VERSTOPPING? Koninkrijksregering is tekort geschoten om stakingen te breken" Liefdeleven van Rosina Trondin „Sociale politiek die nergens naar üjkt" Noord-Groningen begon leeg te lopen; daar moesten we wat aan doen VAKBONDSLEIDER ALDERS OVER CURACAO: GENERAAL-MAJOOR LUIJK: INTEGRITEIT VERDEDIGEN VAN GRONDGEBIED DALET BALSEM DALET BALSEM Groningen - r. e. Sie mens, landbouwer, heet hij in de telefoongids, maar dat slaat eigenlijk nergens meer op, want de 71-jarige hereboer wóónt alleen nog maar in die reusachtige boerderij in de buurt van Uithuizermeeden in 't uiter ste noorden van Groningen. TELEFOONTJE bij apotheker en drogist spoedig beslissing van oeso over maastricht ISOLEREN „VUILE VINGER' CORRUPTIE BRUTAAL - „GA JE GANG GEWIPT Herinneringen Aflossing Dus toch...? Parool Medicijn Niet leuk 4fOt!NyOA& stiffs ri8i liet werken laat hij sinds enkele ja ren aan zijn zoon over. „Die woont ADVERTENTIE Honderdtachtig hectaren vruchtbaar land op de plek waar in de toekomst de Eemshaven-industrieën zullen neerstrijken zijn van hem. Die haven komt voor deze familieoudste van het Duitse Siemensgeslacht bepaald niet als een verrassing. Achter de schermen heeft hij sinds 1945 geijverd voor de aanleg ervan! Werken achter de schermen is de specialiteit van deze lange, schrale man, die je wel voor een ambassadeur zou verslijten, maar nimmer voor een boer. Bekend in heel het noorden, maar evenzeer in regeringskringen. Als voorzitter en lid van vele besturen en commissies in landbouwkringen en daarbuiten, beschikt hij over een hand vol relaties die hij voor heel wat kar retjes heeft weten te spannen. Zijn da dendrang heeft hij o.m. op de Eems- haven gericht. ,,Ja, die Eemshaven", vertelt hij, „dat begon in 1945 met een telefoontje van mijn vriend dr. ir. J. van Veen, toen hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat. Nederland zou het Duitse Oost-Friesland erbij krijgen en nu moest er maar eens wat met die Eemsmond gedaan worden. Van Veen ging er met een bootje peilen en ik ging mee. Toen kregen we voor het eerst een indruk van de mo gelijk- en onmogelijkheden van het diepe water voor de Groningse kust". De plannen van Van Veen gingen in de doofpot toen Oost-Friesland bij Duitsland bleef horen. In de jaren vijf tig begon Noord-Groningen leeg te lo pen. De bevolking trok weg. „Toen kwam notaris mr. C. N. Smit uit Eenrum bij me. Daar moesten we wat aan doen, vond hij en samen met enkele andere mensen hebben we op gericht de Stichting Noord-Groningen. In 1955 heb ik gezegd: „We moeten hier industrie aantrekken. Drie jaar later werd Van Veen gepensioneerd. Hij ging hier vlakbij wonen en kwam Als modieuze schoenen voor U ondra gelijk zijn door knobbels dan helpt Zwellingen aan de grote teen be hoeven U niet langer te kwellen. Verkwikkende DALET BALSEM dringt diep door in de huid, heft de aandoening op en doet de zwelling verminderen, waardoor ook de pijn verdwijnt. Maak Uw voeten weer pijnloos slank met de beroemde Franse MAASTRICHT De Oeso, de orga nisatie van Europese samenwerking en ontwikkeling, zal nog deze maand beslissen of Maastricht het hoofdkan toor zal krijgen van het International Institute for technology. Donderdag komt een werkgroep van de Oeso in de Limburgse hoofdstad kij ken. Behalve Maastricht is ook Milaan favoriet. Burgemeester Baeten van Maastricht is optimistisch over de kan sen die zijn stad heeft. Wist u dat daar hele kleine pilletjes tegen klftllDII AV bestaan? Nourypharma in Oss maakt ze.- NUUlflLAA ROELOF SIEMENS ZAG EEMSHAVEN AL IN 1945 hoogte is geweest. Ik verwijt haar de zonde van nalatigheid". Een der hoofdoorzaken van het con flict is volgens hem gelegen in de door de Antilliaanse regering in de afgelo pen jaren gevoerde politiek, die toelaat dat grote Amerikaanse ondernemingen onder bescherming van de regering „een speciale politiek voeren, die ner gens naar lijkt". De heer Alders, wiens bezoeken als vakbondsleider in de jaren 1964 en 1966 zeer veel stof hebben doen opwerpen, omdat hij toen reeds waarschuwde voor latente onrust onder de bevolking, die vroeg of laat tot een uitbarsting moest komen, beschuldigde er de voor malige vice-premier Biesheuvel van, dat hij zich tijdens zijn officiële bezoek in 1964, ondanks zijn nadrukkelijke voorafgaande waarschuwingen, om de tuin had laten leiden. „U moet er straks ook met de oppo sitie gaan praten", zo had Alders de bewindsman gevraagd, „maar dat zal u niet meevallen. De autoriteiten daar kennen geraffineerde systemen om u dat, zonder dat het u zal ergeren, on mogelijk te maken. U wordt uitgeno digd om bij de gouverneur of bij de premier thuis te logeren onder het mo tief, dat er in een hotel geen rust is te verkrijgen, maar in werkelijkheid is het om u te isoleren. Daarnaast zet men u een overbelast programma voor, zodat u eenvoudig geen tijd of gelegen heid krijgt rustig met leden van de oppositie van gedachten te wisselen. Op cocktailparties stelt men terstond mensen aan u voor, zodra men u in gesprek ziet met een vakbondsleider of een lid van de oppositie". „U kent mij lang genoeg om te we ten, dat ik mij niet te grazen zal laten nemen", had de heer Biesheuvel ge zegd, maar na een maand sprak de heer Alders hem weer in Nederland en toen deelde Biesheuvel hem mee, dat hij geen kans gezien had om met de oppositie te praten. Kritiek oefende de heer Alders met name uit op de Democratische par tij, die in 1964 de verkiezingen wist te winnen dank zij „de vuile vinger- affaire"; iedere stemgerechtigde moest bij het indienen van zijn stem biljet zijn duim in een inktpot dopen en daarmee een afdruk maken, zo genaamd om dubbel stemmen te voor komen. Daartegen verzetten zich de tegenstanders en met name de intel lectuelen onder de bevolking, die bo vendien tegenstanders waren van de DP. Zij spanden zelfs een kort ge ding aan, omdat dit duim-indopen op geen enkele wet gebaseerd was. Ze wonnen het geding, doch de regering zorgde er snel voor, dat de zaak daarna alsnog ijlings wettelijk gere geld werd. De heer Alders herhaalde zijn vroe ger reeds enkele malen gepubliceerde verlangen dat uit*tftet Koninkt^jXsSta- tuut art. 43 zal worden gewijzigd of geschrapt. Daarin wordt bepaald, dat de koninkrijksregering verantwoorde lijk is voor een goed bestuur in alle rijksdelen. „Als alles goed gaat in de Antillen is het artikel domweg over bodig". zo betoogde hij, „en als er moeilijkheden komen zoals thans, dan brengt het Nederland in de onmogelij ke positie, dat het met eigen troepen de orde moet herstellen. Daarmee la den wij onherroepelijk de schijn van neo-kolonialisme op ons". Het statuut- staat daarom volgens hem doeltreffend optreden eerder in de weg dan dat het dit bevordert. „Nederland mag zich gezien de historisch gegroeide banden niet helemaal losmaken van de over zeese rijksdelen, doch het dient de hulpverlening te baseren op de ontwik kelingshulp met strikt toezicht op de juiste besteding daarvan", zo zei de heer Alders. De Antilliaanse vakbondsleider Hu- bert Rojer, voorzitter van de Cura- caose Christelijke vankcentrale, die samen met de heer Alders uit Genè- naar Schiphol was gekomen, gaf als voorbeeld van de politieke corruptie in de Antillen het opkopen van vol machten bij de jongste verkiezingen, waardoor volgens hem wel 20 pro cent van alle stemmen ware ver kregen. Ambtenaren liepen gevaar hun betrekking te verliezen, als ze hun loyaliteit niet lieten blijken door het afgeven van een volmacht voor de stemming en studenten konden door het geven van een volmacht aan een beurs komen. De heer Rojer klaagde voorts over een gebrek aan persvrijheid in de An tillen. „Alle publiciteitsmedia zijn in handen van regeringsgezinde families. Als uitzondering streeft de Amigo di Curacao van'het bisdom enige objecti viteit na. De oppositie krijgt bij de ra dio en tv geen kans zijn stem te laten horen. Nadat als experiment de laatste eilandvergadering door de radio was uitgezonden, heeft de regering er met een een stokje voor gestoken. De stem van de oppositie is dus bijna volledig gesmoord". Volgens hem zijn de sociale wantoe standen het gevolg van een verwerpe lijke politiek. De grote Amerikaanse bedrijven verklaren brutaalweg, dat ze niets te maken willen hebben met de vakbonden en dat slikt de regering als koek. De vakbonden hebben laatst aangedrongen op instelling van een mi nimumloon. De Antilliaanse minister van Sociale Zaken liet echter weten, dat hij dit thans niet nodig achtte en de voorkeur gaf aan de vrije loonpolitiek. De heer Rojer, die het plan had de conferentie in Genève in haar geheel bij te wonen, breekt in verband met de situatie op Curaao zijn verblijf in Europa af en keert terug naar Willem stad. ADVERTENTIE daar**. Hij wijst achteloos naar een boerderij die een kilometer verderop ligt. Uit welk venster je bij Roelof Eyes Siemens ook kijkt, de blik wordt steeds pas na honderden meters door iets anders dan vlak land vervangen. nogal eens praten. Toen kwam zijn oude plan voor een Eemshaven weer op tafel als mogelijkheid om een eind aan dat leeglopen te maken. Hij wilde er zelf niets aan doen en zei: „Knoei jij er maar mee door". Dat heb ik toen maar gedaan". „Ik nodigde dr. A. van der Poel uit Breda uit om een lezing over de Eemsmond te houden voor de Com merciële Club en zo kwam de bal aan het rollen. Na enige tijd werd ik opge beld door De Quaay. die wilde weten wat ik uitspookte. Met Van der Poel ben ik met hem gaan praten. Van Veen zou ook komen, maar overleef in de trein tussen Voorburg en Den Haag." De Nederlandse regering zat op dat moment, in 1959, nog midden in de on derhandelingen over het Eems-Dollard- contract met Duitsland. Grote haven plannen aan de Nederlandse kust van dit vaarwater waren welkom, maar of ficieel wilde de regering van niets we ten. „Maar ga jij je gang maar,", zei De Quay tegen mij, vertelt Siemens. Dat deed hij. Opgericht werd de Stichting Noord-Nederland, waarvan landbouwman A. W. Biewenga namens de provincie Groningen voorzitter was. Er zaten mannen in als Bram Wijs muller als scheepvaartexpert, J. L. Smid (van Smid en Hollander) als in dustrieel en prof. ir. Nanko Nanninga, evenals Van Veen een Uithuizermede- naar. De hoogbejaarde en inmiddels over leden B. J. Gelder uit Baard, die als 84-jarige enthousiast lezingen afstak over de mogelijkheden van de Eems haven, werd adviseur. Op het moment dat de regering de Stichting Noord- Nederland vroeg om gezien de onder- ROELOF EYES SIEMENS vooruit zien handelingen met Duitsland zo weinig mogelijk publiciteit rond de Eemsha- venplannen te veroorzaken, praatte Gelder zijn mond voorbij. Hij werd gewipt als adviseur, maar zijn verdienste is nog altijd dat hij veel Groningers, waaronder het pro vinciaal bestuur, op het beslissende moment heeft wakker geschud. Inmiddels had de Stichting Noord - Nederland „een heleboel gescharreld", zoals Siemens het uitdrukt. Er was ge sproken met de ministers De Pous en Korthals, allerlei personen en instan ties waren omgepraat en in 1965 spra ken Gedeputeerde Staten van Gronin gen zich „eindelijk" uit voor de Eems haven. In 1967 volgde de regering. Binnenkort wordt met de aanleg be gonnen en eind 1971 kan de eerste in dustrie (Progil bijvoorbeeld?) er gaan bouwen. Roel Siemens is al weer an dere plannen aan het uitbroeden. Ach ter de schermen, want dat is hij zo gewend! SCHIPHOL Zijn aanwezigheid bij de internationale arbeidsconferentie te Genève speciaal onderbrekend om in Nederland even een verklaring af te leggen over de situatie op Curasao, heeft vice-voorzitter Jac Alders van het NKV maandag op Schiphol ver klaard: „Ik verwijt de Nederlandse re gering dat zij zich eenzijdig heeft la ten voorlichten en onvoldoende op de Van 1961 tot 1965 was generaal Luijk toen nog kolonel commandant van de mariniers op de Antillen. Hij bewaart plezierige herinneringen aan die periode. „Ik had er intensieve con tacten in alle lagen van de burgerij. Vooral tot de jeygd voelde ik me aan getrokken." Het gebrek aan leiders onder de bur gers van Curagao bracht hem er toe cursussen voor de jongeren te geven in leiderschap. En voor de Rotary hield hij een inleiding getiteld: „De Cura- aosche samenleving in sociologisch perspectief". De generaal wilde hier mee alleen maar illustreren hoe goed het contact was tussen burgers en mili tairen. Volgens hem voelen de mariniers zich sterk verbonden met de Antilliaanse bevolking. „Daarom is er geen enkele marinier in het vliegtuig gestapt met het idee, dat hij er nu eens even lek ker tegenaan zou gaan". „Die driehonderd man vormden trou wens geen organieke gevechtseenheid. Wie zich het eerst meldde, ging mee. En dit detachement ging louter ter af lossing van de zeshonderd man die al 48 uur in touw waren geweest. Die men sen waren hard aan vervanging toe. Heeft u zondagavond die majoor op de televisie gezien? Hij kon van vermoeid heid bijna niet meer uit zijn ogen kij ken". De generaal geeft toe, dat de politie wel is belast met de handhaving van orde en rust en dat de mariniers, nu zij de politie moeten assisteren, tijdelijk ook met deze taak zijn belast. Dus toch een soort politionele actie? „Beslist niet. Dit begrip is in 1947 ontstaan toen de republiek Indonesië nog niet onafhankelijk was en het Ne derlandse militaire optreden een zuiver binnenlandse aangelegenheid was. Daarbij ging het om herstel van orde en rust op eigen grondgebied. Nu zijn wij te hulp geroepen door de regering van de Nederlandse Antillen en dit maakt een groot verschil". Het Korps Mariniers wordt geken merkt door een grote mate van pa raatheid. Volgens de orders moet een detachement binnen 24 uur onderweg zijn. Niet zonder trots wijst generaal Luijk erop dat het detachement, dat zaterdag vertrok, binnen 24 uur ter plaatse was. „Terwijl de oproep op het ongelukkigste moment van het jaar ROTTERDAM Generaal-majoor A. M. Luijk (55), de commandant van het korps mariniers, zegt het met de grootst mogelijke nadruk „Mijn mannen zijn niet naar Curasao ge stuurd om te vechten of om stakingen te breken". „Het is onzinnig om te beweren dat ons optreden in Willemstad gelijk staat met een politiële actie. Wij zijn te hulp geroepen door de gouverneur van de Nederlandse Antillen, omdat het politie-apparaat van Cura5ao niet is berekend op woelingen van een om vang, zoals het eiland die thans kent". In zijn hoofdkwartier aan het West plein in Rotterdam neemt hij in rusti ge bewoordingen stelling tegen de op vatting dat mariniers op Curagao niets te maken hebben. „Begrijpt u goed, wij zijn daar niet voor de handhaving van orde en rust. Wel om de integriteit te verdedigen van het grondgebied van de Antillen. Als er dan om militaire bijstand wordt gevraagd, zoals in dit geval, dan ver lenen wij die. Maar dit zou ook gebeurd zijn als er bijvoorbeeld een aardbe ving was geweest". Hij is een beetje pijnlijk getroffen door de manier waarop door sommi gen het woord marinier is uitgesproken. „Die toon houdt een insinuatie in. Dan is het net of wij een soort knokploeg vormen. Op zulke ogenblikken voel ik mij beledigd want dit verdienen mijn manschappen niet". De generaal joviaal, gastvrij en ge zellig rond in zijn nauwsluitende uni form beent op weg naar de telefoon langs zijn bureau, waarop een bordje met twee wortelen voor zijn lunch. „Mijn medicijn tegen politieke nacht blindheid", grapt hij. Het is maandagmiddag 12 uur. De sirenes van de BB zijn energiek aan hun maandelijkse oefening begonnen. „Nee", grinnikt de generaal, „die sire nes doen mij niets. Ze hebben toch ze ker niets met Curagao te maken? Ik ben niet zo schrikachtig. Had ze niet eens gehoord. Nu u mijn aandacht er op heeft gevestigd, begint het geluid me toch te irriteren". Generaal-majoor Luijk in zijn werkkamer op het hoofdkwartier van het Korps Mariniers. kwam: precies op de dag dat het vis- seizoen werd geopend en velen ach ter hun hengel zaten". Mogelijk dat dit er de oorzaak van was dat zestig mariniers jonger dan achttien jaar de eersten waren, die zich meldden. „Maar er kwamen in korte tijd voldoende ouderen opdraven, zodat op vier na de jongeren thuis konden blijven". „Denk niet dat zij het leuk vonden om thuis te blijven", zegt de generaal. „Eén knaap kwam zelfs zijn beklag bij mij doen, omdat hij over drie da gen achttien zou worden. Ik zei: Als dat waar is, ga dan maar zeggen dat je van mij mee mag. En hij sprintte weg, de jongen". Tn de „Cultuurserie", de bekende reeks uitgaven van Ad. M. C. Stok Zuidhollandse Uitgevers Maatschappij te Den Haag, verscheen van de hand van Marcel Haedrich het uitvoerig be schreven liefdesverhaal „Belle de Pa ris", een wat pikant getinte levensbe schrijving van een arm meisje, dat dank zij haar uiterlijke schoonheid en natuurlijke charmes al op vrij jeugdige leeftijd de rijkste vrouw van de we reld is geworden. Een nogal wilde ge schiedenis die zich afspeelt in de ja ren tussen de beide wereldoorlogen, die voornamelijk haar waarde vindt in een goed getekend milieu en een vlot verteld, overigens simpel verhaal. Het leven van Rosine Trondin, zeer realistisch beschreven, is eigenlijk een onafgebroken reeks van liefdesgeschie denissen, waarbij het de lezer soms moeilijk valt te raden met wie de on dernemende juffrouw het op een be paald moment nu eigenlijk houdt. Ro sine, die in de kring van haar vrien den „Belle" wordt genoemd, wordt als zestienjarig meisje vanuit het café van haar oom en tante voor een flinke som van de hand gedaan aan Duitse officie ren. Als de krijgskansen in 1918 zijn gekeerd trekt Belle van Spa, waar des tijds het hoofdkwartier van het Duit se leger was gevestigd, naar Brussel waar zij in een tehuis voor ongehuwde moeders terecht komt Zij papt echter al snel aan met de overwinnaars. Ontelbaar zijn de liefdesaffaires waarmee Belle zich ongegeneerd inlaat. Zij staat, met haar raffinement dat zij goed weet uit te buiten, nergens voor totdat zij uit eindelijk huwt voor de zesde of acht ste keer met een ongelooflijk rijke oude bankier die haar voldoende geld na zijn dood nalaat om onbezorga het leventje van plezier, waarnaar ze altijd heeft verlangt, voort te zetten. Hoewel in elk vrouwenleven de liefde een gro te rol speelt hebben wij de indruk, dat ons hier wat te veel van het goede wordt geboden. Maar dergelijke verha len zijn nu eenmaal „in". Het verhaal geeft een goed beeld van het leven in de periode tussen de twee wereldoor logen, is indringend geschreven en biedt zo tussen de regels door vrij veel informatie. Daarin lijkt ons voor een groot deel de verdienste van dit nogal lijvige boek te liggen, meer dan in de veelvuldige bedscènes die de lezer wil len doen geloven, dat er niet veel be- langrijkers zou bestaan in het leven dan een avondje uit met een aantrek kelijke vrouw.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1969 | | pagina 9