WRANGE TERUGBLIK OP MOORDZAAK GIESSEN-NIEUWKERK Valse verklaringen werden onder pressie afgelegd mannen Twee zaten bijna vijf jaar onschuldig in de cel Films voor Amerikaanse scholieren Alleen Charlie Chaplin ontbrak... TE KIJK MISVATTING SUGGESTIES TRUCAGE SMOEZEN HAARFIJN INTIMIDATIE TRIOMF BEESTMENS (■■■IIIIIMIIIIUIMIHiMliHmi,,!,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,,, iiiiiinnniinninniimnuiimiiiniiniiiiiniinNin>nmiin iiiniiiiinitninnniHtmiHKniHnmfiiiiimiinnnii nmiinvvmnmii XJrdenkingen wijzen niet alleen te rug naar verheugende gebeurte nissen. De aannemer J. J. Teunis- sen (69) heeft ons dat duidelijk ge maakt toen hij ons er op attent maakte, dat het dit jaar (op 14 sep tember) veertig jaar geleden is, dat hij en de inmiddels overleden J. C. Klunder vrij kwamen nadat zij vier jaar en zeven maanden onschuldig in de gevangenis hadden gezeten, veroordeeld wegens moord. Het vonnis was vijftien jaar ge weest, maar dank zij de activiteiten van enkele familieleden, een advo caat en een journalist, kon de on schuld van de twee mannen worden aangetoond. „Daarmee werd een zwarte bladzijde omgeslagen van het geschiedenisboek der recherche en van de justitie", zegt de heer Teunissen. „Wij waren het slacht offer van de smerigste praktijken die een rechercheur maar kan uit halen, onder de haast aanmoedigen de belangstelling van een officier van justitie, die er al even belust op was de moord van Giessen-Nieuw kerk tot oplossing te brengen". jyjaandag 4 augustus was het 46 jaar geleden, dat deze moord werd gepleegd. Nabij het spoorweg- stationnetje van Giessen-Nieuwkerk in de Alblasserwaard werd de halte- chef Jacob de Jong vermoord. Uit de kas van de kaartjesverkoop werd vijf gulden vermist. Gedacht werd aan roofmoord. Het slachtoffer had een ijzeren hamer in de armen ge klemd. Daarmee was zijn schedel ingeslagen. Er rezen al gauw ver denkingen. Maar de moord is nim mer opgelost, ofschoon er zes arres taties werden verricht en er tenslot te twee mannen (Teunissen en Klun der) tot vijftien jaar gevangenis straf werden veroordeeld, YY/Tij werden het slachtoffer van een misdaad", zegt de heer Teunissen. „Niet van de moord, maar een misdaad gepleegd door een rechercheur. Om zijn reputatie van de „beste rechercheur van Ne derland" waar te maken, moest hij een moordenaar hebben" aldus de heer Teunissen. „Toen hij kans zag om zelfs twee moordenaars aan de officier van justitie aan te bieden, was hem geen truc te smerig en geen intrige te laag. Hij heeft een heel net van leu gen en bedrog om ons heengespan nen". „Getuigen heeft hij meineed laten plegen. Hij heeft de oude trucs van intimidatie en omkoperij toegepast. Hij was gul met sigaren en taarten. Rijksrecher cheur De Jong, die al het onheil rondom de moord zaak Giessen- Nieuwkerk had geënsceneerd, stond er maar sullig bij toen hij een striemende reprimande kreeg van mr. J. M. Jolles, president van het gerechtshof (Foto Het Leven). Voor bange getuigen zette hij valse verklaringen op papier die zij uit het hoofd moesten leren. Onwillige ge tuigen nam hij gevangen en dreigde hij dat zij tot jarenlange gevange nisstraffen zouden worden veroor deeld als zij niet precies verklaar den wat hij dicteerde". „Op allerlei wijzen heeft hij een voudige lieden om de tuin geleid, murw gemaakt en in voor hen pijn lijke situaties gebracht. Zo liet hij ze naar zijn pijpen dansen. Kortom, het was zo'n geweldige kluwen van valsheid en ploertigheid, dat je het haast niet kunt geloven als er de stukken niet waren om de juistheid ervan te bevestigen." „Toch heb ik geen wrok overge houden tegen politie en justitie", zegt de heer Teunissen. „Ik heb geen enkele bedenking als zij htm werk eerlijk en correct doen. Is dat niet het geval, dan word je zelfs door je eigen advocaat niet geloofd als je zegt dat je onschuldig bent." „tiet enige dat wij na veertig jaar nog altijd dwarszit is, dat de plegers van meineed nimmer zijn vervolgd, hoewel ik uitvoerig gedo cumenteerde klachten tegen hen heb ingediend, Ook rit mij dwars, dat men mij zei dat rechercheur De Jong voorgoed was geschorst, ter wijl hij na het proces dat voor ons eerherstel bracht, gewoon in politie dienst bleef. Ook dat is een schand vlek die altijd op de Nederlandse politie zal blijven kleven." „Ik begrijp dat de processen waar ik om heb gevraagd tegen de mein- edigen en de rijksrechercheur, in feite tegen de justitie zelf zouden uitpakken. Na zoveel deining wilde men de zaak niet opnieuw aan het rollen brengen." „Maar het doet wel gek aan als je van de officier van justitie die zelf in deze zaak heeft gefaald, mr. A. J. Kronenberg („de grootste hals die ik ooit heb ontmoet") heel lako- niefc een kort afwijzend briefje krijgt: uw klacht is niet ontvanke lijk verklaard". '■mufti iiiitminniHiiHiHiinmiiiiHiiifiiniiiiiiiiiHinFnnntniiHiiiminiHiiniinntw DE WANDADEN VAN EEN RECHERCHEUR Jgij de revisie in 1929 van de moordzaak-Giessen-Nieuwkerk, waarvoor J. C. Klunder en J. J. Teunissen onschuldig waren veroordeeld, gaf mr. A. J. Kronenberg, substituut-officier van justitie te Dordrecht, toe dat met zijn toestemming vreemde dingen waren gebeurd. Ook kwam toen een „geheim dossier" op tafel, waarin alleen maar voor de beide verdachten ontlastende verklaringen en feiten waren verzameld. Dat „geheime dossier" was niet ter kennis van de verdedigers gekomen. Bij de berechting van de zaak waren alleen de valse beschuldigingen tegen de twee mannen geuit. Ook had rechercheur De Jong, die als een soort redder in de nood door de Dordtse justitie was binnengehaald, vrijwel alle verhoren afgenomen in het huis van bewaring. In feite is dat het werk van de rechter-commissaris. In Dordt waren de rollen echter omge draaid: de rechercheur deed het ge rechtelijk vooronderzoek en de rechter commissaris zat er bij. De verontschuldiging van mr. Kro nenberg, dat een zaak als de moord zaak Giessen-Nieuwkerk niet zo vaak voorkomt in het arrondissement Dor drecht, werd door de president van het Amsterdamse gerechtshof mr. J. M. Jolles beantwoord met de scherpe op merking: „Het is warempel de eerste keer dat ik zoiets hoor". De Dordtse substituut-officier van Justitie en de rechtercommissaris werden tijdens het revisie-proces in het openbaar te Am sterdam te kijk gezet. „Wie weet heeft rechercheur De Jong in uw beider bijzijn wel pressie uitgeoefend en strikvragen gesteld", opperde mr. Jolles. „Nou en of", bevestigt thans de heer Teunissen. Als hij een boekje opendoet over de methoden van rijksrechercheur De Jong, vertelt hij: „De Jong was van het begin af bij het onderzoek betrokken. Het is een misvatting, dat hij pas na twee jaar bij het vastgelopen onderzoek werd geroe pen. Hij heeft twee jaar nodig gehad om zijn netten te spannen en zijn intri ges tegen ons op te zetten". In het begin van het onderzoek was er alleen maar de ijzeren hamer waar het slachtoffer mee zou zijn doodge slagen. „Dat stuk van overtuiging koes terde De Jong alsof het van goud was. Hij liep er altijd mee rond als hij over al een praatje ging maken". „Hij sprak dan over alles behalve over de hamer, die hij soms achteloos op tafel legde. Later ging hij dan naar die mensen terug om ze werkelijk te verhoren. Hij liet in dat gesprek dan heel nadrukkelijk het moordwapen zien en vroeg: hebt u deze hamer wel eens eerder gezien?" De meeste mensen herinnerden zich dan vaag dat dit werkelijk het geval was, maar ze konden niet zeggen waar en bij wie. Op de vraag van de recher cheur of het mogelijk was dat ze die hamer wel eens in handen van een der verdachten, de hr. Kroon of van Teunis sen konden hebben gezien, was het ant woord meestal: ja, dat is wel mogelijk, maar zeker weet ik het niet". „In het proces-verbaal zette De Jong dat al deze getuigen het moordwapen direct hadden herkend. Ook dat zij posi tief wisten, dat ze de hamer in ieder geval bij Kroon en waarschijnlijk ook in handen van Teunissen hadden ge zien". „De Jong was een meester in het suggereren", aldus de heer Teunis sen. „Dat hebben ook man en vrouw Kroon ondervonden". „Klunder en Ik waren de avond van de moord bij Kroon waar een metse laar van mij, een zekere Vermeer, in de kost was. Ik had vijfhonderd gulden op zak (toentertijd een heel kapitaal) om de lonen uit te betalen. Dat deed ik bij Kroon in Sliedrecht". „De moord werd in Giessen-Nieuw kerk gepleegd, ongeveer een uur fiet sen van Sliedrecht. Hoewel Kroon en zijn vrouw heel goed wisten dat de ha mer nooit van hen was geweest, kreeg De Jong de vrouw zover dat zij het op een briefje zette". „Zij deed dat echter nadat De Jong haar en haar man op verdenking van medeplichtigheid aan de moord in het huis van bewaring te Dordrecht had op gesloten. Daar stelde hij dag en nacht suggestieve vragen waar tussendoor hij poeslief zei: Jammer, als u nu even zegt dat die hamer van uw man is dan kunnen u en uw man direct weer naar huis". „Voor die laatste verleiding is de vrouw bezweken en zij smeekte haar man het ook te zeggen. Op die leugen uit eigenbelang steunde naderhand de veroordeling voor een groot deel". „Tegenover anderen suggereerde hij dat wij moordenaars waren. Eenvoudi ge lieden in het dorp vroeg hij: hebt u Teunissen en Klunder wel eens gezien? Ja, dat hadden die mensen, zeker na dat het tweetal was gearresteerd en ie dereen over hen sprak". „Kent u ze, vroeg De Jong dan. Ja, men kende ze wel. Weet u dat het moor denaars zijn? Zij hebben de haltechef van Giessen-Nieuwkerk vermoord. Nou, dat had ik toch nooit van ze kunnen denken, werd er dan gezegd". „In het proces-verbaal stond dan later: Getuige had goede gronden om te vermoeden dat Teunissen en Klunder de moord hebben gepleegd, ofschoon hij (zij) nooit had vermoed dat zij tot moord in staat waren. Rijksrechercheur De Jong ging ver der met zijn trucage. Hij zette een advertentie in de plaatselijke krant waarin metselaars en timmerlieden werden gevraagd voor Cuba. Tege lijkertijd spoorde hij een van mijn werknemers aan op die advertentie te schrijven. Ook haalde hij die man over om Klunder (die na de eerste arrestatie weer op vrije voeten was) op die advertentie te laten schrijven". „Klunder, die geen vermoeden van deze val had, schreef en zijn briefkaart kwam uiteraard bij De Jong. Die ging er mee naar de officier van justitie in Dordt en zei: „Ziet u nu, hier hebt u het bewijs dat ze proberen naar het buitenland te vluchten. Zal ik ze maar weer arresteren?" De officier gaf daar op zijn toestemming en wij werden al lebei weer opgepakt". Bij die gelegenheid las rechercheur De Jong een verklaring voor die Klun- „In de gevangenis van Leeuwarden ben ik gaan tekenen"zegt de heer Teu nissen, die bijna vijf jaar onschuldig heeft gezeten. Dagelijks brengt hij uren door aan zijn tekentafel. „Ook leerde ik daar het schoenmakersvak. Ik heb er wel 400 paar nieuwe schoenen gemaakt voor de politie. Tijdens de oorlog heb ben wij er veel gemak van gehad dat ik ook schoenmaker ben." der zou hebben afgelegd. Daarin zei Klunder dat Teunissen de moord had gepleegd. Klunder bleef dat echter ont kennen en later bleek deze verklaring een falsificatie van rechercheur De Jong, doch het gif werkte: Teunissen verhuisde weer naar het huis van be waring. Aan dit alles was veel vooraf ge gaan. Rijksrechercheur De Jong had Het grote moment is eindelijk aangebrokenop 14 september 1929 kwamen de twee onschuldig wegens moord veroordeelde mannen vrij. Zij hadden toen vier jaar en zeven maanden onschuldig gezeten. Van links naar rechts: de heer J. J. Teunissen; zijn zwager aannemer Stuy, die bijzonder veel voor het eerherstel had gedaan; een gevangenbewaarder en de heer J. C. Klun der, de tweede man die onschuldig tot 15 jaar gevangenisstraf was veroor deeld. (Foto Het Leven). door veel praten en smoezen In Slie drecht uitgevonden dat mevrouw Kroon abortus had gepleegd. Met dat feit zet te hij man en vrouw Kroon stevig on der druk. Tenslotte ging hij zover dat hij voor hen de verklaring op papier zette: een heel schoolschrift vol. Die verklaring moesten zij uit het hoofd leren. Met die valse verklaring overbrugde rechercheur De Jong de tijd die nodig was om van Sliedrecht naar Giessen- Nieuwkerk te fietsen, de moord te ple gen en weer terug naar Sliedrecht te fietsen. Na lang gepraat had hij er bij de fa milie Kroon uitgekregen dat Teunissen en Klunder die avond even de deur wa ren uitgeweest. Dat was hooguit een half uur geweest, maar dat moest veel langer worden anders konden zij de moord niet hebben gepleegd. Murw door het slopende verblijf in het huis van bewaring ondertekende vrouw Kroon de verklaring die De Jong had opgesteld. Haar kostganger, met selaar Vermeer, die in dienst van Teu nissen was, deed dat eveneens, nadat hij geheel tegen de regels 72 dagen in voorarrest had gezeten. Pas jaren daarna, toen de heren Teu nissen en Klunder bijna vijf jaar on schuldig hadden gezeten, kwam uit dat dit allemaal was opgezet door de recher cheur. „Wij waren even weggeweest", zegt de heer Teunissen. „Toen het laat werd en ik niet meer naar Dordt kon omdat de laatste pont al weg was, werd voor gesteld dat ik bij de familie Kroon zou blijven logeren". „Klunder beduidde mij toen, dat hij mij even wilde spreken. Buiten zei hij: Leg dat geld veilig weg; je kunt nooit weten". „Hoewel die mensen zeker doodeer lijk waren, liet ik me door Klunder be praten en samen brachten wij het geld naar zijn kosthuis, een eindje verderop. Wij waren misschien een kwartiertje weggeweest". „Daar heeft rechercheur De Jong ge bruik van gemaakt. Nooit heeft een van de rechters aan Vermeer gevraagd hoe lang de „geruime tijd" was waar hij van sprak. Niemand kwam op het idee om eens na te gaan hoeveel tijd er voor nodig was om heen en terug te gaan". „Het gekke was ook, dat wij die man eerst zouden hebben doodgeslagen, daarna de sleutels uit z'n broekzak zou den hebben gehaald, waarmee wij het hokje zouden hebben geopend, waar het geld lag, om dan de vijf gulden te ste len, de sleutels weer in de broekzak van het lijk te stoppen, en weer terug te fietsen naar Sliedrecht". „Het was te gek om over te praten. Dat vond de president van de Dordtse rechtbank ook. Hij bekocht mij enkele dagen voor het proces in mijn cel. Hij zei: Teunissen als je onschuldig bent hoef je je nergens ongerust over te ma ken. Wij zoeken het haarfijn uit. Het beste is, dat je zelf helemaal niets zegt. Hoe meer je zegt, hoe slechter je zaak er voor komt te staan". „Ik geloofde die man en ik heb tij dens het proces niets gezegd. Dat werd later als een soort bekentenis uitgelegd. Het merkwaardigste was, dat die pre sident bij de uitspraak verhinderd was. Het vonnis werd door een ander voor gelezen". „Intimidatie was daags voor het pro ces ook nog toegepast op mevrouw Kroon. Die holde naar mr. Kronen berg en zei de officier dat zij haar valse verklaring introk. Zij wilde er niet aan meewerken twee onschuldi ge mannen de gevangenis in te wer ken". „De officier suste haar en zei dat ze er nog eens een nachtje over moest slapen. De volgende ochtend, kort voor het proces begon, kwam ze weer bij de officier. Toen zat rechercheur De Jong naast hem en keek haar streng aan". „Later bekende de vrouw dat haar op dat moment de moed ontzonk. Zij volg de de laatste raadgeving van de re chercheur op en legde haar verklaring af zoals hij haar die had gedicteerd. De eed, zo zei De Jong, daar moest zij zich maar niets van aantrekken, dat was toch maar een formaliteit". Pas 4V2 jaar later bekende zij dit alles aan de journalist Kick Geudeker. Er was toen al een hele actie aan de gang. In de gevangenis van Leeuwarden ge loofde al niemand meer dat de twee veroordeelden schuldig waren. Ook de reclasseringsambtenaar Kramer ijver de voor rechtsherstel. Het was echter vooral de zwager van Teunissen, aan nemer Stuy, die samen met mr. Roobol het vuur uit zijn sloffen liep. De jour nalist Geudeker bezocht in dat stadium de familie Kroon, die inmiddels naar Rotterdam was verhuisd en aan hem bekende zij het bedrog. De heer Teunissen lacht als hij te rugdenkt aan de dag waarop hij en Klunder in triomf naar Amsterdam wer den gebracht. „Het publiek juichte ons toe. Rechercheur De Jong, die daar voor het hof pijnlijk dagen heeft door gebracht als getuige, werd liggend op de vloer van een auto aangevoerd. Het publiek was wild op hem. Hij zou zijn gelyncht als ze hem hadden gezien". Over zijn tijd in de huizen van bewa ring en de gevangenis zegt hij: „Ik ben door een hel gegaan. In Dordt heb lk leren vloeken; in het huis van bewa ring in Den Haag leerde ik tekenen. Kijk, die daar aan de muur heb ik al lemaal in de gevangenis gemaakt", „De directeur van het Dordtse huis van bewaring had mij in een brief een beestmens genoemd. Daar had De Jong weer aardig mee kunnen werken. Voor het hof in Amsterdam zei die gevangenisdirecteur, dat hij meende dat die brief voor de reclas sering was geweest". „Makkelijk was ik niet. Je voelt je zwaar vernederd. Het lijkt wel of je in een kelder zit opgesloten. Ik werd af en toe razend bij de gedachte dat ik onschuldig was. Dan stampte ik mijn ledikant in elkaar. Dat reageer de een beetje af". „Het koste mij telkens vijf gulden, maar die had ik er wel voor over. Ik vertikte het om te werken. „Een van de cipiers heeft mij eens gevraagd of ik een portret van hem wilde maken. Hij had het portret ge zien dat ik van mijn vrouw had gete kend". „Omdat hij feitelijk niet zo vertrou welijk met een gevangene mocht om gaan, heb ik hem onherkenbaar ge maakt met een grote snor. Die kon hij er thuis weer afgommen. De rest van de tekening was gefixeerd, de snor niet" „Dat was het enige aardige voorval uit die vier jaar en zeven maanden ge vangenis. De rest was een verschrikke lijke tijd. Het eten was zo slecht dat mijn hond er dood aan zou gaan. Later, toen niemand meer in onze schuld ge loofde, schreef de gevangenisdokter ons extra voeding voor. Dat was een stuk beter". „Het is ongelooflijk als je aan dat alles weer terugdenkt. Het was een komplot tegen ons en er gebeurden steeds de vreemdste dingen". „Tijdens 't hoger beroep in Den Haag las de procureur-generaal een stuk voor waarin allerlei zware beschuldigingen tegen mij werden uitgebracht. Ik zat met verbazing te luisteren en zei tegen mijn advocaat: Dat kan toch niet op mij slaan?" „De advocaat vroeg er de P.G. naar. Die keek het stuk nog eens goed aan en zei toen: excuseert u mij wel, dit stuk hoort in een andere strafzaak thuis. Ik begrijp niet hoe het hier tussen deze stukken terecht is gekomen". J^e enige die ontbrak, toen PTT-di- recteur Geoffrey Bradbury in het Engelse Leeds een cementen pad naar zijn huis aanlegde, was een kleine man met platvoeten, een bolhoed en een rie ten wandelstok. Want het was een zui vere Charlie-Chaplinfilm vanaf het mo ment dat het jonge hondje Chip over het verse, juist gladgestreken cement holde. Bradbury zuchte en streek het ce ment opnieuw glad. Chip kwam echter terug. De man van de post gooide zijn troffel naar de terrier. Hij miste. Hij gooide een steen naar het dier...en trof de 23-jarige mevrouw Barbara Rowly, de bazin van Chip. Zij belde de politie op. Geoff begon zijn cement opnieuw glad te strijken. Zijn vrouw Freda hielp hem. Mevrouw Rowley kwam terug en be gon ipet mevrouw Bradbury te vechten. Beiden vielen op het cementen pad. Daarop verscheen Bradbury's schoon moeder, de 82 jaar oude mevrouw Sarah Steven. Zij stapte plompverloren op het cementen pad, viel en kwam naast de beide andere vrouwen terecht. Daarop kwam aan het gevecht een ein de. Bradbury begon het cement opnieuw glad te strijken. Peter, de echtgenoot van mevrouw Rowley, verscheen vervolgens ten tone le. Hij tekkelde Bradbury en de ande ren begonnen weer mee te vechten. Het hele gezelschap kwam opnieuw op het cementen pad terecht. Het einde? Nee, nog niet. Alle vecht jassen verschenen maandag voor de rechter. Mevrouw Bradbury en haar moeder werden vrijgesproken. De ande ren kregen de raad zich een jaar lang goed te gedragen. En Chip? Advocaat Barrington Black zei: „Hij ls vermoe delijk met een glimlach om zijn bek weggehold". Acht Nederlanders en één Ameri- kaan trekken op dit moment dwars door Nederland, om indrukken op te doen voor drie films, die honderddui zenden Amerikaanse scholieren de komende tien jaar wijzer over ons land moeten maken. Die ene Amerikaan is Irving Rusunov, filmregisseur: en de groep staat on der leiding van Wim Lindner uit Am sterdam, van wie iedereen die hem ziet, zegt: „Is dat die Amerikaan?" Lindner is produktieleider van de drie films, die gemaakt worden met geld van ons ministerie van Buitenlandse Zaken en van de Encyclopaedia Brit- tannica, die tegenwoordig in Ameri kaanse handen is. „Een belangrijk brok reclame voor Ne derland, vooral omdat die films zo lang op zoveel scholen in Amerika gaan draaien", zegt Lindner. „Die scholier van nu is straks volwassen en (eventueel) een potentiële vakan tieganger met als doel Europa". Eén film gaat helemaal over Rotter dam, het beloodsen van schepen, Eu ropoort, Botlek en de doorvoer van goederen naar het achterland. Voor de lagere scholen in Amerika wordt speciaal de film „Boy of Holland" gemaakt en de derde documentaire handelt over Nederland in het alge meen. „Erg leuk werk", zegt Wim Lindner, „vooral omdat je in eigen land op plaatsen verzeilt, waar je anders nooit geweest was".

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1969 | | pagina 9