Het wonen zou veel hogere
waardering moeten genieten
c
r
s
1
H
A
1
1
1
im
m
P
R
A
A
1
I
A
A
a
1
jar,/q i J
m
SCHAKEN door H. Kramer
Architecten zeggen„Wij eisen inzicht en geen routine in onze woningbouw.
Het wordt tijd dat de waarde van de mens hoog aangeslagen wordt.
Pas dan kan het woonmilieu vrij worden."
m
2
DAMMEN
BRIDGE
CRYPTOGRAM
STICHTING Nltuwc nv-
CJauur q£ o
Tfö*iïecte*
V?^;- t «W/vy, -
-
Geef ons weer een huis
dwt geheimen heeft
De voorgenomen woningbouw in
Apeldoorns nieuwste wijk Maten heeft
de laatste weken nogal wat stof doen
opwaaien. Politieke partijen, architec
ten en Apeldoorners uit allerlei disci
plines hebben kennis kunnen nemen
van de moeizame „geboorte" van een
nieuwe wyk, althans vanaf het eerste
plan voor een wijk.
Van de plannen is tot nu toe niet veel
terecht gekomen. Er is een duidelijk
verschil van opvatting over de eisen die
een gemeente moet stellen aan een
nieuwe wijk die er voorlopig wel een
halve eeuw zal moeten staan. Oneens is
men het ook over de vraag naar quan-
titeiten, kwaliteiten en prijzen. Minister
Schut zei onlangs, dat er op het gebied
van de woningbouw eigenlijk geen le
ken zijn, omdat het dagelijks wonen
iets is, waar we allemaal over mee kun
nen praten.
Als dat zo is, behoeft het geen ver
wondering te wekken dat het nieuwe
woningbouwplan van de gemeente
Apeldoorn zoveel belangstelling trekt.
Apeldoorn heeft echter verzuimd de
burgerij van het begin af aan te laten
meedenken over Maten. Dat zal nu, ein
de van deze maand gebeuren.
Mede ter oriëntatie van onze lezers
schreef een onzer redacteuren bijgaand
verhaal over een interessante expositie
in het Bouwcentrum te Rotterdam,
waar over bouwen, wonen en leven heel
wat materiaal voorhanden is.
Jn de open garage van een modelwo
ning in het Bouwcentrum te Rotter
dam stond een terreinwagentje van een
populair merk zo'n gek autootje, waar je
van alles mee kunt doen. Het had eigenlijk
niets te maken met de tentoonstellingen
„Volk onder dak" en „Drie woningmodel
len", die in het Bouwcentrum worden ge
houden, maar er dromden deze week bij de
opening van die tentoonstellingen toch
voortdurend mensen omheen. Ze gingen
erin zitten, probeerden alles wat er maar
te proberen was en sommigen zeiden ten
slotte: „Kijk, daar-zitten nog wel allerlei
verrassingen in".
Zij raakten daarmee de kern van de
zaak, zoals die enkele ogenblikken tevoren
ook door minister ir. W. F. Schut van
Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
was uiteengezet in zijn openingsrede: „We
moeten zoeken naar woonvormen die voor
zien in de behoefte aan verrassing, aan
variatie, aan rommel zelfs. Niet de rom
mel van verwaarlozing, maar de rommel
van het echte leven, die zich in allerlei ac
tiviteiten uit".
De minister noemde het een taai gevecht
met een weerbarstige materie, maar zag
ook de gedrevenheid van vele creatieve
mensen in de bouw. En aan de andere
kant, helaas, de onverschilligheid van nog
zoveel bewoners die al tevreden zijn als er
centrale verwarming en warm water in de
moderne huizen te vinden zijn. Die ook
niet meer willen betalen voor het huis
met-verrassingen, omdat ze niet weten wat
ze missen. Maar toch als je die mensen
om dat autootje zag staan en dan vergelij
kingen gaan maken met het huis waarin ze
zelf wonen, vergelijkingen die zeer ten
nadele van hun eigen huis uitvielen, dan
denk je toch: „Ergens moet die belangstel-
voor het betere huis er zijn".
Die tentoonstellingen zelf lijken op 't
eerste gezicht iets voor de vakman.
Er zijn nogal wat statistieken al zijn die
soms verlucht met bloempjes in plastic in-
plaats van met de stipjes en knopjes en
schematische voorstellingen. Maar wie de
moeite neemt er doorhéén te kijken, ziet
veel meer. In feite wordt hier de balans
opgemaakt van vijfentwintig jaar bouwen
in Nederland, een periode die ons 1,8 mil
joen huizen opleverde en waarin de wo
ningnood is blijven bestaan, zij het ook dat
die nood zich langzamerhand verplaatst
van het kwantitatieve naar het kwalitatie
ve.
Ruime aandacht wordt geschonken aan
recente ontwikkelingen, zoals die tot uiting
komen in initiatieven tot vernieuwing van
de woningbouw? Ook de financiële kant
komt aan bod: bouwkosten, subsidies, hu
ren en inkomens. Er liggen enquêteformu
lieren, waarop iedereen mag invullen hoe
hij zelf het zich allemaal voorstelt. Poli
tieke partijen hebben folders neergelegd,
waarin zij hun opvattingen over bouwen
en wonen uiteen zetten. Er is de erken
ning, dat onze bouwers meer aandacht
moeten schenken aan de consument, aan
de leek zo men wil, al zei minister Schut
bij de opening, dat er in de woningbouw
eigenlijk geen leken zijn: het dagelijkse
wonen is immers iets, waar we allemaal
goed over kunnen meepraten.
Nu zal niet iedereen op de tentoonstel
ling een uitspraak als deze begrijpen:
„Methodisch ontwerpen in gietbouwsys-
teem wordt mogelijk na analyse van be
nodigde ruimtematen met behulp van zo
nes en een maatsysteem". Maar wél de
hartekreet van de kerngroep woningbouw
in'de architectenorganisatie BNA: „Wij ei
sen inzicht en geen routine.
Het wordt tijd, dat de waarde van de
mens hoog aangeslagen wordt dan pas
kan het woonmilieu vrij worden". En ook
met losse hand opgeschilderde uitspraak
van Aldo van Eyck: „Waar of niet? Ga
maar kijken. Architecten en bouwers orga
niseren zeer deskundig het schriele".
Naast deze zelfkritiek uit bouwerskring
zijn er ook voorbeelden van resulta
ten, behaald na moedige pogingen om de
doodsheid van huizen, van wijken, van
steden te doorbreken. Er staan drie eenge
zinshuizen op ware grootte, in een aparte
expositie onder de naam „Drie woningmo
dellen".
Het zijn variaties binnen een „familie"
van eengezinshuizen, ontwikkeld in het
kader van de ontwikkelingscyclus, waarin
particuliere instellingen en overheidsorga
nen samenwerken. Zij illustreren, hoe door'
standaardisatie van breedte, diepte en in-'
bouwelementen grote variatiemogelijkhe
den worden verkregen.
Dat heeft dan niet alleen betrekking op
de wooncapaciteit en de indeling, ook de
verschijningsvorm is variabel.
Dit alles gebeurt met behulp van univer-
J Een,ontboezeming van Aldo van Eyck, de architect-stedebouwer, met wie A pel- j
S doorn moest breken: „Architecten en stedebouwers organiseren zeer deskundig
het
schriele...."
seel bekistingsmateriaal. Bij een continue
en efficiënte produktiestroom kan zo te
gemoet worden gekomen aan een geva
rieerde woonbehoefte aan betaalbare en
goede eengezinshuizen. De ontwerpen zijn
gemaakt door de afdeling prototypen van
het Bouwcentrum in overleg met o.m. de
Centrale Directie van Volkshuisvesting en
Bouwnijverheid. Medewerking is ge
vraagd aan 45 gemeenten. En, opnieuw,
aan de bezoekers, die hun enquêteformu
lieren kunnen invullen en die de resultaten
van die enquête gepubliceerd zullen zien.
Tegen sommige dingen zullen ze nog wat
onwennig aankijken bijvoorbeeld tegen
de woonkamer in een van de huizen, die
helemaal is ingericht met blokken. Blok
ken om op te zitten, blokken als tafels,
blokken als kastjes. Zeer variabel, inder
daad, maar sommige mensen kwamen er
deze week wel weer uit met een ietwat be
nauwd gezicht. Ook dat mag. Het variabel
zijn van een huis houdt immers niet in dat
er iets moet, maar dat er iets kan. Op die
vrijheid wil de tentoonstelling wijzen.
i"~kp dat vrije wonen was minister Schut
ook al telkens teruggekomen in zijn
openingsrede. Hij noemde het een gemis
dat er in ons land geen instelling of ook
zelfs maar een groep „loslopende" mensen
is, die de bevolking op het hart drukt, dat
het wonen een veel hogere waardering
moet genieten. En dat daar ook voor be
taald moet worden, al zou de minister met
name dat laatste liever door „on-politieke"
figuren willen laten zeggen.
Zo'n instelling zou er van uit moeten
gaan, dat mensen in een welvarend land
de gelegenheid moeten hebben om zelf te
bepalen, hoe zij willen wonen. Die mensen
hebben daar dan wél een steuntje bij no
dig, want door het gebrekkig functioneren
van de woningmarkt het assortiment
bepaalt het peil kunnen velen niet aan
de weet komen, wat zij eigenlijk willen.
Het ministerie heeft nu financiële steun
toegezegd aan experimentele plannen. Er
zijn al tachtig projecten ingediend bij de
adviescommissie die daarover gaat en tien
van die projecten zijn aanvaard.
Merkwaardigerwijs nog allemaal projec
ten met als hoofdzaak een andere indeling
op het platte vlak: de derde dimensie komt
er nog niet in opvallende mate aan te pas.
Dat vindt zijn oorzaak mede in de finan
ciële situatie, maar is er niet iets te ma
ken dat mooier is en toch niet aanzienlijk
duurder? De tentoonstelling in het Bouw
centrum geeft daarvoor heel wat uitdagin
gen aan, die voor de goede verstaander
duidelijk zijn.
Uitdagingen om weer eens een huis te
maken, dat nog geheinen heeft
hi een van de drie woningmodellen op ware grootte staat ook deze slaapkamer,
i waarin het bed een variabel meubel is.
In het zonetoernooi te Raach,
waarin Uhlmann als winnaar uit de
bus kwam, eindigden vier deelne
mers op de gedeelde 2e tot en met 5e
plaats. Daar slechts twee van hen
het recht konden krijgen tot deelne
ming aan het interzonale toernooi,
was een beslissingswedstrijd nood
zakelijk. Die is te Praag gespeeld.
De beide grootmeesters Portisch en
Ivkov eindigden op de hoogste
plaatsen met 4 en 3% punt. De jonge
Tsjech Smejkal werd 3e met 2*4 punt
en de Zweed Andersson sloot de rij
met 2 punten. De enige verrassing in
dit kleine toernooi was de hieronder
weergegeven overwinning van
Smejkal. De overwinning is ook
theoretisch van betekenis, omdat de
Tsjech een variant weerlegde die al
enige jaren tot de vaste wapenrus
ting van de Zuidslavische groot
meester behoorde.
Wit: IVKOV. Zwart: SMEJKAL.
(Praag 1970).
SPAANSE OPENING
1. e2-e4, e7-e5 2. Pgl-f3, Pb8-c6 3.
Lfl-b5. a7-a6 4. Lb5-a4, Pg8-f6 5.
0-0, Lf8-e7 6. Tf 1-el, b7-b5 7. La4-b3,
0-0 8. a2-a4. (Na het gebruikelijke 8.
c3 kan zwart het beroemde Mars
hall-gambiet 8d5 spelen.)
8Lc8-b7. (Na 8b4 pleegt de
witspeler met 9. d3, dö 10. Pbd2, Le6
11. Pc4 voort te zetten).
9. d2-d3, d7-d6 10. Lcl-d2. (Ook 10.
Pc3 komt in aanmerking. De tekst
zet werd enige keren met succes
door Gelier gespeeld, b.v. met het
vervolg: 10. Dd7 11. Pc3, Pd4 12.
Pxd4, exd4 13. Pe2, c5 14. Pg3).
10. b5-b4! (Een opmerkelijk
nieuwtje: nu het witte paard niet
meer zonder meer via d2 naar c4
kan komen, vervalt het bezwaar ge
noemd in de aantekening bij zwarts
8e zet>.
11. c2-c3. (De consequentie van 10.
Ld2. Behalve deze zet komt slechts
10. Lg5 in aanmerking om veld d2
vrij te maken voor de ontwikkeling
van het paard).
11d6-d5! (Een opmerkelijke
variatie op het Marshall-gambiet,
afkomstig van de Tsjech Jansa).
12. e4xd5, Pf6xd5 13. Pf3xe5,
Pc6xe5 14. Telxeö, Le7-f6 15. Te5-el.
(Sterker is 15. Lxd5, Lxd5 16. Tel, c5
17. Le3).
15. c7-c5 18. Ddl-c2, Dd8-d6 17.
Ld2-e3. (Hierna krijgt zwart een
sterke aanval, maar of 17. Lxd5
Dxd5 18. f3 beter is valt te betwijfe
len).
17. Lf6-e5! (Dwingt een beslis
sende verzwakking van de konings
vleugel af).
18. h2-h3, Pd5xe3 19. f2xe3,
Le5h2+ 20. Kgl-fl. (Op 20. Khl volgt
20Dg3 21. Te2, Dxh3 22. e4, Dh4).
2 0Ta8-e8 21. Tel-e2. (Om met
.22. Pd2, Df6+ 23. Kei voort te kun
nen zetten).
2 1Dd6-g3 22. Pbl-d2. (Ook na
22. e4, Kh8 23. Ld5, Lc8!, dreigend 24.
SMEJKAL
yjÊ/A
gw?
IVKOV
Lxh3 maar ook 24f5 is de slag
verloren).
22.Te8xe3 23. Pd2-e4.
De opgave: hoe dy/ong de zwart-
speler in de diagramstelling de
winst af?
OPLOSSING
Wit (KoVacs): Kbl, De2, Td2 en el,
Ld3, Pd4, pionnen a2, b3, c2, e6, g3 en
h6.
ZWart: Kg8, Da5, Ta8 en e8, Lb7
ert f8, pionnen a6, b4, f5, f7, g6 en h7.
Er volgde: 28. Pd4-c6ü en zwart
gaf het op. (28Lxc6 29. exf7+).
Kxf7 36. Dc4 Te6 31. Lb6).
door J. M. Bom
Na jaren terug in de eindstrijd om
de persoonlijke nationale titelstrijd,
miste de jeugdige Rudi Palmer in de
laatste twee ronden van het jongste
toernooi de kans van de dag, zich
gelijk in de finale van het volgend
jaar te spelen. In de voorlaatste ron
de moest hij het opnemen tegen de
zeker geen glorieuze rentre? vieren
de Freek Gordijn en reeds in deze
partij kondigde zich het naderend
onheil aan: een ingenieuze offer-
combihatie bracht hem niet verder
dan remise.
Wit: F. Gordijn; Zwart: R. Pal
mer; Apeldoorn 3-4-1970.
1. 32-28 19-23; 2. 28x19 14x23; 3.
37-32 10-14; 4. 41-37 14-19; 5. 33-28.
Zeker is 46-41 gevolgd door 35-30,
zoals van Russische zijde deze ope
ning wordt gespeeld, beter. De
tekstzet leidt tot defensief spel voor
wit.
5. - 17-22; 6. 28x17 11x22; 7.
39-33 5-10; 8.43-39. Gordijn „zweert"
nu eenmaal bij klassiek, maar hier
was zeker 46-41 en daarna 32-28 het
meest aangewezen.
8.10-14; 9. 33-28 22x33; 10.
39x28 16-21! 11. 31-27 21-26; 12. 44-39
20-24; 13. 34-30 6-11; 14. 49-43 11-17;
15. 38-33. Hiermee doet wit vrijwil
lig afstand van een economische
ontwikkeling van zijn linkervleugel,
en gedurende het gehele verloop is
dit een zeer voorname factor.
15.14-20; 16.42-38 24-29. Het is
moeilijk te beoordelen of de opbouw
(1-6) 47-42 (7-11) 30-25 (9-14) beter is
dan het in de partij gespeelde. Per
soonlijk geven we de voorkeur aan
hpf 1 a a 1 y ft»
17. 33x24 20x29; 18. 40-34 gedwon
gen 29x40; 19. 35x44 15-20; 20. 47-42
7-11; 21. 30-25 20-24; 22. 45-40 9-14;
2a 39-33 11-16; 24. 43-39 4-9; 25. 50-45
17-22; 26. 28x17 12x21; 27. 33-28. Het
aspect uit de opening is geheel be
waard gebleven. Wit sukkelt met
een volkomen overbodige schijf op
46. 27.14-20; 28. 25x14 9x20; 29.
38-33 20-25; 30. 42-38 (zie diagram).
Een van de in ontelbare variaties
voorkomende klassieke stellingen is
bereikt. Wit heeft duidelijk nadeel,
maar het realiseren van een aan
toonbare winst is praktisch ondoen
lijk. Vanaf dit ogenblik verdedigt
wit zich uiterst handig.
30.8-12; 31. 48-43 12-17; 32.
46-41! 1-6. Om tot de formatie 2-7-11
met de verwoestende dreiging
(17-22) te komen. 33. 40-35! 17-22.
Aan de lezers de opgave van de
week: waarom was (2-7) niet speel
baar?
34. 28x17 21x12; 35. 33-28 2-7. De
voorbereiding tot een offercombi
natie. Toch blijft het de vraag of de
manoeuvre (6-11) en (11-17) zwart
geen betere uitzichten had geboden.
36. 36-31 12-17; 37. 41-36 16-21!
Zwarts laatste kans; 38. 27x16 18-22!
39. 38-33! Zwart- speculeerde op:
(16-11?) 22x42 (11x2?) en dan (23-28!)
32x14 (42-48!) 2x30 (25x34) 39x30
(28x9!) met winst.
39. - 3-9; 40. 44-40! 6-11; 41.
39-34! Zwart moet nu: 41.24-30;
42. 35x24 19x48; 43. 28x8 22-27; 44.
32x1 48-30; 45. 16x7 30x35; met bin
nen enkele zetten remise!
OPLOSSING
Wit: R. Palmer: 25, 28,30, 32,33, 35,
37,39,42, 45,47 (11 St.)
Zwart: F. Drost: 5, 8, 9, 11, 14, 17,
18.19,24,26, 31 (11 st.)
Zwarts voortzetting (8-13) was
vrijwel gedwongen, want op (5-10)
volgt 42-38! (31x42) 28-23! (19x37)
30x19 (14x23) 38-32 (37x28) 33x4
(42-28 of?) 39-34 en wint.
Op (8-12) volgt de zelfde combina
tie en op (31-36) volgt 32-27!! even
eens met winst, want er dreigt 27-22
(18x27) 28-23 (19x28) 30x10 (5x14)
33x31 (36x27) schijfwinst! 2450
Vorige week stelde ik u voor het
probleem met de volgende N-Z-
s pellen.
Nóord
Sch 10 6 3
Ha A H B 4
Ru A 7 2
KI H 10 3
Zuid
Sch A V
Ha 8 7 3
Ru H V 10 9 4
KI A V 5
6 RU te gaan maken. De tegenpartij
heeft zich niet met het bieden be
moeid, dus speciale gegevens uit die
hoek staan u niet ter beschikking.
West komt met troef uit en u besluit
direct de troeven verder te onder
zoeken, waarbij blijkt dat west op
de derde ronde klaver 2 opruimt. De
troefkleur is nu voorlopig afgehan
deld en de vraag die ik u stelde was:
„hoe speelt u dit spel verder?"
Welnu, u hebt 11 slagen direct be
schikbaar via 1 schoppenslag, 2 har
tenslagen, 5 troefslagen en 3 klaver
slagen. Het is dus zaak nog 1 slag
ergens vandaan te halen. De kansen
daarop zijn zo groot, dat u dit spel
niet met pessimisme tegemoet hoeft
te zien.
Als harten vrouw bij west zit, zal
harten boer al voor de 12de slag
kunnen zorgen, Wil harten vrouw
niet goed zitten, maar zitten de har
tens 3-3, dan zal harten 4 de 12de
slag gaan opleveren. Wil ook dit niet
goed gaan, dan is het goed zitten
van schoppen heer altijd nog een
mogelijkheid. Het lijkt dus aantrek
kelijk om eerst harten aas te spelen
teneinde u te wapenen tegen vrouw
sec bij oost, daarna naar de hand te
rug te gaan met klaver en daarna op
harten vrouw te snijden.
Dit lijkt misschien aantrekkelijk,
maar er is nog een veel beter plan.
U moet er namelijk rekening mee
houden dat oost wel eens harten
vrouw met een kleintje zou kunnen
hebben, en en dan valt uw harten
boer ten offer aan de vrouw, terwijl
de hartens niet rond zitten en als
dan ook nog schoppen heer ver
keerd zit, dan gaat uw fraaie 6-Ru-
contract voor de bijl.
Misschien zegt u nu: „ja, ais net zo
slecht zit, dan is er niets aan te doen,
dan ga ik down." Maar er is juist
wel wat aan te doen. U moet het niet
alleen laten bij het spelen van har
ten aas, neen u moet ook nog harten
heer spelen. Als hieronder de vrouw
valt bij oost, dan is uw voorzichtig
heid beloönd. Uw harten boer is
vrijgeworden, zodat de 12de slag al
thuis is, u snijdt dan nog op
schoppen heer om te proberen of er
misschien nog een overslag wil bin
nenkomen.
Valt harten vrouw niet, dan gaat
u met klaver terug naar uw hand en
speelt naar harten boer toe. Als har
ten vrouw nu bij west zit, zal de
boer altijd nog een slag worden en
als de hartens rond zitten, zal de
laatste harten altijd een slag wor
den. U hebt dus geen enkele kans op
een extra hartenslag opgeofferd,-
maar u hebt wel een extra kans
meegenomen, de kans dat oost
vrouw klein zou hebben.
U kunt zich deze safetyplay in
harten in dit geval volledig veroor
loven, want u mag een slag afgeven
en de hartenkleur kan nooit een
bron voor meer dan 1 verliezer wor
den, zodat een mislukking van uw
hartenactie altijd nog de schoppen
snit als extra mogelijkheid open-
door G. J. R. Föreh
laat,Toen dit spel voorkwam, lagen
de kaarten:
Sch 10 6 3
Ha AHB4
Ru A 7 2
KI H 10 3
Sch A V
Ha 87 3
RuH V 1094
KI A V5
U ziet dat de extra veilige aanpak
van de hartenkleur hier zijn geld
dubbel en dwars opbrengt, want als
er gewoon op harten vrouw gesne
den wordt, gaat dit slem ten onder,
doordat de hartens niet rond zitten,
terwijl bovendien schoppen heer
verkeerd zit. Het is nog wel eens
goed om elke kans, die er is om het
contract te'maken, mee-te nemen'
veiligheid wordt wel eens beloond.
Nu weer eens een biedprobleem-
pje^N-Z zijn kwetsbaar en u krijgt
als west in handen: SCH B 10 8 7 5 3,
HA 10 2, RU V, KL H 10 9 5.
Het bieden eaat:
noord oost zuid west
1 Ru 1 Ha 1 Sch pas
2 Ru pas pas
Nu heb ik eigenlijk twee vragen
voor u. „Bent u het eens met net
pasbod van west in de eerste bied-
ronde? en Wat zoudt u nu doen met
de westhand?"
HORIZONTAAL:
I. Automaat (7)
3. Deze vaartuigen hadden vroe
ger heel wat in de melk te brokke-
len(7)
6. Hiervoor moeten de maten
nauwkeurig bekend zijn(ll)
10. Doodsklap(7)
II. Zetel van de braintrust van de
onderneming(7)
12. De slak doet er wel aan den-
ken(4)
14. Zij houdt niet van zonnen(6)
17. Plagende noten(6)
19. Dit dier kan zich soms heel dik
maken(4)
23. Het plezier van het pasklaar
maken van oude spullen(7)
25. Meestal boezemen zij vrees
in(7)
26. Spijkerhappers(ll)
27. Hapje voor hapje happen(7)
28. Wij hebben haar allen lief(7)
VERTICAAL:
1. Zitten om eruit of vooruit te ko-
men(7)
2. Tweemaal een overledene over
leeft men niet(7)
4. Hoofdplaats in Groningen(5)
5. In zekere zin zou men hem best
acteur mogen noemen(7)
6. Zo komt alles in de juiste baan
terecht(ll)
7. Dit is een oud verhaal(4)
8. Welvarende staten(5)
9. Deze zaken voor de detailhandel
bestaan nooit lang(ll)
13. Bijna een nul(3)
15. Een boom van een meid(3)
16. Hoger dan dit bestaat niet(7)
18. Eenzaam lichaamsdeel(5)
20. Volgens een Duits spreek
woord uiting van liefde(J)
21. In menige zaak kan men een
oproer zien(7)
22. Dit gaat steeds op en neer(4)
24. Dit wapen is van een lange af-
komstig(5).
HORIZONTAAL:
I. parabel; 7. paradox; 13. Amer; 14. ris; 16.
ara; 17. Loes; 18. node; 19. vandaal; 20. Lent;
21. tres; 22. ene; 23. N.T.S.; 24. ener; 25. nee;
26. zet; 27. Rodin; 32. Nunen; 34. tarra; 38.
slepen; 40. wit; 41. fideel; 42. meiden; 44. ka
toen; 45. vos; 46. erg; 47. knevel; 51. oorlam;
55. Muiden; 56. dor; 58. toilet; 60. Assen; 61.
loket: 63. ka/ir; 64. wie; 65. las; 67. Edam; 71.
oer; 72. Ant; 73. A.V.R.O.; 76. lire; 77. égalité;
78. deel; 79. Oene; 80. dek; 81. s.e.r.; 82. Eede;
83. trossen; 81 snellen.
VERTICAAL:
1. panters; 2. Amor; 3. rede; 4. Ares; 8. er
ven; 6. lianen; 7. praten; 8. Aalst; 9. alle; 10.
doen; 11. Oene; 12. Xstraal; 15. sneeuw; 16.
aanzet; 28. olm; 29. deernis; 30. IP.I.; 31.
Ned.; 33. nis; 34. tit.; 35. A.D.O.; 36. reekalf;
37. ren; 39. neven; 41. fagot; 43. nol; 44.
K.R.O.; 47. kus. 48, Ede; 49. ven; 50. bok; 51
rok; 53. Lia; 54 mei; 55. matelot; 56. doerak;
57. relais; 59. triolen; 61. liegen; 62. tantes; 64.
woede; 66. stern, 68. dier; 69. Arno; 70. mees;
71 adel; 71 veel, 75. red».
„Volk onder dak" in een land, dat de kwantitatieve woningnood langzamer- i
hand ziet verschuiven naar een kwalitatieve. We weten dat we iets anders willen,
maar moeilijk is het, te formuleren wat we willen. De expositie in Rotterdam wil 5
helpen bij het zoeken naar de vele mogelijke antwoorden.