DEZE WEEK: nader beschouwd Het messiaanse Papoea-jaar Verheugend ondanks bedenkingen Het „boompje" in het C.A.S. tuintje Over het al dan niet doorvoeren van een Centraal Antenne Systeem blijkt het laatste woord nog lang niet gesproken t ...Maar PTT-deskundigen achten het èn technisch èn economisch goed haalbaar Abortus uit medisch oogpunt bezien Er is ook een ethische kant Geslaagd Tevreden Indicaties Moeilijk WnS Hoe? Wie? Grieven door M. B. Bloch kolonel-arts Volgende week is het dan zover: de Papoea's van West-lrian zullen zich mo gen uitspreken over hun toekomstige po litieke status. Want zo is het bepaald in het verdrag dat met behulp van de Ver enigde Naties in augustus 1962 tussen Nederland en Indonesië werd gesloten: uiterlijk in 1969 zou deze bevolking het reoht van zelfbeschikking kunnen effec tueren. Het is geen gebeurtenis die de voor pagina's van de wereldpers zal halen, tenzij er iets schokkends zou gebeuren. Maar voor vele Nederlanders is het nog een gewichtige zaak menigeen bewaart aan land en bevolking goede herinnerin gen en menigeen ook voelt er zich bij betrokken als een Nederlandse gewetens- Mak. Zo vertolkte ds. G. P. H. Locher het, de secretaris van de Raad voor de Zending van de Nederlandse Hervormde Kerk in een artikel in Hervormd Neder land van 14 juni: „In West-lrian bleven ook na 1962 duizenden mensen dromen van een vrij Papoea. Af en toe kreeg deze droom zelfs messiaanse trekken, met 1969 als het heiljaar. De bepaling omtrent het zelfbeschikkingsrecht (deze fopspeen voor ons Nederlandse gewe ten) leidde tot heilsverwachting bij de Irianezen". Met dan aan het slot: „Straks zal wel bekend worden gemaakt dat de bevolking van West-lrian voor Indonesië heeft gekozen. Zal dan de ontgooche ling volgen, zoals altijd na een heilsver wachting die niet in vervulling ging? In de geschiedenis der Papoea's hernam het leven dan weer zijn normale loop. We kunnen slechts hopen dat het straks ook zo zal gaan". Deze emotionele benadering is ken merkend voor vele Nederlanders- het nogal nuchtere slot niet minder. Waarbij dan een tussenzinnetje als dat over de fopspeen als schakel dient. Overbodig te zeggen dat minister Luns de volle laag krijgt omdat hij ons deze fopspeen in de mond gestopt heeft!! Mischien is het nuttig de geschiede nis nog eens terug te draaien, wellicht onstaat er toch een wat minder ge ëmotioneerd beeld. Daarbij hoort de eer ste vraag te zijn waarom Nederland Nieuw-Guinea heeft uitgezonderd van de in eerste instantie geformeerde Verenig de Staten van Indonesië. Ds. Locher zegt: „Terwille van de Indo-Europeanen die er een nieuw tehuis wilden schep pen". Het is inderdaad een van de over wegingen geweest - anderzijds echter was er de onmogelijkheid om Nieuw-Gui nea als lid-staat aan deze verenigde sta ten toe te voegen, gezien de grote ach terstand in ontwikkeling van de bevol king. Met daaraan verbonden de vrees dat West-lrian door Soekarno als een soort kolonie zou worden beschouwd met alle gevolgen van dien. Gezien in het lioht van de laatste zeven jaren lijkt dit een zeer respectabele overweging! De tweede vraag betreft de fopspeen: waarom heeft Nederland toch zo halsstar rig vastgehouden aan dat zelfbeschik kingsrecht toen duidelijk werd dat Indo nesië de strijd om West-lrian ging win nen? Alleen om het eigen geweten te sussen? We geloven dat ds. Locher hier wat al te simpel redeneert. Allereerst moet men geschiedkundige feiten plaat sen in het licht van hun tijd. In die ja ren van dekolonisatie was het woord „zelfbeschikkingsrecht" in de Verenigde Naties heiliger dan de bijbel of de koran. Dekolonisatie zonder zelfbeschikkings recht was een vloek - dat het zo was kan men moeilijk aan de heer Luns ver wijten! Achteraf bezien kan men zegger» dat het voor de Papoea's en voor vele andere bevolkingsgroepen een wassen neus zou blijken te zijn. Dat er nu voor de Papoea's geen enkel alternatief blijkt te zijn ze móeten wel kiezen voor aansluiting bij Indonesië, want er is niefc anders. Maar is het zo gek dat men ze ven jaar geleden de mogelijkheid open liet dat er een alternatief gevonden zou worden. Men kan dat nu hypocriet noe men maar liever zien we het als een uiterste poging om althans nog iets van dat heilige zelfbeschikkingsrecht terecht te brengen. Het is niet gelukt - helaas is dat het lot van vele idealen! In heel dat proces zijn fouten ge maakt - we willen het niet ontkennen. Dat een groep Papoea's gedroomd heeft van zelfstandigheid en van een eigen staat, eventueel een samengaan met Australisch Nieuw-Guinea, is zeker te wijten aan een al te grote Nederlandse voortvarendheid. Wie een volk in deze trap van ontwikkeling een eigen vlag geeft moet rekenen op een sterk natio nalisme. Maar ook dat moet men groten deels op rekening schrijven van het over trokken ideaal van zelfbeschikkingsrecht. Nu is het dan zover er zól gestemd worden, zij het dat niet helemaal duide lijk is door wie en nog minder duidelijk waarover. Want nogmaals: er is voor de Papoea's geen andere keus dan zich aan te sluiten bij Indonesië. Jammer? Voor dat deel van de bevolking dat gehoopt had op zelfstandigheid is het een stuk tragiek. Maar of er een betere oplossing is voor dit zo schaars bevolkte en in aller lei opzicht nog zo onontwikkelde gebied, betwijfelen we. Inderdaad heeft Indone sië nog zorgen genoeg met zichzelf. Maar men is ongetwijfeld op de goede weg en op die weg kan West-lrian meegenomen worden. We hopen het van harte. Het (zo goed als zekere) samengaan van AKU en Koninklijke Zout-Organon is een verheugend bericht, al zullen er hier en daar bedenkingen rijzen. Uit deze fu sie immers zal een concern ontstaan dat zich kan meten met de grootste chemi sche wereldconcerns, zich daarmee ook zal moéten meten wil de fusie zin hebben - maar dat betekent dan tevens een op eenhoping van macht, die soms sterker zal kunnen blijken dan die van een Ne derlandse minister van Economische Za ken. Belangen van landen en wereldcon cerns lopen nu eenmaal niet altijd paral lel. Zo min als de belangen van wereld concerns en nationale vakbonden altijd parallel zullen lopen. Maar als men het toejuicht dat de wereld „kleiner" wordt, dat grenzen vervagen en werelddelen dichter bij elkaar komen, dan zal men bereid moeten zijn de prijs die hiervoor gevraagd wordt te betalen. Een niet gering deel van die prijs komt trouwens op rekening van onze welvaart. We danken die welvaart aan het feit dat we in een sterk geïndustrialiseerd deel van de wereld leven. Die industrie ver schaft aan velen hoog-gekwalificeerd werk met de daarbij behorende beloning en omgekeerd drukt die sterke industria lisatie de kosten van de produktie. Zo gaan werkgelegenheid, koopkracht en koopmogelijkheid samen. Daartoe draagt een fusie als nu aangekondigd een flinke steen bij - daarom is het, ondanks de bezwaren, een verheugend bericht. l-ri f, s 4 De PTT-toren in het Haagse Bezuidenhout rijst als een onverwoestbare pijler boven de omgeving uit. Van hier uit wordt het Centraal Antenne Systeem gere geld in die Haagse wijken die de PTT-deskundigen het proef tuintje" van het CAS noemen. IN DEN HAAG IS MEN NIET BLIJ MET HET C.A.S. Wantrouwen, twijfel en ontevredenheid heersen over heden en toekomst van het Centraal Antenne Systeem, dat met de drie letters CAS bekendheid heeft gekregen en dat het de televisie kijker mogelijk moet maken vrijwel de hele dag keuze te ma ken uit wat in Europa wordt uitgezonden. Wantrouwen en on tevredenheid bij de bewoners van de Haagse wijken Bezuiden hout en Mariahoeve, de „proeftuin" van het CAS, twijfel bij de vele Tweede-Kamerleden die straks mede een beslissing rol len moeten nemen of de proef voldoende succes heeft opgele verd om doorgaan te rechtvaardigen. Daartegenover staat dan de mening van de PTT-deskundigen: een geslaagd experiment, technisch zowel als commercieel is het CAS een haalbare kaart Een paar weken geleden heeft in de Twee de Kamer minister Bakker van Verkeer en Waterstaat zijn licht over deze materie laten schijnen. Aan investeringen gaat het hele systeem een kleine 300 miljoen gul den kosten geld dat de kijker moet gaan betalen met een bijdrage van ander halve gulden per week plus nog een (on bekende) vergoeding aan auteursrechten. Het lijkt redelijk maar vrij vers in het ge heugen van vele Tweede-Kamerleden ligt de draadomroep van de PTT, in het ver leden een miljoenen verslindende activi teit, die naar gelang de welvaart steeg een uiterst verliesgevende post van dit staats bedrijf werd. Minister Bakker stelde hiertegenover dat de PTT met het CAS beslist niet zal handelen als met de draadomroep. „De wijziging van de Telegraaf- en Telefoon- wet van 1904 heeft niets te maken met enigerlei vorm van hobbyisme van de kant van de PTT", bezwoer hij zijn wan trouwig toeluisterend gehoor. En hij voegde er aan toe: „De mogelijkheid die er nu is voor de PTT om een CAS aan te leggen, wordt verruimd door die mogelijkheid ook te geven aan anderen en wel bij concessie. Het is duidelijk de bedoeling dat de PTT haar monopolie positie verliest en in het algemeen de uitvoering van een CAS over zal laten aan een andere instantie." Die andere instantie zal dan worden de Casema, moeilijke afkorting van Centraal Antenne Systemen Exploitatie Maatschappij. Af gewacht moet worden of deze maat schappij, een dochter van de Nozema (Nederlandse Omroepzender Maatschap pij) niet evenzeer een monopoliepositie gaat innemen. Dan verandert er in feite niets en blijft de PTT vlijtig kabels leg gen voor de Casema en dusdoende tv- kijkers eigenlijk verplichten tot een sys teem waarmee niet iedereen gelukkig is. Heel wat minder somber gestemd dan talrijke kijkers en Kamerleden is mr. P. Rolff, administrateur bij de PTT-directie in Den Haag en al meer dan vier jaar nauw betrokken bij het CAS-experiment. Hij begint met te zeggen dat het CAS in de twee Haagse wijken niet meer is dan een proeftuintje, een experiment dat in het dr. Neher-laboratorium in Leidschendam is uitgeplozen. Een experiment dat in technisch opzicht geslaagd is dat is zijn stellige overtuiging en dat ook in com mercieel opzicht grote levenskansen heeft. Dat lijkt mooi, maar wordt daarmee het wantrouwen weggenomen van de bewo ners van Mariahoeve, omdat zij zich steeds' meer in de hoek gedrongen voelen waar ontkomen aan de verplichting om het CAS in huis te halen onmogelijk is? En de ontevredenheid van vele van de Haag se kijkers die buiten hun omroepbijdrage van 75 gulden per jaar ook nog een paar tientjes extra moeten betalen voor pro gramma's die ondanks de aankondiging niet op hun scherm verschijnen? De heer Rolff ontkent niet dat de CAS- kijkers thans veel Belgische en Duitse programma's niet te zien krijgen en ande re programma's pas laat in de avond via Nederland I of II mogen aanschouwen in plaats van eerder op de dag en dat deze kijkers daarvoor desondanks tussen de dertig en vijftig gulden moeten betalen. „Maar zegt hij het is heus niet zo dat de PTT aan de knop zit om bepaalde programma's uit te draaien. Ze worden gewoon niet uitgezonden omdat er auteurs rechten voor moeten worden betaald. En daar kunnen we nu nog niets aan doen. Voor die auteursrechten moet namelijk een regeling komen en zo lang deze er niet is, krijgen we van bepaalde uitzenders geen toestemming gebruik te maken van hun programma's. De toekomstige Casema zal uit de kijkbijdrage een potje voor auteurs rechten moeten vormen en daarmee in on derhandeling moeten gaan met de Euro pese Omroep Organisatie." Dat dat allemaal niet zo simpel is, daar van is de heer Rolff wel overtuigd. Zo aal in de auteursrechtproblemen ook de Ne derlandse Bioscoopbond een woordje gaan meespreken. En als ander voorbeeld noemt hij een uitzending van de rugby-interland Frankrijk-Nederland. De NOS vond de wedstrijd niet belangrijk genoeg om uit te zenden, de Belgen echter wel. De enkele Nederlandse rugbykijkers, aangesloten op het CAS en zich daarom verheugend op de Belgische uitzending, kreeg de wed strijd desondanks niet te zien. De Belgen voelden er niets voor het programma door te spelen. „Dan had de NOS het zelf maar moeten uitzenden!" was hun redenering. Wettelijke regeling is moeilijk maar nodig Het staat wel vast dat er ook in Nederland binnen af zienbare t(jd een wettelijke re geling komt voor de abortus provocatus, de opgewekte mis kraam de praktik dwingt er welhaast toe dat men het tot dusver geldende absolute ver bod laat varen. Voor de wet gevers een uiterst moeilijke opgaaf omdat er naast de door onze medische medewerker opgesomde indicaties die het al gecompliceerd genoeg maken een ethische, een ze delijke kant aan deze zaak zit die 't voor menig Nederlander tot een moeilijk te verteren brok wetgeving zal maken. Voor velen Immers staat het vast: abortus is vernieting van leven en dat achten zij onder alle omstandigheden ontoelaat baar. Waar anderen dan de vraag tegenover stellen of men in dit stadium al van leven, van menselijk leven wel te ver staan, kan spreken. Menselijk leven immers is „bezield" le ven en wie doorgrondt het mysterie van de menselijke ziel? Maar hoe dan ook, dit moet vast staan: een even tuele nieuwe wet zal een open oog moeten hebben voor de gewetensnood die zij kan op roepen. Ook morele dwang kan er niet bij zijn. Sprekend en schrijvend over de sociale ge zondheidszorg kan men niet voorbij aan de abortus provocatus, de opgewekte miskraam. Trouwens, ook de wetgever als verantwoor delijke instantie voor die gezondheidszorg kan aan dit facet van het menselijk bestaan niet meer voorbij een wettelijke regeling van de abortus is dan ook binnen afzienbare tijd te verwachten en dat is de reden waarom er in gesprekken en artikelen nogal eens aan dacht aan besteed wordt. Dat trouwens niet alleen zoals verder zal blijken! Natuurlijk is het niet de bedoeling van dit artikel iemand een mening op te dringen het wil slechts een aantal gegevens ter tafel brengen die naar onze opvatting de noodzakelijkheid on derstrepen om het nu bestaande verbod tot het opwekken van een miskraam in ieder ge val in te trekken. Op het ogenblik mag in verschillende lan den, onder bepaalde beperkende bepalingen en in meestal nauwkeurig omschreven ge vallen (de indicaties), miskraam worden op gewekt. In Rusland werd het kort na de re volutie zonder beperkende bepalingen toege staan, maar daar is men later van teruggeko men. de zwangerschap is geconstateerd, worden overgegaan tot het opwekken van een mis kraam." Men kan zich verder voorstellen dat een wettelijke regeling van de abortus begint met de zin: „Abortus is slechts toegestaan tot het ogenblik waarop de vrucht geacht kan worden buiten het moederlichaam levensvat baar te zijn." Maar dan komt al onmiddel lijk een probleem van deze tijd om de hoek kijken: in een eeuw die wetenschappelijk zo ver gevorderd is dat gedacht wordt aan het bijeenbrengen van eicel en zaadcel in een reageerbuis met als consequentie de gehele ontwikkeling van de vrucht (het foetus) bui ten de baarmoeder (inplanting van de be vruchte eicel in een baarmoeder is ook nog een mogelijkheid!) wordt de waarde van een dergelijk artikele echter een twijfelachtige aangelegenheid. Waaruit dan blijkt dat de eenvoudig geachte medische indicaties toch ook al moeilijkheden genoeg opleveren! De indicaties zijn zoals ieder bij even nadenken kan begrijpen van ethische, so ciale, sociaal-economische dan wel genees kundige aard. De geneeskundige indicaties zijn het eenvoudigst te concretiseren. Denken we bijvoorbeeld aan het Softenon-drama dan kan men zich het volgende wetsartikel voor stellen: „Als in de praktijk blijkt dat een ge neesmiddel aanleiding geeft tot misvorming van nog ongeboren kinderen, mag in die ge vallen waar gebruik van dit middel tijdens opgenomen. Het is zeer aannemelijk dat de commissie in geval van verkrachting beslist zou hebben dat abortus volkomen verant woord was. Dit ene voorbeeld maakt al duidelijk hoe moeilijk het moet zijn om een sluitende rege ling te ontwerpen, gesteld dat men deze no dig acht. Maar uit het voorgaande blijkt ook dat een wettelijke regeling in feite noodzaak is. Zedenmisdrijven komen immers overal voor en zijn ook altijd voorgekomen. Nog veel moeilijker te bepalen zijn de so ciaal-geneeskundige indicaties. Een voor beeld uit eigen land. Een meisje van 13 of 14 jaar wordt zwanger. Formeel is abortus niet toegestaan. Wat nu? Als praktische oplossing van dit in feite onoplosbare probleem heeft men in Nederland commissies geformeerd met als leden de huisarts, een specialist en bijvoorbeeld een ambtenaar-arts. Deze com missie is natuurlijk niet bedoeld om een ver boden abortus te wettigen, zij geeft echter wel een garantie dat een abortus niet wordt uitgevoerd op losse gronden en dat, ander zijds, drie deskundigen gezamenlijk de ver antwoordelijkheid nemen. In bovenbedoeld geval kan het een „voorlijk" meisje betreffen maar het kan ook zijn dat het meisje is ver kracht en dit huis niet heeft durven vertel len tot het „te laat" is. In een geval, de eerste situatie betreffende besliste de com missie dat de zwangerschap en bevalling nor maal voortgang zouden moeten vinden, waar na het kind in een tehuis zou kunnen worden Ook deze cijfers hebben overigens geen ab solute waarde. Zij illustreren slechts ons be toog in die zin dat de criminele abortus ken nelijk zo algemeen voorkomt dat een wette lijke regeling van de abortus slechts beteke nis heeft als een bij uitstek praktische rege ling kan worden ontworpen. Aan het probleem is nog een facet te on derscheiden: het blijkt dat bemoeilijking van de wettige abortus het aantal criminele mis kramen doet stijgen. Nauwkeurige cijfers zijn, natuurlijk, niet bekend maar een onderzoek AAAAA^WSAAAAAAAAAA^VWVW^VWWW^ van de seksuoloog C. van Emde Boas in Am sterdam, ingesteld in 1946 bij tachtig vrou wen, spreekt boekdelen: van 238 zwanger schappen waren er slechts 116 gewenst. Van deze 116 eindigden er vier in een abortus. Van de resterende 122 graviditeiten die dus ongewenst waren eindigden er 64 (oftewel 52 pet.) in abortus. Het is duidelijk dat we in verreweg de meeste van deze laatste 64 ge vallen te doen hebben met criminele abortus. Nog sprekender welhaast is een statistiek van Hecht over vijfhonderd vrouwen in Praag: 305 van hen hadden tezamen 1157 abortus! Dit zal echter niet gauw aanleiding zijn tot het opwekken van een abortus. Sociaal-economisch als het gezin nog gro ter wordt verpaupert het. Bij even nadenken zal men inzien dat de drie genoemde facetten niet scherp te schei den zijn zij moeten bij een regeling ech ter wel alle in aanmerking worden genomen. Welke zijn de eisen die men aan een der gelijke regeling moet stellen? Dit is immers de kern van het hele probleem. Daarom heeft het zin alle erbij betrokkenen en alle erbi betrokken facetten op te sommen. De er bij betrokkenen zijn de zwangere, de ouders, de verloofde resp. de echtgenoot, de geconsulteerde en de behandelende arts (kan dezelfde zijn) en de „beroeps"-aborteur. Velen zullen verontwaardigd zijn laatstge noemde als betrokkene gesignaleerd te zien, maar realiseert u zich wel: hij is voor al diegenen die niet principieel neen zeggen het enige alternatief zo lang er (nog) geen wet telijke regeling bestaat. Dan de verschillende facetten we hebben ze al opgesomd: geneeskundig, sociaal-genees kundig en sociaal-economisch. Dat we hier het ethische facet buiten beschouwing laten zal men kunnen billijken: het laat zich im mers niet in een zakelijk-logisch betoog be naderen. Nemen we de drie genoemde facet ten even met voorbeelden onder de loep. Geneeskundig: met grote waarschijnlijk heid kan worden gesteld dat de moeder de zwangerschap niet kan volbrengen of er zelfs aan overlijden zal; Sociaal-geneeskundig: met zekerheid kan worden gesteld dat het kind mismaakt (dus met een „handicap") ter wereld zal komen. (In 1940 kenden we een echtpaar met tien of elf kinderen deze misten al len gedeelten van een of meer lede maten). In dit verband moet volledigheids halve ook de moeder genoemd worden van wie gebleken is dat zij ook het gezin in zijn huidige samenstelling al niet aan kan. De heer Rolff is tevreden over zijn Haagse proeftuintje. In 1963 waren er in het Haagse Bezuidenhout ongeveer der tienhonderd aansluitingen in 5500 wonin gen. Dit jaar steeg het aantal aansluitingen tot bijna vierduizend en daarmee het per centage tot ruim zeventig. Het landelijke dichtheidscijfer is tachtig procent. Nog beter gaat het Centraal Antenne Systeem in de Haagse wijk Mariahoeve. Van de zevenduizend woningen daar, zijn er thans (na anderhalf jaar) ongeveer vierduizend aangesloten. Een aantal dat snel oploopt omdat veel woningbouwvereni gingen en grote huizenbezitters wel willen meewerken. „Bij nieuwbouw wordt het CAS zonder meer aangesloten en betalen de huurders wat meer servicekosten", zegt de heer Rolff tevreden. Flats en grotere oppervlak ken laagbouw kunnen via de centrale an tenne op het CAS worden aangesloten. „Voor deze mensen zijn we bijzonder coulant", meent de administrateur. „Als zestig procent van de bewoners het CAS wil, krijgt het hele blok dit systeem. De meerkosten van de niet-aangeslotenen be talen wij in de hoop dat door verhuizingen de honderd procent wordt bereikt". En nu de betrokkenen, in het bijzonder de ouders (bij ongehuwden) of de echtgenoot moeten zij een beslissende stem hebben, me dezeggenschap („inspraak" in de moderne terminologie) of moeten zij helemaal niets te vertellen hebben? Indien men de eerst eof de tweede mogelijkheid met ja beantwoordt, moet dit dan afhankelijk gesteld worden van de leeftijd van de zwangere (in het eerste geval bijvoorbeeld tot het dertigste levens jaar dit is immers nog steeds de leeftijds grens waaronder huwelijkstoestemming van de ouders vereist is!) of moet alleen de bur gerlijke staat van de zwangere een rol spe len? Zodat bij ongehuwden de ouders en bij gehuwden de echtgenoot een woordje mee spreekt, respectievelijk mede de beslissing neemt. Moet het inkomen, respectievelijk het vermogen van de zwangere in aanmerking worden genomen? Moet zij psychisch getest worden op haar kwaliteiten voor het moeder schap? We laten het bij vragen een oplos sing wilden wij niet geven. Omdat het alleen maar de bedoeling was u te confronteren met een aantal problemen die een wettelijke re geling van de abortus compliceren en ander zijds noodzakelijk maken. Een ding is echter bijzonder duidelijk: de getallen die wij boven noemden waaraan we dan nog toevoegen de in de Verenigde Staten veronderstelde ver houding: één abortus op elke geboorte! la ten een sluiten van de ogen voor de werke lijkheid niet meer toe. Het maar laten voort woekeren van de criminele abortus is een zich onttrekken aan de verantwoordelijkheid. Dat is tenminste onze mening 1 Deze handelwijze houdt overigens wel in dat onwilligen geen gebruik meer kun nen maken van de centrale antenne op het dak en na wat aarzelen in hemelsnaam tot de CAS-aanhangers overgaan. Dat is voor een aantal Hagenaars een duidelijke reden ontevreden te zijn. De uitbreiding indertijd van drie naar vier netten zien zij als een verdere censurering omdat met die uitbreiding het aantal films niet toenam. „In België wordt de Tour de France in Maastricht direct uitgezonden. Die uitzen ding hadden we hier in Den Haag ook wil len zien. Maar nee hoor. Laat in de avond een samenvatting", zegt de oud-adminis trateur van het ministerie van econo mische zaken de heer D. W. Fikkert. Hij is een van de grote tegenstanders van het CAS, dat hij in huis heeft om er over te kunnen klagen. Het verdriet hem niet dat Prins Charles van Engeland als Prins van Wales wordt geïnstalleerd. Wel echter dat Duitsland daarover twee uur lang in de middag uitzendt en dat hij met een Duitse ontvangstmogelijkheid pas 's avonds een samenvatting krijgt te zien. Het wel aankondigen van films, maar ze niet uitzenden is een andere Haagse grief. „We krijgen de restjes van de bui tenlandse programma's met veel gepraat. Bovendien is het beeld niet altijd storing- vrij zoals de PTT heeft gegarandeerd", zeggen wat huisvrouwen. Zij zijn nauwe lijks geïnteresseerd in een Duits politiek programma op zondagmorgen.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1969 | | pagina 12