Alleen voor het edelwild al meer dan 70 tekens W J., piiM l mmuJN Ml m WA m n W' jtóMfsS» v*$ SCHAKEN >v\; V tv: TM fa door H. KRAMER Éf M lli fff X IÉ i 4Ö Él i Ét •1 H P 11 X til H Él w P H ll OPLOSSING CRYPTOGRAM DAMMEN door J. M. BOM #en' BRIDGE door G. J. R. FÖRCH SPOREN in de SNEEUW <A In de dagen van weleer, waarover slechts een paar oude mensen kunnen meepra ten. moesten vele inwoners van ons vroegere dorp zich, zo goed en kwaad aLs het ging, met stroperij door hun moeizaam bestaan worstelen en vooral in een harde, mee dogenloze winter, als Schraal hans keukenmeester was, bleef haast iedereen op deze ongepatenteerde jacht aange wezen. Eigenlijk was het clandestien bemachtigen van wild volkomen usance gewor den, waar niemand kwaad in zag. De opzichters van de heerlijkheid het Loo, welke zich veel verder uitstrekte dan tegenwoordig, de z.g. ,,konings jagers", lieten zich zelden zien langs de uiterste grenzen van hun wijde gebied en waren al blij, wanneer de stropers tenminste hun grof wild ontzagen, want voor haas of konijn interesseerden deze schuts zich nauwelijks; ook het wettelijk gezag, in het dorp vertegenwoordigd door één weinig actief veldwach ter, liet de mensen ooglui kend begaan. „rJe moesten wel", zei me eens iemand verscho nend, die deze armoedige pe riode nog had meegemaakt, „anders zouden ze van hon ger en gebrek zijn omgeko men, want het weinige werk in het bos en op de hei po ten, kappen heetmaaien, plag- geslaan en grinthorren dat 's zomers schamel brood op de plank bracht en luttele stuivers voor olie, kruide nierswaar en klompen ver schafte, hield bij 't naderen van het koude seizoen vrijwel geheel op. Het viel moeilijk in de haveloze zodenhutten de weinig voedzame zandaardap- peltjes vorstvrij te bewaren, de meeste bewoners waren volkomen bezitloos, nooddruf tig en verpauperd en hoog stens kan men zeggen, dat zij in hun stulpen geen kou be hoefden te lijden, want hout stond er genoeg, al was het evenmin het hunne als het wild op 't eenzame veld, dat met alle denkbare middelen werd achtervolgd." Inderdaad, ze moesten wel, platzak als ze waren en geeneen van hun nazaten, wier kinderep ,nu netjes in de kleren zitten en op*' slpvige schoenen mêt de bus naar school in Apeldoorn gaan ver langt naar die armzaligheid terug. Zij wonen in een ste nen huis met douche, vinden het ganse jaaj* werk, krijgen kinderbijslag, allerlei uitke ringen en op de oude dag AOW, zij kennen een beschei den welvaart, zoals je aan de TV-antennes op menig dak kunt zien en iedereen gunt hun die voorspoed graag. Wilddieverij raakt ver op de achtergrond en een rabbie, par hasard de la route be machtigd, komt feestelijk in de braadslee en wordt niet meer als weleer verkocht, zo als vader misschien, doch groot- en overgrootvader zé ker zouden hebben gedaan, ook al bleef het gewin bij slechts zeven of acht stuivers. Alevel betekende het een wel kome versterking van het budget. Het bloed kruipt even wel waar het niet gaan kan en al zijn de omstandigheden on vergelijkbaar veel florissan- ter dan voorheen, toch wordt bij deze en gene van het na kroost de geest weer vaardig, wanneer het landschap met dunne speursneeuw van een vlak dek zijn bed gespreid heeft en hen als met een on weerstaanbare magneet aan trekt. rian woelt de onrust en on- gedurigheid, die Steven Duifhuis, Bart Dolleman, Hent van Buren en hoe ze verder heetten, het bloed door de aderen stuwden, door het lijf en moeten zij de lokkende roep van het witte veld vol gen, doch thans is het meer de sportiviteit, welke hen drijft, dan de noodzakelijk heid voor het huishouden. Het is een soort atavisme, een erf deel. Trokken evenwel hun Reegeit in de sneeuw. I Het is duidelijk te zien hoe de sokken van Lampe worden afgedrukt. voorzaten in een versleten jas en met lekkende schoenen urenver heen, tot op het afge legen Planken Wambuis, Ter- let of Hoog-Buurloo, zodat het zelfs gebeurde, dat men met bevroren tenen ten leste huis waarts strompelde de tel gen van deze harde stam dra gen een warme trui en water dichte gummilaarzen en pik ken aan 't eind van de dag ergens aan de weg de bus op. Ja, het is niet hetzelfde, of men er gedwongen dan wel voor .zijn plezier op uittrekt! Ik spreek hier niet van de laakbare lieden, die het ge handicapte wild 's nachts met modern schietgerei uit auto's bemachtigen, want dit bete-^ kent een stuitend bedrijf, dat alle sportiviteit ontbeert en waar bovendien weinig kunst aan is. De vroegere stropers van Hoenderloo maakten zich voor hun expedities het ge zicht zwart om niet te worden herkend, ze hadden ogen als kattèn, konden sluipen als een vos en lagen in de bitterste kou twee etmalen in de dek king bij een geschoten ree of hert, wanneer ze onraad in groen manchester en blanke knopen vermoedden. Er wordt in het dorp nóg met ontzag en respect over gesproken. "[Viet slechts in het winterse veld, ook bij het werk in de verlaten achterwereld van de Neder-Veluwe hadden zul ke buitenlui de ogen niet in de zak en uit hun groene praktijk kenden zij vele ge woonten van het haar- en veerwild, onderscheidden de roofvogels naar roep en vlieg- beeld, al hadden ze er nim mer boek of prent van gezien en wisten verder uit jaren lange ervaring alles van het weer, zodat ze 's avonds uit lucht, wind of wolken konden profeteren dat er 's nachts sneeuw zou zijn te verwach ten. Dan kropen ze in de pril le ochtendstond, wanneer de sterren van de eerste grootte nog aan de hemel stonden, uit de bedstee, krabden met een nagel over de bevroren kleine ruiten en maakten zich op voor hun wildgang, nadat een droge takkenbos het uitge- glooide vuur van de stook plaats had doen opvlammen voor de koffie. Al aanstonds bij de laatste hutten van de Bunt of Hoog Baarloo kon de speurtocht op konijnen een aanvang nemen, maar eerst werden de strikken bij de boe renkool in het hofje op moge lijk resultaat gecontroleerd. Overal lopen de sporen over de luchtige blanke deken; ze lijken veel op die van het haas, doch een geschoold oog als van Steven onderkent hen niettemin met gemak aan het verschil in grootte. Alleen zeer kleine haasjes komen in het prentenbeeld overeen met dat van witpluim, maar in de winter zijn er geen jonge mummelmannen. Springen en haken-slaan doen beide soor ten, echter valt de kleinere of grotere tussenruimte van de vier-lopergroepen voldoende op, om een juiste conclusie te trekken. De lange sokken der achterpoten worden bij snelle voortbeweging vóór de ronde indruk se ls van de voorste lo pers gezet. Soms duurt het lang, voor het hazeleger ge vonden is bij het naspeuren, want Lampe verplaatst zich vaak over grote afstanden, verder dan de konijntjes, die onder dichte sparretjes, in het pijpdoorstekersgras of in een wrang verdwenen. De ene keer verricht de knuppel ge ruisloos werk, een andermaal moet het geweer of de schop erbij te pas komen. Thoorgaans wacht het wild in een behaaglijke schuil hoek het einde van de sneeuwbui af en daarom vin den Willem en Hent, Kees en Bart de meeste baat bij een tocht dadelijk erna, zodat zij de eerste sporen in het nog maagdelijke dek kunnen na gaan en alles niet kris-kras door elkaar warrelt, zodat het de leek als een raadselboek voorkomt en hij moet puzze len om de rebus op te lossen. Het is overigens verwonder lijk, wat uit het abracabadra kan worden opgevist, indien men er taal en tekst een wei nig van kan duiden. Het rechtlijnige snoer van de vos zal u niet in verlegenheid brengen, tenzij een hond in het veld heeft rondgestruind. De afzonderlijke prentjes lij ken op een gegraveerd gra- venkroontje, veel fijner dan van de hond met zijn stompe nagels. Aan de gesloten, ron de vorm herkent ge de ^egel tjes, die een eventuele kat achter liet; zij stapt elegant met de achterpoten steeds in de afdruksels der voorpoten en wanneer ge uw huispoes hierop controleert, zult ge zien dat het precies uitkomt. Het kleinere roofwild 7, bun zing, wezel, harmei en mar ter bewegen zich op soort gelijke wijze; de sporen van de laatste eindigen steeds bij een boom, evenals de typi sche handjes van de eek hoorn. Bijzonder subtiel en al leen op plastische sneeuw zichtbaar, zijn de tere krabjes van de bosmuis, die geen win terslaap houdt en veel op de been is; let hier op de sleep van de staart en bij het eek hoorntje op afgeknaagde schubben van dennekegels. Doorgaans houdt zo'n zwakke muizeketen bij een gaatje op. Veel meer indruk maken de tracés van de grote hoefdie ren; de wilde zwijnen trekken met de buik voren door de sneeuw en worden op een poeierig-dun laagje verraden door de uiteengedrukte stom pe schalen vaak ongelijk van grootte met de duide lijke weergaven der achter klauwtjes en dan zijn er nog de schriftvormen van edel- en reewild, welke voor de expert een studie op zichzelf vormen, want er komt van alles bij kijken: geslacht, oud, jong, dravend, stappend, schrede- lengte, excrementen en nog veel meer. Het dunkt u wel licht overdreven, dat voor maals een allround jagers- man zes dozijn tekens moest kunnen onderscheiden, die kenmerkend warén voor het hert. Zulk een speciale kennis zou ik zelfs onze oude veldlo- pers uit het dorp niet durven toedichten, zij kwamen trou wens weinig met grofwild in aanraking, want dat kwam toen veel minder voor dan te genwoordig. Desondanks ge beurde het meermalen, dat ze geluk hadden en de buit aan een stok over de schou ders triomfantelijk* naar huis brachten, uren ver door de donkere nacht. Dan was het een weekje vetpot in stulp en kot, soms letterlijk, soms via de beurs van de opkoper in Arnhem, want zo ging dat toen... A. B. Wigman. 2 Vv ■11 j i.' "«-ii' 1 .mar -:v. -•&>?. •fe* Patrijsjes laten een kippespoor achter: dat van korhoen of fazant is grover. Natuur en techniek steken elkaar naar de kroon. De natuur wint op deze foto de strijd-in-de- lucht. De hogere boom overtreft de (in dit geval ook letterlijklagere technische school. De leraren, de leerlingen en ook de maker van de gevelversiering zullen zich, ondanks al hun handvaardigheid wel wat groen voe len bij zoveel prachtige rijp Tenzij zij bedenken, dat de natuur (of zij nu met „rijpe" dan wel met groene bomen pronkt) altijd wel de moeder zal blijven van de kunst(-nijverheid). Over hm, algemem er een neembaar om oudé gambieten te doen he*- |evan. Telkens weer dtiikt het Koningsgam biet op. Veel bestudeerd en ook praktisch toegepast wordt het'Marshall-gambiet in de Spaanse -opening, en het Schots gambiet: Deze laatste speelwijze wordt al vele jaren lang consequent toegepast'door de veelvou dige Engelse kampioen dr. Penrose (deze zo mer won hij voor de zoveelste keer het kam pioenschap van zijn vaderland). In de hieronder besproken partij zién we dit gambiet hanteren door de jonge Poolse kampiófcn. Lewi in zijn partij tegen de' Luxemburger Feller. De partij werd kort ge leden gespeeld in de zonewedstrijd in Portu gal (winnaars Gligoric, Filip en M:-:jj 5 mogelijk en zelfs waarschijnlijk leden gespeeld in de zonewedstnjd m Portu gal (winnaars Gligoric, Filip en Minic). Het is mogelijk en zelfs waarschijnlijk dat Lewi de opening speelde om zijn tegenstander on- ,der de voet te lopen. Dat lukte ten slotte ook, maar stellig niet als gevolg van 'de ope ning. Wit: LEWI. Zwart: FELLER. (Praja da 'Rocha 1969).Schots gambiet. L e2—e4, e7-e5 2. Pgl-f3, Pb8-c« 3. d2—d4, e5xd4 4. 'c2—c3, d4xc3 5. Lfl—c4, 'd7—d6 (Zwart kan ook nog op b2 nemen, 'het zg. Noorse gambiet, dat\wit vólgens wij- ien Aljechin niet meer aanvilskansen ver schaft' dan het hier toegepaste Noorse gam biet). 6. Pblxc3, Lc8-e6 7. Ix4xe6, f7xe6 8. Ddl—b3 (Deze stelling is onlangs in een Russisch tijdschrift aan eèn uitvoerig onder zoek onderworpen. Gebleken is dat wit na 8. Dc8 9. Pg5, Pd8 10. f4 uitstekende kansen krijgt, b.v. KbLa7 U. 13, «ttll O-Of «■5 8. Ddfl-dT! .(Volkomen ont gespeeld: zwart geeft zijn pluspion vrijwi1 terug). 9. D%3xb7, Ta8—b8 10. Db7-a6, Lf8-«7 11.0-0 (Beter is m.i. 11. c3!). lb Le7—fl> 12. e4-e5 (Na een rustige voortzetting krijgt zwart met Pge7- en 0-0 een zeer goede stelling). 12. Pc6xe5 137 Pf3xe5, Lf6xe5 14, Da6xa7, Tb8—c8 15. Da7-e3, Pg8-f6!7 16: f2—f4, Pf6-g4 17. De3—e2, Lc5-d4t 18. Kglr-hl, Pg4-f6 19. Pc3-e4, 0-0 20; Pe4—g5, e6-e5 .21. f4—f5 (Op deze wijze handhaaft wit tenminste nog een schijn van initiatief. Met 21. Pf3, c5 22. fxe5 is niets te bereiken: na het antwoord 22dxe5 dreigt 23.e4 en 23. Pxe5?, Lxe5 25. Dxc5. Pg4f' komt niet in aanmerking). FELLER 1 T I 1 b d f S .2XS-Ï c7—c5 22. Pg5 LEWI Het probleem van de week: hoe beslist! c n 01 -de witopeto de partij vanuit de diagramsteb .ling? Lel—g5, d6—d5 24. Lg5xf6 (Het paard 6 OPLOSSING dreigde via e4 zeer gevaarlijk te worden). i -24. Tf7xf6 25. h2-h3, Tc8-b8 26. .Wit: (Olafsson): Kgl, Df4. Tel, Pg5, verkeerde "weg in.*Zeer goed is 26.Txf5" Er volgde: 22. h4—h5f!, Kg6-h6 (Of: 22. 27. Txf5, Dxe6 28. T5fl, c4). Kxh5 23. g4f en nu: 27. b2-b3, e5-e4 28. Tbl-dl, Tf6-f7 29. a. 23Kg6 24. Df5f, Kh6 25. PxfZt, De2-h5, h7—h6? (Tegen 30. Pg5 gericht Be- Txf7 26. Dh5 mat; •ter is echter 29. Tf6). b. 23.Kh6 24. Dh2f, Kxg5 25. Dh5fc 30. f5—f6!, Ld4xf6 31. Dh5xd5, Da7xa2 Kf4 26. Df5 mat; 31 Dd5xe4, Tb8xb3 (Niet 32.Dxb3 wc- c. 23.Kh4 24. Pf3f, Kh3 25. Dg3 mat), gens 33.Tbl). 23.Pg5-e6fenzwartgafhetop. Horizontaal: L Redelijk plus onredelijk wordt dierlijk (8) 4. Pijnlijke vrucht (6) 8. Zij bieden de kans (8) 9. Haal op, als de poes aan de cilinder zit (6) 1GL Hetlsooklanger.(8) 11. Door de fiscos bezwaard (6) 13. Dank zij uiterlijk vertoon kan men wor den benoemd (10) 17. Satellietsteden (10) 21. De namen staan er meestal achter (6) 21 Deze brand veroorzaakt niet veel scha de (8) 23. Dienster (6) 25. Kerstboom in de lente (8) 26. Dameshoopjes (6) 27.. .Zo te horen een vluchtige gast (4) 28. Landtong in Indonesië (3) Verticaal: 1. Muzikale dieren (6) 1 Vele dames dragen vaak deze vangap- paraten op het hoofd (6) 3. Kennelijk is hij maar kort in de buurt (10) 5. Onduidelijk spreken (8) 6. Zulk werk is niet erg oorspronkelijk (8) 7. Niet het zout, maar de glibber in de pap (8) 12. Daar kan je wel soep van koken (10) 14. De bijzonderheden ontbreken "(8) 15. Zij nemen het niet zo serieus (8) 16. Jé kan dit keer eten (4) 18. Dure functionaris (6) 19. Men ziet hen vaak langs het strand lig- ëen(6) lier of daar, ginds, of verderop (6) 24. Deze aansporing is gesloten (3) Horizontaal: 1. Sir; 4. Haarlem; 9. wit; 12. reden; 14. Laren; 17. om; 19. beide; 20. ak ker; 21. mij; 22. tobbe; 25. nemen; 27. Lee; 28. Pruisen; 31. net; 32. men; 34. Simon; 36. ntei; 38. indien; 40. tap; 41. gewend; 42. wet; 44. ram; 45. na; 46. haven; 47. toren; 48. ga; 50. rel; 52. bed; 54. Aalten; 56. hel; 58. nestje; 60. RAI; '61. Hedel; 63. aan; 64. rem; 66. mandaat; 67. Lap; 68. adres; 70. karos; 72. re; 73. tafel; 75. agaat; 77. no.; 78. keper; 80. Etten; '82. tor; 83.' etagèrej 84. •Rus. Verticaal: 2. ir.; 3. rebbe; 4. hei; 5. anders; 6. re; 7. elkeen; 8. mak; 9. weren; 10. in; 11: tot; 13. Dee; 15. ren; 16. Rijn; 18. molen; 21. meten; 23. bende; 24. liman; 26. Memel; 29. uit; 30. sop; 32. minnaar; 33. bewaren; 35. gemeden; 37. idealen; 39. neven; 41. garen; 43. tel; 44. rob; 49. slier; 51. wedde; 53, Staar; 55. Aarde; 56, hen; 57. Lea; 59. japon; 61. Hapert; 62. langer; 65. meter; 67. later; 68. are; 69. sap; 70. kat; 71. sol; 74. fee; 76. Ate; 78. k.o.; 19. eg; 81. nu. Du problematiek beweegt zich voornamer lijk op het gebied van de combinatie en kent haar eigen normen, die geheel afwijken van die in het partijspeL Velen ontkennen dan ook, dat de problematiek enig nut zou heb ben voor de ontwikkeling van strategische ideeén in .het partijspel. Dit mag misschien fielden voor die categorie problemen, die al leen bewerkingen'zijn van bepaalde slot- ïdeefin doch de compositiekunst, die zich bezighoudt met het samenstellen van combi naties'in aan de praktijk ontleende posities, heeft bijzonder veel invloed gehad op de ontwikkeling van de strategische opvattin- begonnen als problemist en uit hun partijen kan vaak nog nun vaardigheid in het combi neren herkend worden. Hieronder een partij van een in de proble matiek zeker geen onbekende: drs. J. Bus uit 's-Hcrtogenbosch, die blijk geeft, ook in het moderne partijspel zijn mannetje te staan: Wit: drs. J. Bus; Zwart:.P. van Heerde; Gespeeld in. de Ereklassecompetitie, Am sterdam 15.11.69. I. 31-26 18-23; 2. 36-31 12-18; 3. 41-36 7-12; 4. 46-41 20-24; 5. 31-27 2—7; 6.34—29. Na 36-31 ontstaat de hoofd variant van het "Springersysteem", jiat niet zo veel meer voorkomt 6. 23x34; 7. 40x20 15x24; 8. 37-31 10-15; 9. 41-37 5-10; 10. 44-40 18-22; 11.27x18 12x23; 12.40-347-12; 13. 50-44 1-7; 14; 44—40 13-18; .15. 34-30 9-13; 16. 30-25. Wit heeft handig gemanipuleerd met de tempi en zwart moet nu een beslissing ne men: Hij Jaat zich in op een opsluiting. Na enkele zetten blijkt, dat ook dat de tempo verhouding niet te zijnen gunste wijzigt: 16.15-20; 17.47-41 10-15; 18.31-27 4-9; 19. 37—31. Een veel voorkomende si tuatie in het door wit toegepaste randschijf- systeem: Zwart moet nu óf de witte rand-, schijf oplossen, of zich noodgedwongen "in de aanval" begeven door <24—29) 33x24 (20x29). Het laatste zou een scherpe strijd tot gevolg gehad hebben, die zwart blijkbaar niet aandurft. 19. 17—21; ook (23—29) met onover zichtelijk spel zou te overwegen zijn ge weest 20.26x17 12x21; 21. 31-26 7-12; 22. 26x17 11x31; 23. 36x27 12-17; 24. 42-37. Belet was 33—28, doch nu moet zwart weei* kiezen en weer Iaat hij het agressieve (24-29) na. 24. 17-21? 25. 33-28! 21-26; 26. 39-33 24-29; 27. 33x24 20x29; 28. 40-34 29x40; 29. 35x44 14—20. Het tempospel is nog steeds in het voordeel van wit. Zwart gaat daarom over tot een mobiele oorlog voering. 30. 25x14 9x20; 31. 43-39 3-9; dreigt (18-22) 27x29 (19-23) Wit kan dit na 41—36 gerust toelaten, omdat het afspel ook dan in zijn voordeel is. Heel slim speelt hij echter op een geraffineerde combinatie: 32. 39-33! 23-29? Loopt in de val: 33. 33x24 19x30; (zie diagram) Op deze directe overgang naar een be weeglijk spelgenre had wit gehoopt-Hand haven van het klassieke spelbeeld zou tot voor beiden zeer moeilijke opbouw hebben gevoerd, waarin zwart voor d!e grootste pro blemen gestaan zou hebben. ALS OPGAVE VOOR DE LEZERS VAN DEZE WEEK: Hoe won wit in de diagramstand een schijf? OPLOSSING Wit (Sybrands): 26, 27, 31, 32, 34, 37. 38, 40,41, 42, 43, 45, 47,49, dam op 3 (14 st. -F 1 dam) Zwart (Koeken): 2, 4, 6, 7, 8, 10, 11, 12, 13,15,16,17,18,23, dam op 50 (14 stukken 1 dam) Wit had kunnen spelen: 34—29! (23x34) 40x29 dreigt 32-28 (50x22) en 29-23 met winst Hiertegen helpt ook (13—19) niet we gens: 38—33 (50x22 gedw.) 29-23 (19x28 A) 32x23 (18x29) 27x18 (12x23) 3x1 (2-7) (Ook 2—8 helpt niet door 26—21 gevolgd door 1—12 en zwart kan de dam alleen met schijf- verlies afnemen!) 1x21 (16x36) en nu 26-211 met winst. A. (18x29) 27x18 (12x23) 3x1 (2-7) 1x21 (16x36) 37—31! (36x38) 42x13 met winst Het probleem van de vorige week kwam voort uit de meesterklasse viertallencompe titie. De bezetting aan tafel was: noord André Boekhorst, oost Bob Slavenburg, xuid Stef Vissinga en west Hans Kreijns. Terwijl niemand kwetsbaar was, wist dit il lustere gezelschap het volgende biedver- loop te produceren: noord oost zuid west 2 pas 2 SA pas 4 9 pas pas waarin het 2 HA bod een zeer sterk spel aangeeft en het 2 SA bod een afwijzend ge luid is. De vraag was: "Wat zoudt u gedaan hebben als u/>p de plaats van Hans Kreijns had gezeten" en om op deze vraag een ant woord te kunnen geven, moet u natuurlijk .weten wat onze nationale grootmeester in handen had. Zijn bezit was bij deze gele genheid: A 10 6 5 4 O 10 3 O V 6 H V 9 5 Welnu, Kreijns deed op dit moment een bod dat mij uit het hart gegrepen was en dat past in ïijn benadering van het spel: hij bood 4 SCH. Misschien vindt u zoiets een dwaas risico, maar dan blijft uw inzicht in de situatie wel duidelijk achter bij dat van Kreijns. Maar troost u, er zijn weinig bridgers die het tegendeel zouden kunnen beweren. De redenering die achter dit 4 SCH bod zit, is ongeveer als volgt; "4 HA wordt wel gemaakt, want het bieden van noord wijst op een spel, waarop dat een zekerheidje is, zij het dat de geweldige hartenkaart de ba-v sis zal moeten zijn. Zuids portefeuille is niet best gevuld, want anders Kad hij geen 2 SA geboden.'.' De eerste vraag is nu, zou de schade op 4 SCH tot 2 down beperkt kunnen blijven, want in dat geval is 4 SCH gedoubleerd voordeliger dan 4 HA Of partner inder daad de juiste kaarten zal meebrengen ora maar 2 down te gaan, valt natuurlijk te be zien, maar uitgesloten is het allerminst, een gokje in die richting kan worden.gewaagd. Als het gokje alleen op deze overweging gebaseerd was geweest, dan zou de waarde ervan twijfelachtig zijn, maar er is een twee de grond voor het 4 SCH bod, die zeker ook van groot belang is. De tegenpartij, weet ook niet zo maar hoe het met dit 4 SCH zal aflopen en zij weten evennfin of er misschien niet beter 5 HA geboden kan worden. Het is allerminst uitgesloten dat zij zullen besluiten om nog 5 HA te bieden en' dan hebt u ze ééntje weten op te jutten, met de kans dat u +50 punten gaat schrijven in plaats van —420. Het zou natuurlijk uit de hand lopen als u, om de tegenpartij ééntje op té jutten, biedingen met krankzinnige ri sico's zoudt gaan doen. Als echtei zoals hier een niet al te riskant bod in aanmerking kómt, dat men op het eerste gezicht volledig als een redbou zou bestempelen,-dan zal ook het verduiste rende effect, waardoor de tegenpartij niet meer weet welke beslissing voor haar de be ste zal zijn en misschien de verkeerde be slissing zal nemen, vaak een zeer positief punt zijn dat zeker in uw overwegingen moet worden opgenomen. Men moet echter wel oppassen met zulke biedingen, want er is een goed ontwikkeld gevoel voor het juiste moment voor'nodig. Mist men dat gevoel, dan zullen de verlie zen groter zijn dan de winsten. Hans Kreijns is echter één van de mensen die dit gevoel in zeer hoge mate hebben. Na het 4 SCH bod pasten noord en oost, zuid dou bleerde en daarmee was het biedv.erloop over. Het was dus niet gelukt de tegenpartij in 5 HA te drijven, maar dat was ook niet nodig, want 4 SCH ging maar 2 down. Het hele spel lag als volgt: •7 3 O 7 O H 9 7 5 4 4 B 10 7 4 2 Wat de schoppens betreft, viel de kaart van Bob Slavenburg zeker niet tegen, maar daartegenover staat dat de doubleton har ten best een singeleton of een renonce had kunnen zijn. Het nieuwe probleem kwam voor in d* overgangsklasse viertallencompetitie. De N-Z handen waren; 4 9 8 6 3 O V 9 4 2 O - A B 9 8 7 Door wat wild bieden, waarbij O-W zich beperktentot pissen, eindigde zuid in SCH. Er werd gestart met schoppen .2, op tafel klein en oost speelde de vrouw, die zuid natuurlijk nam. Hoe zoudt u dit con tract nu verder gaan spelen?

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1969 | | pagina 19