De wereld: te klein voor
milieu-verontreiniging
Sex bij 't Velume zwart wild
m
Maandag: dag van de
sportieve groenrok
Speciaal nummer van Natuur en Landschap!
Steeds meer bos en veld
verandert van eigenaar
SCHAKEN f door H. KRAMER
Zelf bedreiging
Nieuwe gevaren
Beheer
Met bet jaar 2000 in zicht!
DAMMEN
door J. M. BOM
OPLOSSING
BRIDGE door G. J. R. FÖRCH
KRUISWOORDRAADSEL
Er is nu al DDT gevonden
bij pinguins aan de Zuid
pool en sommige Eskimo's blij
ken een zo hoge concentratie
van radio-actieve stoffen bij
zich te hebben, dat de maxi
maal toegestane belasting is
overschreden. Waar het alle
maal precies vandaan komt,
kan nog een raadsel blijven,
maar wel staat vast dat de
wereld te klein is geworden
voor de gevaarlijke stoffen,
die wij als afval om ons heen
verspreiden.
Het herfstnummer van Na
tuur en Landschap, tijd
schrift van de Contactcom
missie voor Natuur- en Land-
scapsbescherming, is hele
maal aan dit wereldprobleem
gewijd: de consequenties van
menselijk ingrijpen in het mi
lieu. Wetenschappelijke onder
zoekers van naam hebben
bijdragen geleverd aan dit
nummer.
I~\e biologen J. A. Eijgen-
raam, prof. dr. H. Klomp
en drs. J. Rooth stellen vast,
dat jacht en vangst niet ver
antwoordelijk zijn voor de
snelle achteruitgang van ve
le vogelsoorten. Veel meer
ligt de oorzaak in „terreinver
overing" door industrialisatie
en stedebouw, alsmede in de
toenemende vervuiling en ver
giftiging van het milieu.
Reeds in een beginstadium
van vervuilingsprocessen kun
nen vergaande wijzigingen in
flora en fauna optreden. Een
treffend voorbeeld daarvan is
onder meer waargenomen in
het waterwildreservaat Zwar-
temeer bij de IJsselmond.
Door de aanvoer van orga
nisch materiaal in het Zwar
te Water en de Overijsselse
Vecht ging de beroeiing
sterk achteruit, hetgeen van
grote invloed is geweest op de
vogelstand: in tien jaar tijd
daalde het aantal vogels van
70.000 tot nog geen 16.000. Dit
is nog maar een enkel voor
beeld van wat overal in ons
land gebeurt. „Wij verkeren in
de bedenkelijke situatie, dat
de mens de grootste biologi
sche bedreiging van zijn ei
gen soort is geworden", aldus
deze onderzoekers.
/"kok de zee is niet veilig voor
onze afvalstoffen, zo be
toogt vervolgens drs. J. H.
Koeman. De lozing van afval
via pijpleidingen in zee kan
tot ongunstige verschuivingen
in de samenstelling van de
planktonpopulaties leiden. De
resultaten van een weten
schappelijk onderzoek naar
massale vergiftigingsver
schijnselen in zee hebben
het vermoeden gewekt, dat
een plotselinge „opbloei" van
eencellige vergiften wordt ge
stimuleerd door de lozing van
zouten en organische afval
stoffen. De gezondheid van
de mens vereist, dat deze ont
wikkeling nauwlettend wordt
gevolgd, aldus drs. Koeman.
Dij de algehele milieuver-
giftiging zijn de aanbren
gers van het gevaar al lang
niet meer alleen de bekende
synthetische chemicaliën, zo
als de gechloreerde koolstof
fen. Sinds kort zijn ook ge
chloreerde bifenylverbin-
dingen in de aandacht geko
men, nadat zij op tal van
plaatsen in de wereld waren
aangetroffen in de weefsels
van watervogels. De giftige
werking hiervan is nog maar
nauwelijks bekend, maar in
tussen werden langs onze kust
hoge residu's aangetroffen in
eidereenden. Er zijn aanwijzin
gen dat deze stoffen via de
Rijn in de Noordzee terecht
komen en vandaar o.m. in de
Waddenzee. Het gaat hier om
stoffen, die in smeer- en iso
latiemiddelen worden ge
bruikt, alsmede in verven en
lakken.
jQr. A. C. Perdeck gaat in
op de manier, waarop het
millieu beïnvloed wordt. Op
vallend is het, dat de pro-
duktie en de consumptie aan
zienlijk sneller toenemen dan
de bevolkingsgroei. Bedenke
lijk is daarbij ook, dat nog
nauwelijks sprake kan zijn
van doelmatig beheer van
onze natuurlijke hulpbron
nen. Het blijven parasiteren
hierop kan catastrofaal wor
den voor de hele mensheid,
aldus dr. Perdeck.
In toenemende mate wordt
behoefte gevoeld aan weten
schappelijk gefundeerd in
zicht in de relatiepatronen
van plant, dier en mens in
hun milieu. Het verwerven en
overdragen van deze kennis is
een eerste voorwaarde voor
rationeel gebruik en behoud
van de biosfeer.
JOOR de rechtgeaarde jagersman blijft 3 november een
dag, waarop hij zich gaarne bezint op het weidelijk verle
den en hoopvol kijkt in de toekomst. Het is na Allerheiligen
en Allerzielen een hoogtijdatumdan laat men zich graag in
aangename gedachtenwisseling over het voorbije jaar in bos
en veld, duin en water onderdompelen en laat alle geluk en
tegenslag, gunsten en nukken van Diana nog eens met een
tintel in het oog of een ongelovig opgetrokken wenkbrauw
de revue passeren.
Het is een ongeschreven ofschoon enigszins verwaterde
wet, dat elke sportieve groenrok zich op de naamdag van zijn
schutspatroon Hubertus te velde bevindt, liefst alleen en
slechts in gezelschap van zijn aanhankelijke hond of met een
paar gelijkgezinden. Men moet van elkaar weten, dat ieder
de zinrijke traditie van de derde november hooghoudt en haar
niet willen verwaterd zien door nuchtere verstandelijkheid,
realiteit en prozaïsche zakelijkheid, waarvan alle poëzie verre
blijft staan.
TTET is in onze koude, onverschillige tijd zeer plezant, wan
neer er nog geen hart van kurk in de borst klopt en men
wat verwarmende romantiek kan opbrengen.
Deze valt voor de jager met
zijn onmisbare hang naar het
buitenleven op menig terrein
te vinden. Want de menselij
ke omgang met wildschut en
drijvers, met polsstokdrager,
en goedhartige landelijke be
volking vormt een zeer essen
tieel stuk van de omzwervin
gen door de levende natuur
en in de dwarreling van de
pijpesmoor of de sigarenrook
wazigt op Huiberts-avond me
nige stoere kop en struise fi
guur, die men gaarne een
ogenblik in de herinnering te
rughaalt, want aan zulke hel
pers en handreikers blijft wel
de goede gedachtenis verbon
den.
Op zulk een avond, wellicht
na een drijfjacht op zwijnen,
neemt het verleden de jager
bij de hand en hij verdiept
zich in de Edda met haar fiere geest en daalt een ontvan
kelijk hart, in tot haar innerlijke grootheidzij vormt het boek
van alle tijden. Bij het lezen wijkt het alledaagse en banale
vèr terug en een primitieve verering voor menig groot, his
torisch weidman rijst op: Odin, Dzjingisch Chan, Karei de
Grote, Barbarossa, Hackelberg, koning Arthur, de Zweedse
vorsten uit het verleden en vele anderen.
Vergeelde bladen, kronieken en oude zangen weerspiegelen
hun drift en passie; hun ruime ziel, die zich uitstrekt naar
idealen, en hun dichterlijke geest reiken tot over de ontvan
kelijke nazaten van onze dagen, wanneer zij op de dag aller
jagers, temidden van herinneringen in de stille beslotenheid
van hun buitenwoning met overgave en toegenegen zin weten
in te keren.
Nauwelijks zullen zij wellicht de overbekende geschiedenis
van de beschermheilige met het kruisdragend hert overpein
zen, doch rustig nalezen, dat deze viervoeter niet slechts in
de christelijke iconografie wordt beschouwd als de hemelse
afgezant (Cervus emissus), doch als edelste aller bosbewo-
ners overal het andere grofwild verdrong.
STEEDS vervulde het in kerkelijke en wereldlijke kringen
een voorname rol; zo voert Roy Modus in een middel
eeuwse Franse jachtkroniek aan, dat het zich met de tien
takken van het gewei tegen drie vijanden verdedigt, nl. men
sen, honden en wolven, terwijl voorts deze tien enden de Tien
Geboden zouden symboliseren. In een fraai miniatuur uit de
14e eeuw wordt dit afgebeeld. De Duitse School geeft even
zeer de voorkeur aan het edele hert als kenteken van Sint
Hubertus, maar hier wordt het veelal een dwergachtig dier,
rustend op een gesloten evangelieboek, dat de schutspatroon
in de hand houdt. Zo is er velerlei, dat sinds de oudste tijden
met hem annex was, eerst beleden door de hoogste adel,
daarop door de gegoede burgerij der steden in het zuiden,
met de ambachten en gilden, om te eindigen bij de tegen
woordige jagers en buitenvrienden, die nog voldoende gevoel
bezitten voor een wonderlijke traditie, welke zich dertien
eeuwen kon blijven handhaven en tot op de dag van heden
bestendig bleef.
Is dit niet voldoende, om er op de derde november enige aan
dacht aan te schenken?
lyten zou kunnen zeggen, dat
1 de maand november een
periode is met weinig ups-
and-downs in de planten- en
dierenwereld. Futloze weken,
neveling, slappe zonneschijn
en sfeer zonder pit. Toch zit
er nog een scherpe rimpel en
frons in het reliëfloze gezicht
van nevelmaand, al behoort
er een goede dosis geluk bij,
om er na Hubertusdag wat
van te ervaren.
Want de everzwijnen verto
nen hun onbehouwen minne-
liet areaal particulier bos in stilletjesaan gedaald beneden
H de 50%, zo blijkt uit recente gegevens van staat^osbeheer,
dat er nog aan toevoegt: „de versnippering
Ruim 50% van het bosareaal en bijna 75% van de natuur-terrei
nen worden al door verschillende instanties beheerd. In totaal
ziet het beeld er als volgt uit:
Vereniging tot behoud
Eigenaren
Staatsbosbeheer (Min. v. CRM):
Vereniging tot behoud van
Natuurmonumenten
Stichting Gelders Landschap:
Stichting Nationale Park
De Hoge Veluwe:
Kroondomein:
Ministerie van Defensie:
Gemeenten:
Particulieren:
Bos
Natuurterrein
ha
ha
10.218
13.2
3.073
8.6
400
0.5
775
2.2
4.900
6.3
3.857
10.8
2.632
3.4
880
2.5
1.572
2.0
3.649
10.2
7.775
10.0
1.800
5.1
2.045
2.7
8.222
23.1
9.509
12.3
3.560
10.0
38.382
49,6
9.799
27.5
77.433
100.0
35.615
100.0
spel hoe luidruchtig en onbe
houwen zich de rauwe vrijage
ook moge afspelen, geenszins
aan jan-en-alleman; voorts
treft men het zwarte borstel-
wild nauwelijks buiten het
Veluwse gewest aan, gelijk dit
ook met herten het geval is.
De ruwe ongemanierdheid
van de kapitale beren vindt
een uitlaat in het verdrijven
van beluste jongelingen zo
te zeggen nog met de baard
in de keel welke zij kwalijk
bij het gezelschap der dames
kunnen verdragen.
'TodXs allerwegen in het gro-
te gezin van moeder Na
tuur geldt ook hier het recht
van de sterkste; medegevoel
noch goedertierenheid wordt
betracht, wanneer er hete
driften woelen en een wilde
passie alles in haar ban slaat.
Dit zien we aan de zwarte
evers, wier verschijning in de
loop van november en decem
ber weinig vertrouwenwek
kend is: de kleine ogen zijn
met bloed belopen, om de snuit
schuimt blazige zever en de
ivoren houwers knarsen drei
gend tegen elkaar.
Ontmoeten een paar van
zulke gramstorige, ijverzuchti
ge gezellen elkaar, dan kan
het ontstaan van een verwoed
duel nauwelijks twijfelachtig
wezen. Ze dringen zich met
flank en schouder vast tegen
elkaar, laten de vervaarlijke
kop zakken en slaan met
kracht en geweld de slagtan
den in de onderkaak omhoog,
zodat er bloedige schrammen
en wonden in het borstelige
zwoerd gestriemd worden.
Wie na vaak langdurige
strijd uitgeput het veld moet
ruimen, ziet er niet zelden, zó
toegetakeld uit, dat hij bij
sterk tranende naaldbomen
heul zoekt, door de kwetsuren
aan de harsige stam te wrij-
Zal deze bruid door een minnaar gevonden worden?
ven, zodat er met het onder-
haar der wollige winterpels
een vast verband wordt aan
gelegd, een stelpend en ge
neeskrachtig pantser of
harnas.
Gehard en robuust als zich
dit potige wild vertoont, zijn
ook hun vechtkunsten en me
dicamenten, de lompe, onbe
houwen wijze van doen, het
brute optreden en nog veel
meer, dat de beschaafde
mens niet ligt, doch deson
danks omweeft het vanouds
een sluier van sfeer en ro
mantiek, die sterk op onze
verbeelding werkt.
Mocht men van zulke tafe-
len in het vroege voorjaar
vernemen (maart) dan werd
de beertijd of „ruizigheid" on
der invloed van veel beukeno-
ten en eekmast en klimaat
opgeschoven, want hij is niet
absoluut aan een vaste limiet
verbonden, al komt de perio
de november/december het
meeste voor.
Een milde winter met veel
voedsel vergroot later de
worpen, zoals we misschien
in 1970 wel zullen ervaren.
A. B. Wigman
1/en aanzienlijke zorg in deze situatie is, dat er een steeds gro-
Vj tere opvangcapaciteit voor dag- en verblijfsrecreatie moet
komen. Zoals bekend, rekent het provinciaal bestuur van Ge der-
land erop. dat in het jaar 2000 op topdagen anderhalf miljoen
toeristen naar deze provincie zullen komen, dat is een verdub
beling, vergeleken bij 1969. In de dit jaar verschenen provinciale
nota over de openluchtrecreatie wordt ervan uitgegaan, dat het
rijk tot 2000 een bedrag van 580 miljoen in de Gelderse natuur
gebieden moet investeren, waarvan 135 miljoen bestemd zou die
nen te worden voor verwerving en uitbreiding van natuurgebie
den. Vanzelfsprekend zal in die gebieden de rust zoveel mogelijk
gewaarborgd moeten blijven. In de recreatienota wordt gesteld,
dat met het oog daarop bij het uitstippelen van het beleid in de
eerste plaats het scheppen van opvangcapaciteit in daartoe ge
schikte gebieden aandacht verdient. Deze centra, voornamelijk
bestemd voor dagrecreanten, mogen niet te ver van de grote ag
glomeraties af liggen en moeten bovendien de nodige attracties
bieden. De recreatieve voorzieningen van deze centra dienen in
de eerste plaats afgestemd te zijn op de wensen van de streek -
bewoners en niet op die van de dagrecreanten.
Dat cr in het algemeen veel meer
en veel beter wordt gespeeld dan
honderd jaar geleden, is een gemak
kelijk te verdedigen stelling. Bijzon
der moeilijk te bewijzen is of de top-
spelers var nu sterker spelen dan die
van toen. Wat het positiespel betreft
zal dat bewijs wel te leveren zijn,
maar wat betreft het combinatiespel
zeker niet. En zelfs over de openin
gen is verschil van mening mogelijk.
Wie het niet geloven wil, spele er de
onderstaande partij maar eens op na,
een partij van precies honderd jaar
geleden tussen twee spelers die als de
sterksten ter wereld golden.
Wit: A. Anderssen. Zwart: J. H.
Zukertort (Barmen 1869). Evansgam-
biet.
1. e2-e4. e7—e5 2. Pgl-f3,
Pb8-c6 3. Lfl—c4, Lf8-c5 4 b2-b4
(Destijds even gebruikelijk als thans
Spaans of Siciliaans.)
4Lc5xb4 5. c2-c3, Lb4-a5 6.
d2-d4, e5xd4 7. 0-0, La5-b6 (Het
verstandigst: na 7dxc3 8. Db3,
Df6 9. c5, Dg6 10. Pxc3 heelt wit
goede aanvalskansen voor de ge
offerde pionnen).
8. c3xd4, d7—d6 9. d4—d5 (Tegen
woordig staat 9. Pc3 als het beste be-t
kend. Na 9. Lg4 10. Lb5, K18 11.
Le3, Pge7 12. a4. a5 13. Lc4, Lh5!
zijn de kansen ongeveer gelijk).
9Pc6-a5 10. Lel—b2, Pg8-e7!
11. Lc4vd3 (Anderssen zelf heeft
aangetoond, dat 11. Lxg7 niet goed is
wegens 11Tg8 12. Lf6. Pxc4 13.
Da4f, Dd7 14. Dxc4, Txg2f! en
wint). 110-0 12. Pbl—c3,
Pe7-g6 13. Pc3-e2, c7-c5 14.
Ddl-d2, f7f6! (Een stevige voort
zetting die het wit niet gemakkelijk
maakt een offensief te beginnen).
15. Kgl-hl, Lb6—c7 16. Tal-el^
Ta8—b8 (Met de bedoeling de pion-
nenmeerderheid op de damevleugel
te mobiliseren).
17. Pe2-g3. b7-b5 18. Pg3-f5,
b5-b4? (Sterker is 18c4! 19.
Le2, b4 20. Ld4, c3 zoals in een late
re partij tussen dezelfde spelers.
Sinds die tijd zijn er twee ontdekkin
gen gedaan: op de 19e zet doet
zwart verstandig eerst 19Te8! te
spelen omdat wit na 19. b4 in 20.
Lxc4, Pxc4 21. Txc4, La6 22. Txc7,
Dd7 23. P3d4 een kansrijke mogelijk
heid heeft).
19. Tfl-gl. Lc7-b6 20. g2-g4,
Pg6-e5 21. Lb2xe5 (Anderssen was
van mening dat een paard sterker is
dan een loper.)
21. d6xe5 22. Tgl-g3, Tf8-f7
23. g4-g5», Lc8—xf5 24 e4xf5,
Dd8xd5 (In de hoop op 25. Lc4,
Dxd2 26. Lxf7f, Kxf7 27. Pxd2,
Td8).
25. g5xf6, Tb8-d8 (Sterker is 25.
Txf6 26. Tcgl, Kh8!
26. Tel—gl!, Kg8-h8 (Niet 26
Dxd3 wegens 27. Dh6!)
27. f6xg7f, Kh8-g8 (Na 27
Txg7 wint 28. Dh6ü, b.v. 28.
Txg3 29. Df6f! of 28Tdg8 29.
Txg7, Dxf3t 30. T7g2, Txg2 31. Df8f
ZUKERTORT
ANDERSSEN
en mat. De stelling wemelt van com
binaties. Een mogelijkheid tot uitgli
jden is b.v. 28Tdg8 29. f$?t
Dxf3f! 30. Txf3, Txgl mat).
28. Dd2-h6!, Dd5-d6
De opgave van de week: wit kon
digde mat aan in 5 zetten.
Oplossing in volgende rubriek.
OPLOSSING
Wit (Troianescu): Kg], Dd2, Tfl,
Pa4 en e6, pionnen a3, b4. d5, e3, f2,
g2. Zwart (Taimanov): Kh8, Db5,
Tc8, Lg7 en g4, pionnen a7, b7, d6,
el, f3 en h6.
Er volgde; 27. Pe6xg7, f3xg2ü 28.
Tfl—el (28. Kxg2, Lh3t -29. Kxh3,
Dxflf) 28. Lg4-h3U, dreigend 29.
Dflt!
Wit gaf het op.
Naast de verschillende persoonlijke wed
strijden, die ten slotte voeren naar de "top
ss edstrijd van het jaar", het nationale kam
pioenschap, is door de invoering van de erc-
klassecompetitie in landelijk verband, enige
jaren geleden een gelegenheid meer gescha
pen voor de topspelcrs, elkaar ook in team
verband te ontmoeten.
Uit de belangrijke wedstrijd tussen het
hoofdstedelijke V.A.D. (ontstaan uit de fusie
van Gezellig Samenzijn en Jozef Blanke
naar) en het als gevaarlijke outsider
geldende LDV uit Leiden hieronder de zeer
interessante partij tussen twee van onze he
dendaagse "leidende figuren" in het wed
strijdwezen:
WIT: T. Sijbrands (V.A.D.). ZWART: C.
V arkevisser (L.D.V.)
I. 32-28 18-22: 2. 37-32 12-18; 3.
41-37 7-12; 4. 46-41 1-7; 5.. 34-29
19-23: 6. 28x 19 14x34; 7. 39X30. In te
genstelling tot de Russische spelmethoden,
die vaak de opening afraffelen, wordt hier te
lande meestal scherp gespeeld.
Zwart versmaadt de vereenvoudiging door
(22-27) enz. en vervolgt met: 7.13—19;
X 44-39 9-13: 9. 50-44 20-25; 10. 32-28
25x34; 11.40 X 29. De eerste schermutselin
gen over het bezit van het centrum zijn in
wits voordeel uitgevallen. Zwart formeert
thans zijn positie om het middenbord op
nieuw in zijn bezit te nemen.
II. 10-14; 12. 39-34 5-10; 13.
43-39 16-21. Zwart vreest blijkbaar, na
(19—23) 28x 19 (14x23) een aanval tegen
zijn linkervleugel. Zijn actie om zelf een
vleugelaanval te openen, vertraagt echter
zijn opbouw, waarvan wit heel handig profi
teert.
14. 31—26 21-27; 15. 48-43 3-9. Hel sys
teem met (27-31) "36x27 (22x31) heeft
veel van zijn aantrekkingskracht verloren
door het oppermachtige witte centrum. Het
meest consequent was o.i. toch (19-23).
16. 37-32 11-16; 17. 32x21 16x27; 18.
38-32 27X38; 19.43x32 15-20: 20. 42-38
19-23; 21. 28X19 13x24. Probeert langs
deze weg al zijn stukken links actief te ma
ken. Zwart vergeet echter, dat de hele ma
noeuvre nogal wat tijd kost en wit in de tus
sentijd eèn gevaarlijke omsingeling van zijn
rechtervleugel kan creëren.
22. 32—28 14—19; 23. 36-31 20-25 24.
29 x 20 25 X 14; 25.49-43 19-23; 26. 28 x 19
14X23; 27. 44-40 8-13; 28. 34-29 23x34
29.40x296-11;
Duidelijk heeft zwart niet alleen de strijd
om het centrumbezit verloren, maar zijn
rechtervleugel wordt nu door wit als het wa
re "afgeknepen": 30. 38-32! 13-19; 31.
41-36 9-14; 32.43-38 19-23. Praktisch ge
dwongen;.^. 39-34 2-8; 34. 35-30 8-13.
Zwart heeft al zijn kaarten op deze formatie
gezet, maar wordt hardhandig uit de droom
geholpen: 35. 31-27! 22x31; 36. 36x27!
Dreigt met de dodelijke omarming door
•33-28; 36.17-22; 37. 47-42 22x31;
38.26X37 12-17.
Als opgave voor de lezers deze week: Hoe
maakte wit fraai de partij uit?
WIT: (Leeuwenberg) 24, 26. 29. 30, 31,
33,34, 35, 36, 37,38, 39.40, 43,45, 46. 48. 49
(18 stukken).
ZWART: (Weerheym) 2, 3, 4, 7, 8, 9, 10.
12, 13, 15, 16, 17. 18, 20, 22, 23, 25, 27 (18
stukken).
Een zeldzaam verschijnsel, dat met nog
achttien stukken elk op het bord, een vrijwel
analytisch aantoonbare winst bestaat:
46—41!! Hierna is steeds (23—28) belet door
29-23!
Dus: (7-11) 37-32! (2-7 A) 32x21
(16X27) 41-37 (11-16 of?) 37-32 (7-11)
32X21 (16X27) 48-42! (11-16) 42-37
16—21 gedw.) 37—32 en zwart kan opgeven.
A. Na (16-21) 41-37 is (2-7) 49-44
(11-16) verloren door 33-28 enz. dus:
(16-21) 41-37 (13-19) 24x13' (8X19)
29-24 (20x29) 33X 13 en wint, want (3-9)
wordt afgestraft met: 39-33 (8 X 19) 33-28
(22X42)31X24(42X31)36X29!
Het probleem van vorige week stelde
uw inzicht in de gegevens die u uit een
bepaald biedverloop kunt halen op de
proef. De noordspeler had in handen
«XXX
O X X X
o A V B x x x
x
N-Z waren kwetsbaar en het volgende
biedverloop ontwikkelde zich:
noord 'oost zuid west
2 SA 3 o
3 4 c? pas pas
45 o Pas Pas
Hierbij dient de kanttekening te wor
den gemaakt dat de N-Z spelers het Na-
politaanse systeem gebruikten, met als
gevolg dat de 2 SA opening een dichte
zevenkaart (ten minste AHVxxxx) in
een hoge kleur belooft met niets noe
menswaards in de andere kleuren.
De vragen die ik u voorlegde waren
Bent u het met het bieden van noord
eens? En wat doet u in de gegeven bied-
situatie met de kaart die noord heeft?
Allereerst moet gezegd worden dat
noord tot nog toe inderdaad zeer goed
heeft geboden. Na het 3 harten bod van
west weet hij, dat schoppen de dichte
kleur van zijn partner is. Hij heeft zelf
een aardige ruitenkaart en een singleton
klaver, zodat er zeker reden is voor een
3 schoppen bod. Nu biedt oost 4 harten
en door dit bod weet hij dat beide tegen
standers het een en ander in harten heb
ben, en daaruit valt af te leiden dat zuid
niet veel hartens heeft, hooguit een dou-
bleton, dus moet 4 schoppen een kans
hebben. De tegenpartij laat het er echter
niet bij en oost neemt het 4 schoppen
nog weer uit mét 5 harten, wat nu?
Hier doet zich een heel grappig ver
schijnsel voor. Op elk bod dat de te
genpartij weer in harten doet, kan noord
het vermoeden baseren dat zij weer een
hartje meer hebben dan hij tot op dat
ogenblik hoopte, waaruit dan direkt
volgt dat zuid een hartje minder zal heb
ben dan noord tot nog toe aannam. Na
het 5 harten bod staat het wel vast dat
z,uid hooguit een singleton harten heeft
en misschien zelfs wel'een renonce, zo
dat noord nu weet dat het gezamenlijk
bezit van zijn partij toch weer fraaier is
dan hij bij zijn 4 schoppen bod durfde
veronderstellen.
Hij weet nu dat het aantal verliezers
in elk geval beperkt blijft tot één har
tenslag, één klaverslag en misschien één
ruitenslag als ruitenheer mis zit. Maar
hij weet ook met bijna mathematische
zekerheid, dat de tegenstanders hun 5
harten contract zullen gaan thuisbren
gen, dus is de investering van eventueel
ééntje down in 5 schoppen alleszins ver
antwoord.
Het bod dat noord in de geschetste si
tuatie moet doen, is dus 5 schoppen. Dit
bod heeft slechts één nadeel en dat is het
feit dat de tegenpartij hierna misschien 6
harten biedt en dan zijn er opnieuw pro
blemen. Mocht dit gebeuren, dan is zelfs
een 6 schoppen bod op zijn plaats, om
dat het 6 harten bod er nu wel op duidt
dat er ergens een renonce schoppen zit
en dat kon wel weer eens ten gevolge
hebben, dat 6 harten inderdaad gemaakt
wordt. Noord neemt dus met zijn 5
schoppen bod het risico dat hij later nog
een redbod moet doen dat 2 onder de
tram zou kunnen gaan, maar ook dat
kan geen ramp worden genoemd.'
De gehele spelverdeling was
zodat u ziet dat een 5 schoppen bod in
derdaad zeer goed uitpakt. Mocht de te
genpartij nog tot 6 harten besluiten, dan
is het daaropvolgende 6 schoppen maar
eentje down, zodat er altijd nog winst
wordt geboekt t.o.v. het gewoon laten
spelen van 5 harten.
Degeen die in de praktijk deze noot
kreeg te kraken, was Cees Sint, wiens
naam-u hier waarschijnlijk nog wel eens
zult tegenkomen, want hij is een van
mijn favoriete partners. Dit keer even
wel speelde hij met Max Rebattu; zoals
te verwachten is, nam hij de goede be
slissing en bood 5 schoppen, wat het
eindbod werd. Hij had geen enkele
moeite met het binnenbrengen van dit
contract en maakte met de 650 punten
die hij hiervoor kreeg, een fabuleuze
score.
Het nieuwe probleempje dat ik voor u
heb, kwam voor in een huiselijk par*
tijtje. Het ligt op het moeilijkste terrein
.dat het bridgespel kent, het tegenspel. U
hebt als zuidspeler in handen:
A V 9 8 2
o 9 7 6 3
o 8 7 5 2
De westspeler is gever en opent 3 SA,
waarmee het bieden meteen weer voor
bij is. Dit 3 SA bod geeft aan dat de man
die het biedt, een dichte zevenkaart
heeft in een lage kleur met daarnaast
geen azen, maar wel eventueel een ver
dwaalde heer. Partner komt uit met rui
tenaas en op tafel verschijnt;
7 5 4 3
o A H 2
o H 10 6 4
8 5
U gooit in de eerste slag ruiten 2 bij
en bij'de leider valt de boer. Nu ziet
partner van verder spelen af en speelt
schoppen boer na. Hoe stelt u zich uw
verdere tegenspel voor?
Horizontaal: 1. vis; 6. vis; 10. vuur; 11.
plaats in Gelderland; 13. vertrek; 15.
mesthoop; 16. vogel; 18. rivier in rusland;
20. gewicht; 21. deel van een fuik; 23. voge
leigenschap; 25. gelijk (Gr.); 26. zoogdier;
28. grondsoort; 30. blank; 31. hap; 32. dol;
34. volk van een staat; 36. bewaarplaats; 28.
beteuterd: 40. godin; 41. een zekere; 43.
meubelstuk; 44. vreemd geval; 45. hootd-
deksel; 46. jongensnaam; 47. biet: 49. zoog
dier: 50. kunststof; 52. vcrvoeronderncming;
55. geluidnabootsing; 57. boom: 58. steen;
60. voedingsmiddel; 62. getal; 63. duwtje;
65. internationale organisatie; 67. jongens
naam; 68. lachwekkende figuur; 70. ver
voermiddel; 73. vis; 75. mist; 77. ontken
ning; 78. plaats op Java; 79. gevleugelde ter
miet; 80. aanspoorder.
Verticaal: 1. vis; 2. vis; 3. voorzetsel; 4. ti
tel; 5. ontspanning: 6. met de zijnen (alk.);
7. vis; 8. boom; 9. bepaalde huidbewer
king; 10. bevreesd; 11. daar; 12. voegwoord;
14. dierenvrt'blijfplaats; 15. wagenvracht;
16. plaats in Duitsland; 17. g,etal; 19. rivier
in Nederland; 22. windrichting (alk.); 24.
noot; 27. hinderlijk persoon; 29. meetkun
dige lijn; 30. heilig reukwerk; 31. deel van
mannenkleding; 33. deel van Azië'; 35. ge
heel de uwe; 36. enig; 37. stoffig; 39. schaak-
term; 41. plaats in Brabant; 42. bloem; 48.
verfstof; 49. draagzak; 50. bladader; 51. li
chaamsdeel; 53. Militair; 54. plaats in Duits
land; 56. zuiver; 57. noot; 59. voorzetsel; 61.
?oed gekookte; 63. Vrucht; 64. plaats in
Limburg; 66. bakplaats; 69. meisjesnaam;
71. voorzetsel; 72. voorzetsel; 74. lied; 76.
ooit onderwijs; 78. meisjesnaam.
OPLOSSING CRYPTOGRAM
Horizontaal: 1. slaapmuts; 6. tegen; 9. loskade; Verticaal: 1. salade; 2. afstaan; 3. paashaas; 4.
10. rondweg; 11. dracht; 12. ommekeer; 14. inba- uren; 5. strompelen; 6. toneel; 7. geweerd: 8. ne*
keren; 15. adie; 18. N.A.V.O.; 20. ondereind; 24. gorijen; 13. kernachtig; 16. ontstaan; 17. be-
spotlach; 25. specht; 27. arglist; 28. notitie; 29. spotte; 19. vroeger; 21. nuchter; 22. vleien; 23.
Noren; 30. galgebrok. streek; 26. knal.