Minister Luns: na bijna 18
jaar immuun
voor kritiek
Kritiek op de Bundeswehr
Oudjaar met griep
in Europa
Dampo
WEER EXPLOSIE BIJ EEN
SUPERTANKER
Waarom je
in Moskou nooit iemand
'kaviaar uit het vuistje'
ziet eten.
Er is er één die t langer heeft uitgehouden
dan ik, maar die is naar aan z Ti eind gekomen
Handen en Li ppen
ruwpiipni
Treinbotsing
in Duitsland
Grote reorganisatie ophanden
DEN HAAG - Zijn bijna achttienjarige functie brengt
I mee, dat minister Luns een volmaakt gastheer is.
Moeiteloos demonstreert hij dat als hij ons in zijn
ambtswoning aan het Plein 1813 ontvangt: rechts van
de deur een klein naambordje: mr. J. M. A. H. Luns.
PARIJSE GRIEP
ACHTTIEN JAAR
MEER MOEITE
WENS OPGEVOLGD
GEEN WINST
TELEVISIE
NIEUW-GUINEA
GROTE POSITIE
NIEUWE LANDEN
PERSOONLIJK
DREES' PORTRET
Rechercheur gedood
in Glasgow
Maxi
is niet
veilig
Dat komt niet door de prijs, al is die
ook in Moskou lang niet mals. Maar
zelfs de rijkste grootvorsten van
vroeger deden er niet aan. Want
kaviaar is wel uitermate hartig en
heerlijk en even rijk aan eiwitten
als kaas, maar helaas niet elke
hartige delikatesse is geschikt
voor de vuist. Onze vaderlandse
kazen daarentegen hebben alles
mee: ze zijn makkelijk te snijden op
elke maat, zo'n forse plak is makke
lijk te pakken en je hoeft er niets
op en bij te doen. Bovendien hul
digen onze kazen niet het isolatio
nisme, maar staan goedhollands
open voor de wereld je kunt er
elke drank bij drinken die je maar
wilt. In Moskou zie je niet eens
iemand vodka drinken met kaviaar
uit het vuistje.
Maar bij ons zie
je vaak genoeg
kaas uit het vuistje
met vodka. En dan
het verschil in roebels f
Tito is niet erg
optimistisch
WOENSDAG 31 DECEMBER '.969
tmffmrniimnmwrrnminntimnimfHtmmmTnm
is er één In de geschiedenis die
H het langer heeft uitgehouden
dan ik, maar die is naar aan zyn eind
gekomen. Dat was Jan de Witt, die
is 19 jaar raadspensionaris geweest."
Aan het woord is nar. J. M. A. H.
Luns, sinds 1952 minister van buiten
landse zaken in acht kabinetten van
tweeërlei soort politieke signatuur:
rooms-rood en liberaal-confessioneel.
Hij heeft in die tyd vier kabinets-
crises overleefd: de val van het
laatste kabinet-Drees in december
1958; de woningbouwcrisis van
het kabinet-De Quay in 1960, welke
werd „gelymd". de val van het kabi-
net-Marynen in begin 1965 en ten
slotte de „nacht van Schmelzer" ln
1967. Mr. Luns is nu bezig aan wat
hy zelf wel beschouwt als zyn laatste
termyn. Naar alle waarschyniykheid
zal hy een tiende kabinet niet halen.
TAE eerste twee kabinetten waren
de laatste van dr. Drees, ook de
laatste met de rooms-rode samen
werking zoals ons land die sinds de
bevrijding gewend was. Daar zat in
1956 de langste formatie tussen die
onze parlementaire democratie heeft
geteisterd. Zy duurde langer dan drie
maanden.
Na de val in december 1968 van
het vierde kabinet-Drees kwam, na
het interim-kabinet van dr. Beel, de
eerste omzwaai naar een liberaal-
confessionele regeringsformatie on
der dr. De Quay. Deze onder
ging in 1960 een korte crisis na
de motie van de a.r.-afgevaardigde
Van Eibergen, welke misère de anti
revolutionairen in eigen kring op
losten, zodat premier De Quay de
zaak kon ïymen. In 1963 werd de
beleidsiyn voortgezet door het ka-
binet-Marynen, dat begin 1965
struikelde over de omroepkwestie,
waardoor de KVP weer werd samen
gebracht met de PvdA in het kabi-
net-Cals, dat het uithield tot oktober
1967. Mr. Luns bleef zitten onder
het interimkabinet-Zylstra, om ver
volgens in 1967 over te stappen naar
het kabinet-De Jong, wederom een
liberaal confessionele combinatie.
iyïR. LUNS is geboortig uit Rotter
dam (28 augustus 1911), als
zoon van de kunstschilder Huib Luns.
Na zyn gymnasium in Amsterdam en
Brussel en zyn rechtenstudie bi Lel
den en Amsterdam (intussen was hij
dienstplichtig matroos-seiner hij de
Koninklijke Marine) volgde hy cur
sussen in Londen en Beriyn, om in
1938 in dienst te treden van buiten
landse zaken. Zijn diplomatieke loop
baan bracht hem achtereenvolgens
gedurende de oorlog op posten in
Bern. Lissabon en Londen. Hij bleef
in Engeland tot 1949, toen hij naar
de Nederlandse afvaardiging bij de
Verenigde Naties ging. tot 1952.
Hij gaat ons voor naar zijn werkkamer, waar vele zeer gemakkelijke stoelen
wachten en op de trap begint hij al aan een ontspannen verhaal, dat zijn
vervolg krijgt bij souvenirs uit alle windstreken der aarde.
i
Tussen een wat griezelig aandenken
aan Afrika een door heet zand
gemummificeerd mensenhoofd
en een mooie dolk uit een ander
Afrikaans land. komt de thee. Mi
nister Luns wil zelf de klontjes in
de kopjes doen en hij beveelt met
warmte een bijzonder koekje aan
een citroenbiscuitje met een laagje
chocolade.
Zijn Parijse griep is hij nog wel
niet helemaal kwijt, maar aan zijn
Franse ziekbed heeft hij bezoek ge
had van zijn vroegere collega Cou-
ve de Murville, die een persoonlijke
vriend van hem is. Dat heeft het lij
den in Parijs, naar hij vertelt, lich
ter gemaakt.
Pas na anderhalf uur kijkt hij
verstolen op zijn horloge, dat hij
met 4e wijzerplaat aan de binnen
kant om de pols draagt. In die an
derhalf uur heeft hij zonder aarze
len een tocht door de wereld en
door de tijd gemaakt: mr. Luns is
de enige Nederlandse minister die
de afgelopen tien jaar vanuit de
praktijk van het ministerschap kan
overzien. Achttien jaar bezocht hij
als minister „de wereld", maar ook
dat heeft zijn soms onverwachte
beperking: in Finland is hij nog
nooit geweest, in Albanië ook niet.
En buiten Europa zijn er veel lan
den die hij niet heeft bezocht: Chi
na, veel Afrikaanse en Latijns-Ame
rikaanse landen. In achttien jaar be
zocht hij 65 landen, binnenkort komt
hij in het 66ste land: Bulgarije.
Minister Luns zou kunnen zeggen
dat hij als minister in 85 landen is
geweest: „maar in twintig landen
heb ik alleen maar een tussenlan
ding gemaakt en soms was er dan
op het vliegveld een korte ontvangst,
maar dat noem ik niet bezoeken".
Heeft Nederland in de afgelopen
tien jaren meer of minder invloed
gekregen op de internationale poli
tiek?
Minister Luns: „Nederland lijdt
onder zijn geografische kleinheid,
maar gezien het inwonertal, gezien
de culturele achtergrond en de eco
nomische prestaties, behoort Neder
land tot de vijftien belangrijkste lan
den ter wereld. Een land als Austra
lië in zoveel opzichten minder be
langrijk dan Nederland heeft
dank zij zijn geografische uitge
strektheid, dikwijls internationaal
meer gewicht".
„Toch zijn we ons in de afgelopen
tien jaren meer bewust geworden
van onze invloed in een aantal in
ternationale organen, waardoor we
ook daarbuiten meer stem hebben
gekregen, dan wanneer we geen lid
van die organisaties waren gewor
den. Ik beschouw het nog altijd als
een keerpunt dat wij in februari 1961
ons veto uitbrachten in de topconfe
rentie van de EEG tegen de politie
ke unie van De Gaulle en Adenauer".
Acht u het wenselijk dat één man
achttien jaar aan één stuk minister
van Buitenlandse Zaken is?
Luns: „Speciaal voor de post van
minister van Buitenlandse Zaken
heeft het onmiskenbare voordelen:
hij raakt aanvaard op internationaal
terrein, men kent hem, hij heeft
geen introducties meer nodig".
„In het algemden gezien, is het
niet wenselijk dat een minister acht
tien jaar aanblijft. Men raakt aan
zijn kwaliteiten gewend en gaat
steeds meer de aandacht richten op
zijn falen. Terecht vindt men het on
juist dat een minister min of meer
een instituut wordt".
Voelt u uzelf tot instituut gewor
den?
Luns: „Ik heb de indruk dat ik
i wel steeds meer als zodanig word
gezien. Zo is het opvallend dat ik
in de laatste jaren meer moeite heb
I met het parlement en de pers dan
een jaar of zes geleden".
„Ik zou mijzelf mogelijk als insti-
j tuut kunnen zien, als dit niet mijn
achtste kabinet was. Als minister
leef je op perioden van een paar
maanden en na twee jaar heeft men
dan het gevoel er al heel lang te zit
ten. En trouwens, in 1963 na Nieuw-
Guinea, was ik er bijna niet aan te
pas gekomen. Ik ben toen terugge
komen om de schijn te vermijden,
dat ik in het Nieuw-Guinea-beleid
had gefaald".
Er is in de afgelopen jaren een
toenemende kritiek op uw beleid te
merken.
Luns: „Nederland moet er aan
wennen dat de huidige jonge genera
tie minder materialistisch en meer
betrokken bij buitenlandse proble
men is. Maar de jongeren verlan
gen dikwijls resultaten van het bui
tenlandse beleid die geen enkele re
gering kan geven. De jongeren zijn
arroganter, agressiever, minder ver
draagzaam en minder democratisch
dan vroeger. Ook zijn ze minder op
de hoogte van de problemen en dat
is hoe tegenstrijdig 't ook klinkt
te wijten aan een teveel aan in
formatie, speciaal door de televisie.
Men leest niet de Handelingen, men
stelt zich niet op de hoogte van de
standpunten en uiteenzettingen van
de regering. Zij verwijten dan de re
gering nogal eens een politiek die in
feite datgene is wat zij bedoelen".
„Ik heb in de kwestie van het lid
maatschap van Griekenland in de
Raad van Europa de wensen van de
Kamer stipt opgevolgd, maar toch
werd het voorgesteld alsof ik de
wensen van de Kamer saboteerde".
„De inhoud van de befaamde mo-
tie-Vietnam van 1968 heb ik voor re
kening van de Kamer gelaten het
geen ik in de Kamer heb verklaard,
maar ik heb haar wel, ingevolge
mijn toezegging aan de Kamer, over
gebracht aan Washington. De meer
derheid van de Kamer ging ermee
akkoord dat dit geen regerings
maar een Kamerstandpunt zou zijn.
Dan moet men achteraf fair zijn en
mij niet verwijten dat ik de wil van
de Kamer niet uitvoer".
Trekt u zich de kritiek persoon
lijk aan?
Luns: „In het begin wel, toen kon
het mij weieens ergeren, maar in de
loop der jaren hebben de veelheid en
de voortduring van de aanvallen mij
immuun gemaakt".
„Zoiets leer je na een jaar of
twaalf wel; ik had het vroeger niet
voor mogelijk gehouden dat ik me
er niets meer van zou aantrekken".
Bedoelt u hiermee alle kritiek, dus
ook die in het parlement?
Luns: „Neen, in het parlement is
kritiek op zijn plaats en daar heeft
men als regering terdege rekening
mee te houden en als parlementa
riër behoeft men niet altijd onpar
tijdig te zijn. Mijn wrevel gaat voor
al uit naar kritiek die de schijn van
objectiviteit heeft, maar in feite een
zaak onvolledig of verdraaid weer
geeft".
„De objectiviteit gaat verloren en
dat vind ik geen winst. Bij pers, ra
dio en televisie is de kritiek hier
meer toegespitst dan in andere lan
den".
Is dat niet het lot van een minis
ter in het televisietijdperk?
Luns: „Dat kan wel, maar ik ken
verscheidene zeer bekwame mensen,
die daarom weigeren een publieke
functie te aanvaarden".
Brengt de televisie geen betere
communicatie en ruimere informa
tie over problemen waarbij de gewo
ne mens vroeger niet betrokken
werd?
Luns: „Jawel, maar dan gaat het
er om hoe men het wapen hanteert.
De invloed van televisie kan enorm
groot zijn, zoals nu weer is geble
ken met Biafra. Dit is een van Ge-
nève uit door een Amerikaanse fir
ma geleide campagne".
„Uiteraard vind ook ik de situatie
in Biafra afschuwelijk, doch het
Tweede-Kamerlid de heer Berkhou
wer wees daar verleden week nog
op andere, even rampzalige si
tuaties, zoals in de Soedan of het lot
der Koerden, krijgen te weinig aan
dacht".
Toch beschouwt mr. Luns over het
algemeen de Nederlandse bevolking
als vrij objectief, hetgeen hij onder
meer afleidt uit de vele positieve
reacties die hij regelmatig ontvangt.
Vindt u het prettig om populair te
zijn?
Luns: „Ik vind populariteit uiter
aard plezierig. De geschenkjes die
ik nu weer met de jaarwisseling van
mij volstrekt onbekenden uit Neder
land heb ontvangen, vind ik be
paald touchant".
In brede lagen van de bevolking
is toch in de laatste tijd grote te
leurstelling gebleken over het ver
loop van de kwestie-Nieuw-Guinea.
Luns: „Ook in de kabinetten met
socialisten is altijd het standpunt in
genomen dat wij moesten streven
naar erkenning van het zelfbeschik
kingsrecht voor Nieuw-Guinea,
maar dat wij daarvoor, niet zonder
de nodige internationale bijstand
een gewapend conflict met Indone
sië mochten riskeren. Lang voor het
akkoord met Indonesië van 15 augus
tus 1963, waarin de vrije verkiezin
gen vóór 1969 werden geregeld, heb
ik in het Kabinet en in contacten
met de Kamer verklaard geen ze
kerheid te hebben in het nakomen
van de Amerikaanse beloften. Toen
in de zomer van 1962 onze twijfels
ter zake juist bleken, heeft het Ka
binet de consequenties getrokken en,
het akkoord van 15 augustus gete
kend".
„Ik heb daarna duidelijk gezegd
dat het een met bedreiging van ge
weld afgedwongen akkoord was. Na
15 augustus 1963 heeft Nederland
doorlopend aan de bel getrokken bij
de Verenigde Naties, bij onze geal
lieerde bondgenoten en meermalen
hebben wij in contacten met Indone
sië uiting gegeven aan onze bezwa
ren".
Wat acht u de markante punten
van de afgelopen tien jaren in het
buitenlands beleid van Nederland?
Luns: „Nederland heeft zich in de
afgelopen tien jaar meer tot Europa
gekeerd en zich ook meer gericht op
de Atlantische wereld en Canada.
Voorts is er in Nederland een groei
ende buitenlands-politieke bewust
wording."
Waaruit blijkt deze ontwikkeling?
Luns: „Er zijn vele punten te
noemen. Enkele zijn: onze politiek
in EEG, het regelen van die kana-
lenkwestie met België, die door de
publieke opinie in 1963 niet zo erg is
opgemerkt."
„Tenslotte, en dat acht ik belang
rijk: Nederland heeft zich een zeer
grote positie veroverd in het verle
nen van internationale bijstaand. Op
dit gebied zijn wij alle landen ver
vooruit, hoewel wij lang niet alles,
wat in andere landen ontwikkelings
hulp wordt genoemd, als zodanig tel
len."
„Zo hebben wij het kwijtschelden
van de schuld aan Indonesië niet
onder ontwikkelingshulp gerekend.
Ook gelden wij in het buitenland als
een land dat de hulp zonder politieke
bijbedoelingen geeft."
Onze hulpverlening aan Indonesië
is toch wel uitgelegd als politiek ge
bonden?
Luns: „Dat hebben critici in het
binnenland gezegd, maar in het bui
tenland heeft men dat zeker niet zo
opgevat."
Is onze positie als klein land in de
afgelopen tien jaar versterkt?
Luns: „Onze positie is zeker ver
sterkt, maar in en buiten Europa
wordt ons te ver doorgevoerd per
fectionisme nogal eens als een be
zwaar gevoeld hoewel de publieke
opinie in Nederland dikwijls nog ver
der wil gaan. Dit gaat lijken op een
lichte vorm van donquichotterie.
Maar het is in het buitenland be
kend, dat de publieke opinie in ons
land de regering daartoe drijft."
„Er zijn voorts enorm veel nieuwe
landen bijgekomen, die veel minder
belangrijk zijn dan Nederland. Daar
tegenover is de invloed van de grote
mogendheden, zoals Frankrijk en
Engeland, relatief verminderd ten
opzichte van de supermogendheden
Rusland en Amerika."
Is het karakter van onze buiten
landse politiek sinds 1960 veranderd?
Luns: „Sinds 1952 is ons land veel
sterker bij de buitenlandse politieke
problemen betrokken. Ons afzijdig
heidscomplex van vóór de oorlog is
helemaal verdwenen, ook in de men
taliteit van ons volk."
„Ons land speelt een veel actieve
re rol, die in het buitenland wordt
gewaardeerd. Dat komt ook doordat
we meer macht hebben door ons
grote nationale inkomen en vermo
gen en door de zo versterkte in
dustriële en handelspositie. Verder
hebben we door het lidmaatschap
van de EEG meer mogelijkheden.
Terwijl wij in 1952 het enige land
onder de overwinnaars waren dat
zijn koloniale bezit had verloren, zijn
thans bijna alle koloniale imperia
verdwenen."
Welke staatsman heeft op u de
neeste indruk gemaakt?
Luns: „Toen ik minister werd,
maakte de toenmalige Britse minis
ter-president Churchill op mij 'n im
mense indruk, maar dat kwam na
tuurlijk ook door het leeftijdsver
schil en zijn rol in de oorlog."
„Pandit Nehroe gaf in persoonlijke
gesprekken blijk van meer wijsheid,
gematigdheid en inzicht, dan hij zich
in zijn publieke optreden meende te
kunnen permitteren."
„Gelet op de omstandigheden en
het politieke systeem waarin hij
werkte, is Chroestjow voor mij een
langrijke figuur geweest. Hij heeft
het communistische regime vermen
selijkt. Toen hij werd afgezet, heb
ik dat ernstig betreurd."
U bent achttien jaar met enorme
problemen geconfronteerd geworden
Trekt u zich die ook persoonlijk
aan?
Luns: „Ik heb er geen enkele
moeite mee om de problemen van
me af te zetten. Als ik zondags vrij
ben, dan kan ik ontspannen wande
len of met mijn zoon schaken. Als
een minister van buitenlandse zaken
's nachts in het kussen bijt over de
problemen dan moet hij er mee uit
scheiden."
„Ik ben wel dikwijls lichamelijk
moe, maar ik ben me er ook be
wust van dat mijn positie maar een
klein radertje is."
Wat zijn volgens u dc grootste
wereldproblemen die in de komende
tien jaar moeten worden opgelost?
Luns: China" is een uitzonderlijk
moeilijk en gevaarlijk probleem."
„Dan moeten we enigerlei vorm
vinden voor de vermindering van de
atoombewapening."
Voorts zijn er de problemen van
de Derde Wereld, de toenemende af
stand tussen onze welvaart en hun
moeilijkheden. Men kan wel menen
dat het proces van de dekolonialisa-
tie hier en daar te snel is verlopen,
doch men kan met wellicht nog meer
argumenten verdedigen dat het een
niet te stuiten historisch proces is
geweest. Ik betreur het dat er tot
nu toe geen wereldaanpak is voor
het stabiliseren van de grondstof-
prijzen, want de Derde Wereld is
daarmee veel meer gebaat dan met
giften omdat ze via een gestabili
seerde grondstoffenmarkt zichzelf
kunnen helpen, wat hun zelfvertrou
wen ten goede komt."
Minister Luns neemt afscheid van
ons bij een tafeltje, waarop een ge
tekend portret van dr. Willem
Drees: „Dat is een groot man ge
weest. De PvdA van Drees, Van
Walsum, Burger, Van der Stoel,
Goedhart, Mazure en zovele anderen
vervulde een goede en constructieve
rol."
U bent geen minnaar van Nieuw
Links?
Luns: „Neen, bepaald niet. Zij
zijn in hun methoden ondemocratisch
en wat zij willen doet dikwijls den
ken aan cripto-communisme".
De Londense secretaresses hebben zich gewapend met griepmaskers zo
dat zij de Europese griepdans kunnen ontspringen. Engeland heeft het
zwaar te verduren tijdens de griepepidemie, vooral omdat de doktoren en
verpleegsters ook niet immuun bleken voor griep.
FRANKFORT De combinatie van
griep en vorst levert grote problemen
op in West-Duitsland.
In de stad Frankfort werden gisteren
84 sterfgevallen geregistreerd ofwel
het dubbele van het normale cijfer in
deze tijd van het jaar. Yan de begraaf
plaats in de stad wordt vernomen dat
begrafenissen wegens de drukte met
tenminste een week vertraging worden
uitgevoerd. De autoriteiten konden niet
zeggen hoeveel slachtoffers de griep
had gemaakt.
De stad Augsburg heeft personeel
van de vuilnisophaaldienst als hulp
grafdelvers aangesteld, omdat het do
dental hoger dan normaal ligt en vele
ADVERTENTIE
DUSSELDORP Bij een spoorweg
ongeluk in West-Duitsland zijn twee
postbeambten om het leven gekomen
en 23 personen gewond geraakt. Op het
station van Altenbeken (Noordrijn-
Westfalen) reed een sneltrein in op een
rangeerlocomotief, die een postwagen
voorttrok. Het ongeluk gebeurde in een
dichte sneeuwjacht.
Een postbeambte werd levensgevaar
lijk gewond.
Voorts liepen drie passagiers uit de
sneltrein en de twee machinisten ern
stige, 17 passagiers lichte verwondin
gen op. Volgens de Westduitse spoor
wegen was de rangeerlocomotief door
een onveilig signaal gereden.
LONDEN In de Schotse stad
Glasgow is gisteravond een recher
cheur doodgeschoten.
Twee andere politiemannen raakten
gewond, van wie er een een in
specteur gisteravond in levensge
vaar verkeerde.
De schietpartij speelde zich af toen
de rechercheur met zijn collega's huis
zoeking wilde doen bij drie mannen
die van een bankoverval worden ver
dacht, waarbij dertigduizend gulden
werd buitgemaakt. Twee mannen wer
den gearresteerd, de derde ontsnapte
in een auto.
Het schieten begon zodra de politie
aanbelde.
doodgravers door de griep getroffen zijn.
Om graven te delven maakt men ge
bruik van graafmachines, die de bevro
ren bovenlaag van de aarde moeten ver
wijderen.
De griepepidemie schijnt in het zui
den van de Bondsrepubliek af te nemen,
maar in het noorden juist groter om
vang aan te nemen.
Het federaal bureau voor de gezond
heidsdienst in Bonn heeft tot dusver 30
overlijdensgevallen geregistreerd die
aan griep of aanverwante ziekten te
wijten zijn. Van artsen is echter verno
men dat de griep in honderden geval
len de gehele of gedeeltelijke doodsoor
zaak is.
In Italië hebben zo'n vijf miljoen
mensen de griep. Vele arbeiders, wier
inkomsten al besnoeid zijn door de sta
kingen, hebben hun kersttoelage uitge
geven voor medicijnen en zullen daar
om niet zoveel dingen van waarde uit
de ramen gooien, zoals zij sinds de da
gen van Nero hebben gedaan.
Een kwart van de Denen zal met
griep in bed liggen, maar de nachtgele
genheden zijn toch optimistisch. De De
nen eten thuis met oudjaar gestoofde
kabeljauw, met gesmolten boter en
mosterd, besproeid met akwaviet. Groot
vuurwerk is verboden.
Ook de Zweden blijven thuis en zo
veel hebben er griep, dat de apotheken
en drogisten geen asperine meer heb
ben.
HAMBURG Een Westduitse leger-
chef, generaal Albert Schnez, heeft kri
tiek geoefend op de doelmatigheid
van het Duitse leger. Hij waarschuwde
dat men de demoralisatie kon verge
lijken met die in het Franse leger in
1940. Dit heeft het Westduitse week
blad Der Spiegel bekendgemaakt
Schnez, die inspecteur is van het
leger, heeft een geheim rapport van 68
pagina's naar het ministerie van De
fensie en naar de opperbevelhebbers
gestuurd. Het rapport is gebaseerd op
klachten van 300 officieren en solda
ten. Schnez heeft de volgende conclu
sies getrokken: „De paraatheid van het
leger gaat achteruit, ondanks moderne
en dure wapens, ondanks een grote
post op de begroting - vooral in de
laatste jaren. Het tijdstip nadert waar
op het buitenste kader van het leger
uit elkaar zal vallen, omdat de offi
cieren en onderofficieren niet vol
doen".
„Het is de verantwoordelijkheid van
de regering op tijd een ontwikkeling
tegen te gaan, die zou kunnen worden
vergeleken met die in het Franse le
ger in 1940".
„Het volk kan niet de wil opbren
gen zich te verdedigen, de discipline
onder de troepen is slecht, er is een
gebrek aan zelfvertrouwen, de oplei
dingen voldoen niet, in de leidingge
vende functies legt men zich er vaak
bij neer, en de integratie van het le
ger met het volk is onvoldoende. Het
is een vicieuze cirkel".
Als oplossing stelde Schnez voor, dat
het de verantwoordelijkheid der poli
tieke leiders is het leger te geven
wat nodig is.
Een woordvoerder voor het ministe
rie van Defensie in Bonn, wilde geen
commentaar geven op het rapport-
Schnez. Hij wees er echter wel op
dat het rapport was samengesteld voor
dat Helmut Schmidt minister van De
fensie werd.
Het rapport zal worden gebruikt bij
een grootscheeps onderzoek naar het
Duitse leger, dat Schmidt wil houden.
Tijdens dit onderzoek zullen regio
nale en plaatselijke bevelhebbers en
officieren schriftelijk een aantal vra
gen moeten beantwoorden. De vragen
zullen gaan over alle aspecten van het
militaire leven en de resultaten zullen
in een witboek van het ministerie van
Defensie in juni bekend worden ge
maakt. Dit zal de basis vormen voor
grote legerhervormingen.
ADVERTENTIE
BIJ VERKOUDHEDEN
99l
9?
LONDEN De hippe meisjes van
Londen mogen weliswaar naar de
laatste mode gekleed zijn en zich
behaaglijk voelen ih hun maxi-jassen,
maar zij riskeren hun leven en lede
maten.
Dit is tenminste de mening van
het Britse veiligheidsinstituut. Het
zegt dat de maxi-jassen een groot
gevaar zijn en ln het bijzonder op
roltrappen. Draaideuren en rijdende
autobussen zijn eveneens twee bron
nen van gevaar voor „maxi-meisjes",
zo waarschuwt het blad „Veiligheid"
van het instituut. Overigens hebben
de meeste Londense warenhuizen
zich reeds aangepast aan de maxi-
mode. Waarschuwingen als „licht uw
maxi op" zijn aangebracht bij de
roltrappen.
BERGEN (Noorwegen) De Noorse
super-tanker „Koning Haakon VII"
heeft koers gezet naar iMonrovia, nadat
zich vannacht in een van de tanks een
ontploffing had voorgedaan.
De bemanning van de 220.000 ton me
tende tanker werd aan boord genomen
van de Italiaan vrachtboot „Cellina",
omdat na de ontploffing brand was ont
staan. De bemanning keerde echter te
rug, toen de brand vanzelf uitdoofde.
Een woordvoerder voor de rederij
Hilmar Reksten in Bergen, heeft ge
zegd, dat geen van de opvarenden ge
wond werd.
De tanker, die van Schotland op weg
was naar de Perzische Golf om daar
een lading olie aan boord te nemen, is
ADVERTENTIE
in de zortier van dit jaar te water ge
laten op een Noorse werf.
De woordvoerder kon geen bijzonder
heden geven over de schade of de oor
zaak van de ontploffing, die gebeurde
toen de tanker op 180 zeemijl ten wes
ten van Monrovia was.
LONDEN Bij de ontploffing aan
boord van de Shell-tanker Mactra zijn
gisteren twee mensen gedood, zo heeft
de oliemaatschappij meegedeeld.
De ontploffing, die een brand aan
boord van het 104.723 ton metende schip
veroorzaakte, gebeurde in de Straat
van Mozambique voor de zuidoostkust
van Afrika.
Zes andere personen, onder wie een
vrouw, werden gewond. Twee van de
gewonden zijn er ernstig aan toe.
De verongelukte zeelui werden ge
ïdentificeerd als de derde stuurman
R. W. Gardemer en matroos eerste
klas J. S. Lincoln, beiden uit Engeland.
De echtgenote van een bootsman en
een bootsman liepen ernstige brand
wonden op, terwijl vier andere beman
ningsleden lichte brandwonden kregen,
zo deelde Shell mee.
Shell maakte bekend dat de tanker
nu op eigen kracht westwaarts koerst
naar het continentale plat voor de kust
van Oost-Afrika.
Volgens de laatste berichten die Dur
ban hebben bereikt, zou de brand aan
boord van de tanker nog smeulen.
BELGRADO President Tito heeft
verklaard dat hij niet optimistisch is
wat betreft de toestand in de wereld
in 1970.
Volgens hem ligt dit aan het gebrek
aan goede wil van de kant van de
regeringen, die de meeste verantwoor
delijkheid dragen voor de wereldvrede.
Hij noemde de oorlog in Vietnam
en het conflict in het Midden-Oosten
en veroordeelde de regeringen van de
Verenigde Staten en Israël. Hij zei blij
te zijn met de Amerikaans-Russische
besprekingen in Helsinki, maar waar
schuwde dat deze besprekingen niet
ten koste moesten gaan van de klei
nere landen. Hij herhaalde dat Joego
slavië een Europese veiligheidsconfe
rentie vol verwachting tegemoet ziet,
een conferentie gebaseerd op Europese
landen, niet op machtsblokken.
Over de interne ontwikkelingen ln
zijn land verklaarde hij: „Ik ben zeer
optimistisch wat betreft onze ontwik
keling in de toekomst. Wij hebben
geen reden ons zorgen te maken".