Gereformeerden en
de kwestie der
rassenverhoudingen
Joodse
gemeenschap
in Praag
1000 jaar
„Handelingen '69" zaterdag van
start in De Jagerstee te Epe
Viering dubbel jubileum
nu voor tweede maal uitgesteld
Unieke expositie
BAPTISTEN AAN 'T WERK IN
EVANGELISA TIE-CAMPAGNE
Nieuwe bladzijden
worden geschreven
In 1
xj- Jongeren
begonnen al
Kruimels
zijn ook brood
Het debat over de rassenverhoudingen,
stijlvol maar desondanks met grote fel
heid gevoerd op de Gereformeerde
Oecumenische Synode te Lunteren, is
nog niet ten einde. Formeel niet om
dat in de 15 conclusies aan de leden-
kerken de opdracht is meegegeven aan
de volgende synode rapport uit te
brengen over deze zaak maar ook
informeel niet, want het blijft in al
lerlei kringen onderwerp van gesprek
waarom toch een zo principiële groep
als de Gereformeerden er niet toe is
kunnen komen de apartheidspolitiek
zoals die in Zuid-Afrika wordt ge
voerd, met klem te veroordelen. Uit een
van de gesprekskringen is ons verzocht
de letterlijke tekst af te drukken van
de uit 15 punten bestaande verklaring
waarmee de synode zich uiteindelijk
akkoord heeft verklaard. Men wil zo
namelijk meer inzicht verschaffen in
het standpunt dat de Gereformeerde
Kerken in deze wereld innemen ten
aanzien van de rassenverhoudingen en
ook, dusdoende, mogelijke legendevor
ming tegengaan als zou men, terwille
van de Gereformeerde eenheid, tot een
bijzonder slappe uitspraak over deze
belangrijke problematiek zijn gekomen.
Aan dit verzoek wordt hieronder vol
daan met aan het slot een paar
kanttekeningen onzerzijds.
De Alt Neu-synagoge in Praag be
staat zevenhonderd jaar en is daar
mee het oudste Joodse bedehuis van
Europa. Sinds 1959 is het in vroeg-
gotische stijl opgetrokken gebouw
staatsbezit en ingericht als museum.
Toen de Gereformeerde Oecumenische
Synode aan de debatten over de ras
senverhoudingen begon, lagen er twee
rapporten op tafel: een meerderheids-
en een minderheidsrapport, die welis
waar niet twee fel tegenover elkaar
staande standpunten huldigden, maar
die wel in gevoelswaarde aanzienlek
van elkaar verschilden. Dat rassendis
criminatie in strtfd is met het christelijk
geloof was beider uitgangspunt, maar
de minderheid wilde, duidelijk en met
name genoemd, aan de kaak gesteld
zien waar, wanneer en hoe deze rassen
discriminatie wordt bedreven. Die min
derheidsvisie haalde het niet met 16
tegen 30 stemmen werd haar rapport
verworpen. Maar omdat de meerderheid
toch ook wel graag in sommige opzich
ten met die minderheid wilde meegaan
kregen drie „wijze mannen" opdracht
de beide rapporten tot een juiste syn
these te vermengen. Deze drie, prof. dr.
J. L. Helberg uit Zuid-Afrika, prof. dr.
F. H. Klooster uit de Ver. Staten en
prof. dr. R. Sudarmo uit Indonesië, heb
ben tenslotte de 15 punten opgesteld die
ver na het middernachtelijk uur ten
slotte door de synode zijn overgenomen
en die wij hieronder afdrukken.
1. Gods geboden aan de mensen, dat zij liefde betonen en gerechtigheid beoefenen
moeten, zijn geen tegenstrijdige, maar met elkaar overeenstemmende normen
voor de houding en het gedrag van mensen personolijk of in groepsverband en
zij zijn van toepassing op rassenverhoudingen.
2. Waarachtige naastenliefde vereist dat wij onze naaste aanvaarden, ongeacht
diens ras of cultuur, als geschapen naar het beeld Gods; dat wij hem in zijn
persoonlijkheid respecteren als schepsel Gods; en dat wij bereid zijn ons in te
leven in zijn positie om zo te begrijpen hoe wij ons tegenover hem te gedragen
hebben in persoonlijke en maatschappelijke verhoudingen.
3. Aangezien het de mens eigen is eerder zijn eigen belangen na te streven dan
het welzijn van zijn medemens, behoort de Kerk nadruk te leggen op de indi
viduele en collectieve plicht van de mens zich op te offeren voor het welzijn
van anderen. Zelfopoffering om Christus' wil is de hoogste vorm van zelfbe
houd, want zelfbehoud gaat alleen dan samen met gehoorzaamheid aan het
tweede liefdegebod wanneer het wordt bepaald en beperkt door de bijbelse
eisen van liefde en gerechtigheid, zodat de onvervreemdbare rechten van an
dere mensen niet worden aangetast.
4. Voor een juist begrip van de rechten, gelijkheid en waardigheid van de mensen
behoren wij hen allen niet slechts te zien als schepselen Gods, geschapen naar
Zijn beeld, maar ook als mensen die gezondigd hebben en verlossing behoeven.
Daarom moeten wij in onze verhoudingen tot medegelovigen de nieuwe eenheid
erkennen waarin alle christenen, ongeacht hun ras, delen dank zij hun verlos
sing door Christus.
5. Christenen moeten worden aangespoord hun gezamenlijke schuldverbondenheid
met een wereld die verscheurd is door een zondige verdeeldheid en geaardheid
te erkennen. Zij moeten worden opgeroepen zich in dit opzicht van hun zonde
te bekeren en het te herstellen door Christus te volgen in de weg der liefde.
6. In de Woordverkondiging moet de Kerk, aan wie de boodschap van het konink
rijk van Christus is toevertrouwd, moedig en toepasselijk spreken over actuele
problemen, tot opbouw en vermaning van haar leden en waar nodig, kritiek
oefenen op het beleid van overheden en organisaties.
7. De Kerk moet gelovigen door middel van onderwijs en tucht toerusten tot dienst
aan God in alle samenlevingsverbanden. Gelovigen moeten ook het liefdegebod
verkondigen in rassenverhoudingen, persoonlijk en waar mogelijk in georgani
seerd verband en het toepasselijk maken op het beleid van de burgerlijke rege
ring en de maatschappelijke structuren.
8. Christenen in het algemeen en de Kerk in het bijzonder hebben een verant
woordelijkheid ten opzichte van leden van alle rassen die lijden onder armoede,
onderontwikkeling en politieke verdrukking. Gelovigen moeten bereid zijn om
alles in het werk te stellen om het lijden van zulke mensen te verlichten.
9. In haar pastorale dienst behoort de Kerk ernaar te streven om een houding van
rassen-superioriteit en rassen-vooroordeel uit te roeien door haar leden te bren
gen tot volle christelijke wasdom op het punt van rassenverhoudingen. Dit moet
geschieden met een sterke aandrang, met volharding en met geduld.
10. In gehoorzaamheid aan de zendingsopdracht van Christus moet de Kerk het
Evangelie verkondigen aan alle volken, ongeacht hun ras. Het beginsel der naas
tenliefde eist, dat deze zendingsarbeid de aard en cultuur van hen die de blijde
boodschap ontvangen, eerbiedigt, zodat de jonge kerken kómen overeenkomstig
de Schrift.
11. „De eenheid van het lichaam van Christus moet onder christenen, ongeacht hun
ras, tot uitdrukking komen in gemeenschappelijke eredienst, met inbegrip van
het Heilig Avondmaal". Het is mogelijk, dat verschillen in taal of cultuur de
vorming van afzonderlijke gemeenten, vaak met haar eigen vorm van prediking
en eredienst, raadzaam maakt; in deze gevallen is het verstandig, een uitwen
dige en daarom kunstmatige vorm van eenheid niet te forceren, maar de ver
scheidenheid binnen de kring van Gods volk te erkennen. De gezamenlijke ere
dienst echter van mensen van verschillend ras kan een positieve betekenis heb
ben als een teken van de diepste eenheid der Kerk en op deze wijze ten voor
beeld zijn aan de samenleving in haar geheel.
12. De Heilige Schrift spreekt zich niet uit over huwelijken tussen personen van
verschillend ras; het aangaan van een huwelijk is allereerst een persoonlijke
en familie-aangelegenheid. Kerk en staat behoren zich te onthouden van een
verbod van raciaal gemengde huwelijken, aangezien zij het recht niet hebben
om de vrije keus van een huwelijkspartner te beperken.
13. Elke rassengroep moet het recht hebben de voorkeur te geven aan een zekere
mate van eigen ontwikkeling, maar nooit ten koste van een andere rassengroep
in hetzelfde land. Terwijl de wijze van een dergelijke ontwikkeling van plaats
tot plaats kan verschillen, is het een eis van christelijke ethiek, dat liefde en ge
rechtigheid geoefend worden en dat alle groepen isolement vermijden en een
verhouding van wederzijdse behulpzaamheid bevorderen.
14. Met het oog op de grote spanningen rond de rassenverhoudingen in de wereld
van nu, dringt de synode er bij de aangesloten kerken sterk op aan, de toestan
den in hun kerken en landen te toetsen aan de normen welke uiteengezet zijn
in deze besluiten en te rapporteren aan de volgende synode.
15. Met erkenning dat het werkelijk vraagstuk van de verhouding der rassen die
bij de G.O.S. zijn aangesloten niet zo zeer ligt op het gebied van de aanvaarding
maar op dat van de toepassing van de genoemde beginselen, dringt de synode
er bij haar ledenkerken op aan:
a. nieuwe pogingen in het werk te stellen om volledig in overeenstemming met
bijbelse normen te leven;
b. iedere vorm van rassendiscriminatie en racisme te verwerpen;
c. iedere poging om rassensuprematie met militaire, economische of andere
middelen in stand te houden te verwerpen;
d. de subtiele vormen van rassendiscriminatie, die vandaag gevonden worden
in veel landen met betrekking tot huisvesting, werkgelegenheid, opvoeding,
wetshandhaving enz. te verwerpen;
e. voor zichzelf en voor elkander te bidden, dat God in alle omstandigheden
wijsheid, en trouw moge geven.
Om twee redenen zijn wij blij dat de
Gereformeerde Oecumenische Synode
de zaak op deze manier heeft aange
pakt. In de eerste plaats omdat men
dusdoende het gesprek met Zuid-Afrika
heeft opengehouden. Deze synode is de
organisatie waarin nog een open ge
sprek met Zuid-Afrika mogelijk is
en met een open gesprek bedoelen we
dan dat beide partijen ook inderdaad
naar elkaar willen luisteren. Dat is in
Lunteren gebeurd. Het wil niet zeggen
dat morgen, of volgend jaar, het ra
ciaal gemengde huwelijk in Zuid-Afrika
zal worden erkend zoals dat in artikel
12 van de verklaring wordt gevraagd,
maar dr. Vorster en de zijnen zullen
zich zeker dieper in deze materie ver
diepen dat mag men aannemen. Zij
hebben de stemmen van anderen ge
hoord, geen vijandige maar broederlijke
stemmen, stemmen van mensen die wil
len leven uit hetzelfde goddelijke lief
desgebod ei dat moet hen meer gedaan
hebben dan welk dispuut in welke we
reldorganisatie ook. Maar ook om een
andere reden achten wij deze verkla
ring wijs. Want men kan Zuid-Afrika
dan wel zo scherp mogelijk veroorde
len, maar is het in de rest van de we
reld, ook hier in Nederland, zo veel
beter? Waarom niet dan tevens de Ver.
Staten van Amerika veroordeeld? En
Indonesië, waar de Chinezen beslist
geen prettig leven hebben? En de Ne
derlanders in hun houding jegens Suri-
namers, jegens Ambonezen, jegens gast
arbeiders? De kerk moet de moed heb
ben fouten aan te wijzen inderdaad.
Maar ook kerkelijke leiders kunnen niet
beschikken over zoveel kennis van za
ken, over zoveel inzicht in allerlei ver
houdingen, dat zij ook als rechters kun
nen optreden. De apartheidspolitiek in
Zuid-Afrika is fout we zijn ervan
overtuigd. Maar om die apartheidspoli
tiek te veranderen zal men de mensen
moeten veranderen, moeten oproepen
tot navolging van Christus. Dat heeft
men in Lunteren ten aanzien van Zuid-
Afrika nagestreefd. En dat lijkt ons
wijs.
(Van een medewerker)
Verleden jaar zou het worden gevierd. De
regering Novotny had haar toestemming
gegeven. Het was dan ook wel een zeer bij
zondere gelegenheid. De Joodse gemeen
schap in Praag, overigens nog maar driedui
zend zielen groot, minder dan tien. procent
van vóór de oorlog, zou een dubbel jubi
leum vieren. Zij zou vieren dat zij duizend
jaar bestond en daarmee een van de oudste
Joodse gemeenschappen in Europa was, en
zij zou tevens vieren dat de AltNeu-synagoge
zevenhonderd jaar bestond en daarmee het
oudste Joodse bedehuis is van Europa. De
viering is-verleden jaar niet doorgegaan. De
Tsjechische regering verbood het als gevolg
van de zesdaagse oorlog tussen Israël en de
Arabische staten. Het was onder Dubcek,
dat begin dit jaar een nieuwe toestemming
werd gegeven. Begin deze maand zou het
bijzondere jubileum worden gevierd. Het is
opnieuw, en onder nog tragischer omstan
digheden, niet doorgegaan.
De viering zou groots zijn geweest. Joodse
leiders uit de gehele wereld zouden worden
uitgenodigd de opening van een zeldzame
expositie over duizend jaar joods leven in
Praag bij te wonen. Het zou voor het eerst
zijn, dat de joden van Praag voluit connec
ties konden aanknopen met hun geestver
wanten buiten het communistische blok.
Verleden jaar nog werd Charles Jordan, de
directeur van een Amerikaans-joodse hulp
organisatie in Praag op mysterieuze wijze
vermoord. Tot het regime-Dubcek had de
joodse gemeente in Praag evenmin toestem
ming gekregen om eens in de twee weken
een bijbelcursus te houden.
Jarenlang werd daarover met de regering
onderhandeld. Maar na het optreden van de
liberalisatie verklaarde Ladislav Fuchs, de
voorzitter van de raad van joodse gemeen
ten in Tsjecho-Slowakije: „In een land waar
democratie heerst, kan het voor joden al
tijd alleen maar beter worden".
Toch gaf de Tsjechische regering aan deze
raad te verstaan, dat er geen sprake kon
zijn van herstel van diplomatieke betrekkin
gen tussen Praag en Jeruzalem, „omdat
Rusland dat niet goed zou vinden en het
Kremlin niet geprovoceerd kon worden voor
ondergeschikte punten".
Overigens is de viering nog niet helemaal
van de baan: van de zijde van de regering
is te kennen gegeven dat het dubbele jubi
leum voorlopig tot volgend jaar moet wor
den uitgesteld. Het is te hopen dat er niet
opnieuw een kink in de kabel zal komen, al
lereerst natuurlijk voor het Tsjechische volk
en de joodse burgers, maar vervolgens ook
om de expositie, want deze beloofde iets bij
zonders te worden, omdat nog nimmer ten
toongestelde stukken er te bezichtigen zou
den zijn.
De AltNeu-synagoge is gebouwd in de ja
ren tussen 1260 en 1270 in vroeg-gotische
stijl. Bekendheid heeft ze vooral gekregen
door de Golem die de Praagse rabbijn Löw
(1575 - 1612) zou hebben geschapen om er
Israëls vijanden mee te tuchtigen. Golem is
een woord dat voorkomt in psalm 131 en dat
ongeveer vertaald kan worden met een door
kunstmiddelen voortgebrachte, niet natuur
lijk verwekte mens. De legendarische Go
lem van rabbi Löw is zo wil het de over
levering naar de zolder gebracht en hij is
daar uiteengevallen. Sinds 1959 is de AltNeu-
synagoge staatsbezit geworden onder de
naam Joods Staatsmuseum. Evenals trou
wens de andere bedehuizen in het vroegere
joodse kwartier van Praag, dat oude st.uk.1e
Praag, waar een Kaf ka, een Franz Werf el
en een Max Brod als kinderen speelden.
Met de Pinkas-synagoge, een ander en niet
minder beroemd Praags bedehuis, is de
AltNeu-synagoge een van de grootste toeris
tische trekpleisters geworden van Tsjecho-
Slowakije.
En dat niet alleen om de gebouwen maar
ook om wat er in is samengebracht. Want
het Joods Staatsmuseum bezit de grootste
collectie jud.aica ter wereld. Van 153 joodse
gemeenten in Bohemen en Moravië en van
Slowakije zijn de bezittingen naar dit mu
seum overgebracht.
Het is vaak antiek zilver dat werd ge
bruikt voor de eredienst, en kleden die in de
synagogen hingen voor de heilige ark, om
de wetsrollen, op het spreekgestoelte. Al
leen al de collectie synagogale kleden omvat
tienduizend stuks en overspant een tijdvak
van vijfhonderd jaar. Vele van deze bijzon
dere stukken zouden bij de viering van het
dubbele jubileum worden geëxposeerd.
Als in de afgelopen maand het dubbele ju
bileum zou zijn gevierd zou ook een bijzonde
re dienst zijn gehouden in de Pinkas- synago
ge en vélen zouden dan oog in oog hebben
gestaan met de wand in deze synagoge die
geheel in beslag wordt genomen door de na
men van 77.297 Joden die door de Nazi's zijn
vermoord. Ook in het vroegere concentratie
kamp van Theresienstad zou een bijzondere
dienst zijn gehouden. Beide diensten zouden
worden geleid door dr. Richard Reder, de
93-jarige opperrabbijn van Bohemen en Mo
ravië. Het was het regime Dubcek dat hem
toestond een nieuwe woning te betrekken in
plaats van zijn woning met twee kleine ka
mertjes. Ook voor de opperrabbijn van Slo
wakije, dr. Elias Katz, waren sinds kort ver
beteringen getroffen.
Hoewel de Joodse gemeenschap in Tsjecho-
Slowakije tot de oudste van Europa behoort,
telt ze nog slechts 16.000 zielen en gaat ze
zienderogen achteruit. De laatste jaren werd
maar één huwelijk volgens de Joodse wet
bekrachtigd en het Joodse onderwijs laat
meer dan te wensen over. Een van de oorza
ken is de angst die het in 1952 gehouden
Slansky-proces onder de Joden heeft aange
richt. Slansky was in die tijd vice-premier
hij werd met andere hooggeplaatste Joden
in de communistische partij, terechtgesteld
op beschuldiging van Zionisme.
Eerst onder Dubcek werd de Joden weer
meer vrijheid gegeven. De econoom prof.
Ota Sik werd vice-premier, prof. Eduard
Goldstücker, die in het toenmalige Slansky-
proces eveneens werd veroordeeld, werd ge
kozen tot president van de Tsjechische schrij
versunie en kolonel Wladimir Kaspar, die
eveneens in de jaren vijftig van zionistische
activiteiten werd beschuldigd, werd voorzitter
van de vereniging van journalisten. Hoe 't na
de Russische inval zal worden is een open
vraag. Berichten uit Praag wijzen er op dat
Ota Sik al geen vice-premier meer is en dat
ook prof. Goldstücker door de Russen tot de
grote zondebokken wordt gerekend. Het Rus
sische antisemitisme zal zeker niet nalaten
van de aanwezigheid van Joden gebruik te
maken om hun politiek jegens Tsjecho-Slo
wakije te rechtvaardigen. En de Tsjechische
regering? Zoals gezegd: men heeft de viering
van het dubbele jubileum voorlopig tot vol
gend jaar uitgesteld
handelingen 69
handelingen 69
A lstublieft niet uitsluitend gerenommeer-
de bezoeken aan gerenommeerde ge
lovigen. Loop zo eens «ergens binnen waar
iets te doen valt, het geeft niet waar het
is. En doe dan iets. Dit is een van de
gedachten waarover de Unie van Baptis
tengemeenten in Nederland wil spreken
op de toogdag, zaterdag 14 september in
De Jagerstee te Epe. Ook weer geen ge
renommeerde toogdag dus, dienende tot
verdieping van het eigen geloofsleven. Nee,
alles wat gerenommeerd heet in het kerke
lijk leven is ver van de agenda gehouden.
Behalve dan het wel zeer gerenommeerde
bijbelwoord in de gelijkenis der talenten:
„Doet handeling totdat ik kom". Want
rondom dat punt is deze hele toogdag juist
opgebouwd. En de bijeenkomst waarop
enkele duizenden Baptisten worden ver
wacht is bedoeld als voorbereiding op
de grote evangelisatiecampagne, die de
Unie begin volgend jaar gaat ondernemen
onder de naam Handelingen '69.
"Liet initiatief tot deze evangelisatiecam
pagne werd al enkele jaren geleden
genomen, op voorstel van de Baptisten
gemeente IJmond. Een commissie ging
aan het werk en diende een afgerond plan
in bij de algemene vergadering. Toen werd
als naam voor de actie Handelingen '69
gekozen, waarmee men uitdrukking wil
geven aan de gedachte dat de apostolische
opdracht om uit te gaan en het evangelie
te verkondigen nog steeds geldt. Maar ook
dat in deze tijd nog nieuwe bladzijden wor
den geschreven, die we moeten toevoegen
aan het nog niet voltooide boek van Jezus'
zendboden de Handelingen der Apostelen.
Al in 't afgelopen seizoen zijn jonge Bap
tisten op weg gegaan om aan deze gedachte
gestalte te geven. Zij doken op in cam
pings, zonder directe evangelisatiepreten
ties en niet demonstratief met de bijbel
onder de arm. Zij hielpen met allerlei din
gen, deden eigenlijk gewoon wat hun hand
vond om te doen. Pas aan het eind van
hun verblijf, bij een gelegenheid die er ge
schikt voor leek, spraken zij over hetgeen
hen hierheen had gedreven en zij vonden
in veel gevallen een aandachtig gehoor.
In sommige gevallen belegden zij ook een
soort dienst, die goed werd bezocht. Op de
meest eenvoudige manier trachtten zij daar
in anderen iets mee te geven van hetgeen
henzelf gelukkig maakte. In een van de
verslagen die zij naderhand indienden bij
de Unie staat te lezen, dat de camping
bewoners de jonge Baptisten een diner
aanboden als blijk van waardering voor
hun zuiver dienende werk.
JJe campagne Handelingen '69 zal een
hoogtepunt krijgen in evangelisatie
acties, te houden door de plaatselijke ge
meenten tussen 9 en 23 maart. Studie, be
zinning en gebed zullen daaraan vooraf
gaan, met als onderwerp in het bijzonder
de vraag, hoe de mensen van nu benaderd
kunnen worden met het oude evangelie.
In oktober zal een extra evangelisatie
blad van De Zaaier op grote schaal wor
den verspreid en in het voorjaar van 1969
volgt daarop een speciale Handelingen
krant. Ter ondersteuning van deze arbeid,
waarvoor verschillende vormen in ontwik
keling zijn (bv. koffiebar-evangelisatie)
zullen vele zang- en muziekgroepen uit
binnen- en buitenland medewerking ver
lenen, o.m. uit Houston, Texas. De toog
dag in Epe wordt opgeluisterd met een
door ds. F. E. Huizinga uit Hengelo ge
schreven spel en een gospelpromenade.
De Jagerstee heeft zich inmiddels op de
toogdag voorbereid door tijdelijke extra
accommodatie te bestellen. Normaal is
men daar al ingericht voor 1400 bezoekers,
maar het zullen er nu aanzienlijk meer
worden.
Ik hoor het mijn moeder nog zeggen
als ze het ontbijtlaken in de tuin uit
schudde: kruimels zijn ook brood. Daar
waren de mussen en de spreeuwen blijk
baar ook achter gekomen. Die kwamen
er op af. Ik heb me er als kind wel
eens over verbaasd als ik die kleine
beestjes bezig zag en daarna zag weg
vliegen, hoeveel energie er blijkbaar
in zo'n klein beetje kruimels zat.
Energie dat woord kende ik na
tuurlijk als kind niet, maar je vroeg je
wel af: hoe weinig is er maar nodig om
zo hoog en zo ver te kunnen vliegen.
Het is me altijd een beetje bijgeble
ven. Wanneer je wat ervaring hebt op
gedaan ga je merken hoe de kleine
dingen krachtbronnen kunnen zijn: een
enkele ervaring, een woord, een bemoe
diging, een blik.
Ik vond het de moeite waard hierover
met u een ogenblik na te denken, over
de waarde en de vaak beslissende be
tekenis van de ogenschijnlijk kleine en
onbetekenende dingen in ons leven.
Over de kleine beslissingen, de kleine
oplettendheden, ook de ogenschijnlijk
kleine slordigheden; ze bepalen eigen
lijk heel je levenspatroon. Vaak hebben
ze de richting van een heel leven be
paald. Een kleine onachtzaamheid kan
oorzaak zijn van een verkeerde wissel
stand; die verkeerde wisselstand brengt
de trein op een verkeerd spoor. Een
déraillement, een ramp kan het gevolg
zijn. Ieder van ons weet er voorbeelden
van.
Het is al weer jaren geleden dat wij
len Prof. Bavinck, de zendingsman, me
eens vertelde van een van zijn ontmoe
tingen. Hij was op reis op Java, daar
was een dag mee gemoeid. Hij zat sa
men met een andere Nederlander in de
treincoupé. Hoe gaat dat, als je weet
dat je de hele dag samen bent, je maakt
kennis met elkaar, er ontspint zich een
gesprek.
Op een ogenblik zegt zijn medereizi
ger: „Dat is nu toch een merkwaardig
ding. Ik mag aannemen dat u in uw
positie toch een behoorlijk verstand
hebt en... al zeg ik het dan zelf, nou
dat heb ik ook; maar hoe komt het dan
dat u gelooft en ik niet?" Hij ging er
blijkbaar van uit dat geloven of niet ge
loven te maken had met minder of
meer intelligentie en daar zat hij nu
tegenover een intelligent mens, een
ontwikkeld mens en die geloofde...!
Hoe kan dat?
„Ja", aldus Bavinck, „daar kan ik zo
één, twee, drie niet op antwoorden,
daarvoor zou ik meer van uw leven
moeten weten. „Nu", zegt de man, „ik
wil wel eens wat van mijn leven ver
tellen. Ik kom uit een christelijk gezin,
ik was als jongen op het gymnasium,
ik kon heel goed mee en na mijn eind
examen zou ik mogen gaan studeren.
Ik zit in de laatste klas en daar, plot
seling, vlak voor het eindexamen sterft
mijn vader. De inkomsten van het ge
zin vielen weg en daarmee was er in
eens de noodzaak geld te gaan verdie
nen en dus... weg academische studie.
Dat was een bittere tegenvaller, maar
toen heb ik gezegd: ik zal me er nu op
gooien en ik zal in die citroen van 't
zakenleven knijpen tot de laatste drup
pel er uit is en zo ging hij verder...
en 't kwam er wel een beetje hard uit
ik kan u zeggen dat me dat behoor-,
lijk gelukt is ook!"
Toen, ineens stopte hij. Keek Bavinck
aan en zei: „Ik krijg het gevoel dat ik
weet wat u op het ogenblik zit te den
ken". Waarop Bavinck: „Nu, als u het
dan maar zegt hoef ik het niet te zeg
gen". Hij: „U zat waarschijnlijk te den
ken dat ik in dat kritieke stadium ver
keerd gereageerd heb".
Waarop Bavinck weer: „Inderdaad, u
hebt het goed geraden: ik hield serieus
rekening met de mogelijkheid dat op
dat moment een beslissing viel over
geloven of niet geloven in het verdere
van uw leven".
De kwestie dus van de verkeerde
wisselstand. Hij had het niet genomen,
het niet verwerkt. Een brok teleurstel
ling, desillusie, verbittering was hem
in de weg blijven zitten. We weten te
genwoordig, meer dan vroeger, wat een
gevoelig instrument de menselijke ziel
is. Ze is niet van plastic of rubber.
Er lopen vandaag heel wat mensen
rond als die man. Hun levensverhaal
begint ook met: ik kom uit een christe
lijk gezin. Het verslag van de christe
lijke periode is vaak nog wat langer:
ik was lid van de jongelingsvereniging,
van de meisjes vereniging. Soms zal het
nog verder gaan met: ik ben nog lid
van de Kerkeraad geweest. Sommigen
zelfs: ik ben nog enkele jaren dominee
geweest, ik ben priester geweest. Maar
veel groter is het getal van hen, die
er helemaal niet meer over praten. Het
geloof is zonder meer weggeraakt, over,
uit. Weer anderen, en niet weinigen,
hebben niet openlijk met Kerk en Chris
tendom gebroken, dat doe je ook weer
niet zo gemakkelijk maar... het doet
ze niets. Het geloof... ze hebben het
niet overboord gezet, maar leven, er
mee en erdoor leven, nee...
Die afwezigheid van God, dat zwij
gen van God, dat dood zijn van God...
't is ook alweer een gemeenplaats ge
worden maar dat moet een oorzaak
hebben. Heel terecht heeft onlangs
iemand opgemerkt dat het ook kan zijn
dat we bezig zijn wegen te gaan waar
op God zich niet ontmoeten laat. Bij
serieus onderzoek kan het zijn een ver
keerd spoor, gevolg van foute wissel
stand en dit weer een gevolg van stel
selmatig volgehouden kleine nalatighe
den, nu ja, klein... Hier in ernst op te
rug komen is wat de Bijbel bekering
noemt: een dagelijkse opgave. Krui
mels zijn ook brood!
Over kruimels gesproken... vergeet
niet dat onze taal nog een ander woord
kent... kruimeldieven. In het concentra
tiekamp kenden de mensen de waarde
van kruimels. Die hadden direct met
je leven te maken, er werd er niet één
vermorst. Zo nauw luistert het ook met
het verzorgen, bewaren, beheren van
Gods genade, het Evangelie, het Ge
loof.
Waar het om het leven gaat, daar
worden kruimels van waarde. Geloof,
hoop en liefde leven niet van pietluttig
heden, wel van kleinigheden..', nu ja,
kleinigheden... altijd is je totale per
soon er mee gemoeid en daarom je to
tale relatie tot God.
Kijk maar naar Jezus. Voor ons al
len, op drift geraakt door de tijd waar
in we leven, zal het wel een kwestie
wezen van te zijn of niet te zijn, dat
we elkaar helpen bij een vernieuwing
van zorg, oplettendheid. Het heeft te
maken met de wisselstand. In de oude
berijming van Psalm 85 staan een
paar zuivere regels, die de bedoeling
van de tekst prachtig weergeven. Hier
zijn ze:
Merk op, mijn ziel, wat antwoord
God u geeft;
Hij spreekt gewis tot elk dié voor
hem leeft.
Leven is een kwestie van brood.
Doorgaans van kruimels.
Renswoude Ds. J. C. Jonkers.