paradijs voor smokkelaars
„De lading interesseert me niet
zegt de havenmeester, „als het
havengeld maar wordt betaald
ZIEZO
zaterdag 17 augustus 1968
Loeren
Liggeld
Overmacht
Verwijzen
Opdrachtgevers
Theo Holland
Vernield
Geen bolwerk
Zeven agenten
4toovn$uu4-'iiïf 1
Helgoland is een eiland in de Noordzee, voor de kust van Sleeswijk-Holstein, met ongeveer drieduizend
bewoners. Sinds 1807 was het Engels gebied. De Engelsen ruilden in 1890 het eiland met de Duitsers tegen
Zanzibar. Na de eerste wereldoorlog werd Helgoland, door de Duitsers tot een versterkte oorlogshaven ge
maakt, ontwapend. In 1947, nadat het eiland in de laatste oorlog eveneens als duikbootbasis en luchtafweer-
post had gediend, werd het door de Engelsen voor een groot deel vernietigd.
99
HELGOLAND:
HELGOLAND, het douanevrije eiland
in de Duitse Bocht, is een paradijs voor
smokkelaars. Minder voor de douane die.
vaak dagen en nachten in de weer is nadat
alarmseinen vanaf het eiland hebben ge
waarschuwd dat weer een smokkelschip
met sigaretten en drank van Helgoland on
derweg is naar Nederland.
Gaat het om aanzienlijke partijen
maar dan moeten er één tot vier miljoen
srnokkelsigaretten in één zending zijn
dan worden ook vliegtuigen van de Mari
neluchtvaartdienst ingeschakeld. Die speu
ren de zee af naar het gezochte schip buiten
de territoriale wateren en geven radiogra
fisch hun bevindingen door aan de snelle
boten van de douane-recherche die binnen
de driemijlszone moeten blijven. Langs de
hele kust van Delfzijl tot Zeeland
surveilleert de douane dan extra.
Soms valt zo'n gesignaleerd smokkel
schip de douane in handen. Vaker echter
weten de smokkelaars te ontkomen in een
van de honderden insteekhaventjes waar ze
ongezien binnenglippen. Het overladen in
gereedstaande vrachtauto's schijnt zo
weinig tijd in beslag te nemen, dat het wel
is voorgekomen dat de douane nog te laat
kwam hoewel zelfs was gemeld waar het
smokkelschip was binnengelopen.
Rond de vrijhaven Helgoland wordt een
verwoede maar haast onzichtbare strijd ge
leverd. Onzichtbaar zeker voor de tiendui
zenden toeristen en badgasten, die ontspan
ning en genezing zoeken op het wonder
mooie rode rotseiland, dat buiten de tolvrije
handel nog zoveel andere aantrekkelijkhe
den heeft. Maar ook als men met een hoe
veelheid feitenkennis naar Helgoland gaat,
is het nog moeilijk iets gewaar te worden
van wat zich daar in en buiten dè havens
afspeelt.
„Welke garantie heb ik, dat u niet een
van de Nederlandse douanespionnen bent",
zei een Helgolandse visser argwanend.
„Wij loeren allang op die verraders. Zij
zijn de pest voor onze vrijhaven".
In de haven van Helgoland lopen en
werken lieden die voor de douane in Ne
derland, Denemarken en zelfs voor de doua
ne, van het Duitse vasteland een oogje in
het zeil houden. Alles wat verdacht schijnt
geven ze door.
Op de vrije zee rond het rode rotseiland
varen onschuldig uitziende schepen, die de
bewegingen van de andere schepen obser
veren. Bevoegd tot handelen of ingrijpen is
geen van allen. Haven en zee zijn vrij.
Doch zodra wordt opgemerkt dat twee of
meer schepen op zee bij elkaar komen, of
dat er in de nacht pakken en kisten wor
den overgezet, vliegen de mededelingen
daarover via de eigen radionetten van de
douane naar de verschillende landen. Daar
worden dan maatregelen genomen om de
smokkelaars op te vangen.
„U kunt zich het vuur uit de sloffen lo
pen", zei de havenmeester, „niemand in de
haven of op heel Helgoland zal vertellen
wat er precies gebeurt. Als havenmeester
interesseert het mij niet wat hier in- en
uitgeladen wordt. Ik zie natuurlijk wel veel,
maar ik doe net of ik niets in de gaten
heb. Er wordt wel het eèn en ander ge
rommeld, maar mijn zorg is om het liggeld
binnen te krijgen. Dat is moeilijk genoeg.
Er is geen havengeld verschuldigd als men
naar de dokter moet. Meestal is er wel
iemand met kiespijn aan boord. Daarom
noteer ik de namen en nummers van de
schepen en via het adres in de thuishaven
zie ik aan mijn geld te komen".
„Wij zien veel. maar we bemoeien ons
er niet mee", zegt een Helgolands visser
die met zijn scheepje in de vroegere duik
boothaven gemeerd ligt. „De dozen met
10.000 sigaretten die, verborgen onder de
proviand op steek wagentjes naar de vis-
kotters worden gereden, merken wij heus
wel op. Koper en verkoper moeten zelf we
ten wat ze doen. Verboden is het niet. De
haven is hier vrij. Daarom vinden wij het
zo misselijk, dat die vrije handel door ver
raders wordt doorgeseind naar de douane
in de thuishavens Het karakter van onze
In drommen naar de winkels voor
accijnsvrije sigaretten en sterke drank.
Dat is het dagelijks terugkerende beeld
op Helgoland, en de hoeveelheden die
worden gekocht zijn onvoorstelbaar groot.
Deze dagjestoeristen, die door zeven reu-
z.enrondvaartboten worden aangevoerd
voor een verblijf van enkele uren op het
tolvrije eiland, hebben echter geen notie
van wat zich in de haven en rond het
eiland afspeelt aan grote smokkel.
vrijhaven wordt daardoor aangetast. Het is
toch al een dubbeltje op zijn kant geweest
of de Raad van Europa had onze vrijha
ven opgeheven".
„Van de tolvrije handel financieren wij
een deel van onze wederopbouw", zegt de
heer H. Borsch, chef van de gemeentese
cretarie die ons namens burgemeester H.
P. Rickmers te woord stond. „Op alle ac
cijnsvrije artikelen zoals sigaretten, en an
dere tabakswaren, spiritualiën, parfums,
thee en zo, heft de gemeente een kleine
belasting. Voor de sigaretten is dat twee
pfennig per sigaret. Dat loopt lekker op:
per pakje veertig pfennig; per slof vier D-
mark en tweehonderd D-mark op een doos
van vijtig sloffen.
„In het gedrang van de kopers kunt u
zelf zien dat er veel wordt omgezet. Dat
extra inkomen hebben wij hard nodig. Ge
rekend naar het inwonerstal (3.000) staat
Helgoland het zwaarst in de schuld bij de
Bondsrepubliek. Elke Helgolander heeft
bovendien een persoonlijke hypothecaire
schuld en moet veertig D-mark extra aan
belasting betalen.
Om dit allemaal te kunnen bekostigen,
wordt onze vrijhaven niet opgeheven. Als
daar echter nog zoveel omgaat waarvoor
wij geen heffing ontvangen dan moeten we
daar toch iets aan gaan doen".
Het officiële standpunt van het gemeen
tebestuur van Helgoland over het inslaan
van accijnsvrije goederen niet alleen
door schepen maar ook door de duizenden
toeristen is volgens de heer Borsch: „Op
Helgoland is alles tolvrij te koop. De prij
zen zijn tussen de dertig en veertig procent
lager dan binnen de douanegebieden. Ieder
een weet dat hij niet onbeperkt accijnsvrije
goederen naar het vasteland mag invoeren.
Wij nemen aan dat iedereen daarom bij de
douane aangeeft wat hij te veel invoert.
Of dat gebeurt, kunnen wij niet controle
ren. Wij zijn ook niet bij machte iets te
gen het smokkelen te doen".
Tegen de winkelpuien en in de winkels
waar gretige kopers zich dag aan dag ver
dringen, hangen overal waarschuwingen en
mededelingen hoeveel men vrij mag invoe
ren naar het Duitse vasteland.
Hans Rickmers, broer van de bur ge meester van Helgoland, heeft in de vrijhaven
het grootste bevoorradingsbedrijf voor schepen. Hier slaan de vissers en andere zee
varenden hun proviand in. ..Aan smokkel doen wij echter niet mee", wordt bij Rick
mers gezegd.
„Vissers en schippers die bU ons tiendui
zend sigaretten bestellen, verwijzen wij
naar Cuxhaven", zegt de heer J. Brussing
in het shipchandler kantoor van Hans Rick
mers, broer van de burgemeester. Hij heeft
in de haven van Helgoland het grootste be
voorradingsbedrijf voor schepen. „In Cux
haven kunnen ze in het vrij entrepot de si
garetten goedkoper halen dan bij ons. Ook
wij moeten de gemeentelijke heffing op de
prijs leggen. Aan de smokkelhandel doen
wij niet mee.
De winst die je daarmee kunt halen,
weegt niet op tegen de last en schade die
je erdoor kunt krijgen. Ik acht het onmoge
lijk dat hier ongezien in de haven een
miljoen sigaretten wordt ingeladen. Ik heb
dat ook nooit gezien. Mijn overtuiging is,
dat de grote smokkel zich buiten de haven
op volle zee afspeelt. Daar komen schepen
die de sigaretten rechtstreeks uit Ameri
ka of Panama halen op vooraf afgesproken
dag en uur bijeen met andere schepen en
lan wordt de smokkelwaar overgeladen.
De vissers die in Holland zijn gepakt
met een miljoen sigaretten aan boord, zijn
niet de eigenlijke smokkelaars. Zij vervoe
ren voor anderen. Ik moet de eerste Hol-
Grote passagiersschepen kunnen de haven van Helgoland niet binnen. De toeristen
worden door bootjes aan land gebracht om daar accijnsvrije goederen te gaan
inkopen. De vissersschepen echter glippen makkelijk de vrijhaven in en uit.
landse visser nog ontmoeten die 25.000 gul
den kan betalen. Dat is de inkoopprijs van
een miljoen accijnsvrije sigaretten.
Wij moeten daar voor de gemeente nog
eens 20.000 mark opleggen. Achter die
smokkel in het groot staat een hele orga
nisatie. Op heel Helgoland zou ik niemand
kunnen noemen, die dat kan financieren.
Als een van de grootste bedrijven in de
haven hier kopen wij per maand zo'n
200.000 sigaretten in de vrijhaven van Ham
burg.
Wat op Helgoland in de winkels wordt
verkocht, wordt door twee Helgolandse
kustvaarders aangevoerd vanuit Hamburg
en ook daar komt er de gemeentelijke hef
fing op. Sigaretten is voor ons een bij-
artikel", zei de heer Brussing toen hij ons
door de magazijnen rondleidde. In de rek
ken met allerlei artikelen die in elk huis
houden nodig zijn, lagen ovef twintig
verschillènde merken verdeeld 250.000
sigaretten opgeslagen. Inderdaad de klein
ste hoeveelheid in vergelijking met de an
dere goederen, zoals verschillende soorten
drank, wasmiddelen, bak- en braadvet e.d.
De relaties en banden met Nederland en
de Nederlandse vissers zijn sterk en menig
vuldig. In de haven werken mensen die in
Rotterdam bij Van Ommeren en Pakhuis-
meesteren hebben gewerkt. Een heel bij
zondere figuur is de man die bij de Hol
landse vissers bekend staat als Theo Hol
land. Feitelijk heet hij Botter, maar om
dat hij zo goed Nederlands spreekt en als
Helgolander zelfs in Nederland is geboren,
wordt hij algemeen Theo Holland genoemd.
Zijn huis staat aan een van die pittoreske
straatjes van het Oberland. Dat is het ho
ge gedeelte van het eiland dat precies in
het midden haarscherp is afgescheiden in
een hoog en een laag gelegen stuk. Het hoog
teverschil is 36 meter.
Er zijn trappen en slingerpaden door de
-otsen. Er is ook de snelle lift met twee
iftkooien die in 32 seconden tijds grote
groepen omhoog brengt. Theo Holland
zorgt ervoor dat die liften altijd perfect
werken. Daarnaast is hij altijd present in
de haven als er Nederlandse vissers binnen
vallen. Die kondigen niet zelden hun komst
al telefonisch aan en Theo is dan de vriend
en toeverlaat, die hem met raad en daad
terzijde staat en een gezellig borreltje mee
drinkt in de Südkantine.
Het huis van Theo Boeter heeft hij Huize
Holland genoemd, ofschoon hij een rasech
te Helgolander is. Alle huizen op Helgoland
hebben een naam. Vaak van een stad of
land.
De herbouw van het tweemaal achtereen
verwoeste eiland is een architectonisch en
stedebouwkundig wonder. Ondanks de vaak
smalle straatjes zijn de huizen zo geplaatst
dat elk huis ten minste een paar uur per
dag zon heeft. Waar geen zon komt
heeft men de blinde muren aangebracht.
Die zijn weer in vrolijke kleuren geschil
derd, zodat het toch een fleurig gezicht is.
Elk huis heeft een tuintje; meestal maar
van een paar vierkante meter, maar al die
tuintjes zijn juweeltjes en staan vol bloeien
de planten en heesters.
Op Helgoland is men zo op de zon ge
steld, dat de oecumene erdoor in de hand
wordt gewerkt. De pastoor en het handje
vol katholieken wilden een eigen kerk bou
wen. Het gebouw zou dertig meter hoog
worden. Omdat de gemeenteraad die over
de bouwvergunning moest beslissen, zich
niet kon voorstellen hoe hoog dat wel was
en wat voor gevolgen zo'n gebouw zou heb
ben, werd een houten bouwsel opgetrokken
van vorm en afmeting gelijk aan de kerk
op de bouwtekening. Toen echter bleek dat
een rij woningen aan het kerkplein door het
gebouw voor altijd van zonlicht verstoken
zou blijven, werd het bouwplan afgekeurd.
De katholieken houden nu weer hun dien
sten in de protestantse kerk.
Op zon en zuivere lucht zijn de Helgo-
landers zuinig. Daarom mogen er geen
auto's, bromfietsen of motoren op het
eiland rijden. Het noodzakelijke vrachtver
voer geschiedt er met elektrisch aangedre
ven auto's en lorries, die zoemend en zon
der stank van uitlaatgassen vrachten van
tien ton met een snelheid van 40 tot 50 km
per uur de steile transportweg optrekken
naar het Oberland.
Er zijn slechts twee echte auto's op het
eiland: de ambulance en de brandweer
auto.
Voor motorisch aangedreven werktuigen
die bij de bouw van huizen en de verster
king van de golfbrekers nodig zijn, moet
men speciale vergunningen hebben. Zelfs
als men zo'n werktuig een kilometer wil
verplaatsen, moest er eerst een vergunning'
voor worden aangevraagd op het stadhuis.
In beide wereldoorlogen zijn de Helgo-
landers van hun eiland verdreven. Twee
maal was Helgoland een zwaar versterkte
oorlogsvesting, duikbootbasis en luchtaf-
weerpost. Tot tweemaal toe is er vrijwel
alles wat er was gebouwd door oorlogsge
weld vernield. De Engelsen hebben tot ze
ven jaar na de tweede wereldoorlog, tot 1
maart 1952 precies, geprobeerd het hele
eiland te vernietigen. Tot die datum wer
den ook na de oorlog dagelijks zware bom
bardementen uitgevoerd.
Het besluit daartoe was genomen na
dat op 18 april 1947, precies twee jaar na
het zwaarste bombardement tijdens de oor
log, een zware vernietigingspoging was mis
lukt. Op 18 april 1947 brachten de Engelsen
vanaf een oorlogsschip op zes mijl afstand
een springlading van 6.700 ton tot ontplof
fing. Bij die reuzenklap vloog anderhalf
miljoen ton rots en grond de lucht in. In
die immense krater ontstond dat gedeelde
wat men nu het Mittelland noemt, maar
Helgoland was niet van de zee wegge
vaagd.
De Helgolanders klampen zich vast aan
de belofte dat het eiland nimmer meer een
oorlogsvesting zal worden. Zij zijn zo ge
prikkeld als zij soldaten zien, dat de mili
taire specialisten die een radarpost en een
observatiepost voor het luchtverkeer op
Helgoland bedienen, niet in uniform mogen
lopen.
„Er moet nu nog een hulpdienst komen
voor helikopters", zei de heer Borsch van
het stadhuis. „De bevolking denkt al gauw
dat die ook al iets met militair en oorlog
te maken kan hebben. Het wordt echter ge
woon een hulpdienst, omdat hier al eens
een paar helikopters in zee terecht zijn ge
komen. Wij zitten nu echter met de moei
lijkheid de bevolking dat zo duidelijk te ma
ken dat zij de noodzakelijkheid ervan in
ziet".
De Helgolanders hebben veel schuld op
zich genomen, om hun eiland tot een waar
paradijs te kunnen herbouwen. Elke wo
ning heeft centrale verwarming van de ge
meentelijke elektrische centrale die ook
voor het warme water in de badkamers
en de keukenkranen zorgt. Ook de open
zwembaden zijn winter en zomer verwarmd
tot 23 graden, zodat men er ook 's winters
buiten kan zwemmen.
Wie 's nachts op straat hard praat of la
waai maakt, krijgt een bekeuring. De
nachtrust is er heilig en wordt gehand
haafd ondanks de duizenden gasten die er
zijn. Politie ziet men er echter nauwelijks.
De zeven agenten kunnen precies op toer
beurt hun dag- en nachtdiensten doen. Als
heeft, loopt echter het dienstrooster in de
er een ziek wordt terwijl een ander verlof
war.
Het drinkwater is er nog schaars. Dat
moet worden aangevoerd met tanksche
pen. Dat kost de bevolking dertien en een
halve mark per kubieke meter. Er wordt
volgend jaar echter een nieuw waterleiding
bedrijf gebouwd. Wetenschappelijke institu
ten voor biologisch onderzoek, vogelwacht
en weerstations zijn er gevestigd.
„Dat alles moet deze kleine gemeenschap
zelf bekostigen. Het Kuuroord en de bad
plaats trekken veel bezoekers, maar on
voldoende om dit allemaal op te brengen.
De verkoop van accijnsvrije artikelen is on
ze belangrijkste bron van inkomsten. Wij
kunnen onze vrijhaven niet missen", aldus
de heer Borsch.
De Helgolanders houden dit allemaal
krampachtig vast. Ook handhaven zij de
gierschepen buiten te houden. Immers de
nauwe haveningangen om de grote passa-
helft van Öe mannelijke bevolking leeft van
het overvaren van de toeristen tussen schip
en eiland, en van het overzetten van de
badgasten van het eiland naar het overge
bleven stukje duin, dat een los stukje strand
bad is geworden, sinds de verbindende land
tong bij een storm is weggeslagen.
,.lk ben geen spion voor de Neder
landse douane", zegt Theo Botter,
een in Nederland geboren Helgolander. Hij
is de vriend en toeverlaat voor de Neder
landse vissers die, de vrijhaven aandoen,
ledereen noemt hem Theo Holland. Ook
zijn huis op Helgoland gaf hij de naam
Holland. Op Helgoland zijn ver scheidenen
die nauwe relaties met Nederland onder
houden.
SÜSSWAGfcN BIS 20.'
In de etalages en tegen winkelpuien
hangen overal op Helgoland de me
dedelingborden waarop precies staat aan
gegeven wat men vrij naar Duitsland may
invoeren. Velen bezwijken echter voor dt
verleiding en kopen veel meer, dat zij o
de terugweg door de douane proberen ti
smokkelen.