Ook nu er al
100 miljoen
in het water
is gesmeten
op 't Continentale Plat
begint de tweede ronde
Beleggingsfondsen in de knel
door Amerikaanse agressie
Moeilijkheden en wereldbeeld
Moeilijkheden en daden
Moeilijkheden en duidelijkheid
Kanttekeningen
bij een
uniek proces
HBéh
Goede kans
Meningsverschil
Gasrush
De moeilijkheden binnen de Partij van
de Arbeid hebben deze week veel stof
doen opwaaien en dat is begrijpelijk. In
de eerste plaats omdat de P. v.d.A. een
grote politieke partij is met veel leden en
een nog veel grotere verkiezingsaanhang
- deze allen voelen zich terecht bij die
moeilijkheden betrokken. Maar ook iede
re andere Nederlandse staatsburger heeft
ermee te maken: in ons staatsbestel zijn
de politieke partijen nu eenmaal de pijlers
waarop de democratie rust. In en via die
partijen vindt de staatsburger de hem
rechtens toekomende mogelijkheid om
Invloed uit te oefenen op het bestuur van
stad en land. En daarom zou het fout
zijn de nu gerezen moeilijkheden af te
doen met de opmerking dat het hier gaat
om Interne van een partij die voor het
algemeen belang maar van heel beperkte
betekenis zijn.
In het diepste wezen gaat het hier trou
wens niet om een typisch PvdA-pro-
bleem en het is zelfs geen typisch poli
tiek probleem. Het gaat hier om een bot
sing van generaties en ook dat is nog niet
concreet genoeg gezegd, want elke gene
ratie botst meer of minder hard op de
voorgaanden zonder dat er altijd van wer
kelijke verschillen gesproken kan worden.
Nu echter lijkt het of men bij een van
de keerpunten gekomen is zoals men in
elke eeuw er maar een paar vindt. De nu
aanstormende generatie wil het anders,
wil alles anders. Studenten en zelfs mid
delbare scholieren willen een ander onder
wijssysteem, arbeiders willen wérkelijke
medezeggenschap, het niet-blanke ras wil
nu wel eens wérkelijk als gelijkberechtigd
beschouwd worden, de arme landen wfl-
len dat het nu eindelijk een écht komt tot
een verdeling van de welvaart. En...de
jeugd van nu wil nu eindelijk wel eens
écht vrede en geen op de angst en op
evenwichtsblokken berustende wapenstil
stand. En men wil dat alles tegelijk
nu! Niet langs de lijnen van geleidelijk
heid die de oudere generatie altijd uitstip
pelt.
En men meent dat daarop juist nu een
kans is omdat nooit tevoren zo dringend
de oproep tot de mens is uitgegaan om
werkelijk méns te zijn.
Denk niet dat dit een overtrokken beeld
is of dat men daarmee de soms zo onbe
kookte en onbehouwen Nieuw-links-aan-
hang te veel eer aandoet. Want hetzelfde
speelt zich af in heel de samenleving en
in alle politieke partijen. Op een andere
manier - dat gelukkig wel. De onrust die
men over al deze zelfde onderwerpen
vindt binnen de kerken en binnen de con
fessionele partijen komt voort uit de roep
om christelijke solidariteit en evangeli
sche radicaliteit. En in het licht van de
bijbel huivert men (nog) terug voor re
volutionaire activiteit. In het klein, binnen
de eigen partij of kerk, en in het groot, in
de wereld. Maar uit welke basis ook rede
nerend, in de praktijk vinden socialisti
sche en communistische en mohamme
daanse en radicaal-christelijke jongeren
elkaar. Zij willen het anders - nu! En ze
komen in opstand tegen alles wat hen
daarvan wil afhouden! Dat is het eerste
wat men zich moet realiseren als men
praat over de moeilijkheden binnen de
Partij van de Arbeid.
Van het bovenstaande behoeft niemand
ah te zeer te schrikken en ook is het niet
nodig de moeilijkheden binnen de Partij
van de Arbeid te zien als een drama
waarmee het voortbestaan van ons demo
cratisch staatsbestel gemoeid is. Zo is het
niet. Zo is het allereerst al niet omdat de
ze revolutiegeest ook onder de jongeren
nog lang niet gemeengoed is. De baardi
ge lieden van Nieuw Links, de studenten
die universiteitsgebouwen bezetten, de an-
tie-Amerika-betogers - ze maken wel 't
meeste lawaai en trekken door hun acties
wel de meeste publiciteit maar ze verte
genwoordigen niet dé jeugd. Ze zijn hoog
stens de voorhoede van de nieuwe genera
tie en als zodanig trachten ze de gevestig
de orde juist daar te doorbreken waar die
het zwakst is. En dat lukt altijd maar in
heel beperkte mate.
Dat neemt niet weg dat het fout zou
zijn hen te negeren of hen maar te laten
praten en niets te doen. Het zou fout zijn
omdat ze in vele opzichten gelijk hebben,
want er Is Inderdaad aan onze samenle
ving heel wat te verbeteren. En het zou
ook fout zijn omdat achter die voorhoede
immers de grote massa komt, minder
agressief en meer bereid tot compromis
sen misschien, maar toch duidelijk ook
bezield van de wil om tot veranderingen
te komen. En wil men die drang tot ver
anderen in goede banen leiden dan zal
men nu al met luisteren moeten beginnen.
Er is trouwens nog een facet aan deze
zaak dat het allemaal wat minder dra
matisch maakt: de ervaring leert dat
verantwoordelijkheidsbesef groeit naarma
te de verantwoordelijkheid groter wordt.
Het is niet moeilijk om, als je jong bent
en vol idealen, de zaken te willen uitvech
ten op het scherp van de snede. Het is
niet moeilijk om, zoals nu gebeurd is, te
eisen dat de DDR onvoorwaardelijk en
onmiddellijk wordt erkend - zou men
ook zo gemakkelijk praten als men wist
dat men dat besluit kon uitvoeren en dat
men voor de gevolgen verantwoordelijk
was? Het is goed dat een groep als Nieuw
Links ons op het vraagstuk van de ver
deeldheid in deze wereld drukt en dat
mag zelfs op deze wat rigoureuze wijze
gebeuren. Het zou kwalijk zijn als Nieuw
Links ook inderdaad de macht zou heb
ben om haar zienswijze door te drukken.
Gelukkig is het niet zo!
.Er is «champer opgemerkt dat dit con
gres van de PvdA de duidelijkheid in de
Nederlandse politiek niet ten goede komt.
Dat is slechts tot op zekere hoogte waar
- het geldt namelijk alleen maar voor
degenen die tot dusverre hun stem aan
deze partij gegeven hebben. Zij zullen in
derdaad met zichzelf te rade moeten gaan
of ze dat ook de volgende keer nog kun
nen doen; of deze partij inderdaad nog
beantwoordt aan hun visie op de organi
satie van staat en samenleving. En we
kunnen ons voorstellen dat dat moeilijk
la!
Maar aan de andere kant heeft dit con
gres duidelijker dan ooit gezegd wat er
van de PvdA te verwachten is: in geen
geval samen in één regering met KVP
of WD. Duidelijker kan het nauwelijks,
want in de huidige politieke constellate
betekent dit dat de Partij van de Arbeid
ook na de volgende verkiezingen opposi
tiepartij zal zijn. Want dat zij, handelend
zoals zij nu doet, partners zal kunnen vin
den voor een regeringscoalitie die een
meerderheid haalt in het parlement, is uit
gesloten.
Of deze manoeuvre verstandig is, is een
andere vraag. Voor een partij met zulke
grote idealen als een socialistische partij
moet het wel zuur zijn te weten dat men
in de eerstkomende jaren weinig of niets
van de eigen ideologie in praktijk zal
kunnen brengen. En ook de kiezers zul
len hierover niet enthousiast zijn. Maar
Maar ze kunnen niet zeggen dat ze in dit
opzicht niet weten waar ze aan toe zijn.
Het is een eenvoudig rekensommetje. Eén
boring op zee naar olie of gas vergt een be
drag van tussen de 5 en 10 miljoen gulden.
Sinds 7 maart vorig jaar, toen de maatschap
pijen die daarom hadden gevraagd van het
ministerie van Economische Zaken toestem
ming kregen om hun gang te gaan op het
Nederlandse deel van het Continentale Plat,
zijn veertien boringen verricht. Neemt men
het gemiddelde dan zijn in dat afgelopen jaar
rond 100 miljoen guldens in het water ge
smeten met over het algemeen een vrijwel
negatief resultaat. Alleen de Nederlandse
Aardolie Maatschappij heeft driemaal raak
geboord, waarvan eenmaal in samenwerking
met Mobil Oil, maar of de gevonden gasbel
len ook groot genoeg zijn om ze te exploite
ren ligt nog in de toekomst verborgen.
Niemand echter is door deze gang van zaken
teleurgesteld. Voor de tweede ronde van de
ze run op de Noordzee, waarvoor tussen 15
november en 15 februari de aanvragen in
gediend moesten worden, hebben zich vrij
wel alle maatschappijen of combinaties van
maatschappijen die vorig jaar zijn begon
nen, weer aangemeld en het ligt dus in de
lijn der verwachtingen dat ook in het ko
mende jaar weer zo'n 100 miljoen in de gol
ven zal verdwijnen. Of het ook figuurlijk
De Nederlandse beleggingsmaatschap
pijen hebben het de laatste tijd niet ge
makkelijk. Ze zijn tot bloei gekomen in
de tijd dat ook de „kleine man" geani
meerd werd zich voor het wel en wee
van de beurs te interesseren het be
leggingsfonds bood hem de mogelijkheid
om op kleine schaal en met gespreide
risico's toch een graantje mee te pikken
van wat men dan met een groot woord
'speculeren' noemt. Maar het spel
want voor velen van deze beleggers is
het niet veel meer is fascinerend en
toen dan ook in 1968 de beurskoersen
naar een hausse opliepen, besloten velen
van hen de beleggingsfondsen te laten
voor wat ze waren en het zelf eens te
proberen. En lang niet altijd zonder
succes!
Nu komt men dergelijke moeilijkhe
den van conjuncturele aard wel te bo
ven veel groter zijn de moeilijkheden
van structurele aard. Dezer dagen ver
scheen in de landelijke pers een grote
advertentie van de IOS, de Investors
Overseas Services, met in grote letters
deze intrigerende slagzinnen„Wat u
niet weet van de effectenbeurs kost u
geld. Wat u er wel van afweet kan u
natuurlijk ook geld kosten". En op die
zelfde dag verscheen het bericht dat de
Verzekeringskamer aan die zelfde IOS
toestemming had verleend een verzeke
ringsmaatschappij te stichten die een
polis op de markt brengt die tegelijk
levensverzekering en aandelenbelegging
is. Waar deze IOS vandaan komt is
nauwelijks een vraag het is een (enorm
grote en enorm actieve) Amerikaanse
beleggingsmaatschappij die op deze wij
ze in Nederland en waar niet in de
wereld penetreert en dusdoende het
economische wel en wee van de Ver
enigde Staten nauw verstrengelt met
de rest van de wereld.
Maar keren we terug tot Nederland.
Tot voor vrij kort was het hier en elders
in Europa gebruik om, wilde men in
het bezit kojnen van Amerikaanse obli
gaties, aandelen of participatiebewijzen
in beleggingsmaatschappijen, deze te
verkrijgen op de plaatselijke beurzen.
Voor wat de aandelen en de obligaties
betreft is dat nog wel zo ongeveer zo,
maar op het gebied van die participatie-
bewijzen heeft zich een ware revolutie
voltrokken. De Amerikanen zijn daar
mee namelijk zelf de (Europese) boer
opgegaan en dat op een typisch Ameri
kaanse manier. Een heel leger acquisi
teurs, opgeleid in de moderne, agres
sieve verkoopstrategie en gesteund door
indrukwekkende advertentiecampagnes,
verspreidt zich dagelijks over het land
enboekt dikwijls succes. Daarbij
dient gezegd ze kunnen ook op indruk
wekkende cijfers wijzen. De waarde van
een aandeel in Fund of Funds bij voor
beeld (een van de drie beleggingsfond
sen van de IOS) bedroeg in oktober 1062
f 36,-, op 31 december 1968 f 97,25. Een
stijging dus van ruim 170 pet. in zes
jaar. De gecombineerde totale netto ver
mogenswaarde van de drie IOS-fondsen
(Fund of Funds, International Invest
ment Trust en Regent Fund) bedroeg in
1964 omstreeks 130 miljoen Canadese
dollars, nu ongeveer het tienvoudige van
dat bedrag. En dat zijn cijfers die me
nige Europeaan er toe brengt zijn te be
leggen gelden ook maar bij de meer dan
een miljard belegde dollars van de IOS
te voegen.
Voor de Nederlandse beleggingsorga
nisaties schept deze ontwikkeling ingrij
pende consequenties en noopt zij tot een
krachtige aanpassing. En daar het ge
drag van de Amsterdamse effectenbeurs
grotendeels beheerst wordt door de col
lectieve beleggers heeft bovenvermelde
structuurwijziging in ons beleggingspa
troon ook voor de beurs zelf belangrijke
gevolgen. De grote Amerikaanse concur
renten van de Europese beleggingsorga
nisaties blijken vooral hun kracht in de
acquisitie te ontlenen aan hun successen
in hun speurtocht naar groei. In een niet
aflatende ijver zoveel mogelijk te profi
teren van groeimogelijkheden binnen de
Amerikaanse economie kopen de maat
schappijen potentiële groeifondsen op in
grote hoeveelheden, maar zij ontdoen
zich er even rigoureus van als de groei
blijkt te zijn overschat. De meedogen
loze verkoopmethodiek van deze orga
nisaties hebben ook op het Damrak al
de nodige faam opgeleverd. De particu
liere belegger heeft nog altijd overwe
gend de neiging op zijn stukken te blij
ven zitten, ook als deze - tijdelijk - door
een diep dal van tegenslag en koersver
lies trekken. Hij wacht op betere tijden.
De beleggingsfondsen doen dat niet. Zij
verkopen, koste wat het kost.
Deze mentaliteit nu kan de Europese
beleggingsfondsen Nederlandse, Duit
se, Zwitserse etc. niet onberoerd laten
Willen zij de felle uitdaging van de
Amerikanen beantwoorden en zij zul
len dat wel moeten dan zullen ook zij
steeds meer aandacht dienen te schen
ken aan de groei, uitmondend in een
agressiever gedrag ten opzichte van hun
bezit. Tekenen daarvan zijn op de beurs
reeds merkbaar en voor de kleine parti
culiere belegger een belangrijk ver
schijnsel om rekening mee te houden.
De forse koersstijging van Desseaux,
Bergoss, Elsevier en de VNU, die de
naam van krachtige groeifondsen heb
ben, waren daarvan aan de haussekant
het bewijs, de koersval van de Meelfa
brieken, Wyers en vooral Norit zijn dat
aan de baissekant. Het manipuleren met
grote posten in dunne markten en dat
geld voor het gros van de Europese aan
delen brengt onvermijdelijk de kans
op doorschieten en overdrijving met
zich en hier blijft de kans ook voor de
kleinere belegger bestaan „zaken te
doen". Hij kan profijt trekken uit tijde
lijk overtrokken posities, maar dient
toch blijvend op zijn hoede te zijn.
weggesmeten geld zal zijn? Niemand kan 't
voorspellen maar de maatschappijen
gaan door want dergelijke risico's zijn on
losmakelijk aan het vak verbonden.
Nu is het ook weer niet zo dat men maar
lukraak ergens de boorbeitel kilometers diep
de zeebodem indrijft. Daar zijn uitgebreide
geologische studies aan vooraf gegaan. Men
heeft naarstig onderzoekingen gedaan naar de
ondergrondse bodemstructuur. Men weet dat
er onder Nederlands noordelijke provincies
een flinke gasbel ligt die ons en ook de ons
omringende landen nu al van aardgas voorziet.
Men weet ook dat de Engelsen in hun deel
van het Continentale Plat succes hebben ge
boekt en dat door de zeepijpleidingen (kosten
1,3 miljoen gulden per kilometer!) gas naar
het Britse vasteland stroomt. Met aan zeker
heid grenzende waarschijnlijkheid kan men
dus zeggen dat er ook in het Nederlandse deel
van het Continentale Plat gas en/of olie te
vinden moet zijn. Het is alleen maar de kunst
de juiste plaats te vinden!
Zoals gezegd, heeft de NAM tot dusverre 't
meeste resultaat geboekt: drie boringen heb
ben de aanwezigheid van gas aangetoond. Dat
was ook te verwachten want niet alleen kreeg
deze maatschapij het grootste aantal vakken
toegewezen (ons deel van het Plat is verdeeld
in blokken die elk worden aangeduid met een
letter en een cijfer) maar zij heeft ook het
meest begeerde deel gekregen: de vakken die
de verbinding vormen tussen de bel van
Slochteren en de Engelse boringen. Maar het
aantonen van de aanwezigheid van gas is nog
iets anders dan het exploiteren van een eco
nomisch winbare hoeveelheid, want daaron
der wordt verstaan ten minste 100 kubieke me
ter olie of 100.000 kubieke meter aardgas per
etmaal. Pas dan krijgt men van het ministerie
van Economische Zaken een winningsvergun
ning en zover is de NAM en is ook Mobil Oil
op het ogenblik beslist nog niet.
De vijftien maatschappijen die zich voor de
tweede ronde hebben aangemeld blijken zich
weinig aan te trekken van de juridische ge
schillen die over het Continentale Plat gere
zen zijn. Het hieronder afgedrukte kaartje
laat zien dat kleine landen als Denemarken en
Nederland bij de verdeling bepaald niet ka
rig bedeeld zijn vergeleken bij het aandeel
van de Duitse Bondsrepubliek bijvoorbeeld.
Bij die verdeling is men namelijk uitgegaan
van een soort denkbeeldig middelpunt ergens
in de Noordzee en vandaar uit is men lijnen
gaan trekken naar het meest noordelijke en
het meest zuidelijke stukje strand van elk van
de aangrenzende landen. De Britten waren
hiermee uiteraard het meest gebaat, de West
duitsers het minst want de Duitse Noordzee
kust is maar klein. Toen de eerste berichten
kwamen over de gasvondsten juist in die ge
bieden liet Bonn het er niet bij zitten: men
ging met Nederland en Denemarken in de
clinch en stelde voor een verdeling tot stand
te brengen waarbij gewerkt zou worden met
evenwijdige lijnen, dus niet meer naar een
middelpunt toe. Uiteraard ging die vlieger
VERDELING VAN OE N00R0ZEEBOOEM
niet op en dus besloot men de zaak aanhangig
te maken bij het Internationale Gerechtshof in
Den Haag. Het Hof heeft onlangs echter de
wijze uitspraak gedaan dat de drie landen het
onderling maar eens moeten zien te worden en
dat zou wel eens een langdurige geschiedenis
kunnen worden. De op boren beluste maat
schappijen wachten daar uiteraard niet op
de meeste zijn trouwens zo internationaal dat
het ze nauwelijks interesseert op wiens grond
gebied men bezig is. Als de voorwaarden maar
acceptabel zijn!
Om die voorwaarden gaat het en die voor
waarden zijn er oorzaak van dat de maat
schappijen haast hebben, grote haast zelfs.
Neem Engeland als voorbeeld. Nog geen tien
jaar geleden kostte een kubieke meter stads-
gas (niet al te best, gewonnen uit slechte en
dure kolen) de Britse burger rond 26 ets. Dank
zij een nieuw procédé (gaswinning uit nafta)
was in 1965 de prijs gedaald tot 15 ets. Toen
kwam het: Algerije bood een contract aan
voor vloeibaar gemaakt Sahara-gas: prijs om
streeks 9 ets. Nigeria kwam met een aanbod
van nog geen 7 ets. Slochteren bood gas aan
voor iets meer dan 6 ets per kubieke meter.
Maar daar zou dan een pijpleiding voor no
dig zijn die 300 miljoen gulden ging kosten.
En op dat ogenblik boorde BP het eerste gas
op de Noordzee aan. Er volgde een verwoed
prijsgevecht met de Britse Gasraad, dat BP
tenslotte een kortlopend contract opleverde,
maar tegen een prijs van 6'/ï ets. Niet slecht,
want maar heel kort daarna liet de Gasraad
weten dat er in het vervolg niet meer dan
maximaal 5 ets zou worden betaald.
Het voorbeeld maakt duidelijk waarom er
zoveel haast bij is: het gascokes-tijdperk is
voorbij, maar het kernenergietijdperk ligt in
het verschiet in die overgangsfase is het
woord aan het aardgas. Hoe lang die fase zal
duren is nog niet te zeggen, maar duidelijk is
dat wie het snelste aan de markt komt de
meeste kans maakt op de grootste verkoop
tegen lonende prijs.
En daarom zullen ook in de tweede
ronde van het Noordzee-avontuur vijf
tien maatschappijen samen weer miljoe
nen in het water smij
ten. Daarom ook zullen
op allerlei booreilanden
keiharde kerels weer al
le elementen trotseren
in hun nooit aflatende
drift om maar de beitel
in de grond in te drij
ven. Dieper en dieper
totdat op het controle
paneel de lampjes aan-
flikkeren ten teken dat
er in dat verre boorgat
iets aan de hand is. Dat
is het ogenblik waar
heen men gewerkt heeft
in dat monotone bestaan
van 12 uur op 12 uur
af, veertien dagen op
zee, veertien dagen aan
land om weer op adem
te komen. Maar voor de
staf-aan-de-wal is het
grote ogenblik pas geko
men als ze naar Econo
mische Zaken kan
gaan om de winnings
vergunning in ontvangst
te nemen. Want dan pas
weet men zeker dat die
miljoenen niet tever
geefs in het woelige wa
ter van de Noordzee zijn
gesmeten.
Het rechtsgeding tegen Hans van Z. is ten einde:
levenslange gevangenisstraf is uitgesproken te
gen deze meervoudige moordenaar na een pro
ces dat alles gegeven heeft wat het publiek er
van verwacht had. Er was een verdachte die nu
eens openlijk de meest schokkende en weerzin
wekkende feiten toegaf alsof het allemaal do
gewoonste zaak van de wereld was en die zich
dan plotseling weer op de meest verbazingwek
kende manier verdedigde (de manier waarop
bij „helderziendheid" gebruikte bijvoorbeeld
toen het ging over de moord op Elly Hagers),
óf die soms op de meest grove wijze de officier
van justitie attaqueerde. En dan als neven
figuren een bizarre persoonlijkheid als ouwe
Nol, getuigen soms die bang waren en door do
politie moesten worden opgespoord óf getuigen
die helemaal niet bang waren zoals de weduwe
die ouwe Nol op z'n nummer zette. Er waren
advocaten die al hun juridische kennis aan
wendden om hun cliënt toch nog in een zo gun
stig mogelijke positie te manoeuvreren (de ma
nier bijvoorbeeld waarop de advocaat van
ouwe Nol het geestelijk gestoord zijn van Van
Z. trachtte uit te buiten) én er waren rechters
die al het jobsgeduld toonden dat men zo
graag in rechters ziet. Het was allemaal, juist
omdat zulk soort zaken meestal alleen maar in
de bioscoop of via de beeldbuis gezien kunnen
worden, als beleefde men 'n thriller. Waarover
het doek dan nu gevallen is met het „levens
lang" een afloop die niet zo moeilijk to
voorspellen was.
Het is in Nederland (terecht) gebruik dat de pers
zich onthoudt van commentaar zolang de rech
ter nog met een zaak bezig is. Nu de uitspraak
gevallen is, Is er reden om een paar opmerkin
gen te maken over en naar aanleiding van
voor Nederland zo unieke proces. En dan aller
eerst over de „thriller-sfeer" die dit proces on
miskenbaar omgeven heeft. Aan een jong jour
nalist, die zich in het vak bekwamen moet,
wordt veelal als regel ingeprent, dat het crimi
nele bericht, of dat nu het relaas is van een
begane misdaad dan wel het verslag van de
rechtszitting, niet een „story", een „lekker ver
haal" mag zijn: hoe boeiend en hoe vol mense
lijke aspecten ook, In het verslag moet de ernst
van het misdrijf de bepalende factor zijn.
Die factor alleen bepaalt wat en hoe men het ds
lezer voorzet. Als we voorzichtig stellen dat de
verslaggeving van de rechtszaak tegen Van Z.
niet altijd aan die regel voldaan heeft, dan
lijkt ons de schuld hiervan niet in de eerste
plaats te liggen bij de verslaggevers maar bij
de rechtbank zelve. De rechters hebben Van
Z. alle gelegenheid geboden om zich te verde
digen terecht, want daarop mag ook een
moordenaar aanspraak maken. Maar de ma
nier waarop Van Z. die gelegenheid uitbuitte
kon naar ons gevoel niet altijd door de beugel
en niet altijd bleek de rechtbank de verdachte
duidelijk te kunnen maken dat hij verdachte
was, dat het hier ging om de berechting van
gruwelijke moorden. Van Z. maakte er soma
een spelletje van (h\j had immers niets te ver
liezen!) en dat had niet mogelijk moeten zijn.
De verklaring voor deze gang van zaken moet
men wellicht zoeken in onze tegenwoordige
rechtspleging waarin het element straf minder
accent heeft dan vroeger en de gedachte aan
genezing, wil men: „maatschappelijke aan
passing", een grotere plaats gekregen heeft.
Dit is een principieel uitgangspunt waarmee
lang niet alle burgers vrede hebben mis
schien zou het goed zijn als de rechterlijke
macht zich dat wat meer realiseerde. Hoewel
dit moet gezegd in het geval Van Z. de
rechters zich uitgeput hebben om duidelijk te
maken waarom zij wel de door de officier
van justitie gestelde eis van levenslange ge
vangenisstraf hebben ingewilligd, maar het
ter beschikking van de regering stellen ach
terwege hebben gelaten. „Van Z." zo zeg
gen zjj „is een gevaarlijk man. Blijkens het
rapport der psychiaters schuilen er in hem
wellicht nog mogelijkheden om ooit nog eens
tot een maatschappelijk aangepast gedrag te
komen dat kan zijn, maar de verantwoor
delijkheid daarvoor kunnen wij niet nemen.
Om de maatschappij te beschermen moeten
wij hem tot levenslang veroordelen of dat
levenslang ook inderdaad levenslang is, it
niet een beslissing van de rechter, want het
gratiebeleid is aan de minister voorbehou
den."
Juridisch is hier geen speld tussen te krijgen,
maar men vraagt zich wel af of de rechters
wel voldoende oog hebben gehad voor do
praktijk, want de praktijk is immers dat le
venslang nooit levenslang is. Zodat de burger
vreest dat Hans van Z. op een kwade dag
weer in de maatschappij zal moeten worden
opgenomen. Inderdaad, de minister heeft bij
het hanteren van zijn gratiebeleid mogelijk
heden om dat te verhinderen maar kan men
het de man die over twintig of vijfentwintig
jaar minister van justitie is, kwalijk nemen
dat hjj de redenen omdat te verhinderen
niet meer zo heel duidelijk voor zich ziet?
Ook op andere wijze heeft het proces-Van Z.
trouwens aangetoond dat de leden van de rech
terlijke macht soms wel ver van de praktijk
af staan. Het mag niet voorkomen dat een
rechter de psychiater moet vragen of in de
praktijk wel eens iemand die tot gevangenis
straf plus terbeschikkingstelling is ver
oordeeld, al voor het verstrijken van zijn
straftijd wordt overgebracht naar een behan
delingsinrichting voor terbeschikkinggestelden.
Een strafrechter hoort te weten wat de mensen
die hy veroordeelt te wachten staat. Hij
hoort de gevangenissen en strafgestichten te
kennen, want het is een integrerend deel van
de straftoemeting. Dat dit in Nederland nog te
weinig wordt beseft ligt aan het systeem:
men wordt hier opgeleid en benoemd tot rech
ter, zonder meer. Een verplichte speciali
satie is er niet misschien wordt dat bete*
nu er tijdens het onlangs in Den Haag gehou
den congres over straftoemeting krachtig
voor deze specialisatie is gepleit.
Nog een enkele opmerking tot slot. Het Natio
naal Bureau voor Reclassering heeft protest
laten horen tegen het feit dat radio- en tele
visieverslaggevers zich niet beperkt hebben
tot de initialen Van Z. maar de naam van de
verdachte voluit hebben gebruikt En zij vre
zen dat het de kranten er toe zal brengen in
het vervolg dan ook maar de volledige naam
van een verdachte te gaan noemen. Het bu
reau pleit voor een wettelijke regeling waar
bij het verboden zal zijn niet alleen de naam
maar ook de initialen wereldkundig te maken.
..De aard en de ernst van het misdryf, de oor-
'.aken en de achtergronden zijn belangrijk, de
leeftijd en het geslacht kunnen belangrijk
zyn", zo zegt men, „maar de naam is te enen
male onbelangrijk". Het is een gedachte die het
het overwegen waard is, maar het laatste
woord over deze voor iedere verantwoordeiyke
journalist zo moeilijke taak is nog niet gespro
kent
eï