GEEF... een (te dikwijls?) terugkerende kreet
Neem een
voor uw
Voor de „oude schrijvers"
is er nog belangstelling
FRIESLAND
SOLIDAIR
Lopen niet
volharding
Dank zij het Smytegelt-fonds
Op langere termijn
Ten voorbeeld
Eigentijds
Bevindelijk
GIRO 100200
,\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\V\\\\\\\\\\\V
t\\\\V\\\\\VWV\\V\V\\\\\VV\\\U\\\V
i Soms wordt het een mens te veel! Het l(jkt of aller-
g lei organisatoren van allerlei goede doelen er op uil
zijn de last van de hele wereld op zijn schouders te
leggen. Hij is verantwoordelijk voor de honger in de
wereld, voor de armoede in de wereld, voor de onge-
lijkheid in de wereld. Hij moet er voor zorgen dat ie-
dereen in staat wordt gesteld een bijbel te lezen of op
z'n minst een deel van de bijbel. Hij moet mee de
lasten dragen voor onderwijs aan analfabeten, voor
bestriding van afschrikwekkende ziektes, van achter-
lijkheid en inefficiency op het gebied van landbouw,
0 veeteelt, visserij. Hij moet geven, geven, geven
want hij is immers een van de welvarenden, een in-
woner van de rijke landen. En doet hij het niet,
geeft hij niet of niet voldoende goed, er wordt geen
oordeel over hem uitgesproken maar tussen de regels
van alle opwekkende geschriften door kan hij lezen
dat hij een egoïst is, een uübuiter, dat hij een mooi
leventje leidt omdat hij de amder, zijn naaste, niets
gunt.
Voor ons ligt een stapeltje documentatiemateriaal
ter propaganda van de anti-honger-actie die de afge
lopen week is gevoerd door de stichting „Nederlandse
Organisatie voor Internationale Bijstand", de NO
VIB. Daarnaast een niet minder grote stapel van het
Nederlandsch Bijbelgenootschap ter ondersteuning
van de actie „Neem een bijbel voor uw rekening",
een actie die in het begin van deze maand is gehou
den. Daarnaast de vierde „Brugkrant", bestemd
voor de medewerkers aan de actie „Kom over de
Brug" die in het begin van dit jaar daverend succes
had en 28 miljoen gulden opbracht. En, ironie, daar
onder verborgen vinden we nog een aanbeveling van
de VVereldspaardag, opwekking om toch vooral het
sparen niet na te laten. En ginds dan nog een goed
woordje voor Werelddierendag, want dieren zijn ook
schepselen Gods.
Het is allemaal waar. De honger in de wereld móét
bestreden worden en ieder mens in deze wereld móét
de kans hebben zelf de bijbel te lezen. Het werk van
zending en missie moet doorgaan al die goede din
gen zijn noodzakelijk, zij-n plicht en het is verheugend
dat er altijd weer mensen gevonden worden die zich
er voor inspannen. Die de moed hebben ons te vra
gen: „Geef...!" En die de woorden kunnen vinden
om ons toch weer tot geven te bewegen.
Want zo is het wel: we geven inderdaad. Elke ac
tie weer brengt de honderdduizenden, de miljoenen
op die men vraagt. En waarom? Niet omdat we nog
zo diep onder de indruk komen van alle ellende die
ons wordt voorgeschilderd dat teveel aan acties 5
stompt ons volkomen af. Wél omdat we God zjj dank
nog mens genoeg zijn om onze medemens te willen
helpen. Niet uit schuldbesef omdat wij het goed heb-
ben en een ander slecht het is een argument dat g
totaal niet aanspreekt en waarvan men zich ook te-
recht mag afvragen of het een juist argument is. Wél g
omdat het „Hebt uw naaste lief" in veler leven nog
een grote rol speelt. Gelukkig.
Daarom hieronder nog goede woorden voor twee
acties: die van de NOVIB en die van het Bjjbelge-
nootschap. In de hoop dat he< u niet te veel wordt!
XVWWWWVVVVWWWVWWVWWXWWVXXVWWWWWWWWVVWWWWVWVWWWWWVWWVWWWVVWVWWWWWVWWWVWWVWVWWVWWWWWWWVWWWWWWWWVXWWWXXVVWWWVWXWWWWWWWVWWVWWWWWVWWWVWWWVWWWWWWWWWVVWWVWWVWWWWVWVXXVWWWVWWWVVWVVWVWWWVXWVV
ANTI
HONGER
ACTIE
„TJTees gerust. Weliswaar zal het niet de
laatste keer zijn dat de NOVIB bij u
aanklopt om geld, maar er zal een tijd komen
wanneer er geen anti-honger-aeties meer wor
den gehouden. Ook in India en Senegal zullen de
mensen gemiddeld 70 jaar worden en niet 41
en 37, zoals nu. Chili zal welvarend worden en
Vietnam een land van overvloed. Arbeiders uil
Tanzania zullen spreken over vakantiereizen
naar Europa en industriëlen in Ceylon over
automatisering en arbeidstijdverkorting. Het i>
ondenkbaar dat de mens die de wereld gemaaki
heeft zoals hij thans is en die daarmee geen vre
de heeft, er niet in zal slagen de armoede te ver
drijven. President Kennedy wist het: Onze ge
neratie bezit het vermogen en de middelen on
de honger in de wereld te doen verdwijnen"
Aldus de inleiding van een krant die de NOVIP
in grote oplaag heeft verspreid om aldus dc
anti-honger-actie die deze week is gevoerd, on
der de aandacht te brengen en kracht bij te zet
ten. Een beetje torenbouw-van-Babel-achtige
inleiding dat wel. De hele documentatie
ademt trouwens een geest van „laat ons een
toren bouwen welks opperste in de hemel reikt"
Dat is bijzonder jammer want deze jaarlijkse
NOV 1 B-actie heeft tot doel geld bijeen te bren
gen voor heel zakelijke en heel nuchtere pro
jecten en om steun daarvoor te krijgen lijkt hei
ons niet nodig de mensen te overvallen fnet dal
paradijs-op-aarde-thema. Voor de opleiding van
jonge boeren in Kenya, voor de modernisering
van de vissersvloot in Ethiopië is het toch niet
nodig allerlei sentimenten op te roepen en met
honger en oorlog te dreigen!
#De anti-honger-actie die dit jaar voor de ze
vende maal in Nederland wordt gevoerd, is on-?
derdeel van de „Freedom From Hunger Cam
paign". een programma dat is opgezet door de
Voedsel- en Landbouworganisatie van de Ver.
Naties en waarbij tachtig landen betrokken
zijn. Het is geen ..Eten voor India"-actie, een
direct reageren dus op een acute noodsituatie.
Er is wel eens geld voor een dergelijk acuut
geval gebruikt, maar de gedachten die aan deze
campagne ten grondslag liggen gaan in de eer
ste plaats uit naar verbetering der levensom
standigheden op langere termijn. Voornaamste
doel is de wedloop tussen bevolkingsgroei en
voedselproduktie in de ontwikkelingslanden ten
gunste van laatstgenoemde te beslissen. Daartoe
worden allerlei projecten op stapel gezet: oplei
ding en training van landbouwers, verbetering
van landbouwmethoden, verbetering en intensi
vering van de visserij, verbetering van distribu
tiesystemen, herverdeling van de landbouw
grond en stimulering van coöperaties. Allemaal
zaken dus die er op gericht zijn de bevolking
in sommige ontwikkelingslanden te leren zich
zelf behoorlijk te voeden met gebruikmaking
van de mogelijkheden die het eigen land biedt.
En als dat op een juiste wijze gebeurt mag men
er alle succes van verwachten en verdient een
dergelijke opzet ook ieders steun.
breken. Het gaat hier vooral om het opheffen
van het tekort aan eiwitten en het toevoegen
van vitaminen. Door dit tekort ontstaan ziekten
die vooral de kinderen belagen. En als men kans
'.iet de kindervoeding te verbeteren tast men het
kwaad in de wortel aan.
De andere projecten die de NOVIB op haar
programma heeft staan (in totaal tien waarvoor
\ezamenlijk een bedrag gevraagd wordt van
2,'6 miljoen gulden) liggen eigenlijk allemaal in
ditzelfde vlak. In Ethiopië zou veel aan de voe
ding verbeterd kunnen worden als er maar vol-
doerfde vis kon worden gevangen de NOVIB
wil helpen de vissersvloot te moderniseren. Op
de hoogvlakte van de Andes in Bolivia is de
kindersterfte veel hoger dan normaal voorna
melijk als gevolg van slechte hygiënische toe
standen de NOVIB wil trachten door voor
lichting en voorbeeld in daarvoor geschikte
dorpscentra de situatie te verbeteren. Op de
Tonga-eilanden heerst vooral jeugdwerkloosheid
—de NOVIB wil trachten door het geven van
echnische cursussen de jeugd geschikt te ma
ken voor het werken in aan te trekken in-
lustrieën. Enzovoorts.
Het zijn allemaal zaken waarvoor drie dingen
nodig zijn: energie van de mensen die in die
ontwikkelingslanden hun moeilijke werk ver
richten, geld om hun werk mogelijk te maken
en bereidheid onder de inheemse bevolking om
te accepteren wat die „vreemden" hen komen
brengen aan kennis en kunde. Men mag gelo
ven dat dit bij de FAO, de voedsel- en land
bouworganisatie van de UNO, in goede handen
is. De meeste ontwikkelingslanden zijn lid van
Ie UNO en dus is het FAO-werk ook een stuk
je van henzelf. Zij zullen hulp van deze zijde
eerder en gemakkelijker accepteren dan wan
neer die door een afzonderlijk land wordt aan
geboden. Daarom is er alle reden om deze anti-
honger-actie te steunen. Daarom is het nu tijd
om een gift te doen toekomen aan de NOVIB.
Het gironummer van deze anti-honger actie is
100.200.
Binnen het kader vari de NOVlB-actie
neemt de provincie Friesland één bepaald
project voor haar rekening: de hulp aan de
boeren in Ceylon. Ceylon kampt namelijk
met een merkwaardig probleem: het land
heeft grond voldoende en ook boeren vol
doende want net als in Friesland is er voor
vele boerenzoons geen plaats meer op de
boerderij. Desondanks moet Ceylon de helft
van het nationaal inkomen besteden aan
voedselimport en dat in de meeste gevallen
betalen met hard buitenlands geld. Jam
mer, want het is niet nodig. Als men er
maar in slaagt de nu nog ondoordring
bare jungle (30 pet van het oppervlak) te
ontginnen en voor landbouw geschikt te
maken. En dat nu gaat men aanpakken: er
is een vijfjarenplan dat ruim 25.000 jonge
boeren aan een eigen bedrijf wil helpen.
Maar dan moeten ze eerst zelf meewerken
om dat bedrijf op het oerwoud te ver
overen. Heeft men twee jaar meegewerkt
dan krijgt men een hectare zelf verworven
cultuurgrond in eigendom.
Dit tot de verbeelding sprekende plan
heeft de Friezen aangetrokken. Er wordt
een actie gevoerd die een half miljoen moei
opleveren: het machinepark voor twintig«j
nieuwe boerderijen. Er is geen twijfel aan
dat dit in Friesland zal lukken!
Elk jaar weer, in oktober, neemt dr.
Kenneth Kaunda, president van Zam
bia, plaats achter de microfoons die
hem via de radio verbinden met de
burgers van zijn land. Voor zich
heeft hij een bijbel en hij leest er een
gedeelte uit voor. Op die manier
geeft hij het startschot voor de bij-
belleescampagne die de protestantse
en katholieke kerken van Zambia ge
zamenlijk ieder jaar organiseren er
die duurt tot na het Kerstfeest.
Vaarom doet president Kaunda dat?
Allereerst omdat hij zelf, als chris
ten, gelooft dat de bijbel ieder mens
de weg wijst naar de enige werkelij
ke vrede op aarde: de vrede met
God. Maar daarnaast ook omdat hij
ervan overtuigd is dat zijn land niet
opgebouwd kan worden met de rijk
dommen van de kopermijnen van
Copper Belt alleen. Hij weet dat er
meer nodig is om een leefbaar kli
maat te scheppen in een ontwikke
lingsland en daarom getuigt hij van
zijn christen-zijn, probeert hij zijn
medeburgers voor te gaan in het zoe
ken van visie en hoop in de bijbel
Dat voorbeeld van de president, heel
die bijbelleescampagne, heeft een
vreemd, maar toch eigenlijk ook
heel logisch gevolg: het bijbelgenoot
schap in Zambia verkoopt steeds
meer bijbels. Er zijn steeds meer
mensen die komen vragen naar dat
hele boek. Die mee willen doen in
deze leescampagne en die tot de ont
dekking komen dat de bijbel ook voor
hun leven iets te zeggen heeft. Ook de
kinderen trouwens komen om een ei
gen bijbel. Op alle scholen van Zam
bia wordt godsdienstles gegeven.
Voor de kinderen is de bijbel dus een
leerboek en een heel nuttig leerboek
waarmée ze een wekelijks lesuur
vullen dat meer perspectief biedt dar
menige andere les.
Iet lijkt vreemd maar met die bijbeb
in Zambia heeft Nederland iets t(
maken. Het Nederlandsch Bijbelge
nootschap heeft sedert zijn oprich
ting in 1814 een enorme hoeveelheid
werk verzet voor de bijbelversprei
ding en de bijbelvertaling in Neder
land en in de vroegere Nederlandse
koloniën. Men heeft bijbels laten ver
schijnen in brailleschrift voor blinden
en in eigentijdse taal voor mensen
die niet bij de „tale Kanaans" zijn
opgevoed. Men heeft die bijbel voor
[ndonesië gedrukt in 33 talen, voor
Nieuw Guinea in 3 talen en voor de
Nederlandse Antillen in één taal. En
nog altijd is men met dat werk bezig,
iltijd weer tracht men de bijbel toe
gankelijk te maken voor steeds meer
groepen mensen.
foen Indonesië zelfstandig werd en het
Indonesisch Bijbelgenootschap de
taak van Nederland kon overnemen,
heeft het NBG in samenwerking met
het Internationaal Bijbel Genootschap
naar nieuwe werkterreinen gezocht
en men heeft die gevonden in Kame
roen en in Gabon. Opnieuw zijn taal
geleerden aan het werk gegaan en zo
is voor de bevolking van Kameroen
de bijbel in dertien talen verkrijg
baar en voor Gabon in twee talen.
Klaar is men met die gebieden nog
niet en onverdroten zetten taaladvi
seurs dan ook de werkzaamheden
voort. Maar dusdoende zijn ook ande
re Afrikaanse landen binnen het ge-
zichtsgebied gekomen en daarvoor
diende in hoofdzaak de deze maand
gevoerde actie: „Neem een bijbel
voor uw rekening".
- f
Dit is de bedoeling: in heel de wereld
spannen de Bijbelgenootschappen
zich in om te voldoen aan de over
stelpende vraag naar de bijbel die
vooral leeft onder de jongere genera
tie in de ontwikkelingslanden in Afri
ka, Azië en Zuid-Amerika. Die in
spanning is nodig omdat in die lan
den de bijbel een onbetaalbaar boek
is, zelfs al wordt ze tegen kostprijs
geleverd. Die kostprijs namelijk is
acht gulden vijftig het maximum
waarvoor men ze in deze landen kan
verkopen is één gulden vijftig. Het
gaat dus om een verschil van zeven
gulden en de vraag die ook het
Nederlandsch Bijbelgenootschap nu
stelt is: „wie wil er zeven gulden
betalen en aldus een medemens aan
een bijbel helpen?"
;t programma dat Nederland op zich
heeft genomen ziet er als volgt uit:
15.000 bijbels voor scholieren in Ken
ya, Tanzania, Zambia en Uganda en
10.000 bijbels voor scholieren op Ja
va. Samen 25.000 bijbels maal zeven
gulden maakt 175.000 gulden. Echter
het NBG hoopt op 200.000 gulden
de 25.000 gulden verschil die hiertus
sen zit is bestemd voor Roemenië en
dat is een merkwaardige zaak. De
kerk van Roemenië heeft namelijk
o wonder kortgeleden toestem
ming gekregen om op de persen van
de staatsdrukkerij 100.000 bijbels te
laten drukken (alleen bestemd voor
leden van de kerken, niet voor evan
gelisatie!) mits papier en inkt door
het buitenland geleverd worden want
daarvoor wenst men geen deviezen
beschikbaar te stellen. En die uitda
ging heeft het NBG op zich genomen.
Voor zeven gulden kan papier en
inkt worden betaald voor drie bij
bels met de f 25.000 die men hoopt
te ontvangen, kunnen dus zo'n 10.000
bijbels worden gedrukt.
et is nauwelijks aan te nemen dat
Nederland die kans om iets te doen
voor de medechristenen achter het
ijzeren gordijn, niet zal aangrijpen!
Om volledig te zijn: het gironummer
van het NBG is 44.000. U hebt de kans
dat u vanuit het land waar uw bij
bel heengaat een bedankkaart krijgt.
Imm ons met lijdzaamheid
lopen de loopbaan, die ons
voorgesteld is, ziende op de
overste Leidsman en Voleinder
des geloofs" Hebr. 12:I6-2a.
Meer dan ooit staan in deze dagen
van de Olympische Spelen in Mexico
de sportprestaties in het centrum van
de belangstelling. We hebben het de
laatste tijd gezien dat het kerknieuws
achter in de krant terechtgekomen is,
terwijl de sport voorpaginanieuws le
vert. Hier zit toch wel heel veel scheef.
Wij leven in een wereld waarin niet de
dingen van het Koninkrijk Gods cen
traal staan, maar waarin menseneer als
het hoogste goed geldt.
Toch blijkt het vooral uit het Nieu
we Testament, dat Paulus en anderen
bijv. goed op de hoogte waren van dat
gene wat er bij de sport gebeurde. Zij
hebben immers de inspanningen van de
sportlieden aan de gelovigen tot
voorbeeld gesteld. In het begin van He
breeën 12 denkt de schrijver ook aan
de Olympische Spelen, zoals deze in het
oude Griekenland werden beoefend. Hij
brengt ons bij de loopbaan, waar het
hardlopen wordt beoefend. Rondom de
loopbaan zitten de toeschouwers, die
zelf ook in deze loopbaan hebben ge
lopen. Zij zijn nu de supporters, die de
lopers aanmoedigen.
Zo hebben in deze wereld Gods kin
deren ook te lopen in de loopbaan van
het geloof, aangemoedigd door allen,
die voor hen in deze weg gelopen heb
ben. Dat zijn er heel wat, die in deze
loopbaan zich tot het uiterste hebben
ingespannen en de eerkroon mochten
ontvangen. Daarom dan ook, alzo wij
zo groot een volk van getuigen rondom
ons hebben liggende, laat ons met lijd
zaamheid lopen de loopbaan, die ons
voorgesteld is.
Het gaat er om dat wij leren lopen
in de loopbaan, die voor ons is afgeba
kend. Wij h^ben niet zelf de weg te
kiezen, die wij te lopen hebben. Want
dan zijn wij geneigd om de weg van de
minste weerstand te kiezen. Wij moe
ten leren lopen in de loopbaan, die
de Heere ons voor ogen stelt in Zijn
woord. Dat is de weg die God zelf voor
Zijn kinderen bepaald heeft. Het gaat
erom dat wij met alle ons van God ge
schonken krachten, leren lopen in de
loopbaan des geloofs, waarop het oog
zich op Jezus Christus richt.
Helaas zijn er zpvelen die hun eigen
weg gaan. Dit leidt niet tot vreugde
maar tot droefheid, die leidt niet tot
het leven, maar tot de dood.
Doet u mee aan het lopen in de loop
baan, waarover de schrijver van de
Hebreeën-brief hier spreekt?. Laat ons
dan met lijdzaamheid lopen de loop
baan, die ons is voorgesteld. Met lijd
zaamheid lopen betekent met volhar
ding. De loper in de loopbaan wint de
prijs niet, als hij zich niet tot het uiter
ste inspant. Hij moet de tanden op er-
kaar zetten. Wij hebben daarbij alles
af te leggen en alles van ons af te
gooien, wat ons bij het lopen kan hin
deren. Zo is het in het lopen van de
loopbaan, die de Heere ons voor ogen
stelt in Zijn woord. Wie volharden zal
tot het einde, zal worden behouden.
Daarbij mogen we dan zien op de
overste Leidsman en Voleinder des ge
loofs Jezus. Dat is het geheim van het
lopen irt de loopbaan. Het is een gaan
achter Hem aan, met het oog op Hem
gericht. Wie door Zijn genade in het ge
loof op Hem ziet, ziet af van alles wat
ons van Hem aftrekt. Juist het geloof
dat Hij door Zijn Geest kan en wil wer
ken in ons, doet ons zien op Hem, die
hier de overste Leidsman en Voleinder
des geloofs wordt genoemd. Hij is de
hoogste Leidsman, die door Zijn kracht
voortleidt langs de moeilijke weg. Zo
als in het oude Griekenland in de loop
baan de loper zijn oog gericht hield op
de krans aan het einde van de baan, zo
hebben wij te zien op Hem, die op deze
baan de Zijnen voorgegaan is. Hij is de
overste Leidsman en Voleinder des ge
loofs, die het geloof tot zijn doel brengt.
Dat doel is dat wij aan het einde van
de baan met Hem zullen worden ver
heerlijkt. Hier hebben wij er vaak al
les voor over, om een verwelkelijke
krans te ontvangen. Maar Hij roept
zondaren tot zich, opdat wij zouden lo
pen in die loopbaan, die uitloopt op de
eeuwige vreugde.
Veenendaal, Ds. A. Wisgerhof
Dat ieder land op zijn eigen manier eei
steentje kan bijdragen aan het uitbannen van
de honger bewijst het erfgewassenproject da
door de Nederlanders in West-Afrika is opge
zet. De gedachte die eraan ten grondslag ligt
is even eenvoudig als vruchtbaar dat Neder
land dit heeft aangesneden is logisch gevolg var.
de ervaring die velen van onze landgenoten in
vroeger dagen in Indonesië hebben opgedaan
Simpel verteld komt dat erfgewassenproject
hierop neer. Overal waar mensen wonen, of he:
nu in huizen is of in hutten, wordt de grond
rondom vruchtbaar. Allerlei afvalprodukten zor
gen voor een natuurlijke bemesting. Dit trekt
wilde planten aan die rond de woning, op het
erf wortel schieten. En de mens maakt van deze
wilde planten gebruik. In hun schaduw zaait hij
vv^-hrigsgewassen. De vezels van die plan4'?'- ge
bruikt hij als bind- en pak— '.cr«a4 En hee'
vaak bieden hun bladeren of hun vruchten eei.
welkome afwisseling in het dagelijka menu. Zo
was het in het vruchtbare Indonesië en zo wordt
het in Dahomey en Nigeria waar - niet zozeer
sprake is van een voedseltekort als wel van
eenzijdigheid in de voeding. Ook hier is het
mogelijk de wilde planten rond de woningen
dienstbaar te maken aan de voeding en daar
gewassen te kweken die de eenzijdigheid door-
Bestaat er in ons land nog belang
stelling voor oude schrijvers? Mis
schien is men geneigd die vraag ont
kennend te beantwoorden: ligt het
niet voor de hand dat er in dit tijd
perk van televisie weinig interesse
meer is voor de preken van theolo
gen die twee. drie eeuwen geleden
leefden? Zijn er nog mensen in ons
land die Smytegelt of Van der Groe
lezen? Velen zullen de namen van
leze in hun tijd vermaarde theolo
gen niet eens meer kennen.
Toch worden de werken van deze
en andere schrijvers ook nu nog op
grote schaal verspreid. Daarvoor
zorgt de stichting „Smytegeltfonds"
te Middelburg, dat enkele jaren ge
leden, op 2 februari 1965, werd op
gericht. Wat men precies wil leert
artikel drie van de statuten: ..De
\,selcn llitrlfl»
„vu met name onder de Nederlands
>prekende volken, oproepen tot
handhaving van en wederkering tot
de zuivere leer der hervorming en
getuigen tegen alle dwalingen welke
met die leer in strijd zijn". Een van
de middelen om dat doel te berei
ken is het opnieuw uitgeven en ver
spreiden van preken van de theolo
gen van de zogenaamde Nadere Re
formatie. Zoals bekend, was deze
Nadere Reformatie het streven van
de Utrechtse hoogleraar Voetsius en
en de zijnen naar een „reformatie
van het hart" waarbij de nadruk
werd gelegd op praktische vroom
heid.
Het fonds is genoemd naar een der
neest bekende oudvaders, Bernar-
dus Smytegelt, die veertig jaar lang
predikant is geweest in de Zeeuw
se hoofdstad waar het fonds is op
gericht. Vader Smytegelt en zc
wordt hij ook nu nog door velen ge
noemd was een Zeeuw en heef
ook zijn gehele loopbaan in Zeelanc
doorgebracht. Hij werd 20 augustus
1665 geboren in Goes, studeerde aan
de Utrechtse Universiteit en aan
vaardde zijn ambt in Borssele. Na
ook in zijn geboortestad te hebber,
gewerkt heeft hij veertig jaar lanc
in Middelburg gestaan.
Zijn prediking was. zoals de stich
:ing het uitdrukt, bijbels en mystiek
Hij legde de nadruk op het bevin
delijke leven. Bekende publikatie;
van hem zijn de verklaring van dr
Heidelberger Catechismus, een preek
getiteld „Het gekrookte riet" en een
preek over „Des Christens heil er.
sieraad". Smytegelt was. zoals A.
van der Meiden in zijn onlangs ver
schenen boek ,.De zwarte kousen
kerken" het uitdrukt „een liefelijk
prediker, niet bombarderend vanuit
de predestinatie maar vanuit de
vertroosting van het aanbod".
Niet minder dan 47 preken van
oude schrijvers heeft het Smytegelt
fonds tot dusverre uitgegeven. Op
de lijst van schrijvers komen we be
halve de namen van Smytegelt en
Van der Groe ook die tegen van J.
van Lodenstein, A. Hellenbroek. A.
Comrie, W. a Brakel en W. Teelinck.
De preken die worden uitgegeven in
?en klein handig formaat, worden
wel enigszins gemoderniseerd, maar
er wordt toch voor gezorgd dat 't ka
rakter ervan bewaard blijft. De taal
en de stijl worden enigermate aan
gepast. Sommige woorden zijn te
moeilijk en moeten vervangen wor
den en als de zinnen erg lang zijn
worden ze in stukken geknipt. De
preken bevatten ook woorden die
onze taal niet meer kent en dus ver
vangen moeten worden door een he
dendaags equivalent en ook herha
lingen worden vermeden. Maar dal
be tekent niet dat de perken princi
pieel worden veranderd. Het Smyte
gelt-fonds staat op het standpunt dal
de preek het werk moet blijven van
de schrijver uit de tijd waarin hij
die heeft gehouden. Ieder jaar ko-
Portret van Gisbertus Voetsius,
hoogleraar te Utrecht en als
zodanig een van de voormannen
van de Nadere Reformatie. Hij was
een leerling en groot bewonderaar
van Gomarus, de theoloog die
mede zijn stempel heeft gedrukt
op de bekende synode van Dor
d recht.
mert er tien leerredenen uit en aan
de preek gaat een korte beschrijving
van het leven van de predikant voor
af.
Het Smytegelt-fonds volstaat niet
met het uitgeven van deze oude pre
ken alleen het heeft ook andere
boekjes gepubliceerd. Zo heeft hét
reformeerde Gemeente van Middel
burg dat is getiteld: Pinksteren in
Nederland. Ook enkele Engelse pre
ken van ds. Zijderveld die jarenlang
predikant is geweest in de Verenig
de Staten en een boekje getiteld
..Gods genade, verheerlijkt in de
jeugd". Het gaat over „de opmer
kelijke bekering en het gelukzalig
sterven van Wim Devonshire", een
jongen die op bijna twaalfjarige
leeftijd overleed in Clifton (Enge
land). Verder een boekje „Het hart
een geschrift laten verschijnen van
de hand van de voorzitter, ds. G.
A. Zijderveld. predikant van de Ge-
van de mens", een bewerking van
een in de achttiende eeuw in Duits
land verschenen geschrift „De gees
telijke zedenspiegel"..
De geschriften worden gratis ver
spreid, soms in vele duizenden
exemplaren. In Middelburg zijn er
alles bijeen wel honderdduizend
huis aan huis bezorgd. Uiteraard
kan het fonds dat niet alleen beta
len van de gelden die de prekense-
rie opbrengt. Deze serie telt onge
veer 4.000 abonnees die jaarlijks
slechts enkele guldens betalen. Maar
er komen heel wat giften binnen en
die stellen het fonds tot zijn activi
teiten in staat. De motor van al dat
werk is de heer W. J. Pieters te
Oostburg bij wie alle geschriften ge
drukt worden. De heer Pieters is
Christelijk Gereformeerd, voorzit
ter, ds. Zijderveld, we schreven het
al, is predikant van de Gerefor
meerde Gemeente, en de tweede
voorzitter, ds. J. G. Abbringh te
Hoevelaken, is Hervormd predikant.
Waaruit blijkt dat het fonds inter
kerkelijk is samengesteld.
Het vindt ook zijn abonnees in
verschillende kerken en dat niet al
leen in reformatorische kringen
zelfs rooms-katholieke geestelijken
gebruiken het bij hun werk. De ge
dachten die bij de theologen van de
Nadere Reformatie leefden, waren
trouwens niet alleen Nederlands
erfgoed: men vindt dergelijke schrij
vers ook in Engeland en Noord-
Amerika. Als het Smytegelt-fonds er
de mogelijkheid toe ziet wil men
daarom proberen ook internationaal
te gaah werken, eventueel in samen
werking, met buitenlandse drukkers
toch veel theologische uitgaven
verschijnen en of die dan niet
voldoende oproepen tot een te
rugkeer naar de leer der refor
matie: „Er is een tekort in dit
opzicht en dat willen wij opvul
len. De theologen van de Nadere
Reformatie hebben een zuiver
reformatorisch geluid laten ho
ren. Niet alleen ds. G. H. Ker
sten voelde zich aan hen verwant
maar ook dr. Abraham Kuyper
die veel waardering had voor de
oude Engelse theologen".
En op een vraag of er nog be
hoefte bestaat aan de werken
van deze schrijvers en of ze de
moderne mens nog iets te zeg
gen hebben: „Ja absoluut, want
de begeerte van veel mensen
gaat uit naar materiële zaken.
En die kunnen op den duur
nooit bevredigen. De mens heeft
iets nodig voor zijn hart. Deze
werken geven dat. Ze wijzen de
weg hoe men de vrede met
God kan vinden. Daaraan heeft
de mens altijd behoefte".
Enkéi citaten van ds. Zijderveld,
opgetekend tijdens een gesprek dat
wij met hem voerden over het Smy
tegelt-fonds.
Het gaat om de bevindelijke
waarheid. De theologie van de
Nadere Reformatie willen we
verspreiden onder ons volk en
daarmee willen we het een
dienst bewijzen. We willen het
terugroepen tot de leer der re--
matie. Velen gaan van het
spoor der vaderen af
Na een opmerking or ids dat
er in allerlei kerken en kringen
door BERNARDUS SMYTEGELT
REVEIL - SERIE no. 46 - augustus 1968
Verschijnt maandelijks
Voorpagina van een van de
gedrukte preken van Bernar-
dus Smytegelt. Het zijn maar klei
ne boekwerkjes, zowat de helft van
een pocket en heel simpel van uit
voering. Daarom ook kunnen ze
bij zoveel duizenden tegelijk gratis
worden verspreid.