Vrij zijn van dagelijkse levenspatroon Grzmeks dieren-encyclopedie Niet alleen de zeeook het land kent de werking der getijden WSM notitiesi PARADISO: snelle vlucht van heel snel onderdak w 'B w VERKEER EN SUIKER Hoofdmotief van kampeerder: n i i S A i a 8 i 8 i §f ii ÉH I lÉP n m iff 8 0 L fffj 4? OPLOSSING BRIDGE door G. J. R. FÖRCH CRYPTOGRAM I Vrij zijn van het dagelijkse levenspatroon, de natuur en de rust. Dat zijn over het algemeen de belangrijkste mo tieven, die de mens er toe brengen te gaan kamperen. Achttien procent van de kam peerder doet het uit financiële overwegingen en elf procent heeft nog waardering voor de idealen van de eerste kam peerders, te weten het primi tieve. De laatsten vindt men vooral onder de kampeerpas- poorthouders, die van eenvou dig geoutilleerde terreinen ge bruik maken. Dit staat in een publikatie van het Staatsbosbeheer, op gesteld door drs. J. C. Heytze en drs. W. van Rossum na een sociologisch onderzoek naar typen kampeerders. Ook de leden van de Neder landse Toeristen Kampeer Club voelen meer voor het primitieve, maar willen toch ook wel een gezellig contact met medekampeerders. Kam peerders op algemene terrei nen haken meer naar wat comfort, dat zich uit in kampwinkels, kantines en uit gebreid sanitair, voorzienin gen, die op deze terreinen voorkomen. Liet onderzoek heeft verder uitgewezen dat voor de kampeerders op de algemene terreinen (98 pet.) een kamp winkel een niet te missen voorziening blijkt te zijn. Bij na 80 pet. wilde zelfs een su permarkt of tenminste een zelfbedieningszaak. Over de noodzaak van een kantine op een terrein wordt verschillend gedacht. Op de algemene ter reinen vond 37 pet. de kantine helemaal niet nodig en 28 pet. vond een kantine wel prettig als het maar zeer eenvoudig werd gehouden, vooral geen lawaaierig amusement. Eén op de vier kampeergroepen op de algemene terreinen wenste een kantine met vermaaksmoge- lijkheden. Voorzieningen als een kanti ne en kampwinkel hoorden volgens de kampeerpaspoort- houders en NTKC-leden niet thuis op hun terreinen. Hier over was men unaniem van oordeel. Ten aanzien van de - sanitaire voorzieningen liepen de meningen weer uiteen. Van de paspoorthouders wilde 32 pet. douches en van de NTKC-leden 48 pet. Van de ondervraagden op alle bij het onderzoek betrokken terreinen was meer dan 70 pet. voor douches. I")e wens naar een vaste sei- zoenplaats werd geuit door 45 pet. van de kampeer ders op de algemene terreinen. De eisen waaraan deze vaste seizoenplaats moet voldoen werden als volgt geformu leerd: ruimte, vrijheid in de zin van privacy en goede sani taire voorzieningen. XT amperen in gezinsverband met kinderen komt het meeste voor (83 pet. van alle ondervraagden). Het kampe ren wordt door alle leeftijds groepen beoefend. Door het moderne kampeercomfort be hoeft hoge leeftijd geen be lemmering te zijn om te gaan kamperen. Het kamperen wordt voorts door alle maat schappelijke groepen beoe fend. Los van de financiële aspecten heeft het kamperen namelijk een geheel eigen spe cifieke aantrekkelijkheid. De helft van de kampeerders verblijft in een bungalowtent, 23 procent in een caravan en 5 procent in een vouwwagen. In trekkerstenten wordt door 21 procent overnacht. TJeze onderzoekgegevens variëren weer sterk naar kampeersituatie. De belangstel ling voor trekkerstenten is bijvoorbeeld bij de kampeer- paspoorthouders en NTKC-le den veel groter dan bij de kampeerders op de algemene terreinen. Zij noemen hun kampeervorm vaak het ware kamperen, vanwege de primi tiviteit en 't element van im provisatie. De kampeerders in bungalowtenten en caravans wensen meestal een zo goed mogelijke kopie van het com fort wat men normaliter ook thuis gewend is. Lie samensteller van het rapport vragen zich af of de ontwikkeling om in toe nemende mate seizoenplaatsen te gaan verhuren kan leiden tot een tekort aan kampeer- ruimte voor zogenoemde kort- verblijvers. Zij stellen voor, dat consumentenorganisaties op het gebied van het toerisme en de overheid zich hierop zullen bezinnen. Dat lijkt inderdaad nuttig! 'T'ot de ondernemers die straks met erg veel ple zier op de Caravan-RAI staan behoort de heer J. W. Tiemes- sen, medefirmant van Para- diso Caravans aan de Vlijtse- weg in Apeldoorn. Hij staat er namelijk als iemand die uit pure liefhebberij een bij zonder soort vouwcaravan ontwierp en er vervolgens groot zakelijk succes mee be haalde. De Paradiso heeft nu - nog geen tien jaar na de in troductie - een oplaagvan 1200 per jaar, waarvan er 400 worden geëxporteerd. Punt waarom het draait, is bij deze uitvinding onder meer, dat de wagen met dak en al opgeklapt kan worden in één handomdraai en dat laatste dan letterlijk. Op een par- keerstrook kan een gezin van vier tot zes personen al een eigen huisje opzetten, terwijl de motor van de auto nauwe lijks afgezet is. Het hoofdma teriaal is dubbelwandig po lyester en de constructie wordt zodanig uitgevoerd, dat het tentdoek goed be schermd wordt en niet in de knel kan komen. Maar ter wijl het mogelijk is in een paar tellen de zaak op te zet ten, kan men het hele geval desgewenst ook een vol sei zoen op de camping laten staan: de Paradiso is daarop berekend. Prettig is het ook, dat bij het in- en uitklappen de bagage op zijn plaats kan blijven. Daradiso komt binnenkort op deze RAI ook met een primeur, door de heer Tiemessen zelf ,,een aardig heidje" genoemd, maar die toch zeker belangstelling zal trekken: een motor-unit, die met twee bouten aan de ca ravan wordt bevestigd. Dit motortje-met-wiel-en-zit- bank kan gemakkelijk in de koffer van de auto meegeno men worden. Op zijn plaats gebracht, trekt het de cara van met een vaartje van 16 km per'uur over wegen en paden, die voor auto's niet te berijden of verboden zijn. Als vervoermiddelvoor de grote weg heeft het apparaat eigenlijk geen functie, maar het geeft de caravanners wel een nieuwe mogelijkheid om nog vrijer in hun bewegingen te zijn. Voor het echte trekken heeft de Paradiso trouwens ook geen beer van een motor nodig: met zijn 320 kg laat hij zich zelfs al door Eend of een andere kleine auto op sleeptouw nemen. In de afgelopen jaren 1 heeft de Paradiso vouw caravan een grote naam ge kregen, ook in het buiten land. Aan de ene kant is er de export o.m. naar België, West-Duitsland, Scandinavië en Zwitserland. Een paar exemplaren zijn zelfs naar Japan gegaan, maar dan spreken de hoge transport kosten toch wel een woordje mee. Een heel ander soort van export blijkt echter ook te bestaan: mensen uit be paalde landen - in dit geval waren dit o.m. Canada, Saoedi-Arabië en Zuid-Afrika - kopen in ons land een Para diso en nemen die dan mee. Van deze gelegenheid wordt ook nogal eens gebruik ge maakt door NAVO-militairen voordat zij naar hun land te rugkeren. ,,Iets dergelijks is blijkbaar in die landen niet te koop," zegt de heer Tie messen voldaan. Bobo*w en Kureffce komen Mta uit Oost-Europa. Ze schaken beiden en beiden zijn ze donkerharig. Maar daarmee houdt de overeenkomst op. Bobotsov is een Bulgaar die de groot meestertitel op zijn naam heeft en de Zuidslaaf Kurajica heeft ia 1965 het jeugdwcreldkampioeaschap gewonnen. De bijna 40-jarige Bobotsov doet wat stag aan. De ongeveer IS jaar jongere Kurajica daarentegen is praatgraag, heeft een rond en blozend gezicht eu doet meer als een Nederlander dan als een Zuidslaaf aan. Zijn stijl is onder nemend en van een typisch modeme bewegelijkheid. De onderstaande ver- liespartij tegen Bobotsov zal hem wel een minder aangename dag hebben bezorgd. Wit: Bobotsov. Zwart: Kurajica. (Wijk aan Zee 1970). Klassiek Daraegambiet. 1. d2—d4, d7-d5 2. c2-c4, e7-e6 3. Pbl—c3, Lfö-e7 (Heeft ten doel 4. Pf3 af te wachten omdat de praktijk ge leerd heeft, dat in de niilvariant 3. Pf6 4. cxd5 exd5 5. Lg5 wit in tal van varianten zijn paard beter via e2 in de strijd kan betrekken). 4. Pgl—f3, Pg8—f6 5. Lel—g5, h7-h6 6. Lg5xf6, Le7xf6 7. e2-e3 (De op mars 7. e4. dxe4 8. Pxe4, Pc6! levert weinig op). 10-0 8. Tal—cl, c7—c6 9. Lfl-d3, Pb8-d7 10. c4xd5, c6xd5 (Uit vrees voor de minderheidsaanval b2—b4—b5 1 |I«M «wan ten onrechte niet mei de pion. Van nu af au heeft wit duid» lijk overwicht). 11. 0-0, b7-b6 12. Ddl-e2, a7-a6 (Na 12. Lb7 13. La6, Lxa6 14. Dxa6, Dc8 15. Dxc8. Tfxc8 16. Pb5 komt wit in het eindspel in het voor deel; na de tekstzet in het midden spel). 13. «3-e4». Lc8-b7 14. e4-«5, Lf5-e7 15. Pf3-d2, Tf8—c8 16. f2-f4, Pd7-fB 17. De2-h5. Le7-b4 18. Tfl-f3. f7—f5 (Br dreigde 19. Tg3. Kh8 20. Dg4. g6 21. Th3 met toenemende druk). 19. g2—g4! (De krachtigste voortzet ting van de aanval.) 19. f5xg4 20. Tf3-e3, Te8-e7 21. Tg3Xg4. Kg8-h8 22. Kgl-hl. Dd8—c8 23. Dh5-h3. Pf8—h7 24. Pd2—O, Lb4xc3 (Anders wordt ook dit paard, via e2, naar de koningsvleugel gedirigeerd). 25. b2xc3, Ta8-c8 26. Tel—gl! (Nu zijn alle witte strijdkrachten geconcen treerd tegen de vijandelijke residentie. Pion c3 is indirect verdedigd: 26. Txc3? 27. Lxh7, Kxh7 28. I'gSf. Kg8 29. Dxc3 en wint). 26. Lb7—c6 27. Pf3-h4, Te7-a7 28. f4—f5 (De invasie begint). 28.Lc6—b5 (Om althans één van de gevaarlijke aanvalsstukken te liquide ren. Maar het is al te laat). KURAJICA 'M, w/A BOBOTSOV 29 Ld3xb5. a6xb5 30. Ph4-g6f, Kh8—g8 31. f5—f6. Tc8—c7 De opgave van de week: wat is de meest overtuigende weg naar de winst? Oplossing: Wit: (Adorjan): Kgl, Dd4, Te7, Ld6, pionnen a2, b2. c2, f2, g2 en h4 Zwart: (Urzica): Kh6, Dg8, Ta8 en h8. Lf5, pi. a4, a6, f6, g5, h7. Er volgde: 24.g2-g4!, g5xh4 (Of: 24. Lg6 25. Dxf6, resp. 24. Lxg4 25. Dxg4, Dd5 26. hxg5t, fxg5 27. Te6f enz.) 25. Dd4xf6f en 26. Ld6—f4 mat. De Leningrader Mogiijanski is een zeer eerzuchtig speler. De 26-jarige voormalige studentenkampioen van de Sowjetunie werd in de laatste Rus sische titelstrijd zesde, blijkbaar vol doende om hem naast de hier reeds bekende Koeperman, Tsjegolev, An- dreiko, Gantwarg voor het eerst van zijn leven te doen deelnemen aan een groot toernooi in West-Europa. Welis waar nog niet in de eregroep, maar, gelukkig wellicht voor hem, was juist hij het, die 'in de hoofdgroep van het Suikertoernooi met ruime voorsprong de erepalm wegdroeg en daarmee iets redde van het Russische prestige. Hier onder zijn partij uit de zesde ronde, waarmee het toernooi praktisch werd beslist: Wit: A. Mogiijanski; zwart: J. de Rui ter, Amsterdam 26-12-'69. I. 32—28 19-23; 2. 28x19 14x23; 3. 37-32 10-14; 4. 34-30 14-19; 5. 30-25 17-22; de theorie geeft (17-21) aan. Zwart lokt hier het nemen van een halve hekstelling uit: 6. 25x14 9x20; 7. 32-28. Aarzelt geen mo ment, hoewel ook hier de theorie aan geeft, dat met twee improduktieve schijven (de stukken 41 en 46) deze opstelling als niet kansrijk moet wor den beschouwd. 7. 23X32; 8. 38x27 11-17; 9. 35-30 19-23; 10. 30-25 4-10. Met tempowinst wordt een sterk centrum opgebouwd, een eerste vereiste om wits opstelling te bestrijden. II. 25x14 10X19; 12. 40-34 7-11; 13. 45-40 1-7; 14. 34-30 17-21. De ze aanval tegeii de halve hekstelling lost voor wit twee problemen op: de moeilijke keus van zijn opstelling aan de rechtervleugel en de ontkrachting van zwarts opgesloten rechtervleugel. Daarom was afwachten met b.v. (3—9) zeker aan te bevelen. 15. 42-38 21X32; 16. 38x27 11-17; 17. 47-42 17-21; 18. 42-38 21x32; 19. 38X27 6-11; 20. 40-34 11-17; 21. 30-24 19X30; 22. 34x25 5-10; 23. 43-38 10-14; 24. 49-43 13-19; 25. 41-37 8—13; 26. 48-42 3-8. Zwart houdt vast aan zijn opvatting, door een herhaalde dreigende aanval via veld 21 wit tot verzwakkingen te dwingen. Wit laat het echter niet zo ver komen: 27. 46—41 14-20; 28. 25X14 19x10; 29. 50-45 13-19: 30. 37-32 8-13; 31. 45—40 10-14; 32. 31-26! 22x31; 33. 36x27. Belet (17-22) door 32-28 en dreigt over te stappen naar een klas sieke formatie door 33-28 die aan trekkelijk lijkt door de minder beweeg lijk geworden rechtervleugel van zwart. Het is de vraag of zwart dit niet had moeten toelaten: na (2-8) 33-28 (15-20) 38-33 (20-24) 42-38 (17-21) 26X17 (12X21) ziet het spel er zeer remiseachtig uit. Hij ziet blijkbaar in een omsingelings actie meer kansen: 33.23-29; 34. 33X24 19X30; 35. 40-34 30-35; 36. 38-33 13-19; 37. 32-28! Dreigt niet alleen 28—22, dat door (14—20) weer legd khn worden, maar ook 27-22 en 28—23, zodat gedwongen is: 37. 18-r22; 38. 27x18 12x32; 39. 42-37 7-12; 4a 37X28 12-18; 41. 34-29! 18-22; 42. 39-34 (zie diagram). Dreigt nu weer met 34-30. Zwart pa reert deze dreiging met: 42. 15-20. Als opgave voor de lezers deze week: Waarom is het schijnbaar sterkere (14—20) verboden? 43. 43-39 20-25. Om 29-23, met de dreiging 33-29 en 34-30 tegen te gaan. Zwart hoefde dit echter niet tf vrezen, daar na 29-23. altijd nog 20-25 kan volgen. Veel beter was dan ook (2-8). 44. 28—23!- Een fraai offer, dat zwart in verloren positie brengt: 44. 19X28; 45. 29-24 38-32; 46. 24-20 14-19; 47. 20-15 2-7; 48. 15-10 16—10. Door het spelen op kleino meerslagcombinaties probeert zwart zich te redden, maar wit wikkelt snel af. 49. 44-40 35 X 44; 50. 39 x 50 19-23; 51.41-36 32-37; 52. 10-5! 37-41. Er is niet beter; 53. 5x2 41-46; 54. 33-29 46-10; 55. 2-35 10-46; 56. 35-13 22-28; 57. 13-8 17-21; 58. 26 x 17 28—32. Zwart geeft op, want er blijft altijd een overmachtseindspel over. Wit (Gantwarg): 16, 21, 26, 32, 39. 48. 49, 50 (8 st.) Zwart (Koeperman): 1, 7, 12, 14, 17, 18, 19,45 (8 st.) Zwart forceerde de winst door: (18-22!) dreigt met (12-18) 21x23 (19x37) dit is alleen door stukverlies met 32-27 (22x31) 26x37 (17x26) te pareren, maar ook dit leidde binnen enkele zetten tot verlies. Het probleem van vorige week zag er zo uit: O-W waren kwetsbaar, zuid was gever en u stond als noordspeler aan het hoofd van B 10865 J s7 5 08 9643 Het volgende biedverloop ontwikkelde zich: noord oost zuid west - - 1 pas 2 2 S^. 3 pas 7 Desgevraagd wist west u te vertellen dat net 2 SA-bod van zijn partner een uitgesproken tweekleurenspel in de la ge kleuren aangaf, waarbij een 5-5 verdeling wel ongeveer de distributio- nele ondergrens moest zijn. Naar aanleiding van deze biedsituatie stelde ik u twee vragen: 1. Bent u het eens met het 2 schoppen bod? 2. Wat zoudt u nu doen, als u op de noordplaats zat? We beginnen met de eerste vraag. Mijn antwoord is: neen. U verwacht dan misschien dat ik vind dat er met dit 1-punts spel maar beter gepast kan worden, maar niets' is minder waar! Er moet naar mijn smaak zwaarder ge schut in stelling gebracht worden dan dit 2 schoppenbod, er moet 3 schop pen worden geboden. Hierbij ga ik er wel vanuit, dat 3 schoppen een limiet verhoging is die 9 tot 12 punten be looft met een vierkaart schoppen. Wellicht zult u tegenwerpen dat dit spel wel erg ver verwijderd is van die vereiste punten en dat kan en wil ik ook echt niet ontkennen, maar distri- butioneel is er natuurlijk wel redelijke compensatie en dit 3 schoppenbod wordt niet ingegeven door opbouwen de gedachten, neen het is bedoeld als een afbraakactie tegen het bieden van de tegenpartij. O-W zijn kwetsbaar en oost heeft nog niet de gelegenheid ge had iets van zich te laten horen en het lijkt lang niet onmogelijk dat hij de punten en gezien uw schoppcnbezit ook de verdeling heeft om wel plan nen in de richting van een eigen bod te koesteren. Welnu, die plannen wilt u graag zo grondig mogelijk doorkruisen en het is wel duidelijk dat 3 'schoppen de arme' oostspeler het leven aanmerkelijk zuurder zal maken dan 2 schoppen. Nu is zo'n hinderactie niet gauw aan te raden als het eigen bieden erdoor volledig uit de hand loppt, maar uw spel heeft voor een schoppencontract toch wel voldoende kwaliteiten om daar niet al te bang voor te hoeven zijn. Als u zo'n 3 schoppenbod niet in de betekenis van limietverhoging pleegt te gebruiken, maar bij dat bod in termen van een geweldhand pleegt te denken, dan ligt de zaak natuurlijk heel anders, dan gaat uw keus tussen 2 schoppen en 4 schóppen en dan kan ik '2 schoppen zeker niet afkeuren, omdat een sprong naar 4 schoppen nog wel eens onaangename gevolgen zou kun nen hebben als uw partner daardoor op slemgedachten wordt gebracht. Nu komen we aan liet tweede deel van de vraag. U hebt gewoon 2 schoppen geboden en daarna is er een 2 SA bod achter u gekomen, maar partner zag daarop redenen om 3 schoppen te zeg gen. Nu moet u zeker 4 schoppen bie den. Weer zult u misschien vinden, dat ik het bezit van één enkel punt wat erg hoog aansla, maar weer is het uw dis tributie die een voornamere rol speelt dan uw puntental. En wat betreft die distributie, is niet alleen uw zeskaart schoppen van be lang, maar ook uw ,lage kleurcnbezit. Oost heeft ten mihste vijf klavers, maar gezien uw vierkaart klaver kon partner dan wel eens een singleton of renonce in die kleur hebben en dat be zit in combinatie met uw singleton rui ten moet riante vooruitzichten bieden in een 4 schoppencontract. In de prak tijk kon noord de moed voor dit 4 schoppenbod niet opbrengen, maar hij had wel erg veel spijt van deze lafheid toen na het optrekken van de kruit dampen bleek dat zijn partner 11 sla gen had weten te maken. De zuidhand was: AH942 o A H 3 10652 10 Het gaat er in bridge niet om hoeveel punten u hebt, maar hoeveel slagen, met uw spel gemaakt kunnen worden. Deze week voor de afwisseling weer eens een tegenspelprobleera: U hebt als westspeler in handen 107 6 3 o A 7 o AH 10 7 54 9 en terwijl N-Z kwetsbaar zijn, ontstaat het volgende biedverloop: noord oost zuid west 1 1 o 2 o 3 o 4 o pas 2 2c 3 o pas pas pas U besluit met uw singleton klaver te starten en op tafel verschijnt H98 o 10 8 2 oB 6 3 *H V 7 5 Klaver heer wordt gelegd en uw part ner speelt de 8 bij. Nu wordt van tafel troef 10 gespeeld, uw partner legt de 3 de leider de 4 en de beurt is aan u. Mijn vraag is: hoe speelt u dit spel nu verder tegen? Horizontaal: 1. Een half retourtje? (11) 9. De betrekking is weg (4) 10. Dit bouwland levert geen oogst (10) 11. Dit is voorbij (7) 12. Hollandse Dulcinea (7) 14. Kinderen krijgen zonder pijn (9) 16. Met dit schip, vaart men geen vracht (5) 19. De held zit aan het geweer (5) 20. Om te bewijzen dit te zijn, ligt me nigeen in de zenuwen (9) 22. Morgenfruit (7) 24. Zaken die zo zijn, zijn niet goed (7) 27. Dit lied klinkt in de openbaarheid (10) 28. Een pittig geval (4) 29. Onlusthof (11) Verticaal: 2. Het komt altijd achteraan (5) 3. Snel bevroren knollen (8) 4. Deze Italiaanse rivier stroomt zo wel van links naar rechts, als van rechts naar links (4) 5. Zij zitten aan de buitenkant (6) 6. Hij kan moeilijk nee zeggen (9) 7. Je ziet hem geregeid afvallen (8) 8. Eertijds huishoudelijke assistente (4) 13. Hierdoor blijkt het (5) 15. Droogkeeltje (9) 17. Zo een is een stoere baas (8) 18. Jong bezit (8) 21. In Noord-Holland behoeft men nooit blootshoofds te gaan (6) 23. Het is niet prettig om in dit voedsel te zitten (4) 25. Galondrager (5) 26. Dit is evenzeer bedwelmend (4) OPLOSSING Horizontaal: 1. terreur; 6. Emmerik; 12. aard; 14. idee; 15. Oran; 17. Em- men; 20. neon; 22. ram; 23. Ane; 24. dar; 26. s.o.s.; 27. na; 28. ir.; 29. nee; 31. Po; 33. st; 34. Iran; 36. Isère; 38. .mate; 40. Aken; 42. Irak; 44. mr.; 45. etalage; 46. es; 48. dame; 50. edel; 53. egel; 55. lenen; 58. laar; 60. re; 61. af; 63. t.g.t.; 64. as; 65. nu; 66. bel; 68. Ase; 70. uil; 72. wei; 73. Alem; 75. pruim; 77. reis; 78. noga; 80. Amor; 82. diamant; 83. smakken; Verticaal: I. toornig; 2. raam; 3. ran; 4. er; 5. Uden; 7. Mina; 8. M.D.; 9. Een; 10. Rees; 11. kunsten; 13. om; 16. raar; 18. mens; 19. Eder; 21. oost; 23. ar; 25. R.P.; 28. ink; 30. eerlang; 32. oma; tt. Aarde; 36. in tel; 37. eigen; 39. akela; 41. Eem; 43. red.; 47. verband; 49. a la; 51. Els; 52. Pruisen; 54. geel; 56. eter; 57. etui; 59. Anei; 62. fa; 64. al; 67. Lena; 69. span; 71. imam; 72. werk; 74. mom; 76. ut; 77. rok; 79. ga; 81. ma. 's c h a p -1 e cfrn i e k v r k «s r w e t im s c h a p t o e lm i 5} ap~ t <5 clmi^k-ve rkeer-w« t ems chap-1 eclini ek- ^chniek-verkeer-wetémschap-tDChniek-verlo «rkeer-wetenschap-techniek-verkaer-wetei ohap-verkear-techniek*"Wetenschap-verkee3 11 V>en de beroemde Zweedse X zoöloog Linnaeus de we reld der dieren inventariseerde, kwam hij tot 4236 diersoorten. Honderd jaar later verscheen de wereldvermaarde encyclopedie der dieren van Alfred Brehm, die (in 1864) ongeveer 400.000 dieren „in kaart" bracht. Weer ruim een eeuw later (vorig jaar) kregen we de dertien delen van het dieren leven van prof. dr. Grzimek. Hij zal vast wel de onbetwiste re cordhouder blijven met één mil joen dieren in dertien delen van een kolossale encyclopedie, waar van het vorig jaar het eerste deel verscheen en kort geleden nog twee delen. Recordhouder, omdat het zeer onwaarschijnlijk is dat het werk van prof. Grzimek, tot stand ge bracht in samenwerking met honderden geleerden, ontdek kingsreizigers, poolonderzoekers, diepzeeduikers en fotografen, ooit nog eens zal worden over troffen. De dertien delen van deze encyclopedie (samen 7500 bladzijden, waarvan de helft met foto's) zullen In ieder geval een langer leven hebben dan welke andere encyclopedie ook, die ver jaart omdat er steeds weer nieu we ontdekkingen en uitvindingen gedaan worden (ruimtevaart, ge neeskunde b.v.). Men mag (helaas) aannemen dat de werelddierenstand eerder terugloopt dan uitgebreid wordt. Het is tragisch, maar er zit een grond van waarheid in de opmer king van iemand die deze dieren encyclopedie kocht: „Aan het einde van deze eeuw zullen mijn kinderen hun kinderen vertellen en in deze encyclopedie laten zien hoe rijk de wereld was aan dieren in het jaar 1970. Want na de verschijning van Grzimeks werk zullen in de komende de cennia honderden diersoorten van de aardbodem verdwijnen..." De Nederlandse Uitgeverij Het Spectrum is de serie van dertien begonnen met het eerste deel der zoogdieren. Dezer dagen volgde het tweede fleel en het eerste deel van de drie over vogels. Elke drie a vier maanden verschijnt een nieuw deel. Per stuk kosten ze 78,samen dus ruim 1000, Maar daarvoor is het dan ook een De samensteller van ,,Het le ven der dieren", prof. dr. Grzimek, met een van zijn troe telkinderen waarmee hij regel matig op de beldbuis erschijnt. standaardwerk, dat na Linnaeus en Brehm uniek is. Als er ooit een herdruk zou komen (in het jaar 2000 misschien) zal er bij heel wat dieren de noot geplaatst moeten worden: „tot voor enkele tientallen jaren nog gesigna leerd..." Achter deze aquamarijnblauw fluoriscerende koepel op de komende wereldtentoonstelling in Japan rijdt de mono-rail naar het terrein van de tentoonstelling in Osaka. Tienduizend mensen per uur wil len de Japanners met behulp van dit moderne vervoermiddel (en automatische rollende trottoirs) tijdens de Expo '70 vervoeren. Amerika rijst en daalt per dag gemiddeld 30 cm en is evenals de oceaan aan getijden onderhevig, zo hebben geleerden van de Uni versiteit van Columbia in New York meegedeeld. Het verschijn sel is al bijna 50 jaar lang bestu deerd, maar pas onlangs heeft men instrumenten, gravimeters, kunnen ontwikkelen om de getij denwerking precies vast te stel len. Aan de hand daarvan kun nen nieuwe technieken worden ontwikkeld voor het voorspellen van aardbevingen, het opsporen van olie en het meten van de nog weinig bekende getijdenwerking op de open oceaan. Een groep geleerden onder lei ding van prof. John Kuo heeft het rijzen en dalen van de aard korst op 13 punten tussen New York en Californië onderzocht. Door het registreren van de wij zigingen in de zwaartekracht konden de periodieke hoogtever schillen tot op een centimeter nauwkeurig worden vastgesteld. Gebleken is tevens dat de landge- tijden sterk beïnvloed worden door de oceaangetijden, zelfs vér in het binnenland, nl. voor onge veer acht procent. Tussen acht en negen 's mor gens en tussen vij fen zes 's avonds gebeuren er veel onge lukken. Een uur na heb wakker worden en uur vóór de avond maaltijd schieten de meeste au tomobilisten van de weg, raken in een slip of botsen tegen de middenberm. Tussen acht en ne gen 's morgens gebeurden er in 1968 niet minder dan 2768 zeer ernstige ongelukken in Neder land tegen 2380 'n uur eerder en 1904 een uur later. Tussen vijf en zes uur 's avonds is het aan tal ongelukken zelfs het hoogste van de hele dag: 6502 tegen 4221 tussen vier en vijf uur 's avonds en 3595 tussen 188.00 en 19.00 uur. Natuurlijk speelt de verkeers intensiteit daarbij een rol. Van het totale dagverkeer (24 uur) speelt zich 9,6 pet. af tus sen 17.00 en 18.00 uur 's mid dags en 7,6 pet. tussen acht en negen 's morgens. Juist op die kritieke uren daalt het bloedsuikergehalte in het menselijk lichaam en ver mindert het concentratievermo gen. 's Morgens wordt de chauffeur tot zijn eigen verba zing slaperig achter het stuur, 's Avonds tussen 17.00 en 18.00 uur heeft hij datzelfde gevpel, maar dan schrijft hij het toe aan zijn behoefte na gedane ar beid lekker te eten. De ware da der is het dalende bloedsuiker gehalte! Een eenvoudig middel, zeggen de deskundigen kan die inzin kingen tegengaan: suikerklont jes! Ga die nuttigen als de dof heid zich als een deken over denken en reageren legt. Het zou een goed ding zijn als be drijven bij de uitgangen mand jes plaatsen met bedrijfsklont- jes". De kans op het behoud van gewaardeerde medewer kers zou er door kunnen toene men.... Een monsterachtige vracht wagen, waarvan de wielen bijna even hoog zijn als de hele wagen, is deze trekker, besteld door de KLM voor het grond transport van haar in 1971 af te leveren Boeing 747 B vlieg tuigen. De trekker, die 9,14 me ter lang, 2,74 meter breed en 1,57 meter hoog is, wordt uitge rust met twee dieselmotoren van 300 pk elk. Een ingebouwde generator van 90 kva zorgt er voor, dat de Boeing 747 B van de noodzakelijke energie kan worden voorzien zolang de moto ren zijn afgezet. Het gewicht van de trekker oordt aanvankelijk 50.000 kg, maar kan desgewenst (voor eventueel nog zwaardere, toe komstige vliegtuigen) worden opgevoerd tot 70.000 kg. De trekkers moeten wel zo zwaar zijn om een vliegtuig zoals de Boeing 747 B met een max. totaal gewicht van 352.900 kg te kunnen verslepen. Uiteraard zijn voor zulke .gewichtige" voer tuigen zeer sterke banden nodig. De wielen van de trekkers wieldruk 12.500 kg zijn dan ook uitgerust met banden die de enorme afmeting van 150x45 cm hebben en die met niet min der dan 44 koordlagen zijn ver sterkt.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1970 | | pagina 13