Een uit Frankrijk gevluchte Hugenoot was één van hun voorouders en vormt de schakel met ons Huis van Oranje TIENTALLEN IN VEENENDAAL EN IN RHENEN HEBBEN DEZELFDE STAMVADER ALS DE KONINGIN t iri. Wie was Jeanne de Coligny? „Perspectief' had gasten uit Diemen door Adriaan P. de Kleuver LELVVELD Eeuwig Contacten HOOLHORST Kamerheer Blauw bloed DOLDEREN Getuige Beurs SANDBRINK Schoenmaker Belt u dan «ven a.u.b. v".3™; 11079 Pagina S DINSDAG 14 JANUARI 196» 'T ZIJN DOODGEWONE MENSEN MAAR ZE HEBBEN BLAUW BLOED In het verleden is een gruwelijke moordpartij tot stand ge bracht door de influisteringen van uit haat geboren machtsvertoon van een heerszuchtige vrouw die haar eigen zoon tot massamoord aanzette op beschuldiging dat de tegenpartij het op zijn leven gemunt had. Dat was nu juist de gemene leugen. De mensen waar het 0111 ging waren er juist van doordrongen dat de jonge vorst koning over ze zou zijn. Deze wrede moeder zag met eigen ogen de worsteling die haar zoon doormaakte omdat hij dat niet van zijn vrienden aan kon nemen. Nu had die koningin een héél slechte raadgever, een kardinaal, die meende God •en dienst te bewijzen zijn kerk „zuiver" te houden. Maar persoonlijke haatgevoelens dreven ook deze prins der kerk. Geheel onder de druk van de kardinaal staande be gon de boosaardige vrouw de geest van haar zoon om te buigen. Zij begon óók te denken dat ze een werktuig in Gods hands was om de kerk een dienst te bewijzen. Als in veel van zulke gevallen verliest de mens dat waar het om gaat uit het oog en stelt dogma en kerk in de plaats van de Schepper. Dan gaat het zowel in het klein als in h$t groot glad mis. Zelfs hooggeplaatste personen denken dan primitief en in ons geval speelden wraakgevoelens een hartig woordje mee. Een wankelmoedige zoon ging door de knieën. Het wordt tijd dat wij namen gaan noemen. Het land was Frankrijk en de strijd ging tussen kardinaal De Guisse als vertegenwoordiger van de roomse kerk en admiraal De Coligny als leider van de Hugenoten. De vrouw in het spel was de beruchte Maria de Medici en haar zoon was Karei IX koning van Frankrijk. Het bloedige toneel was de stad Parijs, waar in de nacht van 24 op 25 augustus 1572 de ontstellend ver schrikkelijke „bloedbruiloft" plaats vond. De éérste die op beestachtige wijze vermoord werd was admiraal Gaspard de Coligny. Iedere belijder van de ge reformeerde leer wordt geacht deze man te kennen, ja iedere Nederlander moet zijn naam van de schooljaren ken nen want van hem stamt in rechte lijn onze vorstin en haar huis af. De doch ter Louise de Coligny was immers de vierde echtgenote van prins Willem van Oranje! Wat niet zo algemeen bekend is, is dat de zoon Frangois de Coligny met zijn zuster Louise naar Zwitserland vluchtte en later in Frankrijk eerher stel kreeg toen men zich bewust werd wat een ontstellend leed men goede Franse burgers had aangedaan. Frangois de Coligny bleef overtuigd Hugenoot en zijn zoon Gaspard werd later officier in het leger van zijn oom prins Maurits. Deze jonge Gaspard III de Coligny smaakte het genoegen dat men het eens zo gehate geslacht volle dig in de grafelijke waardigheid her stelde, ja zelfs het oude goed Chatillon sur Loing tot hertogdom verhief en de graaf De Coligny dus hertog De Cha tillon sur Loing werd. In 1598 kregen de Franse protestan ten dan nog grote vrijheden door het GUlCHENONJaCHASTlLlON Het wapen van het geslacht Gui- chenon de Chastillon werd aangeno men nadat Lodewijk XIV de goederen van De Colligny's aan dit roemruch te geslacht vervreemdde. Op fijnzinni ge wijze heeft Zacharias de Chatillon toen de attributen van zijn over-groot- vader Gaspard de Coligny in zijn wa pen verwerkt. De grote reformatie heid was admiraal van Frankrijk en zo plaatste hij vier gouden ankers in eenkruis en daarop de ordetekenen. Zéér zinvol en sprekend. beroemde Edict van Nantes. Men meen de het zó goed dat het een „eeuwig edict" werd. Maar de „eeuwigheid" van mensen duurt maar zo'n klein poosje. Nog geen honderd jaar later, in 1685, liet de protserige Zonnekoning de eeuwigheid beëindigen en de edelste en beste zonen van Frankrijk vluchtten het land uit. Onze lage landen bij de zee werden de toevluchtsoorden voor duizenden re fugees. Onder hen was een zoon van de nieuwe due de Chatillon sur Loing. De enige nog in leven zijnde zoon. die onder de naam Guichenon de Chastillon zijn vaderland verliet. Het was Zacha rias Guichenon de Chastillon die ais ge- neraal-majoor zijn land gediend had. Guichenon was een aangehuwde naam en Chastillon de oud-Franse schrijfwijze, reeds bekend uit de vijf tiende eeuw. In ons land klopte hij aan bij zijn verre neef prins Willem van Oranje, onze roemruchte stadhouder Willem III. Deze heeft de Franse generaal-ma- joor alle kansen gegeven zich in te le ven in de Nederlandse, dus Staatse mi litaire dienst. Hij begon als kapitein in de provincie Friesland en klom in zéér korte tijd op tot de rang van generaal- majoor met als garnizoenen Asperen, Maastricht en Den Haag. In Frankrijk ging alles mis. Toen v*ijn jongste broer Henry de Chatillon sur Loing op 9-jarige leeftijd stierf wa ren er in Frankrijk geen mannelijke De Coligny's meer en de Hugenotenha- ter Lodewijk XIV liquideerde onmid dellijk het hertogdom Chatillon sur Loing en maakte het daardoor voor de uitgeweken Zacharias als énig overge bleven lid van het door de roomse kerk geconfisceerde geslacht De Coligny on mogelijk ooit nog in zijn vaderland een positie van enig belang te bekleden. Er bestond geen hertog van Chatillon sur Loing meer. Met onze trouwe Hugenoot die zich aan de zijde van de prins van Oranje schaarde waren al die andere mensen, berooid en arm in ons land opgenomen. Veel gingen naar Zuid-Afrika, naar de Kaapkolonie; velen vonden een baantje in onze grote steden. De invloed van deze Franse vluchte lingen op onze samenleving bleef niet uit. Grote kunstenaars, officieren en mensen met enorm zakelijk inzicht vooral hebben mede de ziel van ons volk gevormd. De „onttroonde" hertog van Chatillon sur Loing, die onder de naam Guiche non zijn land uitkwam, zich naar Maas tricht begaf en vandaar de weg naar zijn familieleden in de Nederlanden vond, had veel voor op anderen. Zijn vader Gaspard III de Coligny had in Den' Haag gewoond waar vanzelf nóg wel contactadressen te vinden waren. Zacharias vluchtte met 'n zoon en twee dochters, die beiden in Den Haag huwden in de Waalse kerk. Van zijn eveneens in het Staat se leger dienende zoon Joseph Guichenon de Chatillon zijn geen andere gegevens bekend dan dat hij op 33-jarige leeftijd in 1713 in de Waalse kerk te Breda huwde met „Mile Jeanne Henriëtte Tiseneuse en dat hij te Lyon geboren was. Het is dus wel zeker dat vader Zacharias uit Lyon afkomstig was. Zacharias Guichenon de Chastillon hertrouwde te Den Haag op 5 maart 1694 met de te Genève geboren Anna Maria d'Ivoy, dpchter van de ver maarde vestingbouwer Maximiliaan Louis d'Ivoy, ingenieur van het korps Genie ten dienste van de Republiek der Verenigde Nederlanden en door het feit dat hij de vestingwerken voor de stad Genève bouwde tot ereburger van die stad benoemd. Hij is de stamvader van het bekende geslacht Genlis gezegd d'Ivoy, dat later met de titulatuur ba ron in de Nederlandse adelstand verhe ven werd. De afstammelingen bewonen nog steeds het kasteel Rozendaal bij Arnhem. Generaal-majoor Zacharias Guiche non de Chastillon werd in ons land door zijn afstamming in de hoogste kringen opgenomen. Het tweede huwelijk de naam van de eerste echtgenote is niet bekend werd gezegend met negen kinderen, waarvan zeven jongens wa ren. De zoon Maximiliaan was luitenant kolonel in Staatse dienst, maar door zijn vele dienstreizen liet zijn rooms gebleven vrouw de tijdens zijn afwe zigheid geboren kinderen clandestien dopen in de Sint-Martinuskerk te Ven- lo en sommige kinderen zelfs rooms herdopen. Er zijn geen nakomelingen meer; de laatste was dr. Franciscus Wilhelmus Guichenon de Chastillon, die zéér Frans gezind was, gehuwd was met een gereformeerde vrouw van Schotse afkomst, maar later zijn kin deren in de roomse kerk liet dopen. Hij was in de Franse tijd „substituut-gpn- trolur der concoyen ende licenten" te Venlo. Deze tak werd in deze uitgesproken gereformeerde familie als „het zwarte schaap" aangezien. Van de zoon Daniël Wolf, luitenant kolonel in Staatse Dienst, is vooral de kleinzoon Zacharias bekend die als „graaf de Chastillon" Lodewijk Napo leon koning van Holland als kamer heer gediend heeft en later aan het keizerlijke hgf in de Tuilerieën te Pa rijs hofdignitaris was. Hij sneuvelde, ongehuwd, als batillons-commandant van liet keizerlijke leger in 1813 in Rus land. Alweer een laatste „mansoir" van een tak! Ook majoor Frederik Hector ging nooit naar de roomse kerk terug en zijn zoon Zacharias Petrus, kapitein te Ven lo, liet één dochter na; dus óók geen mannelijke nakomelingen! De zoons Frederik Thomas en Pie- ter Joseph overleden ongehuwd. Al weer: geen nakomelingen! Twee andere zoons zijn evenwel be langrijk geworden door de talrijke na komelingen in vrouwelijke lijn, vooral te Rhenen en Veenendaal. Het begon met Sacharina Wilhelmina Guichenon de Chastillon die te Rhenen in de Cu- nerakerk huwde met Wille n Hoolhorst. Zij was dochter van kapitein Willem Wapen van het geslacht Hoolhorst. Evenals bij Sandbrink ook hier een al liantiewapen, dus met opneming van een aangehuwd wapen, in dit geval van het geslacht Van der Does. Het is als buurmeesterzegel te Rhenen ge bruikt. De gekwartileerde roos zal in dit geval het wapen van het goed Hoolhorst geweest zijn. Frederik Guichenon de Chastillon en van Gerardina Boellaard, dochter van burgemeester Pieter Everts Boellaard van S«tad en Baronie van Asperen. Hier uit wonen talrijke afstammelingen te Rhenen en Veenendaal. Uit de zoon Johannes Samuel Guiche non de Chastillon, luitenant en later griffier van Kamperland, stamt het be kende Veenendaalsc bakkersgeslacht Van Kooten. Deze afstamming is zó interessant dat wij ons in het vervolg van dit artikel geheel tot dere takken zullen bepalen. Hoewel Willem Frederik een jonge re broer van Johannes Samuel was wil len wij hem voorrang verlenen omdat hij zijn dochter Sacharina (ook Zacha- rina!) Wilhelmina in onze regionale ge schiedenis de oudste rechten heeft. Men bedenke dat alle afstammelin gen van de zoons Willem Frederik en Johannes Samuel tot de directe fami lieleden van ons huis van Oranje gere kend moeten worden. Eenvoudige men sen weliswaar... maar ze hebben blauw, ja, onvervalst blauw, hertogelijk Frans Hugenotenbloed in hun aderen! Ja, óók mijn beide zoons Jan Anthoni Emanuël en Willem Frederik Aaldert Gerrit! Mijn onvergetelijke schoonva der Willem Frederik Lelievelt had het er altijd over dat er verwantschap met de koningin moest zijn. Dat werd de reden dat ik een jarenlang onderzoek daarnaar ingesteld heb. Helaas heeft hij de uiteindelijke uitslag ervan niet mogen beleven. Met opzet onderstreepte ik de naam van mijn jongste zoon Willem Frederik (etc.). want omdat hij naar zijn groot vader heet, is zijn naam van niemand minder dan van onze stadhouder Wil lem III afkomstig. Toen Willem Frederik Guichenon de Chastillon in de Waalse kerk te Maas tricht gedoopt werd waren daarbij aan wezig de prins van Oranje en generaal Frederique de Rohan. Dit kind van ge neraal-majoor Zacharias Guichenon de Chastillon en Anna Maria d'Ivoy ont ving de namen van de peetvaders. En dat is de moeite van het vermelden De huwelijksinschrijving in het trouw boek van de Cunerakerk (berustend in het Rijksarchief te Utrecht) heeft als naam van de bruid uitsluitend Chatel- lon. 10 !iiiii!uiiiiiuiiiiuiim(mitinniiinaiiiii||i Het geslacht Van Dolderen voerde een eigen wapen. Helaas heeft in de oorlogsjaren een onbekend persoon het zegel weggenomen dat aan een akte bevestigd was. Gelukkig had schrijver daarvóór van een aantal ze gels uit het Oud-Archief van Rhenen afgetekend. De kleuren zijn goud en groen en het schildhoofd rood en zil ver. toch zeker waard. Bij de families Hool horst en bij ons werd deze echte fami lienaam in ere gehouden. De naam van de stammoeder Sacharina Wilhelmina vinden wij bij leden van de geslachten Ten Boske en Van Woerdekom. Mede afgedrukt vindt men de huwe lijksinschrijving uit het Trouwboek van de Gereformeerde Gemeente van Rhenen (de oude Cunerakerk) en daaruit maakt men al direct op dat onze stammoeder trots was op haar afstamming. Men leest daar „Sacharina Wilhelmina Chatellon"! Haar echtgenoot werd Wil lem Hoolhorst, tabaksplanter te Rhe nen en zoon van Jan van Hoolhorst, stadstimmerman te Rhenen (te verge lijken met gemeenteopzichter) en van Elisabeth van Sandbrink. Men moet vooral opletten dat het tus senvoegsel „van" in de latere burger lijke stand geheel verwaarloosd werd! Uiteraard is een volledige opsomming van families die daarop volgden niet doenlijk en volstaan wij- met de hoofd takken. Allereerst dan Hoolhorst met de tak ken uit vrouwelijke lijn Van Woerde kom, Ten Boske, Lelievelt, Baars, Van Dolderen, Van Hees (ook te Veenen daal), Dortmond (met takken Alberti en Gaasbeek te Veenendaal), en het uitgestorven geslacht Kessel uit Mainz (Did.). Dat Sacharina Wilhelmina Guichenon de Chastillon wel terdege als patri ciërsvrouw in Rhenen werd aangezien, daarvan getuigen de registers van de burgerlijke stand. Terwijl ieder als bij voorbeeld Jansje Baars of Willemijntje Hovestad staat geboekstaafd trof ik haar, als getuige bij de aangifte van de geboorte van haar kleindochter Christina Wilhelmina Hoolhorst als „Mejuffrouw" Zacharina Wilhelmina de Chatillon genoemd, mevrouw, nu zo in tel, bestond toen nog niet. De aanduiding „Mejuffrouw" vond ik slechts één maal terug en wel bij de inschrijving van de overlijdensakte van de echtgenote van burgemeester Metz. Haar boedelscheiding en testament ver melden alléén De Chatillon. Alleen haar overlijdensakte van 24 april 1819 ver meldt de volledige naam Guichenon de Chastillon. Zelden heeft Rhenen zulk een indruk wekkende begrafenis meegemaakt. In de stoet liepen mede*een afgevaardig de van koning Willem I, leden van het provinciaal bestuur van Utrecht, de ma gistraat van Rhenen, afgevaardigden van de Algemene Weeskamer, etc., etc. Het was of een koningskind ten grave gedragen werd. Maar wat was deze edele vrouwe dan ook anders! Stappen wij van onze Rhenense Co ligny's af, dan belanden wij bij het Veenendaalse geslacht Van Kooten. Dat is in feite een vrij wat spectaculairder geschiedenis. Er is om die afstamming in de vorige eeuw héél wat te doen ge weest. In Den Haag woonde in de Frederik- straat een eenvoudig man die het eer bare beroep van... schoenlapper uit oefende. De naam was Frederik Tho mas Guichenon de Chastillon. Die man bezat een in het Frans gesteld afschrift van een familiestuk dat uitwees dat hij een afstammeling van niemand minder dan Gaspard de Coligny was. Een in die tijd zéér vermaard advo caat uit Den Haag kreeg dat document in handen en schreef er een boekje over dat groot opzien baarde. Het droeg de titel: „De laatste Coligny" en die laat ste telg was een zich van niets bewust zijnde baby Frederik Thomas die vro lijk kraaiend in zijn wieg achter va ders schoenmakerij in de kamer bij moeder Guichenon de Chastillon lag. Het boekje Jcreeg enorme belangstel ling. Onder de intekenaren treffen wij o.m. prins Hendrik der Nederlanden. Mr. W. J. van Harn. zo heette die Haag se advocaat uit 1852 had evenwel slechts een kreupel vertaald translaat van het origineel dat bij de tak Willem Frede rik Guichenon de Chastillon aanwezig was. Een indrukwekkend document met uithangende zegels en al. Dat lag er gens in een lade van een kabinet in d e Molenstraat te Rhenen. Maar wie van die eenvoudige mensen snapte daar nou iets van. Maar goed, mr. Van Harn deed zijn best een stu diebeurs voor de kleine Frederik Tho mas uit de Frederikstraat bij elkaar te krijgen. Zijn visie bleek niet te klop pen en het duurde jaren eer de eindjes aan elkaar geknoopt konden worden. Nu.is het «en vervelende geschiede nis dat het originele document in de meidagen van veertig in de Molen straat te Rhenei^mede verbrand is. He* uitgebreide archiefonderzoek resulteer de dan enige jaren geleden in de uitga ve van de genealogiënreeks Coligny Chatillon sur Loing Guichenon de Chastillon Hoolhorst Lelievelt Van Dolderen en binnenkort De Kleu ver. Keren wij terug tot het Veenendaal se bakkersgeslacht Van Kooten, dan komen wij dus op de tak Johannes Sa muel Guichenon de Chastillon. Hoe het mogelijk is geweest dat een directe na zaat van hem in zo behoeftige omstan digheden kwam te verkeren hebben wij niet kunnen nagaan. Plotseling duikt hij in de burgerlijke stand van Den Haag op als schoenlapper. Zij gehele voorgeslacht bestond uit militairen. De broer Pieter Dirk van onze Sacharina Wilhelmina was wel het model voor beeld van zo'n Staats officier. Boven dien was toen de voorname militaire status van Johannes Samuel nog glo rieus. Als luitenant bij het Regiment van Wapen van geslacht Sandbrink. In het bezit van de heer D. Sandbrink zijn enige cachets met ingegraveerd wapen. Het bovenste gedeelte moet bovenste gedeelte moet beschouwd worden als het wapen van de haveza te Sandtbrinck. Het is een sprekend" wapen: op een veld van zilver drie zandheuvels van rood. De benedenste helft is er door een aanhuwelijking (alliantie) bij gekomen. Generaal van Broeckhuysen en later als griffier van Kamperland en boven dien zijn huwelijk met de patriciërs dochter Catharina de Jongh was hij voor de voorname tak Willem Frederik volkomen acceptabel, waardoor het hu welijk tussen kapitein Pieter Dirk Gui chenon de Chastillon en zijn nicht Ma ria Theodora, dochter van diens oom Johannes Samuel tot stand kwam. Uit dit huwelijk werden naast vijf dochters twee zoons geboren. De vader beëindigde in 1795 bij de komst van de Fransen zijn dienstverband, maar de zoon Willem Frederik Guichenon de Chastillon trad opnieuw in dienst bij de infanterie van de Bataafse Republiek en sneuvelde in 1799 in Noord-Holland in een gevecht bij landingspogingen van de Engelsen en Russen op de kust. De ze dan was de laatste neef van Sacha rina Wilhelmina uit haar vaders tak! Ook hier dus géén mannelijke nazaten. Het was door de oom Johannes Sa muel dat over héél ons land, ja in héél het Europese contingent in de respectieve burgerlijke standeri nog drie maal de naam Guichenon- de I p ••6* Het uit Holland stammende ge slacht Lelyveld/Lelievelt te Rhenen voerde reeds in de 15e/16e eeuw het wapenmet het ..doorstoken" ever zwijn en het schildhoofd met lelies. De kleuren zijn een veld van goud met een doorstoken zwijn van sabel zwart) en een schildhoofd van zil ver, beladen met drie leliën van azuur (blauw). Door verschrijving in de bur gerlijke stand van Rhenen ontstonden de takken Lelijveld en Lelievelt. De laatste is verwant aan het huis De Coligny. Chastillon voorkomt bij levende per sonen. Het betreffen alle drie vrou wen; eerlang zal deze oude, vermaar de naam geheel verdwijnen. Johannes Samuel had een zoon Frede rik Thomas die diende in het Regiment van generaal Douglas, gehuwd was met Anna Margaretha Trommen uit Mül- heim aan de Roer. Hij handelde geheel overeenkomstig met Sacharina Wilhel mina en liet al zijn kinderen in 't doop boek van de Gereformeerde Gemeen te te 's-Gravenhage inschrijven als De Chastillon! De zoon Johannes Samuel de Chastil lon bleef ook de militaire stand trouw en heeft gediend in het regiment Hol landse Guardes. Hij huwde te 's-Gra venhage met Margaretha Vogelijn en ook al zijn kinderen werden in de doop registers ingeschreven als De Chas tillon. Het was diens zoon Frederik Tho mas de Chastillon die het beroep van schoenmaker uitoefende in de Frede rikstraat te Den Haag. Hij was gedu rende de Belgische opstand wiliswaar „mobiel schutter", maar dat is te be schouwen als militieplichtig. Na 1835 oefende, hij ljet beroep van schoenmaker uit en dreef zijn vrouw Alida Antonia van Bochove naast het pothuis een water- en vuurzaakje. De bemoeiingen van mr. Van Harn hadden in zoverre succes dat de zoon Frederik Thomas, die óók weer met de juiste naam Guichenon de Chastillon in de burgerlijke stand kwam te staan, een goede schoolopleiding kon volgen en ambtenaar bij de PTT te Den Haag werd. Hij huwde met Barendina Maria Witschey en én van zijn drie dochters nu was Alida Barendina Frederika Gui chenon de Chastillon, geboren te Den Haag 29 augustus 1876 en overleden te Veenendaal 30 maart 1941, zoals men op haar grafzerk op de Algemene Be graafplaats kan lezen. Zij was gehuwd met Barend van Kooten, bakker te Vee nendaal en grondlegger van Van Koo- tens Bakkerijen aan de Vijgendam. Er was óók nog een zoon Jacob Fre derik en van deze zijn nog twee doch ters in leven die de naam Guichenon de Chastillon dragen. En dan woont in Den Haag nog de laatst overgebleven zus ter van de Veenendaalse Guichenon de Chastillon, mevrouw Catharina Hendri- ka Louisa Kleijn, in de gehele familie bekend als „tante Loes", die de geze gende leeftijd van 8T jaar heeft. Zij was gehuwd met J. C. kleijn, juwelier te Den- Haag. Het is in feite een triest verhaal ge worden, want met Jacob Frederik Gui chenon de Chastillon, die te Doorn over- COLIGNY-CHATILLON N« Toen het beroemde geslacht De Co ligny tot hertog van Chatillon sur Loin verheven werd veranderde men de poten van de adelaar van zilver in blauw. Het veld bleef rood. Onze medewerker Adriaan P. de Kleuver zit met een probleem. Uit •zijn van veel volharding getuigend artikel over de nog in de omge ving van Rhenen en Veenendaal le vende afstammeligen van de grote geloofsheld Caspard de Coligny blijkt dat er niet zo veel meer te wensen overblijft. Maar er is één figuur in de stamreeks die nog steed-s niet onder te brengén is. On geveer 1685 huwde een Jeanne de Coligny met Gabriël De Charante, die officier geweest is te La Ro chel le (Fr.), als overtuigd Huge noot de wijk nam naar ons land en zich als koopman vestigde te Rotterdam. Hun zoon Adriaan van Charante, geboren te La Rochelle (Fr.) en eveneens koopman te Rot terdam, huwde rr\et Margaretha van Campen en het was weer hun zoon Gabriël van Charante die huwde met Adriana van Westrhe- nen, dochter van Jan van Westhe nen, scheper te Lienden in de Ne- der-Betuwe, en van Wïllemien Cre- gel. Jan van Westrhenen was zoon van Anthonie van Westrhenen en van Anna Vonck van Lienden. Was Jeanna de Coligny zuster van Za charias Guichenon de Chastillon en leven in Lienden nog nazaten? I leed, is de laatste mannelijke nazaat uit dit vermaarde Hugenotengeslacht van het levenstoneel verdwenen.... En toch! Het mogen dan overwegend mensen zijn uit de eenvoudige standen, die afstammelingen van de grote Gas pard de Coligny, het besef dat zo'n ge loofsheld hun voorvader was is nog le vend bij allen die dit blauwe bloed van de Franse adel in de aderen hebben. Eigenlijk iets om niet trots op maar wel blij méé te zijn. ADVERTENTIE voor Veenendaal 17.30 uur 10550 's Zaterd. v. 16.30-17.30 u. Voor Rhenen 3328 Nwe Veenendaalseweg 159 RHENEN In het kader van een uitwisselingsprogramma was geduren de het afgelopen weekeinde de gere formeerde jongerenclub uit Diemen op bezoek bij „Perspectief", de gerefor meerde jeugdclub in Rhenen. Zaterdag- middag werden de gasten afgehaald bij station De Klomp en in Rhenen on der gebracht by de ouders van diverse leden van „Perspectief". De begroeting vond plaats in gebouw „Antenne", gelegen achter de gerefor meerde kerk aan de Nieuwe Veenen daalseweg, door leden van „Perspec tief" en door de jeugdcommissie. Na een kopje koffie ging een ieder zijns weegs. Zaterdagavond werd een drop ping georganiseerd door de jeugdcom missie, die veel werk verzet, in de bos sen achter het dierenpark op de Greb- beberg. Iedereen was bijzonder enthou siast over dit evenement. Toen alle deelnemers op hun basis waren teruggekeerd werd een spelle tje „bingo" gespeeld. Om op het ker kelijk vlak te blijven riepen de deelne mers niet „bingo", maar „halleluja"! Zondagmiddag verzorgde de heer P. Terlouw eerst een diavertoning. „Rhenen in de vier seizoenen" viel zeer goed in de smaak, zowel bij de Rhenenaren'als bij de gasten. Daarna was er een speciale jeugddienst in de kerk, die geleid werd door Ds. Gold- schmeding met medewerking van trom pet en bongo. De schriftlezing werd verzorgd door de jeugd. Ds. Goldschme- ding sprak over het onderwerp „Ik kan niet meer geloven". Na deze dienst was ar een broodmaaltijd in „Antenne" met aansluiting daarop een discussie over de dienst, die eveneens werd ge leid door de gereformeerde predikant. Zondagavond vertrokken de gasten A-eer naar Diemen, waar Perspec tief ".1 en 2 maart een tegenbezoek zal brengen.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1969 | | pagina 5