Piet v. Westrhenen luidt
noodklok voor fruitteler
KRIJGEN
FRANSEN
SUBSIDIE
GEEN VERTROUWEN MEER IN
DE EEG-LANDBOUWPOLITIEK
Positief beleid beter dan
semi-sociale lapmiddelen
Het gaat om 15.000 bedrijven
Honderden liggen
wakker van de zorgen
Ook onrust in Duitsland
„De aangekondigde maatregelen waar
mee de minister van Landbouw en Visserij,
ir. P. J. Lardinois, in samenwerking met
het ministerie van Cultuur, Recreatie en
Maatschappelijk Werk, de in nood verke
rende fruittelers in ons land een in hoofd
zaak financieel helpende hand wil rijken,
liggen meer op het sociale dan op het so
ciaal-economische vlak, en dat is naar mijn
overtuigde mening niet de oplossing waar
mee de fruittelers op de lange duur hun
bedrijven op een gezonde wijze exploitabel
kunnen maken. Overigens heb ik, on
danks mijn kritiek op de aangekondigde
maatregelen, wél waardering voor het be
grip dat de minister voor de huidige toe
stand in de fruitteelt blijkt te hebben. Maar
met de aangekondigde middelen, die ik zie
als lapmiddelen, komen wij niet uit de im
passe, waarin de Nederlandse fruitteelt-
bedrijven momenteel verkeren".
NOODTOESTAND
OORZAAK
STRUCTUUR
FAMILIEBEDRIJVEN
Rechtvaardig
Zorgenkind
Noodzaak
FRANSE SCHADUW LIGT OVER
DE BETUWE
(Van onze financieel-economische redactie)
Niet alleen de Nederlandse fruit
telers hebben te lijden van de
enorme overproduktie ontstaan
door de explosieve Franse over
voering van de fruitmarkten in de
EEG, ook in West-Duitsland is
onder de fruittelers in de grote
produktiegebieden, die zich min
of meer zien gesteld voor dezelfde
problemen als hun Nederlandse
vakgenoten, grote onrust ontstaan.
Door de Duitse fruittelers werd
sterke druk op de Bondsregering
uitgeoefend om de invoer van
Franse appelen te verbieden dan
wel beschermende, de invoer mi-
niserende maatregelen te treffen.
De Bondsregering bleek bereid aan
deze verlangens tegemoet te ko
men, doch moest de te nemen
maatregelen eerst voorleggen aan
Brussel.
Daar ging men echter niet met
de voorstellen akkoord, en werd
op het verzoek dan ook afwijzend
beschikt. Over te nemen maatre
gelen voor een zo goed mogelijk
beleid op het gebied van de fruit
teelt zijn Nederland, West-Duits-
land en België het vrijwel altijd
met elkaar eens. Ten aanzien van
Frankrijk bestaat er evenwel een
gevoel ven onbehagen, omdat op
het niveau van Brussel altijd af
spraken worden gemaakt die na
dien door Frankrijk veelvuldig niet
worden nagekomen. Steeds is er te
aanzien van Frankrijk weer iets
anders, waardoor de gemaakte
afspraken worden getorpedeerd,
zoals de mei-staking, de devalua
tie van de Franse franc, etc.
Men vraagt zich in Nederlandse
fruittelerskringen ook met verba
zing af hoe het mogelijk is, dat
de Franse telers hun produkten
met honderdduizenden kilo's tege
lijk op de Rotterdamse en Am
sterdamse markt kunnen brengen
tegen prijzen van 45 cent per kilo,
en zelfs wel 35 cent per kilo. Be
drijf sexpeditie-klaar bedragen de
kosten van de Nederlandse fruit
telers al 30 tot 35 cent per kilo.
Tegen de Franse prijzen valt dan
ook praktisch niet te concurreren.
Bovendien hebben de Franse en
Italiaanse fruittelers het klimato
logische voordeel, dat zij met hun
produkten eerder op de Nederland
se markten zijn dan de Nederland
se fruittelers zelf. Zo is men bij
voorbeeld nu pas in Nederland toe
aan de oogst van de Golden Deli
cious, terwijl deze allang uit Frank
rijk op de Nederlandse markten
wordt aangevoerd.
Dat is uiteraard een nadeel. De
Cox's Orange, die nu door de Ne
derlandse telers op de markten
wordt gebracht, wordt hierdoor als
het ware van de markten verdron
gen. Men heeft het gevoeld, dat
de Franse fruittelers op de een of
andere wijze worden gesubsideerd,
terwijl de Nederlandse fruittelers
een dergelijke subsidie moeten ont
beren. Steun van de zijde van de
Franse staat blijkt zonneklaar uit
het fantastische veilinggebouw, dat
in Bordeaux is verrezen, compleet
met marmeren vloeren etc., waar
bij op de kosten kennelijk niet is
gelet. Dat gebouw is door de staat
betaald, terwijl de organisatie
slechts een bedrag van tien pro
cent aan rente behoeft op te bren
gen. De Nederlandse veilingen zijn
in eigen beheer gebouwd, zonder
dat de staat er aante pasis geko
men. Op bijvoorbeeld het efficiën
te, maar zeker niet luxueus uitge
voerde veilinggebouw van de Ver
eniging Veiling Kesteren en Om
streken drukt nu nog een last van
meer dan 100.000 gulden, die toch
maar opgebracht moeten worden
Voor de Nederlandse overheid pleit
het feit, dat men door middel van
instituten en deskundigen aan de
Nederlandse fruittelers kosteloos
een gerichte voorlichting geeft op
technisch en economisch terrein
om tot een optimale bedrijfsvoe
ring te komen, hetgeen men in
Frankrijk niet kent.
Golden Delicious, de appel die door
de Fransen eerder op de Nederland
se markten wordt aangevoerd dan
het eigen produkt en dan nog tegen
afbraakprijzen, die geen droog brood
overlaten voor de Nederlandse fruit
telers.
Dat zegt Ingenaar Piet van Westrhenen (54), die vele functies vervult in lan
delijke, regionale en lokale fruittelersorganisaties, en die ook lid is van de ge
spreksgroepen voor de fruitteelt in EEG-verband, een man die met kennis van
zaken over de voor velen ogenschijnlijk hopeloze toestand in de fruittelers-
bedrijven kan spreken, en hij voegt aan deze uitspraak toe„De fruittelers
hebben het vertrouwen in de EEG-landbouwpolitiek, waarvan ook de fruit
teelt, als stiefkind, een onderdeel is, volledig verloren".
De heer Van Westrhenen, in de boom
gaarden van het Betuwse land tussen
het fruit opgegroeid, is een in postuur
en woordkeuze markante persoonlijk
heid, die zich strijdbaar, maar ook met
een grote mate van redelijkheid voor
de vele problemen en factoren die in de
Europese landbouwpolitiek en in 't bij
zonder in de EEG-fruitteelt 'n rol spe
len, dagelijks inspant om deze bedrijfs
groep van de ondergang te redden en
weer op een aanvaardbaar, economisch
rendabel niveau te brengen. „Maar om
dat te bereiken zal men in de Neder
landse fruitteelt nog een lange, moei
lijke weg moeten gaan", zegt de heer
Van Westrhenen en hij vervolgt: „Het
water is de Nederlandse fruittelers tot
aan de lippen gestegen. Vele bedrijven
zijn noodlijdend, zodanig, dat de eige
naars van enkele duizenden van deze
bedrijven negatieve inkomsten hebben.
Algemeen heerst er onder hen een lus
teloze stemming.
Sommige telers willen de zaken zelfs
op een veel agressievere wijze aanpak
ken, door het storten van grote hoeveel
heden appelen op de grote verkeerswe
gen, ja zelfs op het Binnehof onder de
ramen van de ministers, in de overi
gens ook maar flauwe hoop, dat men
op deze wijze eindelijk de aandacht
van de autoriteiten en het gehele Ne
derlandse volk kan vestigen op de zo
hoog gestegen nood." Het betoog van
de heer Van Westrhenen wordt onder
streept en aangevuld door de directeur
van de Veilingvereniging Kesteren en
Omstreken, de heer H. van Tongeren,
van welk veilingbestuur de heer Van
Westrhenen voorzitter is. „Weet u, ik
overdrijf beslist niet als ik zeg, dat ve
le fruittelers, en dat zijn er honderden,
's nachts wakker liggen van de zorgen,
en slechts wat nachtrust kunnen pak
ken door slaappoeders in te nemen.
Slechts weinigen weten ook, dat de ei
genaars van enkele duizenden bedrij
ven zich, steeds maar doorploeterend,
met de hoop op betere tijden, diep in
de schulden hebben moeten steken, en
dat uit een door het Landbouw-econo-
misch Instituut ingesteld onderzoek,
verricht bij 44 bedrijven, tot f 12.000,-
negatieve inkomsten werden geregis
treerd. Dat is duidelijke economische
taal. En nog steeds ziet men geen ver
betering. Is het een wonder, dat onder
deze vrijwel hopeloze omstandigheden
de fruittelers rebels worden? In geheel
Nederland zijn er in deze bedrijfstak
ongeveer 15.000 bedrijven met een to
tale bebouwing van ongeveer 31.000
hectaren".
„Wat ziet u als de oorzaak van
deze ongunstige ontwikkeling,
Gezicht op een van de uitgestrekte
aanplantingen van appelen in het Be
tuwse land. Het betreft hier een vol
gens moderne principes opgebouwd
bedrijf, dat voldoende levensvatbaar
heid heeft.
die toch eigenlijk pas in de laat
ste tien jaren is ontstaan".
„Die oorzaak is zonder meer aanwijs
baar. De afgang van het Nederlandse
fruit in de laatste tien jaar danken we
grotendeels aan de tot nu toe gevoerde
EEG-landbouwpolitiek. Een ontwikke
ling, die overigens niemand, ten tijde
van de ondertekening van het Verdrag
van Rome, heeft voorzien. De fruit- en
tuinbouw heeft zich hiertegen niet ver
zet. Men begreep in deze kringen, dat
door het ontstaan van de vrije Europe
se markt, niet meer gebonden aan lan
delijk afgekondigde invoerbepalingen,
zich wel eens moeilijkheden zouden
voordoen, maar algemeen had men toch
een vast geloof in die gemeenschappe
lijke markt. Men baseerde zich op de
^gedachten van een gunstige geografi-
Piet van Westrhenen is in de fruit
teelt een man met een gezaghebben
de stem, die talrijke functies vervult
in de landelijke, regionale en lokale
fruitteeltorganisatiesen onder meer
lid is van de gespreksgroepen voor de
fruitteelt in EEG-verband. Een strijd
baar, maar ook wijs man, die niets
onbeproefd laat om de fruitteelt van
de dreigende ondergang te redden.
sche ligging (die vooral de vervoerskos
ten drukken), het hoge niveau van de
bereikte vakbekwaamheid van de Ne
derlandse fruitteler en de grotendeels
optimistische voorlichting toentertijd
van tal van deskundigen, die. de toe
komst van de Nederlandse fruitteeltbe-
drijven in EEG-verband onder de loep
hadden genomen.
Dat is allemaal doorkruist door de
explosieve opkomst van de Franse fruit
teelt in de afgelopen twaalf jaar. Deze
Franse fruitteelt stelde twaalf jaar ge
leden nog maar weinig voor. Toen be
gon echter de opkomst van de fruitteelt
in het Rhone-gebied, financieel geacti
veerd door het teruggetrokken Algerijn
se kapitaal, de maatregelen tot rationa
lisering van de wijnindustrie, en gesti
muleerd en beschermd door Rarijs door
middel van subsidies. De produktie van
de Franse fruittelers is daardoor derma
te toegenomen, dat er in het open han
delsverkeer in EEG-verband een enor
me overproduktie is ontstaan, die in
feite op voor ons land niet acceptabele
wijze tot stand is gekomen, waarbij ik
wel moet opmerken, dat een en ander
niet indruist tegen de geldende regels
voor de EEG-landbouwpolitiek. De pro
duktie van het Nederlandse fruit nam
daarnaast door rationeler en vakkundi
ger werkmethoden eveneens met onge
veer 35 procent toe.
„Acht u dit de enige oorzaak
van dc nu ontstane toestand?"
Plukker V. Vermee kan er nog wel
bij glimlachen. Maar het is, in appel-
taal gezegd, een zuur-zoete glimlach.
„Neen. niet de enige, maar wel de
belangrijkste oorzaak. In fruittelers
kringen dient men te beseffen, dat er
ook vele bedrijven zijn, die structureel
niet meer mee kunnen. Die zich niet
hebben aangepast aan een moderne be
drijfsvoering, en daardoor, met veel
meer persoonlijke inspanning en man
kracht. toch duurder werken. Boven
dien dienen we in het huidige maat
schappelijke bestel, dat een steeds meer
internationaal oftewel wereldwijd as
pect krijgt, ons er van bewust te zijn,
dat we tot een grotere solidariteit, een
grotere samenwerking op het gebied
van de fruitteelt moeten komen.
Wij stelden de heer Van Westrhenen
de ons intigrerende vraag, waarom dan
toch honderden fruittelers, ondanks ne
gatieve of nauwelijks geen inkomsten,
doorgaan met zulk een in hun gedach-
tengang toch uitzichtloos bestaan. Het
antwoord liet niet op zich wachten.
„Dat men als het ware tot het bittere
einde doorgaat, komt, doordat de mees
te bedrijven familiebedrijven zijn, die
zijn overgegaan van vader op zoon.
Men is, en men treft dat veel in de
meeste facetten van de agrarische sec
tor, gebonden aan de grond. Dat zich
desondanks hier toch een enorme evo
lutie aan het voltrekken is, kan ik il
lustreren met de navolgende cijfers.
Omstreeks 1845 was ongeveer 87 pro
cent van de Gelderse beroepsbevolking
werkzaam in de agrarische sector. Nu
is dat nog ongeveer 7 procent. Vooral
jongeren vluchten van hun vaders be
drijven weg.
Duizenden bedrij
ven steken diep in de financiële lasten,
die men om velerlei redenen is aange
gaan, om er, met de hoop op betere
tijden, van te maken wat er van te ma
ken is.
Die hoop, door alle voorgaande opge
noemde redenen, verflauwt echter steeds
meer. Alleen door de overheid te ne
men positieve maatregelen kunnen voor
deze bedrijfstak uitkomst brengen, en
de hoop aan de fruittelers teruggeven
op een in deze tijd menswaardig be
staan. Daar hebben ze, naar mijn me
ning, recht op".
iiiiitHiiiiMiHiMiiimitiifiiiiifmimmitmmttntiiimifi
Leendert van Tuil, eigenaar van een I ben doorgebracht, geen appelen voor
klein bedrijf en tevens bedrijfsleider I citroenen meer verkopen. De zorgen
op een ander bedrijf, kan men, nadat I voor de toekomst staan echter ook
hij „levenslang" in de fruitteelt heeft I hem in het voorhoofd gegroefd.
ifiitiiHiiiiiffiiMiiimirffintiiifi
(Van onze financieel-economische redactie)
APELDOORN „Men vraagt zich in fruittelerskringen wel eens af. en ik
doe dat ook, of het, om overheidssteun en nationaal meegevoel op te wek
ken, noodzakelijk is. dat men een bedrijf in Rotterdam of Zaandam uit
oefent! Ik doel hierbij op de ontwikkelingen die plaats hebben gehad bij
Verolme en Verblifa. Bij de laatste fabriek ging het om 500 werknemers,
maar niettemin haalden ook de moeilijkheden in dit laatste bedrijf meer
malen met grote koppen de voorpagina's van de kranten, en alle verwik
kelingen er om heen bleven langdurig in de publiciteit. In de fruitteelt gaat
het om een beslist niet minder urgente noodtoestand, waarbij 15.000 be
drijven (en uiteraard méér dan 15.000 mensen) zijn betrokken. Hun nood
is, zo wordt het in fruittelerskringen aangevoeld, kennelijk niet spektaculair
genoeg". Dat zegt ons de heer Van Westrhenen. terwijl hij de woorden
uitspreekt met enige stemverheffing.
geholpen. Gezien de bepaald niet
gunstige vooruitzichten voor de na
bije toekomst zal het zo zijn (de
mogelijkheid op betere tijden zien
de deskundigen pas over zes jaar),
dat op een gegeven moment ook
deze nu net financieel „haalbare"
bedrijven, eveneens In schulden ge
raken en in de grote afgang worden
meegetrokken.
Dan zou iedereen zijn geholpen, het
geen in totaal nog geen 15 miljoen
gulden per jaar voor mogelijk enke
le jaren zou kosten". De heer Van
Westrhenen berekent dit aan de
hand van de volgende cijfers. Vol
gens de mei-telling 1968 was er in
Nederland een aanplant van 31.000
hectaren.
Door de invoering van de rooi-
premie, die bedoeld is voor sanering
van onrendabele bedrijven, vaak ge
mengde bedrijven, zijn reeds onge
veer 6.000 hectaren gerooid. Ver
wacht mag worden, dat voor midden
1970 nog eens 6.000 hectaren zullen
zijn gerooid, waardoor dan een
gesaneerde aanplant van ongeveer
19.000 hectaren overblijft.
„De huidige noodtoestand in de
Nederlandse fruitteelt behoort tot
de consequenties van de EEG-land
bouwpolitiek als onderdeel van het
grote ideaal, de Europese eenwor-
wording op handelsgebied. Men kan
het moeizaam pogen tot die eenwor
ding toejuichen, maar dan is het ook
niet minder idealistisch en tevens
rechtvaardig, dat de slachtoffers
van deze idealen in groot verband,
daadwerkelijk geholpen worden. Nu
eten de Nederlandse gezinnen Fran
se appelen, terwijl de landgenoot-
teler honger lijdt en 's anchts niet
kan slapen vanwege de zorgen.
Waardeerbare hulp wordt nu wel
verleend aan de ergste in nood ver
kerende bedrijven, maar ik zie dat
als een sociale hulp om deze in fei
te „gevallenen" op de been te hou
den, en hen in ieder geval te ver
zekeren van het bescheiden dagelijk
se brood voor het gezin. Dat is, zo
op het oog, al heel wat, en een voor
de betrokkenen uiteraard verheu
gend bericht. Maar daarmee zijn
deze ondersteunden, en zeker niet de
eigenaars van de nu nog goede be
drijven, die het zonder schulden,
maar overigens met een minimum
bestaan kunnen redden, niet afdoend
Ten aanzien van de EEG-land
bouwpolitiek dient men te besef
fen, dat men met de realiteit van
het te voeren sociaal-economisch be
leid te maken heeft. Men kan de klok
niet meer terug zetten. Maar dan is
het ook een absolute noodzaak, dat
die bedrijven die nog levensvatbaar
heid hebben, maar dat geldt tevens
voor alle bedrijven, een toeslag per
hectare krijgen. In plaats van de nu
te nemen maatregelen (een soort
stuitend afhankelijk zijn van de so
ciale becdeling, waar het in vele af
zonderlijke gevallen op neerkomt),
en welke maatregelen volgens een
uitspraak van de minister zeker vele
miljoenen zullen gaan kosten, zou t
van een veel positiever beleid getui
gen indien de overheid aan alle
fruittelers een toeslag geeft van on
geveer 750 gulden per hectare.
De minister heeft maandag gezegd
en men kan hem daarvoor waarde
ren, dat de toestand in de fruitteelt
momenteel zijn zorgenkind nummer
één is. Laat hij dan dat zorgenkind
in volledige bescherming nemen en
de kans geven zich gezond te ont
wikkelen. Daar zijn de fruittelers op
de eerste plaats, maar ook de over
heid en de gehele Nederlandse sa
menleving mee gebaat. De door mij
als de enige juiste oplossing van het
probleem geziene toeslag van 750
gulden per hectare voor alle fruit
telers zal, waar het hier gaat om
een bedrag van f 15 miljoen, waar
mee 15.000 bedrijven en nog veel
meer in deze bedrijfstak werkzame
personen daadwerkelijk zullen zijn
geholpen, de Nederlandse belasting
betaler beslist niet afschrikken. Zo
sociaal ingesteld zijn we nu in Ne
derland wel. Een complete, oer-Höl-
landse bedrijfstak wordt er mee uit
het moeras getrokken, en heeft dan
een goede kans om zich gezond te
ontwikkelen. Het Nederlandse fruit
wordt in z'n geheel op de Nederland
se markten aangeboden. In vroeger
jaren bedroeg de export zo'n twin
tig procent van de totale oogst. Die
export is nu vrijwel verdwenen".