I
m
ZOEKLICHT op NFDERLAND
richtte een „straal" op
de Zuid-Veluwezoom
KWALITEIT!
SCHAKEN
door H. KRAMER
OPLOSSING
DAMMEN
door J. M. BOM
OPLOSSING
BRIDGE AAfr door H. W. FILARSKI
CRYPTOGRAM
Ook
mensen
,Uit de tijd"
De jacht (die straks weer begint)
en haar voor- en tegenstanders
De begrafenis van een ja
ger: het everzwijn in zijn
pij, het haas met de rouw
krans, de herten die de kist
dragen en de vos. Zij allen
zijn bedroefd.
In onze loggia hangt een
ijzeren gietstuk in haut-
relief, voorstellende de begra
fenisstoet van de jager en ge
maakt naar een oleogravure,
die men in oude jachtboeken
vindt en die voorts omlijst in
onderwetse buitencafés of het
achteraf-huis van de wild
schut aan de wand hangt. Er
zal wellicht in menig oog wei
nig moois aan wezen, maar
origineel en genoeglijk mag
deze voorstelling toch wel
worden genoemd. Ik ben blij
met de haast onverwoestbare
gestalte, die de DRU eraan gaf,
want zo'n stuk kun je gerust
buiten in weer en wind han
gen en wordt het wat roes
tig, dan doet een borstel met
schoensmeer wonderen. Ook
is het min of meer oorspron
kelijk, want mijnheer Viskil
liet er slechts enkele privé
gieten en ik geloof niet, dat
deze aardige ornamenten in
de handel zijn.
onder 't voorbijgaan mijn
oog er toevallig even op
mijn oog er toevallig even op
rust, moet ik er vaak aan den
ken, welk een eigenaardige
verhouding van toegenegen
heid en vernietiging er be
staat tussen de jager en zijn
wild. Onze plaat in gelagka
mers en boswachterijen moge
een waardeloze reproduktie
zijn geweest, gelijk mijn plê-
tre niet vergeleken mag wor
den met meesterschap in
brons het grond-idee was
echt en waar: ook de dieren
erkennen de jager als hun
vriend. Allemaal zijn ze op
deze lijkstoet bedroefd: het
everzwijn in zijn pij, het haas
met de rouwkrans, de herten,
die de kist dragen en zelfs de
arglistige vos met de zakdoek:
zij jubelen niet om de dood
van hun vervolger en dat zou
toch heel normaal zijn ge
weest. Steeds zijn de groot
ste jagers beschermers
der dierenwereld geweest en
als deze teruggedrongen werd,
ligt dit in de meeste geval
len aan de culturele ontwik
keling der volkeren. De ge
schiedenis van het jaagbare
gedierte is niet zelden een
tragedie van het dierenrijk.
Menige indrukwekkende vier
voeter is in het verleden eer
der ten offer gevallen aan uit
roeiing van de bossen, droog-
malen van moerassen en ont
ginning van veld en bos, dan
aan een onoordeelkundige be
oefening der jacht. De mens
weigerde de schepselen van
moeder Natuur een plaats aan
de rijk-gedekte dis, hij trok
het recht van de sterkste tot
zich en begon alles naar wet
en schade af te meten op-
zichzelf een onmogelijke
maatstaf voor het bestaan
in de levende natuur en een
richtsnoer, dat tot bedenkelij
ke gevolgtrekkingen leidt. We
zijn er evenwel reeds zozeer in
verstrikt, dat we nauwelijks
in andere normen kunnen den
ken en ons eerst van al afvra
gen, of ons enige schade wordt
toegebracht. Inderdaad valt
het niet mee, zich boven dit
enghartige standpunt te plaat
sen en wanneer iemand de
jonge borderplanten steevast
door de konijnen ziet afgevre-
ten, een andere buitenman
met lede ogen moet aanschou
wen, hoe de reeën met ve
gen en nederrijden zijn dure
fruithout maltraiteren en een
boer slag op slag verliezen on
der de hoenders constateert
wegens de vos, wel, dan kan
ik mij voorstellen, dat zij zeg
gen „die meneer Wigman
heeft goed praten, maar ik
probeer mij tegen zulke last
posten te verweren..."
Intussen raakt dit alles nog
slechtlï zeer zijdelings ons
onderwerp, dat een ethische
instelling van de jager tot na
tuur en wild als voorwaarde
tot ware weidelijkheid stelt.
Een volledig toegerust jagers
man. wildkundig en schiet -
vaardig, expert in bersen en
lokken, valt deze eretitel nog
niet toe, wanneer hij geen
achting, eerbied en ontzag
voor de schepping vermag op
te brengen, indien ridderliik-
heid tegenover haar- en ve
derwild, hulp en steun in het
veld bij moeilijke tijden, mo
rele verantwoordelijkheid en
tal van andere gunstige eigen
schappen, die hart en ge
moed sieren, hem een geslo
ten boek zijn. In onze tijd van
al te snel verworven aards be
zit, breidt zich het aantal ge
weerdragers zonder jachtken-
nis schrikbarend uit en zij
brengen de klad in deze no
bele ontspanning voor li-
In twradc ronde van b«t 'IBM*toernooi
opende d« jonge Roemeen Gtoeorohiu zijn
partij tegen de Hongaar Poëtisch met het alou
de koningsgambiet. Deze opening, die hon
derd jaar geleden heel veel voorkwam, is te
genwoordig praktisch uit de toernooipraktijk
verdwenen. Alleen de Amerikaan Booby Fi
scher heeft het gambiet af en toe bij verrassing
toegepast en niet zonder succes. Onlangs heeft
de jonge Zuidslaaf Planic het voorbeeld van de
Amerikaan gevolgd. Hij behaalde er een ver
rassende overwinning mee op zijn landgenoot
Matanovic.
De poging van Gheorghiu om Portisch er
mee te overrompelen, leed evenwel schip
breuk: de Hongaar bestreed het gambiet met
een tegengambiet en hij bracht zijn tegenstan
der daarmee al spoedig in onoverkomelijke
moeilijkheden.
Wit: GHEORGHIU. Zwart: PORTISCH
(Amsterdam 1969). Koningsgambiet.
1. e2-e4, e7-e5 2. f2—f4, e5xf4 3. Lfl-c4.
(De vroeger bijna uitsluitend toegepaste voort
zetting 3. PD heeft zijn bekoring verloren).
3Pg8-f6! (In de hierboven geciteerde
partij Planic - Matanovic, Ljubjana 1969 volg
de minder sterk: 3Pe7 4. Pc3, c6'5. DD,
Pg6 6. d4, Lb4 7. Pge2. 0-0 8. 0-0. Df6 9. e5,
De7 10. Lxf4 met voordeel voor wit.)
4. Ddl—e2 (Op 4. e5 volgt zeer sterk 4
dS! De tekstzet is een poging de opmars dS te
verhinderen. Na 4. Pc3, c6! 5. DD. d5 6. exd5,
Ld6 staat zwart namelijk comfortabel).
4d7—d5! 5. e4xd5 Lf8-e7 6. Pgl-D,
0—0 7. 0-0, c7—c6! (De meest radicale oplos
sing).
8. d5xe6, Pb8xc6 9. c2-c3, U7-d6 10.
d2—d4, Lc8-e4. (Zwart heeft de mobilisatie
van zijn strijdkrachten al nagenoeg voltooid.
Het vasthouden van de pion op f4 verzekert
zwart van actief spel via de open e-lijn - punt
e3! terwijl juist de kansen van wit - op
-lijn niet verwezenlijkt kunnen worden).
II. Pbl-d2, Tf8-e8 12. De2-f2, Lg4-h51
(Dreigt Pg4.)
13. h2-h3, h7—h6 14. Lc4-b5(?) (Een slag
in de lucht. Juist was direct 14. Ld3).
1.4Ld6-c7 15. Tfl-el, Dd8-d5 16.
Lb5-d3 (op 16. c4 volgt 16DD 17. d5,
Txel 18. Dxel, Pb4.).
16Lh5-g6 17. Ld3xg6, f7xg6 18.
b2-b3, gö—g5 19. Lcl-b2, g5-g4 20. n3xg4.
Pf6xg4 21. Df2—fl, Pg4-e3 22. Dfl-f2 (ook
22. Dd3, Pe5' is niet aanlokkelijk.)
22g7—g5 23. c3—c4, Dd5-D 24.
Pd2-fl, g5-g4 25. PO—e5 (Een uiterste po
ging om de vloedgolf te keren).
25Pe3xfl 26. Telxfl, Pc6xe5 27. d4xe5.
DD-h5 28. Df2xf4, Lc7-b6+ 29. Lb2-d4
(Volgens de zwartspeler bood alleen 29. c5,
Lxc5 30. Tf2 nog kans op tegenspel).
29. Te8-f8 30. Df4-e3. Lb6xd4 31.
•De3xd4, g4—g3 32. Tfl-f6, Ta8-d8 33
Dd4—f4
In deze stelling volgde: 33Dh5-h2
34. Kgl-fl, TfBxfb 35. e5xf6, Dh2-hl+ 36.
Kfl-e2, Dhlxg2+ en wit verloor door tijdso
verschrijding.
Opgave van de week: wat zijd de gevolgen
van 33Tf8xf6 34. e5xf6, Td8-dl
Wiioaiojh. c.>aiu, 1UO—UIT Dg4+ 30. K«2, Dg3 31. 8
De oplossing komt in de volgende rubriek. Th2, DO 33. Tg2, Dxg2 mat
GHEORGHIU
De stand was:
Wit (Wasjoekow): Kh2, Dh6, Tal en f2.
Lh7, pionnen a2, b2, c3, d5, h4;
Zwart (Damjanovic): Kc7, Dc4, Tg3 en g8,
pionnen a5, b7, d6, e5, f6, f7. Mat in 6 zetten ia
mogelijk door: 28Th3 29. Kxh3,
Dg4 30. Kh2, Dg3+ 31. Khl, Dh3+ 32.
zYLTIJD is er in een wedstrijd wei een "als" op
te zoeken, waardoor de uitslag heel anders zou
zijn geweest dan hij in werkelijkheid is geworden.
Er was toch zeer beslist een grote "als" in de
eerste landenwedstrijd Rusland - Nederland dit
jaar. En deze "als" kwam niet van een bordbezet
ting, waar de uitslag vooraf al gunstig voor de
Russen was getaxeerd, maar van ons derde bord:
es-wereldkampioen P. Roozenburg. Hoewel tevo
ren kon worden gerekend op een zeer agressieve
Tsjegolev - was deze immers niet gepasseerd
voor het Internationaal Brintatoernooi? - werd
kwaliteit van de Nederlander afdoende geacht
om zijn opponent van een positieve score af te
houden.
Welnu, ten slotte is dit ook gebeurd, maar nie
mand kan zeggen wat er gebeurd zou zijn, als
Roozenburg zijn eerste partij niet had verloren,
echter.... hij verloor wél en dat bracht de Russen
toch een vnj gelukkig gelijkspel in deze enerve
rende openingsronde. Hieronder het verloop van
deze partij.
WIT: W. Tsjegolev; ZWART: Dn. P. Roozen
burg.
1 32-28 19-23; 2. 28x19 14x23; 3. 37-32
10-14; 4. 41—37 13—19; Sluit bij voorbaat gun
stige "RS-systemen" voor wit uit.
I 5. 46-41 8-13; 6. 35-30 2-8;.7. 30-25 4-10;
!8. 40-35 18-22; Roozenburg houdt uit tactische
j overwegingen de strijd voorlopig overzichtelijk. 9.
'34-30 12-18; 10. 39-34 7-12; II. 34-29 23x34;
12. 30x39 1-7; 13. 45-40 19-23; 14. 32-28
23x32; 15. 38x27.
De tactische oorlog beweegt zich rondom de
nog onontwikkelde zwarte linker vleugel. Zwart
leidt nu een laVeerpartij in: 15. 20-24; 16.
43-38 17-21; 17.49-43 21x32; 18. 37x17 12x21;
19. 33-28 21-26; 20. 41-37 16-21; 21. 37-32
26x37; 22. 32x41 7—12; 23. 41-37 11-16; 24.
38—32 6-11; 25.43-38 11-17; 26. 36—31 21-26;
27. 31-27 17-21; 28. 50-45 12-17.
Het zwarte laveersysteem bevalt'wit blijkbaar
helemaal niet, vandaar dat hij de partij herleidt
tot een flanksysteem met het doel zwarts linker
vleugel "onder vuur" te nemen.
29. 28-23 18x29; 30. 27-22 17x28; 31. 32x34
13-18; 32. 34-29 24x33; 33. 38x29 De „switch" is
gelukt aan wit, maar hij heeft daarmee nog niets
positiefs bereikt. 33. 8-13; 34. 39-33 18-22;
35.35—30 13—18; 36.40—35 (zie diagram)
De stellingen moeten gelijk worden geacht.
Zwarts enige zorg is, hoe hij de materiaalconcen-
tratie rechts onder controle houdt! In dit opzicht
heeft wit het gemakkelijker: zijn linkervleugel ia
geheel ingericht op defensie tegen een flankaan-
val. Zwarts positie is echter actiever. Hierdoor ge
biologeerd, wordt plotseling de avonturier, die
men in Roozenburg al dood gewaand had, weer
springlevend en met één zet steekt hij de lont in
het kruit.
Helaas ontploft het aan de verkeerde kant: 36.
15-20? Het beste u (21-27) of ook (14-20)
25x14 (10x19) met volkomen gelijke kansen. Heel
fraai weerlegt Tsjegolev zwarts opzet: 37. 42-38
10-15; 38. 45-40 9-13; 39. 44-39 3-8; 40.
39-34 22-28; 41.33x22 18x27.
Schijnbaar is het witte aanvalsblok rechts door
zwarts opstelling machteloos, echter de Moscoviet
stoot krachtig tegen: 42. 29-23! 27-31; 43.
48-42 14-19.
Als opgave voor de lezers deze week ditmaal
een# een positionele opgava: Waarom was deze
voortzetting vrijwel gedwongen?
44.25x14 19x10; 45. 30—24! Zwarts opzet ismis-,
lukt: in de komende bewegingsoorlog staan nu
beide vleugels slecht en hoewel hij zich nog taai
verdedigt, maakt de Rus geen fout: 45. 8-12;
46. 35-30! 31-36; 47. 40-35 13—18; 48. 34-29
18—22; 49. 30-25 22—27; Deze tegenaanval sor
teert geen effect; 50. 25-201 12-17; 51. 38-32
27x38; 52. 42x33 21-27; 53. 37-321 27x38; 54.
33x42 26-31; 55. 23-19! 17-21; 56. 20-14; en
na enkele zetten staakte zwart de hopeloze «rijd.
De stand was:
WIT (Varkevisser): 25.27,28,32.33.37.38.39.
40.44 (10 at.)
ZWART (Gantwarg): 9, 13. 14, 16, 17. 18, 19,
23.24,26 (10 stukken).
Wit won gedecideerd door 40-35'! (l7-"2l)
35-30! Met dit klassieke offer wordt zwarts for
matie plotsklaps krachteloos: (24x35) 39-34!!
Zwart probeerde het nog met: (18-22) 27x29
(13-18) maar 44-391 (18—22) 27x18 (21x12)
32-27! (12-17) 33-281 (9-13) 39-33 ra iwan
gaf op.
1 wee bijna identieke situaties werden in de af
gelopen twee weken behandeld - en er zijn jaren
van ervaring voor nodig om het onderscheid tus
sen de ene en de andere te kunnen maken. De
laatste probleemstelling, waarvan u vorige week
uitsluitend de west en noord-spellen zag, waarbij
de vraag hoe of west moet tegenspelen, was geba
seerd op de volgende uitleg:
■■■■1 ABS
ten vier naar oom# ruitenhecr dan door oost mijn bod bood toch aeven harten en
ruiten twee na. Nu ia het onvermijdelijk dat NZ het. daar ik géén renonce in ruiten beiatl
vier slagen in ruiten verliezen; d.w.z. één down Het geval deed mij denken aan dit ipel»
gaan. op ge uw krachten eens moet beproeven!
Interessant is het te zien, wat er gebeurt als oost
onder ruitenaas niet ue negen bijspeelt. Zou west
toch ruiten naspelen, dan wint oost met ruiten-
heer en vervolgt met ruiten negen: zuid speelt
een kleine ruiten bij en de ruitens bij OW zijn
geblokkeerd zodat NZ daarna hun negen slagen
maken! Voor de liefhebbers van de z.g. 'omge
keerde' signalen' een nare situatie: de ruiten ne
gen zou 'betekenen' dat oost géén belangstelling
voor het ruiten-naspel heeft Maar in bridge be
staan situaties waarbij men niet moet 'signaleren',
doch moet 'spelen' en dit ia er dan één van!
Zuid gever, allen kwetsbaar, Zuid één Sansa-
tout - noord drie Sansatout - een normaal bied-
verloop.
West begint met harten tien, noord wint de slag
met hartenaas. Uiteraard begint de spelleider nu
de klavcraanval: vrouw uit noord - en west w:nt
met klaverheer. Wat nu - was de vraag? In de
vorige probleemstelling (zie 2 augustus) was wests
'enige' kans om een kleine ruiten te spelen, daar
west toen ruiten AB84 had. In déze probleemstel
ling echter, waarin west'moet spelen op de moge
lijkheid van de ruitenheer (met negen of boer) bij
oost, is de juiste voortzetting: ruitenaas, waaron
der oost de negen moet bijspelen, vervolgens rui-
Het interessante van bridge is, dat men vaak de
te volgen bied- of speelwijze moet instellen op de
kwaliteit der tegenstanders. Ik kan mij herinne
ren. dat ik eens 'vijf ruiten' bood in een situatie
waarin de tegenpartij zéér kennelijk een goede
ruitenklcur bezat en op weg was naar tenminste
klein- of grootslem in harten. Mijn partner had
klaver geboden, voor welke kleur ik mooie steun
bezat, zodat er voor ons akijd een veilige uitweg
was naar zes of zelfs zeven klaveren.
Ik hoopte, dat mijn vijf-ruitenbod de tegen
partij zou suggereren dat ik renonce in die kleur
had, zodat zij géén zeven harten zouden bieden,
denkende dat ik de uitkomst van mijn partner in
ruiten zou kunnen aftroeven. Mijn tegenstander
ontging echter ten enen male de 'subtiliteit' van
A V 3
O BI7I4J
O 7
9 A H 4
Zuid gever, allen kwetsbaar. Zuid één harten -
OW pasten - noord twee Sansatout (forcing) -
zuid drie harten - noord vijf harten - zuid zes
harten. Geen mooi wetenschappelijk biedverloop,
maar zulke dingen gebeuren in bridge en u zult er
mee moeten leren t« leven.
Tegen zes harten start west met hartenaas (1),
noord de negen, oost de vijf en zuid de drie. In
slag 2 speelt west harten twee na. Hoe verderf
U mag de vraag splitsen in twee delen:
a) Hoe speelt 'u dit contract tegen 'gewone'
bridgers en
b) Hoe speelt u het, als op de westplaats éen
groot expert zit??
HOR'ZONTAAL:
I. 1 oorbare bloem (8)
5. i roeien tegen het vuil (6)
9 Zij tracht het maximum in het weinige te
hereiken (8)
10. Populair op de fles (6)
11. Daar is veel vraag naar (8)
12. Het gemis in viezigheid (6)
14. Deze heren zijn licht ontvlambaar, maar
zij doen het slechts per procuratie (10)
18. 21 juni, 21 december (10)
22. Dit gaat er vele bevatten (6)
23. Niet de kortste wegen naar boven of naar
beneden (8)
24. Hier en daar (6)
125. Stenen letters (8)
26. Speurders uit het oosten (6)
27. Zij liep met soep (8)
VERTICAAL
1Deze aanduider is zo even verschenen (6)
2. Vreemd vrouwelijk familielid van vader
(6)
3. Wie hier woont mist de civilisatie (6)
4 Ook de beste verpleegster laat hem wel
eens vallen (10)
6. Wij, U en zij (8)
7. Mobiele modderdam (8)
8. Na de top (8)
13. Zij wijzen ons de goede weg (10)
15. Valse vouw (8)
16. Een provo geeft weinig licht (8)
17. Mag zich eigenlijk pas na zonsondergang
doen horen (8)
19 De Jantjes dragen er iets van op de rug (6)
20. Iets dat lang en slap neerhangt heeft iets
steriels (6)
21. Gezellige, aardige lieve (6)
OPLOSSING
HORIZONTAAL: 1. komiek, 6. klasse, II.
Islam, 13, praat, 14. non, 16. stalles, 17. aap,
19. in, 20. eten, 21. anti, 23. de, 24. neen, 26.
riant, 28. over, 30. grein, 32. Est, 33. stiot, 34.
angel, 36. haast, 37. voordat; 38. speer, 40. Ka-
rel. 43. Baarn, 44. nap, 46. nieuw, 48. Anne, 49.
Silas. 51. Elbe, 52. It., 53. none, 55. alom, 57.
b.d., 58. Lea, 60. roteren, 61. tea, 62. Andes, 64.
dczcr, 66. nimmer, 67. Pelita.
VERTICAAL: I. koning, 2. min. 3ta, 4.
Eist, 5. kater. 6. krent, 7. last, 8. Aa, 9. sta, 10u
expert, 12. manie, .13. plant, 15. onera, 18.
adept, 20. enig, 22. iota, 25. eenspan, 27.
astraal, 29. visueel, 31. neven, 33. Satan, 35.
lor, 36. hak, 38. santé, 39. eren, 41. riem, 42.
lubbe, 43. ballon, 44. niets, 45. paard, 47. W*
da na, 49. snoer, 50. sleep, 54. orde, 56. onza^
,59. aam, 61. tri, 63. nm., 65. el, ««al
chaam en geest. Soms haalde
ik op voordrachten of in een
napraatje zulk een punt naar
voren, doch vaak bleek het
een hachelijke zaak, waar
bij ik alle overreding moest
laten gelden, want tal van
menspjv vereca»"1 fint
jachtSedrlJTmet doden en
beoefenaars ervan met ruwe,
harteloze creaturen, die Gods
mooie schepping in rauwe
plompheid schenden met
hun schietgeweer en onbe
schaafd, lomp optreden, luid
ruchtigheid en ongemanierde
handelingen.
Dovendien spreken ze een
u taaltje, dat geen ontwikkeld -
taaltje, dat geen ontwikkeld
mens verstaat, kunnen moei
lijk aanspraak maken op ho
gere moraal en geijkte om
gangsvormen naar regel en
zede van beschaving. In het
oog der tegenstanders kennen
ze geen verfijning en cultuur;
tekenen van goede kom-af
ontbreken doorgaans of kun
nen moeilijk samengaan met
het z.g. bloeddorstig hand
werk, welks barbarij een ge
cultiveerde geest verafschuwt.
Meermalen wordt men gecon
fronteerd met lieden, die in
de jager een synthese van
bloedige sport, landloperij en
niks-nutterij zien, een in fa
natieke ongebondenheid vage
bonderend slag mensen, ja
loers en hebzuchtig, met een
hang naar avontuur.
Natuurlijk bestaan er zulke
typen en zij verdienen het
predikaat van weidman in ge
nen dele. Maar velen van hun
broeders in het groene gilde
tonen zich daarentegen geluk
kig waardige vertegenwoordi
gers van Sint Hubertus en
eren het schepsei in de
Schepper. Zij verkeren stil en
tevreden in het veld en heb
ben vreugde in het hart over
wat zich aan viervoeter of vo
gel vertoont, zonder dat de
eerste gedachte is. hoe zij
deze kunnen bemachtigen. Zij
bezitten altruïsme en gezonde
natuurzin. verbonden met lief
de tot het buitenspoor en
vaar is de buit maar bijkom
stig; kernachtig zeggen de
Engelsen „There is more in
shooting, than the size of
the bag". Mr. T. Lebret ver
taalde dit in zijn boek „Sui
zende wieken" met „het gaat
niet om de knikkers, maar om
het spel" en hij spreekt ver
der over het ongemak, dat
een aangename afwisseling
vormt met de bureaustoel.
Daarbij citeert hij toepasse
lijk prof. dr. N. Tinbergen,
die aanvoert, dat veldbiologen
evenmin als jagers door ver
standelijke motieven het ter
rein worden ingedreven, maar
omdat zij het niet laten kun
nen, omdat dauwtrappen en
wat daarbij te pas komt, hun
lust en hun leven is. Wie zich
werkelijk jager mag noemen,
beleeft meer dan de helft van
zijn genot aan de omgeving,
verrijkend zijn kennis van de
levensgewoonten der dieren,
die hij denkt buit te maken.
Elke geweerdrager kan men
deze hoedanigheden evenwel
helaas niet toeschrijven en
hij brengt onze sprot in dis
krediet.
Dij het ovendenken van dit
allee mogen wij er niet
aan voorbijzien, dat dank zij
rle zeggen altijd maar
dat Hilversum alleen
uitzendt voor de randstad,
maar wat is dit dan? Tel
kens op maandag honderd
en-acht minuten reportages
uit alle provincies in Zoek
licht op Nederland" van de
NOS, in september voor de
honderdste keer en dat is
nog maar een enkel voor
beeld".
NOS-producer Ben Dinger-
dis noemt dit .Zoeklicht op
Nederland" gaarne een voor
beeld van echte belangstel
ling voor de regio. ,,We pro
beren hiermee de belangstel
ling van mensen voor elkaar
te wekken, van mensen die
in verschillende streken wo
nen. Dat is het verschil met
de regionale omroepen, die
hoofdzakelijk voor eigen pu
bliek werken we hebben
dus allebei een eigen taak.
Neem nu het geval, dat we
in Alkmaar komen, zoals vo
rige week, en daar gaan pra
ten over de schouwburgplan
nen. Ze hebben daar het
enorme probleem, dat zo'n
cultureel centrum pas na ja
ren er komt een verzor
gingsgebied van drie miljoen
inwoners financieel wat
gunstiger uitkomt, maar dat
het er nu eigenlijk al moet
zijn. Allerlei gedachten zijn
weer van belang voor be
stuurders en particulieren in
andere streken van het land.
Die luisteren er ook echt
naar. we krijgen heel veel
reacties".
Daarbij kan de heer Din-
gerdis wijzen op een luister
dichtheid tussen 2 en Vit voor
Zoeklicht op Nederland".
Dat beteknt tussen de
180.000 en 400.000 luisteraars.
Zij horen korte, zeer puntig
uitgedraaide reportages en
een concert uit de regio. En
velen van hen reageren erop.
waardoor .Zoeklicht op Ne
derland" ook werkelijk een
contactpunt wordt.
TZ o kwam er afgelopen
maandag een onderwerp
de ether uitdwarrelen waar
we de laatste tijd niet zo
veel meer over horen, maar
waarvoor toch nog wel be
langstelling bestaat: de wet
telijk toegestane wildklem-
men voor de bestrijding van
schadelijk gedierte in het
jachtveld. Wim Buurlage
sprak met de pachtopzichter
Van Veldhuizen in het natio
nale park Veluwezoom, die
er nogal pittige dingen over
zei. Hij opperde onder meer
als bezwaar, dat de dieren
zelf niet precies weten voor
wie van hen de klemmen be
stemd zijn vandaar dat er
nogal eens dieren in terecht
komen die men er liever niet
in zou zien. Als voorbeeld
noemde hij fazanthennen met
kuikens, die op de maden in
de heerjagers-grootgrondbezit
ters menig landschap werd
gespaard en dat zonder hun
inzicht vele vertegenwoordi
gers onzer fauna uit het beeld
daarvan zouden zijn verdwe
nen of tot een fractie inge-
schrompeld. Men heeft kos
ten noch moeite gespaard om
een rijk en welvoorzien jacht
veld te behouden en niet zel
den volgde men daarbij een
nobele traditie van vader op
zoon. De Veluwe en de duin
streek tonen er tot op de hui
dige dag nog de vruchten van,
maar tensiotte konden de
eigenaars niet op tegen het
toenemen der bevolking, de
schrikbarend hoge lasten, de
landbouwvoorlichtingsdienst
de cultivering van de woeste
gronden en de veranderde
maatschappelijke verhoudin
gen. Nochtans hield de oude
garde, allengs versterkt door
jongere gelijkgezinden vol en
wist met hoge offers redelijke
wildstanden te bewaren. Voor
hen blééf alle moeilijkhe-
het aas van de klem afko-
me. De fazant moet dan
worden afgemaakt en de kui
kens erbij. ,,Als ieder en eer
lijk vertelde wat hij alzo in
zijn klemmen vindt, zouden
er verbazingwekkende gege
vens tevoorschijn komen",
aldus de heer Van Veldhui
zen.
Een tweede bezwaar is, dat
de dieren vaak op een gru
welijke manier aan hun eind
komen, rukkend en trekkend
aan het beklemde lichaams
deel, soms hun eigen poot
uitdraaiend of afbijtend in
hun pogingen om vrij te ko
men. En op plaatsen waar
de klemmen niet alleen in
holen, maar ook op de vlak
te worden gezet, is het niet
denkbeeldig dat er mensen
in terechtkomen.
In Drenthe, zo zei de heer
Van Veldhuizen, is dat on
langs nog met een kind ge
beurd. Hij zou de klemmen
vervangen willen zien door
vallen. Zit daar een schade
lijk dier in dan kan men het
afmaken, andere gevangen
dieren kunnen weer worden
losgelaten. Dit alles zonder
martelingen.
den ten spijt de jacht een
sport van uithoudingsvermo
gen, een remplagant voor de
drukte van beurs, veem, ha
ven en fabriek, bijdragende
tot de vorming van karakter
en geestelijk welbehagen en
stimulerend de levenskracht.
Captains of industry vinden
er een tegenwicht voor de da
gelijkse beslommeringen, zij
strijden voor de vervlakking
van hun dierbaar bezit, dat
dreigt onder te gaan in mas
sarecreatie en behoeden de
levende have ervan met grote
zorg en kosten. Menigeen, die
in Nederland nog de rust van
het woud probeert te ontdek
ken, zal deze in zo'n jachtge
bied kunnen aantreffen. Daar
om moeten we niet al te gauw
met onze verguizing klaar
staan, maar als redelijk
denkend mens proberen te be
seffen, dat het belang van een
weidelijk gedreven jagerij
geenzins onderschat mag wor
den.
A. B. Wigman.
In Gelderland bleken er
over deze uitzending nogal
uiteenlopende meningen te
bestaan. Chef-jachtopzichter
L ieftink van het nationale
park De Hoge Veluwe ver
telde ons, dat hij het hele
maal eens is met zijn colle
ga. Hij zegt: ,,Het wordt tijd
dat onze beschermde dieren
op werkelijk alle mogelijke
manieren gespaard blijven
en wat het schadelijke wild
betreft: bestrijden is nog
iets anders dan beulen". Hij
kon zich echter wel voorstel
len dat de problemen in jacht
velden met klein wild groter
zijn, maar toch: ,,die klem
men. nee, die zijn eigenlijk
uit de tijd".
Op particuliere terreinen
daarentegen worden stem
men gehoord van deskundi
gen. die het aan de jacht
opzichters zelf wijten, dat de
klemmen zulke beroerde ta
ferelen opleveren. Zij reke
nen het tot de taak van de
jachtopzichter, de klemmen
voortdurend in de gaten te
houden en daarmee niet te
wachten totdat het al dag is.
Klemmen zijn geen gereed
schap voor mensen, die niet
zelf voortdurend in het veld
zijn.
In ieder geval is er weer
eens een gesprek over aan
de gang gekomen. Als zo'n
gesprek nog even wordt voort
gesprek nog even wordt voort
dat wellicht geen kwaad.