1
ER ZIT MUZIEK
IN VEENENDAAL
Schupse muziek trad
in kroningsjaar 1898
voor eerste maal
°P
Marktkooplieden gaan in
Veenendaal meer betalen
Wie niet kon leren spelen
mocht meedoen in t koor
Bromfietser
overleed na
botsing met
personenauto
„Nu of nooit", dacht de smid Wouter Hendriks in 1897 en hij
klopte aan bij de D.S.-directie om de muziekinstrumenten
van het failliete fanfare-orkest in Renswoude aan te kopen.
Kroning
Op de fles
Animo
Huldiging
door
Adriaan P. de Kleuver
Malhe
?ur
Reveil
Prijsuitreiking
DINSDAG 10 DECEMBER 1968
iVAVWlWmWWWVNMV
i«n»m\»\\\\«u,x\\t»>H»nHmnnm\nnm«v
.i\\v<H«\otwvv\m\vv\wnuvH<tv\tHnti
Lier, aulus en Pausfluit waren de voorouders van alle tokkelinstrumenten van
een vleugel tot een gitaar toe en van alle houten blaasinstrumenten tot het ko
ninklijke kerkorgel toe. Altijd en overal trad de muziek binnen het rayon van
de menselijke geest. Of dat nu bij grootmeester Bach het geval was of bij de
Petrus Datheen-psalmen galmende gemeenschappen, bij Tsjaikowski toen hij
zijn ouverture 1812 op het plein voor de tsarqnburcht in Moskou dirigeerde
voor 6000 orkestleden, ja zelfs bij Indianenstammen uit het Amazonegebied
die nog nooit een blanke gezien hebben en tóch hun eigen muziekcultuur heb
ben. Overal muziek „alleen in het Veenendaal van 1897 was de muziek ver
stomd.
Het was een buitengewone belevenis
als eens een paar „Duitse poepen" met
hun koperklanken het stille dorp in
stuwden. Boze, deftige mannen, in hun
middagslaapje gestoord, zeiden dat het
Êelialsklanken waren.
Ergens op de rommelzolder van gros
sier Van Essen, een joden an in de
Hoofdstraat, lagen vergeten wat blaas
instrumenten en een paar trommels,
overblijfselen van een prille poging om
een muziekvereniging op te richten.
Oude Jan Middelhoven wist zich daar
over nog wat te herinneren. Hij noem
de een paar namen: Van Wijk „ui 'de
straot" en zekere Schaap, óók een jo-
denman, en idem dito Freyda en dan
nog Van Essen van de koloniale waren.
Jan had het wel eens over ,,'t muziek
van vroeger".
Het was vreemd dat die instrumen
ten zo lang stommetje bleven spelen.
Niemand dacht er aan toen er weer po
gingen werden ondernomen voor oprich
ting van 'een muziekvereniging. Die in
strumenten bij Van Essen kwamen eerst
véél later op de proppen.
Ineens was er weer „muziek" in Vee
nendaal. In 1898 daverde Veenendaal
van het muziekgedruis. 't Schupse mu
ziek presenteerde^ zich voor de eerste
maal. Er was een -.vermaarde fanfare
gekomen, de Marburger Uniform Ka
pel (Did.) met directeur Anton Schaub
en ook de Rhenense muziekvereniging
kwam een duit in het zakje doen. Er
was een fiks zangkoor uit de grond ge
stampt en dat allemaal ter ere van-de
18-jarige Oranjeprinses die als Wilhel-
mina de Grote vijftig jaar later de
schepter aan onze koningin Juliana zou
overdragen.
Trots als pauwen met vliegend
vaandel en slaande trom stappen de
mannen van de Schupse fabriek het
fabriekshek uit. De hele fabriek had
al een jaar lang op haar grondvesten
staan dreunen en 's avonds, als het
in het repetitielokaal heet was en er
„gelucht" werd, dan stonden weieens
mensen te luisteren naar het fabrieks-
personeel dat ook zong als lijsters.
Daar bij „de firma" werd in alle
stilte (nou ja: stilte...) iets bekok
stoofd.
Nu mag men praten wat men wil,
maar het was altijd zo dat wat wij
nu als Scheep jeswolfabriek kennen, het
bedrijf dat officieel de firmanaam voert
van N.V. Koninklijke Veenendaalse Sa
jet- en Vijfschachtfabriek v.h. Wed. D,
S. van Schuppen en Zoon, steeds op
voorbeeldige wijze de plaatselijke cul
tuur gediend heeft.
Wij willen niets af of toe doen aan de
belangrijke andere muziekmakende of
zingende verenigingen men zal straks
bemerken dat schrijver het standpunt
„gelijke monniken; gelijke kappen hul
digt als gangmaker en ook als oud
ste nog bestaande muziekvereniging
moet in de eerste plaats de Scheepjes-
wolharmonie genoemd worden.
Men praat wel eens smalend over het
feit, dat Veenendaal geen cultuur be
zit; dat alles hier om de commercie
draait; dat men alles wat met de men
selijke geest, in verband staat torpe
deert met tot dat doel niet bestemde
bijbelteksten, maar wie dat zeggen
kénnen Veenendaal niet.
Zeker, men had het vroeger als mu
sicus en schilder niet gemakkelijk. Een
echt Veens smoesje was altijd ,,'k Heb
er het geduld niet voor..." Met andere
woorden wilde men je toch duidelijk
laten weten dat „ze" dat allemaal ook
wel konden. Ze hadden er gewoon geen
zin in... toe maar, zo dacht je dan.
Renswoude bezat vór 1897 al jaren
lang een fanfareorkest. Maar het ging
de vereniging niet naar den vleze en
ze ging op de fles. Nu liepen in Veenen
daal mensen, en vooral een smid van
D.S., die verwoede muziekliefhebbers
waren. Die werkten op het bedrijf van
de erven van de Weduwe D. S. van
Schuppen en die smid heette Wouter
Hendriks. Toen hij dat van Renswoude
hoorde dacht Wouter: „Nu of nooit!"
Hij trok de stoute schoenen aan, klop
te aan bij de directeuren en ja, men
voelde er voor die muziekinstrumen
ten van Renswoude te kopen. Wouter
moest maar eens gaan informeeren
naar de prijs.
Er was al eens op de fabriek over
een eigen muziekvereniging gesproken,
maar die droom zou wel nooit werke
lijkheid worden, zo dacht men. En nu
werd het het gesprek van de dag. Het
goede bericht dat Wouter Hendriks
meebracht werd met gejuich ontvangen.
Diezelfde avond gingen een paar en
thousiastelingen al naar Renswoude,
er werd gepraat en gepingeld en het
resultaat was dat „de firma" de instru
menten kocht.
Ze kwamen in het kantoor te liggen
en te staan. Iedereen wilde die tuters
wel eens bekijken, 't Jonge, wat een
knapen waren er bij. Er waren er die
ze eens „probeerden" maar veel meer
dan een hartverscheurend geblèr werd
het niet. Een paar arbeiders bleven
maar rond die instrumenten heen draai
en. Die waren uit 't goeie muzikanten
hout gesneden en dat moest ook. Er
waren wel instrumenten, maar geen
muzikanten... en,die moesten er komen.
Wouter Hendriks informeerde links
en rechts of er gegadigden voor ,,'t
muziek" waren. Zo goed als de helft
van de arbeiders voelde er wat voor.
Animo genoeg dus. Maar er doemde
een nieuw punt van overweging aan de
horizon: Wie moest ze leren blazen?
Veenendalers plagen graag - én hoe! -
en er zeiden er een paar: „Wout, jij
het ut angehaold en knap jij 't maor
op".
Maar onze Wouter was zelf een leek
en zo moest er een kundig dirigent ko
men.
Ze stapten op de trein naar Amers
foort en klopten aan bij de kapelmees
ter van ,,'t vijfde". Dat moest een hele
goeie zijn. Na wat over en weer ge
praat voelde adjudant-kapelmeester G.
Bikkers er wel wat voor mensen met
zo veel enthousiasme bezield vooruit te
helpen. Bikkers werd al spoedig een
geziene gast in Veenendaal. Ieder ken
de al spoedig de kleine, vlotte militair
uit Amersfoort die zijn wekelijkse tocht
met de trein naar Veenendaal maakte.
Hij had niet getekend op zo'n belang
stelling. Op aanraden van de dirigent
ging de directie van D. S. er spoedig
toe over wat klarinetten aan het instru
mentarium toe te voegen. De fanfare
van Renswoude werd getransformeerd
tot een volwassen harmonieorkest. En
dat bleef het tot de dag van vandaag.
De repetities werden gehouden in de
oude Sociëteit achter het huis van dok
ter Willemsen aan de Nieuweweg. Bik
kers was een hard man als het de mu
ziek betrof, en velen gaven het' al gauw
op. Dat viel toch maar bar tegen. De
overgeblevenen wist Bikkers evenwel
bij elkaar te houden en voor de rest
wist hij ook raad.
„Wie niet kan blazen, die moet maar
zingen", zei hij op een goede dag", we
zetten een zangkoor op poten en... de
dames mogen ook mee doen".
En zo gebeurde hei. Het zangkoor
van D.S. was uit de nood geboren. Bik
kers kreeg er op de koop toe de taak
van zangleraar bij. Het was hem alle
maal toevertrouwd en het resultaat kon
men reeds een jaar later met stomme
verwondering beluisteren.
Op mijn tafel ligt voor mij een zeld
zaam boekje. Een feestgids, maar een
bijzondere. Een uit 1888. uitgegeven ter
gelegenheid van de Inhuldigingsfeesten
van de jonge koningin Wilhelmina. Een
zelfzaam boekje waarvan er misschien
nog 2 of 3 bestaan. Bij het doorbladeren
blijkt alweer dat Wouter Hendriks één
van de stuwende krachten was. Hij had
zitting in de cómmissie van de feeste
lijkheden onder voorzitterschap van G.
W .H. M. van der Kaay, bij de oudere
D.S.-ers nog welbekend.
Wouter Hendriks had ook zitting in
de optocht commissie, hij was voorts
trompetter van de herant J. C. Kroes-
De Koninklijke Scheepjeswol-har
monie is ook in het Olympisch
Stadion te Amsterdam geen onbe
kende. Op de foto de harmonie in de
rust van de wedstrijd BenficaReal
Madrid.
De Scheepjeswol-harmonie ver
eeuwigd in 1923 bij de herdenking
van het 25-jarig regeringsjubtieum
van H.M. Koningin Wilhelmina.
De zangvereniging die ontstond nadat
er zich te veel msnsen hadden aange
meld voor het muziekkorps van de
D.S.
bergen en wij vinden hem onder de
programma's ook als „componist" ver
meld.
Een bijzonder veelzijdig man dus. Maar
bovenal een rasmuzikant. Op de grote
dag, het was op woensdag 7 sep
tember 1898 luidden om 7 uur 's mor
gens de klokken van de kerk op de
markt en daarna werden in de kerken
bijeenkomsten belegd om 9 uur. Even
een uur van bezinning en toen brak het
feestgedruis los.
Het grote moment voor de muzikan
ten van D.S. brak aan. Wie zal de
zenuwachtigheid van deze mensen bij
benadering kunnen schetsen. De vuur
doop moesten ze ondergaan. Eerst was
mei een plechtig gespeeld Wilhelmus
de oud-Lombokstrijder Piet van Wake
ren in de Sociëteit gehuldigd (hij woon
de in het straatje dat nog altijd naar
deze man de volksnaam 't Lombok
heet en nadien (1898) herdoopt werd als
Wilhelminastraat, maar wij zeggen
toch nog eenvoudig dat die en die „op
't Lombok" woont.
Daarna marcheerde het korps naar
het gemeentehuis met Piet van Wake
ren als middelpunt. De directie van
D.S. had deze optocht aangeboden. Re
ken er op dat héél Veenendaal op de
been was om ,,'t Scheefje muziek" te
horen en te zien. Te zien was er niet
veel anders dan de glimmende instru
menten. Uniformen had men nog niet
en onze Veenendaalse muzikanten zul
len wel met lede ogen gekekeen hebben
naar de geüniformeerde Marburgers
die er stuk voor stuk als generaals bij
liepen.
Van het gemeentehuis ging het naar
de Markt waar de Wilhelminaboom ge
plant werd. Die linde staat er nog even
eenzaam als altijd. Daarna in optocht
met de schoolkinderen naar het feest
terrein aan de Kanaalwég. Daarmede
was het muziekkorps van D.S. die mor
gen al drie keer opgetreden!
Het is opmerkelijk dat de liederen
die de schoolkinderen toen zongen tot
voor kort nog dezelfde waren. Nóg
waakt iedere jongen steeds voor Ko-
De Scheepjeswol-harmonie ge
fotografeerd in 1913 op Onafhan
kelijkheidsdag. Bovenste rij v.l.n.r.:
W. van Barneveld, G. Smits, L. Vee
nendaal, D. Hendriks, F. Leppers,
M. Diepeveen, H. Septer, Van Hunen,
G. Schoeman.
Tweede rij v.l.n.r.: Stuyvenberg,
B. Hok, J. Oosterbeek, Kroes, P. van
de Bovenkamp, W. Hendriks, direc
teur Bikkers, M. Hendriks. H. Bruis,
C. de Gooyer, A. Achterberg, R. van
Beek en J. van de Bovenkamp.
Derde rij v.l.n.r.: S. Schoeman, C.
van Eden, A. van de Bovenkamp,
Ant. Diepenveen, H. van de Weerd-
hof, H. de Ruiter, H. Kroesbergen,
G. Schoonderbeek, J. Mulder, J. van
Barneveld, G. Muller, C. van de Lust-
graaf, G. van de Heuvel, Bolderman,
E. Veenhuis, C. Schoonderbeek en
A. van dè Weerd.
ningin en Vaderland mee. U weet wel!
Met die moeilijke passage... één-twee-
„Voor Koningin en Vaderland" waar
alle volkszangleiders in het verleden
hun nek haast over gebroken hebben.
Veenendaal bezat toen al wel een
muziekonderwijzer, J. F. Smit, die
viool- en pianoles gaf aan een viertal
kostscholen in ons dorp.
Want hóé gek het ook moge klinken,
op schoolgebied sprai Veenendaal een
woordje/ mee. Een flinke jongenskost
school was die van mijnheer Hoxel op
de Markt. Ze stond op de plek waar
nu de Hema gevestigd is. Over dat
exclusieve schoolwezen van Veenendaal
volgt binnenkort meer. Op het van ouds
reeds bekende feestterrein aan de Ka-
na al weg concerteerde het Veenendaalse1'
Muziek- en Zanggezelschap D.S. 's mor
gens om 5 uur. Het waren marsen, lie
deren uit operettes, walsen en polka's.
En niet eens zulke gemakkelijke. In
korte tijd was reeds heel wat bereikt.
In de pauze dan trad het zangkoor
op. In het programma lees ik letter
lijk: „De Pauze zal worden aange
vuld door de uitvoering van enige
nommers door het zanggezelschap
D.S. voor meld, waarbij zal worden
uitgevoerd het Kroningslied van onze
dorpsgenoot R. G. Bos (Muziek van
G. Bikkers), 'k Had er wat voor over
die muziek in te mogen zien. De
tekst bestaat nog gedrukt en wel.
Rut Bos! Welk een figuur, die mees
ter van de Openbare School, die volks
dichter bij uitnemendheid was, graag
met beide ogen in één glaasje keek
(dat bemerkte je eerst als zij de hele
klas urenlang liet zingen) en kon zwem
men als een rat. Dichten deed hij zo
voor de vuist weg. Hij raakte eens op
kwade voet met dominee Jongebreur
en stapte wat onvast op een regenavond
onder een grote paraplu verscholen de
Markt op^ belde bij de pastorie aan en
zei tegen het wat ontdane dienstmeis
je: „Ik heb een groot malheur aan do
minee Jongebreur'.
Ach,. Rut Bos stond in feite boven
de massa. Die schreef over de liberale
staatsman jonkheer W. A. de Beaufort:
„Zijn naam, hij staat gegrift, in eer,
deugd en verdraagzaamheid, met ene
gouden stift." Dat is ók een stukje Vee
nendaalse volkshumor. Helaas hebben
ze in een onbewaakt ogenblik bij D.S.
al die oude muziek in de kolomkachel
verbrand.
Die eerste feestdag werd besloten
door een concert van de Rhenense Mu
ziekvereniging onder de eminente lei
ding van A. C. Moinat. De naam Moi-
nat zal in Rhenen menige gevoelige ziel
laten trillen. De ouderen weten wat dit
voor een musicus geweest is. Na Klim
merboom heeft de Cunerakerk nooit
meer een organist gehad als hij. Hoe
moet juist Moinat de grote ramp die
Rhenen in 1897 trof had, de torenbrand,
waarbij dat meesterlijke Leichelorgel
verwoest werd, aan den lijve gevoeld
hebben, staande bij een hoop gesmolten
tin.
Een jaar later leidde deze beroemde
dirigent in Veenendaal zijn in die da
gen eveneens vermaarde Rhenense Mu
ziekvereniging. Tijdens dit concert werd
het feestterrein rondom in Bengaals
vuur gezet. Zo'n oud boekje doet écht
een boekje open over het Veenendaal
van toen.
De historische optocht had de dag
daarop hoe kon het er af: twee da
gen feest! niet veel om het lijf.
Wouter Hendriks was met de herant
en zijn twee pages 's morgens weer
rondgegaan. De historische taferelen be
stonden merkwaardig genoeg uit slechts
twee vorstelijke personen met hun ge
volg: bisschop David van Bourgondië
met 14 hellebaardiers en turfgravers
(door de VSW verzorgd) en Koning
Willem III met twee adjudanten geze
ten in een boot (aak!) bemand met
stuurman en matrozen. Dat laatste be
greep ieder: het bezoek aan het door
watersnood geteisterde Veenendaal in
1855. Met de vader van de jonge konin
gin waren de Veenendalers echt wel een
beetje gek!
Hoe goed begrepen diezelfde Veenen
dalers dat het aan het initaitef van
bisschop David toen hij in 147 opdracht
gaf de grift naar Veenka te graven te
danken was dat ons dorp er kwam.
Beter dan in 1949 toen men meer zag
in een grondspeculant die in feite met
het Rhenense Veenlo niets van dien
had, maar slechts opereerde in de
Prattenburger venen onder Rhenen en
eerst na veel vijven en zessen toegela
ten werd tot de Veengenoten en het
nooit heeft beleefd dat zijn Schoonbeek-
se grift, van Emmikhuizen naar de Lun-
terse beek gegraven werd verbonden
met bisschop Davids schepping. Alléén
die bisschop mag men de man van het
eerste uur noemen.
Maar goed, de rest van de wagens
waren aan allegorie gewijd (de Machi
nale Sajetfabriek D. van Woudenberg
met de Nederlandse maagd omringde
de elf provincie-maagden om het zo
maar eens te zeggen) en... reclame.
In dé optocht liepen die Marburgers
mee en vanzelf onze eigen harmonie
D.S. Uit dit boekje weten wij dat de
harmonie annex zangvereniging uit...
85 leden bestond. Je zou zeggen dat de
hele fabriek muziek maakte of zong.
Er volgde 's avonds nog eèn groot con
cert door de Marburger Uniform Kapel
en' twee voor Veenendaal enerverende
dagen werden besloten met een „groot
en schitterend" vuurwerk, zoals dat dan
in vaktermen heet.
oorspronkelijk fotograaf, bracht het ver
in de muziek. Mede door zijn bemin
nelijk karakter -werd Jan Knijff een
waardig opvolger van Bikkers. Met dat
al bracht D.S. vele muzikale zegenin
gen in ons dorp.
Een gevaarlijke ziekte maakte een
einde aan de zo succesvolle loopbaan
van dirigent Bikkers.
De zangvereniging was een gemengd
koor. Ongeveer veertig meisjes uit het
bedrijf zongen mee, maar vreemd ge
noeg liep in de loop der jaren het .aan
tal damesleden terug en maakte Bik
kers er een mannenkoor van. Hij kreeg
in 1924 als opvolger de onder-kapel
meester A. L. Maas van ,,'t vijfde"
uit Amersfoort, een klarinettist van
klasse, maar ook een buitengewoon op-
vliegerig man.
Slechts één jaar hield hij het uit,
doordat hij op Koninginnedag 1925 de
boel finaal in de soep liet lopen. De
aan de rustige Bikkers gewende muzi
kanten waren zo verbolgen dat ze hem
wel in de vaart hadden kunnen gooien.
Maas kwam niet meer terug en de di
rectie legde het orkest een flinke straf
op wegens dit onbeheerste optreden. Een
tijd lang moest men voortsukkelen met
eigen krachten. Eerst trad J. Bruis en
later Wouters Hendriks als hulpdirigent
op.
Maas breidde de klarinetten bezetting
sterk uit, wat van een klarinettist van
zijn klasse niet te verwonderen was,
Het zangkoor werd van de baan ge
schoven; wie er idee in had moest maar
bij de harmonie gaan.
Overziet men dit objectief, dan wa
ren die maatregelen van dirigent Maas
nog zo gek niet. Jammer dat die ruzie
er kwam. Zoiets is nooit goed voor het
goed functioneren van een vereniging.
De directie stond in feite achter de
dirigent.
Voor een leerling „de straat opging"
werd hij eerst getest. Hij moest behoor
lijk de inzet van een mars kunnen bla
zen. De „oude rotten" waren er zeer
Indien wij de oude Veenendalers mo
gen geloven heeft Veenendaal nooit zo'n
feest meer meegemaakt. Er was van
standverschil geen sprake en dat wilde
voor 1898 wel wat zeggen! Midden in de
nacht bonkten de tamboers van D.S.
bij he»t gat waarin de Wilhelminaboom
geplant zou worden het halve Veen uit
de veren en danste men er hand in
hand omheen onder een heldere sterren
hemel.
Willem de Vries vertelde dat het over
dag zó heet was dat hij op de esterikken
van de keukenvloer een „tukje had ge
daan" en bij het wakker worden ont
dekte dat zijn hele profiel „in zweet" op
de grond aftetekend stond.
Jan Middelhoven (de oude!) wist nog
dat de hardste boerenkinkels uit het
Rauweveld zelfs met grote oranjestrik-
ken op liepen. Menigeen 's avonds ge-
tatoueerd thuis kwam.
Dat waren in Veenendaal altijd zo'n
beetje de na-weeën van een voorspoe
dige feestdag.
,,'t Muziek van D.S." was in de open
baarheid getreden en'het was de bevol
king van Veenendaal best bevallen.
Toen kreeg D.S. opnieuw een kans zich
te laten horen. Het zat eigenlijk zo
mooi. In Transvaal woedde een oorlog
waarin het dappere Boerenleger de
strijd opnam tegen Engeland. Het zal
gelegen hebben aan de verwantschap
met de Nederlanders dat D.S. op 16 de
cember 1899 een concert ging geven
waarvan de baten geheel ten goede zou
den komen aart de Nederland-Zuid-Afri
ka Vereniging. Het concert werd ge
geven in het tot concertzaal omgetover
de „omwerkershok" op het fabriekster
rein van D.S. Deze geïmproviseerde
„zaal" liep stampvol; de vloer kraakte
onder het gewicht!
Blikkers had in Veenendaal een
complete omwenteling teweeg ge
bracht. Naast zijn functie als dirigent
verzamelde hij een grote leerlingen
kring rond zich.
Het voorbeeld van de D.S.-ers vond
ook in de huiselijke kring navolging.
De meeste burgers „ui 'de straot" had
den wel een piano of een harmonium.
Er werd hevig gestudeerd en omdat
Bikkers een uitmuntend violist was
deed ook de viool zijn intrede in de
huiskamer. Maar de resultaten van dat
alles waren pover. Alléén Jan Knijff,
op gebrand dat die jonge maatjes me^»
liepen. Bij de traktaties leverde dat ex
tra „maatjes "op, want de borrels weir-
den voor die brodejes meegeteld e*
kwamen „ten goede" aan de rest!
Ferdinand de Goey leidde vervolgen»
vanaf 1925 het orkest en dat ging toeai
niet onverdienstelijk. Vooral de uitvoe
ringen in 1930 voor de NCRV-microfoon
genoten bekendheid. Op dezelfde avon
den concerteerde de destijds zeer goede
zangvereniging „Excelsior" onder lei
ding van Henk .Heuterman. Dit gemeng
de koor, dat uitvoeringen van Hay dn»
„Die Schöpfung", etc., gegeven heeft,
overleefde de crisisjaren en de tweede
Wereldoorlog niet.
Tijdens de mobilisatie 1939-'40 maak
te het muziekkorps wederom een diep
tepunt mede. Veel muzikanten moesten
in dienst en na de inzinking na vijf
bange oorlogsjaren begon men opnieuw
met nog slechts achtentwintig muzikan
ten. Het is nadien nog een keer zo ver
gekomen dat men zich afvroeg of het
zin had door te gaan. Men kwam het te
boven en in 1950 werd voor een korte
periode Lucas Oordijk dirigent. Deze
uitmunteende musicus was hoornist van
het Utrechts Stedelijk Orkest.
Dan, in 1952, vangt een nieuwe perio
de van bloei aan met de komst van de
nieuwe dirigent M. de Graaf, de mar
kante oud-kapelmeester van de Prins-
Bernhard Kapel. Met deze dirigent wer
den buiten onze gemeente talloze evene
menten muzikaal verzorgd. Het was een
lust voor het oog de muzikanten op
de weg te zien, want naast goed blazen
vond dirigent De Graaf het belangrijk
dat het korps perfect marcheerde. In
1958 waren er 75 werkende leden, waar
van 30 in de drumband.
Na dirigent De Graaf volgde H. W.
A. Warnas, kapelmeester van de Lucht
machtkapel, die thans nog de leiding
heeft.
Betrekkelijk recent is de toevoe
ging van een majorettenkorps aan het
muziekgezelschap.
VEENENDAAL De marktkooplie
den zullen, indien de raad het met het
college eens blijkt, vanaf 1 januari
1969 meer moeten betalen voor het hu
ren van een kraam, of het innemen
van een standplaats op de markt in
Veenendaal. De tarieven worden door
de voorgestelde maatregelen ongeveer
45 pet. hoger.
Het college becijfert voor 1969 een
tekort op de exploitatie van de markt
van f 7.865. Door de tarieven te verho
gen wil men dat tekort terugdringen
tot ongeveer f 3.000,-. De marktgelden,
die nu f 10.000,- per jaar opbrengen
zullen volgend jaar een opbrengst kun
nen hebben van f 14.500,-.
Voor kramen moet in januari in
plaats van f0,35 per m2 f0,50 betaald
worden. Op de grond liggende waren
gaan de verkoper in plaats van f 0.95
per 3 m2 of minder fl,25 kosten. Elke
vierkante meter meer gaat in plaats
van een kwartje f 0,40 kosten. Stand
werkers betaalden tot nu toe voor de
eerste drie vierkantemeter f 1,25, dat
gaat een rijksdaalder worden. De vol
gende .vierkante meters, die tot nu toe
f 0,40 kosten komen op twee kwartjes.
Schapen, lammeren, bokken, geiten en
biggen, waarvoor nu drie stuivers per
stuk betaald moet worden, komen in
januari op een kwartje.
De voorstellen van het college zijn
genomen na overleg met een commis
sie ad hoe. De vaste marktcommissie
stelde een wijziging in' het voorstel
voor, waardoor het voor kraamtarieven
wat gunstiger zouden komen te liggen.
Dit zou de gemeente per jaar f 1.000,-
kosten. Dat vindt het college te veel en
daarom blijft het bij zijn voorstel, zo
als hierboven gemeld.
VEENENDAAL In hei Julianazie-
kenhuis overleed gisteravond de 17-ja
rige N. G. van Doorn uit de Zandstraat
te Veenendaal aan verwondingen die
hij een uur tevoren had opgelopen bft
een verkeersongeluk op de Buurtlaan-
oost.
Het slachtoffer botste met zijn brom
fiets tegen de personenauto van de heer
C. M. M. uit Ede. Uit verklaringen van
de automobilist en getuigen is gebleken
dat van D. geen gebruik maakte van het
ter plaatse aanwezige fietspad en slipte
bij het remmen voor een rechts
van de weg geparkeerde vrachtwagen.
Daardoor kwam hij op de linker weg
helft terecht met het bovengenoemde
ernstige gevolg.
ELST Morgenavond vindt de ver
loting en prijsuitreiking plaats van de
St. Nicolaasactie van de contactgroep
van Elster winkeliers.
Een en ander is gepland fci de
ziektent in Eist.