THEODORAKIS:
politicus-componist
Swiehertje en de andere Joop
Theater geeft met Hendrik IV
'n blik achter de schermen
Voor het welzijn (én on-welzijn) van de burger
door
henri th. timmerman
oJïCuzen
issen
Tje kunstenaar is maar relden politi
cus van professie, maar vele kunste
naars hebben een markante politieke
overtuiging en zijn zoals dit tegenwoor
dig heet politiek geëngageerd. Buiten ons
land hebben enkele scheppende en uitvoe
rende kunstenaars een soms belangrijke
rol gespeeld in het politieke en sociale
leven van hun vaderland. Mikis Theodo-
rakis, de Griekse verzetsstrijder, politi
cus en parlementariër, is door ingeboren
talent, artistiek temperament en opleiding
componist, hoewel ook in zijn creatieve
persoonlijkheid het politieke en ook het
nationale engagement niet weg te denken
zijn. Theodorakis behoort tot de zeer
weinige waarachtige kunstenaars, die bui
ten hun vaderland en buiten de enge
kring van vakmensen tot grote faam
raakten door politieke ontwikkelingen.
Maar ook zonder buiten-muzikale in
vloeden, zonder de politiek is Theodora
kis een groot man en componist. Want
in tegenstelling met sommige componis
ten in de Sovjet-Unie bijvoorbeeld, die door
de partij gesteund werden en op aanzien
lijke posten werden geplaatst, heeft Mikis
Theodorakis en zijn Griekse vaderland bij
de autoriteiten tegenwerking ondervonden,
al wilden de kolonels van het huidige
regime de populaire componist aan hun
zijde hebben. Maar Theodorakis ver
loochende zijn politieke idealen en zijn
humanitaire aard niet en afwisselend wer
den zijn muziek en grammofoonplaten in
Griekenland verboden of geduld en was
de omstreden componist en politicus af
wisselend een (betrekkelijk) vrij man en
een gevangene.
Met zijn Ballades van Mauthausen is
Theodorakis in ons land vrij onverwachts
tot bekendheid gekomen; zowel de ver
tolking door Liesbeth List als door Chris
tina Cünne heeft diepe indruk gemaakt.
Beide uitvoeringen zijn ook op de gram
mofoonplaat vastgelegd, evenals een
authentieke uitvoering door de grote zan
geres Maria Farantouri. begeleid door een
klein orkest onder leiding van componist
Theodorakis zelf.
Maar Theodorakis heeft veel meer ge
componeerd en is ook veelzijdiger dan
menigeen weet; er wordt ook meer over
zijn politieke activiteiten dan over zijn
muzikale loopbaan geschreven. Zijn leven
is boeiend, maar ook tragisch, omdat hij
in de strijd al vroeg zijn gezondheid ver
ft
speelde en door zijn volhardende overtui
ging zijn riante huis aan de Golf van
Korinthe ongeveer honderd kilometer van
Athene, moest verlaten voor de gevange
nis.
TLfikis Theodorakis, zoon van een Grieks
ambtenaar, nam als jongen deel aan
het ondergrondse verzet tegen de Duitse
bezetters van zijn vaderland. In de par
tizanenstrijd verloor hij vele vrienden, hij
-werd zelf gedeporteerd naar een kamp,
waar hij een longziekte opliep. Later, zo
als zo vele idealistische verzetsstrijders
teleurgesteld door de troebele gang van
zaken nadat de Duitsers waren verdre
ven, rebelleerde Theodorakis opnieuw, te
gen de door de Amerikanen geholpen re
gering. Na een verblijf in kamp Makroni-
si ging hij naar Parijs, in ballingschap.
Het was zijn eerste en laatste balling
schap, want ook al liep Theodorakis la
ter meermalen gevaar, hij weigerde op
nieuw naar het buitenland te vluchten.
In een interview heeft hij eens gezegd:
„ik wilde na mijn gevangenschap niet
wee)- naar het buitenland, ik geloof niet
in ballingschap, ik geloof ook niet in.
staatslieden en kunstenaars in balling
schap".
De periode in Parijs, tussen het kamp
Makronisi en het jaar 1961, is voor Theo
dorakis van het grootste belang geweest.
Voor zijn rijping als mens, voor zijn mu
ziek en voor het unieke feit. dat we zon
der bezwaar een fenomeen kunnen noe
men, namelijk, dat een groot deel van de
Griekse jeugd en volk dóór de muziek
van Theodorakis politiek bewust is ge
worden en weer moed en hoop op een
betere toekomst kreeg. Méér dan de po
liticus en het parlementslid Theodorakis
is het de dichter-componist in hem ge
weest, die nieuwe krachten in het Griekse
volk losmaakte, al lijken deze dan ook
onder de druk van het regime machte
loos.
In Parijs kon Theodorakis zijn in
Athene enkele malen onderbroken mu
ziekstudie voortzetten. In Parijs ook werd
de grondslag gelegd voor de hem type
rende liederen, die in Griekenland zo veel
enthousiasme zouden wekken. Maar de
componist heeft zich niet bepaald bij zijn
liederen, hoewel deze hem juist beroemd
hebben gemaakt. Hij schreef onder meer
een symfonie, kamermuziek zoals duo-so
nates en orkestsuites. Maar de liederen,
ballades en aria's, maar dan in een ge
heel originele lange vorm en afwijkend
van wat wij onder een aria verstaan,
hebben Theodorakis gegrepen. Als hij in
Athene zijn eerste liederencyclus aan een
vooraanstaand componist laat horen, wor
den de liederen meteen uitgevoerd en op
de plaat opgenomen. Toch is Theodorakis
niet tevreden, hij voelt zijn diepste werk
strijdbaarder, dieper peilender dan hij in
de vertolking door een vermaarde zange
res hoorde. Nu volgden reeksen liederen
waarin het strijdbare element en het so
ciaal-politieke engagement tot uitdrukking
kwamen. Muziek en politiek raken elkaar
steeds meer, de componist is nauwelijks
meer te scheiden van de politicus. Hij
wordt leider van de Lambrakis-jeugd en
als waarachtig idealist met een sterk hu
manistische inslag wil Mikis Theodorakis
de jeugd, die geen vertrouwen meer had
in Griekenland, omhoog halen. Hij wilde
de jonge mensen, voor een groot deel ge
vangen in het materialisme van clubs en
verslavende genotmiddelen of in on
macht en geestelijke onverschilligheid,
opnieuw bezielen. De onvervreemdbare
grootheid van Theodorakis is, dat hij zijn
hoog streven wilde realiseren door de ka
nalen van de muziek, van zijn specifieke
muziek en van de grote Griekse dichters.
Theodorakis, die zelf ook dichter is,
koos voor zijn talrijke liederen cycli teks
ten van dichters als de Nobelprijswin
naar Gioris Seferis, Odysseus, Elytis, Ma
nos Eleftherion, Lividatis Gatsos en Rit
sons. Het wonder is nu, dat deze lang
niet gemakkelijke poëzie met de muziek
van Theodorakis sterk bij de jeugd en
later bij een groot deel van het Griekse
volk aansloeg en een wapen werd tegen
onmacht en wanhoop. Want het meren
deel van de ballades en liederen is bij
alle strijdbaarheid toch niet revolutionair
in de conventionele zin. Teksten en mu
ziek hebben daarvoor een te subtiele on
derstroom van loutering en verwachting,
van het mysterie en de dichterlijke liefde,
soms geplaatst naast de stille aanklacht
of de bede om meedogen en begrip. De
essentie van de gedichten, de zin van een
haast klassiek-bondige regel: „wanneer zij
sterven, gaat het leven naar hoger sfe
ren" is in harmonie met de muziektaal
van Theodorakis. Zijn muziek wortelt zo
wel in Byzantijnse traditie als in het neo-
Hellenisme, maar zij is ook menigmaal
verwant met de oude Griekse liederen
uit de vrijheidsstrijd tegen de Turken.
Vandaar ook, dat vrij vele liederen van
Theodorakis een dansvorm hebben, hij
veredelde het bouzouki-lied met zijn don-
ker-trieste inslag; maar hij wist de bin
ding te bewaren met volk en land.
Tn de gevangenis schreef Theodorakis
een nieuwe cyclus gedichten onder
de titel „De tijd en de zon", maar door
dat zijn werk in Griekenland weer ver
boden was. werd de nieuwe cyclus in
Londen voor het eerst uitgevoerd. Ook
andere liederen, die in Griekenland niet
meer gezongen mogen worden, zijn uit
het land gebracht en in Amerika, Enge
land of Scandinavië op de grammofoon
plaat gebracht. Soms werden de originele
Griekse teksten gebruikt, maar ook zijn
er overzettingen in verscheidene talen. In
ons land hebben Lennaert Nijgh en Cees
Nooteboom liederen van Theodorakis in
de Nederlandse taal overgebracht. Zowel
voor de Ballades van Mauthausen als voor
de cyclus uit „De gijzelaar" van de Ier
se dichter Brendan Behan.
Bekender dan de cyclus „De gijzelaar"
zijn de Ballades van Mauthausen, die ge
schreven zijn door de dichter Jakovos
Kambanellis, die tijdens de tweede wereld
oorlog twee jaar in het kamp Mauthausen
gevangen heeft gezeten. In 1966 werd de
cyclus door Theodorakis op muziek ge
zet, maar in de verklanking van de „lie
deren van spot, oorlog en liefde", zoals
Brendan Behan zijn „De gijzelaar" noem
de, komen nog andere facetten van
Theordorakis tot uitdrukking. Tot de
mooiste liederen en ook het meest ka
rakteristiek voor de rijpe stijl van Theo
dorakis rekenen we liederen als „Hoe
mooi is mijn lief". „De ontsnapte", „Ado
nis", „Als de oorlog uit is" en „De lachen
de jongen". Zij zijn eenvoudig, maar niet
simpel, beheerst van emotie, trots en ont
roerend deemoedig, soms bitter-wrang,
maar altijd gaaf van vorm en expressie,
in de beste zin volksmuziek.
Acteur Joop Doderer, beter bekend als Swiehertje, als heer „vermomd''
lie toneelgroep Theater presenteert zich
bij het schouwburgpubliek van de oos
telijke provincieds geregeld met een zeer
bewust repertoire. Het gezelschap van Hans
Croiset en Elise Hoomans wil daarenboven
aan dat publiek het hoe en waarom van
het toneel en van zijn repertoire duidelijk
maken.
Met zogenaamde S.P.'s (speciale pro
gramma's) leidt Theater bij de toeschou
wers, voornamelijk bij de jeugd, zijn be
langrijkste premières in. Dat gebeurde on
der meer bij Brechts „Johanna van de
Slachthuizen" en Pirandello's „Zes persona
ges op zoek naar een schrijver". Datzelfde
doet Theater nu ook als inleiding op de
voorstellingen van Shakespeares „Hendrik
IV". Al wekenlang is bijna het hele gezel
schap aan het repeteren onder leiding van
Hans Croiset en de Engelse regisseur Ad
rian Brine.
/Vp 19 oktober vindt in Nijmegen de pre-
mière plaats van een unieke toneelge
beurtenis, want voor de eerste keer in de
Nederlandse toneelgeschiedenis zullen bei
de delen van Hendrik IV achter elkaar
worden gespeeld in een middag- en een
avondvoorstelling.
Ter inleiding heeft Theater nu een ver
rassend origineel S.P. samengesteld. Daar
in krijgt het publiek te zien, wat er alle
maal komt kijken voor het spel gespeeld
kan worden. Voor de pauze toonden René
Lobo en Fenneke Andrae, die de rollen van
Hotspur en zijn vrouw spelen, hoe een scè
ne wordt opgebouwd.
/Vnder leiding van Adrian Brine begon-
nen zij bij de eerste lezing. Daarna
werden de scène, de spelopbouw en de ka
rakters ontleed om ten slotte het kleine
stukje te spelen. Na de pauze kregen de
toeschouwers een gewoon brok repetitie te
zien met Hans Tiemeyer als Falstaff en
Carol Linssen als prins Hal.
Spontaan bedankte een der bezoekers na
afloop voor dit programma, waarin hij zo
als hij zei „eens had kunnen zien met hoe
veel talent, moeite en zorgvuldigheid een
voorstelling wordt voorbereid."
Theater laat het niet bij deze S.P.'s.
Adrian Brine en Hans Croiset gaan met
enkele acteurs ook dagelijks naar de mid
delbare scholen van Arnhem. Nijmegen en
omgeving om ook de jeugd met een kijkje
in de toneelkeuken voor te bereiden en te
begeleiden op en naar Shakespeares Hen
drik IV.
Hans Tiemeijer, één van de hoofdrolvertolkers
„Een Nederlander wil dat iemand iets
is: een Calvinist, communist, racist, sadist,
opportunist, fatalist, socialist of zo. Als hij
maar een „ist" is. Dan hoef je niet meer
naar hem te luisteren. Dan kun je hem
gelijk uitschelden of schouderkloppend be
groeten".
Dit is het hoofdthema van Sieto Hovings
nieuwe programma Poes en Moes, waar
mee de kleine zaal van het Haagse Con
gresgebouw op vrijdag 1 november wordt
geopend. Het is zijn dertiende programma,
in de afgelopen maanden dagelijks uit het
brein geperst in het Friese dorp Wolvega.
Dagelijks wordt er gerepeteerd in het eigen
vestzaktheater Tingeltangel, de geestelijke
vluchtheuvel temidden van driftige kran-
tebedrijven aan de Amsterdamse N.Z. Voor
burgwal.
Wordt het puur politiek cabaret?
„Politiek is een beladen begrip. Wat wij
(hij, echtgenote Marijke, Tieneke van Leer
en de pianiste Else Kleinenberg) bedrijven
is een ander soort politiek cabaret. Ieder
een verwacht bij politiek cabaret dat je
dan alle ministers en Kamerleden een kat
geeft. Dat willen we juist niet. Ons uit
gangspunt is dat van Aristoteles: Politiek
is alles wat zich bezighoudt met het wel
zijn van de burger en de stad".
„Of het on-welzijn", vult Marijke ern
stig aan, hoewel zij bij Sieto's toelichting
meestal haar lachen niet kan houden.
Hoving (43) die ons even aan zijn pro
gramma liet snuffelen, wil zijn publiek
dusdanig met de neus op de dagelijkse er
gernissen drukken, dat het die weglacht.
„Als je het anders zou doen, zouden de
mensen na de voorstelling de onbedaarlijke
behoefte krijgen het gebouw van het ge
meentelijke vervoerbedrijf te bestormen".
Baard- en snorplukkende Hoving pro
beert zijn sociale bewogenheid te onder
drukken, wat hem op het podium beter lukt
dan als man tegenover man. „Het is de
angst die wij te lijf gaan. De pil en
Tsjecho-Slowakije zijn van dezelfde orde.
Beide voortgekomen uit angst. Wij zijn zo
bang dat we zelfs nudisten in een kamp
opsluiten".
Verdere thema's: „De grootste giller van
na de oorlog, het zuivelbeleid. De boter
barst de koelhuizen uit, maar wij blijven
ons blauw betalen. In zee gooien is voor
de regering een onverkoopbare oplossing.
Anders zouden ze het doen. Ook snijd ik
in mijn mini-musical problemen aan als
Portugal, Griekenland, het Songfestival en
bijvoorbeeld de nieuwbouw, waar de kin
deren de televisie naast het bed hebben
staan. Van de buren dan".
„Ontwaakt verslaafde consumenten", zingt
Hoving met zijn bitterzoet stemmetje. En
„De pleinen op, de straten in".
Tineke van Leer, nu voor het derde sei
zoen bij Tingeltangel geeft een nummer
Excellentie (Klompé) weg in dialoog met
het echtpaar Hoving. Zij verdedigt op de
toon van een belerend sociaal werkster
haar cultuur, recreatie en maatschappe
lijk werk tegen de satirische ongelovige
Hoving. Ook is in Hovings eigen pro
gramma, dat muzikaal in samenwerking
met Nico Schuyt tot stand kwam, de revo
lutie verwerkt. Niet die van de Sorbon-
ne, maar de wijze waarop een Nederlan
der zal reageren. „Ach wat zielig, nou ste
ken ze de auto van een arbeider in brand."
Toen u in Friesland zat te werken, was
er toen communicatie met de bronnen?
„Pak een krant, kijk naar de tv, luister
naar de radio. Voor de rest hebben Ma
rijke en ik al zoveel stof (uitlaatgas) op
gedaan in Amsterdam, dat wij scherp kun
nen selecteren. Marijke is daar onverstoor
baar in. Men heeft mij wel eens gevraagd
waarom ik niet een veel groter publiek wil
bereiken; in de lijn van Hermans. Maar
dan zouden wij niet meer onszelf kunnen
zijn. Juist daarom hebben wij zonder sub
sidie een eigen en kritisch publiek met
veel jongeren kunnen opbouwen. Het is
eigenlijk merkwaardig dat men dacht dat
het ons minder goed ging, omdat wij dit
seizoen eerder zijn gestopt. Maar dat kwam,
omdat wij veel eerder, namelijk in het Hol
land Festival waren begonnen en de tour
nees hebben beperkt. Ieder jaar geven wij
rond tweehonderd voorstellingen en dat
blijft zo".
Tijdens die voorstellingen pakt Tingel
tangel de draad van de problemen beet,
want als je die niet oplost, ben jezelf het
slachtoffer. Dat Hoving niet de politieke
cabaretier is in de gangbare zin van de
Nederlandse etikettering, viel ook nog af
te leiden uit het feit, dat hij niet eens
wist dat wij op de derde dinsdag zaten
te praten tijdens de troonrede.
„Lees ik nog wel", aldus Hoving lako-
niek. Maar hij zal er stellig nog op terug
komen via het podium. Toch blijkt voor
hem belangrijker het geval van een plas-
ticfabriek, waarboven twee kinderen wonen
die niet meer kunnen eten of drinken.
Acteur Joop Doderer komt de vólgende
week vrijdag met een nieuw televisie -
sementsshow zingt en acteert hij, maar ont-
programma. Als hoofd-figuur in een amu-
vangt ook buitenlandse artiesten. Niet dat
de populaire kinderserie Swiehertje zal ver
dwijnen. Integendeel. De televisiezwerver
gaat van zaterdag 12 oktober af zijn tien
de seizoen in.
Aan de bar van her Rotterdamse Hilton
drinkt een lange, wat grijzende man in een
perfect gesneden pak whisky. Als hij zich
omdraait herkennen wij het gezicht van
Swiehertje. De 47-jarige Joop Doderer lijkt
in zijn modieus groen ruitjes kostuum met
bijbehorende das op een welvarende za
kenman.
De zwerver anno 1920 zou hier ongetwij
feld de neiging hebben 't ernstige ui
terlijk van een kelner danig in de war te
brengen. Niet de heer Doderer. Die loopt
met soepele passen naar een tafeltje, wacht
hoffelijk totdat iedereen zit en heeft al een
vuurtje voor andere sigaretten klaar.
„Voor het driejarige dochtertje Sandra
bestaan er ook 2 verschillende figuren,
papa in het zomerkostuum en Swiehertje
met het slappe hoedje", aldus Joop Do
derer.
„Vroeger liet ik alle borden vallen als ik
mijn vrouw eens hielp met de afwas, maar
nu doe ik het niet meer. Wel ben ik net als
Swiehertje vrolijk van aard en een beetje
een vrijbuiter."
De populaire televisie-zwerver heeft als
mens van de twintiger jaren geen idee wat
tijd is. Acteur Joop Doderer wel. Met zorg
hebben wij de afspraak in het centrum van
Rotterdam gemaakt. „Mijn dag begint des
morgens om zeven uur. Na mijn filmpjes
maken, show repeteren, kinder- en avond
voorstellingen geven ben ik soms om twee
uur 's nachts thuis", zegt de drukbezette
acteur.
Zijn adres in Rotterdam houdt hij angst
vallig geheim, even geheim als zijn
telefoonnummer. „Ik sta erg op mijn
beetje privacy. In mijn huis wil ik rustig
met mijn vrouw en mijn dochter kunnen
leven zonder een groep toeschouwers om
mij heen.
Ik begrijp het wel. De mensen be
schouwen mij als een bezoeker in hun huis
kamer. Dat vind ik niet erg. Zij moeten
mij wel geen tegenbezoek komen afleg
gen".
Hij laat alleen los dat er in zijn huis echt
behang op de muren is geplakt en niet de
ontelbare tekeningen die de kinderen hem
vaak in klasseverband sturen.
Acteur Joop Doderer, geboren in Vei
sen, kwam op zijn 26e in Amsterdam bij
het toneel. Hij speelde onder meer bij Wim
Sonneveld. In 1953, toen er nog niet zoveel
televisiekijkers waren begon de NCRV
met de serie Swiehertje. Er was een oud
kinderboek gevonden en men liet er een
draaiboek van maken. Na de eerste drie
series werd met de avonturen van Swie
hertje gestopt.
Ps in 1958 kwam de ondeugende maar
eerlijke zwerver terug op het televisie
scherm en bleef er tien jaar. Joop Doderer,
die samen met Lou Geels veldwachter
Bromsnor nog van de eerste toneel be
zetting is overgebleven, schrijft het succes
van de serie Swiehertje toe aan de onge
compliceerde romantische sfeer.
„Het leven in '68 wordt tegen de achter
grond van de twintiger jaren geparodieerd"
zegt hij wijsgerig. „In de nieuwe serie, die
in oktober begint, heb ik reumatiek gekre
gen door steeds in het hooi te slapen. Ik ga
dan in een klein schuurtje wonen, dichtbij
een boerderij. Er wordt de woningnood en
het leven in krotten mee bedoeld."
Nog een staaltje van de diepere betekenis
van het kinderprogramma, dat langzaam
maar zeker 'n familieprogramma is gewor
den. „Swiehertje ligt altijd met Bromsnor
overhoop omdat de veldwachter de orde in
het dorp moet handhaven. Hij voert zijn
taak te ver door, zoals in '68 ook wel ge
beurt. En Swiebertjes streken willen die
orde in het dorp juist verstoren. Toch ein
digt elke aflevering met een happy-end.
Tussen Bromsnor en Swiehertje dan."
Joop Doderer begrijpt niet dat sommige
briefschrijvers de kinderserie niet op
voedend vinden. Een man verbood zijn
kinderen verder naar Swiehertje te kijken
toen deze een kip met zijn handen had
gegeten. „Dat staat toch in het boekje
Zo hoort het", herinnert Joop Doderer
zich.
Hij is ook buiten de televisiestudio be
vriend met Lou Geels. „Bromsnor is
eigenlijk een enorme levensgenieter en een
bezadigd mens. Hij heeft niets vün de fi
guur die hij op het televisiescherm speelt".
Nu Joop Doderer als Swiehertje zijn
tweede lustrum viert en hij intussen drie
paar schoenen en 54 broeken heeft versle
ten vindt hij het tijd worden eens een an
dere rol te gaan spelen. Vandaar de Joop
Doderershow.
Na ons afscheid hangt hij zijn paraplu
over zijn arm en wandelt naar de overkant
van de straat, naar zijn Mercedes. Een fijne
meneer, zou Swiehertje zeggen.
Van 3 tot 5 oktober a.a. zal in de zalen
van het gebouw „Arti et Amicitiae" in
Amsterdam de derde Internationale Beurs
van Antieke boeken en Prenten worden ge
houden. Meer dan 60 antiquairs uit 12 ver
schillende landen zullen hun fraaiste oude
boeken en prenten tentoonstellen. De beurs
zal op 2 oktober 's avonds worden geopend
door de wethouder van Kunstzaken van Am-
sterdam, de heer W. Polak.