„Discussie Progil te emotioneel verlopen" Eind april 47 Sovjet-schepen in Middell. Zee Oud-verzetsstrijders uiten kritiek op lage pensioengrondslagen Acht overwegingen om uw salaris te storten op een AMRO-Privé-rekening: 1 2 3 4 5 6 7 8 AMRO BANK Nog geen E.E.G.-harmonisatie belasting natuurlijke personen Over de grenzen PR OE VEN OP KUN SET MA TIGE MAANBODEM groot belang" Werkgevers geen prijs stijging meer Fusie voor Etna van Esso Chemieongelukkig besluit na te veel gepraat door ondeskundigen D Eban ziet offers voor vrede nodig U1 Wilson en TUC nog oneens Dat Prof. dr. De Vrijer overleden Met Daalderop - Tiel ASSORTIMENT PLANOLOGEN PROGIL Mobiel Havens gemakkelijk contant geld opnemen (ook door uw echtgenote b.v.); geen kosten. Alle giro-mogelijk heden. En iedere boeking ziet u op het dagafschrift; 3ViVo rente. En spaar-mogelijk- heden met 4 t/m 6J4% rente; een voorschot is mogelijk. Maar belangrijker mogelijkheid; de AMRO-Lening; Betaalcheques, om contant te be talen zonder contant geld op zak; u kunt de bank de betaling van huur, verzekeringen, electriciteit e.d. laten verzorgen; alle overige diensten van de AMRO Bank staan tot uw be schikking; uw geld is veilig en voordelig bij de AMRO Bank. Maak daar ge bruik van. AMSTERDAM - ROTTERDAM BANK DRASTISCH VJSIEKE PLAATS Overzicht ZATERDAG 17 MEI 1969 ROTTERDAM Willen de Nederlandse metaalverwerkende bedrijven kan sen op orders van de chemische industrie blijven maken dan /.al men zich be wust moeten zijn, dat de procesindustrie snelle voortgang maakt. De toele verende industrie moet daarop speciaal zijn ingericht. In dit opzicht bestaat bij ons de indruk, dat diverse Nederlandse bedrijven zijn achtergebleven bij de ontwikkeling in de procesindustrie. DEN HAAG „Als we de stijging (van het prijsindexcijfer) van april 1968 tot april 1969 vergelijken met die van maart 1968 tot maart 1969 dan blijkt dat de cijfers gelijk zijn, n.I. 7,7 procent. Dit betekent dat dus aan de prijsstijging een einde is gekomen. Er kan zelfs van een relatieve daling wor den gesproken, het recente april-cijfer bevat immers de huurverhoging van 1 april j.I. met 0.4 procent die in het aprilcijfer van 1968 ontbrak", aldus mr. G. C. van Dam. algemeen secretaris van de Federatie van de katholieke en protestants-christelijke werkgeversver bonden. in het orgaan van die federa te „De werkgever". „Men kan dus zeggen", zo schrijft hij verder o.m., „dat het prijsbeleid van de regering snel tot resultaat heeft geleid". „In de afgelopen maanden heeft zich op de internationale markten een ster ke prijsstijging van een aantal grond stoffen voorgedaan. Deze mogen niet worden doorberekend. Bedrijven ko men daardoor in grote moeilijkheden en stagnatie in de aanvoer van bepaal de produkten is niet déhkbeeldig. Deze situatie kan niet lang duren. De minister van Economische Zaken heeft steeds sterke nadruk gelegd op het korte leven dat aan de prijsstop beschoren moet zijn. Kort is natuurlijk een relatief begrip; als kort niet zou betekenen: heel binnenkort, dan valt er niet te ontkomen aan een eerherstel van een externe kostenregel". BREDA De teleurstelling van aandeelhouders over de huidige lage koers van hun bezit in aandelen Kon. Ijzergieterijen en Emailleerfabrieken „De Etna" N.V. te Breda is begrijpe lijk, zeggen commissarissen en raad van beheer in een aanvullend jaarver slag 1968. De oorzaak daarvan ligt ech ter volgens hen in de algemene over tuiging, dat de groeikansen naar een betere rentabiliteit van de onderneming in de huidige vorm gering zijn. Daarin verandering te brengen is het grote doel van de voorgestelde fusie met N.V. Kon. Metaalwarenfabrieken v/h J. N. Daalderop en Zonen te Tiel. Het is van het allergrootste belang voor de Etna, dat aandeelhouders, wanneer het bestuur binnenkort het omwisse lingsaanbod nogmaals openstelt, aan het bestuur hun medewerking niet ont houden. In de algemene vergadering van de Etna op 18 april zijn, zoals bekend, de jaarstukken 1968 afgestemd. Het voor stel om een fusie aan te gaan met Daalderop is hierna niet meer in be handeling gekomen. In hoeverre de fu sie daarmee geheel van de baan was, werd ter vergadering niet duidelijk. Overeenkomstig de statuten werd een commissie benoemd, bestaande uit de heren W. C. Posthumus Meyes, Th. M. Ram en C. R. C. Wijckerheld Bis dom. Deze commissie heeft thans ver slag van haar bevindingen uitgebracht. In het aanvullende jaarverslag geeft het bestuur van de Etna zijn algemene filosofie over de noodzaak tot samen werking. „Produktie van steeds grotere series en export worden noodzaak". Gas zal in het komende decennium in toenemende mate de concurrentie on dervinden van elektriciteit en het zal in de huishouding een afnemende rol spelen. „Wij moeten de groei van. het bedrijf zoeken in de richting van ver breding van assortiment". Daaruit is de gedachte ontstaan om door een sa menwerking op korte termijn een groot deel van de toekomstplannen te reali- teren. In de jaarvergadering van 18 april heeft het bestuur zich gematigd opti mistisch uitgelaten over de resultaten van 1969. Er is op dit moment geen en- keie aanleiding voor het bestuur om een wijziging in zijn verwachtingen aan te brengen, al realiseert het zich, dat de bedrijfstak voor onverwachte verras singen kan zorgen. Nu de commissie tot een hogere winst over het boekjaar 1968 is gekomen (f 3,97 min i.p.v. f 3,77 min), heeft het bestuur zich beraden over het hierbij passende voorstel tot winstverdeling. Het bestuur stelt voor om de door de commissie opgestelde jaarstukken goed te keuren, met dien verstande, dat voor winstverdeling f 200.000 aan de reserve voor diverse belangen wordt toegevoegd. Het divi- dendvoorstel blijft 27 pet over het kapi taal van f 9.924.000 (over 1967 dertig pet). De aandelen worden incourant verhandeld. Het in de cijfers van de commissie vermelde exploitatiesaldo 1968 is hoger dan dat vermeld in het jaarverslag 1968. De verhoging is uitsluitend een gevolg van de door de commissie juis ter geachte waarderingsgrondslagen. Dit zei gistermiddag de heer H. Landheer, directeur van Esso Che mie NV, tijdens een bijeenkomst in Rotterdam Europoort ter gelegenheid van de opening dinsdag a.s. van de nieuwe fabriek van Esso Chemie. Hij keurde de beslissing van de Amster damse raad om Progil te weren af. De heer Landheer zei de hoop te hebben, dat fusies heilzaam kunnen werken om de achterstand, die de Ne derlandse metaalverwerkende indus trie heeft opgelopen, in te halen om op deze manier aantrekkelijke orders voor Nederland te behouden. In zijn toespraak zei de heer Land heer voorts overtuigd te zijn van de noodzaak van een planologische aan pak bij de indeling van het beperkte areaal, dat in Nederland beschikbaar is voor industrie. Men dient zich vol gens hem echter goed te realiseren wat het Nederlands industrie-areaal zo aantrekkelijk maakt, namelijk de geografische ligging aan de mond van 's werelds drukst bevaren rivier met een groot industrieel en dicht bevolkt achterland. De heer Landheer meen de, dat de planologen met deze feiten meer rekening moeten houden bij hun plannen. De directeur van Esso Chemie merkte verder op, dat volgens hem niemand gebaat is bij eenzijdige en emotionele argumentatie tegen indus trievestiging in Nederland. „Met al deze protesten zouden wij weieens be zig kunnen zijn om in eigen vlees te snijden en een klimaat te scheppen dat de voor de Nederlandse economie zo onontbeerlijke expansie kwaad doet", zo zei de heer Landheer. Over de belangrijkheid van de che mische industrie voor de Nederlandse economie zei de heer Landheer, dat achter elk van de eigen werknemers in een chemische industrie zes tot acht arbeidsplaatsen zijn bezet bij toeleverende en servicebedrijven. „Het zal in de discussies, die telkens weer oplaaien over pro en contra nut tig zijn als zulke gevallen wat meer bekendheid kregen. Het zou verder zinvol zijn eens te onderzoeken wat het indirecte economische effect is van de chemische industrie", aldus de heer Landheer. Hij meende dat de beslissing van de Amsterdamse gemeenteraad om Progil te weren uit het havengebied een zeer ongelukkige is geweest. Hij zei het te betreuren, dat de discussie over Progil steeds in een emotionele sfeer is verlopen en dat de discussie daardoor aan deskundigheid heeft in geboet. Bovendien is er in Amsterdam volgens hem te veel door ondeskundi gen gepraat. „Men heeft te weinig rekening gehouden met de technische mogelijkheden die een industrie als Progil heeft om de bevolking te be schermen", zo zei de heer Landheer. ADVERTENTIE 4 frfft EN HAAG De sterkte van de maritieme strijdkrachten van de Sovjet- Unie in de Middellandse Zee werd eind april geschat op in totaal ongeveer 47 marineschepen, te weten: negentien oppervlakte-oorlogsschepen, twaalf onderzeeboten, twee landingsvaartuigen en veertien hulpvaartuigen. Tot de oppervlakte-oorlogsschepen be horen een helikopter-vliegkampschip met zijn twee bijbehorende jagers met anti- lucht- en onderzeebootbestrijdings wapensystemen, twee lichte kruisers en een jager, uitgerust met onder andere lange-afstand projectielen,'alsmede drie andere jagers, zeven fregatten en drie mijnenvegers. Minister Luns (Buitenlandse Zaken) heeft, mede namens minster Den Toom (Defensie) deze feitelijke gegevens aan de Tweede Kamer verstrekt in antwoord op schriftelijke vragen van de Kamerle den Visser en Imkamp (beiden van D- '66). Uit het antwoord blijkt, dat de onder zeeboten ten dele van het conventionele type zijn, ten delo van het nucleair voortgestuwde type, terwijl enige van deze boten naast torpedo's ook be schikken over lange-afstand geleide pro jectielen. Het totale aantal Sovjetrussische ma rineschepen, dat op het ogenblik in de Middellandse Zee aanwezig is, ligt iets hoger dan. het gemidde.de v*n vori§ jaar, maar is weer iets minder dan de sterkte van enige weken geleden, toen een vrij groot smaldeel van de Noor delijke Sovjetvloot na oefeningen in het noordelijk deel van de Atlantische Oceaan de Middellandse Zee binnen liep. Toen was bijvoorbeeld de onder- zeebootvloot omst-eeks twintig eenhe den sterk. Een deel van dit smaldeel heeft de Middellandse Zee thans weer verlaten. De sterkte van het Sovjet-eskader in de Middellandse Zeg fluctueert nogal. mede als gevolg van de mobiliteit en flexibiliteit van de zeestrijdkrachten, maar schommelt wat de eigenlijke oor logsschepen betreft rond de dertig, al dus het antwoord. In 1964 toen er voor 't eerst sprake was van een regelmatige aanwezigheid van Russische marine-een heden in de Middellandse Zee, bedroeg de gemiddelde sterkte omstreeks zes schepen, terwijl vooral sedert 1967 een stijging is opgetreden. Voor deze schepen zijn gemiddeld tien moederschepen, reparatievaartui gen, voorraadschepen en dergelijke aan wezig, die het eskader weinig afhanke lijk maken van basis-faciliteiten aan de wal: de logistieke steun geschiedt voor een belangrijk deel op zee, meestal in beschutte baaien of op andere plaatsen buiten de territoriale wateren van de Middellandse Zee-straten. Daarnaast maakt de Sovjet-Unie echter gebruik va bepaalde walfaciliteiten in verschillen de havens aan de Middellandse Zee, vooral Alexandrië, dat over ruime dok capaciteit beschikt. Uit het antwoord blijkt, dat geduren de het gehele jaar zich Russische mari neschepen bevonden in de havens Alex andrië en Port Said, alsook gedurende de maanden januari en februari 1968 in Lattakia. Daarnaast werden vlootbe- zoeken gebracht aan andere havens, welke bezoeken naast een politieke waarde ten doel hebben het innemen van victualiën, het geven van onder houd aan schepen en recreatie aan de bemanningen. In totaal werden geduren de 1968 ongeveer tien zulke vlootbezoe- ken afgelegd en wel vier in Algerije, drie in Joegoslavië, een in de Verenig de Arabische Republiek (VAR) en twee in Syrië. Tenslotte wordt in het antwoord ge memoreerd, dat Egypte een twaalf tal maritieme - verkenner - bommen werpers bezit, die samenwerken met Russische oorlogsschepen op zee of ver kenningen uitvoeren t.a.v. NAVO-vloot- eenheden. De astronauten Edwin Aldrin en Neil Armstrong (op de achter grond) gefotografeerd tijdens oefe ningen in Houston, warbij de om standigheden op de maan zo goed mogelijk zijn nagebootst. Terwijl Aldrin grondmonsters neemt wordt hij door Armstrong gefotografeerd. Op de achtergrond rechts het m aanlanding sv o er tuig gdat, gekop peld aan de Apollo-11, op 16 juli zal worden gelanceerd TEL AVIV De Israëlische minis ter van Buitenlandse Zaken Abba Eban heeft verklaard, „dat wij allen bereid zijn in ruil voor een ware vrede terri toriale concessies te doen." Eban sprak tijdens een debat over de buitenlandse politiek van de arbei derspartij. Hij zei van mening te zijn, dat op de volgende punten in de par tijgelederen algemene instemming be staat: 1. Geen illusies, dat vrede nabij is, maar evenmin wanhoop over de kans dat hij ooit zal komen. 2. Een van werkelijkheidszin getui gende benadering van de grenskwes ties. Wij allen zijn bereid in ruil voor territoriale conccessies een ware vre de te sluiten, 3. Van enigerlei recht -moet geen'af- stand worden gedaan voprd-at de vrede een feit is! Hij ging op dit laatste punt niet die per in. Eban herhaalde Israëls eis voor een „contractuele vrede" als de enige aan vaardbare oplossing voor het conflict in het Midden-Oosten. In z'n toespraak zei Eban de belang rijkste verklaring in het recente vraag gesprek van president Nasser in Time de volgende zin te vinden: „De huid wordt niet verkocht voor dat de beer geschoten is". Dit is een verwijzing naar een vraag wat Nasser zou doen indien hij de oorlog met Is raël zou winnen. Sprekend over het conflict langs het Suez-Kanaal zei hij: Ik ben verbaasd dat Nasser ondanks zijp gebruikelijke technische talenten de fout heeft ge maakt een legende op proef te stellen. Werkelijk, gezegd kan worden, dat een begaafde man zich uit een situatie weet te bevrijden waar een-verstandig man niet in geraakt zou zijn. Staatslieden mogen hun fouten herha len. maar zij zijn daartoe niet ver plicht", voegde hij hieraan toe. TTRECHT De Landelijke contactgroep van gepensioneerde oud-verzetstry- ders en nagelaten betrekkingen heeft gisteren op zyn vergadering in Utrecht kritiek geleverd op de volgens de gepensioneerden te lage pensioengrondslagen en de te weinig soepele toepassing van de buitengewone pensioenwet. De waarnemend voorzitter van de Contactgroep, de heer A. J. Kliest, zei dat de pensioenen weliswaar welvaarts- vast zijn, maar dat bij de vaststelling van de pensioengrondslagen geen reke ning is gehouden met de carrière die de verzetsstrijders zouden hebben ge maakt als zij in de oorlog niet invalide waren geworden. Het ging in het alge meen om jonge mensen die nog onder- LONDEN De leiders van de Brit se vakbonden blijven zich verzetten te gen de pogingen van de regering-Wil- son om een einde te maken aan het euvel van de wilde stakingen. Woensdag kwamen de vakbondslei ders bijeen met premie/ Wilson en zijn vrouwelijke minister voor de werkge legenheid, Barbara Castle. De vakbon den zullen dan opnieuw de eigen te genvoorstellen indienen, waarover zij 't al eerder niet met de regering eens konden worden. Dat Wilson dinsdag zijn minister van Buitenlandse Zaken, Callaghan, heeft ontslagen uit het kernkabinet omdat hij zich op het standpunt van de bon den plaatste in plaats van op dat van het kabinet, heeft geen einde gemaakt aan de moeilijkheden. De verdeeldheid in de partij is even groot gebleven als zij was. Wilson hangt dan ook nog al tijd een crisis boven het hoofd. ADVERTENTIE aan de maatschappelijke ladder stonden toen de oorlog uitbrak en die dus ook een laag inkomen hadden. De heer Kliest stelde, dat de minimum grond slag van de invalide verzetsman nog f 23,- per maand lager ligt dan de maandinkomsten van een 25-jarige straatveger-bakkenlader, die hij aan de hand van een advertentie, waarin straatvegers werden gevraagd, bere kende op f 766,-. Een derde deel van de ruim 2000 verzetsinvaliden moet het nog met een dergelijk inkomen doen. Volgens de heer kliest zal de Wöt Buitengewóón Pensioen drastisch moeten wor den gewijzigd, zodat wel rekening wordt gehouden met gemiste kansen: „ver zetsstrijders waren toch geen sullen, die zich, als. ze gezond waren gebleven, niet zouden hebben opgewerkt in deze tijd van welvaart". De heer Kliest somde nog een aantal wensen op van de invalide verzetsstrij ders en de weduwen: de AOW- en de ziekenfondspremie moeten voor reke ning van het rijk komen, de keuring voor het bepalen van het invaliditeits- percentage moet geschieden door des kundige artsen die ook dc psychische gesteldheid van de betrokkenen kunnen beoordelen, er moeten meer recreatie mogelijkheden komen voor gepensio neerde verzetsstrijders en de invaliden die over een eigen vervoermiddel be schikken moeten worden vrijgesteld van de wegenbelasting. Dr. J. Th. A. H. van der Putten, raadadviseur bij het ministerie van CultUur, Recreatie ep Maatschappelijk Werk, verklaarde dat ook de overheid erkent, dat er aan de laagste pensioen grondslagen iets moet worden gedaan. Overigens stelde hij, dal de verzets strijders in Nederland met een eigen wettelijke regeling en eigen aanspra ken die uitgaan boven die van andere groepen (zoals bijvoorbeeld de Jodse oorlogsslachtoffers) in de wereld een unieke plaats innemen. Bij de vaststel ling van het invaliditeitspercentage wordt rekening gehquden mét de be- roepsinvaliditeit in plaats van met de algemene invaliditeit, de weduwen krij gen ongeacht de oorzaak van het over lijden van hun man «en hogere pen sioenuitkering en het causale verband bij de vaststelling van de uitkering wordt steeds meer losgelaten. Als er maar enige twijfel bestaat krijgt de oud-verzetsman die invalide wordt een uitkering. In tegenstelling tot de rest van de bevolking worden de invalide verzetsstrijders op hun 65ste jaar niet geconfronteerd met een aanzienlijke terugval in inkomsten. Het pensioen gaat normaal door, terwijl van de AOW nog vijf procent minder wordt gekort dan bij de ambtenaar. Overigens toon de mr. Van der Putten zich bereid, be sprekingen te voeren over gerechtvaar digde verlangens. een jaar besprekingen in Parijs tussen de delegaties van de V.S. en Zuid-Vietnam enerzijds en Noord - Vietnam en de Viet-Cong anderzijds, is men thans zo ver gekomen dat er concrete voorstellen op de groene ta fel liggen. Dat is voor het zo langzamerhand door dertig jaar onafgebroken oorlog ge kwelde Vietnamese volk maar weinig, maar tenminste iets hoopvols om naar uit te zien. Het is mogelijk om aan oorlog als dagelijkse staat te wennen. Maar het aantal lieden dat een einde vol verschrikking gaat verkiezen bo ven een verschrikking zonder einde, moet ook in Vietnam wel groeien. Het maakt landen rijp voor de mentaliteit „het doet er niets toe, als er maar vrede en rust komt". Helaas volgen echter ook op dit besluit vaak katers. |VTen hoede zich voor de illusie dat er 1 ook snel vrede komt. Het be- het eerste grote tref- nu treft hier pas VÜPV fen aan de groene tafel. Beide partijen gaan uit van punten die niets en dan ook niets met elkaar ge meen hebben. Volgens de Amerikanen is het voor el kaar als de Noordvietnamezen hun agressie in het zuiden hebben opge geven. Volgens de Viet-cong is alles in orde als de Amerikanen het land hebben ver laten. Daarna zal men het zelf wel regelen. TAit laatste is nu het grootste knelpunt. Men regelt een dergelijk diepgaand conflict niet eventjes. Men kan der tig jaren niet als van een lei met een sponsje afwassen. Het gaat om men sen die bij het conflict zijn betrokken. Na de onderhandelingen in Genève is er een volksverkiezing uit het noorden geweest van zeer velen die om des ge weten wils naat het Zuiden zijn gegaan. Men kan en mag deze mensen, vaak nog vele malen bedreigd met ondergang of dood. niet aan nieuwe vervolging blootstellen. Aan de andere zijde lijken heren als Ky en Thieu nu ook niet bepaald de aangewezen figuren voor een grote verzoening. men er rekening mee houdt, dat er zowel een begin van vrede als een begin van nieuwe harde lijn is, bewezen de laatste woorden van Ni- xons vredeswensen Hij heeft Johnson destijds wel verweten niet genoeg te doen voor de vrede. Nu staat hij er zelf voor en zijn moeilijkheden met de de escalatie zijn niet minder. Alleen een mentaliteit die niet op suc- cesjes uit is maar werkelijk het Viet namese volk van de oorlogsellende wil bevrijden, kan hier helpen. Het ziet er naar uit dat die mentaliteit bij bei de partijen nog lang niet aanwezig Is. Maar in Vietnam vallen dagelijks nog de slachtoffers. HEEMSTEDE Op 87-jarige leef tijd is in Heemstede overleden prof. dr. M. J. A. de Vrijer, oud-kerkelijk hoogleraar aan de Rijksuniversiteit te Utrecht. Prof. De Vrijer is van 1906 tot 1937 predikant geweest bij de Neder landse hervormde kerk en diende de gemeenten Odijk, Bloemendaal en Am sterdam. Daarna was hij tot 1 oktober 1947 hoogleraar in Utrecht, waar hij de Nederlandse kerkgeschiedenis, de in- en uitwendige zending en de Bijbelse God geleerdheid doceerde. De begrafenis zal maandag op de al gemene begraafplaats in Heemstede ge schieden na een rouwdienst die om elf uur begint in de Hervormde kerk aan het Wilhelminaplein in Heemstede. Dr. ir. Th. P. Tromp, vice-presi dent van NV Philips' Gloeilam penfabrieken, is door de regering van Brazilië onderscheiden met de Grand Cross Order of Rio Branco, de hoogste onderscheiding, die aan niet-Brazilia- nen wordt verleend. BRUSSEL De Europese Commis sie ziet voor het ogenblik geen aanlei ding om studies te laten maken met het oog op een harmonisatie van de be lastingdruk op natuurlijke personen. In antwoord op een Europese parlementai re vraag van de Franse UDR-afge- vaardigde Couste) verklaart de commis sie, dat de belastingontvangsten van de zes EEG-landen naar haar mening op den duur voornamelijk dienen voort te komen uit: een belasting op de toegevoegde waarde, zoveel mogelijk geharmo niseerd, en enkele belangrijke even eens geharmoniseerde accijnzen. 4 een algemene, synthetische belasting sten van ondernemingen, die in de zes landen dezelfde structuur en min of meer dezelfde object en de zelfde tarieven heeft, een algemene. synTv ch< He' .-rih op het inkomen van natuurlijke per sonen. Deze mag nog lange tijd van land tot land verschillend zijn, zo meent de commissie. Uit een overzicht van de belastingen der centrale overheid en de lagere pu bliekrechtelijke lichamen in de zes EEG-landen blijkt, dat in 1967 de in komstenbelasting in Nederland 57 pet van de totale belastingen uitmaakte, tegen 46 pet. in Duitsland, 39 pet. in Frankrijk, 27 pet. in Italië, 41 pet in België en 53 pet. in Luxemburg. Het aandeel van de vermogensbelas ting beliep voor Nederland 3 pet, tegen 8 pet. in Duitsland, 3 pet in Frankrijk, 9 pet. in Italië, 5 pet in België en 9 pet. in Luxemburg. Het aandeel van de verbruiksbelas ting was in Nederland 40 pet, tegen 48 pet in Duitsland, 58 pet in Frankrijk, 64 pet in Italië, 54 pet. in België «n 38 pet in Luxemburg.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1969 | | pagina 5