WRANGE TERUGBLIK OP MOORDZAAK GIESSEN-NIEUWKERK
Valse verklaringen werden onder pressie afgelegd
mannen
Twee
zaten bijna
vijf jaar
onschuldig
in de cel
Films voor Amerikaanse scholieren
Alleen Charlie
Chaplin ontbrak...
TE KIJK
MISVATTING
SUGGESTIES
TRUCAGE
SMOEZEN
HAARFIJN
INTIMIDATIE
TRIOMF
BEESTMENS
(■■■IIIIIMIIIIUIMIHiMliHmi,,!,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,
iiiiiinnniinninniimnuiimiiiniiniiiiiniinNin>nmiin
iiiniiiiinitninnniHtmiHKniHnmfiiiiimiinnnii
nmiinvvmnmii
XJrdenkingen wijzen niet alleen te
rug naar verheugende gebeurte
nissen. De aannemer J. J. Teunis-
sen (69) heeft ons dat duidelijk ge
maakt toen hij ons er op attent
maakte, dat het dit jaar (op 14 sep
tember) veertig jaar geleden is, dat
hij en de inmiddels overleden J. C.
Klunder vrij kwamen nadat zij vier
jaar en zeven maanden onschuldig
in de gevangenis hadden gezeten,
veroordeeld wegens moord.
Het vonnis was vijftien jaar ge
weest, maar dank zij de activiteiten
van enkele familieleden, een advo
caat en een journalist, kon de on
schuld van de twee mannen worden
aangetoond. „Daarmee werd een
zwarte bladzijde omgeslagen van
het geschiedenisboek der recherche
en van de justitie", zegt de heer
Teunissen. „Wij waren het slacht
offer van de smerigste praktijken
die een rechercheur maar kan uit
halen, onder de haast aanmoedigen
de belangstelling van een officier
van justitie, die er al even belust op
was de moord van Giessen-Nieuw
kerk tot oplossing te brengen".
jyjaandag 4 augustus was het 46
jaar geleden, dat deze moord
werd gepleegd. Nabij het spoorweg-
stationnetje van Giessen-Nieuwkerk
in de Alblasserwaard werd de halte-
chef Jacob de Jong vermoord. Uit
de kas van de kaartjesverkoop werd
vijf gulden vermist. Gedacht werd
aan roofmoord. Het slachtoffer had
een ijzeren hamer in de armen ge
klemd. Daarmee was zijn schedel
ingeslagen. Er rezen al gauw ver
denkingen. Maar de moord is nim
mer opgelost, ofschoon er zes arres
taties werden verricht en er tenslot
te twee mannen (Teunissen en Klun
der) tot vijftien jaar gevangenis
straf werden veroordeeld,
YY/Tij werden het slachtoffer van
een misdaad", zegt de heer
Teunissen. „Niet van de moord,
maar een misdaad gepleegd door
een rechercheur. Om zijn reputatie
van de „beste rechercheur van Ne
derland" waar te maken, moest hij
een moordenaar hebben" aldus de
heer Teunissen.
„Toen hij kans zag om zelfs twee
moordenaars aan de officier van
justitie aan te bieden, was hem geen
truc te smerig en geen intrige te
laag. Hij heeft een heel net van leu
gen en bedrog om ons heengespan
nen".
„Getuigen heeft hij meineed laten
plegen. Hij heeft de oude trucs van
intimidatie en omkoperij toegepast.
Hij was gul met sigaren en taarten.
Rijksrecher
cheur De Jong, die
al het onheil
rondom de moord
zaak Giessen-
Nieuwkerk had
geënsceneerd,
stond er maar
sullig bij toen hij
een striemende
reprimande kreeg
van mr. J. M.
Jolles, president
van het gerechtshof
(Foto Het Leven).
Voor bange getuigen zette hij valse
verklaringen op papier die zij uit het
hoofd moesten leren. Onwillige ge
tuigen nam hij gevangen en dreigde
hij dat zij tot jarenlange gevange
nisstraffen zouden worden veroor
deeld als zij niet precies verklaar
den wat hij dicteerde".
„Op allerlei wijzen heeft hij een
voudige lieden om de tuin geleid,
murw gemaakt en in voor hen pijn
lijke situaties gebracht. Zo liet hij
ze naar zijn pijpen dansen. Kortom,
het was zo'n geweldige kluwen van
valsheid en ploertigheid, dat je het
haast niet kunt geloven als er de
stukken niet waren om de juistheid
ervan te bevestigen."
„Toch heb ik geen wrok overge
houden tegen politie en justitie",
zegt de heer Teunissen. „Ik heb
geen enkele bedenking als zij htm
werk eerlijk en correct doen. Is dat
niet het geval, dan word je zelfs
door je eigen advocaat niet geloofd
als je zegt dat je onschuldig bent."
„tiet enige dat wij na veertig jaar
nog altijd dwarszit is, dat de
plegers van meineed nimmer zijn
vervolgd, hoewel ik uitvoerig gedo
cumenteerde klachten tegen hen heb
ingediend, Ook rit mij dwars, dat
men mij zei dat rechercheur De
Jong voorgoed was geschorst, ter
wijl hij na het proces dat voor ons
eerherstel bracht, gewoon in politie
dienst bleef. Ook dat is een schand
vlek die altijd op de Nederlandse
politie zal blijven kleven."
„Ik begrijp dat de processen waar
ik om heb gevraagd tegen de mein-
edigen en de rijksrechercheur, in
feite tegen de justitie zelf zouden
uitpakken. Na zoveel deining wilde
men de zaak niet opnieuw aan het
rollen brengen."
„Maar het doet wel gek aan als
je van de officier van justitie die
zelf in deze zaak heeft gefaald, mr.
A. J. Kronenberg („de grootste hals
die ik ooit heb ontmoet") heel lako-
niefc een kort afwijzend briefje
krijgt: uw klacht is niet ontvanke
lijk verklaard".
'■mufti
iiiitminniHiiHiHiinmiiiiHiiifiiniiiiiiiiiHinFnnntniiHiiiminiHiiniinntw
DE WANDADEN VAN EEN RECHERCHEUR
Jgij de revisie in 1929 van de moordzaak-Giessen-Nieuwkerk, waarvoor J.
C. Klunder en J. J. Teunissen onschuldig waren veroordeeld, gaf mr.
A. J. Kronenberg, substituut-officier van justitie te Dordrecht, toe dat met
zijn toestemming vreemde dingen waren gebeurd.
Ook kwam toen een „geheim dossier" op tafel, waarin alleen maar voor de
beide verdachten ontlastende verklaringen en feiten waren verzameld.
Dat „geheime dossier" was niet ter kennis van de verdedigers gekomen. Bij de
berechting van de zaak waren alleen de valse beschuldigingen tegen de twee
mannen geuit.
Ook had rechercheur De Jong, die
als een soort redder in de nood door de
Dordtse justitie was binnengehaald,
vrijwel alle verhoren afgenomen in het
huis van bewaring. In feite is dat het
werk van de rechter-commissaris. In
Dordt waren de rollen echter omge
draaid: de rechercheur deed het ge
rechtelijk vooronderzoek en de rechter
commissaris zat er bij.
De verontschuldiging van mr. Kro
nenberg, dat een zaak als de moord
zaak Giessen-Nieuwkerk niet zo vaak
voorkomt in het arrondissement Dor
drecht, werd door de president van het
Amsterdamse gerechtshof mr. J. M.
Jolles beantwoord met de scherpe op
merking: „Het is warempel de eerste
keer dat ik zoiets hoor". De Dordtse
substituut-officier van Justitie en de
rechtercommissaris werden tijdens het
revisie-proces in het openbaar te Am
sterdam te kijk gezet.
„Wie weet heeft rechercheur De
Jong in uw beider bijzijn wel pressie
uitgeoefend en strikvragen gesteld",
opperde mr. Jolles.
„Nou en of", bevestigt thans de heer
Teunissen. Als hij een boekje opendoet
over de methoden van rijksrechercheur
De Jong, vertelt hij:
„De Jong was van het begin af bij
het onderzoek betrokken. Het is een
misvatting, dat hij pas na twee jaar bij
het vastgelopen onderzoek werd geroe
pen. Hij heeft twee jaar nodig gehad
om zijn netten te spannen en zijn intri
ges tegen ons op te zetten".
In het begin van het onderzoek was
er alleen maar de ijzeren hamer waar
het slachtoffer mee zou zijn doodge
slagen. „Dat stuk van overtuiging koes
terde De Jong alsof het van goud was.
Hij liep er altijd mee rond als hij over
al een praatje ging maken".
„Hij sprak dan over alles behalve
over de hamer, die hij soms achteloos
op tafel legde. Later ging hij dan naar
die mensen terug om ze werkelijk te
verhoren. Hij liet in dat gesprek dan
heel nadrukkelijk het moordwapen zien
en vroeg: hebt u deze hamer wel eens
eerder gezien?"
De meeste mensen herinnerden zich
dan vaag dat dit werkelijk het geval
was, maar ze konden niet zeggen waar
en bij wie. Op de vraag van de recher
cheur of het mogelijk was dat ze die
hamer wel eens in handen van een der
verdachten, de hr. Kroon of van Teunis
sen konden hebben gezien, was het ant
woord meestal: ja, dat is wel mogelijk,
maar zeker weet ik het niet".
„In het proces-verbaal zette De Jong
dat al deze getuigen het moordwapen
direct hadden herkend. Ook dat zij posi
tief wisten, dat ze de hamer in ieder
geval bij Kroon en waarschijnlijk ook
in handen van Teunissen hadden ge
zien".
„De Jong was een meester in het
suggereren", aldus de heer Teunis
sen. „Dat hebben ook man en vrouw
Kroon ondervonden".
„Klunder en Ik waren de avond van
de moord bij Kroon waar een metse
laar van mij, een zekere Vermeer,
in de kost was. Ik had vijfhonderd
gulden op zak (toentertijd een heel
kapitaal) om de lonen uit te betalen.
Dat deed ik bij Kroon in Sliedrecht".
„De moord werd in Giessen-Nieuw
kerk gepleegd, ongeveer een uur fiet
sen van Sliedrecht. Hoewel Kroon en
zijn vrouw heel goed wisten dat de ha
mer nooit van hen was geweest, kreeg
De Jong de vrouw zover dat zij het op
een briefje zette".
„Zij deed dat echter nadat De Jong
haar en haar man op verdenking van
medeplichtigheid aan de moord in het
huis van bewaring te Dordrecht had op
gesloten. Daar stelde hij dag en nacht
suggestieve vragen waar tussendoor hij
poeslief zei: Jammer, als u nu even
zegt dat die hamer van uw man is dan
kunnen u en uw man direct weer naar
huis".
„Voor die laatste verleiding is de
vrouw bezweken en zij smeekte haar
man het ook te zeggen. Op die leugen
uit eigenbelang steunde naderhand de
veroordeling voor een groot deel".
„Tegenover anderen suggereerde hij
dat wij moordenaars waren. Eenvoudi
ge lieden in het dorp vroeg hij: hebt u
Teunissen en Klunder wel eens gezien?
Ja, dat hadden die mensen, zeker na
dat het tweetal was gearresteerd en ie
dereen over hen sprak".
„Kent u ze, vroeg De Jong dan. Ja,
men kende ze wel. Weet u dat het moor
denaars zijn? Zij hebben de haltechef
van Giessen-Nieuwkerk vermoord. Nou,
dat had ik toch nooit van ze kunnen
denken, werd er dan gezegd".
„In het proces-verbaal stond dan
later: Getuige had goede gronden
om te vermoeden dat Teunissen en
Klunder de moord hebben gepleegd,
ofschoon hij (zij) nooit had vermoed
dat zij tot moord in staat waren.
Rijksrechercheur De Jong ging ver
der met zijn trucage. Hij zette een
advertentie in de plaatselijke krant
waarin metselaars en timmerlieden
werden gevraagd voor Cuba. Tege
lijkertijd spoorde hij een van mijn
werknemers aan op die advertentie
te schrijven. Ook haalde hij die man
over om Klunder (die na de eerste
arrestatie weer op vrije voeten was)
op die advertentie te laten schrijven".
„Klunder, die geen vermoeden van
deze val had, schreef en zijn briefkaart
kwam uiteraard bij De Jong. Die ging
er mee naar de officier van justitie in
Dordt en zei: „Ziet u nu, hier hebt u
het bewijs dat ze proberen naar het
buitenland te vluchten. Zal ik ze maar
weer arresteren?" De officier gaf daar
op zijn toestemming en wij werden al
lebei weer opgepakt".
Bij die gelegenheid las rechercheur
De Jong een verklaring voor die Klun-
„In de gevangenis van Leeuwarden ben ik gaan tekenen"zegt de heer Teu
nissen, die bijna vijf jaar onschuldig heeft gezeten. Dagelijks brengt hij uren
door aan zijn tekentafel. „Ook leerde ik daar het schoenmakersvak. Ik heb er
wel 400 paar nieuwe schoenen gemaakt voor de politie. Tijdens de oorlog heb
ben wij er veel gemak van gehad dat ik ook schoenmaker ben."
der zou hebben afgelegd. Daarin zei
Klunder dat Teunissen de moord had
gepleegd. Klunder bleef dat echter ont
kennen en later bleek deze verklaring
een falsificatie van rechercheur De
Jong, doch het gif werkte: Teunissen
verhuisde weer naar het huis van be
waring.
Aan dit alles was veel vooraf ge
gaan. Rijksrechercheur De Jong had
Het grote moment is eindelijk aangebrokenop 14 september 1929 kwamen
de twee onschuldig wegens moord veroordeelde mannen vrij. Zij hadden
toen vier jaar en zeven maanden onschuldig gezeten. Van links naar rechts:
de heer J. J. Teunissen; zijn zwager aannemer Stuy, die bijzonder veel voor
het eerherstel had gedaan; een gevangenbewaarder en de heer J. C. Klun
der, de tweede man die onschuldig tot 15 jaar gevangenisstraf was veroor
deeld. (Foto Het Leven).
door veel praten en smoezen In Slie
drecht uitgevonden dat mevrouw Kroon
abortus had gepleegd. Met dat feit zet
te hij man en vrouw Kroon stevig on
der druk.
Tenslotte ging hij zover dat hij voor
hen de verklaring op papier zette: een
heel schoolschrift vol. Die verklaring
moesten zij uit het hoofd leren.
Met die valse verklaring overbrugde
rechercheur De Jong de tijd die nodig
was om van Sliedrecht naar Giessen-
Nieuwkerk te fietsen, de moord te ple
gen en weer terug naar Sliedrecht te
fietsen.
Na lang gepraat had hij er bij de fa
milie Kroon uitgekregen dat Teunissen
en Klunder die avond even de deur wa
ren uitgeweest. Dat was hooguit een
half uur geweest, maar dat moest veel
langer worden anders konden zij de
moord niet hebben gepleegd.
Murw door het slopende verblijf in
het huis van bewaring ondertekende
vrouw Kroon de verklaring die De Jong
had opgesteld. Haar kostganger, met
selaar Vermeer, die in dienst van Teu
nissen was, deed dat eveneens, nadat
hij geheel tegen de regels 72 dagen in
voorarrest had gezeten.
Pas jaren daarna, toen de heren Teu
nissen en Klunder bijna vijf jaar on
schuldig hadden gezeten, kwam uit dat
dit allemaal was opgezet door de recher
cheur.
„Wij waren even weggeweest", zegt
de heer Teunissen. „Toen het laat werd
en ik niet meer naar Dordt kon omdat
de laatste pont al weg was, werd voor
gesteld dat ik bij de familie Kroon zou
blijven logeren".
„Klunder beduidde mij toen, dat hij
mij even wilde spreken. Buiten zei hij:
Leg dat geld veilig weg; je kunt nooit
weten".
„Hoewel die mensen zeker doodeer
lijk waren, liet ik me door Klunder be
praten en samen brachten wij het geld
naar zijn kosthuis, een eindje verderop.
Wij waren misschien een kwartiertje
weggeweest".
„Daar heeft rechercheur De Jong ge
bruik van gemaakt. Nooit heeft een van
de rechters aan Vermeer gevraagd hoe
lang de „geruime tijd" was waar hij
van sprak. Niemand kwam op het idee
om eens na te gaan hoeveel tijd er
voor nodig was om heen en terug te
gaan".
„Het gekke was ook, dat wij die man
eerst zouden hebben doodgeslagen,
daarna de sleutels uit z'n broekzak zou
den hebben gehaald, waarmee wij het
hokje zouden hebben geopend, waar het
geld lag, om dan de vijf gulden te ste
len, de sleutels weer in de broekzak
van het lijk te stoppen, en weer terug
te fietsen naar Sliedrecht".
„Het was te gek om over te praten.
Dat vond de president van de Dordtse
rechtbank ook. Hij bekocht mij enkele
dagen voor het proces in mijn cel. Hij
zei: Teunissen als je onschuldig bent
hoef je je nergens ongerust over te ma
ken. Wij zoeken het haarfijn uit. Het
beste is, dat je zelf helemaal niets zegt.
Hoe meer je zegt, hoe slechter je zaak
er voor komt te staan".
„Ik geloofde die man en ik heb tij
dens het proces niets gezegd. Dat werd
later als een soort bekentenis uitgelegd.
Het merkwaardigste was, dat die pre
sident bij de uitspraak verhinderd was.
Het vonnis werd door een ander voor
gelezen".
„Intimidatie was daags voor het pro
ces ook nog toegepast op mevrouw
Kroon. Die holde naar mr. Kronen
berg en zei de officier dat zij haar
valse verklaring introk. Zij wilde er
niet aan meewerken twee onschuldi
ge mannen de gevangenis in te wer
ken".
„De officier suste haar en zei dat ze
er nog eens een nachtje over moest
slapen. De volgende ochtend, kort
voor het proces begon, kwam ze weer
bij de officier. Toen zat rechercheur
De Jong naast hem en keek haar
streng aan".
„Later bekende de vrouw dat haar op
dat moment de moed ontzonk. Zij volg
de de laatste raadgeving van de re
chercheur op en legde haar verklaring
af zoals hij haar die had gedicteerd.
De eed, zo zei De Jong, daar moest zij
zich maar niets van aantrekken, dat
was toch maar een formaliteit".
Pas 4V2 jaar later bekende zij dit
alles aan de journalist Kick Geudeker.
Er was toen al een hele actie aan de
gang.
In de gevangenis van Leeuwarden ge
loofde al niemand meer dat de twee
veroordeelden schuldig waren. Ook de
reclasseringsambtenaar Kramer ijver
de voor rechtsherstel. Het was echter
vooral de zwager van Teunissen, aan
nemer Stuy, die samen met mr. Roobol
het vuur uit zijn sloffen liep. De jour
nalist Geudeker bezocht in dat stadium
de familie Kroon, die inmiddels naar
Rotterdam was verhuisd en aan hem
bekende zij het bedrog.
De heer Teunissen lacht als hij te
rugdenkt aan de dag waarop hij en
Klunder in triomf naar Amsterdam wer
den gebracht. „Het publiek juichte ons
toe. Rechercheur De Jong, die daar
voor het hof pijnlijk dagen heeft door
gebracht als getuige, werd liggend op
de vloer van een auto aangevoerd. Het
publiek was wild op hem. Hij zou zijn
gelyncht als ze hem hadden gezien".
Over zijn tijd in de huizen van bewa
ring en de gevangenis zegt hij: „Ik ben
door een hel gegaan. In Dordt heb lk
leren vloeken; in het huis van bewa
ring in Den Haag leerde ik tekenen.
Kijk, die daar aan de muur heb ik al
lemaal in de gevangenis gemaakt",
„De directeur van het Dordtse huis
van bewaring had mij in een brief
een beestmens genoemd. Daar had
De Jong weer aardig mee kunnen
werken. Voor het hof in Amsterdam
zei die gevangenisdirecteur, dat hij
meende dat die brief voor de reclas
sering was geweest".
„Makkelijk was ik niet. Je voelt je
zwaar vernederd. Het lijkt wel of je
in een kelder zit opgesloten. Ik werd
af en toe razend bij de gedachte dat
ik onschuldig was. Dan stampte ik
mijn ledikant in elkaar. Dat reageer
de een beetje af".
„Het koste mij telkens vijf gulden,
maar die had ik er wel voor over. Ik
vertikte het om te werken.
„Een van de cipiers heeft mij eens
gevraagd of ik een portret van hem
wilde maken. Hij had het portret ge
zien dat ik van mijn vrouw had gete
kend".
„Omdat hij feitelijk niet zo vertrou
welijk met een gevangene mocht om
gaan, heb ik hem onherkenbaar ge
maakt met een grote snor. Die kon hij
er thuis weer afgommen. De rest van
de tekening was gefixeerd, de snor niet"
„Dat was het enige aardige voorval
uit die vier jaar en zeven maanden ge
vangenis. De rest was een verschrikke
lijke tijd. Het eten was zo slecht dat
mijn hond er dood aan zou gaan. Later,
toen niemand meer in onze schuld ge
loofde, schreef de gevangenisdokter ons
extra voeding voor. Dat was een stuk
beter".
„Het is ongelooflijk als je aan dat
alles weer terugdenkt. Het was een
komplot tegen ons en er gebeurden
steeds de vreemdste dingen".
„Tijdens 't hoger beroep in Den Haag
las de procureur-generaal een stuk voor
waarin allerlei zware beschuldigingen
tegen mij werden uitgebracht. Ik zat
met verbazing te luisteren en zei tegen
mijn advocaat: Dat kan toch niet op
mij slaan?"
„De advocaat vroeg er de P.G. naar.
Die keek het stuk nog eens goed aan en
zei toen: excuseert u mij wel, dit stuk
hoort in een andere strafzaak thuis. Ik
begrijp niet hoe het hier tussen deze
stukken terecht is gekomen".
J^e enige die ontbrak, toen PTT-di-
recteur Geoffrey Bradbury in het
Engelse Leeds een cementen pad naar
zijn huis aanlegde, was een kleine man
met platvoeten, een bolhoed en een rie
ten wandelstok. Want het was een zui
vere Charlie-Chaplinfilm vanaf het mo
ment dat het jonge hondje Chip over
het verse, juist gladgestreken cement
holde.
Bradbury zuchte en streek het ce
ment opnieuw glad. Chip kwam echter
terug. De man van de post gooide zijn
troffel naar de terrier. Hij miste. Hij
gooide een steen naar het dier...en trof
de 23-jarige mevrouw Barbara Rowly,
de bazin van Chip.
Zij belde de politie op. Geoff begon
zijn cement opnieuw glad te strijken.
Zijn vrouw Freda hielp hem.
Mevrouw Rowley kwam terug en be
gon ipet mevrouw Bradbury te vechten.
Beiden vielen op het cementen pad.
Daarop verscheen Bradbury's schoon
moeder, de 82 jaar oude mevrouw
Sarah Steven. Zij stapte plompverloren
op het cementen pad, viel en kwam
naast de beide andere vrouwen terecht.
Daarop kwam aan het gevecht een ein
de.
Bradbury begon het cement opnieuw
glad te strijken.
Peter, de echtgenoot van mevrouw
Rowley, verscheen vervolgens ten tone
le. Hij tekkelde Bradbury en de ande
ren begonnen weer mee te vechten. Het
hele gezelschap kwam opnieuw op het
cementen pad terecht.
Het einde? Nee, nog niet. Alle vecht
jassen verschenen maandag voor de
rechter. Mevrouw Bradbury en haar
moeder werden vrijgesproken. De ande
ren kregen de raad zich een jaar lang
goed te gedragen. En Chip? Advocaat
Barrington Black zei: „Hij ls vermoe
delijk met een glimlach om zijn bek
weggehold".
Acht Nederlanders en één Ameri-
kaan trekken op dit moment dwars
door Nederland, om indrukken op te
doen voor drie films, die honderddui
zenden Amerikaanse scholieren de
komende tien jaar wijzer over ons
land moeten maken.
Die ene Amerikaan is Irving Rusunov,
filmregisseur: en de groep staat on
der leiding van Wim Lindner uit Am
sterdam, van wie iedereen die hem
ziet, zegt: „Is dat die Amerikaan?"
Lindner is produktieleider van de drie
films, die gemaakt worden met geld
van ons ministerie van Buitenlandse
Zaken en van de Encyclopaedia Brit-
tannica, die tegenwoordig in Ameri
kaanse handen is.
„Een belangrijk brok reclame voor Ne
derland, vooral omdat die films zo
lang op zoveel scholen in Amerika
gaan draaien", zegt Lindner. „Die
scholier van nu is straks volwassen
en (eventueel) een potentiële vakan
tieganger met als doel Europa".
Eén film gaat helemaal over Rotter
dam, het beloodsen van schepen, Eu
ropoort, Botlek en de doorvoer van
goederen naar het achterland. Voor
de lagere scholen in Amerika wordt
speciaal de film „Boy of Holland"
gemaakt en de derde documentaire
handelt over Nederland in het alge
meen.
„Erg leuk werk", zegt Wim Lindner,
„vooral omdat je in eigen land op
plaatsen verzeilt, waar je anders
nooit geweest was".