapend-betonplaten, waar tussen de architecten prof. ken met zwarte, houten bui tenraamkozijnen een frap pant kontrast van lichte met donkere banden bewerkstelli gen. Ook de gevelkolommen zijn geprefabriceerd, waarbij ondermeer in verband met de ramen de maatvoering bij zonder belangrijk was. De grootste afwijkingen waren nooit meer dan 2 2Vt mm. Tn het werk is veel zicht- beton toegepast, dat niet glad is afgewerkt maar dui delijk de afdruk van de hou ten bekisting toont. Dit geeft een fraai, „ruig" effect waarnaar ook bij andere on derdelen van de bouw is ge streefd; zo zijn de plafonds van het interieur afgewerkt met ongeschaafde delen van red cedarhout. Deze mate riaalkeuze draagt ertoe bij dat het gebouw weliswaar een mooi uiterlijk heeft maar toch de voor een belasting gebouw niet misplaatste kenmerken van soberheid draagt. Stedenbouwkundig gezien, draagt het belastingge bouw bij tot de afronding van dit deel van de bebouwing van Arnhems binnenstad. Achter de hoogbouw de vier blokken dus die met kel der, begane-grondvloer en drie verdiepingen ca. 14Vt m hoog zijn komt nog een een laagbouw. Daarmee kon IBB pas beginnen toen de ge velbekleding van de hoog bouw gereed was; de kraan die de gevelplaten aanvoerde, moest namelijk verreden worden op het voor deze laagbouw bestemde terrein. Dij de indeling van het ge- bouw zal worden ge streefd naar een optimale flexibiliteit. Dat het gebouw drie ingangen krijgt en drie schachten voor het vertikale verkeer (namelijk op de plaatsen waar de vier blok ken elkaar overlappen) zal stellig tot deze flexibiliteit bijdragen. Op de begane_grond komen grote werkvertrekken en de ruimten voor het publiek. De etages zullen kleinere kantoor- vertrekken bevatten. Het is de bedoeling, dat het gebouw eind '69-begin '70 in gebruik wordt genomen. t OORD AT Fetro^jan zijn wereldtitel In een tweekamp gaat verdedigen te gen Spas8ky, Korchnoj. Tal of Larsen, zal hij eerst aan moeten treden tegen Bronstein in een tweekamp van 6 partij en. De inzet hiervan is „slechts" het kampioenschap van Moskou, want ln de wedstrijd Waarin om dat kampioenschap werd gestreden kwamen de groot meesters Petrosjan en Bronstein tezamen aan de spits. De tweekamp zal dus de beslissing moeten brengen. In de hieronder weergegeven partij van de wereldkampioen laat. hij zijn in de laatste Jaren toenemende drang naar zekerheid los: het resultaat is een frisse aanvalspartij van het soort, zoals hij die leverde vóór dat hij de hoogste titel veroverde. Wit: T. PETROS JAN. Zwart: A. BY- CHOWSKI. (Moskou 1968.) Klassiek Damegambiet. 1. c2—c4, e7—e6 2. d2—d4, d7—dS 3. PblC3, Lf8e7 4. Ld—f4. Pg8—f6 5. eV^e3, 0—9 6- Tal—cl. c7—c5 (Nu wit zijn dameloper naar f4 heeft ontwikkeld, inplaats naar gS, komt zwart gemakkelijk tot deze bevrijdende op mars.) 7. d4xc5, Pb8e6 8. Pgl—f3. Le7xc5 8. a2—a3, d5d4 (Anders komt wit door middel van de opmars 10. b4 tot een kansrijk initiatief.) 10. e3xd4. Pc6xd4 11. Pf3—e5, b7—b« 12. Lfl—d3, Lc8b7 13. 0-0. h7—h6 14. Tfl—el. Fd4—C6 (Dreigt weliswaar 18Lxtff in com binatie met Dd4t, maar stelt de witspeler ln staat zijn stelling te versterken. Beter was 14a5.) 15. Tel—c2!, Dd8c8 18. Fe5— g4. LcS-e7 17. Pg4xf8+. Le7xf6 18. Pc3—e4. Lf«-e7 18. Ddl—h5, Tf8d8 Geschrokken van de fraaie combinatie 1 9Pd4 20. Lxh6, Pxc2 21. Pf6t', Lxf6 22. Lxg7 en mat ziet de zwartspeler over het hoofd dat de zaak na het eenvoudige 2 0gxh61 helemaal niet duidelijk was geweest.) 20. Tc2—C3, f7—f5 21. Pe4—g3. Le7—f6 (Zet de tegenstander het mes op de keel.) 22. Pg3xf5i, Lf6xc3 (Het alternatief is 22exf5 23. Lx«. Lxc3 24. Lxc8, Lxel 28. Lxb7, Pe7 26. Lxa8, TxaB 27. De2, Pg6 28. Lg3 en wint.) 23. Pf5xhflt, g7xh8 24. Dh5—g6t. LcJ-gT (Nu heeft zwart een hele toren meer. Op 24. Kf8 is 25. Lxh6t. Ke7 26. bxcS beslissend.) 25. Lf4xh6, Td8—d7 (Dekt Lg7 en maakt, het veld d8 vrij voor de vlucht van de zwarte koning.) 26. Dg6— h7t, Kg8—f8 De opgave van de week: inplaats van toe te staan dat de zwarte koning na 27. Dh8t, Ke7 naar de damevleugel vlucht, vond Petrosjan hier een dwingende winstvoortzetting. Ziet U het ook? De oplossing komt in de volgende rubriek. BYCHOWSKI abcdefgh PETROSJAN OPLOSSING De stand was: Wit (Goldln): Kfl, Dbf, Tal en el, pionnen a2. c2, f3, g2. hS. Zwart (Clstakov): Ke8, De5, Tf8, Le6, Peï en e2, pionnen a7 en d5. Mat ln 5 zetten door: 25Pe4—d2t 26. Kfl—f2. Tf8xf3t 27. g2xf3, De5xh2t 28. Kf2—e3. Pd2—c4t 28. Ke3—d3, Le6—f5 mat. \OK de grote Italianen doen een enkele maal wel eens heel gekke dingen aan de bridgetafel. Pabis Ticci die samen speelt met Mimmo D'Alelio, zal niet met zoveel vreugde terugdenken aan het „slemmetje" dat dit vermaarde paar tij dens de wereldkampioenschappen bood in de wedstrijd tegen Chili. 8 7 O AHB10987J AB108 4H962 CpHV 3 2 O V 6 HV9 Zuid gever, OW kwetsbaar. Zuid één klaver - west één harten - noord drie ruiten - OW pasten - zuid drie SA - noord vier SA - zuid vijf klaver - noord v(jf SA - zuid zes klaver - noord zes ruiten - einde. Drie SA is het enige manchebod dat NZ kunnen winnen, maar de 15 punten die zuid „behoort" te hebben kunnen ook bestaan uit bijv. (J»A962 0A932 A 6 6 Jf, A H 3 ln welk geval N1? al tenminste klein slem voor het neerleggen hebben. Toch geloof ik, dat D'Alelio (noord) de situatie onjuist taxeerde: zou zuid laatst genoemd spel hebben gejiad, dan is het hoogst onwaarschijnlijk dat hij over drie ruiten van noord en onderbod van drie SA zou hebben gedaan. In de praktijk besloot noord echter „azen te vragen" (4 SA) en ongelukkiger wijze betekende het antwoord van 8 kla ver, dat zuid nul of drie azen kon heb ben. Meestal is dat voor degeen die „vraagt" gemakkelijk genoeg vast te stel len, doch in dit geval was het resultaaf dat de grootmeesters in het lachwekken de contract van zes ruiten verzeild raak ten na zelfs nog via 5 SA een poging tot groot-slem te hebben gedaan! Toen Ticci daarop met zes klaver (nul of drie heren) antwoordde had D'Alelio er nog steeds geen benul van wat voor soort spel er bij zuid op tafel zou verschijnen. Het viel hem niet meel Wonderlijk genoeg verloor Italië nieta aan dit spel. Tegen zes ruiten zagen de Chilenen slechts kans twee hunner drie azen te maken (één down), terwijl aan de andere tafel Chili in NZ tot een eind bod kwam van vijf ruiten, waartegen dé Italianen wél hun drie azen in OW op raapten. Geen score dus op dit merk waardige spel. AV10» V10 O AH H 10 9 8 6 Zuid gever, OW kwetsbaar. Zuid 4én klaver - noord één harten - zuid twee schoppen - noord vier klaver - zuid vier ruiten - noord vier harten - zuid vier SA - noord vijf harten - zuid zes klaver, Tegen zes klaver speelde west harten twee voor en ik gun u één minuutje om uit te maken of u het aas op tafel neemt. Kreyns had overigens binnen vijf se conden het juiste gedaan en maakte in slag 1 harten tien. Slag 2 schoppenaas, slag 3 schoppen aftroever. Ruitenheer maakte slag 4 en in slag 5 weer een schoppen aftroever. Slag 6 ruitenaas waaronder bij west ruitenvrouw viel, slag 7 nogmaals (de laatste) schoppen, noord maakte klaverboer en OW beken den nog schoppens. Hoe verder ln deze situatie: NIEUWE OPGAVE Een geweldig leuk spel althans voor de Nederlandse toeschouwers was een zes klaver-contract dat Hans Kreyns in de wedstrijd tegen Denemarken wist thuis te brengen. Vooral Imponeerde het door de snelle wijze waarop raspaard Hans een foutloos parcours aflegde. Doet u het hem na? 6 C? A 9 8 5 4 <*>B 7 3 A B 4 3 7 T Wel even goed het spelverloop lezen, alvorens uw oordeel te geven, want e* staan héél wat punten op het spel! Of a geslaagd bent voor dit examentje wordt op 27 juli verteld. BIJNA was de door de Russische damploeg ontworpen tactiek in de landenontmoeting met Nederland (kennelijk met de opdracht, de drie aller gevaarlijkste tegenstanders, Sijbrands, Roozenburg en Wiersma, ln toom te hou den, terwijl de overigen voor de winst punten moesten zorgen, waar zich de kansen voordeden. Juist in de tweede ontmoeting faalde de opzet: Koeperman zweefde op het randje van de afgrond, doch kon zich juist nog redden. De nieu we wereldkampioen Andreiko echter vertrouwde iets teveel op zijn verdedi- flngskunst en werd slachtoffer van de urieuze aanvalsdrift van Sijbrands. Het was slechts dank zij de grotere techniek van Agafonov tegen Schotanus, welke partij wüj vorige week plaatsten en de sluwe tactische gaven van Korchov, die de anders zo moeilijk te kloppen Van der Sluis tot overgave dwong, dat de Russen nog Juist wonnen. Zo werd de nationale ploeg ln de derde ontmoeting geforceerd tot een te grote krachtsinspanning die tot een debacle leidde. Hieronder de fraaie winstpartij van Sijbrands: Wit: A. Andreiko: Zwart: T. Sijbrands: Amstel veen 5-7—68. 1. 32—28 17—22 2. 28x17 11x22; 3. 37—32 6—11; 4. 41—37 12—17; 5. 31—26 1923; 6. 34—29 23x34; 7. 40x29 14—19; 8 32—28 7—12 9 37—32 1—6; 10. 36—31 10—14; De gehele opzet van wit is de direct geopende zwarte druk tegen het centrum in toom te houden. De nu volgende zet is echter een kleine on nauwkeurigheid waardoor zwart toch in het offensief komt: 11. 4641. Beter is 44—40 (5—10) 31—27 enz. waardoor wit veld 29 bezet houdt. 11. 5—10; 12. 31—27 moet nu toch! 22x31; 13. 26x37 17—22; Andreiko verwachtte zeker (19—23); 14. 28x17 11x22; 15 45—40 12—17; 16. 41—36; Weet kennelijk geen raad met het onorthodoxe zwarte spel. Consequent is 40—43; 16. 16—21; 17. 29-24? Veel beter is 37—31 (21—26 of?) 32—27! enz. Nu komt zwart sterk in het offensief: 17. - 20x29; 18. 33x24 19x30; 19. 35x24 812! 20. 38—33 3—8; 21, 43—38 6—11; 22 33—28 22x33; 23 38x29 21—27 24. 32x21 17x26; 25. 40—43 2—7! Dreigt met (1823) schijf 24 af te snijden. 26. 34—30 18—23; 27. 29x38 12x23; 28. 30—25 8—12' 29. 36—31; Meent alle gevaar te bezweren, maar zwart toont anders aan! 29. 11—17; 30. 31—27; 13—19! 31. 24X13 9x18; 32. 49—43 17—22! 33. 37—31 20x37; 34. 42x31 14r-19; 35. 43—38 10—14 36 47—41 4—9; 37. 41—36 9-13 38. 39—33 15—20! Het zwarte overwicht is al zeer duidelijk; 39. 44—39 20—24 40. 50—44 12—17 41. 31—26. Wit stond voor een zeer moeilijke keus, na 38—32 kan zowel (17—21) 27x16 (22—28) 33x22 (18x38) met schone vooruitzichten als (7—11) Op dit laatste echter volgt 33—281 enz. en wit heeft zich hersteld. 41. 22x31; 42. 36X27 17—22 43. 48-42 22x31; 44. 26x37 712! 1 (zie diagram). De diagramstand vormt het duidelijke bewijs, dat de verschillen in het damspel uiterst gering zijn. De tekstzet dwingt, alhoewel hij niet agressief lijkt, een nieuwe verzwakking af. die tot wits on dergang leidt: Op 37—32 zou volgen (24—29) 33X24 (19x30) 25x34 (23—28) enz. dam. Gedwongen daarom: 45. 4440. Aan de lezers thans de opgave: Hoe forceerde Sijbrands nu de winst? OPLOSSING De stand was: Wit: Schotanus: 26, 27, 28, 35, 38, 40 (10 sch.). Zwart: Agafonov: 3. 6. 17, 18. 19, 24, 29 (10 sch.). Zwart speelde: (3—91!) Na (30—25) beslist dan (9—14!) 40—34 (29x40) 35x44 (24—29) 33x24 (19x30) 25x34 en (17—21) 26xlt (Ux42) In de partij volgde: 28—23 (19x391) 28x8 (9—13!) 8X19 (29—34) 40x29 (16—22!) 27x18 (17—21) 26x17 (11x42!) uit. 30, 31, 3S, 11. 13, 39. 18. CRYPTOGRAM Horizontaal: 1. Koploper (11) 9. Moeilijke tocht (4) 10. Aan lager wal geraakt (10) 11. Onzelfstandige (7) 12. Kleine geneugten (7) 14. De sleutel ligt achter de deur (9) 18. Prille tijd (5) 19. Militaire bende (5) 20. Zo moet men er wel lak aan krijgen (9) 22. Hij pruttelt op het fietspad (7) 24. Deze functionaris heeft het heen en weer (7) 27. Dat is niet erg gevoelig (9) 28. Met dit bevestigingsmiddel wordt de hoop de bodem In geslagen (4) 29. Zij hebben moeite met de balans (11) Verticaal: 2. Zij laat over zich lopen al zit ze wel eens in de pot (5) 3. Veroorzaker (8) 4. De gast in de schouwburg (4) 5. Hij moet wijzer zijn (6) 6. Mien helpt hem zoeken (9) 7. Men snapt niet hoe hij het doen kan (8) 8. Verstandige ligplaats (4) 13. Een groot aantal kan het wel verdragen (5) 15. Bijleggen (9) 17. Goed vinden (8) 18. Niet groot, maar wel erg naar (8) 21. Werk van de pers (6) 23. Hier is aan boord plaats genoeg (4) 25. Arbeidsloos inkomen (5) 26. Die rivier klinkt als een knol (4) OPLOSSING Horizontaal: 1. post; 4. imker; 8. silo; 11. ore; 12. aal; 13. els; 14. rede; 16. basis; 17. aard; 19. trans; 21. sta; 22. Marie; 23. tas; 25. ven; 28. stre ven; 33. gnoe; 36. rulle; 37. merg; 39. aardbei; 40. enteren: 41. Arie; 42. peluw; 44. Tine; 4o. genegen; 48. aan; 49. gul; 52. klant; 54. Lek; 56. tegen; 59. rank; 60. lonen; 61. vele; 62. net; 63. ode; 64. ren; 65. koor; 66. stelt; 67. nest. Verticaal: 1. part; 2. soda; 3. Trent; 5. Maas; 6. kasteel; 7. Elia; 8. slaan; 9. Isar; 10. orde; 15. era; 18. rit; 20. sas; 22. men; 24. strepen; 25. Veenweg; 26. egaal; 27. porie; 29. ruien; 30. vleug; 31. Perim; 32. Ag nes; 34. nar; 35. Ede; 37. met; 38. ren; 43. legende; 45. gat; 46. nut; 47. sla; 48. anker; 50. leven; 51. wel; 52. kruk; 53. anno; 54. loot; 55. keel; 57. gene; 58. neet. W/ecken is een secuur werk je, dat velen niet meer willen of kunnen doen. Om nu aan de wens van de huisvrouw, iets van de zo merse overvloed te kunnen bewaren, tegemoet te komen, zijn er diverse apparaten in de handel gebracht, die tijd en brandstofbesparend wer ken. Gewoonlijk zijn het pomp jes waarmee lucht uit de in- maakglazen gezogen of appa raatjes waarmee stoom in en daardoor lucht y* glazen wordt gedreven, In beide gevallen is het resul taat dat de deksels die op de hete gevulde glazen zijn ge legd, stevig op de glazen ge drukt worden en deze dus af sluiten. Men vergeet echter dat het dichtzijn van de glazen niet betekent dat de inmaak niet kan bederven. Vele bederf- kiemen die in groente kun nen voorkomen ontwikkelen zich juist bij voorkeur in een omgeving met weinig of geen tupbt HM. komt ook her haaldelijk voor dat groente (en vlees) die zonder „wec ken", maar met behulp van een inmaakapparaat is in gemaakt, bederft. Alleen bij vruchten en zure groenten, zoals rabarber en postelein, kunnen dikwijls wel goede resultaten bereikt worden. Dit komt doordat het opkoken van de vruchten of zure groenten de hierin aan wezige bederfkiemen vernie tigt. Hebt u een inmaakappa raat gekocht en wilt u het desondanks gebruiken, benut 't dan uitsluitend voor vruch ten en zure groente, niet voor bloemkool, worteltjes, boon tjes en andere gro^ïli nooit voor vU*

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1968 | | pagina 17