Probleem voor commissie van Luchtmacht-deskundigen
«aiiÉSkïJ
liliiiaiss
Wegwijs maken in
ambtelijk doolhof
Opvolger voor Starfighter
Toestel mag niet
meer dan tien
miljoen kosten
Geen tijd
100 stuks
Amerikaan
Tegenorders
Op de markt
Andere kandidaten
INZAGE
KOSTEN
VIJFTIEN
•mm 00 00» 09090000909k
*0000900900000000000000000090k
*9000900000001
TIEN HAAG Hoewel hU met
vakantie ging was op die
warme maandagmorgen in juli
de teleurstelling van het gezicht
van minister Den Toom (defen
sie) af te lezen. Hij moest be
kennen dat de Europese straal
jagerclub, die h(j nota bene zelf
had mee helpen oprichten, uit el
kaar was gevallen.
In elk geval: Nederland stapte
eruit omdat de drie anderen
Engeland, West-Duitsland en Ita
lië niet in alle opzichten aan
de verlangens van de Koninklijke
Luchtmacht wilden voldoen.
Wat was de bedoeling van mi
nister Den Toom geweest? Dat de
F-104-G, de alom bekende Star
fighter, in 1975 zou worden ver
vangen door een supersonisch ge
vechtsvliegtuig, dat in staat moet
worden geacht het luchtoverwicht
te bevechten en te behouden.
Dat zou dan wel een toestel
moeten worden dat voor de natio
nale schatkist te betalen zou zijn.
Met andere woorden: een vlieg
tuig dat hooguit tien miljoen gul
den zou mogen kosten.
In het consortium (de straal
jagerclub) leek het allemaal mooi
en aardig, totdat Engeland erbij
kwam. Dat land wierp een be
hoorlijke hoeveelheid roet in het
eten, stelde hogere en zwaardere
eisen aan het nieuw te ontwikke
len vliegtuig en zorgde daarbij
voor zorgelijke trekken op de
wangen van met name de Ita
liaanse en Nederlandse ministers
van Defensie.
Het eind van het liedje was, dat
minister Den Toom voorstelde om
onder de „hoed" van de vierlan-
denclub naast het zoeken naar het
zwaardere (aan de.Engelse eisen
vo!doend( type het MRCA-pro-
ject ook nog het evalueren
(het op waarde schatten, moder
niseren en aanpassen) van be
staande vliegtuigtypen na te gaan.
Dat voorstel strandde. Met na
me Engeland en West-Duitsland
waren bang, dat de evaluatie ook
een soort ontwikkeling zou inhou
den die wellicht die van het MR-
CA-vliegtuig wel zou vertragen.
Nederland werd natuurlek wel
bedankt voor de bewezen diens
ten.
Maar wat nu? Een onzer mede
werkers geeft in onderstaand ar
tikel op die vraag een antwoord.
*00000000000000000009
00000000009
00000000000000000000000000000000000000000000000000000000000000000000000000000
SPEURTOCHT NAAR EEN NIEUWE STRAALJAGER
MIRAGE G: (foto boven) Type:
tweepersoons gevechtsjager. Maxi-
mum snelheid: Mach 2,5. Eerste pro-
totype vloog op 18 oktober 1967. Zou
ln 1975 kunnen worden gebruikt 5
Verstelbare vleugel.
mm
ginnen een maand zullen tien of meer deskundigen van de Konink
lijke Luchtmacht zich verenigen in een zogeheten evaluatiecom
missie om te proberen voor de Starfighter een waardige opvolger te
zoeken. De commissie is nog niet samengesteld, maar nu al kan wor
den gezegd, dat zij zal bestaan uit vertegenwoordigers van de lucht
machtstaf (de operationele deskundigen) en de Dienst Materieel
Luchtmacht (de technische en logistieke experts).
Het is niet onmogelijk dat commodore ir. H. K. Stokla, directeur van
het management-bureau van het MRCA-project in München. het
voorzitterschap van de commissie op zich zal nemen.
Ir. Stokla zal overigens nog tot begin oktober in München blijven zit
ten. Dat gebeurt op verzoek van de andere leden van hpt MRCA-consor-
tium, die de kennis en inzichten van de Nederlandse commodore blik
baar nog niet kunnen missen. De evaluatiecommissie gaat intussen al
vast aan het werk.
Na het „avontuur'' met het MRCA-
project is het voor de luchtmacht zaak
om geen tijd meer te verliezen. Een
ding staat vast: nu Nederland zijn opti
male verlangens niet ziet ingewilligd
zal het met de „volgende beste" genoe
gen moeten nemen. Dat wordt dan een
bestaand vliegtuigtype dat zo is gemo
dificeerd (in moderne zin gewijzigd)
dat het een lichtere uitgave van het
MRCA-model sterk zou benaderen.
Vrijwel zeker is, dat het nodige aan
het motorvermogen, de wendbaarheid,
het vliegbereik en de cockpituitrusting
zal moeten worden gedaan. De vijf
typen, die nu voor de opvolging van de
Starfighter (de F-104-G) kandidaat
staan, zijn geen specifieke Starfighter-
opvolgers. Zij zijn ook niet speciaal ont
worpen voor een betrekkelijk kleine
luchtmacht als de onze.
Over een jaar zou eigenlijk al een
keus moeten kunnen worden gemaakt.
Dan begint ook de technische tussenpe
riode voor het „ontwikkelen" van de
modificaties.
Het gaat zoals bekend om ruim hon
derd vliegtuigen. Die mogen niet meer
gaan kosten dan zo'n acht a tien mil
joen gulden per stuk basisprijs. Toestel
len van deze prijs behoren in de afde
ling gevechtsvliegtuigen tot de goed
koopste klasse.
De evaluatiecommissie heeft ook tot
taak om te bekijken hoe de reusachtige
order moet worden gefinancierd en
welk aandeel de Nederlandse industrie
daarin zou kunnen hebben. Afgaande op
uitlatingen van minister Den Toom doet
Nederland zijn uiterste best om ook an
dere staten voor het .goedkopere-jager-
project" warm te maken.
Dat zullen vooral de landen zijn die
met de Starfighter vliegen en die
straks ook, hetzij vroeger hetzij later
dan wij, de F-104-G van de sterkte
moeten afvoeren: België, Noorwegen,
Denemarken, Canada.
De kans bestaat dat bij een nieuwe
club de nationale evaluatiecommis
sies zich aaneensluiten tot een inter
nationale evaluatiecommissie. Dat
hoeft niet per se. Het is ook denk
baar dat de nationale commissies tot
dezelfde uitkomsten komen, maar
evengoed is het mogelijk dat de leden
van de club het over de opvolging he
lemaal niet eens zijn. Dan nog is er
geen man overboord. Je kunt altijd
In sommige Haagse en ook in lucht
vaartkringen wordt met de mogelijk
heid van een Amerikaanse opvolger
voor de F-104-G al ernstig rekening ge
houden. Eén van de argumenten: Zwe
den (Saab 37 Viggen) is geen lid van de
NAVO en Frankrijk (beide Mirages)
dweept bepaald niet met het Atlantisch
bondgenootschap. Daartegenover staat
dat velen bij de Koninklijke Lucht
macht zich bijzonder lovend over de
Saab Viggen hebben uitgelaten.
Dan zijn er nog de taalproblemen,
hoewel die minder groot zijn dan ze
schijnen. De Koninklijke Luchtmacht
beschikt over een uitstekend vertaalbu
reau, waar nog bijkomt dat Zweden
sterk op Engels is ingesteld.
Ten aanzien van de Mirage blijken er
evenmin onoverkomelijke taalmoeilijk-
IMMMM
LOCKHEED CL-981: Mogelijk
verdere ontwikkeling van Star
fighter (F-104-G). Krachtige versie
General Electric J-79 motor Mark 19.
Andere en vergrote vleugel van 23,20
m2 (nu 18,20 m2).
NORTHROP P-530: Ontwikken
lingsafdeling werkt al drie jaar aan
jagerontwerp. Kan in 1975 in dienst
komen. Volgens fabriek uitermate
geschikt voor kleinste gemene veel
voud van taken. Canadezen noemden
Northrop P-530 ideale opvolger van
de Starfighter. Binnenkort bouw van
prototype. Fabriek besloot model niet
te tonen op Parijse salon Le Bour-
get. Northrop mikt op een markt van
3500 vliegtuigen.
MRCA: MRCA betekent Multt Ro
le Combat Aircraft (supersonisch
gevechtsvliegtuig dat voor vele en
veelomvattende taken geschikt is).
Toestel zou op zijn minst zestien mil
joen gulden per stuk gaan kosten.
MIRAGE FI: Type: eenpersoons gevechtsjager. Maximum snelheid: Mach 2,2. Eerste prototype vloog op 23 decem
ber 1966. Drie voorprodukties vlogen februari 1969. Produktie van eerste groep van dertig zou tweede helft van
1969 beginnen met oplevering 1970-1971. Vaste pijlvleugel (bijna driehoek).
vs<
-
een soloprogramma opvoeren. Je
komt dan wel wat duurder uit.
Welke typen liggen nu in de markt?
Dat zijn: Lockheed CL-981, Northrop
P-530, Saab 37 Viggen, Mirage F 1, Mi-
rage G. De laatste drie typen zijn het
verst in ontwikkeling. Van de eerste 2
(uit de Verenigde Staten) is wat min
der bekend.
Dat wil niet zeggen, dat als er straks
wat meer gegevens van Lockheed en
Northrop loskomen, die fabrieken ook
met de modernste versies op het „be
tonnen tapijt" zullen verschijnen. Komt
de evaluatiecommissie erachter dat de
Lockheed CL-981 en de Northrop P-530
pas na een jaar of vier op wielen en
poten staan dan vallen ze in de speur-
periode nagenoeg af. (Zo'n evaluatie
commissie gaat vanzelfsprekend ook op
reis). Tenzij de economische en politie
ke factoren ten gunste van de Verenig
de Staten zo groot zijn dat het wel haast
Lockheed of Northrop moet worden.
SAAB 37 VIGGEN: Type: eenpersoons gevechtsjager. Maximum snelheid:
Mach 2,0. Eerste van de zeven prototypes vloog op 8 februari 1967. Begin
produktie 1969. Eerste aflevering gepland op 1 juli 1971. Voltooiing eerste order
van honderd toestellen begin 1974.
heden te zijn. Nederlandse vliegers
oefenden met Belgen in lesvliegtuigen
van Frans makelij.
Hoe het ook zij, belangrijk is wel dat
het land van produktie garanties geeft
inzake tegenorders en licentieregelin
gen. Ook zal het contract voldoende uit
sluitsel moeten bieden op het punt van
de naleving van reserve-onderdelen.
Minister Den Toom heeft onlangs al
met steelse blik naar Italië gekeken.
Hij wil het land in de nieuwe club zien
te krijgen.
De Italiaanse luchtmacht moet straks
haar Fiat-91 gaan vervangen en het ver
haal gaat, dat de opvolger van dit
vliegtuig zeker niet de MRCA zal zijn.
Zelfs West-Duitsland dat ook met de
Fiat-91 zit zou al twijfels over de
MRCA hebben uitgesproken.
Welk werkschema volgt een evalua
tiecommissie? Kortweg dit: behoeftebe
paling, financiële prognose, vervan
gingsplan, stafeisen (zoals diensttijd,
veiligheid, taak, actie-radius, snelheid,
bewapening), marktonderzoek, theore
tische evaluatie, praktische evaluatie
(operationeel en technisch), keuze, in
voeringsplan, produktieplan, machti
ging, uitvoering.
Weetgierig als zij is kijkt de com
missie, al of niet met behulp van vak
literatuur, niet alleen naar de vijf
serieuze kandidaten. Grumman (VS)
heeft bijvoorbeeld nog de F-14 te bie
den, maar die is waarschijnlijk te
duur. En verder moeten nog twee
Westduitse typen in ontwikkeling zijn,
waarvan er een als NKF (Neues
Kampfflugzeug, nieuw gevechtsvlieg
tuig) staat opgetekend.
De opvolger van de Starfighter zal op
zijn minst tien jaar mee moeten. De
F-104-G (G van Germany, Duitsland)
haalde een snelheid van ruim tweemaal
die van het geluid (Mach 2), maar was
ook bedoeld als pion in de strategie van
de massale vergelding.
Nu de NAVO de strategie van de fle
xibele response (het aangepaste ant
woord) heeft aanvaard, kan met lagere
snelheden worden volstaan. De MRCA
zou op Mach 1,8 uitkomen.
Als de evaluatie vlot verloopt zal ln
1975 de eerste nieuwe kist kunnen wor
den afgeleverd. De luchtmacht houdt re
kening met een overgangsperiode van
een paar jaar. In 1978 zal de gehele
Starfightervloot toch wel vervangen
moeten zijn.
w/»wm»>w>nw
■jmmm—ww—
TTet Tweede-Kamerlid drs. P. J.
Janssen (groep Aarden) is er
niet van overtuigd, dat de verlen
ging van een rijbewijs een inge
wikkelde en tijdrovende bezigheid
is.
In schriftelijke vragen aan de
ministers Bakker (verkeer en wa
terstaat) en Beernink (binnenland
se zaken) kapitteld bi) de bureaus
die bemiddelen bij de verlenging
van het rijbewijs. HU vindt ze te
duur omdat ze soms meer dan
tweemaal het bedrag in rekening
brengen als de automobilist zou be
talen wanneer deze „op eigen hout
je" de ambtelijke molen wil passe
ren.
Bijna terloops suggereert het
Kamerlid dait een artikel van het
Wegenverkeersreglement zou moe
ten worden gewijzigd om de bu
reaus de bestaansmogelijkheid te
ontnemen. In artikel 120 staat na
melijk, dat door belanghebbenden
tegen vergoeding van kosten iinza-
ge kan worden genomen van het
register van rijbewijshouders.
Het vermoeden is gewettigd dat
het Tweede-Kamerlid geen rijbe
wijs heeft of wellicht nog ndet aan
een eerste verlenging van ddt be
wijs toe is. Anders zou hij weten
dat zo'n verlenging geen eenvoudi
ge zaak is. Zeker niet voor de bur
ger die drukbezet is en niet precies
weet waar Abraham de mosterd
haalt". Hij zou dan ook weten, dat
de provinciale legeskosten ln iede
re provincie anders zijn en dat de
gemeentelijke legeskosten hier en
daar sterk uiteenlopen.
Hat verklaart al voor een belang
rijk deel het verschil tn kosten
dat bestaat tussen de ene verlen
ging van een rijbewijs en de ande
re.
In Den Haag bijvoorbeeld kost
het uittreksel uit het bevolkingsre-
gaster anderhalve gulden. In Leiden
twee gulden meer. In Den Haag
wondt geen gemeentelijke leges in
rekening gebracht en in Leiden drie
gulden en twee kwartjes. Dat ls
een sprekend voorbeeld van ge
meentelijke autonomie. Ook al ia
de afstand tussen beide steden ook
geen twintig kilometer.
Wie weet precies waar hij een
formulier moet halen dat nodig is
om een verlenging van het rijbe
wijs mogelijk te maken? Welke
automobilist zonder kennis van za
ken ziet kans een zg. „eigen ver
klaring" te ontvangen? In beide ge
vallen moet hij een briefje schrij
ven of de telefoon grijpen.
De bemiddelingsbureaus doen dat
alles feilloos voor luttele guldens.
Ze zorgen voor het uittreksel, zo
dat een gang naar het stadhuis
wordt vermeden, zij zorgen er voor
dat de formulieren worden toege
stuurd en doorgestuurd naar amb
telijke instanties en ze herinneren
eraan als het rijbewijs aan verlerv-
ging toe is.
Hat alles kost natuurlijk geld.
Voor een man uit Den Haag op
een kwartje na negen gulden. Voor
iemand uit Leiden dertien gulden,
exclusief de provinciale legeskos
ten. Voor de betaling van dat laat
ste wil het bureau ook nog wel zor
gen. Als u maar gireert.
In Nederland zijn ongeveer vijf
tien van dergelijke bemiddelings
bureaus. Goede en minder goede,
ja zelfs zijn er slechte. De goede
bureaus floreren en de eigenaars
hebben aan hun werk een beste bo
terham. Ze laten zich betalen voor
arbeid in een doolhof waar de bur
ger geen weg weet en geen tijd voor
heeft.
De minder goede bureaus en de
9lechrbe gaat het niet zo goed. Ze
komen en gaan als ook gebeurt met
slechte schoenmakers, knorrige
kruideniers en onzindelijke slagers.
Dat is concurrentie.
1009000000000090001
'00000090909099000009000000000000*
000000000000000000000000000900000
VRAGEN RONDOM TOEKOMST VAN DE NAVO
T^avid Cooper is 23 jaar. Brit, docto-
randus in de politieke wetenschap
pen. In een debat, gehouden in het
Europa-college te Brugge, zei hij op
de vraag hoe hij stond tegenover de
Navo (Noordatlantische Verdragsor
ganisatie), het gezamenlijke verdedi
gingsapparaat van West-Europa, Ver
enigde Staten en Canada: „U roert
hier een fundamenteel probleem aan:
de kloof tussen de generaties. Toen lk
politiek meerderjarig werd, was er al
vreedzaam samenleven tussen Oost
en West-Europa. Voor mij is de direc
te bedreiging van West-Europa door
de Russen geschiedenis: ik heb dat
geleerd, niet beleefd."
De zaak Tsjecho-Slowakije had zijn
standpunt niet veranderd; die inval
der. Russen achtte hij niet direct te
gen Amerika of West-Europa gericht.
„Mijn generatie", zei hij, „komt er
toe het bestaansrecht van een bondge
nootschap, dat in structuur en taken
zijn oorspronkelijke vorm behoudt, te
betwisten. De Navo lijkt nog steeds
bedoeld om het Westen te verdedigen
tegen een dreiging die niet meer be
staat. Daarom moet de Navo van rol
veranderen, zich aanpassen aan nieu
we politieke omstandigheden".
Cooper is bij lange na niet de enige jon
ge Westeuropeaan die de Navo in
haar huidige vorm, of als instelling
zonder meer niet teder bemint. In
derdaad is er 'n kloof tussen genera
ties: ouderen zien de Navo zoals on
langs kol. Russell Heller, Amerikaan
werkzaam op het Navo-hoofdkwartier
Afcent in het Limburgse Brunssum
het ons duidelijk, rechtlijnig en zeer
overtuigd zei: „De kosten van de Na
vo vormen voor de vrije volken van
het Westen een heel hoge verzekering
premie maar die heeft haar nut
waarachtig wel bewezen! Sinds 1945
is er vrede in West-Europa en dat
danken we aan de Navo".
De Westeuropeaan die, pakweg boven
de 35 is, aanvaardt en onderschrijft
over het algemeen dit standpunt, ook
als hij knarsetandend bedenkt hoeveel
van zijn belastinggeld voor die verze
keringspremie is bestemd. In alle le-
leden-landen zijn maar kleine groepe
ringen tegen de Navo, meest groepe
ringen waarvan veel jonge mensen
'eel uitmaken.
buitenparlementaire oppositie tegen
dc Navo lijkt veel g er, en natuur
lijk hebben ook veel ouderen hun
twijfels over aspecten van de Navo
als Griekenlands en Portugals lid
maatschap, het oefenen in Spanje etc.
maar desondanks acht een dikke
meerderheid, naar steeds weer blijkt,
die Navo noodzakelijk.
C>olitici en militaire zo goed als niet-
militaire topfunctionarissen van de
Navo zitten voor een ingewikkeld en
in zichzelf strijdig probleem. Enkele
kanten ervan zijn:
A. Hoe maken we de Navo als mili
tair bondgenootschap ook voor jonge
mensen aanvaardbaar?
b. Moet de Navo alleen een militair
bondgenootschap blijven of zit er
meer in?
c. Is het aan de Navo toebedelen van
meer dan een militaire zaak een „pu-
blic-relations"-stunt om het bondge
nootschap nieuwe inhoud te geven, of
heeft een eventueel nieuwe Inhoud
wezenlijk zin?
J. Is de Russische dreiging waartegen
in 1949 de Navo werd opgericht nog
altijd zo ernstig dat de belastingbe
taler hier en aan de andere kant van
de Atlantische Oceaan die last dier
te blijven dragen?
e. Wat gaat Nixons nieuwe concep
tie van Europa (zie zijn reis naar
Roemenië) voor de Navo betekenen?
Êfoor militairen lijkt dit voor 't ogen-
blik allemaal een vrij eenvoudige
zaak (lijkt dit, staat er!) Generaal
Bennecke, de (Westduitse( bevelheb
ber van Afcent in Brunssum, laat in
een gesprek nuchtere cijfers spreken.
In het Russische „voorveld" (Oost-
Duitsland, Polen, Tsjecho-Slowakije)
staan 56 Russische divisies, in West-
Rusland een dikke twintig. De Navo
stelt er 22 divisies tegenover en in
toenemende mate is er bij enkele
partners (Amerika, Canada, Groot-
Brittannië) onwil om de geweldige
dragen op te brengen, nodig om de
troepen in West-Europa te houden.
Ook als de Russische divisies kleiner
zijn en eenvoudiger toegerust dan die
van de Navo, kan men zeggen dat de
Russen een zware overmacht aan con
ventionele troepen hebben. Wat de
luchtmacht betreft: tegenover 1550
vliegtuigen van de Navo staan er
3000 van de Russen, zij het dat ook
'er de kwaliteiten uiteenlopen.
man als generaal Bennecke ziet
wel degelijk een permanente dreiging:
hij spreekt ook in tegenstelling tot
bijvoorbeeld een David Cooper van
de Russen als van „de tegenpartij".
Tytilitairen moeten de zaak primair
strategisch bekijken; men mag
zelfs zeggen dat zij ervoor worden
betaald argwanend tegenover de Rus
sen te staan. Bovendien hebben de
Russen wel steeds met woorden het
westen ervan pogen te overtuigen dat
zij vrede willen, maar niet met da
den. Wie ziet hoe zij hun Middelland
se Zeevloot in de laatste jaren heb
ben uitgebreid en hoeveel steunpun
ten zij op Noord-Afrika's kust hebben
gebouwd, begrijpt de argwaan. Als
Georgi Arbatov, Ruslands Amerika-
specialist no. 1, het Westen en spe
ciaal Amerika altijd weer als poten
tiële agressor brandmerkt, moet het
antwoord zijn: het omgekeerde lijkt
eerder waar. Tussen twee haakjes: in
onze jaren het is dramatisch ge
noeg noemt iedereen zich defensief;
zowel de landen die onder Ruslands
leiding het Warschau-pact vormen
als de Navo zijn louter „defensief".
Als dat allemaal echt waar was, dan
had je geen defensie nodig... Er lijkt
ons ruimte voor de veronderstelling,
dat de Russen thans rust in het Wes
ten willen, omdat zij het aan hun
grens met China zo moeilijk hebben,
en nog moeilijker kunnen krijgen.
Staatslieden en politici moeten echter
óók rekening houden zeker in het
Westen, maar tot op bepaalde hoogte
ook in de Oosteuropese dictaturen
met gevoelens die onder het publiek
en speciaal bij de jonge generatie le
ven.
Men behoeft niet een groot Idealist te
zijn om te beseffen, dat een bondge
nootschap, dat totaal niet zou leven
in het denken van de volkeren die
zich verbonden hebben, onmogelijk
werkelijke kracht kan bezitten, wat
politici en militairen ook zeggen.
Daarom is het, juist in deze tijd, zeer
noodzakelijk dat in een zo snelveran-
derende wereld politici zich serieus
bezighouden met in ons geval
doel, betekenis en toekomst van de
Navo. De Navo is zoals officieren
in Brunssum het tegenover ons uit
drukten „een apparaat dat aan de
politici ondergeschikt is; de politici
zijn onze meesters. Terecht, natuur
lijk stel je voor dat het anders
was".
E*én van die politieke meesters is Ri-
chard Nixon, Amerika's nieuwe pre
sident. Dit voorjaar zei hij, na terug
keer van zijn reis door West-Europa,
dat de landen van de Navo veel van
elkander zouden kunnen leren inzake
het oplossen van binnenlandse proble
men, en dat de onrust bij de jeugd
en de kloof tussen de generaties geen
zaken zijn die los kunnen staan van
de bemoeiingen van de Navo. Kort en
goed stelde hij voor, dat er een so
ciale commissie van de Navo-landen
zou moeten komen die ervaringen en
mogelijkheden van de Westerse lan
den in gezamenlijkheid zou bezien ten
einde „de kwaliteit van het bestaan
der Westerse volkeren te verbeteren",
't Is drommels mooi gezegd! Nixon wil
blijkbaar David Cooper en zijn gene
ratiegenoten op hun wenken bedienen.
Maar wij willen zijn woorden ook
eens bekijken in het licht van wat hij
eind juli en begin van deze maand
zei tijdens zijn reis door Azië.
Azië moet op eigen benen leren staan;
Amerika wil troepen terugtrekken en
wordt de beschermer die ln tijd van
nood te hulp snelt". Zoiets als de
Amerikaanse troepen, ingedeeld bij
de Navo maar thans gelegerd ln
Texas-,