„DE ENG" IN OMMEREN IS HET HELE JAAR TEMPEL VAN ONGEKORVEN HOUT In het bos van de baron heerst nog intense stilte Disco-har in Scherpenzeel door Adr. P. de Kieuver Wonder Verloren Pet vol Zuilen Bejaarden middag in Renswoude Verloren DINSDAG 22 OKTOBER 1968 De Lentetee tovert het bos niet jeugdig groen. De zomer schatert er haar volle rijpheid uit. Het fresco van het herfstbos is op het bladergewelf gepenseeld. De winter is een kunstenares, die met haar naald het fijne tak- kenhaar tegen de staalblauwe.hemel tekent. Zo volgen de jaargetijden el kaar op in het bos van de baron. Rondom js het wonderlijk stil. Een stilte die nóg sprekender is voor het Betuwse land dan de hoge luchten met stoe ten van haast onzichtbaar voortdrijvende, zilveromrande wolkenschepen. Over het paadje door het bos gaande kan men zelfs een spitsmuisje horen ritselen in het gevallen blad. Zó stil kan het er zijn. Zelfs het zoeven van over de provinciale weg voortsnellende autoverkeer wordt opgeslurpt door de dichte bladerwand van het struikgewas rond het bos. Een dicht bladerdak welft zich over deze tempel van ongekorven hout. Het was nog niet zo lang geleden dat wij door het schemerige Engse bos te Ommeren wandelden. De bomen torenen hoog uit boven het omringende vlakke land. Als je naar de bosrand loopt dan is er vóór je de schier oneindi ge weelde van groen. Héél wat schrijvers trachtten reeds de sfeer van de Be tuwe in woorden te vangen. Veel meer dan mooie woorden werden het nooit. Je zou er geboren en getogen moeten zijn niaaT onze Betuwe is geen land van dichters. Geen énkele toerist richt zijn schreden naar de bakermat van ons lieve vaderland in de barre wintertijd. Ja, als het lente is, dan is onze Betuwe de bruid! Dan volgen ze de oude woonkernen. De rest is gras en nog eens gras. Er zijn mensen die tureluurs worden van al dat groen en dan is het nog lang niet zo erg als in Zuid-Holland. Geen wonder dat de mensen de weekendt naar de bossen trekken. Wat denkt men dan van de Betuwe. Van al die appelenbossen en kersenbos- sen. Oh zijn dat boomgaarden? Ook al goed! Maar kent men dan het bos van Hemmen of van Neerijnen, van Ophe- mert, ja, en vooral ons intieme en zo zeldzaam mooie bos van den Eng bij dat rustige dorpje Ommeren? Nu -be hoeft er ook weer geen rush op ge maakt te worden, 't Is maar dat men weet dat het bestaat. De laatste tijd hebben na een paar artikelen over on ze dierbare Betuwe al heel wat toeris ten de weg er heen gevonden. Het merkwaardige van dit bos is dat je er nog meer van gaat houden als je de geschiedenis er van kent. Wij moe ten ons even dat levensverhaal van die goeie baron Van Brakell tot den Bra- kell voor de geest halen. Want hij is de stichter van dit unieke bos. Al die bo men werden door hem geplant. Neen, toch niet allemaal, want in zijn testa-* ment staat dat zou er eens een van dood gaat er eenzelfde voor in de plaats geplant moet worden. Er staan naast ware woudreuzen hier en daar wel wat jongere boompjes. Wel een be wijs rr»et hoeveel piëteit de laatste wil van di$ man uitgevoerd wordt. Dit is werkelijk aandoenlijk. Dit bos is het le vende bewijs dat men niet in het ver leden moet blijven ronddolen maar de blik strak op de toekomst moet richten. Er zijn mensen die redeneren dat 't nageslacht maar voor zichzelf moet zorgen. Wie zo dwaas rec'e leert moet eens naar deze schepping van de baron gaan zien. Dat bos is duizenden guldens aan kostbaar hout waard, maar hij be sliste dat het nooit mag verdwijnen. Hij heeft alleen maar het visioen gehad van hoog oprijzende stammen. Zijn geestesoog zag ire?r dan honderd jaar geleden het beeld dat wij nu zien. Toen hij stierf was het bos nog jong en nu begint het de alures te krijgen van een stukje oerwoud met woudreuzen en al. Als nergens elders jeiiet men hier van het rijpe karakter van een boomstam. Ha, een mooie, gegroefde eikestam, zo denkt u en dan glijden uw blikken langs de zware stam omhoog. Het won- Herfststemming in het bos van Den Fng onder Ommeren. Zelfs het hek van het bruggetje naar het graf van de baron verbcont met landbouwmotieven. der komt dan vanzelf in 't zicht, want waar het fijne takwerk begint ziet u 'n bontbladige kroon, heel vreemd en exo tisch. Bekijk de twee woudreuzen eens die bij het bankje midden in het park staan. Beukestammen zijn het, stammen vol welhaast onleesbare amoureuze in scripties. De „onverlaten" die zo nodig die bomen moesten verminken liggen reeds lang op het kerkhof. En dan nu niet eens figuurlijk, want de bedrijvers van dit kwaad zouden mensen van op z'n minst honderd jaar moeten zijn. Maar er is meer. Bekijk dat blad eens. Bekeblad? Neen toch? Ja, tcóhü Al heeft het veel weg van een eikeblad, bestudeert men de „eindknoppen" aan die zéér dunne takjes dan bemerkt men direct dat het toch spitse beukeknop- pen zijn. De stam liegt er trouwens niet om. Een storm velde eens een prachtige ahornboom. Men vertelt dat een vioolbouwer uit dat hout voor duizenden guldens aan instrumenten gemaakt heeft. Hoge bomen vangen veel wind leert een oud spreekwoord ons. Dat onder vond één van die machtige „treurbeu- ken" toen „de orkaan van Tricht" een paar jaar geleden zo hevig huis hield in de Betuwe. De helft van de machti ge kroon werd afgerukt en als hulpelo ze stalagmieten steken de splinters om hoog. Tegen de elementen kan de geest van baron Van Brakell ook niet opto- nen. En het bewijst dat dit bos nog springlevend is. De rest groeit door, maar men zal op die plek de gebroe ders Copijn uit Groenekan een degelij ke operatie moeten laten verrichten. Zo'n opèn wonde kan het begin van 't einde worden. geen vuiltje aan de lucht. Dan moet men er terugkomen als in het prille voorjaar een sluier van het teerste mei groen over het naakte hout gespannen schijnt. Nergens bloeien dan zo mooi de Rivin's viooltjes, écht blue met bleekblauwe spoor en er is geen plek waar het speenkruidblad zo groen is en de gele sterrebloempjes ervan zo glan zen. Het mosgroen op de bodem wordt nog groener bij iedere zonnestraal die door het ijle bladerdak binnenvalt. Als de fitisjes en al dat andere geel groene zangersgoed terug is van de ,vo- gelvakantie, dan wordt het Engse bos als bij toverslag één lentezang. Je vraagt je zelf wel eens af of daar nu nooit eens iemand naar komt luisteren, 't Is toch de mooiste muziek die be staat. Als geleidt door een onzichtbare Meesterhand klinken er de schoonste symfonieën. Maar ach, ik kan het slechts in woorden zeggen hoe het is. De eigenlijke luister moet men zelf on dergaan. De oude baron plantte dit bos en liet het daarna over aan de Schep per. Liefdevol strijkt Gods adem over de koele steen met de naam Frederik Louis Willem van Brakell en wij erva ren als een schok het doodnuchtere feit dat er niet eens baron op de steen staat. Vorige zomer was ik eens tot hele maal achter in het bos gewandeld. Ik voelde mij écht verloren in de ruimte voor mij. De zon was juist doende zich bloedend te verwonden aan de horizon en toen het eindelijk zo ver was dat ze met haar rode hoofd wegdook en het veld nog purper nagloeide van het inge- dag waarin ik het goud van de weiland vol boterbloemen gezien had en het zil ver van de blanke waterlelies op de wielen bij de rivier. Even later orgelde de nachtegaal zijn hoogste lied over de velden. He lemaal alleen voor mij. En je ver wondert jezelf dat al dat schoons voort kan komen uit zo'n onaanzien lijk bosje veren. Verloren in de ruim te met een nachtegaal naast je, dat is toch iets dat met een gouden stift in je hart gegrift blijft staan! Een andere keer was het al ver in de herfst dat ik op een zonnige middag in het bos wandelde. Nieuwsgierig naar alles wat in de natuur zich voordoet wilde ik weten of er ook paddestoelen zouden staan die ik niet kende. Maar wat viel dat tegen. Die staan er niet en ik meen dat het komt doordat men te netjes op het bos is. Nu moet men mij dat niet kwalijk nemen. Ik vindt het geweldig dat er zoveel zorg aan besteed wordt. Maar er ontbreekt de bosveehlaag met een bovenlaag vol rottingsbacteriën. Het Robertskruid en het nagelkruid doen 't er uitstekend. En hemelsleutels staan er plenty, al zie je er nooit een bloei en, maar voor paddestoelen kun je wel thuis blijven. Toch werd deze middag nog een openbaring voor mij. En ik had het kunnen weten. Waar immers zo veel verscheidenheid aan loofhout staat, daar moet in de herfst het verkleuren van de bladeren ook rijker nuances ver tonen. Van een bijna fragile schoonheid Over de vijver steekt een kastanjetak met gele en verschrompelde bladeren, waartussen nog een vrucht, die barstens vol leven zit Men moet het bos zien als in januari reeds de hazelaarskatjes een wolkje stuifmeel rond zich afgeven dat de wind mee neemt. Vroeger ja, toen die haze laars door de baron zelf vakkundig on derhouden werden, toen zaten er dui zenden hazelnoten aan. Als een jongen op Huize den Eng een boodschap kwam doen, dan gaf de baron hem een pet vol mee. De hazelaars die er nog staan dragen schaars vrucht en dat komt doordat ze al te veel in de verdrukking komen. Het zijn struiken uit het park landschap. Toen het bos nog jong was was er spannen kijken naar dat dagelijkse kar wei, toen begon aan de bosrand een vo gel te lispelen. Dat zou de mooiste af sluiting worden van een rijke dag. Een waren beide bastverliezende kastanjes De zon goot er nog een schepje over heen en ze waren klinkklaar goud. De platanen, zwaar en massief, hie- en hun groengele kruinen hoog boven alles uit. Het bruin van de beuken en ;opergeel van de esdoorns was door dat beetje zon zo intens mooi dat je aan een wonder zou zijn gaan geloven. Het goudoker van de tamme kastanjes met hun stekelige vruchten, ja, ook de purpertint van de tóch reeds metaal- glanzende bruine beuken maakten het bos mede mooi. En dan is er de won derbaarlijke ondergroei, zo bont als de veelvervige rok van Josef. En dan die stammen! Heel oud. als zuilen op de Acropolis, zijn de s.chlUer- stammen van de platanen en de es doornslammen doen denken aan ro- maanse pijlers in een kloosterhof. Maar de eiken zijn toch het mooist. Met hun bemoste groeven zijn de geweldige stammen als hoogopslre/endc pilaren in een gotische kathedraal. Kleibossen zijn beroemd om hun platensehat. Het kleine arboretum van wijlen ba ron Van Brakell heeft alles wat men maar wenst. En bovenal de gewijde stil te van een godshuis. Tempel van onge korven hout naar waarheid. Je kunt hiervan in ieder geval niet zeggen dat men door de bomen het bos niet meer ziet. Het is ijl en staat juist vol ge noeg om bos te zijn. Iedere boom is er bóóm op de koop toe. Nu is er één belevenis die ik nog met geen mogelijkheid kan weergeven. Een storm in dat bos heb ik nog nooit meegemaakt. Maar het moet iets mach tigs zijn, als over de Betuwse vlakte, niets ontziend, een storm komt aanra zen. Ik wil meemaken hoe de regenfa lanxen het gezicht striemen en je de adem haast wordt afgesneden, de stam men staan te beven en horen hoe ze kreunen onder het geweld van de ele menten. Wat moet dat een tempeest geweest zijn toen die helft van zo'n machtige beukenkroon met krakend geweld neer plofte. Daar wordt een nietig mensen kind toch stil van. Zó erg behoeft het in mijn geval nou ook weer niet, want dan ben je er je leven niet zeker. Dat van Tricht was per slot van rekening ook het uiterste, kort maar hevig en het staartje ervan dat ik op de Greb- beberg meemaakte die zondagmiddag was net erg genoeg. Maar zolang het bij' een huis, tuin en keukenstormpje blijft is zelfs dan de natuur mijn vriend. En dan de winter! Ja, dan ook. Het was dit jaar dat we er met de auto langs kwamen en wij de witte stilte in gingen. Er stond geen voetstap. Héél fijntjes dwarrelde 'de sneeuw door het takkengewriemel boven ons. Het was nog maar het begin. Toen wij 's avonds wéér langs het bos van den Eng kwa men was alles anders. De wind was op komen zetten en grote vlokken stoven langs ons heen in een wilde warreling Het bos lag reeds rondom inge sneeuwd en de huizen hadden een wit te muts gekregen. Mooi was dat. En nog eens zijn wij de Betuwe ingegaan. Dat was nadat een straffe wind de sneeuw van de takken geblazeh had en een dichte mist over het Betuwse land Wonderlijk is de bast soms als bomen volwassen geworden zijn. Hier het ,,mo- zaiek" van een van de twee zeldzame schorsplaten verliezende kastanjes in het kleine arboretum van wijlen baron Van BrakeU. lag. Honderd meter van je af zag je geen scheiding tussen de toegesneeuw- de velden en de grauwe lucht. Maar de koude vrieslucht had het hele bos om korst met ijzel. Dat heb je dan zo mooi in zulke loofbossen. Op een koude avond dat we wéér langs dat bos kwa men en de maan groot en koperkleurig de oostelijke hemeltrap begon te bestij gen stond het bos roerloos tegen de hel dere vrieslucht als een meesterprent van Rembrandt. Véél mooier eigenlijk nog, want de Bovenmeester liet zijn hand over het Engse bos gaan. VEENENDAAL De maandelijkse ontspani.ingsmiddag voor Veenendaal- se bejaarden wordt woensdag 23 okto ber weer gehouden in het OCB-gebouw aan de J. G. Saarbrinkstraat. Ditmaal worden de bejaarden onderhouden door een goochelgezelschap. Een 16-jarige goochelaar zal onder andere aan het programma meewer ken. Hij zal onder meer zijn congres-^ nummer, een zwevende dobbelsteen dL plotseling tussen zijn kniëen tevoor-# schjn komt, tonen. Ook een nummer: grammofoonplaten, die zwart de hoes in gaan en er gekleurd weer uitkomen. Woensdagmiddag 30 oktober wordt er weer de breimiddag voor dames gehou den. ELST Herenportemonnaire met in houd. Inlichtingen Rijkspolitie te Eist. SCHERPENZEEL Dezer dagen werd door de Oskadi Organisatie in Scherpenzeel voor het eerst in het ze venjarig bestaan een discobar geopend. Voor de eerste disco-avond waren enke le bekende disc jockey's geëngageerd, zoals Erny Stewert en John Harris, die optreden onder de naam The Green Light Pop Expedition. Zij brachten de top 40 van het ogenblik, rythm and blues en oudere rockmuziek ten geho re. Om deze disco-avonden te kunnen organiseren, en natuurlijk tevens voor de optredende beatgroepen, heeft het be stuur van de Organisatie Oskadi een lada vv.V.VA ^\Cv: geheel nieuw podium gebouwd. Dit po dium is door de bestuursleden, de heren Osnabrugge, Doornebal, v. d. Kamp en Vanbruggen en niet te vergeten de heer Klumpenaar, eigenaar van zaal „Bos- zicht", in hun vrije tijd opgebouwd. Ook de kostbare lichtinstallatie, die voor vele lichteffecten zorgt, is door de elek- tronicus Vanbruggen in de vrije uren gebouwd. Dat het geheel bij de jeugd in de smaak valt blijkt wel uit de to taal uitverkochte zaal, waar 250 jeug dige muziekliefhebbers naar harteluit dansten.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1968 | | pagina 5