doet iets
voor kinderen
Ter overdenking
Waarom?
HELP
KIND
VRIND
Kinderleed is niet tergend op zich zelve
wel het feit dat het ongerechtvaardigd iY
(naar Albert
Gevraagd: mensen die hart heb
ben voor het kind in nood en die
willen meewerken om die nood te le
nigen. Unicef zou er namelijk mee
gebaat zijn als men in bedrijven, in
verenigingen, in clubs en dergelijke
kon beschikken over contactperso
nen die als het pas geeft eens een
goed woordje voor het kinderfonds
kunnen doen. Die er op attenderen
dat het leuk is gebruik te maken
van de wenskaarten en van de Uni-
cef-agenda. Die als er een feest-
avond-met-een-dansje, in kienavond
of Iets dergelijks georganiseerd
moet worden, naar mogelijkheden
zoeken om wat van het geld dat dan
rolt in de Unicef-kas te krijgen.
Mensen die daar iets voor voelen
wordt verzocht contact op te ne
men met een van de Unicef-mensen
in eigen stad of streek. Namen en
adressen vindt u op de stad- of
streekpagina.
UNICEF
Vraag aan tien mensen wat Unicef
is. Drie zullen u wat hulpeloos aan
kijken: ze hebben er wel eens van
gehoord maar ze weten het niet
meer. Drie zullen u vertellen dat het
een of ander liefdadigheidsfonds is
dat iets met kinderen te maken
heeft en één zal er dan de naam
van Danny Kaye aan toevoegen, de
Amerikaanse filmkomiek, want hij
heeft hem wel eens op het televisie
scherm bezig gezien om reclame te
maken voor Unicef. En nog Weer
drie zullen de naam in verband
brengen met de Verenigde Naties en
ze leggen die verbinding beslist niet
in een% al te gunstige zin! Maar ge
lukkig is er altijd wel een van die
tien die het u haarfijn kan vertel
len: dat dank zij Unicef honderd
duizenden kinderen niet alleen in
leven zijn gebleven maar zelfs een
kans hebben op een lach, op wat
blijdschap en enige toekomst in
hun leven. Die ene zal het misschien
zo zeggen: „De "kinderen van van
daag zullen de wereld van morgen
bouwen met hun gedachten, vol
gens hun idealen. En daarom zal
onze wereld in ruime mate afhan
kelijk zijn van wat wij doen voor de
ontplooiing van de jongeren!" En
misschien zal hij er de conclusie aan
verbinden: „Wat wij, deze genera
tie. voor de generatie van morgen
gedaan hebben is maar bitter wei
nig!"
ten. Men is integendeel geheel af
hankelijk van de goedgeefsheid van
regeringen en particulieren die mét
de mensen die het werk doen, gelo
ven dat het kind inderdaad rechten
heeft en dat de toekomst van het
kind (en dus van de wereld) het
waard is zich ervoor in te zetten.
Daarom is ook in Nederland een
van de 117 Nationale Unicef-Comités
actief (adres: Bankastraat 128 te
's-Gravenhage giro 75l5). Daar
om geeft een man al» Danny Kaye
zoveel van zijn tijd (en zijn geld)
dm toch vooral te zorgen dat Uni
cef zijn werk kan voortzetten. En
daarom ook zijn in vele steden en
dorpen in Nederland mensen actief,
plaatselijke actiegroepen die tijd en
energie geven om iedereen ervan te
doordringen: door Unicef te steunen
bouwt men mee aan een betere toe
komst.
Op hun verzoek is dit artikel ge
schreven. Uiteraard om u op te wek
ken toch vooral de zo langzamer
hand bekend geworden slagzin:
„Groet een vrind en help een kind"
niet te vergeten. Dat is immers eèn
gemakkelijke manier om steun te
geven. Maar een paar dubbeltjes of
kwartjes geven is niet alleen vol
doende: Unicef is waard dat u dat
doet met volle overtuiging. U moet
weten waarom u het doet: dat het
gaat om het geluk van kinderen.
Om een lach en om gezondheid in
plaats van ziekte en honger. Een
kind heeft récht op een toekomst
als mens in de volle en rijke be
tekenis van dat woord. Dat wil Uni
cef u op het hart binden. Als heel
de wereld daarvan doordrongen is,
dan bestaan er immers geen finan
ciële problemen meer.
gen en zorg nodig heeft, waaronder
passende wettelijke bescherming
voor en na. de geboorte en gedu
rende de groeiperiode. Beginselen,
waarin voor kinderen een zorgeloze,
gelukkige, gezonde jeugd wordt op
geëist als voorbereiding op de ver
antwoordelijkheid die elk kind te
dragen krijgt als de kindertijd voor
bij is. Daarom: als Unicef er naar
streeft het kind te bevrijden van ar
moede en honger, onwetendheid en
ziekte, dan is dat niet zo maar een
mooi streven van een groep volwas
sen mensen, maar dan heeft men
het over het onvervreemdbare recht
van het kind
Uit dit alles wordt tevens duide
lijk: hoe Unicef werkt: niet recht
streeks door gaven en goederen te
schenken, maar altijd in samenwer
king met „bevoegde instanties", met
regeringen en organisaties. Er wordt
niets opgedrongen ontwikkelings
landen willen en moeten ook hun
eigen toekomst bouwen. Het is aan
hen om plannen te maken voor de
verbetering van de zorg voor moe
der en kind. En daarbij vinden ze
dan altijd Unicef aan hun zijde om
te proberen die plannen te verwe
zenlijken Volksgezondheidsdiensten
worden ingericht, voorlichting wordt
gegeven over voeding en hygiëne, 't
onderwijs wordt verbeterd, vrouwen
en mannen worden opgeleid tot
vroedvrouw en verpleegster, tot
maatschappelijk werker en onder
wijzer. Unicef helpt, waar het maar
mogelijk en in de mate waarin
het mogelijk is.
Hier komt dan tevens de zwakte
van Unicef aan het licht: men heeft
geen leden die verplicht zijn ieder
jaar een financiële bijdrage te stor-
net-volwassenen van nu, zo rond de
twintig jaar. en menigeen van hen
heeft, uit dankbaarheid, zich aange
sloten bij een van*de nationale Uni-
cef-comités die nu proberen het
werk van Unicef te steunen zoveel
ze kunnen.
Want Unicef is blijven bestaan,
ook nadat de eerste nood was ge
lenigd. Op 1 december 1950 verzocht
de algemene vergadering der Ver
enigde Naties aan Unicef zijn nood-
actie om te schakelen tot hulp op
langere termijn en op 6 oktober 1953
werd dat mandaat voor onbepaalde
tijd verlengd. En. Unicef is overge
schakeld. Van noodfonds tot een or
ganisatie die de noden van de kin
deren vooral in de ontwikke
lingslanden wil lenigen. Nu en
in de toekomst. Zo lang als het no
dig is. En hoe nodig het is en hoe
voortreffelijk Unicef tot dusverre
zijn taak heeft vervuld, bleek kort
geleden nog toen het de wereld dui
delijk werd dat Biafra .van honger
ging sterven. Toen was Unicef de
eerste organisatie die uit in de buurt
opgeslagen voorraden nood kon le
nigen. Niet rechtstreeks want Uni
cef werkt niet rechtstreeks, maar
wel via het Rode Kruis.
Keren we terug naar de geschie
denis want de meest gedenkwaardi
ge datum moet nog komen: 20 no
vember 1959; de dag waarop de al
gemene vergadering van de Verenig
de Naties besloot de schuld van de
wereld jegens het kind te erkennen.
De dag waarop „de rechten van het
kind" werden erkend: tien zorgvul
dig omschreven beginselen waarin
wordt verklaard dat het kind krach
tens zijn lichamelijke en geestelijke
onvolwassenheid speciale waarbor-
Laten we eerst een paar misver
standen opruimen. Unicef, het Uni
ted Nations Children Fund, heeft
inderdaad iets met de Verenigde Na
ties te maken maar het heeft
niets van de jammerlijke be
sluiteloosheid die het politieke werk
van de volkerenorganisatie soms
kenmerkt. Unicef is al evenmin een
soort liefdadigheidsvereniging het
is een instantie die zoveel als maar
mogelijk is zorgt dat de „rechten
van het' kind" worden nageleefd
(daarover straks meer). En Unicef is
nog veel minder een soort particu
liere hobby van wat fijke mensen
als Danny Kaye, maar het ware te
wensen dat heel wat meer mensen
zich er voor inspanden. Dan zou de
wereld er beter uitzien.
De geschiedenis van Unicef be
gint tegelijk met die van de Ver
enigde Naties: in een door een we
reldoorlog bijkans verscheurde en
verwoeste wereld. Er was toen geen
scherpe blik voor nodig om ze te
zien: de miljoenen en miljoenen kin
deren voor wie lach en spél iets
vreemds waren omdat ze alleen
maar kenden: honger, koude, ziek.e
en dood. Toen is Unicef gesticht:
het kinder-noodfonds van de Ver
enigde Naties. En het heeft hulp
gegeven: aan moeders en kinderen,
aan kleuters en zuigelingen. Zoveel
hulp dat velen de ramp hebben
overleefd. Die velen dat zijn de
In Tsjecho-Slowakije is het begonnen:
daar ontstond een aantal jaren gele
den de eerste Unicef-wenskaart die
nu, onder het motto „Groet een vrind
en help een kind" alom bekendheid
heeft gekregen. Ook dit jaar weer
hebben kunstenaars uit Tsjecho-Slo
wakije en nog zeven andere landen
meegewerkt om vijftien nieuwe se
ries van deze wenskaarten samen te
stellen twee van deze wenskaarten
ziet u hierboven afgebeeld. Die kun
stenaars hebben hun ontwerp gratis
tef beschikking gesteld: Unicef heeft
nog nooit voor een ontwerp één cent
betaald. En altijd zijn de kunstenaars
daarmee akkoord gegaan, omdat ook
zij beseffen dat iedere cent nodig is
om de miljoenen kinderen op deze
wereld die tekort komen, te helpen.
Van u wordt nu verwacht dat u zo'n
pakketje wenskaarten koopt: een leuk
doosje van 10 stus voor de prijs van
vijf gulden. Ze zijn mooi: het zijn
mensen van naam die ze gemaakt
hebben; ze zijn bruikbaar: u kunt er
uw goede wensen voor verwanten of
vrienden op schrijven (of ze daarmee
laten bedrukken) en als menukaart
tijdens uw feestdiner doen ze het ook
uitstekend; èn ze zijn voor veel kin
deren in de wereld van enorm belang
weet dat één Unicef-gulden voor tien
ondervoede kinderen elke dag een
flink glas melk betekent; dat tien Uni-
cef-guldens genoeg penicilline beteke
nen om vijftig kinderen te genezen
van framboesia, een tropische ziek
te die velen voor hun leven, verminkt;
dat honderd Unfcef-guldens genoeg
Sulphone betekenen om 25 melaatsen
drie jaar lang te behandelen en (als
het niet te laat is) te genezen; en dat
voor 2000 Unicef-guldens 'n klein ge
zondheidscentrum voor moeder en
kind kan worden ingericht. Unicef
doet wat met uw guldens niet voor
niets kreeg deze organisatie in 1965
de Nobelprijs voor de vrede! En niet
voor niets is prinses Beatrix erevoor
zitster van het Nederlandse Unicef-
comité.
Misschien stuurt u geen kaarten dan
is er voor u de Unicef-weekagenda,
formaat 17 x 19 cm, praktisch inge
deeld met veel ruimte voor aanteke
ningen en kleurrijk bovendien want
naast iedere bladzijde staat een kleu-'
renreprdÖuktie van een eerder uitge
geven wenskaart. Prijs f 7.50, ver
pakt in een kartonnen hoes, klaar
voor eventuele verzending. Een ca
deau waarmee u nu eens echt velen
een plezier doet. En wilt u hele
maal niets kopen, stuur dan maar uw
gift rechtstreeks aan Unicef, Banka
straat 128 Den Haag, giro 7515 of
geef u op als donateur. En wilt u we
ten wat er met uw geld gebeurt, abon
neer u dan op het Unicef-bulletin, een
tweemaandelijks geïllustreerd blad
van vier pagina's.
In ieder geval: doe iets! Want de mens
heid is aan het kind het beste wat zij
geven kan verschuldigd.
MOZES ZIET KANAAN
DEUTERONOMIUM 34
Mozcs beklom de top van de berg Nebo en de Heer liet
hem het hele land zien dat Hij aan alle stammen van
Israël zou geven.
„Dit is het land dat Ik je voorvaders heb beloofd. Ik heb
het jou met je eigen ogen laten zien voordatje sterft,".zei
de Heer tegen Mozcs.
Nadat Mozes gestorven was, luisterde het volk naar
Jozua, die wijs was en goed. Maar zij gingen een lange tijd
voor Mozes in de rouw. Er was nooit meer iemand als
Mozes in Israël, iemand die van aangezicht tot aangezicht
met de Heer sprak en die al de tekenen en wonderen deed,
die Mozes in de naam van de Heer had verricht.
Het moest er wel van komen: een ïfieu-
we kinderbijbel is op d.e markt versche
nen. Daarmee is geen woord kwaad ge
zegd van het boek onzer kinderjaren, de
tere bijbelbenadering van de meesterver
teller W. G. van de Hulst en al evenmin
van die van Anne de Vries en anderen,
die weer wat latere generaties aan de kin
derhand hebben meegenomen door het
land van de bijbel zij waren voortref
felijk. Maar daarmee is niet gezégd dat ze
op diezelfde manier genoten worden door
de kinderen van nu. Want of men het pret
tig vindt of niet: het kind Van nu is an
ders dan het kind van 50 jaar geleden.
Omdat het leeft in een andere tijd met an
dere gewoonten en andere opvoedingsme
thoden. De kinderpsychologie is in al die
jaren ouder en rijper geworden en daar
mee zijn er veranderingen gekomen in de
„aanpak" van het kind.
voor hun kinderen dè bijbel zoals die is: g-
de eigen sfeer en de eigen verteltrant van S
de bijbel en die dan overgebracht in de
eenvoudige taal van het kind. Een echte
kinderbijbel dus en dat is iets anders
dan een bundel bijbelse verhalen voor kin-
deren. Want zij geloven dat de waarde van
een dergelijke werkwijze ten aanzien van
de godsdienstige en culturele vorming van
de jeugd niet mag worden onderschat
Die werkwijze nu is toegepast door de
Engelse schrijfster en publiciste Anne Ed- «5
wards. Zij heeft „De nieuwe kinderbijbel"
geschreven, die eind 1967 in Engeland is
verschenen en daar een bijzonder gunstig 5»
onthaal heeft gekregen. Terecht, want het
is een juweel van een boek. En men kan
er dankbaar voor zijn dat de nv Gebr.
Zomer en Keunings Uitgeversmaatschap- 0
pij in Wageningen er heel vlot bij is ge-
weest om het? ook in Nederland op de
markt te brengen in een bewerking van
Marianne Jager (zuster van Okke), waarbij
dr. Okke Jager en pastoor J. M. E. Keet «3
medewerking hebben verleend.
Wat is dan het bijzondere van dit boek?
Dat de taal zo diéht aansluit bij de bijbel?
Ja en neen. Dat twee Engelsen, Charles
Front en David Christian, er meer dan 220 3;
voortreffelijke kleurentekeningen bij heb-
ben gemaakt? Ja en neen. Dat het boek zo
kleurig is als de „veelvervige rok" van
Jozef? Ja en neen. Het bijzondere is de >3
combinatie van dit alles, waardoor het
alles heeft van een modern kinderboek én
alles heeft van de waardigheid en sfeer
van de bijbel. „Fijn om te lezen, heerlijk -3
om naar te luisteren, een feest om te be-
kijken!" zo heet het op de omslag. Wie wil |jj
weten of het waar is geve dit boek zijn
kinderen in handen. De prijs van dit deel
(dit is het Oude Testament het Nieuwe 3;
Testament verschijnt eind volgend jaar)
bedraagt f 8,90.
Dat die nieuwere aanpak ook tot uiting
zou komen in de kinderbijbel is even ge
lukkig als vanzelfsprekend. Vele ouders
en opvoeders geloven niet meer in een om
zetten van de bijbel in „verhalen", hoe
goed die ook worden verteld. Zij willen
Twee bladzijden uit deze Nieuwe Kinderbijbel in kleuren ten
voorbeeld: het geïllustreerde verhaal uit het laatste hoofdstuk
van Deuteronomiumwaarin ons de dood van Mozes beschreven
wordt. Ir\ de bijbel is Deuteronomium 34 een aangrijpend hoofdstuk:
een eerbewijs van God èn van de schrijver aan deze grootste pro
feet" die Israël ooit gekend had en kennen zal, ,,daar hij immers
de Here gekend had van aangezicht tot aangezicht." Een hoofdstuk
ook, dat prachtig aansluit bij het voorafgaande: het loflied van
Mozes en de zegen die hij uitspreekt? over de stammen Israels.
Men oordele zelf hoezeer schrijfster en tekenaar er in geslaag^, zijn
sfeer en taal van de bijbel in deze bladzijden weer te geven. De
veelkleurigheid van het boek konden we u helaas bij deze weer
gave niet laten zien feit is. dat ook die er sterk toe bijdraagt, dal
deze kinderbijbel een juweel genoemd mag worden.
..Waarom heb ik genade gevon
den in uw ogen, dat gij mij kent.
daar ik een vreemde ben?"
Rhth 2 10b.
Onder ons mensen wordt zo vaak de
vraag gesteld: „Waarom moest dèt nu
in mijn leven gebeuren?" En dat is een
zeer goed te begrijpen vraag! Waarom
moest mijn kleine kind sterven? Waar
om moest mijn man verongelukken?
Waarom moest ik alleen overblijven,
want we hadden het samen toch zo
goed? Waarom moet ik nu al zó lang
ziek liggen? Waarom juist die of die
tegenslag in mijn leven, in ons gezin?
Wanneer we ook zelf de harde slagen
van het leven meegemaakt hebben, zul
len we ons e^ht niet boven hen verhef
fen, die met de waarom's in hun leven
zitten! In tegendeel! Ze zijn zó mense
lijk en van zelf sprekend!
Ma£r waarom dan al dat leed er is.
zo vraagt U? Een bekend en waar
rijmpje zegt: „Waren er geen zonden,
zo waren er geen wonden". De zonde
val, de zonden van ons mensen, is de
grond-oorzaak van alle leed! Maar moe
ten we dan één rechte lijn trekken van
uit een bepaalde zonde, die een mens
gedaan heeft naar de ziekte, de tegen
slag, die een mens overkomt? De mo
gelijkheid in deze bestaat wel: denkt U
maar eens aan het levenseinde van Ko-
rach, Datan en Abiram; denkt U maar
eens aan Ananias en Saffira, die wegens
hun leugenachtigheid, staande vóór de
apostel Simon Petrus, dood ter aarde
vielen; denkt U maar eens aan Geha-
zie en aan mensen, die door eigen zon
de de geslachtsziekte hebben veroor
zaakt! En welke nare gevolgen kan de
dronkenschap al niet hebben! Ander
zijds mogen we niet altijd één rechte
lijn trekken vèn een bepaalde zonde
naar het kwaad, dat een mens over
komt: denkt U maar eens aan Job; hij
verloor vrouw, kinderen, have en goed;
zijn vrienden redeneren veel té rechtlij
nig en menen dat Job nu toch wel iets
heel bijzonders op zijn kerfstok zal heb
ben. Wij weten, dat Job dit alles moest
meemaken, opdat hij beproefd zou wor-
Zittert' we met de vraag, waarom dit
of dat in mijn leven, dan dient er
enerzijds zelfonderzoek te zijn, door
welke zonden we de Heere bedroefd
hebben; Een grote zegen is het, als
dat zelfonderzoek ons tot waarachtig
berouw brengt over onze zonden! An
derzijds weten we dat de Heere slaat,
niet om ons, mense®, te plagen, maar
om zijn kinderen nader tot hem te
bréngen, óók langs de weg van tegen
slagen! Antwoord één van de Catechis
mus zegt het zo treffend: „Dat alle
ding tot mijn zaligheid dienen moet".
Dus ook de tegenslagen! En... de zalig
heid is mogelijk geworden, omdat er
bij de Zaligmaker verband gelegd is
tussen zonde en straf! Daarom sprak
Hij het „waarom" uit in deze beteke
nis op Golgotha's kruisheuvel: „Mijn
God, mijn God, waarom hebt gij Mij
verlaten?" Maar Christus onderging de
helse straf-aan <T.a. het kruis niet van
wege zonden die Hij zelf zou bedreven
hebben, maar vanwege Gode vijandige
mensen, vanwege zondaren! Om verlo
renen in zichzelf te verzoenen met God!
Zo dient er door ónze waarom's een
streep te komen en daarvoor dient in de
plaats gesteld te worden: WAARTOE"?
Met welke bedoeling kastijdt de Heere
mij? Antwoord: „Dat alle dingen tot
mijn zaligheid dienen moet!"
Van dit laatste wist ook die Moabie-
tische jonge vrouw Ruth te spreken.
Zeer vroeg haar man verloren en veel
ander leed overkwam ook haar! Onge
twijfeld heeft ook zij geworsteld met
het „waarom dit" en „waarom dat"?
Maar God is bezig om deze vrouw, die
lag onder het zegel der verkiezing, te
leiden van het „waarom" naar het
„waartoe" n.l. dat alle ding tot haar
zaligheid dienen moest! En daarom
leidt God haar uit Moab; daarom komt
zij tot de juiste keuze: „Uw volk is
mijn volk en uw God mijn God." Daar
om is het niet toevallig, maar door de
Heere Zelf zo geleid en beschikt, dat
zij op de akker van Boaz terecht komt.
Daarom buigt God het hart van Boaz,
zodat hij buitengewoon vriendelijk te
gen haar is en hij zegt: „Als U dorst
zo ga tot de watervaten." Maar Ruth
begrijpt al die „daarom's" van de
kant van de God Israëls niet: het is
voor haar allemaal veel te groot! Zij
kan het maar niet op, dat Boaz haar
zó liefdevol benadert, zodat zij ten te
ken van ootmoed voor hem ter aarde
buigt en als een zaak van de meest
grote verwondering uitroept: „Waarom
heb ik genade gevonden in uw ogen.
dat gij mij kent daar ik een vreemde
ben?"
Mocht ook U daar al eens bij bepaald
worden? Niet alleen: Waarom deze of
die tegenslag? Maar ook: Waarom is
die meerdere Boaz, de Heere Zelf, toch
zó goed voor mij, die niets verdiend
heb dan alleen maar de toorn Gods
vanwege mijn zonde? Waarom heb ik
genade gevonden in uw ogen? Daar
wordt ieder kind des Heeren bij be
paald en niet in het minst bij de eerste
doorbraak des geloofs!
Maar, zo vraagt U: „Wat is in de ge
schiedenis van Ruth de reden, dat zij
zich zó verwonderde?" Dat lezen we
ook in onze tekst n.l. „dat gij mij kent.
daar ik een vreemde ben!" Dat is dus
de oorzaak van de verwondering, dat
Boaz Ruth wilde kennen, contact met
haar wilde hebben, hoewel zij een Moa-
bietische was! Deze lijn wil ik graag
doortrekken naar het geestelijke leven:
„Wat is de oorzaak van de verwonde
ring in het geloofsleven?" Antwoord:
„Dat die meerdere Boaz, Jezus Chris
tus, mij kent, hoewel ik een vreemde
ben!" Dat Jezus nog contact met mij
wil hebben, hoewel ik in geestelijk op
zicht een Moabietische ben, zwart dooi
de zonde! Dat is de oorzaak van ver
wondering van al Gods kinderen!
Van harte bid ik U, lezer, toe, dat U
van het „waarom dit en dat in mijn le-
van" mag gebracht worden tot het
waartoe n.l. dat alle ding tot mijn za
ligheid dienen moet! Dat daarom Chris
tus Jezus moest lijden en sterven aan
het Kruis van Golgotha! Dat mensen
langs de weg van de erkenning van
ons vervreemd zijn van God door de
zonde, door de toepassing van de Hei
lige Geest geleid worden tot de verwon
dering over het gekend zijn van eeu
wigheid! En de eeuwigheid zal blijken
te kort te zijn om daarover „uit-ver -
wonderd" te raken! Maar... iets van dit
„waarom" der verwondering zal aan
deze kant van het graf gekend moeten
worden! Geve het de Heere, dat ook
aanstaande zondag door middel van de
bediening van het Woord (en het Heili
ge Sacrament van het Heilig Avond
maal in meerdere kerken) velen tot
het „waarom" der verwondering over
de goedheid des Heeren over schuldige
zondaren mogen geleid worden, opda
de Koning der Kerk verheerlijk
worde!
Veenendaal.
Ds. S. P. van Assenbergh.
t