DEZE WEEK: nader beschouwd Wens voor scheidende president In de verkeerde hoek FINANCIËLE OVER VAL OP WERELD-INDUSTRIE DE MISDAAD NA 40 JAAR Motief van het drama van Lucaswolde Van burgemeester Miedema mag iedereen meepraten Franse glas-strijd houdt de wereld in spanning Anders geaard Politiehater Arrestatie Uitspraak Gevlucht Nog maar weinige uren en het zwaar ste ambt ter wereld, het presidentschap van de Verenigde Staten, zal Lyndon B. Johnson van de schouders genomen wor den - voortaan zal Richard Nixon „mis ter president" zijn, de figuur in wiens handen een enorme macht ligt maar op wiens doen en laten dan ook altijd en overal het volle zoeklicht van de publici teit valt... en de volle zwaarte van de kri tiek. Johnson heeft van dit alles zijn deel ge had - bijna meer dan zijn deel want nie mand voor hem ia zo openlijk en veel vuldig door de jeugd der wereld voor moordenaar uitgekreten. Men kan dan teggen dat een politicus gehard moet zijn In het aanhoren van kritiek, ook de hard ate mens ter wereld zal momenten ken nen waarop zulke aantijgingen hem door merg en been gaan. En Johnson heeft nooit de indruk gewekt dat hij zo heel erg hard wasl Eerder maakte hij soms de Indruk dat hij zich teveel door zijn emo ties liet meeslepen en dusdoende een rich ting werd ingedrongen die hij bij nader Inzien misschien niet had gewild. Men kan zich zelfs afvragen of de Vietnamese oor log deze zelfde intensiteit zou hebben be reikt bij een minder emotionele president. Dit alles Is nakaarten Johnson treedt af en de geschiedenis zal haar oordeel over hem vellen. Op dit moment past het zelfs als men het met de politicus Johnson niet altijd eens is geweest de mens Johnson de waardering te ge ven die hem toekomt. Want hij heeft zichzelf tot het uiterste gegeven, in dienst van zijn land. in dienst van de wereld, In dienst van de vrede. Keihard heeft hij gewerkt, dag en nacht dikwijls. De democratie van zijn land en de tradities van zijn land heeft hij hoog gehouden, ook in de moeilijkste ogenblikken. De armoede en de ongelijk heid in zijn land is hij te lijf gegaan op bewonderenswaardige wijze - dat hij niet meer heeft kunnen bereiken is zeker aan de Vietnamese kwestie te wijten die zijn aandacht heeft afgeleid en zijn middelen heeft beperkt. Hij zou een prachtige vre- despresident geweest zijn -de tragiek was dat hij oorlogspresident moest zijn. Zijn tijd is voorbij, hij kan de rust gaan nemen die hij verdient. Het zij hem gege ven dat hij de vrede mag zien waarnaar hij zo oprecht heeft gestreefd maar die hij nooit heeft kunnen verwezenlijken. Dat laatste heeft hem pijn gedaan - maar het zal zijn vreugde niet temperen als Viet nam eens weer aan de opbouw zal kun nen beginnen in vrede en vrijheid. Er ia een tijd geweest dat Nederland behoefte had aan een vereniging voor seksuele hervormng. Aan een groep van mensen die zich wilden bezinnen op de plaats die het lichamelijke, het seksuele In ons aller leven inneemt. Die er op ha merden dat er op dit terrein meer open heid aan de dag zou worden gelegd: meer openheid tussen de echtelieden want heel wat huwelijken zijn verdord omdat men met elkaar niet eens een gesprek hierover durfde voeren; meer openheid ook ten aanzien van de jeugd die op haar weg naar de volwassenheid maar al te veel in het onzekere werd gelaten met al le kwalijke gevolgen van dien. Men kan In het midden laten of de Nederlandse Vereniging voor Sexuele Hervorming wel de juiste mensen binnen haar kring heeft verenigd maar door het zo te stellen wijst men tevens vele andere groepen als de schuldigen aan, de kerken niet in de laatste plaats. Zij hebben op dit punt hun taak niet of te laat verstaan en als de Vereniging voor Sexuele Hervorming nu In een hoek is terecht gekomen waar men haar liever niet had gewenst, dan hebben de critici daar mede schuld aan. Naar onze mening is de NVSH in een verkeerde hoek terecht gekomen. We pra ten nu niet over de vraag of we met haar fanatieke propaganda voor geboorte beperking op de goede weg is en we pra ten ook niet over de ruzies die regelma tig binnen de club optreden met al dan niet ontslagen hoofdbestuursleden, redac teuren, enz. Dat zijn binnen een vereni ging belangrijke beleidszaken, maar het hoeft allemaal aan de juistheid der idea len niets af te doen. Veel betreurenswaar diger vinden we het dat men zich heeft laten meesleuren door de vloedgolf van sexs die deze wereld heeft overspoeld. Dat men niet (meer) Inziet dat lichame lijkheid en seksualiteit niet het een en het al In het leven zijn en dat het bed niet de enige en ook niet het belangrijk ste meubelstuk is van de mens. In plaats van zich bezig te houden met te verdedi gen seksuele hervorming is men terecht gekomen in de hoek van bijkans perver se, normloze en moraalloze seksualiteit. Het Is spijtig dat we deze conclusie moeten trekken - maar ais men het ja- nuari-nummer van Sextant gelezen heeft, het voorlichtingsblad van de NVSH (opla ge 250.000 exemplaren!) en men heeft via de rel rond het drukken kennis genomen van wat de lezers in het februari-num- mer zal worden voortgezet, dan kan men niet tot een andere conclusie komen dan die van Vada-directeur Zomer: „Het is zonder meer vies want het ontaardt in smerige praatjes!" En nu mag men met ons van mening verschillen of het juist is dat een naakte vrouw (met bril op en haakwerkje in de hand!) de voorpagina van Sextant-in-kleurendruk Siert het lijkt ons met seksuele hervorming niets van doen te hebben! - en of dat juist is de meest gore opmerkingen van onvol wassen sexblad-redacteuren en -redactri ces in het blad af te drukken ook hier: 't lijkt ons met seksuele hervorming niets van doen te hebben we blijven bij de totaalindruk dat dit alles alleen maar moet dienen om te prikkelen, om lusten op te wekken, om zich in de sex te stor ten. Boven het blad zou als motto ge schreven kunnen zijn: „Alles mag, hoe smeriger en perverser hoe mooier als er maar geen kindertjes van komen want daar is de wereld niet mee gediend!" Toen paus Paulus zijn encycliek Huma- nae Vitae het licht had doen zien, hebben we ons daartegen gekeerd, omdat naar onze mening het twee-een zijn van twee mensen hierin niet de plaats had gekre gen die het toekomt. Maar dat de zorg van de paus over het misbruik van ge boortebeperkende middelen en alle gevol gen van dien voor de menselijke moraal, volkomen terecht is bewijst de Nederland se Verenigng voor Sexuele Hervorming en bewijst het maandblad Sextant. Men kan er te meer begrip voor opbrengen dat de paus dit alles met een radicaal verbod tegemoet is getreden. Want vele benen blijken niet sterk genoeg om de weelde van de vrijheid en de eigen ver antwoordelijkheid te dragen. Burgemeester mr. J. P. Miedema kijkt naar de dertig hard houten stoelen, die in vijf keurige rijtjes van zes de publieke tribune vormen in de smalle raadzaal van het Groningse dorpje Winsum. „Ze kunnen eventueel wat dichter op elkaar geschoven worden en dan kunnen er nog wel een paar rijen bij", zegt hij. Dat zou wel eens hard nodig kunnen zijn, wan neer de raad half februari de begroting voor d# jaar gaat behandelen. Alle stoelen zijn gewoonlijk tijdens de begrotingsbehande ling bezet, maar dit jaar kan als de raad het voorstel van B. en W. tenminste goedkeurt het publiek met college en raad meediscussiëren. Dat zal de belangstelling voor de on gemakkelijke zetels ongetwijfeld sterk doen stijgen. Als er méér van de 3550 inwoners komen dan de raadzaal kan ber gen, wordt de vergadering waarschijnlijk in een andere ruimte belegd. „Maar ik blijf het liefst in de sfeer van de raadzaal", zegt burgemeester Miedema, „onder het portret van de Koningin". De jurist Miedema, 34 jaar, sinds drie jaar eerste burger in Winsum en daarvoor assistent-griffier van de Tweede Ka mer, vraagt het meestal aan de gemeentesecretaris wanneer hij iets over de gemeente wil weten. Maar ook zonder die te raadplegen meent hij wel te weten dat de gemeentewet deel neming van niet-raadsleden aan de discussie over de begro ting niet verbiedt. „Het kan op twee manieren. Je kunt nadat de raadsleden in eerste termijn hebben gesproken, na de algemene beschou wingen dus, het officiële gedeelte van de vergadering slui ten en dan de publieke tribune aan het woord laten. Je kunt ook eerst de hele vergadering afwerken. Dat moet de raad maar uitmaken. Omdat bij ons de algemene beschouwingen in twee delen zijn geknipt, waartussen een dag of een paar dagen liggen, vind ik het voordeel van de eerste mogelijk heid, dat de mensen dan rechtstreekser kunnen reageren op de woorden van de raadsleden. Maar het voordeel van de tweede mogelijkheid is, dat de aanwezigen eerst de ant woorden van het college hebben kunnen horen voordat ze hun eigen opmerkingen maken". Het idee om het publiek meer bij de begrotingsbehandeling te betrekken stamt van de nog net geen twintig jaar oude Jan Sierts, al geruime tijd actief in de politiek als lid van de Arjos en voorstander van een jeugdparlement. „Hij kwam op een avond vlak voor het nieuwe jaar bij me langs met zijn voorstel", aldus de heer Miedema, „en ik zag er direct wat in. Ik pleegde overleg met de twee wethouders en die waren er ook voor. Daarna is het voorstel naar de raad ge gaan. Eind deze maand komt het in behandeling. Het is een mooie gelegenheid om de burgers inspraak te geven, een verlangen waarmee ik het geheel eens ben" De elf raadzetels in Winsum worden bezet door ARP (5), P.v.d.A. (4), C.H.U. (1) en V.V.D. (1), een patroon dat het dorp al vele jaren volgt bij de gemeenteraadsverkiezingen. „Het voor of tegen deze voordracht zijn zie ik meer als een kwestie van mentaliteit dan van politieke richting", zegt de heer Miedema, die lid van de A.R.P. is. De begroting waar straks over gepraat zal worden, is met veel pijn en moeite sluitend gemaakt, als de aanvullende bijdrage uit de schatkist tenminste zo groot uitvalt als B. en W. hopen. „We hadden eerst een niet-sluitende begroting. Maar juist vanwege deze plannen tot inspraak van het pu bliek hebben we hem omgewerkt. Een niet-sluitende be groting kan die inspraak frustreren, omdat ze geen speel ruimte biedt". Er wordt ook in Nederland nog al wat aandacht besteed aan de ruzie tussen twee (zeer grote) glas industrieën in Frankrijk die el kaar naar het leven staan. Tel kens weer komt men berichten te gen dat beide partijen een en soms twee advertentiepagina's in haast alle Franse dagbladen hebben ge kocht, de een om de aandeelhou ders (van de tegenpartij) op de hoogte te brengen van het zeer gunstige bod dat men op de aan delen heeft gedaan, de ander om de (eigen) aandeelhouders ervan te weerhouden op dat bod in te gaan. Om het in Nederlandse ter men van het laatste halfjaar uit te drukken: er wordt in Frankrijk een financiële overval gepleegd en de strijd tussen beide woedt op dit ogenblik in volle hevigheid. Waar mee dan ook de Nederlandse be langstelling verklaard is: de al dan niet vrijwillige overnemingen en fusies tussen bedrijven die wij de laatste jaren hebben meege maakt, vragen om een wettelijke regeling of op z'n minst om een erecode voor deze materie. Hoe men dit in Frankrijk gaat oplossen kan hierbij tot lering strekken. Daarvoor is het nodig dat men in dit verhaal-in-afleveringen de draad kan terugvinden onze Parijse correspondent vertelt hier onder hoe de vork in de steel zit. Het begon op 21 december. Op die dag deed de glasfabriek Bous- sois-Souchon-Neuvesele (B.S.N.) een bod van 230 francs uit te beta len in converteerbare obligaties op de aandelen St. Gobain, die toen ca. 150 noteerden. B.S.N. stelde hierbij de voorwaarde, dat er vóór 27 januari 3.366.000 aandelen St. Gobain moesten worden aangebo den wilde zij 't bod gestand doen. Dit was circa een derde van de 11,5 miljoen aandelen St. Gobain, die in handen zijn van tweehonderd duizend aandeelhouders. Het was een donderslag bij hel dere hemel en men kan zich de ver wondering voorstellen van de Fran sen. Een onbekende glasfabriek wil de een van de weinige Franse indus trieën op Europees, zo niet wereld niveau, opkopen, dan wel een con trolerende positie er in verwerven. St. Gobain behoort namelijk met haar 153 fabrieken over de hele wereld en ruim 100.000 werk nemers tot de grootste onderne mingen op aarde. Het exploitatie- cijfer van dit meer dan 3 eeuwen oude bedrijf ligt in de buurt van de 9 miljard fr. De winst na be lastingen bedroeg in 1967 meer dan 130 miljoen francs. Voor 1971 wordt er een winst van 250 miljoen francs in het vooruitzicht gesteld. Deze reus werd nu opeens be dreigd door B.S.N. die weliswaar een veel kleiner bedrijf is, maar kerngezond. Het is op het gebied van vensterglas zelfs het grootste van de wereld. Zo heeft het onge veer 80 pet. van de Duitse markt op dit gebied in handen. Met veer tigduizend werknemers bereikt het een exploitatiecijfer van twee mil jard francs per jaar. Zijn aande len staan op de beurs in de buurt van de 1000. Deze groepen hebben niet altijd zo vijandig tegenover elkaar ge staan als nu. Op veel punten werk ten zij zelfs samen. Samen had den zij een meerderheidsbelang in Seprosy, die plastic emballagema teriaal produceert en bij Sovis voor 't vervaardigen van speciaal glas. Zelfs hadden zij gezamenlijke filialen, zoals Triplex (autoglas) en Sogever (voor de expansie van glas produkten). Vrijwel al 't spiegel glas, dat in Frankrijk wordt ver kocht, wordt door een gezamenlijk filiaal van deze onderneming ver vaardigd. Hoe is deze vriendschap en samenwerking zo opeens in vij andschap en concurrentie kunnen verkeren? Vermoedelijk ligt het antwoord in de verschillende aard van elk van de concerns. Sinds oktober 1665, toen door be paalde privileges van koning Lode- wijk XIV de Koninklijke Glasfa brieken werden omgezet in de Com pagnie de St. Gobain. is dit bedrijf 'n aritocratische onderneming ge bleven, steunend op oude, vaak overjarige tradities. In het midden van de vorige eeuw werd de ingang van 't hoofdgebouw in 't centrum van Parijs nog bewaakt door twee wachters met hellebaarden, gesto ken in uniformen van de konink lijke garde met de rode broek. Vandaar ook de tegenstelling dat. hoewel St. Gobain het meest ge perfectioneerde onderzoekcentrum van Frankrijk bezit, waaraan zij zes miljard francs per jaar be steedt, zij nog geen 50 jaar gele den het glas produceerde volgens het procédé uit de tijd van Lode- wijk XIV. Daartegenover komt te staan de jonge, dynamische en moder ne B.S.N., die onder leiding van haar president-directeur-generaal Antoine Riboud (51) voortdurend op een verovering uit is. In dit op zicht lijkt deze bankierszoon uit Lyon precies op de dictator van Fiat, Agnelli, die ook meer finan cier dan fabrikant is. Het verschil in aard kwam dan ook het beste tot uitdrukking toen in 1959 de Engelse firma Pilking- ton Brothers het Floatglass-procé- dé uitvond, waardoor de kostprijs van het glas met 25 pet. kon wor den verminderd. B.S.N. bedacht zich geen ogenblik en kocht de li centie. St. Gobain daarentegen weigerde het te kopen. „Wij pro duceren in Frankrijk een beter soort glas dan de Engelsen met hun nieuwe procédé kunnen berei ken en tegen een redelijke kost prijs." Slechts in die landen, waar de fabrieken van St. Gobain minder goed waren uitgerust dan die in Frankrijk, ging de onderneming op het nieuwe procédé over. literaard zag Antoine Riboud hierin een gevaar voor zijn eigen bedrijf. „St. Gobain en B.S.N. zijn twee parallelbedrij- ven", zei hij. „Met de snelle tech nische ontwikkeling kan ons dit parallellisme duur te staan ko men. Wij worden als gevolg daar van beide zwakker. Bij de huidi ge internationale concurrentie kan dit niet alleen St. Gobain, maar ook de B.S.N. noodlottig worden. Daarom zijn wij gedwongen om samen te werken." Eind 1967 zocht hij daarom con tact met de 64-jarige president- directeur-generaal van St. Gobain, Arnaud de Vogué. Na vier lange onderhandelingen, waarin op ver schillende punten wel overeen stemming werd bereikt, weigerde De Vogué dit zakelijke huwelijk. Daarom moest Antoine Riboud een andere weg inslaan. Hij over tuigde de banken Lazard Frères, de Nederlands-Franse Banque de Paris et des Pays-Bas en Neufli- ze-Schlumberger van de noodzake lijkheid van deze fusie en met hen is hij nu de grote aanval op St. Gobain begonnen. Misdaad is geen HJ dsTsrachQnasl en criminaliteit is niet gebonden aan een bepaalde maatschappijstructuur. Want ook al sal niet ledereen kun nen en willen onderschreven dat „de mens van nature geneigd is God en z(jn naaste te haten" zoals de Heidelbergse Catechismus het omschrijft niemand cal ten diepste onderschrijven dat „de omstandigheden de dief maken" om van de misdaad tegen het leven nog maar te zwijgen. Het menselijk innerlijk èn de omstandigheden ze bepalen beide gezamenlijk de misdaad en de misdadiger. Waarbij die omstandigheden geheel verschillend kunnen «iJn: onze welvaartsstaat met rijn zeer materialistische denkwijse lokt misdaden uit en soms op een volkomen onverwachte wijze en zo lokte de armoede van enkele decennia terug misdaden uit. Natuurlijk zijn in de meeste gevallen de uitkomsten van de misdaad gelijk - maar de vraag blijft ln hoeverre de omstandigheden het motief hebben bepaald. Vandaag is het precies veertig jaar geleden dat Nederland werd opge schrikt door een der ergste misdaden uit de Nederlandse criminele historie: het drama van Lucaswolde, waarbij vier politiemensen op gruwelijke wjjae werden vermoord. In onderstaand artikel roept de Veenendaalse publicist Rik Valkenburg desa misdaad nog eens op. Niet om de details, want het was allemaal nogal simpel, maar wel omdat hjj getracht heeft het motief van de dader te doorgronden. Daar toe is h(j naar het noorden gereisd en heeft hij met ver schillende mensen gesproken die het drama van nabij hebben meegemaakt. Men vindt sQn verhaal hieronder. Op dc 18e januari van de strenge win ter van 1929 openden alle kranten in Nederland unaniem met een en dezelf de gruwelijke kop: „Vier veldwach ters doodgeschoten; de dader heeft zijn huis in brand gestoken en is gevlucht". Met daaronder het verhaal zoals we hier uit een van die kranten citeren: ,.In het afgelegen Lucaswolde, on der de gemeente Grootegast, heeft vanmorgen een viervoudige moord plaatsgevonden, waarbij vier veld wachters om het leven kwamen. Het zijn de gemeenteveldwachter van Grootegast M. v. d. Molen, de rijksveldwachter van Sebaldeburen J. Werkman, de gemeenteveldwach ter van Opende A. Meyer en de rijksveldwachter van Opende H. H. Hoving. Het viertal begaf zich vanmorgen naar de woning van een zekere IJje Wijkstra te Lucaswolde om op last van de officier van Justitie te Gro ningen de vrouw van H. Wobbes te arresteren, wier man in de gevange nis zat en die twee weken geleden haar zes kinderen te Opende onver- verzorgd had achtergelaten en haar intrek had genomen bij de onge huwde heer Wijkstra te Lucaswol de, met wie zij samenleefde. Hoe het drama zich precies heeft afge speeld valt nog niet met zekerheid te zeggen, maar wel staat vast dat Wijkstra de vier veldwachters heeft doodgeschoten en daarna de hals afgesneden. Toen hij dit luguber bedrijf voltooid had heeft hij zijn woning in brand gestoken en zelf de vlucht genomen. Omwonenden zijn er daarna op afgekomen en hebben hulp gehaald. Spoedig ver schenen ook de burgemeester en de secretaris van Grootegast, als ook de marechaussee van Marum op de plaats des onheils. Dr. Sunier van Grootegast werd eveneens naar Lu caswolde ontboden Na veertig jaar zijn de feiten en ge beurtenissen heel nauwkeurig te re construeren. Een van de ooggetuigen van toen was de heer L. Boersma, nu wonende te Drachten, toen in Opende waar hij tal van functies bekleedde hij was onder meer raadslid van de gemeente Grootegast. Hij vertelt: „Toen de opperwachtmeester Jutte en de wachtmeester Bouma, na ge alarmeerd te zijn, zich onmiddellijk naar Lucaswolde begaven, troffen zij daar de behuizing van Wijkstra bran dend aan. Bij de woning dicht bij de deur vonden zij de gemeenteveldwach ter van Grootegast, de 63-jarige Mein- dert van der Molen, met een schot door het hoofd en afgesneden hals. Aan weerszijden van het huis lagen de stoffelijke overschotten van de drie andere veldwachters, respectievelijk 33, 39 en 45 jaar oud. De rijksveld wachter van Sebaldeburen, D. Werk man, had een schot in de buik en lag deels in de sloot". En dit is het verhaal van de toen malige buurman van Wijkstra, de heer K. Pauw. „Die morgen om half zeven vertelt hij waren de vier veld wachters bij Wijkstra op bezoek geko men om de bij hem „inwonende" vrouw, Aaltje van der Tuin (alias me vrouw Wobbes) te arresteren. Aanvan kelijk ging het er gemoedelijk toe, maar om kwart voor acht hoorde ik plotseling schieten, gevolgd door een angstig gekerm. Ik wist dat Wijkstra in het bezit van vuurwapens was en dacht er het mijne van. Geschrokken ben ik naar 'n andere buurman Klaas Homan gerend, want in mijn een tje durfde ik mij niet in het tumult te mengen". Klaas Homan: „Samen met buur man Pauw en een knecht van mij gin gen wij op het rumoer af. We zagen IJje Wijkstra uit de achterdeur ko men, met een buks of karabijn bij zich. Toen hij ons zag, gebaarde hij ons te blijven staan waar we waren. Toen holde hij de hoek van het huis om en schoot weer. Er werd terugge schoten. Blijkbaar schrok hij daarvan, want hij rende snel het huis binnen. Even later hoorden we hulpgeroep van I I V?"',".. IJJE WIJKSTRA uniformenhater enkele politiemannen, die reeds ge troffen waren. Inmiddels kwam Wijk stra weer met zijn wapen naar buiten waarna ik mijn knecht naar Marum stuurde om de marechaussee te alar meren... Wijkstra bleef in de buurt van het huis en spoedig begon hij weer te schieten. We hoorden hem roe pen: Kom maar uit de sloot, ik zal je niets meer doen..." Toch schoot hij weer een keer of wat. Zachtjes aan verstomden de ge luiden" De heer Boersma woonde ook in de nabijheid van Wijkstra: „Toen ik op de plaats van het misdrijf aankwam, lag er nog bloed op de sneeuw. De politie agenten hadden geen karabijn bij zich gehad. Voetstapen op het erf vertoon den bloedsporen. Door de marechaus see was het lijk van Van de Molen ver legd, daar het anders gevaar gelopen had verbrand te zullen worden. De stof felijke resten van de vier vermoorden werden per vrachtauto naar Grootegast vervoerd, waar zij in de trouwzaal op de vloer werden gelegd. Die middag heb ik vol ontroering enkele ogenblik ken vertoefd bij de bebloede lijken van de slachtoffers van deze gruwelijke mis daad. Genoemde veldwachters stonden als meelevende mensen bekend. Vooral Van de Molen, die eigenlijk nooit een proces-verbaal opmaakte, was in staat door zijn verstandig en vaderlijk optre den in deze vroeger wel wat ruwe om geving veel kwaads te voorkomen. Van de Molen was weduwnaar met twee kinderen, een zoon en een dochter; Meijer liet 4 kinderen na, Werkman 3 en Hoving 2 jonge kinderen!... Wie was eigenlijk deze IJje Wijk stra? Een manusje van alles! Har monicaspeler, metselaar, voeger, klompenmaker en noem maar op. Op muzikaal gebied was hij zeer be gaafd, zowel in het populaire als klas sieke genre. Zijn moeder was een zachtaardige, gelovige vrouw, aan wie h(j nogal gehecht was. Hjj had echter een uitgesproken haat aan al les wat in dienst van de overheid stond. Uniformen kon hij niet uit staan! Dominees waren vriendjes van de „kapitalisten" en speelden onder één hoedje met hen, terwijl de arbei ders door hen werden gesust en uit gebuit. Tegen het politie-apparaat groeide zijn haat en afkeer uit tot *n obsessie. Tegen deze achtergrond valt er misschien wat meer licht over, hoe een man als hij, met een blanco-strafregister, tot deze gruwel daad kon komen. Wijkstra toonde na zijn daad, geen tekenen van berouw. verbonden worden. Ze staan 's morgana om kwart voor elf voor het huis van de dokter en bellen aan. Mej. Turksma het dienstmeisje, doet open en laat de mannen in de wachtkamer. Ze vertelt dat dokter niet aanwezig is maar elk ogenblik thuis kan komen. Wijkstra en zijn vriend nemen plaats op een stoel. De moordenaar is erg onrustig en wekt deernis door zijn bloedende won den. Het meisje toont medelijden. Wat beweegt Wijkstra ook nu weer, om haar zo maar de volle waarheid te gaan vertellen?... Zelfs de lugubere details bespaart hij het verschrikte kind niet. Mej. Turk sma houdt zich flink, maar innerlijk schokt het haar hevig. Angtig kijkt ze naar de moordenaar. Er brandt een vreemd vuur in zijn ogen! Zijn onrust maakt plotseling plaats voor een ge heimzinnige en angstaanjagende koel bloedigheid: „Als hier een politie-agent binnenkomt, schiet ik hem morsdood", dreigt Wijkstra. Het meisje krimpt in een. Eindelijk komt de dokter thuis. Hij bekijkt de wonden en schudt zijn hoofd. Geen karweitje voor een huisarts. Hij adviseert de gewonde met klem naar een ziekenhuis te gaan, daar het anders niet goed zal gaan. Wijkstra stemt er mee in. De dokter belt de heer Wil- lems te Folbert, die weldra met een auto voorrijdt en het tweetal naar het R.K. ziekenhuis zal vervoeren in Gro ningen. „Eigenaardige kerels", mompelt de dokter voor zich heen als hij naar de wachtkamer terugloopt. Wat hij daar ziet doet hem schrikken. Het dienst meisje ligt languit over een bank en snikt hartstochtelijk. Dokter Informeert naar de oorzaak. Hortend en stotend vertelt het geëmotioneerde meisje wat ze wedervaren heeft. Nu is het de beurt van de dokter om geschokt te worden. Hij beseft dat zijn leven aan een zij den draad gehangen heeft. Als de man nen verkeerd gewild hadden!... Dokter Huizinga gaat nu direct tot da den over. Hij stuurt een telegram naar het R.K. ziekenhuis te Groningen en licht hen in over de komst van de da der in de geruchtmakende moordaan slag deze morgen te Grootegast. Intussen rijdt de heer Willems met de gewonde moordenaar en diens ka meraad naar Groningen en ziet hen daar achter de deuren van het zieken huis verdwijnen... In het R.-K. ziekenhuis hadden ze dus „lucht" van het geval gekregen. Na een licht onderzoek stuurden zij het tweetal met een briefje naar het aca demisch ziekenhuis in Groningen. Hier van werden twee rechercheurs, die zich op de Heerenweg ophielden, in kennis gesteld. IJje Wijkstra moest de Heeren weg aflopen, om bij het academisch ziekenhuis te komen. Inmiddels liepen daar bij het ziekenhuis op de Heeren weg ook de twee rechercheurs en enke le politie-agenten. Het signalement was volledig bekend, dus werd Wijkstra spoedig herkend. Hij werd van achte ren besprongen en kreeg geen gelegen heid zich tegen zijn arrestatie te ver zetten. De agenten boeiden hem op de plaats van gevangenneming en brachten hem naar het politiebureau. Daar vond men een geladen browing op hem met 7 scherpe patronen en 34 Duitse geweer patronen. Tijdens een onderzoek bleek dat het wapen waarmee het misdrijf gepleegd werd, een Duits Erfurst ge weer 1927 was. Het werd in het ver brande huis aangetroffen met afgebran de kolf. Hoe het met Wijkstra ging? De da der ziet kans een vriend te bereiken en gaat er met hem vandoor. Hij is erg nerveus. De vlucht kan niet onge hinderd plaatsvinden, want hij heeft 'n schotwond aan zijn rechterbeen en in zijn rechterarm. Er moet wat aan ge daan worden. Toch is zijn eerste tocht niet naar een dokter, maar naar zijn oude moe der te Lucaswolde. Hij vertelt het oude mensje de hele toedracht, en neemt af scheid van haar. Ze blijft in tranen achter. De twee mannen gaan nu naar Dok ter Huizinga te Folbert. Wijkstra wil Voor de berechting van IJje Wijkstra bestond een enorme belangstelling. Daags tevoren stond er reeds een grote file te wachten voor het gerechtsge bouw te Groningen. De rechtbank werd gepresideerd door mr. F. J. Lisman, terwijl de verdediging in handen was van mr. M. Levie. Er werd levenslang geëist. De uitspraak: veroordeling tot 20 jaar gevangenisstraf voor het plegen van doodslag (moord kon niet ten laste gelegd worden). Elf jaren lang bracht Wijkstra door in de strafgevangenis te Leeuwarden. Toen werd hij overge bracht naar een gesticht ergens in Noord-Brabant, waar hij in 1943 over leed. Maar reeds lang tevoren, slechts vijf weken na het drama, overleed zijn oude moeder.... De berechting van IJje Wijkstra, de viervoudige politiemoordenaar van Lucaswolde, door de rechtbank Ie Groningen, trok enorme belangstelling. Daags voordat i'c zitting zou beginnen stond men al in lange rijen voor net gebouw in de hoop de volgende dag maar niets van de zitting te missen. Er waren vele inwoners uit Groote gast, maar ook mensen die niets met de zaak uitstaande l adden en alleen maar nieuwsgierig waren

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1969 | | pagina 12