DEZE WEEK: nader beschouwd
Het messiaanse Papoea-jaar
Verheugend ondanks bedenkingen
Het „boompje" in
het C.A.S. tuintje
Over het al dan niet doorvoeren van een Centraal Antenne
Systeem blijkt het laatste woord nog lang niet gesproken
t
...Maar PTT-deskundigen achten het èn
technisch èn economisch goed haalbaar
Abortus uit medisch oogpunt bezien
Er is ook een ethische kant
Geslaagd
Tevreden
Indicaties
Moeilijk
WnS
Hoe?
Wie?
Grieven
door M. B. Bloch
kolonel-arts
Volgende week is het dan zover: de
Papoea's van West-lrian zullen zich mo
gen uitspreken over hun toekomstige po
litieke status. Want zo is het bepaald in
het verdrag dat met behulp van de Ver
enigde Naties in augustus 1962 tussen
Nederland en Indonesië werd gesloten:
uiterlijk in 1969 zou deze bevolking het
reoht van zelfbeschikking kunnen effec
tueren.
Het is geen gebeurtenis die de voor
pagina's van de wereldpers zal halen,
tenzij er iets schokkends zou gebeuren.
Maar voor vele Nederlanders is het nog
een gewichtige zaak menigeen bewaart
aan land en bevolking goede herinnerin
gen en menigeen ook voelt er zich bij
betrokken als een Nederlandse gewetens-
Mak. Zo vertolkte ds. G. P. H. Locher
het, de secretaris van de Raad voor de
Zending van de Nederlandse Hervormde
Kerk in een artikel in Hervormd Neder
land van 14 juni: „In West-lrian bleven
ook na 1962 duizenden mensen dromen
van een vrij Papoea. Af en toe kreeg
deze droom zelfs messiaanse trekken,
met 1969 als het heiljaar. De bepaling
omtrent het zelfbeschikkingsrecht (deze
fopspeen voor ons Nederlandse gewe
ten) leidde tot heilsverwachting bij de
Irianezen". Met dan aan het slot: „Straks
zal wel bekend worden gemaakt dat de
bevolking van West-lrian voor Indonesië
heeft gekozen. Zal dan de ontgooche
ling volgen, zoals altijd na een heilsver
wachting die niet in vervulling ging? In
de geschiedenis der Papoea's hernam
het leven dan weer zijn normale loop.
We kunnen slechts hopen dat het straks
ook zo zal gaan".
Deze emotionele benadering is ken
merkend voor vele Nederlanders- het
nogal nuchtere slot niet minder. Waarbij
dan een tussenzinnetje als dat over de
fopspeen als schakel dient. Overbodig te
zeggen dat minister Luns de volle laag
krijgt omdat hij ons deze fopspeen in de
mond gestopt heeft!!
Mischien is het nuttig de geschiede
nis nog eens terug te draaien, wellicht
onstaat er toch een wat minder ge
ëmotioneerd beeld. Daarbij hoort de eer
ste vraag te zijn waarom Nederland
Nieuw-Guinea heeft uitgezonderd van de
in eerste instantie geformeerde Verenig
de Staten van Indonesië. Ds. Locher
zegt: „Terwille van de Indo-Europeanen
die er een nieuw tehuis wilden schep
pen". Het is inderdaad een van de over
wegingen geweest - anderzijds echter
was er de onmogelijkheid om Nieuw-Gui
nea als lid-staat aan deze verenigde sta
ten toe te voegen, gezien de grote ach
terstand in ontwikkeling van de bevol
king. Met daaraan verbonden de vrees
dat West-lrian door Soekarno als een
soort kolonie zou worden beschouwd met
alle gevolgen van dien. Gezien in het
lioht van de laatste zeven jaren lijkt dit
een zeer respectabele overweging!
De tweede vraag betreft de fopspeen:
waarom heeft Nederland toch zo halsstar
rig vastgehouden aan dat zelfbeschik
kingsrecht toen duidelijk werd dat Indo
nesië de strijd om West-lrian ging win
nen? Alleen om het eigen geweten te
sussen? We geloven dat ds. Locher hier
wat al te simpel redeneert. Allereerst
moet men geschiedkundige feiten plaat
sen in het licht van hun tijd. In die ja
ren van dekolonisatie was het woord
„zelfbeschikkingsrecht" in de Verenigde
Naties heiliger dan de bijbel of de koran.
Dekolonisatie zonder zelfbeschikkings
recht was een vloek - dat het zo was
kan men moeilijk aan de heer Luns ver
wijten! Achteraf bezien kan men zegger»
dat het voor de Papoea's en voor vele
andere bevolkingsgroepen een wassen
neus zou blijken te zijn. Dat er nu voor
de Papoea's geen enkel alternatief blijkt
te zijn ze móeten wel kiezen voor
aansluiting bij Indonesië, want er is niefc
anders. Maar is het zo gek dat men ze
ven jaar geleden de mogelijkheid open
liet dat er een alternatief gevonden zou
worden. Men kan dat nu hypocriet noe
men maar liever zien we het als een
uiterste poging om althans nog iets van
dat heilige zelfbeschikkingsrecht terecht
te brengen. Het is niet gelukt - helaas
is dat het lot van vele idealen!
In heel dat proces zijn fouten ge
maakt - we willen het niet ontkennen.
Dat een groep Papoea's gedroomd heeft
van zelfstandigheid en van een eigen
staat, eventueel een samengaan met
Australisch Nieuw-Guinea, is zeker te
wijten aan een al te grote Nederlandse
voortvarendheid. Wie een volk in deze
trap van ontwikkeling een eigen vlag
geeft moet rekenen op een sterk natio
nalisme. Maar ook dat moet men groten
deels op rekening schrijven van het over
trokken ideaal van zelfbeschikkingsrecht.
Nu is het dan zover er zól gestemd
worden, zij het dat niet helemaal duide
lijk is door wie en nog minder duidelijk
waarover. Want nogmaals: er is voor de
Papoea's geen andere keus dan zich aan
te sluiten bij Indonesië. Jammer? Voor
dat deel van de bevolking dat gehoopt
had op zelfstandigheid is het een stuk
tragiek. Maar of er een betere oplossing is
voor dit zo schaars bevolkte en in aller
lei opzicht nog zo onontwikkelde gebied,
betwijfelen we. Inderdaad heeft Indone
sië nog zorgen genoeg met zichzelf. Maar
men is ongetwijfeld op de goede weg en
op die weg kan West-lrian meegenomen
worden. We hopen het van harte.
Het (zo goed als zekere) samengaan
van AKU en Koninklijke Zout-Organon is
een verheugend bericht, al zullen er hier
en daar bedenkingen rijzen. Uit deze fu
sie immers zal een concern ontstaan dat
zich kan meten met de grootste chemi
sche wereldconcerns, zich daarmee ook
zal moéten meten wil de fusie zin hebben
- maar dat betekent dan tevens een op
eenhoping van macht, die soms sterker
zal kunnen blijken dan die van een Ne
derlandse minister van Economische Za
ken. Belangen van landen en wereldcon
cerns lopen nu eenmaal niet altijd paral
lel. Zo min als de belangen van wereld
concerns en nationale vakbonden altijd
parallel zullen lopen. Maar als men het
toejuicht dat de wereld „kleiner" wordt,
dat grenzen vervagen en werelddelen
dichter bij elkaar komen, dan zal men
bereid moeten zijn de prijs die hiervoor
gevraagd wordt te betalen.
Een niet gering deel van die prijs komt
trouwens op rekening van onze welvaart.
We danken die welvaart aan het feit dat
we in een sterk geïndustrialiseerd deel
van de wereld leven. Die industrie ver
schaft aan velen hoog-gekwalificeerd
werk met de daarbij behorende beloning
en omgekeerd drukt die sterke industria
lisatie de kosten van de produktie. Zo
gaan werkgelegenheid, koopkracht en
koopmogelijkheid samen. Daartoe draagt
een fusie als nu aangekondigd een flinke
steen bij - daarom is het, ondanks de
bezwaren, een verheugend bericht.
l-ri
f,
s
4
De PTT-toren in het Haagse Bezuidenhout rijst als
een onverwoestbare pijler boven de omgeving uit.
Van hier uit wordt het Centraal Antenne Systeem gere
geld in die Haagse wijken die de PTT-deskundigen het
proef tuintje" van het CAS noemen.
IN DEN HAAG IS
MEN NIET BLIJ
MET HET C.A.S.
Wantrouwen, twijfel en ontevredenheid heersen over heden en
toekomst van het Centraal Antenne Systeem, dat met de drie
letters CAS bekendheid heeft gekregen en dat het de televisie
kijker mogelijk moet maken vrijwel de hele dag keuze te ma
ken uit wat in Europa wordt uitgezonden. Wantrouwen en on
tevredenheid bij de bewoners van de Haagse wijken Bezuiden
hout en Mariahoeve, de „proeftuin" van het CAS, twijfel bij
de vele Tweede-Kamerleden die straks mede een beslissing rol
len moeten nemen of de proef voldoende succes heeft opgele
verd om doorgaan te rechtvaardigen. Daartegenover staat dan
de mening van de PTT-deskundigen: een geslaagd experiment,
technisch zowel als commercieel is het CAS een haalbare
kaart
Een paar weken geleden heeft in de Twee
de Kamer minister Bakker van Verkeer
en Waterstaat zijn licht over deze materie
laten schijnen. Aan investeringen gaat het
hele systeem een kleine 300 miljoen gul
den kosten geld dat de kijker moet
gaan betalen met een bijdrage van ander
halve gulden per week plus nog een (on
bekende) vergoeding aan auteursrechten.
Het lijkt redelijk maar vrij vers in het ge
heugen van vele Tweede-Kamerleden ligt
de draadomroep van de PTT, in het ver
leden een miljoenen verslindende activi
teit, die naar gelang de welvaart steeg een
uiterst verliesgevende post van dit staats
bedrijf werd.
Minister Bakker stelde hiertegenover
dat de PTT met het CAS beslist niet zal
handelen als met de draadomroep. „De
wijziging van de Telegraaf- en Telefoon-
wet van 1904 heeft niets te maken met
enigerlei vorm van hobbyisme van de
kant van de PTT", bezwoer hij zijn wan
trouwig toeluisterend gehoor. En hij
voegde er aan toe: „De mogelijkheid
die er nu is voor de PTT om een CAS
aan te leggen, wordt verruimd door die
mogelijkheid ook te geven aan anderen
en wel bij concessie. Het is duidelijk de
bedoeling dat de PTT haar monopolie
positie verliest en in het algemeen de
uitvoering van een CAS over zal laten
aan een andere instantie." Die andere
instantie zal dan worden de Casema,
moeilijke afkorting van Centraal Antenne
Systemen Exploitatie Maatschappij. Af
gewacht moet worden of deze maat
schappij, een dochter van de Nozema
(Nederlandse Omroepzender Maatschap
pij) niet evenzeer een monopoliepositie
gaat innemen. Dan verandert er in feite
niets en blijft de PTT vlijtig kabels leg
gen voor de Casema en dusdoende tv-
kijkers eigenlijk verplichten tot een sys
teem waarmee niet iedereen gelukkig is.
Heel wat minder somber gestemd dan
talrijke kijkers en Kamerleden is mr. P.
Rolff, administrateur bij de PTT-directie
in Den Haag en al meer dan vier jaar
nauw betrokken bij het CAS-experiment.
Hij begint met te zeggen dat het CAS in
de twee Haagse wijken niet meer is dan
een proeftuintje, een experiment dat in het
dr. Neher-laboratorium in Leidschendam
is uitgeplozen. Een experiment dat in
technisch opzicht geslaagd is dat is zijn
stellige overtuiging en dat ook in com
mercieel opzicht grote levenskansen heeft.
Dat lijkt mooi, maar wordt daarmee het
wantrouwen weggenomen van de bewo
ners van Mariahoeve, omdat zij zich steeds'
meer in de hoek gedrongen voelen waar
ontkomen aan de verplichting om het
CAS in huis te halen onmogelijk is? En
de ontevredenheid van vele van de Haag
se kijkers die buiten hun omroepbijdrage
van 75 gulden per jaar ook nog een paar
tientjes extra moeten betalen voor pro
gramma's die ondanks de aankondiging
niet op hun scherm verschijnen?
De heer Rolff ontkent niet dat de CAS-
kijkers thans veel Belgische en Duitse
programma's niet te zien krijgen en ande
re programma's pas laat in de avond via
Nederland I of II mogen aanschouwen in
plaats van eerder op de dag en dat deze
kijkers daarvoor desondanks tussen de
dertig en vijftig gulden moeten betalen.
„Maar zegt hij het is heus niet zo
dat de PTT aan de knop zit om bepaalde
programma's uit te draaien. Ze worden
gewoon niet uitgezonden omdat er auteurs
rechten voor moeten worden betaald. En
daar kunnen we nu nog niets aan doen.
Voor die auteursrechten moet namelijk een
regeling komen en zo lang deze er niet is,
krijgen we van bepaalde uitzenders geen
toestemming gebruik te maken van hun
programma's. De toekomstige Casema zal
uit de kijkbijdrage een potje voor auteurs
rechten moeten vormen en daarmee in on
derhandeling moeten gaan met de Euro
pese Omroep Organisatie."
Dat dat allemaal niet zo simpel is, daar
van is de heer Rolff wel overtuigd. Zo aal
in de auteursrechtproblemen ook de Ne
derlandse Bioscoopbond een woordje gaan
meespreken. En als ander voorbeeld noemt
hij een uitzending van de rugby-interland
Frankrijk-Nederland. De NOS vond de
wedstrijd niet belangrijk genoeg om uit te
zenden, de Belgen echter wel. De enkele
Nederlandse rugbykijkers, aangesloten
op het CAS en zich daarom verheugend
op de Belgische uitzending, kreeg de wed
strijd desondanks niet te zien. De Belgen
voelden er niets voor het programma door
te spelen. „Dan had de NOS het zelf maar
moeten uitzenden!" was hun redenering.
Wettelijke regeling is
moeilijk maar nodig
Het staat wel vast dat er
ook in Nederland binnen af
zienbare t(jd een wettelijke re
geling komt voor de abortus
provocatus, de opgewekte mis
kraam de praktik dwingt er
welhaast toe dat men het tot
dusver geldende absolute ver
bod laat varen. Voor de wet
gevers een uiterst moeilijke
opgaaf omdat er naast de door
onze medische medewerker
opgesomde indicaties die
het al gecompliceerd genoeg
maken een ethische, een ze
delijke kant aan deze zaak zit
die 't voor menig Nederlander
tot een moeilijk te verteren
brok wetgeving zal maken.
Voor velen Immers staat het
vast: abortus is vernieting van
leven en dat achten zij onder
alle omstandigheden ontoelaat
baar. Waar anderen dan de
vraag tegenover stellen of men
in dit stadium al van leven, van
menselijk leven wel te ver
staan, kan spreken. Menselijk
leven immers is „bezield" le
ven en wie doorgrondt het
mysterie van de menselijke
ziel? Maar hoe dan ook, dit
moet vast staan: een even
tuele nieuwe wet zal een open
oog moeten hebben voor de
gewetensnood die zij kan op
roepen. Ook morele dwang kan
er niet bij zijn.
Sprekend en schrijvend over de sociale ge
zondheidszorg kan men niet voorbij aan de
abortus provocatus, de opgewekte miskraam.
Trouwens, ook de wetgever als verantwoor
delijke instantie voor die gezondheidszorg
kan aan dit facet van het menselijk bestaan
niet meer voorbij een wettelijke regeling
van de abortus is dan ook binnen afzienbare
tijd te verwachten en dat is de reden waarom
er in gesprekken en artikelen nogal eens aan
dacht aan besteed wordt. Dat trouwens niet
alleen zoals verder zal blijken! Natuurlijk is
het niet de bedoeling van dit artikel iemand
een mening op te dringen het wil slechts
een aantal gegevens ter tafel brengen die
naar onze opvatting de noodzakelijkheid on
derstrepen om het nu bestaande verbod tot
het opwekken van een miskraam in ieder ge
val in te trekken.
Op het ogenblik mag in verschillende lan
den, onder bepaalde beperkende bepalingen
en in meestal nauwkeurig omschreven ge
vallen (de indicaties), miskraam worden op
gewekt. In Rusland werd het kort na de re
volutie zonder beperkende bepalingen toege
staan, maar daar is men later van teruggeko
men.
de zwangerschap is geconstateerd, worden
overgegaan tot het opwekken van een mis
kraam." Men kan zich verder voorstellen dat
een wettelijke regeling van de abortus begint
met de zin: „Abortus is slechts toegestaan tot
het ogenblik waarop de vrucht geacht kan
worden buiten het moederlichaam levensvat
baar te zijn." Maar dan komt al onmiddel
lijk een probleem van deze tijd om de hoek
kijken: in een eeuw die wetenschappelijk zo
ver gevorderd is dat gedacht wordt aan het
bijeenbrengen van eicel en zaadcel in een
reageerbuis met als consequentie de gehele
ontwikkeling van de vrucht (het foetus) bui
ten de baarmoeder (inplanting van de be
vruchte eicel in een baarmoeder is ook nog
een mogelijkheid!) wordt de waarde van een
dergelijk artikele echter een twijfelachtige
aangelegenheid. Waaruit dan blijkt dat de
eenvoudig geachte medische indicaties toch
ook al moeilijkheden genoeg opleveren!
De indicaties zijn zoals ieder bij even
nadenken kan begrijpen van ethische, so
ciale, sociaal-economische dan wel genees
kundige aard. De geneeskundige indicaties
zijn het eenvoudigst te concretiseren. Denken
we bijvoorbeeld aan het Softenon-drama dan
kan men zich het volgende wetsartikel voor
stellen: „Als in de praktijk blijkt dat een ge
neesmiddel aanleiding geeft tot misvorming
van nog ongeboren kinderen, mag in die ge
vallen waar gebruik van dit middel tijdens
opgenomen. Het is zeer aannemelijk dat de
commissie in geval van verkrachting beslist
zou hebben dat abortus volkomen verant
woord was.
Dit ene voorbeeld maakt al duidelijk hoe
moeilijk het moet zijn om een sluitende rege
ling te ontwerpen, gesteld dat men deze no
dig acht. Maar uit het voorgaande blijkt ook
dat een wettelijke regeling in feite noodzaak
is. Zedenmisdrijven komen immers overal
voor en zijn ook altijd voorgekomen.
Nog veel moeilijker te bepalen zijn de so
ciaal-geneeskundige indicaties. Een voor
beeld uit eigen land. Een meisje van 13 of 14
jaar wordt zwanger. Formeel is abortus niet
toegestaan. Wat nu? Als praktische oplossing
van dit in feite onoplosbare probleem heeft
men in Nederland commissies geformeerd
met als leden de huisarts, een specialist en
bijvoorbeeld een ambtenaar-arts. Deze com
missie is natuurlijk niet bedoeld om een ver
boden abortus te wettigen, zij geeft echter
wel een garantie dat een abortus niet wordt
uitgevoerd op losse gronden en dat, ander
zijds, drie deskundigen gezamenlijk de ver
antwoordelijkheid nemen. In bovenbedoeld
geval kan het een „voorlijk" meisje betreffen
maar het kan ook zijn dat het meisje is ver
kracht en dit huis niet heeft durven vertel
len tot het „te laat" is. In een geval, de
eerste situatie betreffende besliste de com
missie dat de zwangerschap en bevalling nor
maal voortgang zouden moeten vinden, waar
na het kind in een tehuis zou kunnen worden
Ook deze cijfers hebben overigens geen ab
solute waarde. Zij illustreren slechts ons be
toog in die zin dat de criminele abortus ken
nelijk zo algemeen voorkomt dat een wette
lijke regeling van de abortus slechts beteke
nis heeft als een bij uitstek praktische rege
ling kan worden ontworpen.
Aan het probleem is nog een facet te on
derscheiden: het blijkt dat bemoeilijking van
de wettige abortus het aantal criminele mis
kramen doet stijgen. Nauwkeurige cijfers zijn,
natuurlijk, niet bekend maar een onderzoek
AAAAA^WSAAAAAAAAAA^VWVW^VWWW^
van de seksuoloog C. van Emde Boas in Am
sterdam, ingesteld in 1946 bij tachtig vrou
wen, spreekt boekdelen: van 238 zwanger
schappen waren er slechts 116 gewenst. Van
deze 116 eindigden er vier in een abortus.
Van de resterende 122 graviditeiten die dus
ongewenst waren eindigden er 64 (oftewel 52
pet.) in abortus. Het is duidelijk dat we in
verreweg de meeste van deze laatste 64 ge
vallen te doen hebben met criminele abortus.
Nog sprekender welhaast is een statistiek van
Hecht over vijfhonderd vrouwen in Praag:
305 van hen hadden tezamen 1157 abortus!
Dit zal echter niet gauw aanleiding zijn
tot het opwekken van een abortus.
Sociaal-economisch als het gezin nog gro
ter wordt verpaupert het.
Bij even nadenken zal men inzien dat de
drie genoemde facetten niet scherp te schei
den zijn zij moeten bij een regeling ech
ter wel alle in aanmerking worden genomen.
Welke zijn de eisen die men aan een der
gelijke regeling moet stellen? Dit is immers
de kern van het hele probleem. Daarom heeft
het zin alle erbij betrokkenen en alle erbi
betrokken facetten op te sommen.
De er bij betrokkenen zijn de zwangere,
de ouders, de verloofde resp. de echtgenoot,
de geconsulteerde en de behandelende arts
(kan dezelfde zijn) en de „beroeps"-aborteur.
Velen zullen verontwaardigd zijn laatstge
noemde als betrokkene gesignaleerd te zien,
maar realiseert u zich wel: hij is voor al
diegenen die niet principieel neen zeggen het
enige alternatief zo lang er (nog) geen wet
telijke regeling bestaat.
Dan de verschillende facetten we hebben
ze al opgesomd: geneeskundig, sociaal-genees
kundig en sociaal-economisch. Dat we hier
het ethische facet buiten beschouwing laten
zal men kunnen billijken: het laat zich im
mers niet in een zakelijk-logisch betoog be
naderen. Nemen we de drie genoemde facet
ten even met voorbeelden onder de loep.
Geneeskundig: met grote waarschijnlijk
heid kan worden gesteld dat de moeder de
zwangerschap niet kan volbrengen of er
zelfs aan overlijden zal;
Sociaal-geneeskundig: met zekerheid kan
worden gesteld dat het kind mismaakt
(dus met een „handicap") ter wereld zal
komen. (In 1940 kenden we een echtpaar
met tien of elf kinderen deze misten al
len gedeelten van een of meer lede
maten). In dit verband moet volledigheids
halve ook de moeder genoemd worden van
wie gebleken is dat zij ook het gezin in
zijn huidige samenstelling al niet aan kan.
De heer Rolff is tevreden over zijn
Haagse proeftuintje. In 1963 waren er in
het Haagse Bezuidenhout ongeveer der
tienhonderd aansluitingen in 5500 wonin
gen.
Dit jaar steeg het aantal aansluitingen
tot bijna vierduizend en daarmee het per
centage tot ruim zeventig. Het landelijke
dichtheidscijfer is tachtig procent.
Nog beter gaat het Centraal Antenne
Systeem in de Haagse wijk Mariahoeve.
Van de zevenduizend woningen daar, zijn
er thans (na anderhalf jaar) ongeveer
vierduizend aangesloten. Een aantal dat
snel oploopt omdat veel woningbouwvereni
gingen en grote huizenbezitters wel willen
meewerken.
„Bij nieuwbouw wordt het CAS zonder
meer aangesloten en betalen de huurders
wat meer servicekosten", zegt de heer
Rolff tevreden. Flats en grotere oppervlak
ken laagbouw kunnen via de centrale an
tenne op het CAS worden aangesloten.
„Voor deze mensen zijn we bijzonder
coulant", meent de administrateur. „Als
zestig procent van de bewoners het CAS
wil, krijgt het hele blok dit systeem. De
meerkosten van de niet-aangeslotenen be
talen wij in de hoop dat door verhuizingen
de honderd procent wordt bereikt".
En nu de betrokkenen, in het bijzonder de
ouders (bij ongehuwden) of de echtgenoot
moeten zij een beslissende stem hebben, me
dezeggenschap („inspraak" in de moderne
terminologie) of moeten zij helemaal niets te
vertellen hebben? Indien men de eerst eof de
tweede mogelijkheid met ja beantwoordt,
moet dit dan afhankelijk gesteld worden van
de leeftijd van de zwangere (in het eerste
geval bijvoorbeeld tot het dertigste levens
jaar dit is immers nog steeds de leeftijds
grens waaronder huwelijkstoestemming van
de ouders vereist is!) of moet alleen de bur
gerlijke staat van de zwangere een rol spe
len? Zodat bij ongehuwden de ouders en bij
gehuwden de echtgenoot een woordje mee
spreekt, respectievelijk mede de beslissing
neemt. Moet het inkomen, respectievelijk het
vermogen van de zwangere in aanmerking
worden genomen? Moet zij psychisch getest
worden op haar kwaliteiten voor het moeder
schap? We laten het bij vragen een oplos
sing wilden wij niet geven. Omdat het alleen
maar de bedoeling was u te confronteren met
een aantal problemen die een wettelijke re
geling van de abortus compliceren en ander
zijds noodzakelijk maken. Een ding is echter
bijzonder duidelijk: de getallen die wij boven
noemden waaraan we dan nog toevoegen de
in de Verenigde Staten veronderstelde ver
houding: één abortus op elke geboorte! la
ten een sluiten van de ogen voor de werke
lijkheid niet meer toe. Het maar laten voort
woekeren van de criminele abortus is een
zich onttrekken aan de verantwoordelijkheid.
Dat is tenminste onze mening 1
Deze handelwijze houdt overigens wel
in dat onwilligen geen gebruik meer kun
nen maken van de centrale antenne op het
dak en na wat aarzelen in hemelsnaam
tot de CAS-aanhangers overgaan. Dat is
voor een aantal Hagenaars een duidelijke
reden ontevreden te zijn. De uitbreiding
indertijd van drie naar vier netten zien
zij als een verdere censurering omdat
met die uitbreiding het aantal films niet
toenam.
„In België wordt de Tour de France in
Maastricht direct uitgezonden. Die uitzen
ding hadden we hier in Den Haag ook wil
len zien. Maar nee hoor. Laat in de avond
een samenvatting", zegt de oud-adminis
trateur van het ministerie van econo
mische zaken de heer D. W. Fikkert. Hij
is een van de grote tegenstanders van
het CAS, dat hij in huis heeft om er
over te kunnen klagen. Het verdriet hem
niet dat Prins Charles van Engeland als
Prins van Wales wordt geïnstalleerd. Wel
echter dat Duitsland daarover twee uur
lang in de middag uitzendt en dat hij
met een Duitse ontvangstmogelijkheid pas
's avonds een samenvatting krijgt te zien.
Het wel aankondigen van films, maar
ze niet uitzenden is een andere Haagse
grief. „We krijgen de restjes van de bui
tenlandse programma's met veel gepraat.
Bovendien is het beeld niet altijd storing-
vrij zoals de PTT heeft gegarandeerd",
zeggen wat huisvrouwen. Zij zijn nauwe
lijks geïnteresseerd in een Duits politiek
programma op zondagmorgen.