Paniek langs zuidgrens j
1 over verdwijnen van de
papierrompslomp
Luchtreuzen nog steeds groter
Luie dikzak
zoekt werk
„Grensdorpen
worden dode
plaatsen"
Ach, haal even de winter in uw hoofd.
En bestel nu
(lage zomerprijzen voor fijne winterwarmte straks)
99
Declaranten en
douane-agenten
dreigen straks
overbodig
te worden
Deze maand is Syntraciet nog steeds
extra voordelig.
Dankzij de zomerkorting.
En echte Syntraciet was al zoveel
goedkoper dan gewone antraciet.
En u weet, regeren is vooruitzien.
Uw kolenhandelaar zit al klaar bij
z'n telefoon.
on. I
Nieuw!
Syntraciet-nootjes zijn nu schone kolen.
9 9i
ACTIE
Woordenboek
voor Britse
raadsleden
Reagan redde
meisje
HELFT BEZET
UITGAVEN
ALS WATER
ANDERE BAAN
ZO MAAR
„VOORBARIG"
UITKERING
NOG NIET
BURGEMEESTER VAN
ZUNDERT VREEST
ZIJ OOK
TRIEST
Syntracief
dus»
U weet dat Syntraciet moderne vaste brandstof is,
gemaakt van zuivere antraciet.
Maar met extra voordelen.
't Is beter regelbaar. En sneller aan te steken.
Bovendien is de kwaliteit altijd constant.
U gebruikt het in plaats van grove kolen, zoals noten
twee of drie, eierkolen of briketten, 't Is ideaal
voor haorden en kachels, ook voor uw open haard.
En 't geeft véél warmte en véél gloed, 't Blijft héél
tijdens het branden. En 't gloeit heerlijk lang door.
Nog meer? Jawel. Deze zomer is Syntraciet nog
weer verbeterd. Want 't is nu geïmpregneerd.
Daardoor hebben de Syntracietjes een hardere schil
gekregen. Dat betekent: geen gruis meer en stuifvrij.
Kortom, Syntraciet-nootjes zijn fijne schone kolen.
dus#
wWVVWWWWWWWWWWWWWWWWWWNWWWXWWWWVWWWWWWWWWWWWWWWWVWWXWWWWW^WI^W^WW^NWVWWWWWVWWWWXXVVVVXWVVWWWWWWWWWWYWWWWMWWWVWWWWWWWVWWWWWY
WERNHOUT Er heerst onrust langs de Nederlands-Belgische grens. On
geveer tweeduizend personeelsleden van douane-agenten particuliere service
bureaus, die voor het bedrijfsleven tegen betaling de ingewikkelde warwinkel
van grensformaliteiten bij goederenvervoer afhandelen voelen zich door
ontslag bedreigd.
godsponterd handelsmerk Staatsmijnen/DSM.
Er dreigt duidelijk paniek onder deze
mensen, die in de wandeling declaran
ten worden genoemd. Nederland, België
en Luxemburg hebben namelijk een ak
koord gesloten uiterlijk 1 nov/1970 het
goederenverkeer tussen de drie landen
te liberaliseren. Dat betekent, dat de
grensformaliteiten vereenvoudigd zul
len worden en verschoven zullen wor
den naar het binnenland. De declaran
ten en de ongeveer honderd Nederland
se douane-agenten raken dan overbo
dig, zo menen zij.
Zij hebben nu een actiecomité opge
richt. dat zich in een adres wil richten
tot de ministers van financiën en van
sociale zaken en volksgezondheid. Bo
vendien houden de declaranten vandaag
in Tilburg een massavergadering om
tegen hun dreigende ontslag te protes
teren.
Zij realiseren zich verdraaid goed,
dat het liberaliseren van het goederen
verkeer een nieuwe fase is in Benelux.
Zij willen die Benelux ook niet tegenhou
den met hun acties, want zij weten al
vanaf 1946 dat het met de grensforma
liteiten, waarmee zij hun brood verdie
nen, een aflopende zaak is.
„Maar", zegt de voorman van de pro
testerende declaranten, de heer C. Ver
schuren, die voorzitter is van het actie
comité, „het is onrechtvaardig, dat een
groep werknemers, in dit geval dus het
personeel van douane-agenten, de ne
gatieve gevolgen van die liberalisatie
eenzijdig moeten dragen. De regering
doet niets voor ons".
„Dacht u", zegt de heer Verschuren,
„dat de personeelsleden van de douane
agenten rustig gaan zitten wachten tot
zij volgend jaar worden ontslagen?
Die mensen proberen nu al ergens an
ders een baan te krijgen. Zij gaan dus
weg, terwijl het werk hier aan de grens
met de dag toeneemt. Wij kunnen het
nu al bijna niet meer aan, want het goe
derenverkeer groeit nog steeds.
In 1958 verzorgde het douane-agent
schap waaraan ik in Wuu^twezel werk,
veertienduizend grensdocumenten. Vo
rig jaar waren dat er veertigduizend.
Wernhout-Wuustwezel is de drukste
grensovergang voor goederenverkeer
van heel West-Europa. Er zijn hier der-
Ten gerieve van een aantal leden van
de raad heeft een klerk ten burele van
het stadhuis van Redditch bij Birming
ham een woordenboek samengesteld.
Hij heeft er 214 uitdrukkingen in op
genomen die vaak door B. en W. in de
mond worden genomen, maar waar
van de eenvoudige raadsleden de bete
kenis niet begrijpen. Over democratie
gesproken
SACRAMENTO Gouverneur Ronald
Reagan van Californië, in zijn jonge
jaren lid van de reddingsbrigade op
het strand, is vandaag geheel ge
kleed een zwembassin ingesprongen
om een meisje van zeven jaar oud te
redden.
Dat gebeurde tijdens een jeestje van
het personeel van de gouverneur.
Het meisje was Alicia Berry, de doch
ter van een neger-employée van de
staf van de gouverneurmevr. Marie
ne Murphy. Alicia, die niet kon
zwemmen, was te water geraakt.
De gouverneur schoot als een dolfijn
het zwembad in, toen hij merkte,
dat Alicia in moeilijkheden was.
mmmm&m
4c Fokker F-27 Friendship Fokker F-28 Fellowship 4c Douglas DC-8
4c Douglas DC-9
4c Luchtbus Douglas DC-10
4c Supersonische Concorde 4c Jumbo jet Boeing 747 4c Boeing 707
4c Boeing 727
4c Boeing 737
De gewone man begrjjpt zo langzamerhand niet veel meer van de ontwikkelingen
in de internationale luchtvaart. Hjj verdiept zich er misschien minder in sinds
hü het gewoon is gaan vinden in een vliegtuig te stappen naar zg'n vakantie-oord.
Het is niet alleen gemakkelijk, maar het is ook voor hem betaalbaar geworden.
Dicht bij huis ziet hij hoe de KLM
zich keurig heeft hersteld uit de ellen
de in het begin van de jaren zestig.
Zij was niet de enige maatschappij
die moeilijke tijden 't hoofd moest bie
den bij de overgang van het schroef-
naar het straaltijdperk. De KLM boekt
nu weer een aardige winst er zij keert
een leuk dividend je uit.
De KLM doet ook flink mee met het
bestellen van forse Jumbo-jets en lucht-
bussen. Dat moet zij ook wel om in de
publieke belangstelling te blijven. An
ders is het einde zo nabij. Het bestel
briefje voor de komende vijf jaar be
vat 26 toestellen waarmee een kapitaal
van meer dan anderhalf miljard gulden
ls gemoeid.
Het klinkt allemaal zo geweldig goed
dat men maar aanneemt dat het wel in
orde zal zijn.
Alle luchtvaartbedrijven doen op de
zelfde manier hun best. In de jongste
tien jaren is het aantal verkeersvlieg
tuigen gestegen van 4941 tot 6771 stuks.
Bij die groei van 1830 toestellen is
geen rekening gehouden met de gang
van zaken in Rusland en de Chinese
Volksrepubliek. In feite betekent de
toevoeging van die snellere en grotere
vliegtuigen dat de capaciteit van de we-
reldluchtvloot is verviervoudigd in tien
jaar.
Tot eind vorig jaar waren meer dan
vierduizend verkeersvliegtuigen besteld.
De Amerikaanse hegemonie is hier wel
typerend. De vliegtuigfabrieken in de
Verenigde Staten namen 84 procent
van de gezamenlijke orders voor hun
rekening. Dat betreft bovendien de
grootste en duurste machines.
In de jongste vier jaren kwamen de
bestellingen in „jet"-tempo binnen. In
die periode vulden de fabrieken hun or
derboeken met opdrachten voor meer
dan 2500 toestellen.
Neemt het aantal passagiers dan zo
sterk toe dat zulk een rigoureuze uit
breiding noodzakelijk is? Dit nu is het
moeilijkste punt voor de van vele kop
zorgen zwetende directies van de lucht
vaartmaatschappijen.
Feit is in elk geval wel dat zij vorig
jaar te maken hadden met een gemid
delde beladingsgraad der toestellen
van 50.5 procent. Dat betekent dus dat
de helft van alle stoelen en vrachtruim
ten van alle maatschappijen op alle
lijnvluchten onbezet was.
Zo eenvoudig is het nu ook weer niet.
Ter verduidelijking slechts één voor
beeld. In het hoogseizoen komen de
maatschappijen voor het vervoer over
de Atlantische Oceaan eerder stoelen
tekort dan dat er teveel zouden zijn.
Een ander feit is overigens wel dat
de beladingsgraad in 1967 ruim twee
procent hoger lag.
Nog duidelijker taal spreken de finan
ciële uitkomsten. De bedrijven uit lan
den die zijn aangesloten bij de ICAO
(internationale organisatie voor de bur
gerluchtvaart) verdienden in 1968 sa
men 550 miljoen dollar. Dat lijkt heel
wat, maar het komt neer op slechts 3,9
procent van de gezamenlijke investe
ringen.
Dat is dus heus niet veel en dit per
centage steekt bovendien schril af te
gen de resultaten in de twee voorgaan
de jaren: 1967 9,5 procent, 1966 7,4
procent.
Deze ontwikkeling houdt een ernstige
waarschuwing in. Toen de straalvlieg
tuigen in de 'vaart' kwamen, werden
de luchtvaartbedrijven gedwongen zich
er in korte tijd aan te overeten, met de
al genoemde nare gevolgen ervan. Het
lijkt er nu soms op dat hetzelfde ge
vaar gaat dreigen. Men probeert de
overgang naar het supersonische
sneller dan het geluid vliegende toe
stel wel zo geleidelijk mogelijk te laten
verlopen door als tussenfase de nog su
personische Jumbo-jets en luchtbussen
te gebruiken, maar de uitgaven voor
deze giganten zijn ook werkelijk niet
aan de kinderachtige kant.
De simpel denkende gewone man
meent misschien dat nauwere onderlin
ge samenwerking goedkoper is voor de
bedrijven en dan praat hij nog niet eens
over goedkoper vliegen voor zichzelf.
Aan de vergadertafel spreekt men dan
over rationeler werken dat tot grotere
efficiency moet leiden. Hij vergeet dan
dat het heel lang heeft geduurd voor
dat in deze kring hiervoor het juiste be
grip ging gloren.
Het valt moeilijk te vergeten hoe men
jarenlang vergeefs heeft getobd om de
gedachten over een Air Union voor de
Europese luchtvaartmaatschappijen tot
een werkelijkheid te brengen. Toch lij
ken die eindeloze besprekingen van re
geringen en bedrijfsleven niet helemaal
waardeloos te zijn geweest.
Op kleinere schaal heeft men elkaar
gevonden, zoals bij drie bedrijven voor
aanschaf en behandeling van de jum
bo-jets Boeing 747 en bij vier bedrijven
die de DC-10 als gezamenlijk te gebrui
ken luchtbus kozen. Het is fijn dat de
KLM in beide groepen deelneemt.
Het kan vooral uit financiële dus uit
zakelijke overwegingen niet uitblijven
dat op den duur en misschien nog
wel spoediger dan men denkt zulke
samenwerkingen nog verder gaan. Een
goed uitgangspunt lijkt wat dr. H. A.
Wassenbergh, hoofd van de afdeling
buitenlandse betrekkingen van de KLM,
onlangs in Istanboel heeft gepleit op
het congres van de internationale ka
mer van Koophandel.
Hij ziet een verdere internationalisa
tie door de luchtvaartmaatschappijen
toe te staan toestellen van buitenland
se registratie onderling te gebruiken.
Hij acht dit een urgent punt met het
oog op de komst van de extra dure su
personische- en jumbo machines. De
uitgangspunten bg dit voorstel zyn:
doelmatiger gebruik van de vliegtuigen,
verlaging van de investeringen en mo
gelijkheden voor goedkoper vliegen.
De hele gang van zaken in de ver
keersvlieger^ dwingt ertoe zich ook
over deze gedachtengang te bezinnen
ter voorkoming van een tweede catas
trofe.
LONDEN De 30-jarige uitgever
Christ West is zo geslaagd in het le
ven, dat hij veei te dik wordt. Daar
om heeft hij een leuke advertentie in
de Londense Times geplaatst.
„Uitgever, die in zijn jongensjaren heeft
gevoetbald en gebokst, is te zwaar.
Hij is hard op weg naar een hart
infarct en zoekt zware lichamelijke
arbeid, beestachtig werk, alstublieft
sjouwen, tuinieren enz."
„Ik wil werken tot ik er bij neerval",
zegt West, die ruim 90 kg weegt.
„De advertentie heeft 50 pond (440
gulden) gekost, maar als ik zwaar li
chamelijk werk krijg is het me dat
waard. Ik ben het klassieke voorbeeld
van het slachtoffer van een geslaag
de carrière. Ik drink te veel, ik eet
te veel en ik werk te hard met mijn
hersenen".
West zegt eenmaal daags per week zijn
keurige pak te willen verwisselen
voor een overall om met zware licha
melijke arbeid weer fit te worden en
frisse ideeën te krijgen.
„Ik geloof, dat ik voldoende werk in
mijn eigen tuin heb", zegt hij, „maar
dat heb ik geprobeerd en ik heb er
niet voldoende wilskracht voor om er
mee door te gaan".
tig douane-agenten gevestigd, die sa
men de grensdocumenten verzorgen
voor gemiddeld achthonderd vrachtwa
gens per dag".
„Het klinkt misschien wat theatraal",
zegt de heer Verschuren, „maar ik ge
loof dat de douane-agenten hun be
staansrecht hebben bewezen. Stel je
voor dat, als wij er niet waren geweest
de chauffeurs van alle uitgaande en
binnenkomende vrachtwagens zelf hun
papierwinkel bij de grens zouden moe
ten afhandelen. Het zou hier dan een
nog groter gekkenhuis zijn dan het nu al
is. Ik geloof", zegt hij, „dat de douane
agenten en hun personeelsleden de be
wakers aan de grens zijn van onze na
tionale economie".
Daarom vindt hij het onrechtvaardig,
dat de declaranten nu zonder meer aan
de dijk zullen worden gezet zonder dat
de regering iets doet zegt hij om
deze mensen op te vangen.
De onrust is wel begrijpelijk. Veel
declaranten hebben alleen een lagere
school-opleiding. In een enkel geval
hebben zij een ulo gevolgd. Toch verdie
nen deze mensen geld als water, door
dat zij zich door jarenlange ervaring
een weg hebben weten te ban endoor de
vaak erg ingewikkelde materie van
grensformaliteiten en accijnzen. Zij zijn
specialisten geworden en hebben in het
verleden getoond, dat zij met hun
vaak eenzijdige kennis, een goed sa
laris waard zijn.
Het is heel normaal, wanneer een ge
trouwde 25-jarige declarant met twee
kinderen, zestienduizend gulden of
meer per jaar verdient. Het is ook ge-,
woon, dat zijn oudere collega's vaak
het dubbele tot het dfiéjóüdige verdie-;
nen. Daaróm is hét "ook normaal, d
deze mensen, die vaak geboren zijn in
de buurt waar zij werken, hun leven
hebben ingericht naar hun inkomens:
zij hebben huizen gekocht en sommi
gen bezitten twee auto's.
Als zij straks op straat staan, zullen
zij een andere baan moeten zien te vin
den. Maar wie wil deze mensen zon
der diploma's tegen deze salarissen in
dienst nemen? Waarbij nog komt, dat
in Brabant en Limburg de bedrijven die
geschikt zijn om deze mensen op te van
gen (b.v. transportondernemingen) niet
dicht gezaaid zijn.
De heer Verschuren zegt: „Ik ben nu
41 jaar. Ik ben een ik zeg het rond
uit duurbetaalde bedrijfsleider bij een
douane-agent. Wie wil mij straks in
dienst nemen tegen het salaris, dat ik
nu verdien? Bovendien ben ik als Ne
derlander in dienst van een Belgische
douane-agent in Wuustwezel. Er zijn er
tientallen zoals ik. Als wij dus straks
werkloos zijn, krijgen wij een Belgische
werkloosheidsuitkering. Weet u hoeveel
dat is? Maximaal 350 gulden per
maand".
Om ander werk te vinden zullen de
declaranten zich veelal moeten laten
omscholen. Van gewestelijke arbeids
bureaus heeft het actiecomité te horen
gekregen, dat het niet zal meevallen
om alle tweeduizend ontslagen decla
ranten volgend jaar aan ander werk te
helpen.
„Wie betaalt de omscholingskosten?"
vraagt een andere declarant in Essen-
Nispen zich af. Hij heet E. van de Lief-
voort en is 29 jaar. „Wij gingen in
dienst bij douane-agenten, omdat altijd
werd gezegd, dat het liberaliseren van
het goederenverkeer nog wel héél lang
op zich zou laten wachten", zegt hij.
„Ik begrijp niet, dat de regering de
ze maatregel nu plotseling afkondigt,
zonder dat dit met voorbereidende
maatregelen werd ingeluid, zodat door
vermindering van werk een geleidelijke
afvloeiing van personeel kon groeien".
Hij heeft vooral medelijden met colle
ga's, die ondanks hun nu nog briljante
salarissen gebonden zijn aan afbetalin
gen van huizen en auto's.
Het ministerie van financiën wil for
meel geen antwoord geven op de pro
blemen van de declaranten, omdat en
kele Kamerleden vragen hebben gesteld
over deze kwestie die eerst dienen te
worden beantwoord. Toch zegt men op
het ministerie: „Al die drukte is erg
voorbarig. Niemand weet nog hoe het
er na 1 november volgend jaar aan de
grens zal uitzien en of inderdaad het af
wikkelen van alle formaliteiten naar
het binnenland wordt verschoven.
„Aan de grens staan voor dit doel in
gerichte gebouwen en er liggen grote
parkeerterreinen, die misschien in ge
bruik kunnen blijven, hoewel alle grens
formaliteiten sterk vereenvoudigd zul
len worden. Niemand weet nog hoe het
gaat worden. Eerst moeten de ministe
ries van financiën van Benelux op 30
juni nog bij elkaar komen om de prak
tische uitvoering van het akkoord te be
spreken", aldus het ministerie.
Volgens het ministerie van sociale za
ken en volksgezondheid hoeven Neder
landers, die in dienst zijn van Belgische
doaune-agenten, zich over hun werkloos
heidsuitkering. niet ongerust te maken.
In 1954 hebben Nederland en België al
een akkoord gesloten over dergelijke
kwesties. Volgens die afspraak krijgen
Nederlanders, die in Belgische dienst
zijn geweest, een Nederlandse (en dus
betere) uitkering.
Ir. A. J. de Wildt, hoofdinspecteur
directeur van het provinciale districts
arbeidsbureau in Den Bosch ziet de toe
komst iets minder somber dan de be
dreigde declaranten. „Op het ogen
blik", zegt hij, „heerst er hier in Bra
bant een zekere spanning op de arbeids
markt. Die spanning kan ons straks
misschien van pas komen, wanneer al
die declaranten zonder werk komen. Ie
der geval op zich kan misschien veel
problemen gaan opleveren, maar ik ben
toch niet al te somber gestemd."
„Ik heb nog geen idee om hoeveel
declaranten het gaat", zegt ir. De
Wildt. „Er wordt gezegd tweeduizend.
Of dat aantal klopt weet ik niet. Wij
zijn op het ogenblik bezig met een in
ventarisatie." s
Voor Brabant heeft de burgemeester
van Zundert (onder wiens gemeente de
grenspost Wernhout-Wuustwezel ressor
teert), mr. A. Kievits, de inventarisa
tie op zich genomen.
Hoewel ook in Limburg wordt geïn
ventariseerd, geldt, daar het probleem
van declaranten, die met ontslag wor
den bedreigd, in mindere mate.
De heer Van Megeren, die in Maas
tricht de directie voert over het provin
ciale districtsarbeidsbureau, zegt: „Wij
hebben hier geen grensovergangen,
waar veel vrachtvervoer naar België
passeert. De meeste Limburgse doua-
neragenten en hun personeel hebben
hier hun kantoren aan de Nederlands-
Duitse grens, waar het goederenverkeer
(nog) niet wordt geliberaliseerd."
Ook de gemeenten, waarin de betrok
ken grensovergangen liggen voelen zich
door het akkoord van Nederland, Bel
gië en Luxemburg bedreigd. Hun woord
voerder is burgemeester Kievits van
Zundert.
Het is voor hem een duidelijke zaak:
na 1 november 1970 zal de levendigheid
uit de betrokken gemeenten zijn ver
dwenen, de middenstanders zullen heel
wat klanten moeten missen en de res
taurants zullen uitgestorven raken.
Over zijn eigen gemeente (12.000 zie
len) zegt hij: „Er werken hier zo'n
250 Nederlandse declaranten. De helft,
dus zo'n 125 declaranten, woont met
het gezin in Zundert. Dat betekent dus,
dat mijn gemeente het na 1 november
1970 met 125 gezinnen minder zal moe
ten doen. Let wel: gezinnen, die over
het algemeen het geld royaal lieten rol
len".
„Bovendien", zegt burgemeester Kie
vit, „wonen er hier zo'n honderd dou-
nebeambten met hun gezinnen. Als
het goederenvervoer wordt geliberali
seerd zijn de meesten van deze ambté
naren ook overbodig geworden. Zij ko
men natuurlijk niet op straat te staan,
maar zij zullen worden overgeplaatst.
Maar ook gaan zij mijn gemeente ver
laten".
„U moest eens weten wat dat voor
de middenstand hier betekent. En on
der die middenstanders reken ik ook
alle zakenmensen, die nu nog floreren
de restaurants aan de grens hebben
staan. Die mensen kunnen hun zaken
ook sluiten. Het is waarachtig niet
vreemd, dat er hier in Zundert niet al
leen onrust is ontstaan onder de decla
ranten, maar ook onder de middenstan
ders".
Een ander punt is dat veel declaran
ten en douanebeambten in de verschil
lende grensgemeenten eigen huize
hebbln. Daarover zegt burgemeest
Kievits: „Onze eigen markt zal al d
koophuizen die leegkomen, natuurli.
niet kunnen opnemen. De prijzen va
deze huizen zullen natuurlijk als baks
nen kelderen. Maar voor de mense
die ook in dit opzicht gedupeerd wor
den, vooral de declaranten dus, kun
als gemeente die verliezen toch nic
gaan compenseren?'1
„Ik voorzie", voorspelt de heer Kie
vits, „dat onze plaatselijke bouwnijver
heid (er wonen hier vrij veel aanne
mers) nog een forse domper te in
casseren zal krijgen".
„Maar nogmaals: Deze problemen
gelden niet alleen voor Zundert. Alle
grensgemeenten zullen ermee te maken
krijgen. Dat is juist zo triest, want he'.
bewijst, dat de autoriteiten in Den
Haag nauwelijks of niet weten, wat er
zich allemaal dagelijks afspeelt aan een
grenspost".
„Weet u wat het toekomstbeeld zal
zijn? Alle nu nog levendige grensge
meenten zullen langs de grens met een
groot aantal lege gebouwen en parkeer
terreinen in hun maag komen te zitten
Het zullen even zoveel gost-towns
(spook-stadjes) worden".