GEEF... een (te dikwijls?) terugkerende kreet Neem een voor uw Voor de „oude schrijvers" is er nog belangstelling FRIESLAND SOLIDAIR Lopen niet volharding Dank zij het Smytegelt-fonds Op langere termijn Ten voorbeeld Eigentijds Bevindelijk GIRO 100200 ,\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\V\\\\\\\\\\\V t\\\\V\\\\\VWV\\V\V\\\\\VV\\\U\\\V i Soms wordt het een mens te veel! Het l(jkt of aller- g lei organisatoren van allerlei goede doelen er op uil zijn de last van de hele wereld op zijn schouders te leggen. Hij is verantwoordelijk voor de honger in de wereld, voor de armoede in de wereld, voor de onge- lijkheid in de wereld. Hij moet er voor zorgen dat ie- dereen in staat wordt gesteld een bijbel te lezen of op z'n minst een deel van de bijbel. Hij moet mee de lasten dragen voor onderwijs aan analfabeten, voor bestriding van afschrikwekkende ziektes, van achter- lijkheid en inefficiency op het gebied van landbouw, 0 veeteelt, visserij. Hij moet geven, geven, geven want hij is immers een van de welvarenden, een in- woner van de rijke landen. En doet hij het niet, geeft hij niet of niet voldoende goed, er wordt geen oordeel over hem uitgesproken maar tussen de regels van alle opwekkende geschriften door kan hij lezen dat hij een egoïst is, een uübuiter, dat hij een mooi leventje leidt omdat hij de amder, zijn naaste, niets gunt. Voor ons ligt een stapeltje documentatiemateriaal ter propaganda van de anti-honger-actie die de afge lopen week is gevoerd door de stichting „Nederlandse Organisatie voor Internationale Bijstand", de NO VIB. Daarnaast een niet minder grote stapel van het Nederlandsch Bijbelgenootschap ter ondersteuning van de actie „Neem een bijbel voor uw rekening", een actie die in het begin van deze maand is gehou den. Daarnaast de vierde „Brugkrant", bestemd voor de medewerkers aan de actie „Kom over de Brug" die in het begin van dit jaar daverend succes had en 28 miljoen gulden opbracht. En, ironie, daar onder verborgen vinden we nog een aanbeveling van de VVereldspaardag, opwekking om toch vooral het sparen niet na te laten. En ginds dan nog een goed woordje voor Werelddierendag, want dieren zijn ook schepselen Gods. Het is allemaal waar. De honger in de wereld móét bestreden worden en ieder mens in deze wereld móét de kans hebben zelf de bijbel te lezen. Het werk van zending en missie moet doorgaan al die goede din gen zijn noodzakelijk, zij-n plicht en het is verheugend dat er altijd weer mensen gevonden worden die zich er voor inspannen. Die de moed hebben ons te vra gen: „Geef...!" En die de woorden kunnen vinden om ons toch weer tot geven te bewegen. Want zo is het wel: we geven inderdaad. Elke ac tie weer brengt de honderdduizenden, de miljoenen op die men vraagt. En waarom? Niet omdat we nog zo diep onder de indruk komen van alle ellende die ons wordt voorgeschilderd dat teveel aan acties 5 stompt ons volkomen af. Wél omdat we God zjj dank nog mens genoeg zijn om onze medemens te willen helpen. Niet uit schuldbesef omdat wij het goed heb- ben en een ander slecht het is een argument dat g totaal niet aanspreekt en waarvan men zich ook te- recht mag afvragen of het een juist argument is. Wél g omdat het „Hebt uw naaste lief" in veler leven nog een grote rol speelt. Gelukkig. Daarom hieronder nog goede woorden voor twee acties: die van de NOVIB en die van het Bjjbelge- nootschap. In de hoop dat he< u niet te veel wordt! XVWWWWVVVVWWWVWWVWWXWWVXXVWWWWWWWWVVWWWWVWVWWWWWVWWVWWWVVWVWWWWWVWWWVWWVWVWWVWWWWWWWVWWWWWWWWVXWWWXXVVWWWVWXWWWWWWWVWWVWWWWWVWWWVWWWVWWWWWWWWWVVWWVWWVWWWWVWVXXVWWWVWWWVVWVVWVWWWVXWVV ANTI HONGER ACTIE „TJTees gerust. Weliswaar zal het niet de laatste keer zijn dat de NOVIB bij u aanklopt om geld, maar er zal een tijd komen wanneer er geen anti-honger-aeties meer wor den gehouden. Ook in India en Senegal zullen de mensen gemiddeld 70 jaar worden en niet 41 en 37, zoals nu. Chili zal welvarend worden en Vietnam een land van overvloed. Arbeiders uil Tanzania zullen spreken over vakantiereizen naar Europa en industriëlen in Ceylon over automatisering en arbeidstijdverkorting. Het i> ondenkbaar dat de mens die de wereld gemaaki heeft zoals hij thans is en die daarmee geen vre de heeft, er niet in zal slagen de armoede te ver drijven. President Kennedy wist het: Onze ge neratie bezit het vermogen en de middelen on de honger in de wereld te doen verdwijnen" Aldus de inleiding van een krant die de NOVIP in grote oplaag heeft verspreid om aldus dc anti-honger-actie die deze week is gevoerd, on der de aandacht te brengen en kracht bij te zet ten. Een beetje torenbouw-van-Babel-achtige inleiding dat wel. De hele documentatie ademt trouwens een geest van „laat ons een toren bouwen welks opperste in de hemel reikt" Dat is bijzonder jammer want deze jaarlijkse NOV 1 B-actie heeft tot doel geld bijeen te bren gen voor heel zakelijke en heel nuchtere pro jecten en om steun daarvoor te krijgen lijkt hei ons niet nodig de mensen te overvallen fnet dal paradijs-op-aarde-thema. Voor de opleiding van jonge boeren in Kenya, voor de modernisering van de vissersvloot in Ethiopië is het toch niet nodig allerlei sentimenten op te roepen en met honger en oorlog te dreigen! #De anti-honger-actie die dit jaar voor de ze vende maal in Nederland wordt gevoerd, is on-? derdeel van de „Freedom From Hunger Cam paign". een programma dat is opgezet door de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Ver. Naties en waarbij tachtig landen betrokken zijn. Het is geen ..Eten voor India"-actie, een direct reageren dus op een acute noodsituatie. Er is wel eens geld voor een dergelijk acuut geval gebruikt, maar de gedachten die aan deze campagne ten grondslag liggen gaan in de eer ste plaats uit naar verbetering der levensom standigheden op langere termijn. Voornaamste doel is de wedloop tussen bevolkingsgroei en voedselproduktie in de ontwikkelingslanden ten gunste van laatstgenoemde te beslissen. Daartoe worden allerlei projecten op stapel gezet: oplei ding en training van landbouwers, verbetering van landbouwmethoden, verbetering en intensi vering van de visserij, verbetering van distribu tiesystemen, herverdeling van de landbouw grond en stimulering van coöperaties. Allemaal zaken dus die er op gericht zijn de bevolking in sommige ontwikkelingslanden te leren zich zelf behoorlijk te voeden met gebruikmaking van de mogelijkheden die het eigen land biedt. En als dat op een juiste wijze gebeurt mag men er alle succes van verwachten en verdient een dergelijke opzet ook ieders steun. breken. Het gaat hier vooral om het opheffen van het tekort aan eiwitten en het toevoegen van vitaminen. Door dit tekort ontstaan ziekten die vooral de kinderen belagen. En als men kans '.iet de kindervoeding te verbeteren tast men het kwaad in de wortel aan. De andere projecten die de NOVIB op haar programma heeft staan (in totaal tien waarvoor \ezamenlijk een bedrag gevraagd wordt van 2,'6 miljoen gulden) liggen eigenlijk allemaal in ditzelfde vlak. In Ethiopië zou veel aan de voe ding verbeterd kunnen worden als er maar vol- doerfde vis kon worden gevangen de NOVIB wil helpen de vissersvloot te moderniseren. Op de hoogvlakte van de Andes in Bolivia is de kindersterfte veel hoger dan normaal voorna melijk als gevolg van slechte hygiënische toe standen de NOVIB wil trachten door voor lichting en voorbeeld in daarvoor geschikte dorpscentra de situatie te verbeteren. Op de Tonga-eilanden heerst vooral jeugdwerkloosheid —de NOVIB wil trachten door het geven van echnische cursussen de jeugd geschikt te ma ken voor het werken in aan te trekken in- lustrieën. Enzovoorts. Het zijn allemaal zaken waarvoor drie dingen nodig zijn: energie van de mensen die in die ontwikkelingslanden hun moeilijke werk ver richten, geld om hun werk mogelijk te maken en bereidheid onder de inheemse bevolking om te accepteren wat die „vreemden" hen komen brengen aan kennis en kunde. Men mag gelo ven dat dit bij de FAO, de voedsel- en land bouworganisatie van de UNO, in goede handen is. De meeste ontwikkelingslanden zijn lid van Ie UNO en dus is het FAO-werk ook een stuk je van henzelf. Zij zullen hulp van deze zijde eerder en gemakkelijker accepteren dan wan neer die door een afzonderlijk land wordt aan geboden. Daarom is er alle reden om deze anti- honger-actie te steunen. Daarom is het nu tijd om een gift te doen toekomen aan de NOVIB. Het gironummer van deze anti-honger actie is 100.200. Binnen het kader vari de NOVlB-actie neemt de provincie Friesland één bepaald project voor haar rekening: de hulp aan de boeren in Ceylon. Ceylon kampt namelijk met een merkwaardig probleem: het land heeft grond voldoende en ook boeren vol doende want net als in Friesland is er voor vele boerenzoons geen plaats meer op de boerderij. Desondanks moet Ceylon de helft van het nationaal inkomen besteden aan voedselimport en dat in de meeste gevallen betalen met hard buitenlands geld. Jam mer, want het is niet nodig. Als men er maar in slaagt de nu nog ondoordring bare jungle (30 pet van het oppervlak) te ontginnen en voor landbouw geschikt te maken. En dat nu gaat men aanpakken: er is een vijfjarenplan dat ruim 25.000 jonge boeren aan een eigen bedrijf wil helpen. Maar dan moeten ze eerst zelf meewerken om dat bedrijf op het oerwoud te ver overen. Heeft men twee jaar meegewerkt dan krijgt men een hectare zelf verworven cultuurgrond in eigendom. Dit tot de verbeelding sprekende plan heeft de Friezen aangetrokken. Er wordt een actie gevoerd die een half miljoen moei opleveren: het machinepark voor twintig«j nieuwe boerderijen. Er is geen twijfel aan dat dit in Friesland zal lukken! Elk jaar weer, in oktober, neemt dr. Kenneth Kaunda, president van Zam bia, plaats achter de microfoons die hem via de radio verbinden met de burgers van zijn land. Voor zich heeft hij een bijbel en hij leest er een gedeelte uit voor. Op die manier geeft hij het startschot voor de bij- belleescampagne die de protestantse en katholieke kerken van Zambia ge zamenlijk ieder jaar organiseren er die duurt tot na het Kerstfeest. Vaarom doet president Kaunda dat? Allereerst omdat hij zelf, als chris ten, gelooft dat de bijbel ieder mens de weg wijst naar de enige werkelij ke vrede op aarde: de vrede met God. Maar daarnaast ook omdat hij ervan overtuigd is dat zijn land niet opgebouwd kan worden met de rijk dommen van de kopermijnen van Copper Belt alleen. Hij weet dat er meer nodig is om een leefbaar kli maat te scheppen in een ontwikke lingsland en daarom getuigt hij van zijn christen-zijn, probeert hij zijn medeburgers voor te gaan in het zoe ken van visie en hoop in de bijbel Dat voorbeeld van de president, heel die bijbelleescampagne, heeft een vreemd, maar toch eigenlijk ook heel logisch gevolg: het bijbelgenoot schap in Zambia verkoopt steeds meer bijbels. Er zijn steeds meer mensen die komen vragen naar dat hele boek. Die mee willen doen in deze leescampagne en die tot de ont dekking komen dat de bijbel ook voor hun leven iets te zeggen heeft. Ook de kinderen trouwens komen om een ei gen bijbel. Op alle scholen van Zam bia wordt godsdienstles gegeven. Voor de kinderen is de bijbel dus een leerboek en een heel nuttig leerboek waarmée ze een wekelijks lesuur vullen dat meer perspectief biedt dar menige andere les. Iet lijkt vreemd maar met die bijbeb in Zambia heeft Nederland iets t( maken. Het Nederlandsch Bijbelge nootschap heeft sedert zijn oprich ting in 1814 een enorme hoeveelheid werk verzet voor de bijbelversprei ding en de bijbelvertaling in Neder land en in de vroegere Nederlandse koloniën. Men heeft bijbels laten ver schijnen in brailleschrift voor blinden en in eigentijdse taal voor mensen die niet bij de „tale Kanaans" zijn opgevoed. Men heeft die bijbel voor [ndonesië gedrukt in 33 talen, voor Nieuw Guinea in 3 talen en voor de Nederlandse Antillen in één taal. En nog altijd is men met dat werk bezig, iltijd weer tracht men de bijbel toe gankelijk te maken voor steeds meer groepen mensen. foen Indonesië zelfstandig werd en het Indonesisch Bijbelgenootschap de taak van Nederland kon overnemen, heeft het NBG in samenwerking met het Internationaal Bijbel Genootschap naar nieuwe werkterreinen gezocht en men heeft die gevonden in Kame roen en in Gabon. Opnieuw zijn taal geleerden aan het werk gegaan en zo is voor de bevolking van Kameroen de bijbel in dertien talen verkrijg baar en voor Gabon in twee talen. Klaar is men met die gebieden nog niet en onverdroten zetten taaladvi seurs dan ook de werkzaamheden voort. Maar dusdoende zijn ook ande re Afrikaanse landen binnen het ge- zichtsgebied gekomen en daarvoor diende in hoofdzaak de deze maand gevoerde actie: „Neem een bijbel voor uw rekening". - f Dit is de bedoeling: in heel de wereld spannen de Bijbelgenootschappen zich in om te voldoen aan de over stelpende vraag naar de bijbel die vooral leeft onder de jongere genera tie in de ontwikkelingslanden in Afri ka, Azië en Zuid-Amerika. Die in spanning is nodig omdat in die lan den de bijbel een onbetaalbaar boek is, zelfs al wordt ze tegen kostprijs geleverd. Die kostprijs namelijk is acht gulden vijftig het maximum waarvoor men ze in deze landen kan verkopen is één gulden vijftig. Het gaat dus om een verschil van zeven gulden en de vraag die ook het Nederlandsch Bijbelgenootschap nu stelt is: „wie wil er zeven gulden betalen en aldus een medemens aan een bijbel helpen?" ;t programma dat Nederland op zich heeft genomen ziet er als volgt uit: 15.000 bijbels voor scholieren in Ken ya, Tanzania, Zambia en Uganda en 10.000 bijbels voor scholieren op Ja va. Samen 25.000 bijbels maal zeven gulden maakt 175.000 gulden. Echter het NBG hoopt op 200.000 gulden de 25.000 gulden verschil die hiertus sen zit is bestemd voor Roemenië en dat is een merkwaardige zaak. De kerk van Roemenië heeft namelijk o wonder kortgeleden toestem ming gekregen om op de persen van de staatsdrukkerij 100.000 bijbels te laten drukken (alleen bestemd voor leden van de kerken, niet voor evan gelisatie!) mits papier en inkt door het buitenland geleverd worden want daarvoor wenst men geen deviezen beschikbaar te stellen. En die uitda ging heeft het NBG op zich genomen. Voor zeven gulden kan papier en inkt worden betaald voor drie bij bels met de f 25.000 die men hoopt te ontvangen, kunnen dus zo'n 10.000 bijbels worden gedrukt. et is nauwelijks aan te nemen dat Nederland die kans om iets te doen voor de medechristenen achter het ijzeren gordijn, niet zal aangrijpen! Om volledig te zijn: het gironummer van het NBG is 44.000. U hebt de kans dat u vanuit het land waar uw bij bel heengaat een bedankkaart krijgt. Imm ons met lijdzaamheid lopen de loopbaan, die ons voorgesteld is, ziende op de overste Leidsman en Voleinder des geloofs" Hebr. 12:I6-2a. Meer dan ooit staan in deze dagen van de Olympische Spelen in Mexico de sportprestaties in het centrum van de belangstelling. We hebben het de laatste tijd gezien dat het kerknieuws achter in de krant terechtgekomen is, terwijl de sport voorpaginanieuws le vert. Hier zit toch wel heel veel scheef. Wij leven in een wereld waarin niet de dingen van het Koninkrijk Gods cen traal staan, maar waarin menseneer als het hoogste goed geldt. Toch blijkt het vooral uit het Nieu we Testament, dat Paulus en anderen bijv. goed op de hoogte waren van dat gene wat er bij de sport gebeurde. Zij hebben immers de inspanningen van de sportlieden aan de gelovigen tot voorbeeld gesteld. In het begin van He breeën 12 denkt de schrijver ook aan de Olympische Spelen, zoals deze in het oude Griekenland werden beoefend. Hij brengt ons bij de loopbaan, waar het hardlopen wordt beoefend. Rondom de loopbaan zitten de toeschouwers, die zelf ook in deze loopbaan hebben ge lopen. Zij zijn nu de supporters, die de lopers aanmoedigen. Zo hebben in deze wereld Gods kin deren ook te lopen in de loopbaan van het geloof, aangemoedigd door allen, die voor hen in deze weg gelopen heb ben. Dat zijn er heel wat, die in deze loopbaan zich tot het uiterste hebben ingespannen en de eerkroon mochten ontvangen. Daarom dan ook, alzo wij zo groot een volk van getuigen rondom ons hebben liggende, laat ons met lijd zaamheid lopen de loopbaan, die ons voorgesteld is. Het gaat er om dat wij leren lopen in de loopbaan, die voor ons is afgeba kend. Wij h^ben niet zelf de weg te kiezen, die wij te lopen hebben. Want dan zijn wij geneigd om de weg van de minste weerstand te kiezen. Wij moe ten leren lopen in de loopbaan, die de Heere ons voor ogen stelt in Zijn woord. Dat is de weg die God zelf voor Zijn kinderen bepaald heeft. Het gaat erom dat wij met alle ons van God ge schonken krachten, leren lopen in de loopbaan des geloofs, waarop het oog zich op Jezus Christus richt. Helaas zijn er zpvelen die hun eigen weg gaan. Dit leidt niet tot vreugde maar tot droefheid, die leidt niet tot het leven, maar tot de dood. Doet u mee aan het lopen in de loop baan, waarover de schrijver van de Hebreeën-brief hier spreekt?. Laat ons dan met lijdzaamheid lopen de loop baan, die ons is voorgesteld. Met lijd zaamheid lopen betekent met volhar ding. De loper in de loopbaan wint de prijs niet, als hij zich niet tot het uiter ste inspant. Hij moet de tanden op er- kaar zetten. Wij hebben daarbij alles af te leggen en alles van ons af te gooien, wat ons bij het lopen kan hin deren. Zo is het in het lopen van de loopbaan, die de Heere ons voor ogen stelt in Zijn woord. Wie volharden zal tot het einde, zal worden behouden. Daarbij mogen we dan zien op de overste Leidsman en Voleinder des ge loofs Jezus. Dat is het geheim van het lopen irt de loopbaan. Het is een gaan achter Hem aan, met het oog op Hem gericht. Wie door Zijn genade in het ge loof op Hem ziet, ziet af van alles wat ons van Hem aftrekt. Juist het geloof dat Hij door Zijn Geest kan en wil wer ken in ons, doet ons zien op Hem, die hier de overste Leidsman en Voleinder des geloofs wordt genoemd. Hij is de hoogste Leidsman, die door Zijn kracht voortleidt langs de moeilijke weg. Zo als in het oude Griekenland in de loop baan de loper zijn oog gericht hield op de krans aan het einde van de baan, zo hebben wij te zien op Hem, die op deze baan de Zijnen voorgegaan is. Hij is de overste Leidsman en Voleinder des ge loofs, die het geloof tot zijn doel brengt. Dat doel is dat wij aan het einde van de baan met Hem zullen worden ver heerlijkt. Hier hebben wij er vaak al les voor over, om een verwelkelijke krans te ontvangen. Maar Hij roept zondaren tot zich, opdat wij zouden lo pen in die loopbaan, die uitloopt op de eeuwige vreugde. Veenendaal, Ds. A. Wisgerhof Dat ieder land op zijn eigen manier eei steentje kan bijdragen aan het uitbannen van de honger bewijst het erfgewassenproject da door de Nederlanders in West-Afrika is opge zet. De gedachte die eraan ten grondslag ligt is even eenvoudig als vruchtbaar dat Neder land dit heeft aangesneden is logisch gevolg var. de ervaring die velen van onze landgenoten in vroeger dagen in Indonesië hebben opgedaan Simpel verteld komt dat erfgewassenproject hierop neer. Overal waar mensen wonen, of he: nu in huizen is of in hutten, wordt de grond rondom vruchtbaar. Allerlei afvalprodukten zor gen voor een natuurlijke bemesting. Dit trekt wilde planten aan die rond de woning, op het erf wortel schieten. En de mens maakt van deze wilde planten gebruik. In hun schaduw zaait hij vv^-hrigsgewassen. De vezels van die plan4'?'- ge bruikt hij als bind- en pak— '.cr«a4 En hee' vaak bieden hun bladeren of hun vruchten eei. welkome afwisseling in het dagelijka menu. Zo was het in het vruchtbare Indonesië en zo wordt het in Dahomey en Nigeria waar - niet zozeer sprake is van een voedseltekort als wel van eenzijdigheid in de voeding. Ook hier is het mogelijk de wilde planten rond de woningen dienstbaar te maken aan de voeding en daar gewassen te kweken die de eenzijdigheid door- Bestaat er in ons land nog belang stelling voor oude schrijvers? Mis schien is men geneigd die vraag ont kennend te beantwoorden: ligt het niet voor de hand dat er in dit tijd perk van televisie weinig interesse meer is voor de preken van theolo gen die twee. drie eeuwen geleden leefden? Zijn er nog mensen in ons land die Smytegelt of Van der Groe lezen? Velen zullen de namen van leze in hun tijd vermaarde theolo gen niet eens meer kennen. Toch worden de werken van deze en andere schrijvers ook nu nog op grote schaal verspreid. Daarvoor zorgt de stichting „Smytegeltfonds" te Middelburg, dat enkele jaren ge leden, op 2 februari 1965, werd op gericht. Wat men precies wil leert artikel drie van de statuten: ..De \,selcn llitrlfl» „vu met name onder de Nederlands >prekende volken, oproepen tot handhaving van en wederkering tot de zuivere leer der hervorming en getuigen tegen alle dwalingen welke met die leer in strijd zijn". Een van de middelen om dat doel te berei ken is het opnieuw uitgeven en ver spreiden van preken van de theolo gen van de zogenaamde Nadere Re formatie. Zoals bekend, was deze Nadere Reformatie het streven van de Utrechtse hoogleraar Voetsius en en de zijnen naar een „reformatie van het hart" waarbij de nadruk werd gelegd op praktische vroom heid. Het fonds is genoemd naar een der neest bekende oudvaders, Bernar- dus Smytegelt, die veertig jaar lang predikant is geweest in de Zeeuw se hoofdstad waar het fonds is op gericht. Vader Smytegelt en zc wordt hij ook nu nog door velen ge noemd was een Zeeuw en heef ook zijn gehele loopbaan in Zeelanc doorgebracht. Hij werd 20 augustus 1665 geboren in Goes, studeerde aan de Utrechtse Universiteit en aan vaardde zijn ambt in Borssele. Na ook in zijn geboortestad te hebber, gewerkt heeft hij veertig jaar lanc in Middelburg gestaan. Zijn prediking was. zoals de stich :ing het uitdrukt, bijbels en mystiek Hij legde de nadruk op het bevin delijke leven. Bekende publikatie; van hem zijn de verklaring van dr Heidelberger Catechismus, een preek getiteld „Het gekrookte riet" en een preek over „Des Christens heil er. sieraad". Smytegelt was. zoals A. van der Meiden in zijn onlangs ver schenen boek ,.De zwarte kousen kerken" het uitdrukt „een liefelijk prediker, niet bombarderend vanuit de predestinatie maar vanuit de vertroosting van het aanbod". Niet minder dan 47 preken van oude schrijvers heeft het Smytegelt fonds tot dusverre uitgegeven. Op de lijst van schrijvers komen we be halve de namen van Smytegelt en Van der Groe ook die tegen van J. van Lodenstein, A. Hellenbroek. A. Comrie, W. a Brakel en W. Teelinck. De preken die worden uitgegeven in ?en klein handig formaat, worden wel enigszins gemoderniseerd, maar er wordt toch voor gezorgd dat 't ka rakter ervan bewaard blijft. De taal en de stijl worden enigermate aan gepast. Sommige woorden zijn te moeilijk en moeten vervangen wor den en als de zinnen erg lang zijn worden ze in stukken geknipt. De preken bevatten ook woorden die onze taal niet meer kent en dus ver vangen moeten worden door een he dendaags equivalent en ook herha lingen worden vermeden. Maar dal be tekent niet dat de perken princi pieel worden veranderd. Het Smyte gelt-fonds staat op het standpunt dal de preek het werk moet blijven van de schrijver uit de tijd waarin hij die heeft gehouden. Ieder jaar ko- Portret van Gisbertus Voetsius, hoogleraar te Utrecht en als zodanig een van de voormannen van de Nadere Reformatie. Hij was een leerling en groot bewonderaar van Gomarus, de theoloog die mede zijn stempel heeft gedrukt op de bekende synode van Dor d recht. mert er tien leerredenen uit en aan de preek gaat een korte beschrijving van het leven van de predikant voor af. Het Smytegelt-fonds volstaat niet met het uitgeven van deze oude pre ken alleen het heeft ook andere boekjes gepubliceerd. Zo heeft hét reformeerde Gemeente van Middel burg dat is getiteld: Pinksteren in Nederland. Ook enkele Engelse pre ken van ds. Zijderveld die jarenlang predikant is geweest in de Verenig de Staten en een boekje getiteld ..Gods genade, verheerlijkt in de jeugd". Het gaat over „de opmer kelijke bekering en het gelukzalig sterven van Wim Devonshire", een jongen die op bijna twaalfjarige leeftijd overleed in Clifton (Enge land). Verder een boekje „Het hart een geschrift laten verschijnen van de hand van de voorzitter, ds. G. A. Zijderveld. predikant van de Ge- van de mens", een bewerking van een in de achttiende eeuw in Duits land verschenen geschrift „De gees telijke zedenspiegel".. De geschriften worden gratis ver spreid, soms in vele duizenden exemplaren. In Middelburg zijn er alles bijeen wel honderdduizend huis aan huis bezorgd. Uiteraard kan het fonds dat niet alleen beta len van de gelden die de prekense- rie opbrengt. Deze serie telt onge veer 4.000 abonnees die jaarlijks slechts enkele guldens betalen. Maar er komen heel wat giften binnen en die stellen het fonds tot zijn activi teiten in staat. De motor van al dat werk is de heer W. J. Pieters te Oostburg bij wie alle geschriften ge drukt worden. De heer Pieters is Christelijk Gereformeerd, voorzit ter, ds. Zijderveld, we schreven het al, is predikant van de Gerefor meerde Gemeente, en de tweede voorzitter, ds. J. G. Abbringh te Hoevelaken, is Hervormd predikant. Waaruit blijkt dat het fonds inter kerkelijk is samengesteld. Het vindt ook zijn abonnees in verschillende kerken en dat niet al leen in reformatorische kringen zelfs rooms-katholieke geestelijken gebruiken het bij hun werk. De ge dachten die bij de theologen van de Nadere Reformatie leefden, waren trouwens niet alleen Nederlands erfgoed: men vindt dergelijke schrij vers ook in Engeland en Noord- Amerika. Als het Smytegelt-fonds er de mogelijkheid toe ziet wil men daarom proberen ook internationaal te gaah werken, eventueel in samen werking, met buitenlandse drukkers toch veel theologische uitgaven verschijnen en of die dan niet voldoende oproepen tot een te rugkeer naar de leer der refor matie: „Er is een tekort in dit opzicht en dat willen wij opvul len. De theologen van de Nadere Reformatie hebben een zuiver reformatorisch geluid laten ho ren. Niet alleen ds. G. H. Ker sten voelde zich aan hen verwant maar ook dr. Abraham Kuyper die veel waardering had voor de oude Engelse theologen". En op een vraag of er nog be hoefte bestaat aan de werken van deze schrijvers en of ze de moderne mens nog iets te zeg gen hebben: „Ja absoluut, want de begeerte van veel mensen gaat uit naar materiële zaken. En die kunnen op den duur nooit bevredigen. De mens heeft iets nodig voor zijn hart. Deze werken geven dat. Ze wijzen de weg hoe men de vrede met God kan vinden. Daaraan heeft de mens altijd behoefte". Enkéi citaten van ds. Zijderveld, opgetekend tijdens een gesprek dat wij met hem voerden over het Smy tegelt-fonds. Het gaat om de bevindelijke waarheid. De theologie van de Nadere Reformatie willen we verspreiden onder ons volk en daarmee willen we het een dienst bewijzen. We willen het terugroepen tot de leer der re-- matie. Velen gaan van het spoor der vaderen af Na een opmerking or ids dat er in allerlei kerken en kringen door BERNARDUS SMYTEGELT REVEIL - SERIE no. 46 - augustus 1968 Verschijnt maandelijks Voorpagina van een van de gedrukte preken van Bernar- dus Smytegelt. Het zijn maar klei ne boekwerkjes, zowat de helft van een pocket en heel simpel van uit voering. Daarom ook kunnen ze bij zoveel duizenden tegelijk gratis worden verspreid.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1968 | | pagina 7