Expansie: lévenszaak
Apel<
doorns pai
tner
in Ste
DE\
:dendrieh(
ENTER
3ek:
Blokje-rond
via het
polder-ijs
■mm
Tip voor het
weekeinde:
esse:
Het spreekt welhaast vanzelf dat
Diepenveen zich met hand en
tand tegen annexatie verzet; „ze doen
het met heel veel elan, ook mijn colle
ga Crommelin vecht hard en fair
voor het voortbestaan van Diepen
veen; het gaat om een gebied vol na
tuurschoon en de heer Crommelin
gruwt van het idee dat in dit gebied
flatblokken-oude-stijl zouden gaan
verrijzen", aldus mr. Bolkestein die
het helemaal niet eens is met de door
Diepenveen gesuggereerde oplossing
van de ook door mr. Crommelin
cum suis erkende problematiek.
Diepenveen heeft geassisteerd door
hooggeleerde en andere deskundigen
voorgesteld Olst en Raalte uit te
bouwen en déér de overloop van de
Deventer bevolking op te vangen. In
dat geval zouden Deventer (dan
58.000 inwoners), Raalte (30-
40.000 inwoners) en Olst (20.000 in
woners) sèmen een centrumfunctie
kunnen gaan vervullen. Verder denkt
Diepenveen sterk aan gewestvorming
in deze regio.
Hoe denkt mr. Bolkestein over de
samenwerking in de Steden
driehoek Apeldoom-Deventer-Zut-
phen? Hij spreekt er heel voorzichtig
over. „Beslist geen samengroei, dat
kan planologisch niet, het is wél mo
gelijk om intensief samen te spelen
ten aanzien van de voorzieningen; op
dit ogenblik is dit vooral ten aanzien
van het onderwijs al het geval. Het
blijven drie aparte eenheden die op
velerlei gebieden voor zichzelf blijven
zorgen. U moet het ook niet zo zien
dat wij in het gebied tussen de drie
steden allerlei zaken samen willen
opzetten; zo'n onderwijsvoorziening
zou in één van de drie steden moeten
komen denk aan de Hogere Infor
matica School die nu in Apeldoorn
komt. Wél zullen in het gebied tussen
de „drie" projecten als Teuge en
Busslo onze gemeenschappelijke zorg
(uiteraard mét Voorst) moeten heb
ben.
O' we het beu zijn of niet, die lan
ge, kwakkelige winterwie
voor het komende weekeinde een
prachtig mooi stukje Hollandse win
ter wil zien, moet eens tussen de wie
len gaan richting Harderwijk, Lely
stad en vervolgens de kant op naar
Amsterdam.
Op het stuk van Lelystad (oud)
naar Amsterdam rijdt men dan op de
grens van het nieuwe land (Zuidelij
ke Flevoland, dat hier en daar nog
lang niet droog is) en een restant van
het IJsselmeer, waar de dijkbouwers
al druk bezig zijn met de indijking
van de Nederlandse grootste polder:
de Markerwaard.
Op dat stuk IJsselmeer, tot voor
kort nog bijna helemaal stijf onder
het ijs, zijn door de dooi de eerste
stukken open water weer te zien en
onder invloed van de wind het altijd
weer boeiende spel van de ijsschot-
sen. Wie er nog de zon bij heeft, kan
genieten van een schouwspel dat be
slist niet elke winter plaats vindt. Als
de Markerwaard-dijk er ligt, is het
hier trouwens helemaal gebeurd.
Wie niet tegen een flinke rit op
ziet, kan blijven doorrijden tot over
de brug bij Muiderberg, Amsterdam
ingaan of linksom via het Gooi de
Veluwe weer opzoeken.
't Is de moeite waard deze tocht
vanaf de Veluwe met een flinke lus
weer terug naar de bossen.
pp
<- - - 2£SL--'Z'*:""l-TV
'V.ï -y i-: -
- •>-<-«•» -
Ret aloude Deventer is bezig met
opbouw van een nieuwe image:
stad van dynamiek en openheid. Wie
dat nog niet wist moet daarvan dezer
dagen overtuigd zijn tijdens de door
ongeveer vierhonderd inwoners van
Deventer en omgeving bijgewoonde
informele raadsvergadering in het
Alexander Hegiusgymnasium, waarin
stadsbestuur, stedebouwkundigen en
architecten en mét hen de aanwezige
leden van de burgerij beleidslijnen
trokken voor de bouw van een stads
wijk (Het Steenbrugge, ten noorden
van de huidige stad) die gerealiseerd
zal worden zodra hopelijk nog dit
jaar en op zijn laatst begin 1971
Deventer zijn veel ruimere jasje ont
vangen heeft en men in het Staats
blad heeft kunnen lezen dat de ge
meente Deventer (ten koste van de ge
meente Diepenveen die waarschijn
lijk opgeheven wordt) nieuwe gren
zen gekregen heeft waardoor zij ex
panderen kan.
De bijeenkomst in het Alexander
Hegiusgymnasium was typerend voor
de geest waarin Deventers stadsbe
stuur werkt; het wil geen dag verlo
ren laten gaan als de wettelijke mo
gelijkheden voor de bouw van een
nieuwe wijk geschapen zijn; daarom
is het stedebouwkundige team nu al
bezig met de voorbereiding van de
toekomstige (zeer noodzakelijke) uit
breidingen en men wil deze voorbe
reidingen in open communicatie met
de burgerij van Deventer en zijn re
gio op touw zetten.
Ook bij een bezoek aan Deventers
stadhuis ervaart men die openheid;
toen wij dezer dagen voor een ge
sprek met burgemeester mr. N. Bol-
kestein (59) de hoofdingang van het
stadhuis, tegenover de machtige Gro
te of St. Lebuïnuskerk, waren gepas
seerd stonden wij meteen midden in
de raadzaal symbolisch voor de
directe band tussen de burgerij en
haar bestuurders. Ook in mr. Bolke-
steins statige kamer ervaart men snel
deze openheid; openhartigheid is een
opvallende eigenschap van Deventers
eerste burger.
ponder bitterheid memoreert de
man die in 1957 als burgemees
ter van Middelburg naar Deventer
kwam, de felle tegenslagen die zijn
stad in de afgelopen jaren heeft moe
ten incasseren, met name de narig
heid met de dubbelstadplannen. Hij
heeft er niet veel behoefte aan om er
nog over te praten en spreekt veel
liever over de toekomst en zegt dat hij
het bijzonder waardeert, dat minister
Beernink (Binnenlandse Zaken) zélf
het initiatief genomen heeft tot /de
grenswijzigingsprocedure die begin
januari al leidde tot een hoorzitting
in het Provinciehuis in Zwolle.
Deze grenswijziging zal, zoals ge
zegd, in opheffing van de gemeente
Diepenveen resulteren. Deventer
grenst voor een zeer belangrijk deel
(ten noorden, oosten en zuidoosten)
aan Diepenveen; de andere buren
zijn (in het zuiden) Gorssel en (ten
westen) Voorst De belangrijkste dor
pen van de gemeente Diepenveen
(Diepenveen, Schalkhaar en Colm-
schate) liggen heel dichtbij de stad.
In een stadsuitbreiding van Deventer
zouden deze dorpen begrepen zijn en
wat er van de gemeente Diepenveen
zou resteren zou te weinig zijn om
een zelfstandig bestaan te blijven lei
den; het ligt dan ook in de verwach
ting dat dit restant naar de gemeen
te Bathem zal overgaan.
„Het is voor ons een levenszaak,"
zegt mr. Bolkestein, „we kunnen nu
al nauwelijks meer bouwen en móe
ten zo snel mogelijk verder; als er
geen grenswijziging zou komen zou
Deventer bij de huidige 65.000 inwo
ners blijven staan en later zou het in
wonertal teruglopen waarschijnlijk
tot 58.000 een normaal proces in
een stervende gemeente. Dat zou heel
erg zijn, ook al omdat verscheidene
andere grotere gemeenten in het oos
ten van het land denk aan Apel
doorn, Zwolle, de Twentse steden
wél kunnen groeien. En wat zeggen
bedrijven die zich in Deventer zou
den willen vestigen? Nou, die gaan in
zo'n situatie natuurlijk naar een an
dere vestigingsplaats uitkijken en dat
zou voor ons uiteraard héél pijnlijk
zijn".
gurgemeester Bolkestein schudt
als hij deze Diepenveen se
hellingen citeert het hoofd: „Dat
kan niets worden; onze steden zijn al
aan de kleine kant, ook een stad als
Deventer; je moet stérke steden creë
ren die hun centrumfunctie goed
kunnen vervullen. Stel dat het plan
van mijn collega door zou gaan; Olst
en Raalte zouden wellicht een be
hoorlijke infrastructuur (winkelcentra
e.a.) krijgen maar voor culturele en
andere zaken zou men op Deventer
aangewezen blijven, een sterk
eruglopend Deventer wel te ver-
taan".
De heer Bolkestein is niet zo'n
^root voorstander van gewestvor
ming. zeker niet in zijn regio: „Als we
een zware regeling zouden opstellen
zouden we de autonomie van de ge
meenten uithollen en bij een lichte
regeling dreigt de democratie in de
knel te komen want dan wordt het
vaak een keten van afspraken tussen
burgemeesters en wethouders zonder
dat de raad eraan te pas komt".
Mr. Crommelin verzet zich vooral
tegen de aantasting van het land
schap: „Hij moet echter niet vergeten
wat onze stedebouwkundigen en ar
chitecten van plan zijn; zij willen het
landschap bepaald niet aantasten
maar veeleer de stadsuitbreiding in
het landschap inpassen; mijn collega
kan gerust zijn: in ons (door Diepen
veen verworpen) plan „Omtrent De
venter" kan Diepenveen lezen dat
onze ideeën gezond zijn, we willen
bepaald niet terug naar bijv. de
hoogbouw zoals die tot dusver in ons
land meestal plaatsgevonden heeft".
gurgemeester Bolkestein vertelt
dat het concept-wetsontwerp
nu in Zwolle ligt; hij hoopt dat het
dit voorjaar naar het ministerie van
Binnenlandse Zaken gezonden kan
worden dat er een wetsontwerp van
maakt en het bij de Staten-Generaal
indient; daarna moeten Tweede en
Eeerste Kamer dit behandelen en als
deze ermee akkoord gaan kan De
venter zijn nieuwe bestemmingsplan
nen ter visie gaan leggen; hierna
volgt de behandeling door de ge
meenteraad en pas d&n kan de bouw
gaan beginnen.
Daarom stellen B. en W. van De
venter nu alles in het werk om bij de
totstandkoming van de grenswijzi-
gingswet het eerste ontwerp-bestem-
mingsplan gereed te hebben en om
daartoe te komen is maandag in het
gymnasium aan de Nieuwe Markt de
al vermelde gedenkwaardige
informele, open raadsvergadering ge
houden.
Voor die eerste uitbreiding heeft
Deventer een qua infrastructuur een
voudig gebied gekozen waar de
grondverwerving altijd een tijdro
vende zaak geen punt is omdat
het gebied Steenbrugge al voor een
zeer groot deel privaatrechtelijk bezit
van Deventer is. Het Steenbrugge
wordt een wijk van groen-dooraderde
concentraties van overwegend laag
bouw. De ideeën van stedebouwkun
digen en architecten voor deze woon
buurt zijn verrassend; dit hebben ook
de vierhonderd aanwezigen op de
vergadering van maandag zo ervaren.
Verwacht wordt dat deze wijk in
1976 klaar zal zijn.
„Let wel", zegt mr. Bolkestein.
„tot we in Steenbrugge kunnen gaan
bouwen neemt de woningnood hier
alleen maar toe; dat is een heel naar
vooruitzicht en dddrom is het zo
enorm belangrijk dat de grenswijzi
ging spoedig haar beslag krijgt".
Steenbrugge en de andere uitbrei
dingen van deze oude Hanzestad be
loven erg aantrekkelijke woonwijken
te worden waar het al aanwezige
landschapsschoon echt wordt
gebruikt. Het gemeentebestuur
van Deventer zal graag zien dat de
oude kernen in de gemeente Diepen
veen hun gemeenschapskarakter blij
ven behouden; het gemeentebestuur
van Deventer heeft bepaald geen cen
tralistische voornemens, integendeel;
een stuk decentralisatie zal in het
stadhuis tegenover de St. Lebuïnus
worden toegejuicht.
gurgemeester Bolkestein is opti
mistisch: „Er zit voorgang in en
we zien vol verlangen uit naar de E-8
die Deventer nadert; ons Deventer
bedrijfsleven floreert, ik heb góede
hoop voor de toekomst".