NIEUWE GETUIGEN WORDEN OPGEROEPEN
Edward door familie boven zijn niveau getild
KENNEDY'S WILDE AVONTUREN
Zeven
vragen
De man heeft
het nog voor
het
Yon Thadden omringd door
lijfwacht en ordebewaarders
LEIDER VAN NPD VERSPREEKT ZICH ZELDEN
Hoe laat?\
Verhouding
Hard werken
Harde werker
met goede
politieke
reputatie
RIDDERLIJK
WILD
CRISES
GROTE DRUK
OMMEKEER
0 Von Thadden
"FDGARTOWN Twee nieuwe
getuigen zijn opgeroepen in
het onderzoek naar de dood van
Mary Jo Kopechne. Het zijn em
ployés van de begravenisonder-
nemer, die het ltyk van de
secretaresse hebben weggehaald
van het eiland Chappaquiddick,
waar zij op 18 juli in de auto van
senator Edward Kennedy ver
dronk.
Het oproepen van deze getui
gen voert de spanning voor het
onderzoek op. Nog steeds is ln
de staat Pennsylvania, waar
Mary Jo ligt begraven, juridische
strijd gaande over het al of niet
opgraven van het stoffelijk over
schot. De officier van justitie die
het onderzoek in gang heeft ge
zet, wil een lijkschouwing. Sena
tor Kennedy heeft laten blijken,
dat ook hij voorstander van een
lijkschouwing is.
Maar de streng-katholieke ou
ders van Mary Jo hebben ernstig
bezwaar tegen opgraving. „Het
zou ons voor de tweede maal de
tragedie van een begrafenis la
ten beleven", zeggen zij, „we wil
len de zielerust van Mary Jo niet
meer verstoren."
Intussen worden in Edgartown
uitgebreide veiligheidsmaatrege
len genomen. De officier van jus
titie laat zich beschermen door
een staatspolitieman. Senator Ken
nedy staat onder bewaking van
een detectivebureau.
Rechter James A. Boyle zal tij
dens het onderzoek in oktober
een antwoord moeten zoeken op al
le vragen, die zijn gerezen rondom
de dood van de 28-jarige Mary Jo
Kopechne. Op 18 juli verdronk zij
in de auto van Edward Kennedy op
het eiland Chappaquiddick, voor de
kust van de Amerikaanse staat
Massachusetts. De rechter leidt het
onderzoek. De getuigen staan onder
ede. Advocaten mogen hen bijstaan,
vooral als zij voor zichzelf belasten- S
de verklaringen dreigen af te leggen.
Zijn bevindingen legt de rechter
neer in een rapport aan een hogere
rechter, Hij beschrijft daarin de
omstandigheden van de dood van S
Mary Jo Kopechne en hij beant- 1
woordt de vraag of er sprake was
van nalatigheden en of er misdadige
handelingen zijn gepleegd.
De hogere rechter beslist of er
een nader onderzoek en een vervol
ging worden ingesteld en tegen wie.
Mogelijk kan de voorzitter van de
jury in het district waarin het feit g
zich heeft voorgedaan, een nader on-
derzoek of een proces vragen.
De belangrijkste vragen zijn:
5 1. Hoe laat stierf Mary Jo?
De belangrijkste getuigen zijn se-
nator Kennedy en de arts dr. Mills,
5 die het dode meisje onderzocht. Ver-
der de nachtwaker-hulppolitieman
Christopher Looke. Hij heeft de auto
van Kennedy gezien ruim een uur
na het tijdstip, waarop hij volgens
Kennedy te water was geraakt, 23.25
uur.
2. Was Kennedy onder invloed van
alcohol?
Belangrijke getuigen zijn Kennedy
zelf en de secretaressen Mary Ellen
Lyons, 27 jaar, Nancy Lyons, 25
jaar, Susan Tannenbaum, 24 jaar,
Rosemary Keough, 24 jaar en Es
ther Newberg, 27 jaar. Zij waren
aanwezig op het feestje dat aan het
ongeluk voorafging. Andere getui-
5 gen van dat feest zijn Paul Mark-
ham (38), vriend en helper van Ed-
ward Kennedy, advocaat, Joseph
Gargan (39), neef van Kennedy, ad-
5 vocaat en trouwe helper van de fa-
milie. Geen van beiden staat bekend
I als een scherpe geest. Charles Tred-
der, advocaat en zeilvriend van Ken-
nedy, Jack Crimmins (63), trouwe
chauffeur van Kennedy, Raymond
S Larusso, eveneens zeilvriend.
3. Was Kennedy in een toestand
van shock en waarom haalde hij
geen hulp en waarschuwde hij de
politie niet? Belangrijke getuigen:
Kennedy, Gargan en Markham. De
laatse twee hielpen Kennedy enige
S tijd na het ongeluk.
4. Bestond er een verhouding tus- 5
sen Kennedy en Mary Jo en waar 5
gingen zij die nacht heen? Getuigen:
de aanwezigen op het feest. Uit al
les wat van de 28-jarige Mary Jo
bekend is geworden valt weinig af
te leiden dat op een verhouding
wijst. Evenals de andere meisjes
op het feest is zij als secretaresse
voor wijlen Robert Kennedy werk
zaam geweest, en was zij de familie
Kennedy zeer toegedaan.
Kennedy wist niet hoe hij haar
naam moest spellen toen hij de och
tend na het ongeluk een verklaring
schreef.
Mary Jo schijnt weieens gezegd
te hebben dat zij Edward niet zo'n
geweldige figuur vond. Zijzelf rook
te niet, dronk nauwelijks, ging dik
wijls vroeg naar bed en werkte
zeer hard. Kennedy heeft dan ook
verklaard, dat hij haar naar huis
bracht, omdat ze wilde gaan slapen.
De Kennedy's bewonderden haar
ijver en politieke inzicht. Later is zij
voor de Democratische partij gaan
werken. Daar heeft niemand haar
het laatste half jaar zien flirten of
zien uitgaan. Daar had ze geen tijd
voor.
De arts die haar stoffelijk over
schot heeft opgetekend, dat haar kle
ding geheel in orde was.
5. Had Kennedy van het huisje
van het feest een andere weg kun
nen nemen, waarin een bocht voor
komt in dezelfde richting die hij nu
naar de fatale brug insloeg en wist
hij van het bestaan van die weg
af?
0. Heeft de familie-Kennedy of
haar vertegenwoordiger eraan mee
gewerkt een lijkschouwing te voor
komen?
7. Is er 's nachts druk telefonisch
overleg over de zaak gepleegd? Ge
tuige: Een vertegenwoordiger van
de telefoonmaatschappij, Joh J. O*
Connor
1JTANNISPORT „Ted Kennedy is altijd behoed-
zaam geweest. Ondanks de ommezwaai in zijn be
langstelling van de laatste tijd naar controversiële zaken
is Edward Kennedy altijd met beide benen op de grond
blijven staan. Hij twijfelde, maar bleef kalm. Misschien
is dit de manier om in de tijd voor de kandidaatstellingen
voor het presidentschap de handschoen op te nemen
„verbrande bruggen en verbroken vriendschappen ver
mijden".
Niemand in de brede, luxueuze residentie van de Kenne
dy's, die van de heuvel van Hyannisport over de Atlan
tische Oceaan uitkijkt, zal met vreugde terugdenken aan
dit commentaar van begin juli in het gezaghebbende ka
tholieke liberale weekblad Commonweal.
Edward Moore Kennedy verkeert sinds 18 juli in de vierde
crisis van zijn leven. Deze man van 37 jaar heeft ondanks
zijn sportieve leven, zijn stevige bouw, zijn vierkante Ierse
kaak, in de laatste weken een ander gezicht gekregen.
Edward Kennedy, geboren op 22 februari 1932, brengt heel
wat juridische ervaring mee naar het onderzoek naar de
dood van Mary Jo Kopechne en de roep van heel wat wilde
streken.
Afgestudeerd in de rechten is hij in 1956 als journalist in
Noord-Afrika geweest. Daarna leidde hij de verkiezings
campagne van zijn broer John in het westen van de Ver
enigde Staten in 1960. Een poos heeft hij gewerkt als sub
stituut-officier van justitie in de staat Massachusetts. In
1963 is hij senator voor deze staat geworden.
Edward is de vierde en jongste zoon in de rijke en be
roemde familie Kennedy. Lange tijd hebben de Amerikanen
geamuseerd op zijn wilde streken gereageerd. Zelfs zijn
recente uitspraak „Ik weet dat ze me voor mijn donder
zullen schieten en dat wil ik niet", wordt zo opgevat. Zijn
wild-ridderlijke avontuurtjes met fraaie vrouwen worden
hem zo vergeven, al schijnt hij er vaak door in moeilijk
heden te komen met zijn vrouw Joan, die de romantiek
hooghoudt door zo nu en dan een film met kleur en geluid
van hun huwelijksinzegening te vertonen.
Het is aanvaard, dat Edward van een stevig glas whiskey
houdt. „Hij is maar een keer in het openbaar dronken ge
weest. In een lijnvliegtuig uit Alaska in de winter van 1968.
Dat kun je toch geen dronkaard noemen. Hier in Hyannis
hebben we nooit last met hem gehad", zegt een van de
oudere politie-agenten in Hyannis, oostelijk van Boston.
Edward gaat trouw in Hyannis naar de mis. Sedert de
doorbraak van zijn broer John F. als katholiek naar het
presidentschap is er van discriminatie jegens katholieken
weinig meer te merken.
„Katholieken zijn minister geworden zonder dat 't iemand
opvalt", zegt een dominee. Is Edward Kennedy een wilde
man, die er maar wat op los leeft
In zijn Jeugd was hij dat zeker.
In 1954 is Edward tijdens een rugby
wedstrijd van het veld gestuurd om
dat hij met een rood hoofd onbe
heerst aan het knokken sloeg met
een tegenstander, tot driemaal toe.
De scheidsrechter van de wedstrijd,
Frederick Cosstick zegt: „Rugby is
een hard spel dat de spelers juist
leert de regels precies te volgen. Als
een speler driemaal op één middag
zijn zelfbeheersing verliest, betekent
dat volgens mij dat hij in een crisis
niet in staat is helder te denken en
rationeel te handelen".
Bekend ook zijn Kennedy's vier boe
tes wegens te hard of veel te hard rij
den en zijn escapades met vliegtuigen
zoals vliegen en landen zonder brevet.
Even bekend is de episode in de uni
versiteit van Hervard toen Ted Kenne
dy een ander zijn Spaans examen liet
dien, omdat hij vreesde er niet veel
van tercht te brengen. Aan veel van
zijn wilde streken is echter een eind
gekomen toen hij (nog als student) trouw
de met Joan Bennett en later als ad
vocaat ging werken in Boston en een
huis van drie ton betrok.
Wild ging het weer toe in de verkie-
zingscampangne die in 1960 voor zijn
broer John losbarstte.
Een politicus uit de staat Wyoming
vertelt: „Ik heb nog tegen Ted gezegd
ik wou dat je zelf meedeed. Het gaat
zo goed". Edward was overal tegelijk.
Hij raasde door het westen van de
Verenigde Staten in zijn eigen vliegtig-
je, deed op een wild paard mee aan
een rodeo en liet zich zelfs voor het
goede doel tot skispringen verleiden. De
eerste sprong van zijn leven was een
succes.
De kwalificatie te jong en te wild is
lang voor Edward blijven gelden. Ook
nu doet zij opgeld. George Meany, de
grote man van de machtige vakcentra
le AFL/CIO zei: „Ik geloof dat hij zich
zeer veel schade heeft berokkend, maar
los daarvan vind ik, dat hij te jong is
om president te worden. Hij heeft nog
veel ervaring nodig. Teddy werkt hard
als senator en ik geloof dat hij voor
Massachusetts goed werk doet.
Aan de andere kant staan politici die
Kennedy's hulp zelfs op dit benarde mo
ment niet kunnen missen.
Deze dagen vlak voor Edwards even
tuele val, is toch de jonge democraat Mi
chael Harrington, die dingt naar een
Congreszetel, er op uit de steun var.
Edward Kennedy te verwerven. Het
verbaast de kranten in Boston niet. De
Globe bijvoorbeeld schrijft: „De repu-
bliekeinen zijn goed georganiseerd en
hebben geld. Harrington heeft pro
blemen. Er is weinig geld bij de
Democraten en er is weinig hulp van
specialisten te verwachten. Naast
Kennedy is er geen andere grote natio
nale Democratische figuur die hem kan
helpen."
De vierde crisis in zijn leven heeft
Edward Kennedy blijkbaar nog niet ver
nietigd. De eerste kwam in 1963, toen
hij de senaat voorzat en hem fluiste
rend werd gemeld: ze hebben op uw
broer, de president geschoten,
bijna omkwam bij een vliegtuigonge
luk. Hij herstelde en voerde van zijn
bed uit via de radio een verkiezings
campagne die een doorslaand succes
werd.
De derde crisis heeft hem het
diepst geschokt. In 1968 keek hij neer
op het bloedende lichaam van zijn
broer Robert. Na diens dood heeft hij
lang nodig gehad om van de schok
te herstellen. Hij hing rond, men
neemt aan dat alleen de kracht van
zijn moeder die hem elke dag
schreef en van zijn schoonzus
ters hem er bovenop hebben gehol
pen.
Een van de mensen die werken op
de jachtclub van Edgartown beschreef
hem zoals hij in die periode was.
„Dikwijls stond hij dromerig op zijn
schip en zei urenlang geen woord.
Hij maakte de indruk van een man
die afscheid had genomen van al het
werk in het leven en maar wat rond
wilde hangen".
Sindsdien wordt gezegd, dat Edward
Kennedy door zijn familie en de groep
van adviseurs tot boven zijn eigen ni
veau is getild. Met toespraken en voor
bereidend werk, drijvend op de grote
verwachtingen en de bittere nood van
de Democratische partij is hij opge
stuwd tot het niveau van nationaal fi
guur.
Was de druk te groot? Soms schijnt
het wel zo te zijn geweest, bijvoorbeeld
als hij weigerde nog langer het cen
trum van een cocktailparty te zijn en
vroeg of er geen eind aan kon worden
gemaakt. Of als hij grapjes maakte
over zijn eigen ondergang. Of als hij
soms wat diep in het glas keek.
Een interview, zoals dat dezer dagen
werd geschreven en waarin de man
die in de zaak-John Kennedy fanatiek
is blijven vechten voor een nieuw on
derzoek, officier van justitie Jim Gar-
risson, zegt dat Edward zal worden
neergeschoten, schijnt hem erg te ont
moedigen.
Slapheid leek tot voor een paar jaar
in ieder geval duidelijk aanwezig in
zijn karakter. De strijd met het Spaan
se examen, zijn onvermogen om op
zware aanvallen in de Senaat te ant
woorden in 1962, en zijn trots op zijn
kennis van dewereld gpgedaan niet
in studie maar in wilde reizen hebben
menigeen gntmoedigd. De gude sena
tor Mc. Cormack: „Toen hij op zijn
dertigste in de senaat wilde beriep hij
zich steeds weer op die buitenlandse
kennis opgedaan in elf Europese lan
den in 24 dagen en in negen Zuidame-
rikaanse landen in 27 dagen.
Het negatieve in het karakter van
Edward Kennedy is lange tijd breed
uitgemeten. De vergelijking met de
charmante, humoristische, intellectuele
Jack of de heldere, scherpe, ambiti
euze harde Bobby viel slecht voor hem
uit. En toch...
Nog helemaal in de schaduw van zijn
broers, vrijwel onopgemerkt, heeft Ed
ward als vrijwilliger gewerkt in een
negergetto. Mensen die hem kennen
zeggen dat hij bijzonder goed luistert
en ideeën snel en goed combineert en
0 EDWARD KENNEDY
dat hij hard werkt. Eenmaal in de Se
naat is hij allereerst gaan leren hoe je
met ouderen moet omgaan.
Naar ze luisteren, ze allemaal se
nator noemen en weten wat ze wil
len drinken. Bovendien je zaken goed
kennen, zoals het raketverdedigings
systeem van Nixon, dat hij met zo
veel verve aanviel, dat hij de helft van
de Senaat op zijn hand kreeg. Dat
wordt hier algemeen een geweldige
prestatie genoemd.
Edwards respect voor de ouderen
is al vroeg begonnen. Hijzelf heeft
gezegd: „Vader vond dat ik geen
fiets mocht hebben voor de anderen
er een hadden. Hij hield die disci
pline erin tot die vanzelfsprekend
werd". Voor Edward vanzelfsprekend
dan, zoals alle familieplichten die hij
vanzelfsprekend op zich heeft geno
men na de dood van John en Bobby
Misschien is een ommekeer in Ed
wards leven gekomen na zijn ei-
en sinds de slechte geestelijke toe
stand van zijn vader.
gen vliegtuigongeluk. Half verlamd
heeft hij maanden op bed gelegen.
Uit Edwards politieke carrière na
dat ongeluk komen drie punten sterk
naar voren: zijn geduld, zijn opportu
nisme en zijn deskundigheid ook op
het gebied van wat gewone kleine men
sen voelen en nodig hebben. Hij werk
te hard en hij maakte tot in het uiter
ste gebruik van de grote breinen die
hem omringen en van de mogelijkhe
den, die hij als rijk man heeft om
waar ook ter wereld te gaan kijken waar
hij het over heeft. Hij schiep een re
putatie van goed doordachte, uitste
kend voorbereide wetsvoorstellen.
De verantwoordelijkheid jegens zijn
familie, zijn partij en zijn kerk drukt
zwaar. Zo zwaar dat er misschien im
de nacht van Chappaquiddick voor
hem te weinig ruimte bleef voor per
soonlijke moed.
"Vrouwen zeggen vaak: „Onze samen-
leving wordt nog altijd door de
mannen beheerst". Ja, ook in Neder
land. En zij hebben daarbij geen on
gelijk: onze maatschappij is nog al
tijd in essentie een mannenmaat
schappij. Zeker, een man kan tegen
dat verwijt van de vrouwen aanvoe
ren dat voor onze wet man en vrouw
toch zo langzamerhand aardig gelijk
en gelijkwaardig zijn geworden
maar vrouwen krijgen kansen voor
open goal genoeg om aan te tonen,
dat dit verhaal in de dagelijkse prak
tijk van het leven niet opgaat.
't Is waar: al een halve eeuw heeft de
Nederlandse vrouw in tegenstel
ling bijvoorbeeld tot haar Zwitserse
seksegenote volledig kiesrecht. Maar
het aantal vrouwen dat in gemeente
raden, provinciale staten, parlement
wordt gekozen is nog altijd veel en
veel minder dan de helft van het aan
tal gekozenen.
't Is waar: als een meisje wil stude
ren, vindt tegenwoordig bijna nie
mand dat meer gek of overbodig;
zelfs is het niet meer buitengesloten
dat zij een typisch „mannelijke" be
roepsopleiding of studie kiest. Maar
de vrouw die in Nederland griffier
van de Tweede Kamer wordt of bur
gemeester of notaris, is nog altijd
zulk een zeldzaam vogeltje, dat zij
een interview of ten minste een foto-
plus-stukje in de dagbladen waard fa.
Zeker, de getrouwde vrouw is in Ne
derland al heel wat jaren handelings-
bekwaam. Maar het aantal vrouwe
lijke bedrijfshoofden is in ons land,
vergeleken met landen als de Ver
enigde staten en Zweden, bepaald
laag te noemen. Heel veel mannen
zouden het in Nederland eenvoudig
weg vertikken om onder 'n vrouwelij
ke chef te werken. En nog altijd kan
men meningen horen en lezen van
mannen directeuren en andere lei
ders in bedrijven die vinden dat de
vrouw in het algemeen een geringe
re arbeidsprestatie leveren kan dan
de man. Gewoonlijk worden die be
weringen niet door feiten, slechts
met emoties „gestaafd".
TVTatuurlijk mag men als Nederlandse
man de vrouw voorhouden, dat
haar positie een geweldig stuk is ver
beterd sedert, in het einde van de vo
rige en het begin van deze eeuw, Wil-
helmina Drucker en haar medestrijd
sters het gevecht om de emancipa
tie van de vrouw begonnen. Natuur
lijk wordt die positie langzaamaan
steeds meer verbeterd; als straks
mr. C. H. F. Polak, de minister van
Justitie, zijn echtscheidingswet, waar
bij scheiding bij onderling goedvinden
mogelijk wordt, ongeschonden door de
Kamers kan krijgen betekent dat in
zekere zin ook alweer een stukje ver
dere gelijkstelling van man en vrouw.
Toch: in de praktijk van het leven zijn
man en vrouw in ons land niét gelijk.
De Nederlandse vrouw ligt in dit op
zicht bepaald achter bij bijvoorbeeld
haar Zweedse en Amerikaanse zuste
ren. (In Amerika schijnt de vrouw
zelfs zo langzamerhand maatschap
pelijk een nogal dominerende positie
te gaan innemen; onlangs is in New
York een „vereniging tot emancipa
tie van de man" opgericht...) En op
een van de allerbelangrijkste prak
tische gebieden des levens, te weten
het verdienen van geld en het daar
over betalen van belasting, is de ge
trouwde vrouw in Nederland nog al
tijd niet geëmancipeerd. Onze fiscus
erkent de werkende getrouwde vrouw
zélfs niet eens een zelfstandige
verdienster.
Haar loon haar hele inkomen trou
wens wordt opgeteld bij dat van
haar echtgenoot en de totaliteit van
het echtelijk inkomen wordt belast.
Men kan zeggen: Dat heeft met ach-
teruitstelling van de vrouw niets te
maken, het is een zuiver fiscaal-tech
nische zaak, maar daar kan men zich
er echt niet mee van af maken! Het
is nu eenmaal een feit, zoals het in
Elsevier» belasting,gids staat, dat tot
het belastbaar inkomen van de ge
trouwde man alle inkomsten van zijn
vrouw behoren. Dat fa dus: geen ge
lijkstelling. Het is eveneens een feit,
dat er voor de inkomsten uit arbeid
van de getrouwde vrouw maar een
beperkte vermindering van belasting
wordt gegeven. Dit i» een zaak met
werkelijk niet alleen maar fiscale
kanten (over die aspecten beraadde
zich een commissie-Hofstra) maar
met ook maatschappelijke kanten (de
gelijkwaardigheid van man en vrouw)
en in hoge mate ook met economische.
Tn Nederland werken althans offi
cieel veel minder getrouwde vrou
wen buitenshuis dan in de landen om
ons heen en in de Verenigde Staten,
Let u een» op het volgende staatje!
man
vrou
nen
wen
totaal
Zweden
93,5
54,7
74,2
W.-Dld.
95,2
48,9 °/o
70,8
Frankrijk
90,0
42,8 °/o
66,5
België
87,1
38,0 #/o
62,3
Ver. St
90,3
44,4 #/o
67,1
Nederland
91,9
27,4
59,6
Nederland heeft dus verhoudingsgewijs
verreweg het laagste aantal buitens
huis werkende vrouwen. En dat komt
voornamelijk, omdat de getrouwde
vrouw hier lang niet in die mate een
werkkring zoekt als in de landen om
ons heen. Dat wil zeggen: een offi
ciële, geregistreerde werkkring. Er
zijn wel veel getrouwde vrouwen die
„zwart" werken als huishoudelij
ke hulp vooral en dat wordt in de
hand gewerkt door het malle fiscale
systeem dat hier geldt,
J"km vooral drie redenen fa het bijzon
der te betreuren dat in ons land het
percentage getrouwde vrouwen dat
een baan heeft niet veel hoger te:
1. Het maakt voor heel veel getrouw
de vrouwen zeker als de kinderen
groter zijn het leven rijker en vol
ler en vaak worden zij, omdat zij met
mensen en situaties buiten de huis
houding en aanraking komen, waar
devollere partners voor de man;
2. In een staat met een zo perfect, maar
peperduur stelsel van sociale wetten
als ons land, waar we bovendien on
ze kinderen veel meer dan tot dusver
re voortgezet onderwijs willen laten
geven (dus later aan het produktie-
proces willen laten deelnemen) moe
ten de geweldige bedragen, nodig
voor sociale verzekeringen, a.o.w.,
onderwijs etc. worden opgebracht
door 'n percentage werkenden van de
totale bevolking dat kleiner is dan in
de ons omringende landen waar
door wij in het nadeel zijn en
3. Vanwege de economische toekomst
van ons land is het noodzaak dat ons
bruto nationaal produkt stijgt en dat
kan alleen waneer er méér wordt
gemaakt dus mede wanneer er
meer mensen in het produktieproce»
betrokken zijn. Met name: vrouwen.
ADOLF von Thadden, leider van de National-Demokratische Partei Deutsch-
lands, de N.P.D., is op verkiezingstournee door de Bondsrepubliek en zijn
spoor is duidelijk te volgen. Waar hij spreekt hebben arbeiders de volgende dag
de handen vol om nieuwe ruiten in de sponningen te zetten en het meubilair te
repareren, buigen artsen en verpleegsters zich over de gewonden, worden de res
tanten van eieren en tomaten met kruiwagens vol afgevoerd en komen arres
tanten ogenknipperend tegen het daglicht weer naar buiten.
„Dat alles is niet onze schuld", zegt
Von Thadden. „Wij verdedigen ons
alleen maar tegen de aanvallen van
communistisch gezinde lieden. En
als onze ordebewaarders met stokken
worden geslagen, is het geen wonder
dat zij buiten zichzelf raken en hard
terugslaan". Hij heeft een antwoord
op alle vragen die hem worden ge
steld en dat zijn er nogal wat. Voor-
en tegenstanders zijn het erover
eens, dat deze Adolf een zeer intel
ligente heer is, een begaafd spreker.
Een leider, die een betere partij waar
dig is, waarbij zijn verleden bij de
Wehrmacht hem immers niet hoeft
te hinderen.
tTijzelf roept door zijn uiterlijk en
zijn manier van optreden geen her
inneringen op aan het nazidom. En
wat dat betreft, is hij een eenzame
in zijn partij. De figuren die hem
omringen jagen de toeschouwer veel
eerder de rillingen over de rug.
„Buddy von Thadden komt uit een
oud adellijk geslacht, dat eertijds in
Pommeren over uitgestrekte landgoe
deren beschikte. Hij is van 1921 en de
oudste zoon uit het tweede huwe
lijk van zijn vader. Elf kinderen telde
het streng protestantse ouderlijk huis.
Adolf meldde zich, toen de-tijd daar
was, enthousiast voor de Wehr
macht. Dat was zijn eigen idee.
Zijn oudste halfzuster, Elisabeth,
kwam op een ander idee. Zij maakte
deel uit van een groepje dat tijdens
de oorlog plannen smeedde om de el
lende te bestrijden, die in het va
derland zou heersen wanneer Hitier
eenmaal zijn Kampf zou hebben ver
loren.
Zij werd door de Gestapo gearresteerd
en ter dood gebracht. Daardoor raak
te Adolf wel even in een crisissitu
atie, maar hij besloot toch maar
door te strijden, „want", zo staat te
lezen in èijn door de NPD verspreide
biografie, „hij was toch uitgegaan
om Duitsland te verdedigen en niet
de nazi's".
'TVeemaal raakte hij ernstig gewond,
tweemSal dacht men dat hij dood
was. De eerste keer ontvingen zijn
verwanten zelfs een officiële condo
leancebrief, de tweede keer kwam
men er al na drie uur achter dat
hij toch nog leefde. Aan die erva
ringen ontleent Von Thadden naar
eigen zeggen nu de moed om zich als
leider van een extreem-rechtse par
tij in de verkiezingsstrijd te werpen.
In een grijze Mercedes („echt deut-
sche Wertarbeit") met ruiten van on
breekbaar glas en kogelvrije banden
maakte hij thans zijn „Deutschland-
fahrt".
,Het spreekwoord zegt, dat iemand die
tweemaal dood is geweest niet op het
slagveld zal sterven maar in zijn
bed", aldus „Buddy", waarbij hij het
begrip slagveld ook uitbreidt tot de
politiek en terecht als men ziet wel
ke tonelen zich afspelen telkens wan
neer hij ergens in Duitsland het
woord voert. Hij heeft zich omringd
door vijf lijfwachten en een stuk of
dertig ordebewaarders, die „hun
Führer tot nog toe heel hebben
weten te houden. Een stuk of vijf
tien bijeenkomsten heeft hij inmid
dels achter de goed geklede rug. De
honderd wil hij volmaken voor de
Bondsdagverkiezingen van 29 septem
ber.
IXet praten doet hij en dat kan hij,
het knokken laat hij aan zijn par
tijleden over en dat kunnen ze,
Adolf von Thadden, een „Herr", die
alle neo-nazistische of fascistische
trekjes bij zichzelf en de NPD ont
kent. Dat kan hij gemakkelijk doen,
want een definitie van neonazist of
een fascist is nog nimmer gegeven.
Zijn politieke tegenstanders (volgens
hem zijn dat allemaal communisten)
kunnen slechts wijzen op opmerkin
gen in NPD-redevoeringen, die aan
„damals" herinneren. Want zo af en
toe verspreekt zelfs „buddy" zich en
wordt hij herkenbaar.
Zoals pas geleden, toen hij in Biele
feld een groep demonstranten moest
zien te overschreeuwen. Vlak in de
buurt van Bielefeld ligt een psychia
trische inrichting en op een gege
ven moment riep Von Thadden door
zijn superluidsprekers tegen de de
monstranten, dat hij de indruk had,
dat deze inrichting speciaal voor de
ze gelegenheid haar poorten had
geopend. Maar de NPD-leider ver
spreekt zich slechts zelden...