Canadese
lucbtvaa rtm ij
bedacht
stunt je
om aandacht te
vestigen op nieuwe
Dienst wordt uitgemaakt
door handjevol mensen
Britse belasting
kan het niet aan
rj» Geestdriftig
CP Air
Klederdracht
Indruk
tr Show
Minzaam
Gebrek aan
communicatie
één der
oorzaken
Thesaurier-
generaal is
alleen maar
ambtenaar
Computer regelt
snelheid
op
autosnelweg
Ottawa De Roy al
ledereen mag lezen wat hij wilmaar
Meningen
over
tijdschriften-
censuur
verdeeld
„Zo kort"
Overstuur
„Op zichzelf"
Hoe mogelijk?
Actiever
Overleg
Discussievragen van
de Werkgroep
Progressief Akkoord
ZUID-AFRÏKA BLIJFT
BIJ DISCRIMINATIE
NIET BLANKE ARTSEN
Canadian Mounted Police (de
Canadese Rijkspolitie) keek
stomverbaasd toe, maar liet het
daarbij.
Het gaat natuurlijk alle perken
te buiten als bezoekers van het
paleis van de Britse gouverneur-
generaal in Ottawa na officieel
te zijn voorgesteld in de paleis
tuin gillend van de lach sneeuw
ballen gaan gooien. Maar wat
doe je als jong politieman op een
saaie post als die bezoekers
twaalf lieftallige meisjes van
omstreeks twintig jaar zijn?
De meisjes waren zo geestdriftig om
dat zij met uitzondering van de Ne
derlandse vertegenwoordigster, Ineke
Snaterse uit Sasseheim nauwelijks
eerder sneeuw in handen hadden gehad.
Ze waren door de Canadese lucht
vaartmaatschappij C(anadian) Paci
fic) Air vanuit hun tropische of subtro
pische vaderlanden naar Ottawa ge
vlogen met de eerste vlucht van CPAir
op de Canadese hoofdstad.
„Er zijn al zoveel andere luchtvaart-
lijnen op Ottawa, dat het feit dat wij
daar voortaan ook op vliegen, niet veel
indruk maakt", hadden ze bij CPAir
overwogen. Dus bedachten ze iets an
ders.
Ze haalden uit de landen waarop hun
nieuwe binnenlandse lijn op Ottawa aan
sluiting gaf een aantrekkelijk meisje in
nationaal kostuum of wat daarvoor
moest doorgaan (voor Nederland een
geel pseudo-middeleeuws kostuum, zon
der de door iedereen verwachte klom
pen).
Dat maakte inderdaad indruk, vooral
op de mannelijke Canadezen. Het begon
al bij het vertrek uit het reusachtige
Royal York Hotel in Toronto.
In de altijd schemerdonkere hal van
dit klassiek ingerichte hotel kwamen
dikbuikige en kalende zakenlieden met
pretoogjes informeren wie de baas was
van al dat moois.
Bij aankomst in Ottawa stal de ver
tegenwoordigster van Hawaii, Rose-
marie Alvaro, de show door de Canade
se minister van transport, Paul T. Hell-
yer, tot drie keer toe met kussen een
bloemenkrans om te hangen. Minister
president Trudeau, de internationaal be
sproken vrijgezel, was verhinderd.
„Maar als hij dat had geweten...", riep
iemand toen de kusplechtigheid terwille
van de fotografen voor de tweede keer
werd herhaald.
Een lid van de Canadese transport
commissie waarschuwde in zijn toe
spraak CPAirs president John C. Gil
mer, maar met een bewonderende blik.
„Als u altijd zulke meisjes hier brengt
zullen ze u van oneerlijke concurrentie
beschuldigen".
De twee meisjes die Japan vertegen
woordigden hadden hun eigen manier
van optreden. Ze schuifelden min
zaam glimlachend vooruit in hun kimo
no's (kleedtijd twee uur) en boden de
burgemeester van Ottawa een uitnodi
ging voor een bezoek aan de wereldten
toonstelling in Tokio in 1970 aan. „Ik zou
graag gaan, maar er zijn nog nieuwe
burgemeestersverkiezing voor die tijd",
sprak de burgemeester met een hulpe
loze blik.
De burgemeester van Rome had ook
een brief geschreven, die werd aange
boden door de Italiaanse Grazia Castelli.
Zij vertelde tegen iedereen die het maar
horen wilde dat ze politieke wetenschap
pen had gestudeerd, maar één blik was
voldoende om te weten dat dat bij haar
uitverkiezing voor de feestvlucht niet
de doorslag had gegeven. Ze had ook ar
tikelen uit het Nederlands vertaald, zei
ze, maar ze was heel verbaasd te ho
ren dat Auf Wiederseh'n in die taal niet
voorkomt.
De Canadese arbeidsproduktiviteit
moet zeker hebben geleden onder 't be
zoek van de meisjes. Overal waar ze zich
als groep vertoonden in klederdracht
op het vliegveld of „in burger" in een
schouwburg in aanbouw bijvoorbeeld
bleven mannen handen rusten en ver
richtten mannenogen overwerk. Of de
bijbehorende gedachten echter iets met
de luchtvaart te maken hadden, zal
CPAir moeten afwachten
Ondanks de kou glimlachend,
stapten de meisjes uit het eerste
toestel van C.P. Air dat ooit Ottawa
aandeed.
ROTTERDAM Het is bekend we leven in een vrij
land. Iedereen kan althans binnen zekere grenzen
doen en laten wat hij wil. Dat betekent ooklezen wat
hij wil.
De moeilijkheid is alleen, dat dit laatste niet altijd even
gemakkelijk gaat. In de praktijk komt het er op neer, dat
wat betreft kranten, tijdschriften en periodieken de dienst
in ons land wordt uitgemaakt door een handjevol mensen
importeurs, grossiers en eigenaren van winkels en kiosken.
Zij bepalen wat wij allen onder ogen krijgen. In de regel
baart hun geruisloze voorselectie weinig opzien zonder
dat veel mensen daar merkbaar warm of koud van wor
den, stellen zij bijvoorbeeld vast welke seks-, bloot - en
prikkelbladen voor massale Nederlandse consumptie ge
schikt zijn en voor welke uitgaven de liefhebber terecht
zal moeten in de meer duistere speciaalzaken.
Een enkele keer echter trekken hun beslissingen ruim
schoots de aandacht. Zo werd onlangs bekend, dat de
ILA-inloopwinkels van de N.V. Bruna in Utrecht niet
meewerken aan de verspreiding van het nieuwe Neder
landse blad voor homofielen. Seq. Hetzelfde geldt voor
Sappho, een periodiek voor lesbiennes.
Een poosje geleden werd aan de grote klok gehangen, dat
enkele belangrijke tijdschriftengrossiers weigerden het
laatste nummer van het NVSH-orgaan Sextant in de han
del te brengen.
De nogal uiteenlopende emoties op
roepende vraag luidt nu: moet dit wor
den gezien als een vorm van censuur?
Voor Hans Baaij, perschef van de
NVSH, ligt het antwoord voor de hand:
„Op deze manier wordt de persoonlijke
vrijheid van de koper en ook die van
de van grossiers afhankelijke boeken-
en tijdschriftenhandelaar beknot",
vindt hij. De afgelopen dagen is de
NVSH volgens Baaij „gek gebeld" door
(in sommige gevallen bijna wenende)
boekhandelaren in de „getroffen ge
bieden van het land", die allemaal
langs een achterdeurtje nummers van
Sextant op de kop probeerden te tikken.
Niets bijzonders
Tijdschriftengrossier H. Oldenburger
directeur van het Amsterdamse publi
citeitsbureau Actueel, ziet daar niets
bijzonders in. „Ja hoor 's, ik ben niet
roomser dan de paus", zegt hij, „maar
je hoeft niet alles te slikken. Ik vind
het best wanneer anderen een blad als
Sextant wel op de markt brengen
god zij dank leven we in een vrij land,
nietwaar? Maar met mij is het zo, dat
ik altijd graag wil weten waarmee ik
mijn geld verdien. Natuurlijk kan ik
niet al die duizenden bladen precies
gaan zitten nakijken, maar als ik weet
dat ze over de schreef gaan begin ik
er niet aan. En dat geldt niet alleen
voor sex, maar ook voor politiek: Eén
keer heb ik achteraf het geld dat ik
met zo'n blad had verdiend in de per-
soneelspot gestopt!"
V rijheid
Goed, allemaal prachtig, maar is het
juist dat het publiek moet accepteren,
dat anderen bepalen wanneer die
schreef wordt overschreden? Over naai
de heer Frits Bruna, die aan het hoofd
staat van (het kost hem even tijd het
na te tellen) 65 ILA-winkels en andere
verkooppunten van kranten en tijd
schriften de grootste onderneming
op dit gebied van Nederland. Hij zegt:
Het staat ieder bedrijf vrij iets te ver
kopen of niet. We kennen nog altijd een
vrijheid van handelen. Daarom behou
den ons het recht voor om een blad
op zuiver commerciële gronden niet te
nemen. Dat we Seq niet verkopen heeft
in het geheel niets te maken met de
advertenties die er in staan, zoals is
beweerd. Als dat het geval was, zouden
we ook Vrij Nederland uit de handel
moeten nemen. Het is doodgewoon zo,
dat we er zakelijk geen vertrouwen in
hebben".
De heer Oldenburger ziet de zaak in
een ander licht. „Wanneer wij een blad
niet verspreiden, gebeurt dat niet uit
zakelijke overwegingen. Aan elk blad
dat wordt verkocht verdienen wij im
mers geld?" Trouwens, we brengen een
heleboel bladen wel waar we niet beter
van worden".
Eerlijk
Ook Hans Baaij gelooft niet in de re
denering van de heer Bruna. „Het is
onmogelijk om na het eerste nummer
van een blad als Seq al te weten, dat
het niet commercieel is. Ik zie dit ar
gument dan ook als een ongelooflijke
rationalisatie van irrationele overwe
gingen. Mensen die zo'n mooi klinkend
verhaal vertellen, kunnen overigens best
het gevoel hebben dat ze eerlijk zijn
ze passen tzich volkomen aan bij de rol
die ze moeten spelen".
Terug naar Frits Bruna, wiens be
drijf naar hij vertelt door de
Groene Amsterdammer eens als „te
kuis" is gekwalificeerd. Welke normen
hanteert hij bij de bepaling of iets al
dan niet een plaats in zijn winkels
krijgt? „Dat is een groot probleem. Er
zijn gewoon geen maatstaven: wat een
jaar geleden nog niet kon, kan nu vaak
wel. Er zit een ontstellende vaart in de
ontwikkeling op dit gebied. Anderhalf
jaar geleden hadden we die affaire-
Phil Bloom; dat vond men schandelijk,
enzovoort, enzovoort. Het kostte de
VPRO een enorme hoeveelheid leden".
Bloot
„En nu? Twee, drie weken geleden
zet ik mijn stokoude TV-toestel aan en
ik zie een uurlang blote juffrouwen en
toestanden. Het zal mij benieuwen wat
er gebeurt, dacht ik. Maar niets hoor,
geen regel in de krant! Het is opeens
volledig geaccepteerd".
Is er voor een zaak als Bruna nog
een houvast in deze stormachtige ont
wikkeling? „Ik ga ervan uit, dat ieder
een vrij is om zijn mening te verkondi
gen, zolang hij er anderen niet mee
kwetst. Het is wel voorgekomen dat in
bepaalde bladen iets ten nadele van
het Koninklijk Huis verscheen of de
paus werd gekrenkt zoiets vinden
wij ongepast".
Sex
Met sex ligt het wat moeilijker, zo
blijkt. Olde burger: „Wat wij met dit
soort affaires willen bereiken is een
vaststelling van bepaalde normen. Bio
scoopeigenaren lopen geen enkel risi
co bij mijn weten mag er geen milli
meter film worden vertoond in de trant
van bepaalde tekeningen die in Sextant
verschijnen; dat zou meteen door de
keuring worden weggeknipt. Waarom
is er voor ons niet zo'n controle?"
Bruna: „Niemand weet wat mag en
niet mag, de justitie ook niet. Je moet
maar afwachten of een tijdschrift in
beslag wordt genomen. Wij als bedrijf
achten dat onjuist, daarom stellen wij
onszelf een limiet. Misschien is die wat
minder geavanceerd dan die van ande
ren. Zonder puriteins te willen zijn, wil
len wij onze zaken een zeker plezierig
aanzien geven.
Het is voor ons ook heel belang
rijk of een blad louter uit winstoog
merken wordt gemaakt. Zonder het er
altijd mee eens te zijn, accepteren we
Sextant vanwege de „know how" en de
wetenschappelijke achtergrond van de
NVSH. Zo ook Playboy: behalve die
blote plaat middenin brengt het ook
hele goede artikelen. Maar voorlopers
zijn we niet, nee. We komen liever een
stapje achteraan".
Boycot
Is het nu zo. dat een „boycot" door
bepaalde tijdschriftenhandelaren de le
venskansen van een blad ernstig be
perkt? Hans Baaij is er van overtuigd
dat dit het geval kan zijn; hij wijst er
op, dat zaken als Bruna en bepaalde
grossiers in sommige delen van het
land een monopolie-positie innemen. De
heer Bruna wijst dit echter niet zonder
verontwaardiging van de hand. „Dat is
bepaald niet het geval en het is ook
niet iets waar wij naar streven. Ja, in
een kleine plaats is men inderdaad
vaak aangewezen op één zaak, maar
dat is zo op elk gebied. Zelf woon ik
in Loosdrecht en daar is maar één sla
ger die man kan doen en laten wat
hij wil. Maar het staat ieder vrij zich
er als tweede slager te vestigen".
Toekomst
Tenslotte nog één vraag: wat gaat de
toekomst ons brengen?
Bruna: „Dat is moeilijk te zeggen, dat
hangt af van het publiek en de hele si
tuatie in het land. Het kan best, dat we
de bakens zullen verzetten. We brengen
nu al dingen in de verkoop die we een
aantal jaren geleden niet zouden heb
ben genomen. Ik zal u vertellen, dat
we vroeger geen bladen met blote toe
standen op de voorplaat etaleerden
nu is een juffrouw in een bikini niets
ernstigs meer. Ik zelf ben er voorstan
der van de hele boel vrij te laten, dan
reguleert de zaak zich zelf wel".
Variaties
Voorlopig moeten bladen als Sextant
en Seq dus nog even roeien met de rie
men die ze hebben. Zo slecht gaat dat
nu ook weer niet. Volgens Hans Baaij
is de oplage van Sextant in drie maan
den tijd verdrievoudigd. En hij vertelt
dat de exemplaren van het op zijn minst
nogal opzienbare NVSH-boek „Va
riaties" voor de prijs van vijftien gul
den als „hete broodjes de winkels uit
vliegen" ook die van de ILA.
Tegen de i.ihoud van dit boek beston
den dus geen bezwaren?
Baaij: „Nee, het is dan ook keurig
heteroseksueel".
Slachtoffers
van de
eenzaamheid
LOOSDRECHT De 21 eenzame
bewoonsters van de Godelindehof in
Loosdrecht zijn plotseling vol goede
voornemens. Voor de 22e bewoonster
komen deze voornemens te laat. Haar
lijk werd vorige week na 21 dagen in
haar flatje gevonden.
Vrijdagmiddag is de 69-jarige onge
trouwde Maria Catharina van Loenen
in Loosdrecht begraven. Alleen vijf fa
milieleden liepn achter haar kist.
Haar buren, die maandenlang op enke
le meters afstand van haar hebben ge
woond, zeiden ongeïnteresseerd: „O,
wordt dat mens vanmiddag begra
ven".
Marie van Loenen is het zoveelste
slachtoffer van de eenzaamheid. We
kelijks gebeurt het dat ergens in ons
overbevolkte land pas na dagen, soms
na weken, het lijk wordt gevonden
van een alleenwonende bejaarde.
De overgebleven bewoonsters van de
Godelindehof een complex pas se
dert het begin van dit jaar bewoonde,
lage nieuwbouwflats voor alleenstaan
den zeggen: „Het is natuurlijk erg
zielig, dat hier in ons midden een be
jaarde vrouw eenentwintig dagen dood
in haar kamer heeft gelegen voordat
zij werd gevonden. Maar wij wonen
hier allemaal nog maar zo kort, dat
de buren elkaar nauwelijks kennen en
zeker nog geen tijd hebben gehad om
contact met elkaar te zoeken".
Toch zijn de buren geschrokken. De
schrik zit erin, want de bejaarde be
woonsters vinden nu: „Het kan ons
ook overkomen".
Een van de bejaarde bewoonsters
zegt: „Wij moeten in het vervolg
maar goed opletten, of er bij één van
de mensen hier in de hof de gordijnen
dicht blijven".
De Godelindehof wordt bewoond
door alleenstaande vrouwen. Het zijn
merendeels werkende vrouwen van
rond de vijftig jaar. Van de 22 mensen
die er wonen zijn er negen ouder
dan 65 jaar.
De directe buren waren donderdag
middag niet thuis, toen een 83-jarige
zuster van juffrouw Van Loenen, me
vrouw Jansen-Van Loenen, op bezoek
kwam en het lijk ontdekte.
Zij had al drie weken lang niets van
haar zuster gehoord en kwam pools
hoogte nemen. Op haar bellen werd
niet opengedaan.
Mevrouw Jansen was gisteren nog
totaal overstuur. „Ik begrijp niet dat
de buren niets hebben geroken. Boven
dien moeten ze toch hebben gemerkt
dat de keukengordijnen dagenlang
dicht bleven. Alle buren komen daar
nota bene dagelijks langs".
Toen mevrouw Jansen niet binnen
kon komen, waarschuwde zij de poli
tie, die met een breekijzer de deur
forceerde. Het lijk van juffrouw Van
Loenen lag tegen de volop brandende
radiator van de verwarming aan. Uit
een vluchtig onderzoek bleek dat zij
daar eenentwintig dagen moet hebben
gelegen. De stank was verstikkend. De
televisie stond nog aan en alle lichten
in het huis brandden. Een arts consta
teerde dat de vrouw een hartaanval
had gehad.
Een van haar twee directe buren,
een ambtenares die onbekend wenst te
blijven, vertelde ons: „Die vrouw was
erg op zichzelf. Als ik haar tegen
kwam groetten wij elkaar. Ik neem
mezelf niets kwalijk. Zij was een kern
gezonde vrouw, die nog wel twintig
jaar had kunnen leven".
„Als ik 's avonds thuis kwam van
mijn werk waren haar keukengordij
nen dicht. Dat vond ik heus niet gek,
temeer omdat het licht dan brandde
De 83-jarige mevrouw Jansen
(staande) temidden van enkele
andere familieleden van Marie van
Loenen.
en ik de televisie hoorde. Ik dacht
dan: buurvrouw zit al naar de televi
sie te kijken".
De eenzaamheid van de bewoonsters
van de Godelindehof is groot. Zo groot
dat zelfs de leveranciers slechts zo nu
en dan aan de deur komen. De melk
boer is alleen bereid bij deze mensen
aan te bellen, wanneer zij een witte
kaart met een grote letter „M" voor
de ramen zetten.
Een Loosdrechtse politieman zegt
daarover: „De leveranciers willen al
leen bij je aan de deur komen wan
neer ze zeker weten dat ze wat aan je
kunnen verdienen. Een huis waar een
gezin woont, is natuurlijk een bron
van inkomsten voor een handelaar.
Maar wat interesseert zo'n melkboer
zich nou voor een half flesje melk dat
een alleenwonende vrouw eens in de
een of twee dagen van hem koopt?"
De in Loenen wonende familie van
„het slachtoffer van de eenzaamheid"
(een bejaarde broer, haar zuster, me
vrouw Jansen, een 56-jarige nicht, een
40-jarige neef en een 60-jarige zwager)
zeggen: „Wij nemen de buren niets
kwalijk. Marie was inderdaad een
moeilijk te benaderen vrouw".
„Maar hoe is het mogelijk dat de
buren niets hebben gemerkt van de
stank, het geflikker van het televisie
scherm en de gesloten gordijnen?"
Een van de buren, mejuffrouw M.
Luttje, zegt: Ik pleit mezellf heus
niet schoon. Natuurlijk heb ik schuld
aan wat er is gebeurd. Maar ook ik
ben een werkende vrouw die overdag
nooit thuis is. Het wordt hoog tijd dat
de gezonde bejaarden in de Godelinde
hof wat actiever worden en wat meer
op elkaar gaan letten. Zij zegt ook:
„Vorige week nam ik me voor juf
frouw Van Loenen eens op de koffie te
vragen. Ik dacht dat ze niet thuis was
dus stelde ik die uitnodiging uit. Maar
zo'n bezoek zou ook voor mij een peni
tentie zijn geweest want ik ben geen
type om dikke vrienden met buren te
worden. Ik ben ook liever alleen".
De dood van Marie van Loenen is een
gevolg van een gebrek aan communi
catie tussen tweeëntwintig op enkele me
ters van elkaar wonende mensen. Zij
zeggen elkaar niet of nauwelijks te ken
nen. „Ik zou echt niet weten wie hier
vier huizen verderop woont", zegt één
van de bewoonsters.
Ook burgemeester mr. J. L. Vunde-
rink is geschrokken van wat er in zijn
8000 zielen tellende dorp is gebeurd.
„Ikr schrok ervan dat er kennelijk men
sen in mijn gemeente wonen, die zo
verschrikkelijk eenzaam zijft", zei hij.
Hij vraagt zich af wat hij eraan kon
doen. „Binnekort wordt hier een ge
meentelijk bejaardencentrum geopend,
en wij kennen hier het systeem van
open bejaardenzorg. Daar zit het hem
volgens mij dus niet in. Maar wat kan
een gemeentebestuur doen, wanneer de
alleenwonenden hier in Loosdrecht hun
eenzaamheid niet ter tafel brengen?
De burgemeester gaat de komen
de dagen met de sociale werkster van de
gemeente praten om te overleggen of
er iets aan deze eenzaamheid kan wor
den gedaan.
De zoon van een groot staatsman,
prof. dr. W. Drees jr., is benoemd tot
thesaurier-generaal van het ministerie
van financiën.
Wie mocht denken, dat een thesau
rier-generaal het vanwege zijn dure ti
tel op de Haagse Kneuterdijk voor het
zeggen heeft en dat de minister even
verderop op het Binnenhof slechts als
zodanig naar buiten mag optreden,
moet ik bij voorbaat teleurstellen: De
thesaurier-generaal (let op: Niet op
zijn Frans uitspreken, maar gezellig
op z'n Nederlands) is per definitie niet
belangrijker dan ie minister; die is
en blijft hoofd van het departement.
Wat prof. dr. W. Drees jr., zoon van
staatsman dr. W. Drees, 1 oktober
gaat doen, is optreden als hoofd van
de thesaurie op het gebied van de uit
gaven van het rijk, het uitgavenbeleid
en de financiële politiek, waarin dan
weer de waardebepaling van de munt
een belangrijke rol speelt.
Vroeger was een thesaurier een
soort schatkistbewaarder van de ko
ning. Nu is de thesaurier-generaal
„gewoon" een ambtenaar van het mi
nisterie van financiën, wel een hoge
natuurlijk, maar toch weer niet hoger
dan bijvoorbeeld een secretaris-gene
raal of een directeur-generaal van de
belastingdienst, waarvan Financiën er
twee in dienst heeft.
Wij zouden het ongeveer zo kunnen
stellen: Eerst komt de heer Witteveen
als minister van financiën, daarna de
staatssecretaris en vervolgens de vier
„generaals" naast elkaar op een rij
tje. Maar de minister treedt in dit
team toch echt wel op als schatkistbe
waarder, waarbij de secretaris-gene
raal weer zijn hoogste ambtelijke ad
viseur is op het politieke vlak.
Overigens werken er op de thesau
rie ruim duizend van de dik tweedui
zend mensen op het departement van
financiën, waar ook de belastingen
(met nog eens 22.000 ambtenaren in
den lande) een belangrijke afdeling
vormen. Maar dat weten we allemaal
al.
DEN HAAG De werkgroep Pro
gressief Akkoord, waarin leden van de
PvdA, PSP, PPR, D'66 en de ARP pra
ten over een mogelijk stembusakkoord,
gaat aan geestverwante partijer en
groepen een aantal vragen voorleggen.
Die vragen moeten dienen als uit
gangspunten voor plaatselijke en regio
nale discussies tussen allen, die „aan
een bundeling van vernieuwende krach
ten" willen meedoen.
Opvallende vragen die de deur uit
gaan zijn:
1. Is er binnen de bundeling behoef
te aan groepen, die zich socialistisc,
pacifistisch, radicaal of christelijk of
nog anders blijven noemen?
2. Aanvaardt men dat als de bunde
ling de meerderheid van de kiezers
achter zich krijgt, het regeringsbeleid
wordt afgestemd op wat de meeste afge
vaardigden van de vooruitstrevende
groepen willen in kwesties als NAVO
en ontwapening?'
KAAPSTAD De Zuidafrikaanse mi
nister van Volksgezondheid dr. Carel de
Wet, heeft in het parlement gezegd, dat
de discriminatie op grond van ras bij
de artsen-salarissen in Zuid-Afrika zal
blijven bestaan, omdat dit inherent is
aan het economische en maatschappe
lijke stelsel van het land.
De minister sprak in een debat over
het ontslag eerder deze maand van onge
veer 150 niet-blanke artsen in Durban
en Pieter Maritzburg vanwege de lage
re honorering dan van blanke artsen.
LONDEN Ze kunnen het werk niet
meer aan, de belastinginspecteurs in
Engeland. Hun stemming lijdt eronder
en, zeggen ze, ook het vertrouwen, dat
het publiek in hen heeft.
Sinds de socialisten in 1964 aan het be
wind kwamen, kreeg de belastingdienst
een reeks nieuwe, ingewikkelde manie
ren te verwerken om de belastingbeta
ler geld uit de zak te kloppen.
„We moeten allerlei routinewerk la
ten liggen. We kunnen zelfs veel aangif
ten niet meer behoorlijk nagaan", kla
gen de inspecteurs.
Ook om goed te kunnen nagaan of de
Britten er in hun vrije uren wat bijver
dienen, daarvoor hebben de arme in
specteurs gewoon geen tijd.
De vakbond van de inspecteurs
waarschuwt voor het gevaar van belas
tingontduiking en fraude op grote
schaal, als er niet snel wordt ingegre
pen.
Van 1961 tot 1968 steeg de opbrengst
der belastingen, in Engeland van 21,5
aantal volledig opgeleide inspecteurs
miljard tot meer dan 43 miljard gulden.
Maar in diezelfde periode daalde het
van 1927 tot 1778.
De beste oplossing, die de inspecteurs
kunnen bedenken is: drie tot vierhondrd
inspecteurs erbij.
Ook op verkeersgebied dringt het ge
bruik van computers steeds verder naar
voren. In Engeland is men op 't ogen
blik bezig de autosnelweg M 1 te voor
zien van een systeem dat maximale
snelheden vaststelt in overeenstemming
met de verkeersdrukte en de weersge
steldheid.
Meetapparatuur in het wegdek en
langs de weg registreert hoeveel auto's
er per minuut passeren en met welke
snelheid dat gaat, of het regent, vriest,
sneeuwt, mist, enzovoorts. Al de me
tingen worden automatisch doorge
geven aan een centraal geplaatste com
puter.
Deze stelt op grond van de ontvan
gen gegevens de voor dat moment bes
te maximale snelheid vast. Op een sein
tje van de computer wordt die snel
heidsbeperking daarna aangegeven door
lichtbakken.
Over circa vjjf jaar moet 1600 kilo
meter van het Britse wegennet in het
systeem zijn opgenomen.