Film
Sarah
Bernhardt
HUWELIJKS-WEL-EN-WEE
ELIZABETH MOO Y KOMT SPOEDIG
TERUG OP DE
BEELDBUIS
maar
Achter de VN-balie in New York
staat een Nederlandse vrouw
Kazuko moet Japanners meer
Nederlandse kaas laten eten
Tram duurder
HUISVROUWE1SCURSUS
DRÜK
HUMOR
ZIJ WEET HET
NEW YORK De filmproducent
Stark (van „Funny Girl") gaat een film
maken over het leven van de grote
Franse toneelspeelster Sarah Bernhardt.
Dat wil zeggen als men de filmrechten
van het boek „De goddelijke Sarah" van
de erfgenamen van David Selznick kan
kopen, waarmee een bedrag van 200.000
dollar is gemoeid.
Als alles doorgaat zal John Huston
de film waarschijnlijk gaan regisseren.
Het is nog niet bekend wie de rol van
Sarah zal spelen, doch het schijnt dat
Stark Barbra Streisand hierover al heeft
benaderd.
AMSTERDAM In de academie „De
Gracht", een onderdeel van het jeugd-
en jongerencentrum „Ruimte" aan de
Keizersgracht in Amsterdam is deze
week de zes-weekse cursus voor jonge
gehuwde huisvrouwen van start gegaan.
De belangstelling hiervoor is zo groot,
dat de academie nu reeds heeft moeten
besluiten de ochtendcursus 's middags
te herhalen.
De initiatiefnemers hadden aanvan
kelijk gerekend op een stuk of twintig
deelneemsters. Er zijn echter al 40 aan
meldingen binnen gekomen en de tele
foon staat nog niet stil.
De academie heeft deze cursus inge
steld voor die huisvrouwen, die „wel
eens wat anders willen dan haar huisje
stofzuigen, koffie drinken bij de buur
vrouw of meedoen aan de saaie ochtend
gymnastiek". Tijdens de cursus doen
de vrouwen onder leiding van vakdo
centen aan lichaamstraindng, improvi-
satiedans, tekenen, schilderen, con
structies vervaardigen etc.
Als deze eerste cursus een succes
wordt en dat ziet er wel naar uit
dan start de academie in september met
een nieuwe cursus.
ROTTERDAM Het gemeentelijk
vervoerbedrijf van Rotterdam, de
R.E.T. wil de prijzen voor knipkaarten
en abonnementen met 25 procent ver
hogen.
De verhoging moet nog worden goed
gekeurd door een commissie uit de ge
meenteraad en daarna door het minis
terie van Economische Zaken. Er valt
met het oog op de huidige prijspolitiek
van de regering nog niet te zeggen
wanneer die toestemming afkomt.
L. MEI 1969
In de Amerikaanse stad Philadelphia is een 42-jarige geestelijke, George
Hafner, in zijn priesterkleding in het huwelijk getreden met de 33-jarige
secretaresse Mary C. Stanley. Het huwelijk werd in een kerk ingezegend door
een priester die zelf al getrouwd was. De plaatselijke bisschop heeft laten
weten dat het huwelijk niet als geldig wordt erkend.
w» v m-
Mevr. Barnard in Kaapstad (Zuid-Afrïka) heeft een eis tot echtscheiding ingediend. Haar man, de bekende
hartspecialist Christian Barnard, verblijft momenteel in het buitenland. Op deze archieffoto uit 1968: zittend
André en dr. Barnard, staand mevr. Barnard en dochter Deidre.
In Las Vegas is de Amerikaanse acteur Mickey Rooney (48) getrouwd
met de gescheiden redactiesecretaresse Caroline Hockett (25). Het was de
zevende echtverbintenis, die Mickey Rooney is aangegaan. Zijn zesde huwelijk
te vorig jaar ontbonden.
Mejuffrouw Kazuko Kuwahaza, 24
jaar oud, voedingsdeskundige en advi
seuse in Tokio wordt nu in Japan ook
de eerste Japanse demonstratrice in
dienst van het Nederlands Zuivelbu-
reau. Daarom is Kazuko naar Neder
land genood, om hier alles over kaas
en kaas-eten te leren.
Want wij hier in Nederland zijn van
mening dat de Japanners veel meer
Goudse en Edammer kunnen eten dan
bijvoorbeeld de li992 ton kaas die wij
vorig jaar naar Japan exporteerden. Bij
het Nederlands Zuivelbureau is uitge
rekend, dat Nederland maar een klein
deel levert van de tonnen kaas die Ja
pan per jaar in het buitenland koopt:
kaas uit Australië en Noorwegen voert
in Japan wel de boventoon.
Daaraan zijn we dus nu iets aan het
doen: Kazuko uit Tokio heeft gezien
hoe hier koeien worden gemolken, ze
is al in kaasmakerijen geweest en in
de „Zuivelkeuken" die het Nederlands
Zuivelbureau in Den Haag heeft ook
lessen aohter het fornuis gekregen.
„Japanners eten bijna alleen zachte,
jonge kaas", vertelt Kazuko. „Wat u
lunehkaas noemt, is bij ons het meest
hl trek. Waarom? Ik heb gehoord, dat
u naar het buitenland meestal alleen
de jonge kaas exporteert en dat buiten
landers nog moeten wennen aan de
smaak van uw oude en meer pittige
kaas".
Nu vindt Kazuko dat voor Japan niet
zo gek. „Want", zegt zij, „eeuwen lang
hebben wij in Japan helemaal geen
Elizabeth Mooy temidden van het beestenspul in haar flat.
AMSTERDAM „Fijn, dat je terug
bent" en „Wij hebben je gemist" hoort
de 29-jarige Elizabeth Mooy van alle
kanten, nu zij deze zomer weer op het
televisiescherm verschijnt.
„Ik heb nog steeds fans", concludeert
zij gevleid. Drie jaar geleden is zij met
opzet met haar televisiewerk voor de
AVRO gestopt.
„Ik vond het niet meer leuk. Alles
werd zo geperfectioneerd, dat niets meer
aan je eigen inzichten werd overgela
ten.
Bovendien was er in die begin-periode
van de televisie ik was er al in 1959
bij veel meer waardering voor je
werk. In die sfeer van „jongens, van
avond gaan wij dat brood eens met zijn
allen bakken" was altijd een van je
bazen aanwezig, die iets over je optre
den zei. Dit heeft niets met ij delheid te
maken, want opbouwende kritiek heeft
iedereen nodig".
Behalve haar televisiewerk voor de
TROS drie regionale programma's
voor de helft informatie en voor de
helft ontspanning is zij elke woens
dag via Hilversum 3 te horen in Mu-
ziek-lezen. Daarnaast houdt zij haar
schnabbels aan bij de reclame, Martin
air Holland en als gastvrouw op ont
spanningsavonden.
Niet alleen buitenshuis ook binnens
huis heeft de blonde Elizabeth een druk
leven. Het voorjaar begon in haar
flat zes hoog in Amstelveen met
de geboorte van vier welgeschapen Sia
mese katten.
De Duitse herder en de twee volwas
sen Siamezen proberen samen met Eli
zabeth van de vier blauwogige poezen,
geciviliseerde beesten te maken. De op
voeding valt niet mee.
„Ik kan niet zonder beesten en plan
ten leven", zegt Elizabeth Mooy en plukt
een ondernemend katje uit de gordij
nen. „Ook niet zonder mensen", voegt
zij er in één adem aan toe.
„Ik ben niet iemand, die de hele dag
alleen met een boek op zijn kamer zit.
Ik moet mijn vrienden en kennissen kun
nen ontvangen, lekkere dingen koken
en soms fijn uitgaan". Gelukkig voor
haar maakt niemand in de flat aanmer
kingen op het doordringend geblaf van
de Duitse herder of het gemiauw van
de katten.
Elizabeth Mooy heeft niet altijd zo
ideaal kunnen leven. „Voordat ik tele-
visie-omroepster werd was ik telefonis
te, secretaresse en receptioniste. In mijn
vrije tijd bleef ik assistente van een
dierenarts. Hij kwam ook op het idee
om naar de baan van televisie-omroep-
ster te solliciteren. Ik had mezelf uit
dertig meisjes, van wie er sommigen
echt „mooie poezen" waren, geen kans
gegeven."
Elizabeth Mooy bekijkt haar leven
humoristisch. Met een glimlach kan zij
over haar pechperioden praten. Drie
keer viel zij van haar paard en drie
keer hebben chirurgen haar opgelapt.
Toen zij drie jaar geleden voor haar
televisie-werk bedankte en alleen haar
schnabbels aanhield, verongelukte haar
verloofde. Maanden later vertrok zij
naar de Nederlandse Antillen, waar Télé
Aruba haar meteen nodig had.
„Het was er geweldig. Ik heb er
nieuws gelezen, omgeroepen, reclame
spots gemaakt en interviews gehouden.
Het was hartstikke leuk". Op de terug
weg naar Nederland bezocht zij New
York, waar zij zich de blaren op haar
voeten liep om alles te zien. „En ik heb
alles gezien", zegt zij tevreden.
Het verleden met de ongelukken en
mislukkingen vergeet zij zo snel moge
lijk. Zij is dezelfde springerige, vrolijke
Elizabeth gebleven. Alleen is haar huid
een tint bruiner en haar haar een tint
blonder geworden. Over enkele weken
kunnen haar fans zich daarvan persoon
lijk overtuigen.
kaas gekend. Er bestaat een verhaal
over een keizer, die vermoedelijk een
soort zachte, witte kaas aangeboden
kreeg, maar daarmee houdt onze kaas-
historie op. Japan heeft met kaas ken
nis gemaakt toen in de zeventiende
eeuw de Nederlandse schepen bij ons
kwamen, maar pas via de Amerikanen
in de Tweede Wereldoorlog heb
ben wij echt kaas leren eten".
Er bestaat ook geen Japans woord
voor kaas: Kazuko moet altijd praten
over „cheese", hét Engelse woord voor
kaas.
„Cheese" (uit Frankrijk, Nederland,
Noorwegen, Australië, vaak uit Japan
zelf ook) eet men in Japan 's morgens
bij het ontbijt, men eet soms wel een
stukje bij de koffie, men maakt er
sandwiches mee en men begint volgens
Zazuko ook stukjes kaas te eten bij een
glaasje (rijst)wijn.
Dat moet dus meer Nederlandse kaas
worden. Of dat lukt, ligt nu voor een
deel aan Kazuko, die zelf het meest
houdt van Sashi mi, een Japanse vis
schotel. „En van kaas" voegt ze daar
beleefd bij.
Snuffelen in een onderwijsperiodiek blijft voor mij altijd een
boeiende bezigheid. En bij een zeer modern, progressief
maandblad is dat dubbel interessant, omdat de inhoud vaak zo typerend
is voor de tijd waarin wij leven. Het is de moeite waard er eens rustig
voor te gaan zitten om te kijken wat ze de hooggeleerde, zeergeleerde
en gewoon weledele vaklieden nu weer voor nieuwe ideeën en methoden
lanceren. Al grinnikt op de achtergrond van eigen ervaring af en toe het
spotduveltje dat dit vroeger of zelfs heel vroeger al eens aan bod
geweest is. Na veel aarzelen voorzichtig geprobeerd, een tijdje geestdriftig
bejubeld, om daarna weer geruisloos de mist in te gaan bij het opduiken
van een nieuwe nieuwigheid.
Maar goed, zoals gezegd: als spiegel van de tijd zijn die wisselende
opvattingen over het onderwijs, en de school in het algemeen buitengewoon
leerzaam. Terwijl het daarnaast ook weer een zekere geruststelling is
om te constateren dat bepaalde dingen in diezelfde sfeer nagenoeg niet
veranderen. En een daarvan blijkt geen wonder de houding
van de ouders te zijn.
In de vroege middeleeuwen, toen de school niet veel meer was dan een
uiterst sober vertrek in een klooster, hadden moeder en zelfs vader
nagenoeg niets in te brengen bij wat toen voor onderwijs doorging.
Zij mochten blij zijn als hun zoontje door de geestelijken werd. aangenomen
omdat hij een redelijk goede stem had, en bij het zang onderricht tevens
nog een beetje lezen, schrijven en zelfs wat rekenen leerde.
Maar als de burgerij zich haar macht die van het geld bewusi wordt
en vooral de koopmansstand met die klooster schooltjes geen genoegen
meer neemt, zijn het vrijwel uitsluitend de vaders die beter, uitgebreider
S en praktischer onderwijs voor hun zonen verlangen, en dat weten door te
zetten. Vader denkt vooruit, moeder houdt alles liever bij het oude:
zo blijkt het vandaag de dag vaak nog te zijn. Dat ontdekte ik in een
ingezonden stuk van een mevrouw, die blijkbaar geen gediplomeerd expert
is maar, naar zij schrijft, door diverse omstandigheden veel met scholen
te maken heeft gehad. En daarbij is het haar opgevallen hoe op de
ouderavonden het publiek wisselt. Kleuterscholen en lagere scholen:
veel moeders, weinig vaders. Middelbare scholen: meer vaders dan
moeders. Bij de avonden voor de zesde klas beginnen de vaders actief
te worden, en daarna gaan zij domineren. Waar zit dat in? vraagt zij.
Vinden de vaders kleuter- en basisonderwijs niet belangrijk? Of voelen
de moeders zich niet capabel meer als hun kinderen tieners worden?
Alstubleft: daar hebben we het verleng stukje van vaders invloed in de
parochie- en stadsscholen. Die moesten de jongens vooral vooruit brengen,
opleiden voor de maatschappij, voor bedrijf en handel, hun leren hoe zij
zich moesten redden in hel teven, ook ver van huis, over de grenzen.
Vandaar hun eisen om ook Frans te leren dat nu weer dreigt te
verdwijnen en vaardigheid te krijgen in het schrijven van handelsbrieven.
Of er toen ook al ouderavonden werden gehouden waag ik te betwijfelen,
maar dat de moeders in deze zaken niet gehoord werden staat wel vast
Moeders moesten zich maar vlijtig bezighouden met de opleiding van de
dochterkens tot goede huisvrouwen en hun alles leren van koken
en naaien en inmaken en zieken verplegen en kinderen grootbrengen.
Dan waren de latere kooplieden tenminste verzekerd van goede
huisbestierstertjes, opvoedsters.
Zou die eeuwenoude traditie al is er zoetjesaan voor de dochterkens
ook wel wat aan schoolonderwijs gedaan misschien nog altijd invloed
doen gelden? Moeder voedt op, leert noodzakelijke handigheden en
behoorlijke manieren, en later ook wat huishoudelijke kundigheden.
Het kind kan zich aardig aankleden, netjes eten, 'n boodschap doen en
helpen de vaat te drogen, als het naar de kleuterschool gaat. Vandaar naar
de lagere school is maar een drempeltje hoger, en dat drempeltje zal
er in het nieuwe onderwijssysteem wel volledig uitslijten.
Tot aan de hogere klassen voelt moeder zich in de school wel aardig thuis:
het is eigenlijk een verlengstuk van de huiselijke kring, waar haar
hartedief spelenderwijs nog wat leert ook.
Zij mag daar op de ouderavonden graag de resultaten van bekijken:
de tekeningen en de handwerkjes zo goed als de sommetjes en de
taallesjes. Zij behoeft hiervoor niet geleerd te zijn of een diploma te
bezitten, desnoods zou zij zelf die allereerste beginselen wel kunnen
onderwijzen. En dan, denk ik wel eens: tot aan klas vier heeft moeder
vrijwel alleen met vrouwen te maken. Meest jonge, ongetrouwde juffies,
die weliswaar een opleiding hebben gehad, maar van kinderen, en speciaal
van moeders kind, nog lang niet zoveel verstand hebben als moeder zelf.
Wat juffie op gezette tijden, de ouderavonden bijvoorbeeld, ook wel eens
onder het oog moet worden gebracht.
Maar in klas vier en vijf en vooral in zes: och arme, daar begint het
knusse huis het af te leggen tegèn de strenge school en zelfs tegen de
harde maatschappij. Daar krijgt moeder mannen tegenover zich,
getrouwde mannen met een eigen gezin, ervaren heerschappen die je niet
gemakkelijk op de vingers kunt tikken. Het speelkind is ook zoetjesaan
een mens-in-aanbouw geworden.
Moeder verliest terrein, zij kan niet goed meer op tegen die samenzwering
van louter mannen: zoonlief, vader, meester, bovenmeester, leraar,
directeur of rector. Zij zit er op de ouderavonden maar zo'n beetje
uitgerangeerd bij als er zich een discussie ontspint over aanleg,
vooropleiding, richtingen van voortgezet onderwijs, toelatingseisen en
maatschappelijke mogelijkheden.
Er zijn natuurlijk uitzonderingen te over op deze regel. Maar voor heel
veel moeders is dat loslaten van het kleuterhandje toch een pijnlijke zaak.
Dus blijven zij op de hogere" ouderavonden liever thuis.
SASK1A.
JU
TVEW YORK. Het is al afgelopen
met de bloesem bij het gebouw van
de Verenigde Naties in New York. Met
tienduizenden waaien de rose bloem
blaadjes van de Japanse kers in het wa
ter van de East River. Het is warm
buiten als ik binnen, in de immense
zetel-van-Oe-Thant, wat koelte zoek.
Zoals elke binnenkomer loop ik tegen
een balie aan met een jonge, aantrek
kelijke vrouw daarachter: een Ne
derlandse, Beatrice van Wilgenburg uit
Rijswijk.
Beatrice van Wilgenburg lachen
de bruine ogen en een rollende r is
opgegroeid in het land dat toen nog
Nederlands Indië heette. En voor zoveel
mensen, die van daar komen, werd ook
voor haar Nederland blijkbaar iets te
eng. De mensen die dat vinden willen
altijd ruimte. Beatrice van Wilgenburg
vond die ruimte acht jaar geleden: toen
ging ze in New York wonen.
Sinds een jaar en een paar maanden
weet zij elke dag alles van de bijeen
komsten in dat gebouw van de Verenig
de Naties.
Zij wijst ambassadeurs de weg naar
de vergaderingen, zij verbindt afgevaar
digden uit alle landen met elkaar, zij
kent de meeste vaste vertegenwoordi
gers bij naam en wanneer er daar in
New York over „de wereld" wordt ge
sproken, dan weet Beatrice van Wilgen
burg precies in welke zaal en hoe laat
dat gebeurt.
En voor die tijd, wil ik weten.
Zij somt op: „Toen ik acht jaar ge
leden hier kwam heb ik eerst een jaar
in dit gebouw gewerkt als gids; elke
dag groepen bezoekers rondleiden dus.
Daarna heb ik gewerkt bij de Neder
landse ANW, helemaal in de toeristische
hoek dus, vanaf Edammer tot mensen
door New York leiden en tenslotte ben
ik weer bij de Verenigde Naties terug
gekomen en nu zit ik hier".
Beatrice van Wilgenburg woont op
een flat haar vierde sinds ze in New
York is vlak bij de plek waar ze
werkt. „Tien minuten lopen, ideaal", legt
ze uit. Ze woont samen met een Siamees.
Precies, een poes, die Filou heet.
„Geweldig baantje", merk ik langs de
neus op, maar nu zit ik fout.
„Met de bijeenkomsten van de Al
gemene, Vergadering werk ik hier elke
avond tot één uur", hoor ik. „Dan kom
je bekaf thuis en je slaapt al voor je je
tweede been in bed hebt".
Maar als dat niet zo is, maakt een Ne
derlands meisje bij de Verenigde Naties
wel een hoop mee. Feesten en cocktails,
braadvleespartijen in tuinen en dans
avonden onder bomen in grasvelden,
Beatrice van Wilgenburg is er bij ge
weest.
En als er officiële bijeenkomsten zijn,
die tegelijk een feestelijk kantje hebben
en alle heren verschijnen met een da
me, dan zijn de vrijgezellen-afgevaar
digden er als de kippen bij om meisjes
als Beatrice van Wilgenburg te vra
gen.
Achter haar balie in het gebouw van
de Verenigde Naties staat Beatrice ner-
gen meer verbaasd van. Een paar dagen
geleden meldde zich iemand die naar
Mister X vroeg. Beatrixe van Wilgen
burg speurde alle lijsten na, want die
New York, de „krabbers" en Bea
trice van Wilgenburg uit Rijswijk.
naam had ze nog nooit gehoord. Maar
ja, tussen al die honderden... Ze tele
foneerde links en rechts, was een half
uur bezig en vroeg toen: „Voor wie
werkt Mister X eigenlijk?" „Oh",
was het antwoord, „voor de firma Palm-
olive". De zoeker dacht, dat hij in het
gebouw van de zeepfabriek zat.
„En telefonisch gebeurt je hetzelfde",
vertelt Beatrice. „Gisteren iemand die
naar een mevrouw vroeg. Ik overal
zoeken en niks vinden. Die is niet hier,
meld ik. ,Moet", is het antwoprd, „het
is één van uw patiënten, drie dagen
geleden opgenomen".