Zenuwarts tussen beelden en schilderijen Russen klagen over kleding Machinefabriek Stork bestaat honderd jaar Bijna geen geparkeerde auto's in „nieuw" Utrecht ENGELSE PAKKEN IN TREK Ere- ten toonstelling Rein Draijer Nederlanders eten niet veel vlees Feest in september Meisje verborg zich uit vrees voor tante ALS PLAN HOOG CATHARIJNE 4FJS: DEMONSTRATIE VOOR BIAFRA Uurtje weg Verhuren Geen geld TE DUUR BESTEDINGEN AFBRAAK STIMULANS DONDERDAG 8 AUGUSTUS 1968 EEN KLEIN KUNST-MENEERTJE XJij gooit de deur van zijn garage -*-*■ open, zwaait zijn colbert over de leuning van een zoveelste-hands stoel en dan zit hij: de zenuwarts H. M Greebe, in zijn kunst-galerie. Hij grin nikt bij voorbaat: „Ik ben een beetje gek en ik ben import, hier in Enschede, en daarom mag ik veel. Zo liep ik een keer door de stad en ik dacht: Hé jon gens. we moeten hier eens een winkel tje in kunst bijhebben. Wel, nu ben ik zaterdags van twee tot zes geopend en als ik in één middag zes mensen heb gehad, roep ik: Druk geweest. Mag ik dat leuk vinden of niet? Ieder mens probeert zichzelf in iets te realiseren Dokter Greebe is in Enschede spe cialist in twee ziekenhuizen, sinds hij drie-en-een-half jaar geleden naar Overijssel kwam, uit Den Haag. „Heel gek", schalt hij door die kunst-garage die hij een half jaar gelden huurde on der het huis van wildvreemde mensen. „Heel gek", 's morgens werk katho liek, 's middags ben i'k neutraal, en 's avonds oecumenisch. Nou ja, des avonds werk ik meestal niet, dan heb ben we soms een praatgroepje, van mensen die alle mogelijke geestelijke •tromingen vertegenwoordigen". Drie en-een-half jaar dus zit hij nu in Enschede, waar hij specialist is in de elektro-myografie en de elektro- encefaiografie. „Zeg maar: gespeciali seerd op het gebied van spieren en hersenen en dan ook nog een beetje zenuwen", aldus dokter Greebe zelf. Hij komt zojuist uit het ziekenhuis Ziekenzorg, waar collega's nu desge vraagd moeten melden: „De heer Greebe zit even een uurtje tussen zijn beelden en schilderijen". Wat er in de garage staat en hangt is zijn tweede collectie in een half jaar. Maar nu: hoe komt een zenuwarts midden in de kunst? „In Den Haag zit een mr. in de rech ten en die is mijn broer. Wel, die broer beeldhouwt bijvoorbeeld al heel lang en van hem heb ik waar schijnlijk een tic meegekregen. Ik ken massa's kunstenaars ook a<l omdat ik zelf een beetje rommel met steen en hout en beitels, nou ja". Goed, ik had dus deze garage ge huurd en ik ben naar het westen geto gen om in Rotterdam bijvoorbeeld bij Truus van Thiel wat beelden van haar man weg te sleutelen. En ik heb een paar van Truus' eigen wandkleden meegepikt. Enzovoort. Ik moet wel met werk van mensen van buiten de pro vincie komen, want bij de regionale kunstenaars kunnen de mensen tenslot te iedere dag het atelier binnenstappen en kijken. En ik ben maar een paar uurtjes per week geopend". En dan heeft dokter Greebe ook een klein plan: schilderijen of beelden „ver huren". En dat allemaal met het idee de kunst uit zijn galerie vrij snel aan de man te brengen. „Stel, u koopt een gouache van vier honderd gulden", zegt hij. „Heel mooi, prachtig, maar na een jaar bent u er misschien toch een tikkeltje op uitge keken. We leven niet meer in een tijd met alleen maar grote huizen waar je met gemak een dertig schilderijen neer hing. In ?o'n flatje van nu raak je toch niet meer dan twee of drie dingetjes kwijt. Wel, we draaien er dus niet om- De zenuwarts H. M. Greebe. uit Enschede in zijn kunst-galerietje: ,,Ik inag hier van iedereen een beetje anders dan anderen zijn. Een specialist, die koopt bijvoorbeeld een huis als hij hier komt werken. Wel, ik zit fijn in een flat". heen. U komt na een jaar of langer weer bij me, ik betaal voor die gouache weer iets terug en u zoekt gewoon een nieuw dingetje uit, met een kleine bij betaling desgewenst". En dat zelf-aan-de-kunst doen van de zenuwarts, die in studententijd bijvoorbeeld wiskunde-bijlessen gaf. „Niets bijzonders", zegt hij, „ik vind het gewoon leuk. En ze willen nog wel eens iets van me hebben ook. Maar daar durf ik nooit geld voor te vragen". Zijn kunst-garage heeft hij „Trolllandt" genoemd (echt, met drie maal L), naar het woord „troland", dat heeft te maken met de belichting van het netvlies en naar Trollenland, land van vreemde aardkabouters. „Zomaar een gek dingetje dus"f con stateert dokter Greebe met een mond die even van oor tot oor open gaat. „En zes mensen op een middag, ik ben er dik tevreden mee. I'k ben maar een klein kunst-meneertje en anders zie je trouwens niets meer, want zo groot is die garage nu ook weer niet". MOSKOU Kleding die de winkels in de Sovjet-Unie aanbieden laten zo weinig keuze in maten, dat dikwijls een jurk wel past op de etalagepop, maar niet op een menselijk wezen, schrijft de Komsomolskaja Pravda, het orgaan van de communistische jeugdliga. Een vrouw uit het Westen merkte op, dat de jurken zelfs niet goed op een etalagepop passen Het blad geeft de winkels en de fabrieken de schuld voor de slechte kleren. De mensen geven de voorkeur aan ingevoerde kleren. Zij weten dat die een betere pasvorm hebben, er beter uitzien en langer meegaan, en zij zijn bereid cr meer voor te betalen. Mannenpakken uit Engeland zijn thans erg in trek, ze kosten dikwijls ruim 600 gulden, meer dan een gemid deld maandsalaris. De Russische mannenpakken zijn meer dan de helft goedkoper. Het blad heeft een journalist er op uit gestuurd in Leningrad. In tegenstel ling tot goede buitenlandse kleding wa ren onze stoffen, schrijft hij, ouderwets en de kleuren waren vaal en saai of het andere uiterste: opzichtig. Het blad somt de oorzaken op van het ..kwaad", w.o. overmatig gecen traliseerde planning van de kleding-in- dustrie. Voorbeelden van fouten in de planning aanhalend, schrift het blad over een goed gesneden damesmantel die een kans miste om bij duizenden te worden verkocht, omdat de fabriek maar stof voor 200 had. De tekorten veroorzaakt door de langzame planning van de bureaucratie, hebben bijna een crisis veroorzaakt in de kledingindus trie van Leningrad. Zij mist een derde van de grondstof fen die nodig zijn. Ondanks deze problemen moet de in dustrie werken naar een plan, dat een stijging met 19 procent eist van de to tale roebeiwaarde aan verkopen. De industrie moet hoe dan ook dit plan nakomen. In plaats van meer kle ren te verkopen van goedkoop Sovjet jet-materiaal, zegt het blad, gebruikt de industrie opzettelijk dure ingevoer de stoffen die zij tegen hogere prijzen kan verkopen. Maar het slot van het liedje is dat de consument aan het kortste eind trekt. Gebruik van dure ingevoerde kleren betekent dit jaar, dat de inwo ners van Leningrad half zoveel jurken van bedrukt katoen als verleden jaar krijgen en nog geen kwart aan goed kope mannenkostuums. Maar deze goedkope kleren hebben de consumen ten nodig. Het blad dringt er op aan dat de kledingindustrie haar hervor ming sneller voltooit. Die hervorming beoogt een minder gecentraliseerd stelsel, dat meer op winst is afge stemd en meer kleren maakt, die de mensen werkelijk nodig hebben en mooi vinden. DEN HAAG De winnaar van de Ja- cob-Maris-prjjs 1968, de Haagse schil der-beeldhouwer Rein Draijer. zal de prijs vrijdag 16 augustus in het Haagse gemeentemuseum worden uitgereikt, waar dan tevens een ere-tentoonstelling van werken van Draijer wordt geopend. De expositie duurt tot 15 september. Ze omvat bijna zestig schilderijen uit de periode van 1927 tot heden en dertig beelden uit de jaren na 1957, toen hij zich in steeds sterkere mate met beeld houwen ging bezighouden. Voorts zul len er foto's van monumentale opdrach ten en door Draijer ontworpen postze gels te zien zijn. Rein Draijer, die tot aan zijn pensio nering leraar was aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunst in Den Haag, werd twee keer eerder onder scheiden. In 1950 werd hem samen met P. Citroen een materiaalprijs toegekend en in 1952 deelde hij met Willem Hus- sum de Jacob Maris-prijs. EEN LIEVE mevrouw was met vakantie in Ierland kocht er vlees en kreeg iets mee dat de slager in één klap even van een koeiebil af sneed: beetje biefstuk, beetje contra filet, beetje van alles bij elkaar en vervolgens maar proberen of- het geheel gaar wilde worden. Maar die slager in Ierland was niet uniek. De slagers in Amerika gaan pre cies zo te werk: -de lintzaag in een halve koe en wat de klanten aan vet of vlees eigenlijk niet willen hebben, dat snijden ze er thuis zelf wel af. Maar wij Nederlanders zijn zo niet wij willen een keurig uitgesneden doorregen lapje en we eten alles op, want er is ten slotte voor betaald. We zijn wat dat betreft ook ver wend, want in vergelijking met het buitenland zijn onze slagers degenen die het vlees het beste soigneren voor dat wordt verkocht. Tevens zijn Nederlanders ook de kleinste vleeseters (samen met de Italianenwant we eten per man per jaar 48 kilogram en dat is het laagste getalletje op de ranglijst van alle vleesetende naties. „Moet je ook eens naar de prijzen kijken", zal hierna ongetwijfeld worden gezegd. Een kogelbiefstuk kan al één gul den en tachtig cent per ons kosten. Hoewel de slagers vertellen:„Vlees is niet duur". Kijkt u nu niet uw sla ger aan voor die toch forse prijzen, want wie bepaalt de prijzen: een commissie uit de EEG. De prijzen van ons vlees hebben dus niets meer te maken met een klein of groot aan bod van varkens en koeien op de Nederlandse markt. De EEG stelt „oriëntatieprijzen" vast, de slagers moeten volgens die normen in- en verkopen en we mogen rustig ver wachten dat die prijzen binnen af zienbare tijd nog wel een beetje naar boven zullen gaan. Die prijzen kennen we dus wel, maar niet voor niets geeft het Be drijfschap voor het slagersbedrijf (in Den Haag) al twaalf jaar voor lichting, via bijeenkomsten, dia's en boekjes. Want vlees is geen brood en de stuk ken op zichzelf in de slagerij zijn soms moeilijk te herkennen. HENGELO In september zal de machinefabriek Stork te Hengelo, thans een onderdeel van de VMF/Stork-Werkspoor, honderd jaar bestaan. Stork heeft perioden gekend van trage en van snelle groei, hoogtepunten en diepte punten. Men onderscheidt vUf perioden: 1868-1900 het begin en de eerste be scheiden groei. 1900-1930 grote opbloei. 1930-1945 moeilijke jaren. 1945-1954 her nieuwde bloei. 1954-1968 consolidatie en versterking na de fusie met Werkspoor en de totstandkoming van de VMF/Stork-Werkspoor. Thans, aan het einde van honderd jaar historie en aan het begin van een volgende eeuw, met nog onge kende maar ongetwijfeld grote mogelijkheden, is de machinefabriek Stork een bedrijf, dat met evenveel animo de toekomst tegemoet treedt als C. T. Stork dat honderd jaar geleden deed, zo wordt in een historisch exposé van het bedrijf meegedeeld. BONN Een weesmeisje van achttien in Beieren heeft zich twee maanden lang verborgen gehouden op een hooi zolder omdat ze doodsbamg was voor straf van haar strenge pleegmoeder. Het tot op het bot vermagerde meisje werd pas dit weekeinde teruggevon den, toen ze met haar laatste krach ten was binnengekropen in een pro visiekamer om daar iets te eten te vinden. Edeltraud F. woonde eenzaam op de boerderij van haar tante in de omge ving van Bayreuth. Toen zij des avonds laat stiekem was wezen kij ken naar het dorpsfeest, kort na Pinksteren, was zij zo benauwd voor straf van de tiranieke tante, dat zij zich vlak bij haar huis verborg op een hooizolder. Alleen 's nachts waagde Edeltraud zich naar buiten om in boomgaarden fruit te stelen; water haalde zij van de drinkbakken der naburige boerde rijen. Het meisje viel in die twee maanden 33 kilo af. Tot het uiterste verzwakt kroop zij dit weekeinde de provisiekelder van haar tante binnen, maar zakte daar bewusteloos ineen voor zij iets eet baars had kunnen bemachtigen. Toen Edeltraud bijkwam in het ziekenhuis was het eerste wat zij riep: „Alstu blieft, breng mij niet terug naar mijn tante". Het meisje zal in een vertrouwd pleeg- gezin worden ondergebracht. T TTRECHT ln het straatbeeld van de Utrechtse binnenstad-nieuwe-stijl komen nagenoeg geen geparkeerde auto's voor. Als over (naar schatting) vijftien jaar het ingrijpende reconstructieplan Hoog Catharijne is voltooid kunnen automobilisten hun auto's alleen nog stallen in een van de vele ge plande parkeergaragers, waarin dan plaats zal zijn voor 5300 auto's. Wel is op halte- en standplaatsen voor bussen en huurauto's gerekend. Ook hier zal, afhankelijk van de behoefte aan kortparkeren, het langparkeren worden toe gestaan. Dit blijkt uiit het bestemmingsplan Hoog Catharijne, dat het gemeentebe stuur van Utrecht een maand ter in zage gaat leggen om belanghebbenden en belangstellenden enig inzicHt te geven in de grote veranderingen die zich in het binnenstadsbeeld gaan vol trekken. Heit geeft een globaal over zicht van de reconstructie van de Utrechtse city rondom het centraal station, waarmee overigens een belang rijk begin is gemaakt nabij de Croese- laan. Daar is nu voor een bedrag van 100 miljoen gulden aan gebouwen (on der meer de nieuwe jaarbeurs) in aan bouw. B. en W. stellen dat het globale plan op verschillende punten zal kun nen worden gewijzigd en aangepast aan nieuwe inzichten en behoeften. Niet ge wijzigd mogen worden de in het globa le plan vervatte bruto vloeroppervlak te, het karakter van de bebouwing en de structurele opzet van het plan. In het plan is rekening gehouden met de mogelijkheid van een aanvullend openbaar vervoer op de vrije baan. Bij het centraal station is boven het voet gangersplateau (Hoog Catharijne om vat een hoger gelegen voetgangerstra verse) hiervoor een halte gedacht. De totale kosten voor realisering van bet plan Hoog Catharijne (in 15 jaar verdeeld over negen tijdvakken) bedragen ruim 500 miljoen gulden, waarvan rond 230 miljoen gulden tot de gemeentelijke bemoeienissen be hoort, hoewel dit bedrag niet geheel door de gemeente behoeft te worden gevoteerd. De NV Hoog Catharijne investeert alleen reeds 120 miljoen in de installatie e.d. van de nieuwe ge bouwen. Derden (Jaarbeurs, Spoor wegen, e.d.) bouwen voor een be drag van 145 miljoen gulden. Uit onderzoekingen is gebleken dat de winkelfunctie van Utrecht (thans reeds een verzorgingsgebied van circa 860.000 inwoners) in de toekomst be langrijk zal toenemen. Verwacht wordt dat de op de stadskern gerichte beste dingen ten behoeve van duurzame ge bruiksartikelen tot 1980 met 150 procent zal stijgen. Deze categorie artikelen kan in 1980 in de Utrechtse binnen stad beschikken over 105.000 vierkante meter verkoopoppervlakte. Er is nu reeds 56.000 vierkante meter aanwezig. In de sector buiten de duurzame ge bruiksartikelen wordt een vergroting verwacht van 5.000 vierkante meter, zodat in totaal rond 55.000 vierkante meter verkoopoppervlakte aan de Utrechtse binnenstad moet worden toe gevoegd. Het project Hoog Catharijne neemt daarvan 45.000 vierkante me ter voor zijn rekening. De totale kantoorbehoefte in Utrecht omstreeks 1980 wordt op een kwart miljoen vierkante meter geschat. Aan nieuwe kantoorruimte is daarom 160.000 vierkante meter nodig, mede in verband met de afbraak van veel ge bouwen. Hoog Catharijne neemt daar van 118.000 vierkante meter voor zijn rekening. De parkeergelegenheid in Utrecht- nieuwe-stijl wordt acht maal zo groot als thans het geval is en de ruimte ten behoeve van het gemotoriseerde verkeer wordt verdrievoudigd. De hoogte van de bebouwing zal aanmer kelijk toenemen: variërend van vijf tot "twintig verdiepingen. De traverse tussen Croeselaan en Vredenburg, waar de voetgangers ruim baan krij gen, komt vijfeneenhalf a zes me ter boven het huidige straatniveau. Op dit verhoogde voetgangersniveau komen de winkels, kantoren en hore cabedrijven en ook de ingang van het station. Zodra de nieuwe jaarbeurs klaar is (begin 1970) wordt met de afbraak van de oude jaarbeursgebouwen aan het Vredenburg begonnen. Op de vrijgeko men ruimte is een groot warenhuis ge pland en ook komt de nieuwe concert zaal op het Vredenburg. Van de gebou wen tussen het centraal station en de Catharijnesingel blijven alleen van Gend en Loos, de Verzekeringsunie, het Domhotel en de Puem overeind staan. De rest wordt afgebroken en vervan gen door torenhoge gebouwen. De eind fase van Hoog Catharijne wordt be reikt als een begin wordt gemaakt met het. gebied Leidseveer. Daar is een hoog kantoorgebouw geprojecteerd met oostelijk daaraan grenzend een parkeergarage voor 1300 auto's met een rand van dag winkels aan de Catharijnesingel. Mid den op het Leidseveer is een ver maakscentrum mogelijk. B. en W. denken daarbij eventueel aan een ca sino, een dansgelegenheid, een caba retzaal, een bioscoop, een vestzak theater, een sauna, expositieruimte, een zaal voor kamermuziek e.d. Realisering van het project Hoog Ca tharijne zal volgens B. en W. een krach tige stimulans zijn voor de centrum functie van de stad. Zonder dit belang rijke particulier initiatief (Verenigde Bedrijven Bredero en Fries-Groningse Hypotheekbank, die samen de NV Hoog Catharijne stichtten), in samenwerking met de overheid, zou volgens B. en W. een dergelijke grootse stedebouwkundi- ge opzet met een tweede niveau voor voetgangers, bereikbaar met hellingba- nen en roltrappen en de overbrugging van het stationsemplacement niet denk baar zijn. De forse aanpak (in oktober 1962 werden de eerste gedachten over Hoog Catharijne aan het gemeentebe stuur kenbaar gemaakt) mag een ga ve architectonische verschijning doen verwachten, zo menen B. en W. Ten aanzien van de economische uit voerbaarheid en de financiële aspec ten, mérken B. en W. op dat alle ver wervingskosten (71 miljoen gulden) ten laste van N.V. Hoog Catharijne komen. Alle kosten aan straataanleg en -recon structie (15 miljoen gulden) komen ten laste van de gemenete. ADVERTENTIE De matras waarop U wérkelijk uitrustl Van DRAKA. Deze C. T. Stork is de stuwende kracht geweest bij het ontstaan van de machinefabriek. Het was op zijn ini tiatief dat in 1859, dus 9 jaar voor de opening van het bedrijf in Hengelo, in het nabije Borne een jong ingenieur (C. C. Stork, een jongere broer van C. T. Stork) en een bekwame Bornse smid (Meyling) een machinefabriek en repa ratiebedrijf oprichtten onder de naam Stork-Meyling. Dit bedrijfje werd in 1868 naar Hengelo verplaatst, waar het onder leiding van C. T. Stork snel groeide. Stork ging ketels en stoomma chines leveren, vanaf 1877 ook machi nes en ketels voor schepen en om streeks 1885 ging met zich toeleggen op de bouw van suikerfabrieken voor de tropen. In 1900 was het personeel toe genomen tot circa 700 man. Stork was toen al een middelgroot bedrijf, dat in Nederland en daarbuiten flink meetel de. In 1895 overleed C. T. Stork en werd de leiding overgenomen door drie zoons, die reeds in 1890 in de direc tie waren opgenomen. De machine fabriek Stork was de eerste in ons land, die de bouw van stoomturbines voor grotere vermogens ter hand nam en van z.g. waterpijpketels. Sindsdien heeft Stork steeds een zeer belangrijk aandeel gehad in de bouw van installaties voor elektrische cen trales. Nog andere produkten waren er, die na 1900 gingen bijdragen tot de opbloei van het bedrijf. In 1910 begon Strok met de vervaardiging van pompen en in 1915 met die van ventilatoren. Het gevolg was dat de fabriek zich zowel in omvang als in personeelssterkte snel uitbreidde. In sociaal opzicht was een belangrijke ontwikkeling de bouw van een tuin dorp naar Engels voorbeeld. Toen omstreeks 1930 de bestellingen van suikerfabriekinstallaties kwamen te vervallen onder invloed van de econo mische wereldcrisis, geraakte het be drijf in ernstige moeilijkheden. Geluk kig wer^een nieuw prodijkt gevonden, dat Het getij'heeft doeri keren. Dat nieuwe prodüijct was de scheepsdiesel- motor in tweetaktuitvoering. Met het uitbreken van de wereldoorlog in 1940 begon een nieuwe periode van grote on zekerheid. Stork heeft in de oorlogsja ren echter niet stilgezeten.In het ge heim werd aan twee produkten belang rijk ontwikkelingswerk gedaan: aan de ventilator en de dieselmotor. Na de oorlog ging geleidelijk ook de kernenergie de aandacht vragen. Ve len meenden dat de kernenergie in korte tijd de gehele energievoorzie ning zou gaan overnemen, de ontwik keling heeft zich echter geleidelijker voltrokken, vooral in Nederland. De machinefabriek Stork staat evenwel gereed om een belangrijk aandeel in de bouw van de benodigde kernener gie-installaties ,te nemen. Door het vele werk breidde het personeel zich sterk uit. Er ontstond behoefte aan belangrijke investeringen, aan ge bouwen en machines. Na geheime onderhandelingen werd tussen de di recties van Stork en Werkspoor be sloten tot een fusie. Zo kwam in 1954 de Verenigde Machinefabrieken Stork Werkspoor tot stand. In de jaren die op de fusie gevolgd zijn heeft de machinefabriek Stork haar positie kunnen versterken door: concentratie op een bepaald produktie- programma, uitbreiding van de „re search", aanpassing van de outillage en organisatie; o.a. is de organisaitie aan gepast aan de; tijd van krachtige con currentie, die het bedrijf tegemoet gaat. Het jubileum zad met vele herdenkin gen en feestelijkheden gepaard gaan. De huidige directieleden van de machi nefabriek Stork zijn drs. G. A. Berne- lot Moens, ir. H. Douglas en jhr. mr. F. O. J. Siekirvghe. 0 Biafraanse vrouwen hebben een demonstratie in Londen gehouden. Vier dames overhandigden een petitie aan het adres Downingstreet 10. Zij vroegen hulp voor de kinderen, die in het land verhongeren.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1968 | | pagina 9