NIEUWE GETUIGEN WORDEN OPGEROEPEN Edward door familie boven zijn niveau getild KENNEDY'S WILDE AVONTUREN Zeven vragen De man heeft het nog voor het Yon Thadden omringd door lijfwacht en ordebewaarders LEIDER VAN NPD VERSPREEKT ZICH ZELDEN Hoe laat?\ Verhouding Hard werken Harde werker met goede politieke reputatie RIDDERLIJK WILD CRISES GROTE DRUK OMMEKEER 0 Von Thadden "FDGARTOWN Twee nieuwe getuigen zijn opgeroepen in het onderzoek naar de dood van Mary Jo Kopechne. Het zijn em ployés van de begravenisonder- nemer, die het ltyk van de secretaresse hebben weggehaald van het eiland Chappaquiddick, waar zij op 18 juli in de auto van senator Edward Kennedy ver dronk. Het oproepen van deze getui gen voert de spanning voor het onderzoek op. Nog steeds is ln de staat Pennsylvania, waar Mary Jo ligt begraven, juridische strijd gaande over het al of niet opgraven van het stoffelijk over schot. De officier van justitie die het onderzoek in gang heeft ge zet, wil een lijkschouwing. Sena tor Kennedy heeft laten blijken, dat ook hij voorstander van een lijkschouwing is. Maar de streng-katholieke ou ders van Mary Jo hebben ernstig bezwaar tegen opgraving. „Het zou ons voor de tweede maal de tragedie van een begrafenis la ten beleven", zeggen zij, „we wil len de zielerust van Mary Jo niet meer verstoren." Intussen worden in Edgartown uitgebreide veiligheidsmaatrege len genomen. De officier van jus titie laat zich beschermen door een staatspolitieman. Senator Ken nedy staat onder bewaking van een detectivebureau. Rechter James A. Boyle zal tij dens het onderzoek in oktober een antwoord moeten zoeken op al le vragen, die zijn gerezen rondom de dood van de 28-jarige Mary Jo Kopechne. Op 18 juli verdronk zij in de auto van Edward Kennedy op het eiland Chappaquiddick, voor de kust van de Amerikaanse staat Massachusetts. De rechter leidt het onderzoek. De getuigen staan onder ede. Advocaten mogen hen bijstaan, vooral als zij voor zichzelf belasten- S de verklaringen dreigen af te leggen. Zijn bevindingen legt de rechter neer in een rapport aan een hogere rechter, Hij beschrijft daarin de omstandigheden van de dood van S Mary Jo Kopechne en hij beant- 1 woordt de vraag of er sprake was van nalatigheden en of er misdadige handelingen zijn gepleegd. De hogere rechter beslist of er een nader onderzoek en een vervol ging worden ingesteld en tegen wie. Mogelijk kan de voorzitter van de jury in het district waarin het feit g zich heeft voorgedaan, een nader on- derzoek of een proces vragen. De belangrijkste vragen zijn: 5 1. Hoe laat stierf Mary Jo? De belangrijkste getuigen zijn se- nator Kennedy en de arts dr. Mills, 5 die het dode meisje onderzocht. Ver- der de nachtwaker-hulppolitieman Christopher Looke. Hij heeft de auto van Kennedy gezien ruim een uur na het tijdstip, waarop hij volgens Kennedy te water was geraakt, 23.25 uur. 2. Was Kennedy onder invloed van alcohol? Belangrijke getuigen zijn Kennedy zelf en de secretaressen Mary Ellen Lyons, 27 jaar, Nancy Lyons, 25 jaar, Susan Tannenbaum, 24 jaar, Rosemary Keough, 24 jaar en Es ther Newberg, 27 jaar. Zij waren aanwezig op het feestje dat aan het ongeluk voorafging. Andere getui- 5 gen van dat feest zijn Paul Mark- ham (38), vriend en helper van Ed- ward Kennedy, advocaat, Joseph Gargan (39), neef van Kennedy, ad- 5 vocaat en trouwe helper van de fa- milie. Geen van beiden staat bekend I als een scherpe geest. Charles Tred- der, advocaat en zeilvriend van Ken- nedy, Jack Crimmins (63), trouwe chauffeur van Kennedy, Raymond S Larusso, eveneens zeilvriend. 3. Was Kennedy in een toestand van shock en waarom haalde hij geen hulp en waarschuwde hij de politie niet? Belangrijke getuigen: Kennedy, Gargan en Markham. De laatse twee hielpen Kennedy enige S tijd na het ongeluk. 4. Bestond er een verhouding tus- 5 sen Kennedy en Mary Jo en waar 5 gingen zij die nacht heen? Getuigen: de aanwezigen op het feest. Uit al les wat van de 28-jarige Mary Jo bekend is geworden valt weinig af te leiden dat op een verhouding wijst. Evenals de andere meisjes op het feest is zij als secretaresse voor wijlen Robert Kennedy werk zaam geweest, en was zij de familie Kennedy zeer toegedaan. Kennedy wist niet hoe hij haar naam moest spellen toen hij de och tend na het ongeluk een verklaring schreef. Mary Jo schijnt weieens gezegd te hebben dat zij Edward niet zo'n geweldige figuur vond. Zijzelf rook te niet, dronk nauwelijks, ging dik wijls vroeg naar bed en werkte zeer hard. Kennedy heeft dan ook verklaard, dat hij haar naar huis bracht, omdat ze wilde gaan slapen. De Kennedy's bewonderden haar ijver en politieke inzicht. Later is zij voor de Democratische partij gaan werken. Daar heeft niemand haar het laatste half jaar zien flirten of zien uitgaan. Daar had ze geen tijd voor. De arts die haar stoffelijk over schot heeft opgetekend, dat haar kle ding geheel in orde was. 5. Had Kennedy van het huisje van het feest een andere weg kun nen nemen, waarin een bocht voor komt in dezelfde richting die hij nu naar de fatale brug insloeg en wist hij van het bestaan van die weg af? 0. Heeft de familie-Kennedy of haar vertegenwoordiger eraan mee gewerkt een lijkschouwing te voor komen? 7. Is er 's nachts druk telefonisch overleg over de zaak gepleegd? Ge tuige: Een vertegenwoordiger van de telefoonmaatschappij, Joh J. O* Connor 1JTANNISPORT „Ted Kennedy is altijd behoed- zaam geweest. Ondanks de ommezwaai in zijn be langstelling van de laatste tijd naar controversiële zaken is Edward Kennedy altijd met beide benen op de grond blijven staan. Hij twijfelde, maar bleef kalm. Misschien is dit de manier om in de tijd voor de kandidaatstellingen voor het presidentschap de handschoen op te nemen „verbrande bruggen en verbroken vriendschappen ver mijden". Niemand in de brede, luxueuze residentie van de Kenne dy's, die van de heuvel van Hyannisport over de Atlan tische Oceaan uitkijkt, zal met vreugde terugdenken aan dit commentaar van begin juli in het gezaghebbende ka tholieke liberale weekblad Commonweal. Edward Moore Kennedy verkeert sinds 18 juli in de vierde crisis van zijn leven. Deze man van 37 jaar heeft ondanks zijn sportieve leven, zijn stevige bouw, zijn vierkante Ierse kaak, in de laatste weken een ander gezicht gekregen. Edward Kennedy, geboren op 22 februari 1932, brengt heel wat juridische ervaring mee naar het onderzoek naar de dood van Mary Jo Kopechne en de roep van heel wat wilde streken. Afgestudeerd in de rechten is hij in 1956 als journalist in Noord-Afrika geweest. Daarna leidde hij de verkiezings campagne van zijn broer John in het westen van de Ver enigde Staten in 1960. Een poos heeft hij gewerkt als sub stituut-officier van justitie in de staat Massachusetts. In 1963 is hij senator voor deze staat geworden. Edward is de vierde en jongste zoon in de rijke en be roemde familie Kennedy. Lange tijd hebben de Amerikanen geamuseerd op zijn wilde streken gereageerd. Zelfs zijn recente uitspraak „Ik weet dat ze me voor mijn donder zullen schieten en dat wil ik niet", wordt zo opgevat. Zijn wild-ridderlijke avontuurtjes met fraaie vrouwen worden hem zo vergeven, al schijnt hij er vaak door in moeilijk heden te komen met zijn vrouw Joan, die de romantiek hooghoudt door zo nu en dan een film met kleur en geluid van hun huwelijksinzegening te vertonen. Het is aanvaard, dat Edward van een stevig glas whiskey houdt. „Hij is maar een keer in het openbaar dronken ge weest. In een lijnvliegtuig uit Alaska in de winter van 1968. Dat kun je toch geen dronkaard noemen. Hier in Hyannis hebben we nooit last met hem gehad", zegt een van de oudere politie-agenten in Hyannis, oostelijk van Boston. Edward gaat trouw in Hyannis naar de mis. Sedert de doorbraak van zijn broer John F. als katholiek naar het presidentschap is er van discriminatie jegens katholieken weinig meer te merken. „Katholieken zijn minister geworden zonder dat 't iemand opvalt", zegt een dominee. Is Edward Kennedy een wilde man, die er maar wat op los leeft In zijn Jeugd was hij dat zeker. In 1954 is Edward tijdens een rugby wedstrijd van het veld gestuurd om dat hij met een rood hoofd onbe heerst aan het knokken sloeg met een tegenstander, tot driemaal toe. De scheidsrechter van de wedstrijd, Frederick Cosstick zegt: „Rugby is een hard spel dat de spelers juist leert de regels precies te volgen. Als een speler driemaal op één middag zijn zelfbeheersing verliest, betekent dat volgens mij dat hij in een crisis niet in staat is helder te denken en rationeel te handelen". Bekend ook zijn Kennedy's vier boe tes wegens te hard of veel te hard rij den en zijn escapades met vliegtuigen zoals vliegen en landen zonder brevet. Even bekend is de episode in de uni versiteit van Hervard toen Ted Kenne dy een ander zijn Spaans examen liet dien, omdat hij vreesde er niet veel van tercht te brengen. Aan veel van zijn wilde streken is echter een eind gekomen toen hij (nog als student) trouw de met Joan Bennett en later als ad vocaat ging werken in Boston en een huis van drie ton betrok. Wild ging het weer toe in de verkie- zingscampangne die in 1960 voor zijn broer John losbarstte. Een politicus uit de staat Wyoming vertelt: „Ik heb nog tegen Ted gezegd ik wou dat je zelf meedeed. Het gaat zo goed". Edward was overal tegelijk. Hij raasde door het westen van de Verenigde Staten in zijn eigen vliegtig- je, deed op een wild paard mee aan een rodeo en liet zich zelfs voor het goede doel tot skispringen verleiden. De eerste sprong van zijn leven was een succes. De kwalificatie te jong en te wild is lang voor Edward blijven gelden. Ook nu doet zij opgeld. George Meany, de grote man van de machtige vakcentra le AFL/CIO zei: „Ik geloof dat hij zich zeer veel schade heeft berokkend, maar los daarvan vind ik, dat hij te jong is om president te worden. Hij heeft nog veel ervaring nodig. Teddy werkt hard als senator en ik geloof dat hij voor Massachusetts goed werk doet. Aan de andere kant staan politici die Kennedy's hulp zelfs op dit benarde mo ment niet kunnen missen. Deze dagen vlak voor Edwards even tuele val, is toch de jonge democraat Mi chael Harrington, die dingt naar een Congreszetel, er op uit de steun var. Edward Kennedy te verwerven. Het verbaast de kranten in Boston niet. De Globe bijvoorbeeld schrijft: „De repu- bliekeinen zijn goed georganiseerd en hebben geld. Harrington heeft pro blemen. Er is weinig geld bij de Democraten en er is weinig hulp van specialisten te verwachten. Naast Kennedy is er geen andere grote natio nale Democratische figuur die hem kan helpen." De vierde crisis in zijn leven heeft Edward Kennedy blijkbaar nog niet ver nietigd. De eerste kwam in 1963, toen hij de senaat voorzat en hem fluiste rend werd gemeld: ze hebben op uw broer, de president geschoten, bijna omkwam bij een vliegtuigonge luk. Hij herstelde en voerde van zijn bed uit via de radio een verkiezings campagne die een doorslaand succes werd. De derde crisis heeft hem het diepst geschokt. In 1968 keek hij neer op het bloedende lichaam van zijn broer Robert. Na diens dood heeft hij lang nodig gehad om van de schok te herstellen. Hij hing rond, men neemt aan dat alleen de kracht van zijn moeder die hem elke dag schreef en van zijn schoonzus ters hem er bovenop hebben gehol pen. Een van de mensen die werken op de jachtclub van Edgartown beschreef hem zoals hij in die periode was. „Dikwijls stond hij dromerig op zijn schip en zei urenlang geen woord. Hij maakte de indruk van een man die afscheid had genomen van al het werk in het leven en maar wat rond wilde hangen". Sindsdien wordt gezegd, dat Edward Kennedy door zijn familie en de groep van adviseurs tot boven zijn eigen ni veau is getild. Met toespraken en voor bereidend werk, drijvend op de grote verwachtingen en de bittere nood van de Democratische partij is hij opge stuwd tot het niveau van nationaal fi guur. Was de druk te groot? Soms schijnt het wel zo te zijn geweest, bijvoorbeeld als hij weigerde nog langer het cen trum van een cocktailparty te zijn en vroeg of er geen eind aan kon worden gemaakt. Of als hij grapjes maakte over zijn eigen ondergang. Of als hij soms wat diep in het glas keek. Een interview, zoals dat dezer dagen werd geschreven en waarin de man die in de zaak-John Kennedy fanatiek is blijven vechten voor een nieuw on derzoek, officier van justitie Jim Gar- risson, zegt dat Edward zal worden neergeschoten, schijnt hem erg te ont moedigen. Slapheid leek tot voor een paar jaar in ieder geval duidelijk aanwezig in zijn karakter. De strijd met het Spaan se examen, zijn onvermogen om op zware aanvallen in de Senaat te ant woorden in 1962, en zijn trots op zijn kennis van dewereld gpgedaan niet in studie maar in wilde reizen hebben menigeen gntmoedigd. De gude sena tor Mc. Cormack: „Toen hij op zijn dertigste in de senaat wilde beriep hij zich steeds weer op die buitenlandse kennis opgedaan in elf Europese lan den in 24 dagen en in negen Zuidame- rikaanse landen in 27 dagen. Het negatieve in het karakter van Edward Kennedy is lange tijd breed uitgemeten. De vergelijking met de charmante, humoristische, intellectuele Jack of de heldere, scherpe, ambiti euze harde Bobby viel slecht voor hem uit. En toch... Nog helemaal in de schaduw van zijn broers, vrijwel onopgemerkt, heeft Ed ward als vrijwilliger gewerkt in een negergetto. Mensen die hem kennen zeggen dat hij bijzonder goed luistert en ideeën snel en goed combineert en 0 EDWARD KENNEDY dat hij hard werkt. Eenmaal in de Se naat is hij allereerst gaan leren hoe je met ouderen moet omgaan. Naar ze luisteren, ze allemaal se nator noemen en weten wat ze wil len drinken. Bovendien je zaken goed kennen, zoals het raketverdedigings systeem van Nixon, dat hij met zo veel verve aanviel, dat hij de helft van de Senaat op zijn hand kreeg. Dat wordt hier algemeen een geweldige prestatie genoemd. Edwards respect voor de ouderen is al vroeg begonnen. Hijzelf heeft gezegd: „Vader vond dat ik geen fiets mocht hebben voor de anderen er een hadden. Hij hield die disci pline erin tot die vanzelfsprekend werd". Voor Edward vanzelfsprekend dan, zoals alle familieplichten die hij vanzelfsprekend op zich heeft geno men na de dood van John en Bobby Misschien is een ommekeer in Ed wards leven gekomen na zijn ei- en sinds de slechte geestelijke toe stand van zijn vader. gen vliegtuigongeluk. Half verlamd heeft hij maanden op bed gelegen. Uit Edwards politieke carrière na dat ongeluk komen drie punten sterk naar voren: zijn geduld, zijn opportu nisme en zijn deskundigheid ook op het gebied van wat gewone kleine men sen voelen en nodig hebben. Hij werk te hard en hij maakte tot in het uiter ste gebruik van de grote breinen die hem omringen en van de mogelijkhe den, die hij als rijk man heeft om waar ook ter wereld te gaan kijken waar hij het over heeft. Hij schiep een re putatie van goed doordachte, uitste kend voorbereide wetsvoorstellen. De verantwoordelijkheid jegens zijn familie, zijn partij en zijn kerk drukt zwaar. Zo zwaar dat er misschien im de nacht van Chappaquiddick voor hem te weinig ruimte bleef voor per soonlijke moed. "Vrouwen zeggen vaak: „Onze samen- leving wordt nog altijd door de mannen beheerst". Ja, ook in Neder land. En zij hebben daarbij geen on gelijk: onze maatschappij is nog al tijd in essentie een mannenmaat schappij. Zeker, een man kan tegen dat verwijt van de vrouwen aanvoe ren dat voor onze wet man en vrouw toch zo langzamerhand aardig gelijk en gelijkwaardig zijn geworden maar vrouwen krijgen kansen voor open goal genoeg om aan te tonen, dat dit verhaal in de dagelijkse prak tijk van het leven niet opgaat. 't Is waar: al een halve eeuw heeft de Nederlandse vrouw in tegenstel ling bijvoorbeeld tot haar Zwitserse seksegenote volledig kiesrecht. Maar het aantal vrouwen dat in gemeente raden, provinciale staten, parlement wordt gekozen is nog altijd veel en veel minder dan de helft van het aan tal gekozenen. 't Is waar: als een meisje wil stude ren, vindt tegenwoordig bijna nie mand dat meer gek of overbodig; zelfs is het niet meer buitengesloten dat zij een typisch „mannelijke" be roepsopleiding of studie kiest. Maar de vrouw die in Nederland griffier van de Tweede Kamer wordt of bur gemeester of notaris, is nog altijd zulk een zeldzaam vogeltje, dat zij een interview of ten minste een foto- plus-stukje in de dagbladen waard fa. Zeker, de getrouwde vrouw is in Ne derland al heel wat jaren handelings- bekwaam. Maar het aantal vrouwe lijke bedrijfshoofden is in ons land, vergeleken met landen als de Ver enigde staten en Zweden, bepaald laag te noemen. Heel veel mannen zouden het in Nederland eenvoudig weg vertikken om onder 'n vrouwelij ke chef te werken. En nog altijd kan men meningen horen en lezen van mannen directeuren en andere lei ders in bedrijven die vinden dat de vrouw in het algemeen een geringe re arbeidsprestatie leveren kan dan de man. Gewoonlijk worden die be weringen niet door feiten, slechts met emoties „gestaafd". TVTatuurlijk mag men als Nederlandse man de vrouw voorhouden, dat haar positie een geweldig stuk is ver beterd sedert, in het einde van de vo rige en het begin van deze eeuw, Wil- helmina Drucker en haar medestrijd sters het gevecht om de emancipa tie van de vrouw begonnen. Natuur lijk wordt die positie langzaamaan steeds meer verbeterd; als straks mr. C. H. F. Polak, de minister van Justitie, zijn echtscheidingswet, waar bij scheiding bij onderling goedvinden mogelijk wordt, ongeschonden door de Kamers kan krijgen betekent dat in zekere zin ook alweer een stukje ver dere gelijkstelling van man en vrouw. Toch: in de praktijk van het leven zijn man en vrouw in ons land niét gelijk. De Nederlandse vrouw ligt in dit op zicht bepaald achter bij bijvoorbeeld haar Zweedse en Amerikaanse zuste ren. (In Amerika schijnt de vrouw zelfs zo langzamerhand maatschap pelijk een nogal dominerende positie te gaan innemen; onlangs is in New York een „vereniging tot emancipa tie van de man" opgericht...) En op een van de allerbelangrijkste prak tische gebieden des levens, te weten het verdienen van geld en het daar over betalen van belasting, is de ge trouwde vrouw in Nederland nog al tijd niet geëmancipeerd. Onze fiscus erkent de werkende getrouwde vrouw zélfs niet eens een zelfstandige verdienster. Haar loon haar hele inkomen trou wens wordt opgeteld bij dat van haar echtgenoot en de totaliteit van het echtelijk inkomen wordt belast. Men kan zeggen: Dat heeft met ach- teruitstelling van de vrouw niets te maken, het is een zuiver fiscaal-tech nische zaak, maar daar kan men zich er echt niet mee van af maken! Het is nu eenmaal een feit, zoals het in Elsevier» belasting,gids staat, dat tot het belastbaar inkomen van de ge trouwde man alle inkomsten van zijn vrouw behoren. Dat fa dus: geen ge lijkstelling. Het is eveneens een feit, dat er voor de inkomsten uit arbeid van de getrouwde vrouw maar een beperkte vermindering van belasting wordt gegeven. Dit i» een zaak met werkelijk niet alleen maar fiscale kanten (over die aspecten beraadde zich een commissie-Hofstra) maar met ook maatschappelijke kanten (de gelijkwaardigheid van man en vrouw) en in hoge mate ook met economische. Tn Nederland werken althans offi cieel veel minder getrouwde vrou wen buitenshuis dan in de landen om ons heen en in de Verenigde Staten, Let u een» op het volgende staatje! man vrou nen wen totaal Zweden 93,5 54,7 74,2 W.-Dld. 95,2 48,9 °/o 70,8 Frankrijk 90,0 42,8 °/o 66,5 België 87,1 38,0 #/o 62,3 Ver. St 90,3 44,4 #/o 67,1 Nederland 91,9 27,4 59,6 Nederland heeft dus verhoudingsgewijs verreweg het laagste aantal buitens huis werkende vrouwen. En dat komt voornamelijk, omdat de getrouwde vrouw hier lang niet in die mate een werkkring zoekt als in de landen om ons heen. Dat wil zeggen: een offi ciële, geregistreerde werkkring. Er zijn wel veel getrouwde vrouwen die „zwart" werken als huishoudelij ke hulp vooral en dat wordt in de hand gewerkt door het malle fiscale systeem dat hier geldt, J"km vooral drie redenen fa het bijzon der te betreuren dat in ons land het percentage getrouwde vrouwen dat een baan heeft niet veel hoger te: 1. Het maakt voor heel veel getrouw de vrouwen zeker als de kinderen groter zijn het leven rijker en vol ler en vaak worden zij, omdat zij met mensen en situaties buiten de huis houding en aanraking komen, waar devollere partners voor de man; 2. In een staat met een zo perfect, maar peperduur stelsel van sociale wetten als ons land, waar we bovendien on ze kinderen veel meer dan tot dusver re voortgezet onderwijs willen laten geven (dus later aan het produktie- proces willen laten deelnemen) moe ten de geweldige bedragen, nodig voor sociale verzekeringen, a.o.w., onderwijs etc. worden opgebracht door 'n percentage werkenden van de totale bevolking dat kleiner is dan in de ons omringende landen waar door wij in het nadeel zijn en 3. Vanwege de economische toekomst van ons land is het noodzaak dat ons bruto nationaal produkt stijgt en dat kan alleen waneer er méér wordt gemaakt dus mede wanneer er meer mensen in het produktieproce» betrokken zijn. Met name: vrouwen. ADOLF von Thadden, leider van de National-Demokratische Partei Deutsch- lands, de N.P.D., is op verkiezingstournee door de Bondsrepubliek en zijn spoor is duidelijk te volgen. Waar hij spreekt hebben arbeiders de volgende dag de handen vol om nieuwe ruiten in de sponningen te zetten en het meubilair te repareren, buigen artsen en verpleegsters zich over de gewonden, worden de res tanten van eieren en tomaten met kruiwagens vol afgevoerd en komen arres tanten ogenknipperend tegen het daglicht weer naar buiten. „Dat alles is niet onze schuld", zegt Von Thadden. „Wij verdedigen ons alleen maar tegen de aanvallen van communistisch gezinde lieden. En als onze ordebewaarders met stokken worden geslagen, is het geen wonder dat zij buiten zichzelf raken en hard terugslaan". Hij heeft een antwoord op alle vragen die hem worden ge steld en dat zijn er nogal wat. Voor- en tegenstanders zijn het erover eens, dat deze Adolf een zeer intel ligente heer is, een begaafd spreker. Een leider, die een betere partij waar dig is, waarbij zijn verleden bij de Wehrmacht hem immers niet hoeft te hinderen. tTijzelf roept door zijn uiterlijk en zijn manier van optreden geen her inneringen op aan het nazidom. En wat dat betreft, is hij een eenzame in zijn partij. De figuren die hem omringen jagen de toeschouwer veel eerder de rillingen over de rug. „Buddy von Thadden komt uit een oud adellijk geslacht, dat eertijds in Pommeren over uitgestrekte landgoe deren beschikte. Hij is van 1921 en de oudste zoon uit het tweede huwe lijk van zijn vader. Elf kinderen telde het streng protestantse ouderlijk huis. Adolf meldde zich, toen de-tijd daar was, enthousiast voor de Wehr macht. Dat was zijn eigen idee. Zijn oudste halfzuster, Elisabeth, kwam op een ander idee. Zij maakte deel uit van een groepje dat tijdens de oorlog plannen smeedde om de el lende te bestrijden, die in het va derland zou heersen wanneer Hitier eenmaal zijn Kampf zou hebben ver loren. Zij werd door de Gestapo gearresteerd en ter dood gebracht. Daardoor raak te Adolf wel even in een crisissitu atie, maar hij besloot toch maar door te strijden, „want", zo staat te lezen in èijn door de NPD verspreide biografie, „hij was toch uitgegaan om Duitsland te verdedigen en niet de nazi's". 'TVeemaal raakte hij ernstig gewond, tweemSal dacht men dat hij dood was. De eerste keer ontvingen zijn verwanten zelfs een officiële condo leancebrief, de tweede keer kwam men er al na drie uur achter dat hij toch nog leefde. Aan die erva ringen ontleent Von Thadden naar eigen zeggen nu de moed om zich als leider van een extreem-rechtse par tij in de verkiezingsstrijd te werpen. In een grijze Mercedes („echt deut- sche Wertarbeit") met ruiten van on breekbaar glas en kogelvrije banden maakte hij thans zijn „Deutschland- fahrt". ,Het spreekwoord zegt, dat iemand die tweemaal dood is geweest niet op het slagveld zal sterven maar in zijn bed", aldus „Buddy", waarbij hij het begrip slagveld ook uitbreidt tot de politiek en terecht als men ziet wel ke tonelen zich afspelen telkens wan neer hij ergens in Duitsland het woord voert. Hij heeft zich omringd door vijf lijfwachten en een stuk of dertig ordebewaarders, die „hun Führer tot nog toe heel hebben weten te houden. Een stuk of vijf tien bijeenkomsten heeft hij inmid dels achter de goed geklede rug. De honderd wil hij volmaken voor de Bondsdagverkiezingen van 29 septem ber. IXet praten doet hij en dat kan hij, het knokken laat hij aan zijn par tijleden over en dat kunnen ze, Adolf von Thadden, een „Herr", die alle neo-nazistische of fascistische trekjes bij zichzelf en de NPD ont kent. Dat kan hij gemakkelijk doen, want een definitie van neonazist of een fascist is nog nimmer gegeven. Zijn politieke tegenstanders (volgens hem zijn dat allemaal communisten) kunnen slechts wijzen op opmerkin gen in NPD-redevoeringen, die aan „damals" herinneren. Want zo af en toe verspreekt zelfs „buddy" zich en wordt hij herkenbaar. Zoals pas geleden, toen hij in Biele feld een groep demonstranten moest zien te overschreeuwen. Vlak in de buurt van Bielefeld ligt een psychia trische inrichting en op een gege ven moment riep Von Thadden door zijn superluidsprekers tegen de de monstranten, dat hij de indruk had, dat deze inrichting speciaal voor de ze gelegenheid haar poorten had geopend. Maar de NPD-leider ver spreekt zich slechts zelden...

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1969 | | pagina 8