Leven en laten leven DIALOOG OF PRESTIGEKWESTIE Bisdom Rotterdam zoekt „profiel" van nieuwe bisschop Anglicaanse kerken: doelwit van vandalen, dieven èn critici Montreux vraagt 2 pet Geen geld maar begrip Verander de kerk, begin bij u zelf! En de praktijk Inspraak Profiel Adviesbureau Dominee stal uit offerblok Open kerken De normale maatschappij heeft het een beetje moeilijk met gehandicapten. Men weet er geen raad mee, voelt zich onzeker als men een gehandicapte ziet. En dat ver raadt men op drie manieren: men ont wijkt ze; men toont zich bijzonder nieuws gierig, omkijken en nog eens omkijken; óf men is overdreven vriendelijk alsof het om huilende kleine meisjes gaat. Voor beelden? Het overkomt volwassen kerels in rolstoelen nogal eens dat iemand ze in het voorbijgaan zomaar door de haren aait, alsof het kleuters in een kinderwagen zijn. Dat komt waarschijnlijk omdat ze la ger bij de grond leven dan de gezonde, wandelende maatschappij. Ze worden ook zo maar bejijd en bejoud door de verzorg- (st)ers. Een blinde man die wat stond te aarzelen op straat, overkwam het dat ie mand aan zijn hand kwam frunniken. Hij vroeg: „Wie bent u, wat wilt u?" Als ant woord kreeg hij: „Ik wil u een dubbeltje geven. U staat toch te bedelen Zulke dingen zijn in hoge mate irrite rend en het is dan ook niet overdreven als men stelt dat de contacten tussen gehandi capten en niet-gehandicapten niet zo best zijn. De Nederlandse Centrale Vereniging ter bevordering van de Revalidatie wil proberen daar iets aan te veranderen door middel van een actie. Geen actie waarbij het gaat om geld - om met de revalidatie-arts A. Verkuyl te spre ken: „Bij een actie beurzen-open kunnen de harten gemakkelijk gesloten blijven en dat is nu precies niet onze bedoeling." Echter, geen „geopende harten" die ber stensvol zijn met medelijden want waar schijnlijk is dat juist het punt waar ge handicapten en niet-gehandicapten uit el kaar dreigen te groeien. Vroeger, ja, toen betekende gehandicapt-zijn maar al te vaak aangewezen zijn op liefdadigheid, zeg op bedelen. De vriendelijke oude dame die een blinde man een dubbeltje in z'n hand wil stoppen is het voorbeeld van een generatie die van het woord revalidatie, van het opnemen van gehandicapten in het gewone maatschappelijk leven, niet veel weet heeft. En misschien is dat haar nau welijks kwalijk te nemen, want aan die in tegratie - of als men dat moeilijke woord wil vermijden: aan begrip voor elkaar - Is nog niet al te veel gedaan. Daarom gaat het dan nu bij deze actie van de NCVR om begrip. En om de resul taten van dat begrip: de gehandicapten meer dan nu nog het geval is in te passen in de alledaagse samenleving. Dinsdag gaat de actie van start met een televisiedocu mentaire die de KRO om 20.20 uur via Ne derland I zal uitzenden - een documentaire met de veelzeggende naam „Leven en la ten leven". Maar dat is alleen maar het begin, het startschot. De bedoeling is dat daarna door allerlei instellingen en vereni gingen - landelijk, regionaal, plaatselijk - discussies over dit onderwerp worden georganiseerd, waarbij scholieren en be jaarden, jonge en oudere werkers in de maatschappij, gehandicapten en niet-ge handicapten worden betrokken. De organi saties van gehandicapten zullen trachten die discussies op gang te brengen. In de hoop dat de anderen zullen volgen, want het moet een gesprek tussen velen worden en geen monoloog. Om bij die gesprekken te helpen dient de film (waarover we bij de foto meer vertellen) en dient ook een serie handige brochures met allerlei een voudige tips voor gehandicapten en hun directe omgeving. Tips op het gebied van onderwijs, arbeid, recreatie, technische voorzieningen (zoals aangepaste auto, rol stoelen, simpele en minder eenvoudige aanpassingen in huis), medische voorzie ningen en sociale voorzieningen en verze keringen. Bovendien is er een boekje spe ciaal voor de ouders van lichamelijk en/of zintuiglijk gehandicapte kinderen. Boven dien bevatten al deze boekjes een grote hoeveelheid adressen. Zij maken wegwijs, stimuleren de gehandicapten in hun zelf standige handelen, maken hen minder af hankelijk van allerlei wijze raadgevers. Maar ook deze brochures, hoe handig ook, zijn nog maar een begin, een eerste stap op de weg van mentale integratie, van beter wederzijds begrip. Zo praat drs. J. Th. Bonnema van het Instituut voor het dove en slechthorende kind in Amsterdam: „Ieder mens wenst geaccepteerd te worden zoals hij is - zo zegt hij. Met kleine handi caps als het dragen van een bril, het be hept zijn met een hoeveelheid driftigheid, lijkt het vrij gemakkelijk. Maar zodra het gehandicapt-zijn duidelijk zichtbaar is wordt het moeilijker. Ze worden niet geac cepteerd, ze worden met medelijden bena derd. En gehandicapten hebben dat na tuurlijk door. Sommigen laten zich dat medelijden aanleunen, anderen verzetten zich ertegen. Ze beseffen dat ze niet voor vol worden aangezien. Je krijgt heel merk- Dit is het wat de film „Leven en laten leven" wil vertellen: dat ook gehandi capte mensen gewone mensen zijn. Men sen zoals wij allemaal. De jongen op deze foto „scheurt" samen met zijn meisje in een invalidenwagen door de stad. Precies zoals andere jongens dat willen. En het moeilijk lopende meisje in de film zegt: Sommige mensen worden lelijk gebo ren, wij zijn geboren met een handicap". En inderdaad, wat is het verschil? Er zijn aardige en er zijn vervelende lelijke men sen waarom zouden er dan geen aardi ge en geen vervelende gehandicapte men sen zijn? En waarom zouden we tegen de ene groep anders doen dan tegen de andere „Leven en laten leven", geregisseerd door Ad Zonneveld en vervaardigd in op dracht van de Nederlandse Centrale Ver eniging ter bevordering van de Revalida tie (N.C.V.R.), geeft van de situaties zo als ze zich op dit ogenblik nog voordoen, een hard beeld. Zonneveld heeft, om de afkeergevoelens bij een eerste confronta tie met een gehandicapte te ondervan gen, allerlei gesprekken met invalide mensen gefilmd en deze aaneenschake ling van fragmenten vormen een drie kwartier durende documentaire. Alle in de film voorkomende gehandicapten ko men dagelijks in contact met de „norma le" maatschappij. De volwassenen wer ken, de kinderen gaan naar school. Niets is er in scène gezet om bepaalde gevoe lens op te wekken het gaat er alleen maar om dat men zichzelf en wij allen elkaar zien. Dinsdagavond wordt de documentaire door de K.R.O. via de televisie uitgezon den als start van de actie. Wie daarna de film wil huren om deze bijvoorbeeld voor leden van een verenigingvan een club of voor scholieren te vertonen, kan terecht bij de N.C.V.R., Stadhouderslaan 142 te Den Haag (Tel. 070 - 556600). Daar kan men ook vragen om een spreker die de film en het probleem inleidtkan men discussiemateriaal in aansluiting op de film bestellen en kan men ook de brochu res kopen (75 cent) waarover hiernaast is gesproken. waardige situaties. Neem een kantoor. Daar werkt een gehandicapt meisje. Ze komt regelmatig te laat, levert haar werk slordig af, enz. Wanneer een niet-gehandi- capt meisje dat zou proberen, zou ze bij de chef worden geroepen en wanneer dat niet helpt zal ze eruit moeten. Maar het gehan dicapte meisje wordt, uit medelijden, ge spaard. De chef denkt zoiets van „ze heeft het zonder die donderpreek van mij al moeilijk genoeg". Maar hij vergeet dat op die manier dat gehandicapte meisje een onuitstaanbaar ding wordt, vooral voor haar collega's. Het is dwaas gehandicapten aardig te vinden omdat ze gehandicapt zijn. Je moet ze aardig vinden als ze aar dig zijn. En als ze dat niet zijn reageer je zoals je normaal zou doen. En omgekeerd is het even dwaas gehandicapten te haten en te mijden enkel en alleen omdat ze ge handicapt zijn!" Dat we over en weer, gezonden en ge handicapten, nog veel zullen moeten leren voordat we in de praktijk tegenover elkaar staan zoals drs. Bonnema dat wil, daarvan zal ieder wel overtuigd zijn. De nu van start gaande actie wil ons dat leren verge makkelijken en dat maakt deze actie sym pathiek. In een tijd waarin we ons allen inspannen om rassendiscriminatie uit te bannen, mogen we best wat energie aan wenden om in eigen kring de gehandicap ten-discriminatie snel en voorgoed tot het verleden te doen behoren. Onze samenle ving kan er alleen maar gezonder en eer lijker door worden. Het was half schertsend en half in ernst toen Iemand zei „Voor kardinaal Alfrink zijn er maar twee mogelijkheden zelf paus worden of er uit gegooid worden We kunnen die woor den laten voor wat ze zijn, maar ze zijn toch wel tekenend voor de gemoedsgesteldheid in Nederland de hele celibaats- kwestie, toch de inzet van de moeilijkheden tussen Rome en het Nederlandse episcopaat, dreigt op de achtergrond te ra ken. Want men gaat het zien als een prestigestrijd tussen paus en kardinaal. En als bij een zo delicaat onderwerp als het celibaat prestige-overwegingen het gesprek gaan vertroebelen, dan is er voor een eerlijke dialoog, een openhartige uitwisse ling van gedachten en overwegingen, geen ruimte meer. Het dient gezegd, dat het Vaticaan daar zelf wel enige schuld aan heeft. In de afgelopen week heeft paus Faulus tweemaal de celibaatskwestie aangeroerd eenmaal tijdens een toe spraak tot bezoekers en eenmaal in zijn brief aan staats secretaris kardinaal Villot. In de toespraak klonk het allemaal nogal ongenuanceerd de paus liet weten dat het priester celibaat voor hem een hoofdwet is en zal blijven en dat daar over zelfs niet gediscussieerd kan worden. Daarentegen hield hij in de brief aan kardinaal Villot duidelijk de deur voor een gesprek open vasthoudend weliswaar aan de Celibaatswet gaf hij toch mogelijkheden voor het maken van uitzonderingen. Het schrijven van die brief was op zichzelf al een ongewoon gebaar. In de dertiger jaren maakte paus Pius XI nogal eens gebruik van deze diplomaten-procedure (een staatssecretaris van het Vaticaan is immers te vergelijken met een minister) om in het openbaar zijn mening te geven over een bepaalde situatie zonder er een volstrekt officieel en onherroepelijk ka rakter aan te geven. Dat paus Paulus nu naar deze in onbruik geraakte methode heeft gegrepen, wijst er op dat zijn „geen punt van discussie" niet al te letterlijk moet worden opgevat. Juist door zo'n brief Immers brengt hij een discussie tot stand en het Franse episcopaat heeft al direct van de gelegenheid gebruik gemaakt om zijn eigen mening te geven, een mening overigens die parallel loopt met die van de paus. Bij dit alles dient men wel te beseffen dat de Nederlandse kerkprovincie de paus In een uiterst moeilijke positie heeft gemanoeuvreerd. Allereerst omdat deze er tot in het diepst van zijn ziel van overtuigd is dat priester-zijn en gehuwd-zijn tot twee totaal verschillende werelden behoren. Een priester wordt gewijd in de dienst van God en die dienst verricht hij met heel zijn hart en heel zijn ziel. In dat hart is geen plaats voor iets anders, voor aardse liefde. En van God krijgt hij ook de kracht om in die ongehuwde staat te volharden. Dat an deren er anders over denken betekent voor deze paus Paulus een directe aanslag op het priesterambt. En dan komt daarbij dat hij het hoofd is van de wereldkerk. In die wereldkerk is Nederland maar esn klein en onbedui dend provincietje. Moet hij als paus in die hele wijde wereld onrust verbreiden, alleen omdat die onrust in Nederland aan de dag is getreden In dat licht moet men menen wij zijn geen-discussie-uit spraak bezien. Tegenover heel de wereld (en die vindt men zo ongeveer vertegenwoordigd op dat plein bij de St.-Pieter) heeft hij duidelijk willen maken dat er geen sprake kan zijn van een ontkoppeling, niet althans zo lang hij paus is. Een dat hij dat zo duidelijk heeft gesteld kan men hem allerminst kwalijk nemen eerder het tegendeel. Daarnaast heeft hij, als hoofd van die wereldkerk immers ook hoofd van de Nederlandse kerkprovincie, will9n duidelijk ma ken dat er over uitzonderingen gepraat kan worden. Dat deed hij in zijn brief aan zijn staatssecretaris zo immers kon heel de wereld van die bereidheid kennis nemen en dat was zijn bedoeling. Als volgende stap zal nu een rechtstreekse benade ring van het Nederlandse episcopaat moeten volgen en er is weinig reden om te twijfelen aan de bereidheid van deze paus om met de Nederlandse bisschoppen de situatie, zoals die hier te lande bestaat, te bespreken. Want paus Paulus heeft er toch ook blijk van gegeven dat hij niet alleen leraar maar ook herder wil zijn. Van Nederlandse zijde zal dan echter dat prestige-gevoel, zo als dat tot uiting kwam in de aanhef, moeten verdwijnen. We geloven niet dat de bisschoppen zelf zulke gevoelens koes teren het zou goed zijn als ze dat ook duidelijk lieten blij ken. Een dialoog over een zaak als het celibaat is iets anders dan eer voetbalwedstrijd, waarbij het gaat om winnen of ver liezen en waarbij 't publiek ook deelt in al die winst-of-verlies- emoties. Het hoeft ook niet in tweemaal drie kwartier beslist te worden. Misschien is het wat in die sfeer getrokken door de snelle reacties van de paus in de afgelopen week maar de goede sfeer is het niet. De reacties zijn namelijk hoop gevender dan ze in deze afgelopen week zijn afgeschilderd. En dat is alleen maar verheugend. Gelukkig is er in het Zwitserse Mon treux, waar de Wereldraad van Kerken een groot aantal deskundigen uit alle we relddelen bijeen had gebracht in een con ferentie over ontwikkelingssamenwerking, krachtig stelling genomen tegen een aantal nare begrippen die in het spraakgebruik zijn ingeburgerd. „Praat toch niet teveel over ontwikkelde landen", zei een econoom uit Singapore. „Ontwikkeling houdt meer in dan alleen een overgewaardeerde econo mische groei!" Een andere spreker had be zwaar tegen de term „donorkerk" er valt immers niet eenzijdig te geven of te ontvangen, zo betoogde hij. En het felst was mgr. Helder Camara, de veelbespro ken roomskatholieke bisschop uit Brazilië, toen hij zich keerde tegen „de verblinding van de bezittende klasse. Tachtig pet van de rijkdom ligt thans in handen van twin tig pet van de wereldbevolking is deze twintig procent niet de eigenlijke aanstich ter van het geweld en verantwoordelijk voor de uitbarsting van haat die zich nu ontwikkelt?" Natuurlijk klinkt dit allemaal nogal ne gatief, maar er zijn daar in Montreux toch wel degelijk op een heel positieve manier zaken gedaan. Waar men het over eens was en het is een stelling die al eerder door de Wereldraad was geponeerd dat we af moeten van de ontwikkelings hulp en dat daarvoor ontwikkelingssamen werking in de plaats moet komen. Daar voor zullen we in de eerste plaats af moe ten van de „donor-methode": de kerk in een rijk land schenkt iets aan de kerk in een arm land. In plaats daarvan moeten we naar veel algemenere en veel meer in ternationaal gerichte vormen van samen werking. Wat gaat inhouden dat er een striktere scheiding moet komen tussen zending en evangelisatie enerzijds en ont wikkelingswerk anderzijds. En wat ook gaat betekenen dat de kerken niet meer het enige adres zijn waar het werelddiako- naat kan aankloppen als het over ontwik- kelingserk gaat. Men is het uiteindelijk eens geworden over zes praktische aanbe velingen die zullen worden voorgelegd aan het dagelijks bestuur van de Wereldraad. Deze zes zijn: - Twee procent van de kerkelijke inkom sten bestemmen voor ontwikkelingswerk (in de arme èn in de rijke landen) - het instellen van een internationaal fonds voor ontwikkeling met ten minste tien miljoen dollar als beginbedrag; - formeren van een coördinerende com missie van deskundigen, waarin arme en rijke landen gelijkelijk zijn vertegenwoor digd; - omvorming van bestaande of stichting van nieuwe regionale of nationale organen in de ontwikkelingslanden, die de doorslag zullen geven wat betreft de besteding; - samenwerking met niet-kerkelijke, over- heids- en internationale organen; - besteding van 25 procent van het bedrag, dat gevormd wordt wanneer (met ingang van 1971) kerken twee procent van hun in komen gaan afzonderen, aan beïnvloeding van de publieke opinie in de r(jke landen. De rooms-katholieken in het bisdom Rotter dam (dat de gehele provincie Zuid-Holland omvat) gaan dit weekeinde een andere kerk dienst tegemoet dan anders: na de preek krij gen zij de gelegenheid een „profiel" te teke nen van de bisschop-hunner-wensen, opdat bij de benoeming van een nieuwe bisschop als opvolger van mgr. M. A. Jansen met die wensen rekening kan worden gehouden. Dat profiel-tekenen gaat aldus: aan het begin van de dienst wordt een formulier uitgereikt waarop zo'n kleine zestig vragen, verdeeld in zes rubrieken. De kerkbezoekers behoeven niets anders te doen dan kruisjes te zetten achter de punten waarmee ze het eens zijn. In de meeste gevallen zal dat gebeuren nadat de pastoor in zijn preek de hele problema tiek van de bisschopskeuze en van het bis schoppelijk ambt uitvoerig uit de doeken heeft gedaan. Aan het einde van de dienst worden de formulieren ingezameld en uit al die kruisjes hoopt de diocesane pastorale raad dan inderdaad in staat te zijn de eigen schappen van de bisschop te schetsen die de gelovigen het liefst aan het hoofd van hun bisdom zouden zien. Men tilt in Rotterdam heel zwaar aan de benoeming van de nieuwe bisschop - dat is deze week wel gebleken tijdens een perscon ferentie waar een der vicarissen-generaal, drs. W. M. I. van den Ende, uit de doeken ge daan heeft wat men allemaal van plan is om tot een zo verantwoord mogelijk advies aan Rome te kunnen komen - want in Rome valt uiteindelijk de beslissing. Behalve de hierbo ven genoemde „bliksem-opiniepeiling" waar aan naar schatting zo tussen de 200.000 en 300.000 rooms-katholieken boven de zestien jaar zullen deelnemen, gaat men ook nog via andere kanalen na welke wensen en verlan gens er bij priesters en leken in het bisdom leven. Een belangrijke rol daarin zullen de dekenale raden spelen (er zijn in Zuid-Hol land veertien dekenaten). Drs. Van den Ende: „De raden zullen aan representatieve groepen in het bisdom vier concrete vragen voorleg gen. Daarmee bereikt men dat in totaal zo'n 220 groepen (soms personen) hun mening kunnen geven. Aan de hand daarvan zullen deze dekenale raden met namen voor de dag kunnen komen en ook namen kunnen bespre ken die elders zijn genoemd. Vervolgens is het de bedoeling dat op 9 maart de diocesane pastorale raad in een openbare vergadering bijeenkomt en openlijk over de persoonskeuze zal spreken. Deze raad zal dan tot een advies moeten komen en dat uitbrengen aan het ka pittel van het bisdom." Een aardig punt: wie meent toch nog niet voldoende gelegenheid gehad te hebben om zijn wensen en verlan gens kenbaar te maken, kan zwart op wit zet ten wat zijn hart beroert. Voor hem of haar Ook in Engeland zijn de kerken vaak in het nieuws. Vernieuwing, streven naar eenheid, slechting van eeuwenoude scheidslijnen zijn daar meestal oorzaak van. De r.-k. kerk in Engeland, met onge veer zes miljoen gelovigen, kent haar rebellen; zij kijkt dan ook met spanning naar wat de Neder landse geloofsgenoten doen. Oecu- cumenische diensten zijn hier te genwoordig schering en inslag. Kardinaal Heenan, hoofd van de r.-k. kerk in Engeland en aarts bisschop Ramsey, zijn ambtsge noot van de Anglicaanse staats kerk, doen daar dikwijls aan mee. Zojuist nog heeft kardinaal Hee nan in de Londense hoofdkerk der Anglicanen en Methodisten geprobeerd weer de eenheid te bereiken die in de achttiende eeuw werd verbroken. Ook op administratief en orga nisatorisch gebied doet de kerk in Engeland steeds meer aan ver nieuwing. Daarvan getuigt een opdracht aan een bedrijfsadvies bureau door de aartsbisschop van York. Deze op één na hoogste lei der van de Anglicaanse kerk wil laten uitzoeken welke verbeterin- gen mogelijk zijn in de werkwij ze van zijn diocees. Efficiënt werken en doeltreffender leiding geven is ook in York het parool. De Anglicanen met hun ruim 27 miljoen lidmaten dat is tweederde der bevolking, van wie evenwel niet meer dan 35 procent belijdenis heeft gedaan, worstelen met een nieuw probleem: diefstal uit hun vele kerken. Vooral in de buitenwijken van Londen ondervindt men er veel last van. Maar ook daarbuiten zoals bijvoorbeeld in het lieflijke Bletchinley in Surrey, een plaatsje waar we tijdens het weekeinde graag theedrinken. Daar stal ie mand dezer dagen een paar or gelpijpen uit de dorpskerk. De Anglicanen hebben, net als de Rooms-Katholieken, de ge woonte hun kerken overdag open te laten voor wie er naar binnen wil. Er zijn voor toeristen enorme architectonische trekpleisters bij. Maar het toenemend aantal dief stallen en gevallen van vandalis me en straatschenderij noopt tot het sluiten van hoe langer hoe meer kerkgebouwen. Behalve wanneer er dienst is natuurlijk. Met name in Londense buiten wijken is dat het geval. Veel kostbaarheden gaan er bovendien achter slot en grendel. Een enkel voorbeeld: een prachtige kerk in Greenwich in Zuidoost-Londen is zelfs zon dagsmiddags gesloten. Er werden daar voortdurend kaarsen gesto len, het altaar is er als wc ge bruikt en het kleed dat erop lag MGR. M. A. JANSEN straks een nieuw profiel wordt er namelijk een speciale „postbus bis schop" in Rotterdam opengesteld. Wat verwacht het kapittel van deze aanpak („uniek in de kerkgeschiedenis!")? Vicaris Van den Ende: „Wij willen in contact komen met een breder scala van wensen dan wij in het kapittel kunnen formuleren en zo een in zicht krijgen in de persoon die de geformu leerde kwaliteiten moet dragen. Het kapittel van het bisdom kan door de meningspeiling nagaan of de personen die wij op het oog hebben, kunnen voldoen aan de eisen van het bisdom. Bovendien zullen de uitkomsten van deze peilingen een leidraad zijn voor de nieu we bisschop." Vraag: „Zal Rome de voordracht van het kapittel serieus nemen?" Antwoord: „Ik kan me niet voorstellen dat er een bisschopskeuze zal plaats vinden die tegen het gevoelen van de gelovigen ingaat. Ik kan me ook niet indenken dat Rome zo maar een man zal laten droppen in het Rot terdamse!" Dieper is men tijdens de persconferentie niet op deze vragen ingegaan - terecht want ook vicaris Van den Ende kan niet voorzien hoe de verhouding tussen Rome en het Neder landse episcopaat zich in de nabije toekomst zal ontwikkelen. Maar het lijkt wel een open vraag of het Vaticaan in de huidige situatie graag zal overgaan tot het benoemen van een bisschop die aan de typisch-Nederlandse wen sen voldoet, want dat typisch-Nederlandse kan men in Rome maar moeilijk verteren! als toiletpapier. In andere kerken is voor dui zenden guldens vernield. Een do minee meldde niet minder dan 43 inbraken in zijn pastorie. Een van zijn collega's uit een plaatsje ergens in het land, kwam op andere manier in het nieuws. Die werd uit zijn ambt ontzet na dat hij vijftig gulden had gesto len uit het offerblok. De man verdiende maar 1025 pond (8820 gulden) per jaar, een erg schril contrast met de jaarwedde van de aartsbisschop van Canterbury, het hoofd dus van zijn kerk. Die krijgt 7500 pond (ruim 64.500 gul den) plus een flinke toelage voor onkosten, plus een aardig paleis. Maar om eerlijk te zijn, ook de onfortuinlijke dominee had vrij wonen, zij het weinig riant. Velen in Engeland vinden het ronduit onbehoorlijk dat de Angli caanse kerk haar laagste diena ren zo slecht betaalt. Deze kerk is schatrijk. Haar vermogen schat men op 413 miljoen pond (zo'n 3550 miljoen gulden). Wat is dan dat typisch-Nederlandse? Men krijgt er een indruk van als men het vragen formulier beziet, dat de kerkgangers dit weekeinde moeten gaan invullen en dat het profiel moet tekenen van de nieuw te benoe men bisschop. Zoals gezegd zijn de bijna zes tig vragen verdeeld in zes rubrieken. In de eerste rubriek gaat het er om hoe men de taak van een bisschop ziet. Men krijgt een denkbeeldige, „te volle", agenda voorgelegd met het verzoek aan te geven welke taken men belangrijk vindt en welke niet. Een paar agendapunten: gouden kloosterjubileum zus ter Eleonora; kerkwijding in Dubbeldam; be spreking met praeses synode hervormde kerk; dekensvergadering; bezoek aan pastoor Harmsen in het ziekenhuis; interview voor tv. In een volgende rubriek wordt de visie van de parochianen gevraagd op de eigenschappen en gewoonten die zij voor hun bisschop be langrijk vinden. Een paar voorbeelden: ge steld zijn op eenheid met Rome, stelling dur ven nemen in politieke vraagstukken; te de mocratisch ingesteld zijn. Vervolgens bevat de vragenlijst een reeks „vaderlandse wijsheden" die men de nieuwe bisschop al dan niet zou willen toewensen. Men heeft de keus uit: Zij die geloven haas ten niet; Wie het oude niet eert, is het nieuwe niet weerd; Nieuwe heren - nieuwe wetten; Twee weten meer dan een; Spreken is zilver, zwijgen is goud; Stel nie. uit tot morgen wat je vandaag kunt doen. Er zijn ook meer directe vragen die bedoeld zijn om meer inzicht te krijgen in de algeme ne aspecten van het bisschoppelijk ambt. Zo wordt gevraagd of men vindt dat een bis schop voor het leven benoemd moet worden, dan wel voor zes jaar of voor zes jaar met mogelijk één herbenoeming. Ook wordt een alternatief voorgelegd: keuze uit „Voor Zuid-Holland is één bisschop genoeg" of „In Zuid-Holland moeten er meerdere bisschop pen zijn." Het bisdom Rotterdam telt 800.000 inge schreven rooms-katholieken; omstreeks 40 pet. gaat elke zaterdag of zondag ter kerke; dit voor ogen houdend heeft men 290.000 vra genlijsten laten drukken. Waarschijnlijk zul len niet veel kerkgangers zich de unieke kans laten ontglippen om op deze manier inspraak te verkrijgen bij een bisschopsbenoeming. In Rotterdam is men zeer benieuwd naar de uit slag. In Rome waarschijnlijk ook... Een bekend zeeman zei eens: „Veran der de wereld, begin bij u zelf." Parallel hieraan meen ik op grond van bovenge noemde tekst te mogen zeggen tot alle mensen, die koude kritiek hebben op de kerk (en het is vaak gerechtvaardigde kritiek!) „Verander de kerk, begin bij uzelf!" Dat deert ons immers 2 Timotheüs 2:15a, waar wij lezen: „Benaarstig u om u zelf Gode beproefd voor te stellen." •Dit woord sprak Paulus tot de jonge Ti motheüs, die van zijn jeugd af de He- re vreesde. Natuurlijk ligt er de eis en de roe ping, krachtens het ambt der gelovigen, om voor anderen getuigen van Christus te zijn; om een lichtend licht en zou tend zout te zijn. Dat gebiedt de Bijbel op verschillende plaatsen! Van deze eis en roeping doen we niets af! Maar dit laatste houdt evenwel niet in, dat we ons alleen maar druk mogen maken over onze medemens, of die wel op „de smalle weg" gaat, maar laten we ons allereerst druk maken over ons zelf! Of wij en dat is zo'n persoon lijke zaak wel het leven in Christus hebben! Zelfonderzoek is er nodig voor de ongelovigen, maar zelfonderzoek blijft ook nodig voor de gelovigen, zoals onze tekst duidelijk laat zien! „Benaarstig u....", dat houdt in: Hebt er haast mee, Timotheüs! Natuurlijk wordt u geroepen om aan anderen het Evangelie te verkondigen, maar sla je zelf toch niet over! „Benaarstig u om u zelf Gode beproefd voor te stellen! Maar....een lezer valt mij in de rede en zegt: u moet eens goed naar miij luisteren, dominee, ik zie zó veel fouten en zonden bij andere mensen en niet het minst bij de kerkmensen, ik heb geen behoefte aan zélfbeproeving en nog minder aan kerkgang, want in de kerk is het óóok niet alles! Dan vraag ik u toch om na te denken over het vol gende: Onlangs zag ik in de weide een schaap, dat zich heel erg aan het schu ren was tegen een paal. Hoe kwam dat? Wel, omdat dat schaap schurft had! Dus....mensen, die bij ónderen de meeste fouten en zonden zien en over die ander zich alléén maar druk maken, schuren zich het hardst en hebben dus zélf....de meeste schurft!. Nu zegt onze tekst niet, dat wij ons aan anderen moeten schuren, maar ons zelf voor God dienen te stellen, te beproeven! „U zelf Gode beproefd voor te stellen", dat is een opdracht, die tot ieder komt! Zelfs tot de kinderen zegt de Heere: „Komt kinderen hoort naar mij, ik zal u des Heeren vreze leren". „U zelf Gode beproefd voor te stellen", houdt in: Bedenken, hoe de Heere de Heilige is en wij onheilige, zondige mensen; onze vloekwaardigheid in te leven en het te beleven dat we ólles verzondigd en verbeurd hebben! Ja echt, beproef u zelf maar voor God en... geef dón je zelf eens een cijfer! Welk cijfer geeft iemand, die echt de Heere vreest, zich zelf? Een nul! Denk maar aan de apostel Paulus, die zegt: „Ik ellendig mens...?" En iedere punt, die wij ons zelf meer geven, dan een nul is te véél! Maar geeft een mens zich zelf écht een nul, dan is dat genade en het werk van de Heilige Geest, die gelukkig geen half werk doet! Immers Hij maakt ook gedachtig aan Chritus' zoen- en kruis- verdiensten! Hij zet de één van de Kruispaal vóór de nul, zodat een zon daar in eigen oog een nul blijft behou den! Ik ellendig mens! Maar door Gods oog bezien, heeft zo'n verlorene een tien, omdat de één van de kruispaal vóór de nul wordt geplaatst! Een dóór- om zegt de apostel Paulus enerzijds: Ik ellendig mens! Ziende op zich zelf, maar anderzijds betuigt hij: „Alsof had ik nooit zonde gekend noch gedaan!" Wat dienen ook wij, als ambtsdra gers, ons zelf te beproeven voor God! Wij mógen immers en dat is genade Gods medearbeiders zijn. Maar u weet het: bij het bouwen van een huis is er ook steigerwerk, dat wél even nuttig is bij de bouw, maar....het stei gerwerk wordt afgebroeken! Zó kun nen zelfs ambtsdragers behoren tot het steigerwerk, zonder persoonlijk een le vende steen te zijn van het Godsge bouw! Dan leer je God om genade te bidden n.l. of Hij je genadig wil zijn in Chris tus Jezus. En dat wil Hij voor zulke verlorenen in zich zelf! Dót heeft Jo hannes de Doper immers gepreekt: „Ziet het Lam Gods, dat de zonden der wereld weg draagt!" Dat zegt de Heere ook zelf: „Ik heb geen lust in de dood der goddelozen, maar daarin, dat zij zich bekeren en le ven!" Maar....de ware bekering is echt niet alleen een zaak van zielservaring; Gods Woord zegt: „De boom wordt aan de vruchten gekend!" Dan gaan we ons zelf óók aangaande onze levenswandel beproeven; dan gaan we de zonde haten en ontvluchten! •Dan gaan we in de voetstappen van Het Lam, die als Hij schold niet weder schold; Die voor zijn vijanden bad! Christus is het beproefde Lam, Dat de keur Gods heeft weggedragen! Daarom belijdt de levende kerk: „Lof zij het Lam, Die onze zonde op zich nam! Wiens bloed ons heeft geheiligd. Die dood geweest is, maar die nu leeft. Die het volk, dat Hij ontzondigd heeft, voor eeuwig heeft beveiligd!". Veenendaal, ds. S. P. v. Assenbergh.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1970 | | pagina 11