Dr. Reijnders: Nederland was niet zo gastvrij voor Joden
„Trouw aan het gezag'' heeft vele
Joden naar de ondergang gevoerd
1971
Uw melkman
heeft ze weer!
Aantal politiekorpsen zal
verminderd moeten worden
rrm
eiber
„Maak van
belediging
gezagsdragers
klachtdelict''
Over de
grenzen
Oud en nieuw in Ruslands hoofdstad
de Graafschap
Ruurlo
Ster
VOORONTWERP HERZIENING POLITIEWET
Gedwongen
Taalgebruik
leeuwezegel
Elke dag vers van uw melkman
Justitie looft
tipgeld uit
„Emissie bestuur
VSW ongeldig"
E
E
rri
KOM ZELF
Geen advies van
V eiligheidsdienst
over schoolreisje
4
HOOFDTREKKEN
90 MAN
BREDASE MOORDZAAK
RIJKSPOLITIE
PROMOVENDUS IN
NIJMEGEN
Geniet van
een
afwisselend
tochtje naav
een meubel-
toonzaal vol
afwisseling:
I
ZATERDAG 10 MEI 1969
TTRECHT De onrechtmatigheid van de
Duitse maatregelen tegen de Joden is
behoudens het verzet van Joodse groepen, een
aantal protesten, o.a. van de kansel van kerke
lijke gezagsdragers, van universitaire en
ambtelijke autoriteiten individueel, en door de
Amsterdamse proteststaking in februari 1942
nooit openlijk aan de orde gesteld: niet door
de Joodse raden, maar evenmin door de rege
ringsinstanties in Den Haag en Londen. Trouw
aan het gezag heeft een groot deel van de Jo
den tot de ondergang gevoerd tijdens de Duitse
bezetting.
Dit constateert de Amsterdamse docent dr. C.
Reynders (53) in het proefschrift „Van Jood-
sche natiën tot Joodse Nederlanders een on
derzoek naar getto- en assimilatieverschijnse
len tussen 1600 en 1942", waarop hij gistermid
dag aan de Rijksuniversiteit in Utrecht pro
moveerde tot doctor in de sociale wetenschap
pen. In de dissertatie laat de heer Reijnders
weinig over van de algemeen heersende opvat
ting, dat in Nederland steeds een grote mate van
gastvrijheid ten opzichte van verdrukte en
vreemde Joden aanwezig was.
„Van de zeventiende tot en met de twintigste
eeuw hebbend de Joden telkens tussen de Scyl-
la en Charybdis van de juridische en maat
schappelijke ontoegankelijkheid moeten laveren
als zij een bestaan wil verwerven, hetgeen een
zeer merkwaardig beroepspatroon ten gevolg
heeft heeft gehad. In de internationale en inter-
locale handel waren enige sectoren vrij, maar in
de lokaal-voorziende kleinhandel lieten de ge
floten beroepsgroepen van gilden weinig speel
ruimte over".
„In de intellectuele beroepssector vindt men
minder discriminerende maatregelen, hoewel
van onbeperkte toelating geen sprake is. Zo
wijst het gemeentebestuur van Amsterdam in
1736 een verzoek van Menasseh Ben Israel om
ahn de illustere school (de universiteit) Hebreeuws
te mogen doceren af", zo schrijft de Amster
damse leraar. Het percentage Joden, dat in in
tellectuele beroepen een bestaan zocht, blijft de
eeuwen door vrij hoog. Omdat openbare amb
ten, onderwijs en advocatuur tot de Franse tijd
gesloten bleven, wendden de Joden zich bij
voorbeeld in Amsterdam tot het beroep van pro
cureur, geneesheer, chirurg en apotheker, waar
in beperkte toelating mogelijk was, indien men
het poorterschap had gekocht. Tientallen jaren
heeft voor Joodse apothekers het verbod be
staan om aan christenen medicijnen te verko
pen. Het gros van de Joden moest een bestaan
zien te vinden in ambacht en kleinhandel, be
roepen die in handen van gilden waren. Waar
toestemming werd gegeven ziet men bij herha
ling beperkingen betreffende de groei, het aan
tal en het bedienen van klanten buiten de Jood
se gemeenschap".
De Joden waren door hun moeilijke posite
ten opzichte van de overheersende volksgroepen
en hun geringe kapitaalbezit genoodzaakt zich
te beperken tot de laagste regionen in de han-
delsgroep zoals marktkoopman, venter, en op
het platteland: opkoper, marskramer, lotenver-
koper. ^,,De Joden grijpen de kans aan om zich
te vestigen in laaggewaardeerde beroepen zoals
bijvoorbeeld pachters van de bank van lening.
Hoewel in 1798 alle beroepen toegankelijk wer
den verklaard heeft het traditionele patroon
weinig veranderingen ondergaan. Hoewel de Jo
den in 1930 1,7 procent van de bevolking van
20 jaar en ouder uitmaken, tellen zij 2,6 procent
van de academisch-gegradueerden. Bij de nij
verheid steekt de diamantbewerking hèt vak
zoals het onder de Joden wordt genoemd
zelfs in de crisistijd ver boven andere beroepen
uit. De Joden bezetten hierin 56,8 procent van
alle plaatsen, bijna tien procent van hun aan
tal is er werkzaam. 48,8 procent van alle Jood
se mannen en 34,9 procent van alle Joodse
vrouwen zijn in de dertiger jaren werkzaam in
de handel".
In het proefschrift meent de heer Reijnders
de vraag of in Nederland getto's zijn geweest
ontkennend te moeten beantwoorden in die zin
dat er geen gedwongen, daarentegen wel vrij
willige getto's waren. De Joden spraken veel
over „het getto" als hun wijk, hun buurt en
woongebied, meestal dus in symbolische zin. Het
woord getto zelf is al voor talrijke verklaringen
vatbaar, zo blijkt uit het proefschrift. Parallellen
van gettovorming noemt de heer Reijnders ook
bij de concentraties als de vroegere „menisten-
hemel" tussen Breukelen en Nieuwersluis, de
vestiging van de Hernhutters in Zeist, van Chi
nezen in Katendrecht en in de Amsterdamse
Binnen-Bantammerstraat. Het trekken van paral
lellen in getto- en assimilatieverschijnselen is
volgens de heer Reijnders bijzonder moeilijk ook
al omdat veel gegevens met betrekking tot de
Joden zijn zoekgeraakt, verbrand of vernietigd.
Sprekende over de burgerrechten van de Jo
den zegt de heer Reijnders, dat de verlening er
van in 1796 slechts heel langzaam in de rechts
regelingen is doorgedrongen en dat de benoem
baarheid in dë openbare ambten pas in de loop
van de negentiende eeuw tot gelding is geko
men. „Het aandeel van de Joden in overheids
dienst is nooit groot geworden en dit laatst ver
worven recht is in de bezettingstijd, op 15 no
vember 1940 het eerste aangetast door het ont
slag aan Joodse ambtenaren. Dit zou worden ge
volgd door een serie maatregelen die het burger
recht op alle levensterreinen aantasten: verbo
den op het gebied van wonen, beroepsuitoefe
ning, sociale contacten, sportbeoefening, het bij
wonen van uitingen van kunst en vermaak,
studie, reizen, fietsen, duiven houden, zitten op
openbare banken, terwijl het zelfs verboden was
's avonds na acht uur uit het raam te leunen".
De promovendus releveert, dat Hugo de Groot
destijds tegenover de staten van Holland tal van
redenen aanvoerde om de Joden niet toe te laten
tot vestiging, hoewel hij de economische voor
delen van hun komst niet verwierp. In een reso
lutie werd bepaald, dat de Joden wel in de ste
den mochten komen wonen zonder dat zij ver
plicht werden een uiterlijk kenteken te dra
gen.
„Als in april 1942 het dragen van de Joden
ster verplicht wordt gesteld, blijft elke motive
ring achterwege. De sociaal-psychologische ach
tergronden zijn echter niet veranderd: het wan
trouwen en de angst van een sterke dominant
ten opzichte van een zeer kleine minderheid.
De zeventiende eeuwers hebben hun rechtsposi
tie gegrond op een vermeende superioriteit van
de christelijke religie boven de Joodse, de Duit
se bezetter op eenzelfde misvatting met betrek
king tot het Arische ras", aldus de heer Reijn
ders.
De emancipatie van 1796 waarbij aan kleine
Joodse gemeenten de zelfstandigheid werd ont
nomen, is volgens de heer Reijnders een keer
punt in de ontwikkeling van de Joodse subcul
tuur. „Het effect is vrijwel tegengesteld aan dat
van de rooms-katholieken. Bij de eersten: een
afneming van de eigen religieuze zeggenschap en
een toeneming van de staatsinvloed, een bijna
geheel opgeven van het basisonderwijs, geen aan
wijsbare invloed van de groep in een politieke
groepering of in een vakorganisatie bij de
laatsten: een toenemende onafhankelijkheid op
religieus terrein, het verkrijgen van eigen bij
zonder onderwijs en invloed door sociale en po
litieke organisaties.
Ondanks de beperkingen in het taalgebruik en
de talrijke vormen van assimilatie zijn tal van
jiddische woorden, soms verbasterd, blijven be
staan. Enkele woorden zijn nationaal bezit ge
worden, maar liggen, volgens de heer Reijnders,
minder gemakkelijk in een deftige mond, zoals:
„een heitje (hei: vijf) voor een karweitje," „datte-
me toffe (tow: goed) jongens zijn". Andere voor
beelden van geassimileerde jiddische woorden
zijn: afpeigeren, bolleboos, dalles, emme (pret
tige), gappen, gein, goochem, kapoeres, hotelde-
botel (overstuur), lef, mesjokke, ponem, nebbisj,
stiekum, tinnef. Van Portugese oorsprong zijn:
deisje (houd op) en bolus (gebak).
DEN HAAG De strafrechtgeleer-
de mr. J. M. van Bemmelen, emeritus
hoogleraar van de Rijksuniversiteit te
Leiden, pleit er deze week in het Ne
derlands juristenblad voor om beledi
ging van leden van het Koninklijk
Huis en andere hooggeplaatste perso
nen in binnen- en buitenland tol
een klachtdelict te maken.
De reeds bestaande regel, dat het
Openbaar Ministerie, indien het ver
volging wenselijk acht, om redenen van
algemeen belang, de tot de klacht ge
rechtigde moet meedelen dat tot ver
volging zal worden overgegaan en dat
deze daartegen bezwaar kan maken,
dient ook in deze gevallen van toepas
sing te zijn.
Voor de maximumstraf moet dezelfde
regel gelden als nu voor belediging
van ambtenaren In functie, n.l. een straf-
verhoging met een derde.
In zijn artikel „Belediging en vrij
heid van meningsuiting", schrijft prof.
Van Bemmelen dat sedert 1886, toen het
huidige Wetboek van Strafrecht werd
ingevoerd, de positie van de genoemde
hooggeplaatste personen een andere
is geworden. „Zij zijn als mens aan ie
der gelijk. Maar zij zijn tevens de hoog
ste functionarissen en kunnen dus met
ambtenaren gelijk worden gesteld wat
hun bescherming tegen belediging en
smaad betreft".
Met dit stelsel zal goed duidelijk ge
maakt worden, dat de eer en de goe
de naam van gezagsdragers net zo min
mag worden aangerand als die van ie
dere willekeurige burger. In geval van
belediging van een hooggeplaatst per
soon in het buitenland kan het Open
baar Ministerie met het oog op het al
gemeen belang tot vervolging over
gaan, tenzij de beledigde zelf bezwaar
maakt.
In het geval van een belediging van
een bevriend staatshoofd zal de ambas
sadeur van zijn land op de hoogte wor
den gesteld van het voornemen om tot
vervolging over te gaan. Het staats
hoofd zal in dat geval bezwaar kunnen
maken tegen vervolging, aldus het ar
tikel.
T\e In Groot Brittannië gehouden ge
meenteraadsverkiezingen hebben
nog eens duidelijk gesteld, wat reeds
lang werd verwacht. De regering-
Wils on is bezig aan een terugtocht.
Waar die tocht zal eindigen is nu
nog niet zeker, maar naar alle waar
schijnlijkheid zal het in het moeras
eijn.
Men kan natuürlijk wel verontschul
digingen vinden. De erfenis op econo
misch gebied van Douglas-Home's
kabinet was verre van fraai. De tijd
sat niet mee al of niet in de persoon
yan De Gaulle die Engeland buiten
de E.E.G. hield en dus de weg voor
een herlevende welvaart afsneed.
Maar dat alles neemt niet weg, dat
toen Labour twee jaar geleden aan
trad voor het bezetten van het rege
ringskasteel, men nog net geen koei
en met (economische) gouden hoorns
beloofde. Maar veel scheelde het toch
niet. Men zou het varkentje dat in de-
solete staat door de conservatieven
was achter gelaten, wel even wassen.
TXelaas, men waste slechts de ene
hand met de andere en beide
bleven vuil.
En wat voor de regering nog erger
was, men ging onderling in de clinch
en joeg zo de machtige vakbonden te
gen zich in het harnas.
Maar de regering-Wilson staat thans
geheel alleen tegenover een bijzonder
ontstemd kiezersvolk. Behalve, dat
tuim 600 partijfunctionarissen van La
bour hun gemeenteraadszetels kwijt
raakten is thans ook vrijwel een ein
de gekomen aan alle directe contac
ten der partij met de bevolking. Door
de gehele ontwikkeling lijken de kan
sen van Labour bij de komende in
*971 te houden nationale verkiezingen
geringer dan ooit.
Bovendien worden Wilson en zijn ka
binet thans directer geconfronteerd
met de eisen van de partijleden, die
sterk gekant zijn tegen een omstre-
Itan regeringsvoorstel tot beperking
¥&n het stakingsrecht.
"Dinnenkort zal het kabinet over de-
ze kwestie een beslissende bijeen
komst hebben met het nationale par
tijbestuur. Die bijeenkomst zal de ge
hele dag duren.
Door de verkiezingen van donderdag
heeft Labour nog slechts een meer
derheid in 25 gemeenteraden in Enge
land en Wales. Geen van de grote
steden heeft nog langer een Labour-
meerderheid.
Grote schade werd verleden jaar
aangericht toen Labour Londen en an
dere grote bolwerken verloor en haar
meerderheid kwijtraakte in gemeente
raden in alle delen van Groot Brit-
tanië, die al generaties lang geen con
servatieve burgemeester hadden ge
had.
Ditmaal verloor Labour haar meer
derheid in 13 gemeenteraden. De par
tij herkreeg haar meerderheid in lf
gemeenteraden, en liep overal elders
in stemmental terug. De conservatie
ven behaalden de grootste winsten
zij veroverden 630 zetels en kregen
een meerderheid in 17 gemeenteraden.
TAe verliezen van Labour werden al-
gemeen verwacht. Opiniepeilin
gen blijven aantonen, dat de kiezers
niets moeten hebben van de regering,
die in 1967 het pond devalueerde, de
belastingen verhoogde en andere impo
pulaire versoberingsmaatregelen door
voerde, zonder dat daardoor ook maar
een enkel economisch probleem van de
natie werd opgelost.
Labour werd ditmaal bovendien ge
troffen door de twist over het voor
stel tot beperking van het stakings
recht. Daardoor is de regering ver
vreemd van de vakverenigingen. Ook
het voorstel om kort voor de verkiezin
gen de kosten van 't ziekenfondspak
ket te verhogen is allesbehalve goed
gevallen.
Wilson ziet met angst naar 1971.
ADVERTENTIE
Die verfijnde, porseleinen, rijk gedecoreerde kopjes,
die u krijgt bij Leeuwezegel. Voor niet meer dan vijf
entwintig rode leeuwtjes en twee gulden tachtig
brengt hij deze drie feestelijk verpakte kopjes bij u
thuis. Zo maar, omdat u alleen met de fijnste marga
rine tevreden bent. Met Leeuwezegel.
v't
DEN HAAG Gisteren is verschenen het voorontwerp voor een herziening
van de Politiewet. De ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken
hebben hierin een reeks voorstellen vastgelegd omtrent de verbeteringen die in
het politiebestel dienen te worden aangebracht. De hoofdtrekken van de be
staande politie-organisatie blijven in het voorontwerp behouden. Het stuk is
ter bestudering en advies voorgelegd aan de commissarissen der koningin, de
procureurs-generaal, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, de Raad voor
de territoriale decentralisatie en de politie-vakorganisaties. Bovendien is het
ontwerp gezonden aan de Staten-Genéraal en wordt het hfj de staatsuitgeverij
gepubliceerd.
De ministers vinden het uit staats
rechtelijk, bestuurlijk en justitieel oog
punt nieit wenselijk, dat de continuïteit
in de ontwikkeling van die organisatie
zou worden verbroken. Een rigoureuze
breuk met de grondgedachten van de
huidige Politiewet zou verder grote
aanpassingsproblemen scheppen. Met
name zou het instellen van één natio
naal politiekorps niet aansluiten bij de
historische ontwikkeling en desorgani
serend werken.
Als hoofdtrekken van het huidige po-
litiestelsel worden beschouwd:
het naast elkaar bestaan van een
aantal korpsen van gemeentepolitie en
een korps Rijkspolitie;
de nodige inspraak van de beide
ministers en van de betrokken auto
riteiten van bestuur en justitie wat be
treft het beheer over de politie;
de eigen ongedeelde taak van de
burgemeester t.a.v. handhaving van de
openbare orde en van het openbaar mi
nisterie t.a.v. de opsporing van strafbare
feiten.
Wel Is een ingrijpende herziening
aan de orde, omdat de maatschappe
lijke ontwikkeling steeds zwaardere
eisen stelt aan devervulling van de
politietaak. De opgenomen voorstellen
omvatten
1. Het aantal beheers-eenheden wordt
verminderd, vooral door vorming van
Terwijl in het centrum van de
Russische hoofdstad Moskou
een oude kerk wordt gerestaureerd,
verrijst ér vlak naast een ultra mo
dern hotel. Het Rossiya-hotel zal
een capaciteit krijgen van 6000 bed
den; om de toegang tot de vele
ingangen voor de gasten gemakke
lijker te maken is een weg op „één
hoog" aangelegd (op de foto links).
korpsen van gemeentepolitie in stede
lijke gebieden van meer gemeenten en
het scheppen van de hiervoor noodza
kelijke bestuurlijke bovenbouw.
2 De Rijkspolitie doet dienst in ande
re gebieden: gemeenten met een lan
delijk karakter, maar ook in gemeen
ten met niet te grote stedelijke kernen.
3. Een centraal personeelsbeleid voor
de officieren van gemeentepolitie.
4. Een eenvoudiger regeling van de
bijstand voor de handhaving van de
openbare orde.
5. Meer coördinatie en samenwer
king in recherche-aapgelegenheden.
6. De grondslag voor een uniforme
instructie voor de gehele politie, vast
te stellen bij Algemene Maatregel van
Bestuur.
Het grote aantal politiekorpsen be
lemmert een goede doorstroming van
leidinggevend personeel. Kleine eenhe
den brengen ook bezwaren met zich
mee op het terrein van de organisa
tie en efficiency. In het voorontwerp
wordt als minimumsterkte van een
korps gedacht aan 90 man, overeenko
mend met een inwonertal van onge
veer 60.000. Het ontwerp kent politie
korpsen voor afzonderlijke gemeenten
en voor groepen van gemeenten. De
korpsen voor groepen van gemeenten
worden gevormd voor stedelijke gebie
den, waar de vervulling van de politie
taak een duidelijke structurele samen
hang vertoont. Men kan hierbij b.v.
denken aan het verkeerstoezicht en de
recherche.
In de voorstellen zijn lijsten opgeno
men, waarin worden genoemd:
a. de gemeenten met een afzonderlijk
politiekorps.
b. groepen van gemeenten die samen
BREDA Het ministerie van Justi
tie heeft f 3.000,- beschikbaar gesteld
voor degene die een beslissende tip
kan geven bij de opsporing van de
moordenaar van de 29-jarige typograaf
J. Mallen. Deze werd op 27 februari
in een steegje in de Bredase wijk Prin-
cenhage vermoord. Hij werd 's mor
gens vroeg door een buurtbewoner ont
dekt.
Hoewel de politie meer dan 75 tips
beeft gekregen en bijzonder veel werk
heeft verzet, is ze er tot nu toe niet
in geslaagd de dader te achterhalen.
Het onderzoek is nog niet helemaal
vastgelopen, maar de politie heeft wel
alle hoop gevestigd op de beloning, die
gisteren is goedgekeurd.
een gemeentelijk politiekorps hebben,
c. gemeenten met een landelijk karak
ter en gemeenten met niet te grote
stedelijke kernen, waar Rijkspolitie is
of zal komen.
Volgens die voorstellen zullen 45
korpsen van gemeentepolitie ten dien
ste staan van 126 gemeenten met een
totaal inwonertal van 7.492.000 (thans
zijn er 127 korpsen voor 127 gemeen
ten). Het korps Rijkspolitie zal dan
dienst doen in de overige gemeenten
met een inwonertal van 5.169.000 (een
toeneming van 518.000, vergeleken met
de huidige situatie).
De individuele burgemeester behoudt
uiteraard de bevoegdheden m.b.t. de
handhaving van de openbare orde. Zijn
bijzondere positie komt verder in aller
lei bepalingen tot uiting. Het vragen
van bijstand is zijn zaak. Zonder zijn
instemming mag de feitelijke sterkte
van de afdeling in zijn gemeente niet
onder een bepaald minimum dalen.
Voorgeschreven wordt een voortdu
rend overleg tussen de politiechef en
de burgemeester.
Volgens het ontwerp is de burgemees
ter niet langer opsporingsambtenaar
en hulp-officier van justitie.
NIJMEGEN De laatste jaren heb
ben enkele gevallen, waarin de geldig
heid van een besluit van een naamloze
vennootschap onderwerp van geschil
uitmaakte, bijzonder de aandacht ge
trokken. Dit geldt in het bijzonder voor
de emissies van aandelen. Door analy
se van de gronden voor ongeldigheid
van besluiten komt men tot andere re
sultaten dan de rechtspraak van de
laatste jaren, met name waar het de
emissie-bevoegdheid betreft. Dit conclu
deert mr. W. J. M. Noldus, die vrij
dagmiddag in Nijmegen promoveerde
op een proefschrift getiteld: „Ongeldig
heid van besluiten in de naamloze ven-
noorschap".
Volgens hem was de emissie van het
bestuur van de Veenendaalse Stoom
spinnerij en Weverij NV aan Staflex
in september 1967 duidelijk ongeldig.
„De strekking van die emissie was na
melijk om in de aandeelhoudersverga
dering te zorgen voor een afdoende
meerderheid van stemmen vóór ont
slag van directeur Bottenheim. De
emissiebevoegdheid werd hier door be
stuur (en commissarissen) gebruikt
voor een ander doel dan waarvoor de
ze aan hen was gegeven. Door een
dergelijke manipulatie trokken directie
en commissarissen langs een omweg
bevoegdheden aan zich, die slechts de
aandeelhouders toekwamen. Dat is met
een beroep op het vennootschappelijk
belang of enig ander belang niet te
rechtvaardigen".
Eveneens plaatste de promovendus
vraagtekens bij de emissie van Van
Nievelt, Goudriaan en Co., van de
Steenkolen Handels-Vereniging in sep
tember 1968 en Van Dikkers, Hengelo,
in oktober 1968.
ADVERTENTIE
KOELKASTEN
DIEPVRIEZERS
WASAUTOMATEN
AFWASM ACHI NES
LIEUHFIVRNFDFHl AND N V C
>?0 94G?07 AMSTERDAM
ADVERTENTIE
Temidden van de Gelderse
kastelen ligt meubeltoon
zaal De Graafschap. In
mooi Ruurlo waar 24
woninginrichters-meubef-
vakmensen hun collecties
tonen. En wat voor
collecties. Eindeloos vee?,
eindeloos mooi, eindeloos
gevarieerd. Hoe kan het
anders met 124 vak
mensen die de hoofden en
de meubelen bij eikaar
hebben gestoken! Komt
u daar eens naar kijken
en kijken en kijken
Meubeltoonzalen
(temidden van de
Gelderse kastelen)
Dominesteeg 14
Ook op donderdagavond
van 6 tot 9 uur
geopend.
of maak een
afspraak met een van
.de onderstaande woning»
Inrichters, leden van
I de Graafschap,
die u graag meeneemt!
APELDOORN
Gebr. Bakker
Sprengenweg 10
Telefoon 05760'-13923
Erven H. W. Bartels N.V.
Hoofdstraat 34
Telefoon 05760 -12624
G. Bomhof
Loolaart 12
Telefoon 05760-12236
Brattinga's Won. inr.
Marktplein 34
Telefoon 05760 -15195
P. J. Bruins Zn.
Nieuwstraat 71
Telefoon 05760-13393
S. F. M. Dekker Zn.
Asselsestraat 53-55
Telefoon 05760-14087
Fa. W. Gort
Asselsestraat 23
Telefoon 05760 -12908
R. Hulstelrj
Brinklaan 14
Telefoon 05760 -12128
H. Schuilenburg
Kanaalstraat 21
Telefoon 05760 -13597
H. H. Zweering
1e Wormenseweg 93
Telefoon 05760-32350
EDE
J. A. Paap Zn.
Grootestraat 60
Telefoon 08360-10451
EERBEEK
A. Geerligs Zn.
Stuyvenburchstraat 43
Telefoon 08338 - 274
HEERDE
Bastiani's Won. inr. N.V.
Dorpsstraat 35
Telefoon 05782-1612
DEN HAAG De veiligheidsdienst
van de Koninklijke Luchtmacht heeft
de ouders van Nel van der Boon en El
len Monteri, leerlingen van het Car-
mellyceum te Oldenzaal, niet geadvi
seerd hun dochters niet te laten mee
gaan met een schoolreis naar Polen.
Dit blijkt uit het antwoord van de mi
nister van Defensie W. den Toom, op
vragen die de Tweede-Kamerleden W.
Wierda en mr. J. W. Masman (beiden
PvdA) hem schriftelijk hebben gesteld.
De bewindsman merkt verder op, dat
hij ten overvloede de commandanten
heeft laten weten, dat er zijnerzijds
geen bezwaren bestaan tegen het deel
nemen van de beide meisjes aan die
schoolreis. De feitelijke toedracht is ge
weest, dat tijdens een routinegésprek
tussen een functionaris van de veilig
heidsdienst van de Koninklijke Lucht
macht en een van de vaders de school
reis naar Polen ter sprake kwam. Daar
bij is toen gezinspeeld op mogelijke ri
sico's, zonder dat dit gesprek tot enig
advies heeft geleid. De vader heeft toen
zelf besloten zijn dochter niet aan de
reis te laten deelnemen. De vader van
het andere meisje heeft om persoonlij
ke redenen besloten zijn dochter niet te
laten meegaan, aldus minister Den
Toom.