Het wonen zou veel hogere waardering moeten genieten c r s 1 H A 1 1 1 im m P R A A 1 I A A a 1 jar,/q i J m SCHAKEN door H. Kramer Architecten zeggen„Wij eisen inzicht en geen routine in onze woningbouw. Het wordt tijd dat de waarde van de mens hoog aangeslagen wordt. Pas dan kan het woonmilieu vrij worden." m 2 DAMMEN BRIDGE CRYPTOGRAM STICHTING Nltuwc nv- CJauur q£ o Tfö*iïecte* V?^;- t «W/vy, - - Geef ons weer een huis dwt geheimen heeft De voorgenomen woningbouw in Apeldoorns nieuwste wijk Maten heeft de laatste weken nogal wat stof doen opwaaien. Politieke partijen, architec ten en Apeldoorners uit allerlei disci plines hebben kennis kunnen nemen van de moeizame „geboorte" van een nieuwe wyk, althans vanaf het eerste plan voor een wijk. Van de plannen is tot nu toe niet veel terecht gekomen. Er is een duidelijk verschil van opvatting over de eisen die een gemeente moet stellen aan een nieuwe wijk die er voorlopig wel een halve eeuw zal moeten staan. Oneens is men het ook over de vraag naar quan- titeiten, kwaliteiten en prijzen. Minister Schut zei onlangs, dat er op het gebied van de woningbouw eigenlijk geen le ken zijn, omdat het dagelijks wonen iets is, waar we allemaal over mee kun nen praten. Als dat zo is, behoeft het geen ver wondering te wekken dat het nieuwe woningbouwplan van de gemeente Apeldoorn zoveel belangstelling trekt. Apeldoorn heeft echter verzuimd de burgerij van het begin af aan te laten meedenken over Maten. Dat zal nu, ein de van deze maand gebeuren. Mede ter oriëntatie van onze lezers schreef een onzer redacteuren bijgaand verhaal over een interessante expositie in het Bouwcentrum te Rotterdam, waar over bouwen, wonen en leven heel wat materiaal voorhanden is. Jn de open garage van een modelwo ning in het Bouwcentrum te Rotter dam stond een terreinwagentje van een populair merk zo'n gek autootje, waar je van alles mee kunt doen. Het had eigenlijk niets te maken met de tentoonstellingen „Volk onder dak" en „Drie woningmodel len", die in het Bouwcentrum worden ge houden, maar er dromden deze week bij de opening van die tentoonstellingen toch voortdurend mensen omheen. Ze gingen erin zitten, probeerden alles wat er maar te proberen was en sommigen zeiden ten slotte: „Kijk, daar-zitten nog wel allerlei verrassingen in". Zij raakten daarmee de kern van de zaak, zoals die enkele ogenblikken tevoren ook door minister ir. W. F. Schut van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening was uiteengezet in zijn openingsrede: „We moeten zoeken naar woonvormen die voor zien in de behoefte aan verrassing, aan variatie, aan rommel zelfs. Niet de rom mel van verwaarlozing, maar de rommel van het echte leven, die zich in allerlei ac tiviteiten uit". De minister noemde het een taai gevecht met een weerbarstige materie, maar zag ook de gedrevenheid van vele creatieve mensen in de bouw. En aan de andere kant, helaas, de onverschilligheid van nog zoveel bewoners die al tevreden zijn als er centrale verwarming en warm water in de moderne huizen te vinden zijn. Die ook niet meer willen betalen voor het huis met-verrassingen, omdat ze niet weten wat ze missen. Maar toch als je die mensen om dat autootje zag staan en dan vergelij kingen gaan maken met het huis waarin ze zelf wonen, vergelijkingen die zeer ten nadele van hun eigen huis uitvielen, dan denk je toch: „Ergens moet die belangstel- voor het betere huis er zijn". Die tentoonstellingen zelf lijken op 't eerste gezicht iets voor de vakman. Er zijn nogal wat statistieken al zijn die soms verlucht met bloempjes in plastic in- plaats van met de stipjes en knopjes en schematische voorstellingen. Maar wie de moeite neemt er doorhéén te kijken, ziet veel meer. In feite wordt hier de balans opgemaakt van vijfentwintig jaar bouwen in Nederland, een periode die ons 1,8 mil joen huizen opleverde en waarin de wo ningnood is blijven bestaan, zij het ook dat die nood zich langzamerhand verplaatst van het kwantitatieve naar het kwalitatie ve. Ruime aandacht wordt geschonken aan recente ontwikkelingen, zoals die tot uiting komen in initiatieven tot vernieuwing van de woningbouw? Ook de financiële kant komt aan bod: bouwkosten, subsidies, hu ren en inkomens. Er liggen enquêteformu lieren, waarop iedereen mag invullen hoe hij zelf het zich allemaal voorstelt. Poli tieke partijen hebben folders neergelegd, waarin zij hun opvattingen over bouwen en wonen uiteen zetten. Er is de erken ning, dat onze bouwers meer aandacht moeten schenken aan de consument, aan de leek zo men wil, al zei minister Schut bij de opening, dat er in de woningbouw eigenlijk geen leken zijn: het dagelijkse wonen is immers iets, waar we allemaal goed over kunnen meepraten. Nu zal niet iedereen op de tentoonstel ling een uitspraak als deze begrijpen: „Methodisch ontwerpen in gietbouwsys- teem wordt mogelijk na analyse van be nodigde ruimtematen met behulp van zo nes en een maatsysteem". Maar wél de hartekreet van de kerngroep woningbouw in'de architectenorganisatie BNA: „Wij ei sen inzicht en geen routine. Het wordt tijd, dat de waarde van de mens hoog aangeslagen wordt dan pas kan het woonmilieu vrij worden". En ook met losse hand opgeschilderde uitspraak van Aldo van Eyck: „Waar of niet? Ga maar kijken. Architecten en bouwers orga niseren zeer deskundig het schriele". Naast deze zelfkritiek uit bouwerskring zijn er ook voorbeelden van resulta ten, behaald na moedige pogingen om de doodsheid van huizen, van wijken, van steden te doorbreken. Er staan drie eenge zinshuizen op ware grootte, in een aparte expositie onder de naam „Drie woningmo dellen". Het zijn variaties binnen een „familie" van eengezinshuizen, ontwikkeld in het kader van de ontwikkelingscyclus, waarin particuliere instellingen en overheidsorga nen samenwerken. Zij illustreren, hoe door' standaardisatie van breedte, diepte en in-' bouwelementen grote variatiemogelijkhe den worden verkregen. Dat heeft dan niet alleen betrekking op de wooncapaciteit en de indeling, ook de verschijningsvorm is variabel. Dit alles gebeurt met behulp van univer- J Een,ontboezeming van Aldo van Eyck, de architect-stedebouwer, met wie A pel- j S doorn moest breken: „Architecten en stedebouwers organiseren zeer deskundig het schriele...." seel bekistingsmateriaal. Bij een continue en efficiënte produktiestroom kan zo te gemoet worden gekomen aan een geva rieerde woonbehoefte aan betaalbare en goede eengezinshuizen. De ontwerpen zijn gemaakt door de afdeling prototypen van het Bouwcentrum in overleg met o.m. de Centrale Directie van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid. Medewerking is ge vraagd aan 45 gemeenten. En, opnieuw, aan de bezoekers, die hun enquêteformu lieren kunnen invullen en die de resultaten van die enquête gepubliceerd zullen zien. Tegen sommige dingen zullen ze nog wat onwennig aankijken bijvoorbeeld tegen de woonkamer in een van de huizen, die helemaal is ingericht met blokken. Blok ken om op te zitten, blokken als tafels, blokken als kastjes. Zeer variabel, inder daad, maar sommige mensen kwamen er deze week wel weer uit met een ietwat be nauwd gezicht. Ook dat mag. Het variabel zijn van een huis houdt immers niet in dat er iets moet, maar dat er iets kan. Op die vrijheid wil de tentoonstelling wijzen. i"~kp dat vrije wonen was minister Schut ook al telkens teruggekomen in zijn openingsrede. Hij noemde het een gemis dat er in ons land geen instelling of ook zelfs maar een groep „loslopende" mensen is, die de bevolking op het hart drukt, dat het wonen een veel hogere waardering moet genieten. En dat daar ook voor be taald moet worden, al zou de minister met name dat laatste liever door „on-politieke" figuren willen laten zeggen. Zo'n instelling zou er van uit moeten gaan, dat mensen in een welvarend land de gelegenheid moeten hebben om zelf te bepalen, hoe zij willen wonen. Die mensen hebben daar dan wél een steuntje bij no dig, want door het gebrekkig functioneren van de woningmarkt het assortiment bepaalt het peil kunnen velen niet aan de weet komen, wat zij eigenlijk willen. Het ministerie heeft nu financiële steun toegezegd aan experimentele plannen. Er zijn al tachtig projecten ingediend bij de adviescommissie die daarover gaat en tien van die projecten zijn aanvaard. Merkwaardigerwijs nog allemaal projec ten met als hoofdzaak een andere indeling op het platte vlak: de derde dimensie komt er nog niet in opvallende mate aan te pas. Dat vindt zijn oorzaak mede in de finan ciële situatie, maar is er niet iets te ma ken dat mooier is en toch niet aanzienlijk duurder? De tentoonstelling in het Bouw centrum geeft daarvoor heel wat uitdagin gen aan, die voor de goede verstaander duidelijk zijn. Uitdagingen om weer eens een huis te maken, dat nog geheinen heeft hi een van de drie woningmodellen op ware grootte staat ook deze slaapkamer, i waarin het bed een variabel meubel is. In het zonetoernooi te Raach, waarin Uhlmann als winnaar uit de bus kwam, eindigden vier deelne mers op de gedeelde 2e tot en met 5e plaats. Daar slechts twee van hen het recht konden krijgen tot deelne ming aan het interzonale toernooi, was een beslissingswedstrijd nood zakelijk. Die is te Praag gespeeld. De beide grootmeesters Portisch en Ivkov eindigden op de hoogste plaatsen met 4 en 3% punt. De jonge Tsjech Smejkal werd 3e met 2*4 punt en de Zweed Andersson sloot de rij met 2 punten. De enige verrassing in dit kleine toernooi was de hieronder weergegeven overwinning van Smejkal. De overwinning is ook theoretisch van betekenis, omdat de Tsjech een variant weerlegde die al enige jaren tot de vaste wapenrus ting van de Zuidslavische groot meester behoorde. Wit: IVKOV. Zwart: SMEJKAL. (Praag 1970). SPAANSE OPENING 1. e2-e4, e7-e5 2. Pgl-f3, Pb8-c6 3. Lfl-b5. a7-a6 4. Lb5-a4, Pg8-f6 5. 0-0, Lf8-e7 6. Tf 1-el, b7-b5 7. La4-b3, 0-0 8. a2-a4. (Na het gebruikelijke 8. c3 kan zwart het beroemde Mars hall-gambiet 8d5 spelen.) 8Lc8-b7. (Na 8b4 pleegt de witspeler met 9. d3, dö 10. Pbd2, Le6 11. Pc4 voort te zetten). 9. d2-d3, d7-d6 10. Lcl-d2. (Ook 10. Pc3 komt in aanmerking. De tekst zet werd enige keren met succes door Gelier gespeeld, b.v. met het vervolg: 10. Dd7 11. Pc3, Pd4 12. Pxd4, exd4 13. Pe2, c5 14. Pg3). 10. b5-b4! (Een opmerkelijk nieuwtje: nu het witte paard niet meer zonder meer via d2 naar c4 kan komen, vervalt het bezwaar ge noemd in de aantekening bij zwarts 8e zet>. 11. c2-c3. (De consequentie van 10. Ld2. Behalve deze zet komt slechts 10. Lg5 in aanmerking om veld d2 vrij te maken voor de ontwikkeling van het paard). 11d6-d5! (Een opmerkelijke variatie op het Marshall-gambiet, afkomstig van de Tsjech Jansa). 12. e4xd5, Pf6xd5 13. Pf3xe5, Pc6xe5 14. Telxeö, Le7-f6 15. Te5-el. (Sterker is 15. Lxd5, Lxd5 16. Tel, c5 17. Le3). 15. c7-c5 18. Ddl-c2, Dd8-d6 17. Ld2-e3. (Hierna krijgt zwart een sterke aanval, maar of 17. Lxd5 Dxd5 18. f3 beter is valt te betwijfe len). 17. Lf6-e5! (Dwingt een beslis sende verzwakking van de konings vleugel af). 18. h2-h3, Pd5xe3 19. f2xe3, Le5h2+ 20. Kgl-fl. (Op 20. Khl volgt 20Dg3 21. Te2, Dxh3 22. e4, Dh4). 2 0Ta8-e8 21. Tel-e2. (Om met .22. Pd2, Df6+ 23. Kei voort te kun nen zetten). 2 1Dd6-g3 22. Pbl-d2. (Ook na 22. e4, Kh8 23. Ld5, Lc8!, dreigend 24. SMEJKAL yjÊ/A gw? IVKOV Lxh3 maar ook 24f5 is de slag verloren). 22.Te8xe3 23. Pd2-e4. De opgave: hoe dy/ong de zwart- speler in de diagramstelling de winst af? OPLOSSING Wit (KoVacs): Kbl, De2, Td2 en el, Ld3, Pd4, pionnen a2, b3, c2, e6, g3 en h6. ZWart: Kg8, Da5, Ta8 en e8, Lb7 ert f8, pionnen a6, b4, f5, f7, g6 en h7. Er volgde: 28. Pd4-c6ü en zwart gaf het op. (28Lxc6 29. exf7+). Kxf7 36. Dc4 Te6 31. Lb6). door J. M. Bom Na jaren terug in de eindstrijd om de persoonlijke nationale titelstrijd, miste de jeugdige Rudi Palmer in de laatste twee ronden van het jongste toernooi de kans van de dag, zich gelijk in de finale van het volgend jaar te spelen. In de voorlaatste ron de moest hij het opnemen tegen de zeker geen glorieuze rentre? vieren de Freek Gordijn en reeds in deze partij kondigde zich het naderend onheil aan: een ingenieuze offer- combihatie bracht hem niet verder dan remise. Wit: F. Gordijn; Zwart: R. Pal mer; Apeldoorn 3-4-1970. 1. 32-28 19-23; 2. 28x19 14x23; 3. 37-32 10-14; 4. 41-37 14-19; 5. 33-28. Zeker is 46-41 gevolgd door 35-30, zoals van Russische zijde deze ope ning wordt gespeeld, beter. De tekstzet leidt tot defensief spel voor wit. 5. - 17-22; 6. 28x17 11x22; 7. 39-33 5-10; 8.43-39. Gordijn „zweert" nu eenmaal bij klassiek, maar hier was zeker 46-41 en daarna 32-28 het meest aangewezen. 8.10-14; 9. 33-28 22x33; 10. 39x28 16-21! 11. 31-27 21-26; 12. 44-39 20-24; 13. 34-30 6-11; 14. 49-43 11-17; 15. 38-33. Hiermee doet wit vrijwil lig afstand van een economische ontwikkeling van zijn linkervleugel, en gedurende het gehele verloop is dit een zeer voorname factor. 15.14-20; 16.42-38 24-29. Het is moeilijk te beoordelen of de opbouw (1-6) 47-42 (7-11) 30-25 (9-14) beter is dan het in de partij gespeelde. Per soonlijk geven we de voorkeur aan hpf 1 a a 1 y ft» 17. 33x24 20x29; 18. 40-34 gedwon gen 29x40; 19. 35x44 15-20; 20. 47-42 7-11; 21. 30-25 20-24; 22. 45-40 9-14; 2a 39-33 11-16; 24. 43-39 4-9; 25. 50-45 17-22; 26. 28x17 12x21; 27. 33-28. Het aspect uit de opening is geheel be waard gebleven. Wit sukkelt met een volkomen overbodige schijf op 46. 27.14-20; 28. 25x14 9x20; 29. 38-33 20-25; 30. 42-38 (zie diagram). Een van de in ontelbare variaties voorkomende klassieke stellingen is bereikt. Wit heeft duidelijk nadeel, maar het realiseren van een aan toonbare winst is praktisch ondoen lijk. Vanaf dit ogenblik verdedigt wit zich uiterst handig. 30.8-12; 31. 48-43 12-17; 32. 46-41! 1-6. Om tot de formatie 2-7-11 met de verwoestende dreiging (17-22) te komen. 33. 40-35! 17-22. Aan de lezers de opgave van de week: waarom was (2-7) niet speel baar? 34. 28x17 21x12; 35. 33-28 2-7. De voorbereiding tot een offercombi natie. Toch blijft het de vraag of de manoeuvre (6-11) en (11-17) zwart geen betere uitzichten had geboden. 36. 36-31 12-17; 37. 41-36 16-21! Zwarts laatste kans; 38. 27x16 18-22! 39. 38-33! Zwart- speculeerde op: (16-11?) 22x42 (11x2?) en dan (23-28!) 32x14 (42-48!) 2x30 (25x34) 39x30 (28x9!) met winst. 39. - 3-9; 40. 44-40! 6-11; 41. 39-34! Zwart moet nu: 41.24-30; 42. 35x24 19x48; 43. 28x8 22-27; 44. 32x1 48-30; 45. 16x7 30x35; met bin nen enkele zetten remise! OPLOSSING Wit: R. Palmer: 25, 28,30, 32,33, 35, 37,39,42, 45,47 (11 St.) Zwart: F. Drost: 5, 8, 9, 11, 14, 17, 18.19,24,26, 31 (11 st.) Zwarts voortzetting (8-13) was vrijwel gedwongen, want op (5-10) volgt 42-38! (31x42) 28-23! (19x37) 30x19 (14x23) 38-32 (37x28) 33x4 (42-28 of?) 39-34 en wint. Op (8-12) volgt de zelfde combina tie en op (31-36) volgt 32-27!! even eens met winst, want er dreigt 27-22 (18x27) 28-23 (19x28) 30x10 (5x14) 33x31 (36x27) schijfwinst! 2450 Vorige week stelde ik u voor het probleem met de volgende N-Z- s pellen. Nóord Sch 10 6 3 Ha A H B 4 Ru A 7 2 KI H 10 3 Zuid Sch A V Ha 8 7 3 Ru H V 10 9 4 KI A V 5 6 RU te gaan maken. De tegenpartij heeft zich niet met het bieden be moeid, dus speciale gegevens uit die hoek staan u niet ter beschikking. West komt met troef uit en u besluit direct de troeven verder te onder zoeken, waarbij blijkt dat west op de derde ronde klaver 2 opruimt. De troefkleur is nu voorlopig afgehan deld en de vraag die ik u stelde was: „hoe speelt u dit spel verder?" Welnu, u hebt 11 slagen direct be schikbaar via 1 schoppenslag, 2 har tenslagen, 5 troefslagen en 3 klaver slagen. Het is dus zaak nog 1 slag ergens vandaan te halen. De kansen daarop zijn zo groot, dat u dit spel niet met pessimisme tegemoet hoeft te zien. Als harten vrouw bij west zit, zal harten boer al voor de 12de slag kunnen zorgen, Wil harten vrouw niet goed zitten, maar zitten de har tens 3-3, dan zal harten 4 de 12de slag gaan opleveren. Wil ook dit niet goed gaan, dan is het goed zitten van schoppen heer altijd nog een mogelijkheid. Het lijkt dus aantrek kelijk om eerst harten aas te spelen teneinde u te wapenen tegen vrouw sec bij oost, daarna naar de hand te rug te gaan met klaver en daarna op harten vrouw te snijden. Dit lijkt misschien aantrekkelijk, maar er is nog een veel beter plan. U moet er namelijk rekening mee houden dat oost wel eens harten vrouw met een kleintje zou kunnen hebben, en en dan valt uw harten boer ten offer aan de vrouw, terwijl de hartens niet rond zitten en als dan ook nog schoppen heer ver keerd zit, dan gaat uw fraaie 6-Ru- contract voor de bijl. Misschien zegt u nu: „ja, ais net zo slecht zit, dan is er niets aan te doen, dan ga ik down." Maar er is juist wel wat aan te doen. U moet het niet alleen laten bij het spelen van har ten aas, neen u moet ook nog harten heer spelen. Als hieronder de vrouw valt bij oost, dan is uw voorzichtig heid beloönd. Uw harten boer is vrijgeworden, zodat de 12de slag al thuis is, u snijdt dan nog op schoppen heer om te proberen of er misschien nog een overslag wil bin nenkomen. Valt harten vrouw niet, dan gaat u met klaver terug naar uw hand en speelt naar harten boer toe. Als har ten vrouw nu bij west zit, zal de boer altijd nog een slag worden en als de hartens rond zitten, zal de laatste harten altijd een slag wor den. U hebt dus geen enkele kans op een extra hartenslag opgeofferd,- maar u hebt wel een extra kans meegenomen, de kans dat oost vrouw klein zou hebben. U kunt zich deze safetyplay in harten in dit geval volledig veroor loven, want u mag een slag afgeven en de hartenkleur kan nooit een bron voor meer dan 1 verliezer wor den, zodat een mislukking van uw hartenactie altijd nog de schoppen snit als extra mogelijkheid open- door G. J. R. Föreh laat,Toen dit spel voorkwam, lagen de kaarten: Sch 10 6 3 Ha AHB4 Ru A 7 2 KI H 10 3 Sch A V Ha 87 3 RuH V 1094 KI A V5 U ziet dat de extra veilige aanpak van de hartenkleur hier zijn geld dubbel en dwars opbrengt, want als er gewoon op harten vrouw gesne den wordt, gaat dit slem ten onder, doordat de hartens niet rond zitten, terwijl bovendien schoppen heer verkeerd zit. Het is nog wel eens goed om elke kans, die er is om het contract te'maken, mee-te nemen' veiligheid wordt wel eens beloond. Nu weer eens een biedprobleem- pje^N-Z zijn kwetsbaar en u krijgt als west in handen: SCH B 10 8 7 5 3, HA 10 2, RU V, KL H 10 9 5. Het bieden eaat: noord oost zuid west 1 Ru 1 Ha 1 Sch pas 2 Ru pas pas Nu heb ik eigenlijk twee vragen voor u. „Bent u het eens met net pasbod van west in de eerste bied- ronde? en Wat zoudt u nu doen met de westhand?" HORIZONTAAL: I. Automaat (7) 3. Deze vaartuigen hadden vroe ger heel wat in de melk te brokke- len(7) 6. Hiervoor moeten de maten nauwkeurig bekend zijn(ll) 10. Doodsklap(7) II. Zetel van de braintrust van de onderneming(7) 12. De slak doet er wel aan den- ken(4) 14. Zij houdt niet van zonnen(6) 17. Plagende noten(6) 19. Dit dier kan zich soms heel dik maken(4) 23. Het plezier van het pasklaar maken van oude spullen(7) 25. Meestal boezemen zij vrees in(7) 26. Spijkerhappers(ll) 27. Hapje voor hapje happen(7) 28. Wij hebben haar allen lief(7) VERTICAAL: 1. Zitten om eruit of vooruit te ko- men(7) 2. Tweemaal een overledene over leeft men niet(7) 4. Hoofdplaats in Groningen(5) 5. In zekere zin zou men hem best acteur mogen noemen(7) 6. Zo komt alles in de juiste baan terecht(ll) 7. Dit is een oud verhaal(4) 8. Welvarende staten(5) 9. Deze zaken voor de detailhandel bestaan nooit lang(ll) 13. Bijna een nul(3) 15. Een boom van een meid(3) 16. Hoger dan dit bestaat niet(7) 18. Eenzaam lichaamsdeel(5) 20. Volgens een Duits spreek woord uiting van liefde(J) 21. In menige zaak kan men een oproer zien(7) 22. Dit gaat steeds op en neer(4) 24. Dit wapen is van een lange af- komstig(5). HORIZONTAAL: I. parabel; 7. paradox; 13. Amer; 14. ris; 16. ara; 17. Loes; 18. node; 19. vandaal; 20. Lent; 21. tres; 22. ene; 23. N.T.S.; 24. ener; 25. nee; 26. zet; 27. Rodin; 32. Nunen; 34. tarra; 38. slepen; 40. wit; 41. fideel; 42. meiden; 44. ka toen; 45. vos; 46. erg; 47. knevel; 51. oorlam; 55. Muiden; 56. dor; 58. toilet; 60. Assen; 61. loket: 63. ka/ir; 64. wie; 65. las; 67. Edam; 71. oer; 72. Ant; 73. A.V.R.O.; 76. lire; 77. égalité; 78. deel; 79. Oene; 80. dek; 81. s.e.r.; 82. Eede; 83. trossen; 81 snellen. VERTICAAL: 1. panters; 2. Amor; 3. rede; 4. Ares; 8. er ven; 6. lianen; 7. praten; 8. Aalst; 9. alle; 10. doen; 11. Oene; 12. Xstraal; 15. sneeuw; 16. aanzet; 28. olm; 29. deernis; 30. IP.I.; 31. Ned.; 33. nis; 34. tit.; 35. A.D.O.; 36. reekalf; 37. ren; 39. neven; 41. fagot; 43. nol; 44. K.R.O.; 47. kus. 48, Ede; 49. ven; 50. bok; 51 rok; 53. Lia; 54 mei; 55. matelot; 56. doerak; 57. relais; 59. triolen; 61. liegen; 62. tantes; 64. woede; 66. stern, 68. dier; 69. Arno; 70. mees; 71 adel; 71 veel, 75. red». „Volk onder dak" in een land, dat de kwantitatieve woningnood langzamer- i hand ziet verschuiven naar een kwalitatieve. We weten dat we iets anders willen, maar moeilijk is het, te formuleren wat we willen. De expositie in Rotterdam wil 5 helpen bij het zoeken naar de vele mogelijke antwoorden.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1970 | | pagina 17