Een uit Frankrijk gevluchte Hugenoot was één van hun
voorouders en vormt de schakel met ons Huis van Oranje
TIENTALLEN IN VEENENDAAL EN
IN RHENEN HEBBEN DEZELFDE
STAMVADER ALS DE KONINGIN
t
iri.
Wie was
Jeanne
de Coligny?
„Perspectief'
had gasten
uit Diemen
door
Adriaan P. de Kleuver
LELVVELD
Eeuwig
Contacten
HOOLHORST
Kamerheer
Blauw bloed
DOLDEREN
Getuige
Beurs
SANDBRINK
Schoenmaker
Belt u dan «ven a.u.b.
v".3™; 11079
Pagina S
DINSDAG 14 JANUARI 196»
'T ZIJN DOODGEWONE MENSEN
MAAR ZE HEBBEN BLAUW BLOED
In het verleden is een gruwelijke moordpartij tot stand ge
bracht door de influisteringen van uit haat geboren
machtsvertoon van een heerszuchtige vrouw die haar eigen
zoon tot massamoord aanzette op beschuldiging dat de
tegenpartij het op zijn leven gemunt had. Dat was nu juist
de gemene leugen. De mensen waar het 0111 ging waren
er juist van doordrongen dat de jonge vorst koning over
ze zou zijn. Deze wrede moeder zag met eigen ogen de
worsteling die haar zoon doormaakte omdat hij dat niet
van zijn vrienden aan kon nemen. Nu had die koningin een
héél slechte raadgever, een kardinaal, die meende God
•en dienst te bewijzen zijn kerk „zuiver" te houden. Maar
persoonlijke haatgevoelens dreven ook deze prins der
kerk. Geheel onder de druk van de kardinaal staande be
gon de boosaardige vrouw de geest van haar zoon om te
buigen. Zij begon óók te denken dat ze een werktuig in
Gods hands was om de kerk een dienst te bewijzen. Als
in veel van zulke gevallen verliest de mens dat waar het
om gaat uit het oog en stelt dogma en kerk in de plaats
van de Schepper. Dan gaat het zowel in het klein als in h$t
groot glad mis. Zelfs hooggeplaatste personen denken
dan primitief en in ons geval speelden wraakgevoelens een
hartig woordje mee. Een wankelmoedige zoon ging door
de knieën.
Het wordt tijd dat wij namen gaan
noemen. Het land was Frankrijk en de
strijd ging tussen kardinaal De Guisse
als vertegenwoordiger van de roomse
kerk en admiraal De Coligny als leider
van de Hugenoten. De vrouw in het
spel was de beruchte Maria de Medici
en haar zoon was Karei IX koning van
Frankrijk. Het bloedige toneel was de
stad Parijs, waar in de nacht van 24
op 25 augustus 1572 de ontstellend ver
schrikkelijke „bloedbruiloft" plaats
vond.
De éérste die op beestachtige wijze
vermoord werd was admiraal Gaspard
de Coligny. Iedere belijder van de ge
reformeerde leer wordt geacht deze
man te kennen, ja iedere Nederlander
moet zijn naam van de schooljaren ken
nen want van hem stamt in rechte lijn
onze vorstin en haar huis af. De doch
ter Louise de Coligny was immers de
vierde echtgenote van prins Willem
van Oranje!
Wat niet zo algemeen bekend is, is
dat de zoon Frangois de Coligny met
zijn zuster Louise naar Zwitserland
vluchtte en later in Frankrijk eerher
stel kreeg toen men zich bewust werd
wat een ontstellend leed men goede
Franse burgers had aangedaan.
Frangois de Coligny bleef overtuigd
Hugenoot en zijn zoon Gaspard werd
later officier in het leger van zijn oom
prins Maurits. Deze jonge Gaspard III
de Coligny smaakte het genoegen dat
men het eens zo gehate geslacht volle
dig in de grafelijke waardigheid her
stelde, ja zelfs het oude goed Chatillon
sur Loing tot hertogdom verhief en de
graaf De Coligny dus hertog De Cha
tillon sur Loing werd.
In 1598 kregen de Franse protestan
ten dan nog grote vrijheden door het
GUlCHENONJaCHASTlLlON
Het wapen van het geslacht Gui-
chenon de Chastillon werd aangeno
men nadat Lodewijk XIV de goederen
van De Colligny's aan dit roemruch
te geslacht vervreemdde. Op fijnzinni
ge wijze heeft Zacharias de Chatillon
toen de attributen van zijn over-groot-
vader Gaspard de Coligny in zijn wa
pen verwerkt. De grote reformatie
heid was admiraal van Frankrijk en
zo plaatste hij vier gouden ankers in
eenkruis en daarop de ordetekenen.
Zéér zinvol en sprekend.
beroemde Edict van Nantes. Men meen
de het zó goed dat het een „eeuwig
edict" werd. Maar de „eeuwigheid"
van mensen duurt maar zo'n klein
poosje. Nog geen honderd jaar later,
in 1685, liet de protserige Zonnekoning
de eeuwigheid beëindigen en de edelste
en beste zonen van Frankrijk vluchtten
het land uit.
Onze lage landen bij de zee werden
de toevluchtsoorden voor duizenden re
fugees. Onder hen was een zoon van
de nieuwe due de Chatillon sur Loing.
De enige nog in leven zijnde zoon. die
onder de naam Guichenon de Chastillon
zijn vaderland verliet. Het was Zacha
rias Guichenon de Chastillon die ais ge-
neraal-majoor zijn land gediend had.
Guichenon was een aangehuwde
naam en Chastillon de oud-Franse
schrijfwijze, reeds bekend uit de vijf
tiende eeuw.
In ons land klopte hij aan bij zijn
verre neef prins Willem van Oranje,
onze roemruchte stadhouder Willem
III. Deze heeft de Franse generaal-ma-
joor alle kansen gegeven zich in te le
ven in de Nederlandse, dus Staatse mi
litaire dienst. Hij begon als kapitein in
de provincie Friesland en klom in zéér
korte tijd op tot de rang van generaal-
majoor met als garnizoenen Asperen,
Maastricht en Den Haag.
In Frankrijk ging alles mis. Toen
v*ijn jongste broer Henry de Chatillon
sur Loing op 9-jarige leeftijd stierf wa
ren er in Frankrijk geen mannelijke
De Coligny's meer en de Hugenotenha-
ter Lodewijk XIV liquideerde onmid
dellijk het hertogdom Chatillon sur
Loing en maakte het daardoor voor de
uitgeweken Zacharias als énig overge
bleven lid van het door de roomse kerk
geconfisceerde geslacht De Coligny on
mogelijk ooit nog in zijn vaderland een
positie van enig belang te bekleden. Er
bestond geen hertog van Chatillon sur
Loing meer.
Met onze trouwe Hugenoot die zich
aan de zijde van de prins van Oranje
schaarde waren al die andere mensen,
berooid en arm in ons land opgenomen.
Veel gingen naar Zuid-Afrika, naar de
Kaapkolonie; velen vonden een baantje
in onze grote steden.
De invloed van deze Franse vluchte
lingen op onze samenleving bleef niet
uit. Grote kunstenaars, officieren en
mensen met enorm zakelijk inzicht
vooral hebben mede de ziel van ons
volk gevormd.
De „onttroonde" hertog van Chatillon
sur Loing, die onder de naam Guiche
non zijn land uitkwam, zich naar Maas
tricht begaf en vandaar de weg naar
zijn familieleden in de Nederlanden
vond, had veel voor op anderen. Zijn
vader Gaspard III de Coligny had in
Den' Haag gewoond waar vanzelf nóg
wel contactadressen te vinden waren.
Zacharias vluchtte met 'n zoon en
twee dochters, die beiden in Den
Haag huwden in de Waalse kerk.
Van zijn eveneens in het Staat
se leger dienende zoon Joseph
Guichenon de Chatillon zijn geen
andere gegevens bekend dan dat
hij op 33-jarige leeftijd in 1713 in de
Waalse kerk te Breda huwde met
„Mile Jeanne Henriëtte Tiseneuse en
dat hij te Lyon geboren was. Het is
dus wel zeker dat vader Zacharias uit
Lyon afkomstig was.
Zacharias Guichenon de Chastillon
hertrouwde te Den Haag op 5 maart
1694 met de te Genève geboren Anna
Maria d'Ivoy, dpchter van de ver
maarde vestingbouwer Maximiliaan
Louis d'Ivoy, ingenieur van het korps
Genie ten dienste van de Republiek der
Verenigde Nederlanden en door het feit
dat hij de vestingwerken voor de stad
Genève bouwde tot ereburger van die
stad benoemd. Hij is de stamvader van
het bekende geslacht Genlis gezegd
d'Ivoy, dat later met de titulatuur ba
ron in de Nederlandse adelstand verhe
ven werd. De afstammelingen bewonen
nog steeds het kasteel Rozendaal bij
Arnhem.
Generaal-majoor Zacharias Guiche
non de Chastillon werd in ons land door
zijn afstamming in de hoogste kringen
opgenomen. Het tweede huwelijk de
naam van de eerste echtgenote is niet
bekend werd gezegend met negen
kinderen, waarvan zeven jongens wa
ren.
De zoon Maximiliaan was luitenant
kolonel in Staatse dienst, maar door
zijn vele dienstreizen liet zijn rooms
gebleven vrouw de tijdens zijn afwe
zigheid geboren kinderen clandestien
dopen in de Sint-Martinuskerk te Ven-
lo en sommige kinderen zelfs rooms
herdopen. Er zijn geen nakomelingen
meer; de laatste was dr. Franciscus
Wilhelmus Guichenon de Chastillon, die
zéér Frans gezind was, gehuwd was
met een gereformeerde vrouw van
Schotse afkomst, maar later zijn kin
deren in de roomse kerk liet dopen. Hij
was in de Franse tijd „substituut-gpn-
trolur der concoyen ende licenten" te
Venlo.
Deze tak werd in deze uitgesproken
gereformeerde familie als „het zwarte
schaap" aangezien.
Van de zoon Daniël Wolf, luitenant
kolonel in Staatse Dienst, is vooral de
kleinzoon Zacharias bekend die als
„graaf de Chastillon" Lodewijk Napo
leon koning van Holland als kamer
heer gediend heeft en later aan het
keizerlijke hgf in de Tuilerieën te Pa
rijs hofdignitaris was. Hij sneuvelde,
ongehuwd, als batillons-commandant
van liet keizerlijke leger in 1813 in Rus
land. Alweer een laatste „mansoir" van
een tak!
Ook majoor Frederik Hector ging
nooit naar de roomse kerk terug en zijn
zoon Zacharias Petrus, kapitein te Ven
lo, liet één dochter na; dus óók geen
mannelijke nakomelingen!
De zoons Frederik Thomas en Pie-
ter Joseph overleden ongehuwd. Al
weer: geen nakomelingen!
Twee andere zoons zijn evenwel be
langrijk geworden door de talrijke na
komelingen in vrouwelijke lijn, vooral
te Rhenen en Veenendaal. Het begon
met Sacharina Wilhelmina Guichenon
de Chastillon die te Rhenen in de Cu-
nerakerk huwde met Wille n Hoolhorst.
Zij was dochter van kapitein Willem
Wapen van het geslacht Hoolhorst.
Evenals bij Sandbrink ook hier een al
liantiewapen, dus met opneming van
een aangehuwd wapen, in dit geval
van het geslacht Van der Does. Het
is als buurmeesterzegel te Rhenen ge
bruikt. De gekwartileerde roos zal in
dit geval het wapen van het goed
Hoolhorst geweest zijn.
Frederik Guichenon de Chastillon en
van Gerardina Boellaard, dochter van
burgemeester Pieter Everts Boellaard
van S«tad en Baronie van Asperen. Hier
uit wonen talrijke afstammelingen te
Rhenen en Veenendaal.
Uit de zoon Johannes Samuel Guiche
non de Chastillon, luitenant en later
griffier van Kamperland, stamt het be
kende Veenendaalsc bakkersgeslacht
Van Kooten.
Deze afstamming is zó interessant dat
wij ons in het vervolg van dit artikel
geheel tot dere takken zullen bepalen.
Hoewel Willem Frederik een jonge
re broer van Johannes Samuel was wil
len wij hem voorrang verlenen omdat
hij zijn dochter Sacharina (ook Zacha-
rina!) Wilhelmina in onze regionale ge
schiedenis de oudste rechten heeft.
Men bedenke dat alle afstammelin
gen van de zoons Willem Frederik en
Johannes Samuel tot de directe fami
lieleden van ons huis van Oranje gere
kend moeten worden. Eenvoudige men
sen weliswaar... maar ze hebben blauw,
ja, onvervalst blauw, hertogelijk Frans
Hugenotenbloed in hun aderen!
Ja, óók mijn beide zoons Jan Anthoni
Emanuël en Willem Frederik Aaldert
Gerrit! Mijn onvergetelijke schoonva
der Willem Frederik Lelievelt had het
er altijd over dat er verwantschap met
de koningin moest zijn. Dat werd de
reden dat ik een jarenlang onderzoek
daarnaar ingesteld heb. Helaas heeft
hij de uiteindelijke uitslag ervan niet
mogen beleven.
Met opzet onderstreepte ik de naam
van mijn jongste zoon Willem Frederik
(etc.). want omdat hij naar zijn groot
vader heet, is zijn naam van niemand
minder dan van onze stadhouder Wil
lem III afkomstig.
Toen Willem Frederik Guichenon de
Chastillon in de Waalse kerk te Maas
tricht gedoopt werd waren daarbij aan
wezig de prins van Oranje en generaal
Frederique de Rohan. Dit kind van ge
neraal-majoor Zacharias Guichenon de
Chastillon en Anna Maria d'Ivoy ont
ving de namen van de peetvaders. En
dat is de moeite van het vermelden
De huwelijksinschrijving in het trouw
boek van de Cunerakerk (berustend in
het Rijksarchief te Utrecht) heeft als
naam van de bruid uitsluitend Chatel-
lon.
10
!iiiii!uiiiiiuiiiiuiim(mitinniiinaiiiii||i
Het geslacht Van Dolderen voerde
een eigen wapen. Helaas heeft in de
oorlogsjaren een onbekend persoon
het zegel weggenomen dat aan een
akte bevestigd was. Gelukkig had
schrijver daarvóór van een aantal ze
gels uit het Oud-Archief van Rhenen
afgetekend. De kleuren zijn goud en
groen en het schildhoofd rood en zil
ver.
toch zeker waard. Bij de families Hool
horst en bij ons werd deze echte fami
lienaam in ere gehouden. De naam van
de stammoeder Sacharina Wilhelmina
vinden wij bij leden van de geslachten
Ten Boske en Van Woerdekom.
Mede afgedrukt vindt men de huwe
lijksinschrijving uit het Trouwboek
van de Gereformeerde Gemeente van
Rhenen (de oude Cunerakerk) en
daaruit maakt men al direct op dat
onze stammoeder trots was op haar
afstamming.
Men leest daar „Sacharina Wilhelmina
Chatellon"! Haar echtgenoot werd Wil
lem Hoolhorst, tabaksplanter te Rhe
nen en zoon van Jan van Hoolhorst,
stadstimmerman te Rhenen (te verge
lijken met gemeenteopzichter) en van
Elisabeth van Sandbrink.
Men moet vooral opletten dat het tus
senvoegsel „van" in de latere burger
lijke stand geheel verwaarloosd werd!
Uiteraard is een volledige opsomming
van families die daarop volgden niet
doenlijk en volstaan wij- met de hoofd
takken.
Allereerst dan Hoolhorst met de tak
ken uit vrouwelijke lijn Van Woerde
kom, Ten Boske, Lelievelt, Baars, Van
Dolderen, Van Hees (ook te Veenen
daal), Dortmond (met takken Alberti
en Gaasbeek te Veenendaal), en het
uitgestorven geslacht Kessel uit Mainz
(Did.).
Dat Sacharina Wilhelmina Guichenon
de Chastillon wel terdege als patri
ciërsvrouw in Rhenen werd aangezien,
daarvan getuigen de registers van de
burgerlijke stand. Terwijl ieder als bij
voorbeeld Jansje Baars of Willemijntje
Hovestad staat geboekstaafd trof ik
haar, als getuige bij de aangifte van
de geboorte van haar kleindochter
Christina Wilhelmina Hoolhorst als
„Mejuffrouw" Zacharina Wilhelmina
de Chatillon genoemd, mevrouw, nu zo
in tel, bestond toen nog niet.
De aanduiding „Mejuffrouw" vond ik
slechts één maal terug en wel bij de
inschrijving van de overlijdensakte van
de echtgenote van burgemeester Metz.
Haar boedelscheiding en testament ver
melden alléén De Chatillon. Alleen haar
overlijdensakte van 24 april 1819 ver
meldt de volledige naam Guichenon de
Chastillon.
Zelden heeft Rhenen zulk een indruk
wekkende begrafenis meegemaakt. In
de stoet liepen mede*een afgevaardig
de van koning Willem I, leden van het
provinciaal bestuur van Utrecht, de ma
gistraat van Rhenen, afgevaardigden
van de Algemene Weeskamer, etc., etc.
Het was of een koningskind ten grave
gedragen werd. Maar wat was deze
edele vrouwe dan ook anders!
Stappen wij van onze Rhenense Co
ligny's af, dan belanden wij bij het
Veenendaalse geslacht Van Kooten. Dat
is in feite een vrij wat spectaculairder
geschiedenis. Er is om die afstamming
in de vorige eeuw héél wat te doen ge
weest.
In Den Haag woonde in de Frederik-
straat een eenvoudig man die het eer
bare beroep van... schoenlapper uit
oefende. De naam was Frederik Tho
mas Guichenon de Chastillon. Die man
bezat een in het Frans gesteld afschrift
van een familiestuk dat uitwees dat hij
een afstammeling van niemand minder
dan Gaspard de Coligny was.
Een in die tijd zéér vermaard advo
caat uit Den Haag kreeg dat document
in handen en schreef er een boekje over
dat groot opzien baarde. Het droeg de
titel: „De laatste Coligny" en die laat
ste telg was een zich van niets bewust
zijnde baby Frederik Thomas die vro
lijk kraaiend in zijn wieg achter va
ders schoenmakerij in de kamer bij
moeder Guichenon de Chastillon lag.
Het boekje Jcreeg enorme belangstel
ling. Onder de intekenaren treffen wij
o.m. prins Hendrik der Nederlanden.
Mr. W. J. van Harn. zo heette die Haag
se advocaat uit 1852 had evenwel slechts
een kreupel vertaald translaat van het
origineel dat bij de tak Willem Frede
rik Guichenon de Chastillon aanwezig
was. Een indrukwekkend document met
uithangende zegels en al. Dat lag er
gens in een lade van een kabinet in d e
Molenstraat te Rhenen.
Maar wie van die eenvoudige mensen
snapte daar nou iets van. Maar goed,
mr. Van Harn deed zijn best een stu
diebeurs voor de kleine Frederik Tho
mas uit de Frederikstraat bij elkaar te
krijgen. Zijn visie bleek niet te klop
pen en het duurde jaren eer de eindjes
aan elkaar geknoopt konden worden.
Nu.is het «en vervelende geschiede
nis dat het originele document in de
meidagen van veertig in de Molen
straat te Rhenei^mede verbrand is. He*
uitgebreide archiefonderzoek resulteer
de dan enige jaren geleden in de uitga
ve van de genealogiënreeks Coligny
Chatillon sur Loing Guichenon de
Chastillon Hoolhorst Lelievelt
Van Dolderen en binnenkort De Kleu
ver.
Keren wij terug tot het Veenendaal
se bakkersgeslacht Van Kooten, dan
komen wij dus op de tak Johannes Sa
muel Guichenon de Chastillon. Hoe het
mogelijk is geweest dat een directe na
zaat van hem in zo behoeftige omstan
digheden kwam te verkeren hebben wij
niet kunnen nagaan. Plotseling duikt
hij in de burgerlijke stand van Den
Haag op als schoenlapper. Zij gehele
voorgeslacht bestond uit militairen. De
broer Pieter Dirk van onze Sacharina
Wilhelmina was wel het model voor
beeld van zo'n Staats officier. Boven
dien was toen de voorname militaire
status van Johannes Samuel nog glo
rieus.
Als luitenant bij het Regiment van
Wapen van geslacht Sandbrink. In
het bezit van de heer D. Sandbrink
zijn enige cachets met ingegraveerd
wapen. Het bovenste gedeelte moet
bovenste gedeelte moet beschouwd
worden als het wapen van de haveza
te Sandtbrinck. Het is een sprekend"
wapen: op een veld van zilver drie
zandheuvels van rood. De benedenste
helft is er door een aanhuwelijking
(alliantie) bij gekomen.
Generaal van Broeckhuysen en later
als griffier van Kamperland en boven
dien zijn huwelijk met de patriciërs
dochter Catharina de Jongh was hij
voor de voorname tak Willem Frederik
volkomen acceptabel, waardoor het hu
welijk tussen kapitein Pieter Dirk Gui
chenon de Chastillon en zijn nicht Ma
ria Theodora, dochter van diens oom
Johannes Samuel tot stand kwam.
Uit dit huwelijk werden naast vijf
dochters twee zoons geboren. De vader
beëindigde in 1795 bij de komst van de
Fransen zijn dienstverband, maar de
zoon Willem Frederik Guichenon de
Chastillon trad opnieuw in dienst bij de
infanterie van de Bataafse Republiek
en sneuvelde in 1799 in Noord-Holland
in een gevecht bij landingspogingen van
de Engelsen en Russen op de kust. De
ze dan was de laatste neef van Sacha
rina Wilhelmina uit haar vaders tak!
Ook hier dus géén mannelijke nazaten.
Het was door de oom Johannes Sa
muel dat over héél ons land, ja in
héél het Europese contingent in de
respectieve burgerlijke standeri
nog drie maal de naam Guichenon- de
I p
••6*
Het uit Holland stammende ge
slacht Lelyveld/Lelievelt te Rhenen
voerde reeds in de 15e/16e eeuw het
wapenmet het ..doorstoken" ever
zwijn en het schildhoofd met lelies. De
kleuren zijn een veld van goud met
een doorstoken zwijn van sabel
zwart) en een schildhoofd van zil
ver, beladen met drie leliën van azuur
(blauw). Door verschrijving in de bur
gerlijke stand van Rhenen ontstonden
de takken Lelijveld en Lelievelt. De
laatste is verwant aan het huis De
Coligny.
Chastillon voorkomt bij levende per
sonen. Het betreffen alle drie vrou
wen; eerlang zal deze oude, vermaar
de naam geheel verdwijnen.
Johannes Samuel had een zoon Frede
rik Thomas die diende in het Regiment
van generaal Douglas, gehuwd was met
Anna Margaretha Trommen uit Mül-
heim aan de Roer. Hij handelde geheel
overeenkomstig met Sacharina Wilhel
mina en liet al zijn kinderen in 't doop
boek van de Gereformeerde Gemeen
te te 's-Gravenhage inschrijven als De
Chastillon!
De zoon Johannes Samuel de Chastil
lon bleef ook de militaire stand trouw
en heeft gediend in het regiment Hol
landse Guardes. Hij huwde te 's-Gra
venhage met Margaretha Vogelijn en
ook al zijn kinderen werden in de doop
registers ingeschreven als De Chas
tillon. Het was diens zoon Frederik Tho
mas de Chastillon die het beroep van
schoenmaker uitoefende in de Frede
rikstraat te Den Haag. Hij was gedu
rende de Belgische opstand wiliswaar
„mobiel schutter", maar dat is te be
schouwen als militieplichtig.
Na 1835 oefende, hij ljet beroep van
schoenmaker uit en dreef zijn vrouw
Alida Antonia van Bochove naast het
pothuis een water- en vuurzaakje.
De bemoeiingen van mr. Van Harn
hadden in zoverre succes dat de zoon
Frederik Thomas, die óók weer met de
juiste naam Guichenon de Chastillon in
de burgerlijke stand kwam te staan,
een goede schoolopleiding kon volgen
en ambtenaar bij de PTT te Den Haag
werd. Hij huwde met Barendina Maria
Witschey en én van zijn drie dochters
nu was Alida Barendina Frederika Gui
chenon de Chastillon, geboren te Den
Haag 29 augustus 1876 en overleden te
Veenendaal 30 maart 1941, zoals men
op haar grafzerk op de Algemene Be
graafplaats kan lezen. Zij was gehuwd
met Barend van Kooten, bakker te Vee
nendaal en grondlegger van Van Koo-
tens Bakkerijen aan de Vijgendam.
Er was óók nog een zoon Jacob Fre
derik en van deze zijn nog twee doch
ters in leven die de naam Guichenon de
Chastillon dragen. En dan woont in Den
Haag nog de laatst overgebleven zus
ter van de Veenendaalse Guichenon de
Chastillon, mevrouw Catharina Hendri-
ka Louisa Kleijn, in de gehele familie
bekend als „tante Loes", die de geze
gende leeftijd van 8T jaar heeft. Zij was
gehuwd met J. C. kleijn, juwelier te
Den- Haag.
Het is in feite een triest verhaal ge
worden, want met Jacob Frederik Gui
chenon de Chastillon, die te Doorn over-
COLIGNY-CHATILLON
N«
Toen het beroemde geslacht De Co
ligny tot hertog van Chatillon sur Loin
verheven werd veranderde men de
poten van de adelaar van zilver in
blauw. Het veld bleef rood.
Onze medewerker Adriaan P. de
Kleuver zit met een probleem. Uit
•zijn van veel volharding getuigend
artikel over de nog in de omge
ving van Rhenen en Veenendaal le
vende afstammeligen van de grote
geloofsheld Caspard de Coligny
blijkt dat er niet zo veel meer te
wensen overblijft. Maar er is één
figuur in de stamreeks die nog
steed-s niet onder te brengén is. On
geveer 1685 huwde een Jeanne de
Coligny met Gabriël De Charante,
die officier geweest is te La Ro
chel le (Fr.), als overtuigd Huge
noot de wijk nam naar ons land
en zich als koopman vestigde te
Rotterdam. Hun zoon Adriaan van
Charante, geboren te La Rochelle
(Fr.) en eveneens koopman te Rot
terdam, huwde rr\et Margaretha
van Campen en het was weer hun
zoon Gabriël van Charante die
huwde met Adriana van Westrhe-
nen, dochter van Jan van Westhe
nen, scheper te Lienden in de Ne-
der-Betuwe, en van Wïllemien Cre-
gel. Jan van Westrhenen was zoon
van Anthonie van Westrhenen en
van Anna Vonck van Lienden. Was
Jeanna de Coligny zuster van Za
charias Guichenon de Chastillon
en leven in Lienden nog nazaten?
I
leed, is de laatste mannelijke nazaat
uit dit vermaarde Hugenotengeslacht
van het levenstoneel verdwenen....
En toch! Het mogen dan overwegend
mensen zijn uit de eenvoudige standen,
die afstammelingen van de grote Gas
pard de Coligny, het besef dat zo'n ge
loofsheld hun voorvader was is nog le
vend bij allen die dit blauwe bloed van
de Franse adel in de aderen hebben.
Eigenlijk iets om niet trots op maar
wel blij méé te zijn.
ADVERTENTIE
voor Veenendaal
17.30 uur 10550
's Zaterd. v. 16.30-17.30 u.
Voor Rhenen 3328
Nwe Veenendaalseweg 159
RHENEN In het kader van een
uitwisselingsprogramma was geduren
de het afgelopen weekeinde de gere
formeerde jongerenclub uit Diemen op
bezoek bij „Perspectief", de gerefor
meerde jeugdclub in Rhenen. Zaterdag-
middag werden de gasten afgehaald
bij station De Klomp en in Rhenen on
der gebracht by de ouders van diverse
leden van „Perspectief".
De begroeting vond plaats in gebouw
„Antenne", gelegen achter de gerefor
meerde kerk aan de Nieuwe Veenen
daalseweg, door leden van „Perspec
tief" en door de jeugdcommissie. Na
een kopje koffie ging een ieder zijns
weegs. Zaterdagavond werd een drop
ping georganiseerd door de jeugdcom
missie, die veel werk verzet, in de bos
sen achter het dierenpark op de Greb-
beberg. Iedereen was bijzonder enthou
siast over dit evenement.
Toen alle deelnemers op hun basis
waren teruggekeerd werd een spelle
tje „bingo" gespeeld. Om op het ker
kelijk vlak te blijven riepen de deelne
mers niet „bingo", maar „halleluja"!
Zondagmiddag verzorgde de heer
P. Terlouw eerst een diavertoning.
„Rhenen in de vier seizoenen" viel
zeer goed in de smaak, zowel bij de
Rhenenaren'als bij de gasten. Daarna
was er een speciale jeugddienst in de
kerk, die geleid werd door Ds. Gold-
schmeding met medewerking van trom
pet en bongo. De schriftlezing werd
verzorgd door de jeugd. Ds. Goldschme-
ding sprak over het onderwerp „Ik kan
niet meer geloven". Na deze dienst was
ar een broodmaaltijd in „Antenne"
met aansluiting daarop een discussie
over de dienst, die eveneens werd ge
leid door de gereformeerde predikant.
Zondagavond vertrokken de gasten
A-eer naar Diemen, waar Perspec
tief ".1 en 2 maart een tegenbezoek zal
brengen.