Betty Sandberg:
droomschilderes
„Slanke" mode maakt dat meneer
een schoudertas nodig heeft....
Mode voor
heren en kinderen
Vereniging van directiesecretaressen
maar alleen de échte...
Betrouwbare
informatie
over „de pil
Organisatie in de maak
Ter uitwisseling van
beroepsinfortnatie
KRASSE
WOORDEN
OVER
TROUW
ONTMOETING TE DE BILT MET
Haar werk is
soms anders
dan men van
haar verwacht
Op de achterbank
Geen academie....
Garantiebewijs
Goed onthouden
Netjes achterlaten
Verschraald
TVie directiesecretaressen in Amsterdam zijn sinds enkele weken
bezig een „vereniging voor directie-secretaressen" op te rich
ten. Vorige week zijn er 2.100 brieven uitgegaan en er zijn nu al
129 aanmeldingen uit alle delen van Nederland binnen. Het wordt
geen vakbond, geen gezelligheidsvereniging, maar een onderling
contact dat het uitwisselen van beroepsinformatie moet bevorde
ren.
MAART 1970
Een vleugje mode t>an
Amsterdamse en Parijse
couturiers: Links ziet u
twee modellen uit de con-
fectiecollectie van de Am
sterdamse ontwerper Frans
Molenaar. Het zijn zwart
witte midi-jurken met
knoopgarnering
Heren der schepping, die
zich een beetje anders dan
anders willen uitdossen, ko
men bij het Parijse Huis
Pierre Cardin aan hun trek
ken. De drie heren op de
middelste foto durven best
iets te dragen. De middel
ste heeft een straksluitend
pak van fluweel aan, ,,Cos-
mocorps" genaamd, links
en rechts ziet u maxi-jas-
sen van kunstbont.
De Amsterdamse mo
deontwerpster Anne Mole
naar heeft deze week haar
collectie kinderkleding voor
voorjaar en zomer getoond.
Het meisje draagt een
oranje-geel gestreepte
jumpsuit" met uitgesne
den mini-jurkje en de jon
gen, die daartoe opgestookt
door de fotograaf zijn fat
soen niet weet te houden,
heeft een rode Jumpsuit"
aan. Dat is Engels voor
„springpak".
Bij de Rotterdamse uitgeverij Lem-
niscaat is deze week de Nederlands*
vertaling verschenen van het betrouw
bare informatie over „de pil" gevende
boek ,,De Pil" door Barbara Seaman,
met een inleiding door prof. dr. W. P.
Plate. De prijs is 9.50.
Onder de belangrijke onderwerpen is
er vandaag nauwelijks een waarover
zoveel geruchten, vage mededelingen,
halve en oppervlakkige informatie de
ronde doen. Begrijpelijk: want noch in
enkele woorden, noch in een artikel van
duizenden woorden, is het mogelijk de
voor- en nadelen van „de pil" waar
van de gebruiksters op de hoogte moe
ten zijn ook maar enigszins adequaat
te behandelen.
Te lang hebben aan de ene zijde ethi
sche en religieuze bezwaren een open
discussie van de medische en sociologi
sche merites in de weg gestaan. Te lang
heeft men van andere zijde gepoogd, de
medische gevaren als bakerpraatjes *n
als paniekzaaierij van de tafel te ve
gen.
Het boek van Barbara Seaman geeft
de gebruiksters van de pil (in Neder
land tussen de vier- en vijfhonderddui
zend!) overzichtelijke en goed leesbare
informatie over werking en bijwerkin
gen van „de pil". Deze noodzakelijke
voorlichting is gebaseerd op publikaties,
rapporten en interviews van een hon
derdtal deskundigen, die zowel over „de
pil" als over andere manieren van ge
boorteregeling berichten.
Dent u trouw? Keizer Napoleon
heeft destijds al bepaald dat
iedere man of vrouw zich het
antwoord op deze vraag kan be
sparen. Hij zette ooit deze woor
den op papier: ,,Er bestaan
slechts twee soorten trouw: die
van honden en die van katten".
Een iets minder beroemde
Fransman, de schrijver Girau-
doux, geloofde wel in mensen-
trouw, maar hij zei weer het
volgende: Vrouwen vol huwe
lijkstrouw zijn altijd hetzelfde.
Ze denken alleen maar aan die
trouw en nooit aan hun man."
DRIE VAN HAAR SCHIL
DERIJEN staan op deze foto,
samen met de maakster, mevrouw
Betty (Elisabeth) Sand berg in De
Bilt. Inderdaad, familie van dè
Sand berg. En dat schilderij op de
stoel? Daar zit een grapje in. Die
vallende kever past niet in het bak
je eronder. Zomaar. Mevrouw
Sandberg vond het leuk.
UVn leuk klein huis in De Bilt. Bin
nen: een leuke kleine vrouw.
Nou ja, niet zó klein, gewoon. Ze
schildert en ze zegt: „Er zijn mensen
die boos worden door mijn schilde
rijen". Als ik aan mevrouw Betty (Eli
sabeth) Sandberg vraag, onder welke
noemer haar werk valt, lacht ze. Ze
lacht trouwens veel. „Ik dacht inder
tijd: ik sluit me bij de surrealisten aan,
maar mijn werk is bepaald niet sur
realistisch. Ik noem het visionair. Ik
vind dat niet slecht gevonden'.
"V^oor heren z(jn de eerste schoudertasjes op de markt ver
schenen. Deze mannentassen zjjn niet zomaar een grol
van een slim meneertje uit de mode-industrie, ze z(jn uit
nood geboren, zeg maar. Want hoe meer de vrouwen juichen
over de steeds charmantere, krap aangesneden herenpakken,
hoe meer de heren zelf er stampvoetend t>y staan, omdat ze
geen zakken meer hebben waar de overvloed aan touwtjes,
mesjes, portefeuille, portemonnee en zakdoek-op-een-dotje
in past.
„Het alternatief is óf minder in de zakken stoppen óf
een tas nemen", zegt Marcel Alérion, modemaker in ons
eigen Amstelveen. Hij is een van de mensen die op dit mo
ment al herentassen produceren en voor zover hij weet.
worden ze in verscheidene boetieks in ons land al zeer goed
verkocht.
Na een uur merk Ik, dat ik twee
mevrouwen Sandberg ontmoet. De ene
Hij maakte zijn tassen van stoer leer in stevig formaat
eigenlijk vooral voor het gemak in het weekeinde.
„Hoeveel mannen lopen er dan niet in een coltrui of iets
anders waarin geen zak te vinden is", zegt hij. „Wat te doen,
als je in die kledij gaat autorijden bijvoorbeeld Je moet
autopapieren bij je hebben, geld, misschien een agenda, mis
schien een regenjack. Nou, dat stop je allemaal in die tas.
je gooit hem op de achterbank en als je hem nodig hebt.
pak je het ding gewoon onder de arm".
Gek Wat vindt u dan van een man die met moeders
boodschappennetje rondsjokt
dood los je op in het totaal. Als je nu
maar, zolang je op aarde rondstapt, je
plichtjes doet, Is het goed. De een tim
mert, de ander maakt schilderijtjes. Als
Je je werk maar netjes achterlaat, dat
bedoel ik".
Dan gelooft u dus wel degelijk in
„iets hierna", zeg ik. Mevrouw Sand
berg lacht. „Laten we het daar nu niet
over hebben, dan zijn we nog uren be
zig."
Bij de schilder Johfra (Johannes van
den Berg) in Den Haag heeft ze lessen
gehad, de in Leiden geboren mevrouw
Elisabeth Sandberg. Anderhalf jaar ge
leden is ze weer met schilderen begon
nen, na er vijf jaar „tussenuit" geweest
te zijn. „En dan is het moeilijk weer
contacten te leggen, want de mensen
zijn je zó vergeten", vindt ze.
Maar, vraag ik dan aan de vrouw die
schildert „omdat ze het niet laten kan",
u krijgt als beroepsschilderes toch zeker
subsidie?
Opnieuw lacht ze. „Neen, dat geldt
slechts tot je dertigste jaar en daar ben
ik overheen. En bovendien ik heb geen
academische opleiding gehad en dan
komen de mensen „van de overheid"
niet eens bij je kijken. Eén keer had ik
een meneer van de gemeente hier.
Mooie schilderijen, mevrouw zei hij
maar ja, u heeft geen academie ge
had" da's jammer."
Van mevrouw Elisabeth Sandberg
mogen ze alles van haar schilderijen
aeggen. „Lelijk". Best. „Mooi". Prettig.
Z* gaat gewoon door met schilderen.
Is de functie van secretaresse
na de oorlog niet erg verschraald?
„We willen niet discrimineren, maar
het is inderdaad zo dat elk meisje met
een steno- en typediploma zich al gauw
secretaresse gaat noemen. Onze vereni
ging staat alleen open voor directiese
cretaressen die aan een bepaald patroon
van eisen voldoen".
Hoe wilt u bereiken dat alleen
de gewenste secretaressen lid wor
den?
„In het buitenland zijn al soortgelijke
verenigingen. Daar heeft men ballota
gesystemen. Hoe we het hier zullen
doen, weten we nog niet. maar wil de
vereniging zin hebben, dan zullen we
een manier moeten vinden dat alleen de
echte directiesecretaressen lid worden."
Het lidmaatschap van de ver
eniging wordt een garantiebewijs
voor de goede directiesecretaresse?
„Dat is de opzet niet, maar dat zou
wel het resultaat kunnen zijn. Overi
gens is de opzet nog erg pril. Over en
kele weken hopen we de oprichtings
vergadering te houden. Er kunnen nog
veel plannen en ideeën komen".
Hoeveel directiesecretaressen
zijn er in Nederland?
„Dat weten we bij benadering niet.
De brief de we vorige week hebben
verstuurd, is gegaan naar de 2100 direc
teuren, die lid zijn van het Nederlands
Centrum van Directeuren. Dat is een
kleine minderheid onder alle directeu
ren die Nederland heeft"
Aan welke eisen moet een goede
directiesecretaresse voldoen?
Dus zien we straks meer en meer mannen met het eigen
tasje over straat wandelen Alsjeblieft niet. aldus de
heer Alérion, die zelf een dertiger is en zoals vele mannen
een beetje bang om voor „verwijfd" door te gaan.
i« opgewekt, draaft met koffie en
lacht. De andere moet, of se wil of
niet, dikwijls denken aan wat er na dit
leven komt of is. „Maar ik geloof niks.
Ik hoor bij geen enkele kerk", verzekert
ze met nadruk. En tussen die twee din
gen ligt een geweldig verschil, zeg ik
dan.
Mevrouw Sandberg kijkt me even aan.
„Ik ben gewoon een aardig mens, dacht
ik van mezelf", zegt ze. „maar soms
schilder je heel anders dan dat Je eruit
ziet".
Dat klopt. Van haar verwacht je geen
schilderij, landschap met bomen, don
ker en dan ineens op d e voorgrond,
groot en hel, een ingewikkelde schelp.
Of een plasje en bloemen en gras
en ineens een los kinderhoofd. Of een
paar bloemen in e en wervelstorm.
Leg maar eens uit wat je met een
schilderij bedoelt, dat is moeilijk. Er
zijn mensen die bij haar komen en de
een zegt. „Jakkes, hoe kun je dót nu
schilderen, terwijl je zo vriendelijk
bent". De ander, over, precies hetzelfde
schilderij: „Dót is het. enorm".
De meeste mensen? „Die zeggen: Oh,
wat gek!", vertelt mevrouw Elisabeth
Sandberg, die altijd als kind getekend
heeft en op haar achttiende met olie
verf begon.
Neen, neen, het gaat niet om een hob
by, mevrouw Betty Sandberg is een be
roepsschilderes en ze exposeerde in
Antwerpen, Luik en Brussel, maar net
zo goed in Amsterdam, Dordrecht, Den
Haag en Utrecht. En op dit moment
hangen negentien van haar schilderijen
op een tentoonstelling in Den Bosch.
Ze droomt veel. „Wat ik droom, dat
schilder ik", legt ze uit. „Ja, ik heb al
tijd veel gedroomd. En ik heb mezelf
geleerd te onthouden wat ik droom. Vla
een blocknootje, waar ik in het begin
alles opschreef. Maar nu kan ik alles
feilloos onthouden, elke kleur".
Mevrouw Sandberg zegt: „We dromen
natuurlijk allemaal en wat je droomt,
dat doe je ontspannender dan het werk
overdag. Wanneer mensen boos worden
over mijn schilderijen, dan heeft dat
met de mensen zelf te maken, want
men weet dikwijls niet bewust wat men
droomt. Een heleboel reageer Je
's nachts in je droom af. Sommige
mensen maken reizen, anderen spelen
de held. Maar veel mensen dromen
dikwijls zonder dat ze het zelf weten
precies hetzelfde, terwijl ze overdag
met heel verschillende dingen bezig
zijn".
Ik stap naar een van haar schilderij
en toe een produkt uit dit .1970 en
zie dat het doek gesigneerd is met het
woord ANSEL.
„Oh" zegt mevrouw Sandberg. „ik
schilder nooit onder mijn eigen naam.
Over een stel jaren ben ik er niet meer.
mijn naam is niet belangrijk. Na je
AMSTERDAM Miejuffrouw N. van Breemen moest
naar een zeer dringende bespreking, maar de beide an
dere oprichtsters van de Vereniging van Directiesecreta
ressen ontvangen me in het kolossale gebouw van Cen
traal Beheer alsof de officiële kantoortijd niet al ruim
verstreken is.
Zoals mejuffrouw A. M. Hart en mejuffrouw Y. M. van
Randwijk bekennen, is het initiatief tot het oprichten van
de vereniging in een flits geboren. Mej. Van Randwijk
zei enkele weken geleden „Waarom richten we geen ver
eniging op".
Haar twee collega's raakten daarop in grote geestdrift.
Ook de drie directeuren, wier geheimen zij bewaren, von
den het zo'n goed plan, dat zij het Nederlands Centrum
van Directeuren wisten over te halen de dames technisch
te steunen.
We zijn nog niet zolang aan het pra
ten. of mej. Van Randwijk zegt zeer
beslist: „We zijn geen Dolle Mina's".
Hebt u iets tegen Dolle Mina?
„Nou nee, met vele acties van hen
kunnen we ons volkomen verenigen,
sommige activiteiten vinden we niet zo
geweldig. Maar we willen vooral duide
lijk maken, dat we geen actiegroep wil
len oprichten".
De vereniging-in-wording gaat
zich dus niet met de sociale positie
van de directiesecretaresse bezig
houden?
„Beslist niet. Het doel van de vereni
ging is door onderling contact een brede
uitwisseling te krijgen van beroepsin
formatie en beroepservaring. We zullen
studiedagen beleggen, waarvoor specia
listen worden uitgenodigd. We zullen
excursies organiseren en misschien
komt er een vakblad."
„Ach, daar zoudt u' hele krant mee
kunnen vullen. Een goede directiesecre-
teresse begeleidt haar baas. Zij kent zijn
zakelijke contacten en is op de hoogte
van zijn persoonlijk leven. Ze moet zelf
standig haar werk kunnen regelen en
ze moet niet te veel naar de klok kij
ken.
Als de directeur 's avonds wil wer
ken, dan moet dat geen bezwaar zijn.
Ze moet slagvaardig beslissingen kun
nen nemen en toch niet de baas spelen.
Ze is zijn visitiekaartje en kan zijn
contacten opvangen als hij afwezig is.
Nu ja, zo kunnen we wel doorgaan. Ze
moet weten welke bloemen hij op zijn
bureau wil hebben, wanneer hij aan
een kop koffie toe is en wanneer zijn
trouwdag is, zodat ze hem daar tijdig
aan kan herinneren".
Deze verbondenheid van de se
cretaresse met haar baas wordt nogal
eens pikant uitgelegd.
„We zullen ons in verenigingsverband
niet gaan verdedigen tegen dat soort
toespelingen; dergelijke vermoedens
storen ons echt niet. Je hebt nu een
maal beroepen, die dat meebrengen,
verpleegsters tobben er ook nogal mee.
Voor ons staat gewoon vast, dat een di
rectiesecretaresse, die op haar mooie
ogen wordt aangenomen, het niet lang
volhoudt".
Voelt ii zich in uw beroep be
dreigd door de computer?
„De computer kan veel administra
tief werk overnemen, maar de directie
secretaresse kan niet door een computer
worden overgenomen. Neen, ons initia
tief is niet voortgekomen uit een soori
angst.
We hebben gewoon ontdekt dat de ont
wikkeling in beleidsbepaling, methoden
van onderzoek en automatisering zo
snel gaan en zo sterk ons dagelijks
werk beïuvloeden dat we menen con
tacten buiten onze werkkring nodig
hebben om bij te blijven.
Als we een week geen vakliteratuur
hebben gelezen, hebben we al het gevoel
Mejuffrouw
A. M. van Hart
buigt zich
belangstellend
over een van de
129 brieven, die
mejuffrouw Y.
M. van Randwijk
aan het lezen
is. Samen met
hun collega,
mejuffrouw N.
van Breemen,
zijn zij, en
vereniging voor
directie
secretaressen
aan het oprichten.
Zij zijn de
drie directie
secretaressen
van de adminis
tratieve stad"
aan de westzijde
van Amsterdam,
die Centraal
Beheer heet.
De zittende mej.
Van Randwijk
is vier jaar direc
tiesecretaresse;
mej. Hart heeft
heeft de lange
weg van de basis
naar de top
afgelegd: zij
werd vijftien jaar
geleden secre
taresse en drie
jaar geleden
directie
secretaresse.