PJ.G.U.-landdag
op 23 augustus
Candia '66 start
tegen Zeist
Alleen Rebergen
naar Nunspeet
Veel geld en „schnaps hielpen
gearresteerden uit gevangenis
In Scherpenzeel
Nieuwe
directeur
vleeskeurings
dienst start
maandag
Onderduikers vonden
schuilplaats in moeras
Belt u dan even a.u.b.
Programma
Y.V.Y. Rlienen
T elef oonstoring
op Grebbeberg
Viswedstrijd van
„De Voorn"
SVF op bezoek bij
Veenendaal
VIJFENTWINTIG JAAR GELEDEN
DOOR
RIK
VALKENBURG
1
M r'u,
ïl I
4
Gemekker
Maannacht
Krant
Overkant
m
%T\
Roeien
Onderduikers
Dagboek
Thuis
Woede
10550
11079
MARKTEN
4
DONDERDAG 14 AUGUSTUS 1969
SCHERPENZEEL De Plattelands Jongeren Gemeenschap Utrecht (P.J.G.U.)
heeft de Gelderse gemeente Scherpenzeel uitgezocht om er 23 aug. de jaarlijkse
landdag te houden. Scherpenzeel's burgemeester heeft zich bereid verklaard de
dag, die in het teken van wedstrijden zal staan, officieel te openen. De keus is
op Scherpenzeel gevallen vanwege de vergader- en sport-accommodatie die de
Utrechtse Plattelandsjongeren respectievelijk hebben gevonden in de eierhal en
de gemeentelijke sportterreinen.
De landdag staat onder het motto
„Hoogtij in de Vallei" en biedt een ge
varieerd programma voor meisjes en
jongens. De meisjes gaan in de mor
genuren een glasmözaïek samenstellen,
hartige hapjes bereiden, bloemschik
ken, gewicht schatten, houtskoolteke
nen, spreekwoorden uitbeelden en wer
ken met crêpe-papier.
Hoogtepunt is de miss-Landdag ver
kiezing, waarvoor een onafhankelijke
jury wordt samengesteld.
Op het margenprogramima voor de
jongens staat onder andere een vee-
en melkbeoordéling, behendigheids wed
strijden met tractoren, bedrijfstechni-
sche wedstrijden, gebruikswaarde
schaffen en een dia-quiz.
Het middagprogramma staat zowel
voor de jongens als voor de meisjes
geheel in het teken van de sport. Ze
kunnen eikaars krachten meten in 100
meter hardlopen (dames en heren),
vier maal 100 meter estafette (dames
en heren), 1500 meter (heren) 800 me
ter (dames), hoogspringen, versprin
gen, hinkstapsprong, kogelstoten en
VEENENDAAL De heer J. P. de
Boer start maandag zijn functie als di
recteur van de Vleeskeuringsdienst
Veenendaal, als opvolger van de heer
C. Favejee, die vorige week wegens
het bereiken van de pensioengerechtig
de leeftijd afscheid nam.
De heer De Boer, woonachtig in IJs-
selstein is thans adjunct-directeur van
de vleesikeuringskring Oudewater. Tot
zijn nieuwe werkterrein behoren behal
ve Veenendaal ook de gemeenten Rhe-
nen, Leersum, Amerongen, Lienden en
Kesteren.
voor Veenendaal
's Zaterd. v. 16.30-17.30 u.
Tot
17.30 uur
Van 17.30-
19.30 uur
Voor" Rhenen 3328
Nwe Veenendaalseweg 159
SCHERPENZEEL 13 augustus Ei
ermarkt Aangevoerd ca. 750.000. Prij
zen kippeëiren van f 13 tot f 14,50; hen-
neëieren van f 9 tot f 12,50 per honderd
stuks. Handel vlug.
SCHERPENZEEL 13 augustus Big-
gemmarkt. Aangevoerd 62 stuks. Prij
zen van f 90 tot f 105 per stuk. Handel
vlug.
touwtrekken. Het sportieve gedeelte
wordt besloten met een volkscross
waarvoor burgemeester J. Heij het
startschot zal geven.
Het avondprogramma vindt plaats in
de gemeentelijke eierhal waarbij zul
len optreden Frans (Fabeltjeskrant)
van Dusschoten (conferencier) en Jean-
nette van Zutphen (zangeres). Zij zal
worden begeleid door Harry Hamilton.
Een bal met medewerking van „The
Satricks" besluit deze landdag.
RHENEN Woensdag 20 augustus
organiseert de VW-Rhenen onder au
spiciën van de Nederlandse Vereniging
tot Bescherming van Vogels vanuit
Rhenen een vogelexcursie naar Zuide-
lijk-FIevoland. Het ligt in de bedoeling
deze excursie met particulier autover
voer te laten plaats hebben.
Op zaterdag 23 augu;::..j 1969 organi
seert de WV-Rhenen een excursie naar
Lienden en Ommeren. Op het program
ma staat ondermeer bezichtiging van
molen „De Zwaan" uit 1644, de prach
tig gerestaureerde romaans-gotische
kerk van Ommeren en wandelen in het
vermaarde Engse bos van baron van
Brake!!.
Verzamelpunt is het kerkplein Lien
den om 13.30 uur.
RHENEN De hotels op de Greb
beberg hebben gedurende een etmaal
zonder telefoon gezeten. Waarschijnlijk
tengevolge van het rooien van een se
rie bomen langs de zogenaamde „fuik"
tussen de ..Koningstafel" en het brede
deel van de rijksweg over de berg, is
een kabel geraakt. De bomen waren
al lang ten dode opgeschreven tengevol
ge van het aardgas. Anderzijds waren
het al zeer oude en vergane exempla
ren. Toch betekent het een lelijke ga
ping in de prachtige laan.
RHENEN De Rhenense henge
laarsvereniging „De Voorn" houdt za
terdag 16 augustus weer een hengel-
wedstrijd. 't Vertrekpunt voor de deel
nemers ligt bij het clubhuis, café H. P.
v. Noort en wel 's middags om twee
uur. Het inleggeld bedraagt f 1.50. Lief
hebbers kunnen zich opgeven voor deel
neming bij het bestuur tot uiterlijk 15
augustus. Ook jeugdleden kunnen tegen
betaling aan deze wedstrijd deelnemen.
Er zijn weeer prachtige prijzen aan
deze wedstrijd verbonden.
VEENENDAAL De KNVB heeft
gisteren de wedstrjjdprogramma's voor
de zondagamateurs van de districten
West 1 en 2 bekendgemaakt.
In de derde klasse D van district West 1
start het Rhenense Candia '66 op 14 sep
tember met een uitwedstrijd tegen Zeist,
terwijl Veenendaal in de vierde klasse
H van dat district op die datum SVF uit
Cothen op bezoek krijgt.
De ploegen moeten in de eerste com
petitiehelft het volgende programma af
werken:
14 september: ZeistCandia '66; Vee
nendaalSVF.
21 september: Candia '66DEV; JSV
Veenendaal.
28 september: De Zebra'sCandia '66;
VeenendaalFortitudo.
5 oktober: Candia '66Ultrajectum;
SaestumVeenendaal.
12 oktober: HollandCandia '66; Vee
nendaalZwaluwen Vooruit.
26 oktober: Candia '66Aalsmeer;
VreeswijkVeenendaal.
2 november: Candia '66Hercules;
VeenendaalMSV '19.
9 november: CDNCandia '66; Mi
nervaVeenendaal.
16 november: Candia '66Amsvorde;
VeenendaalDe Meern.
23 november: Stichtse BoysCandia
'66; UtrechtVeenendaal.
30 november: Candia '66Vrienden
schaar; VeenendaalEMS.
7 december: return van 14 september.
VEENENDAAL De enige Vee-
nendaalse voetballer die gisteren naar
Nunspeet is geweest om daar met de
oostelijke zaterdagselectie een wed
strijd te spelen tegen de zondagama
teurs van het oosten, is Leo Rebergen
van de Veenendaalse Racing Club.
Hij was samen uitgenodigd met Schin
kel, Diepeveen en Demoet van DOVO
en op het nippertje Piet van de
Bovenkamp van GVVV.
Schinkel en Demoet stuurden bericht
van verhindering omdat zij gisteravond
met DOVO tegen DWS-B wensten te
spelen, terwijl Demoet kampt met een
blessure. Piet van de Bovenkamp
kon niet naar Nunspeet in verband met
zijn werktijden.
Jan van de Bovenkamp van GVVV
is volgende weeek uitgenodigd om in
het vertegenwoordigende elftal district
West 1 uit te komen.
Nachtelijke razzia
onschuldigen stuipen op het lijf
De unieke serie dagboeken van de Yeenendaler, de heer P. Sprey, waren
op een keer bijna aanleiding tot een catastrofe, toen landwachten, c.s.
met weinig moeite er een gedeelte van in het bezit hadden kunnen nemen,
met hun compromitterende inhoud. Het boeiende verhaal waarin deze ge
schiedenis vermeld staat start op cle 16e augustus 1944, nu dus juist
25 jaar geleden
P#i< I "n
De zo mooi begonnen dag van gis
teren is in regen, storm en onweer
geëindigd. Wout had totaal geen puf
om naar onze geitenkeet te gaan;
hij wilde met dit noodweer weer
eens een keer in zijn eigen bed sla
pen. Zijn vader was het finaal met
hem eens, maar moeder Van D. wil
de er niet van horen. Je wist, vol
gens haar, nooit waar je aan toe
was bij die moffen.
Misschien heb ik een hazenhart,
maar ook ik voel me heel wat vei
liger in de keet, tussen de moeras
sen met als directe buren de waak
zame geiten, dan in het langs de
weg staande huisje van de Van D's.
Daarom blijf ik, ook als Jaap en
Wim voor Wouts plan kiezen, de
nacht in eigen bed door te brengen,
vastbesloten dan maar alleen de keet
te bewonen, komende nacht.
Maar tegen half twaalf kreeg ik
toch de zwaar tegensputterende
Wout mee. En in ons kielzog laveer
den Jaap en Wim. Toen we onze
slaapplaatsen opgezocht hadden,
hieldplotseling de zware regenval
op en ook het onweer trok weg.
Om kwart voor vijf schrokken we
wakker door de nadering van de
melkschuit van Z. Zo gauw de gei
ten in de verte het paard, dat voor
de melkschuit gespannen is, ho.-er;
komen, begint het gemekker dat
aanhoudt tot het geklots van het
water tegen de schuit niet meer te
horen is...
Ook wij horen het geluid wegster
ven in de verte en dommelen weer
in, vertrouwend op het Wekkertje
van Wout dat om half zes moet af
lopen. Maar als het ratelding zijn
plicht doet grijpen drie paar handen
naar het irriterende ding om het ge
luid de kop in te drukken. Onnodig
geluid is verboden in de wijde polder
waar achter elke struik wel een
Duitser kan loeren.
Opeens bonkt er een steen tegen
keet, en nog één, en nog één. We
schrikken ons een hoedje of beter
gezegd, we zijn doodsbang. Dan is
er de stem. De stem van de over
kant van de brede sloot. Die stem
roept: „Goed volk; wees maar niet
bang. Ik ben het Gijs in 't Veld"-.
Die stem herkennen we als die van
Wouts buurman. En daarom durf ik
de deur open te maken om te zien
waar Gijs zich ophoudt. En dan dui
ken nog drie koppen naast me op
en we zien de stenengooier recht te
genover ons aan de waterkant staan.
Hij stottert, wat hij normaal nooit
doet als hij ons toeroept: „Jullie mo
gen de hemel wel op je blote knie-
en danken dat jullie vannacht niet
thuis geslapen hebben. Er is een
grote razzia geweest in het dorp en
er zijn een aantal jongens gepakt.
Ook bij jullie thuis, Wout, hebben ze
het hele huis doorzocht!!"...
Dan vertelt hij wat er zich deze
nacht, die met stromende regen, ra
telende donder en flitsende bliksem
begon, en later overging in een rus
tige maannacht heeft afgespeeld.
Een grote autobus, bemand met
Hollandse marechaussees, landwach
ters en groene Politie, twintig man
in totaal stopte om half twee voor
de boerderij van O. De verraders
en de Duitsers omsingelden de boer
derij, bonkten met hun geweerkolven
op de voordeur en snauwden de ont
hutste O. toe: „Grüne Polizei!...
Waar zitten die schoften?". Huiszoe
king! „Snel, wijs ons waar ze zitten".
Teus was gelukkig niet thuis. Hij
zal wel op de bonnen jacht of zoiets
geweest zijn. Hadden ze hem gepakt,
de jonge onverschrokken onder
grondse vechter, dan was him tri
omf nog groter geweest. Nu sleur
den ze Martien en een vriend uit A.
van hun bed, gooiden de verbijster
de jongens hun kleren toe. Een
ogenblik later reed de bus met de
twee gevangenen het dorp verder
in. Een paar Grünen liepen achter
de bus aan om eventuele waarschu
wingspogingen te verijdelen.
Toen stopte de bus bij de boerde
rij van Adam V. Wat ze hier wilden
zoeken, mocht Joost weten, want V.
en zijn vrouw, die men hier gemaks
halve maar Eva noemt, zijn al oude
re mensen, hebben geen kinderen,
geen knecht en ook geen onderdui
kers gehuisvest.
„Ik had wel een vermoeden
waarom ze de hele boerderij door
zochten en zelfs in de hooiberg
met de bajonetten het losse hooi
doorstaken. Ik haalde namelijk 's
avonds vaak een RK dagblad, één
van de weinige die nog verschij
nen mochten bij hen op, voor het
bijwerken van mijn oorlogsdag
boek, en 's morgens tegen zessen
bracht ik de krant weer terug. Aan
de overkant van de weg, een hon-
ders meter voor de boerderij van
V. woonden NSB'ers. Mogelijk
hadden die verondersteld dat ik
op die boerderij de nacht door
bracht zodat zij het adres doorga
ven aan die bloedhonden"...
Ze gingen verder, ditmaal zonder
buit, en stopten voor het huis van
R. R. is koster van, wat men hier
in het dorp noemt, de Doleerende
Kerk. Hun zoon Gijs, ook ondergedo
ken, brengt de nachten ergens door
in de polder (waarover straks meer).
En bij deze koster was een zekere
P. van V. ondergedoken.
Piet schrok wakker uit zijn haze-
slaap toen hij de bus voor het huis
hoorde afremmen en stoppen. Hij
schoot zijn broek en jas aan en wil
de de grendel van de aan de ach
terzijde gelegen buitendeur weg
schuiven om naar buiten te vluch
ten. Maar vader en moeder
R. waren ook de bedstede
kitgestapt en paakten aan werszij-
den de opgewonden P. vast. Maar hij
wou en zou naar buiten en worstel
de om los te komen. Moeder R. zei:
„Ze zijn rondom het huis en in de
tuin. Als je naar buiten gaat schie
ten ze je neer"...
Voetstappen naderden de buiten
deur. Een marechaussee had de bel
knop al vast om te klingelen. Toen
zei een landwachter: „We moeten
hier niet zijn. Óp m'n briefje staat
een adres aan de overkant van de
weg"... Toen verwijderden de land
wachten zich en gingen het brugge
tje over naar de overkant.
Rooiakker sloop op zwarte sok-
kevoeten naar buiten. Achter was
Jodenvervolgin
gen, razia's voor
de arbeidsinzet,
verwekten ontzet
ting en schrik.
Maar ook wakker
den zij de haat
aan, waaruit het
verzet groeide.
dagen en de onafscheidelijke pruim
tabak, die hij van het schoteltje
griste, waarop hij het voor het sla
pen gaan had neergelegd, achter
zijn kiezen .opende hij de deur.
Zeven mannen drongen zich naar
binnen, duwden Piep opzij. Vijf man
nen stormden de trap op. Ze hadden
het lichtschijnsel buiten gezien en
vermoedden zeker dat eventuele on
derduikers in hun schuilplaatsen
waren weggedo]|en. Ze doorzochten
de slaapkamers, keken onder bed
den, klopten op de muren en be-
trommelden elke knerpende vloer
plank. Echter zonder resultaat. De
vogels waren niet op het nest. De
twee mannen die beneden gebleven
waren vroegen eerst vriendelijk
maar allengs nijdiger wordend, waar
«u
Toen kwamen de snuffelaars de
trap af en begonnen in de huiskamer
en keuken hun klop- en duwwerk.
Maar waar geen geheimen zijn kun
nen ze ook niet ontdekt worden. Het
vijftal ging naar buiten en stuitte op
een tiental konijnehokken en twee
geitenstallen. Toen begonnen de he
ren hun woede te koelen op het
houtwerk. Ze braken en versplin
terden het brosse hout, woelden met
hun bajonetten het stro om en prik
ten rechts en links alsof het hele
Nederlandse verzet aan hun bajo
netten gespietst moest worden. Maar
wat en wie ze zochten, vonden ze
niet.
Ze veegden de bajonetten aan een
paar oude lappen af en gingen het
huis weer binnen. „Inrukken", zei
den ze de sprong. Opeens begon het
schieten. Het huis bleek omsingeld
te zijn. In een grote boog hadden de
jagers het wild ingesloten. Toen be
gonnen de Jan Ilagels, de revolver-
schutters en de karabijnhelden te
paffen op de vallende mannen, als
of ze bang waren dat ze weg zou
den vliegen buiten bereik van hun
grijpgrage handen. De vrienden vie
len bloedend in handen van de meu
te. Teus was tweemaal in de rech
terschouder geraakt en Gijs handen
waren doorgeschoten.
het veilig. Opzij van het huis staat
een uitbundige seringenstruik. On
gezien gluurde hij de omtrek af
vanachter de struik. In de auto
bus zag hij een paar vurige pun
ten; rokende Duitsers. Hij kon
aan de overkant toch niets doen.
Wel zorgen dat de jongen, die aan
zijn zorgen was toevertrouwd, vei
lig ontkwam.
Hij sloop terug, opende behoed
zaam de toegekierde deur en fluis
terde de nu volledig geklede Piet
toe sluipend en kruipend naar ach
teren te gaan en pas dan voor de
dag te komen als het witte laken,
aan een vaarboom bevestigd, het
sein „alles veilig" aankondigde.
Bij de Van D's hadden ze ook
de autobus vlak voor het huis horen
stoppen. Marie, de jongste dochter,
had haar oudere zuster Annie wak
ker geschud. Marie had, dom ge
noeg, het olielampje niet uitgedraaid
voor ze het verduisteringsgordijntje
wegtrok voor het raamluik, waarin
een hartvormige opening in norma
le tijden het eeriste daglicht doorliet.
Van de weg af moest het licht te
zien zijn. Maar daar dacht ze op
dit moment helemaal niet aan.
Ze zag een groot aantal mannen
uit de bus stappen en op het huis
van Rooyakkers toelopen. Ze kon
net zien wat aan de achterzijde van
dat huis waar de toegang zich be
vond, gebeurde. Maar ze zag hen
terugkomen. Ze kwamen over hun
eigen bruggetje aanstappen en in
panische angst liet ze het grodijntje
los. Dan horde ze op de deur bon
zen met vuisten en geweerkolven. Er
was geschreeuw: Doe open, snel,
snel! Huiszoeking!
Vader en moeder Van D. waren
door Annie uit bed getrommeld.
Piep, zoals de kinderen hun vader
noemen, had geen tijd om een
broek aan te trekken en moeder
broek aan te trekken en moeder
had een oude jas over haar nacht
japon aangeschoten. In zijn lange
onderbroek, met een baard van zes
al die jongens waren.
Piep deed net of hij onnozel was,
kwijlde wat tabakssap en grijnsde
de twee mannen toe. Hij zei: De
jongens werken voor de Führer en
Vaderland in Duitsland. Dan werd
één van hen hels, duwde een zware
vuist onder Piep zijn neus en bul
derde: Jij liegt, de zwijnhonden zijn
de polders ingevlucht. Zeg op, waar
zijn ze. Maar Piep bleef kwijlen en
mompelen voor Führer en vaderland
in Duitsland.
Moeder Van D. kreeg haast een
hartaanval van schrik. Ze zag mijn
oorlogsdagboek met de spotplaatjes
uit de illegale perscommentaren op
het oorlogsnieuws uit Londen, plus
spotpraatjes op de volgzame leider
Anton Mussert, vazal van het Opper
wezen uit het Groot-Duitse Rijk
open en bloot op de tafel liggen (ik
had ze daar achter gelaten).
Piep was een hartstochtelijk scha
ker. Elke avond moest er geschaakt
worden. Telkens vroeg hij of dat
geschrijf in dat oorlogsboek nog
steeds niet afgelopen was. En zo
gauw ik mijn vulpen neerlegde, kwa
men het schaakbord en de stukken
op tafel en begon de krachtmeting.
Elke avond opnieuw. En juist gister
avond, na de schaakpartij en het ge
kibbel over het wel of niet gaan
naar de slaapkeet, had ik het boek
niet dichtgeklapt en verstopt in de
boekenkast, zoals anders.
één van hen. En zo gingen ze naar
buiten. Eén klopte op Piep z'n schou
der en zei: „ga maar gauw onder
de wol, oudje". Maar een dikke vent
met een vuurrood haar bulderde
moeder Van D. toe: We schieten ze
de polder wel uit, de lafaards".
De beschermers gingen weer het
bruggetje over naar de bus. De bus
ging verder, stopte hier en daar,
maar de jongens bleven voorlopig
bot vangen.
Maar toen opeens hadden de bloed
honden.... weer beet. Gijs en Teus
Barneveld, twee vrienden, waren on
dergedoken in een schaapskooi. Tus
sen -de moerasachtige akkers was
deze kooi haast niet te vinden; elke
nacht sliepen die twee daar. En
juist deze nacht waren ze niet de
polder ingetrokken.
De vrouw van Teus was op 16 au
gustus jarig. Ze hadden er een ge
zellige avond van gemaakt. Teus
had nog wat sterks onder de kurk.
De avond vloog om. Om elf uur
waarschuwde de vrouw van Teus:
kinderbedtijd jongens. Teus sputter
de wat tegen. Hij ging met dit bar
re weer de polder niet in. Wilde ook
wel weer eens in de echtelijke koets
slapen. Hij knipoogde tegen Gijs. Die
vond het allang goed.
Moeder van D. moest wat doen.
En alsof het haar werd ingegeven,
begon ze geweldig te mopperen op
haar dochters die alles maar lieten
slingeren. Ze nam kledingstukken
van de ene stoel en mikte die op een
andere. Dan schoof ze stoelen onder
de tafel, trok het tafelkleed rechtl
pakte het dagboek achteloos op en
propte dat in de boekenkast. Maar
ze bleef doorgaan met het beredde
ren en leidde de aandacht van de
mannen af.
Nog nooit was er 's nachts een
razzia in het dorp geweest, en met
dit weer zou het ook deze nacht niet
gebeuren. De vrouw van Teus kon
mopperen wat ze wilde, de vrienden
bleven in huis en zochten om half
twaalf hun slaapplaatsen op. Geheel
•ontkleden deed een onderduiker zich
niet. Bij het minste alarm moest je
weg kunnen sluipen. Juist toen Klaas
Vaak zich over de vrienden wilde
ontfermen, hoorden ze het geluid van
een remmende autobus. En dan laar-
zengestamp en geschreeuw op de
weg.
Gijs loerde uit het zolderraam,
deed dit zachtjes open en fluisterde
Teus toe: Naar beneden kunnen we
niet meer. We moeten uit het raam
springen. En achter elkaar waag-
De jagers drongen het huis binnen
maar vonden alleen een gillende
vrouw. Ze wilde de mannen verbin
den, maar dat werd geweigerd. De
bloedende mannen, versuft van het
plotselinge, werden de bus inge-
sleurd waar Martien O. en zijn neef
met ontzetting het gebeuren aanza
gen. Ze hadden er wel naar toe wil
len snellen maar ze kregen een
stomp in de rug, beduidende dat ze
muisstil moesten blijven zitten.
De lijst met de verraden adressen
werd punctueel afgewerkt. Het be
gon al te dagen in het oosten toen
de lijst scheen afgewerkt te zijn. De
chauffeur gaf meer gas en de ja
gers zakten makkelijk weg in de
zetels van de geroofde bus. Opeens
zagen ze een jongen als een razen
de Roeit je over de weg fietsen. Hij
was de bus een eind voor. Ze zagen
hem de fiets aan de linkerkant van
de weg gooien.
Half lopend, half glijdend bereikte
hij de waterkant, waar hij in een
roeiboot sprong als een razende be
gon te peddelen. De bus remde en
stopte voorbij het gerimpelde spoor
van de voor jakkerende roeiboot. De
jagers begonnen te schreeuwen in
het Duits en in het raszuivere of
hoog dialectisch Nederlands.
De roeier gaf geen sjoege en daar
om begonnen ze allemaal te schie
ten.
De Jan Hagels met de kromme
windbuksen hadden geen schijn van
kans. Voor de revolvers was de boot
al te ver weg, maar de karabijns
spraken het laatste woord. Opeens
viel de roeier als een geknakte riet
halm voorover. De boot schoot nog
even door, begon dan opzij af te
drijven. Het schieten hield op. De
jagers stonden besluiteloos voor het
brede watervlak. Een uitslover trok
zijn tuniek uit en dook het water in.
Toen hij de boot ingehaald had
wurmde hij zich aan boord, hees
het slachtoffer van zijn plaats en
legde hem voorin. Daarna roeide
hij terug naar de kameraden die
glunderend de buit afwachten. De
boot werd vastgepend aan de veen-
derige wallekant. Het slachtoffer
werd uit de boot gehesen en onder
zocht. Het was gauw bekeken. Ze
gingen de bus weer in. Een van
hen vroeg, wijzend op het slachtof
fer, Wat doen we met hem daar?
De commandant antwoordde: „La
ten liggen, dat kreng is toch kapot".
De bus meerderde weer vaart en
zonder onderbreking ging het dan
naar het einddoel: Het Wolvenplein
in Utrecht. De vier mannen waren
al ruim een dag opgesloten voor een
dokter Gijs en Teus verbinden
mocht. Ze waren uiterst verzwakt
door bloedverlies.
Een paar dagen later waren Mar
tien O. en zijn neef weer thuis. De
illegaliteit scheen er kapitalen tegen
aangegooid te hebben en vaten
schnapps in de toch al volle kelders
van de beschermers gerold te heb
ben om de vier gevangenen los te
krijgen. Martien en zijn neef moch
ten gaan, maar de twee anderen
gaven ze voor geen prijs uit han
den"
En zo waren Sprey en zijn mak
kers voor een groot gevaar bewaard
gebleven, door tóch naar de slaap
hut gegaan te zijn!