Jongemannen verontrust over prijs-inflatie BRUIDEN DUUR IN AFRIKA Vee, rollen stof en geld zijn de betaalmiddelen Exploitanten gokautomaten gaan gewoon door Spaans winkeltje in de oude Jordaan Zeemeermannen net zo goed als zeemeerminnen Belangstelling voor heraldiek groeiende Opiniepeiling in ÏN oorwegen' SALISBURY (Rhodesië) Wat kost tegenwoordig een nieuwe vrouw precies? Een hele hoop, zeggen sommige van de Afrikaanse jongemannen, die zich erover beklagen, dat inflatie de prijzen van de bruiden omhoog jaagt. De prijs van een bruid, of „lobola" zo als hij in Zuid-Afrika over het algemeen wordt genoemd is de ver goeding die de bruidegom aan zijn toekomstige schoonvader moet betalen voor de hand van diens dochter. Het gebruik is ingewor teld in heel Afrika, zowel bij de stammen in de wildernis als bij de bewoners van de steden. Traditioneel werd deze prijs betaald in de vorm van vee, rollen stof of andere goederen, tegenwoordig wordt vaak met geld betaald. ONTWIKKELING Officieel zijn alleen maar vrije spelen te winnen WEGGEHAALD GLUNDEREND WAARSCHUWING Consumptie-ijs betrouwbaar Te weinig geld voor natuurbescherming in Duitsland Hartkwalen en drinkwater AFSCHAFFEN WERKELIJKHEID IN „DIENST" ONTDEKKING OVERWINTEREN BIZAR KLEUREN OPVALLEND KOSTELOOS AFGRIJSELIJK Een van de voorname Afrikaanse hu welijken van dit jaar werd urenlang vertraagd doordat de ouders van de bruid plotseling meer koeien voor haar vroegen. Het aantal koeien dat tenslotte voor de 25-jarige juffrouw Noxomo Maqu- blela moest worden afgestaan is niet bekend gemaakt. Zij was een burgerjuffrouw die trouwde met stamhoofd Mteto Matan- zima, de 27-jarige oudste zoon van het opperhoofd Kaiser Matanzima, eerste minister van Transkei, een half-auto- noom zwart gewest in Zuid-Afrika aan de Indische Oceaan, ten zuiden van Durban. Kort voor de plechtigheid in januari zou beginnen verklaarden de ouders van de bruid dat zij onderbetaald wa ren. Er moest vier uur door vertegen woordigers van beide families worden gemarchandeerd over de prijs vooraleer het huwelijk in westerse stijl kon worden voltrokken. In Nigeria en elders bestaat een glij dende schaal van bruidsprijzen, die vooral afhangen van ontwikkeling. Jongemannen in Jos, in noordelijk Ni geria, die bereid zijn zich tevreden te stellen met een onontwikkeld meisje, kunnen al een vrouw kopen voor 50 pond (ongeveer 140 dollar). De prijs stijgt recht evenredig met haar ontwik keling. Sommige sociologen geven te kennen dat die verschillende bruidsprijzen een goed idee zijn omdat ze de ouders aan sporen hun dochters te laten leren. Voor meisjes met een lagere-school- ontwikkeling is de prijs thans vastge steld op 80 pond (224 dollar) en voor die met een middelbare-school-opleiding of een vakopleiding is de hoogste prijs 150 pond. In een streek in noordelijk Nigeria is deze semi-officiële prijslijst vastge steld nadat de inwoners waren ge schrokken van de gepeperde prijzen tussen 200 en 800 pond die ouders voor hun dochters vroegen. In zijn zuiverste traditionele vorm symboliseert de bruidsprijs de vereni ging van een paar families. Sommige Afrikanen huldigen de opvatting, dat de lobola de positie van de vrouw ver heft en dat hij voor de man een tast baar middel is om zijn liefde voor het meisje van zijn keuze te tonen. Betaling van de prijs betekent niet dat de vrouw het eigendom van haar echtgenoot wordt. Zij blijft in de regel onder de hoede van haar familie en kan in tijden van moeilijkheden op haar terugvallen. In vele delen van Afrika wordt de bruidsprijs echter aangevochten. De Sinds 1 april is de gokautomaat in ons land aan banden gelegd. Half no vember maakten de ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken be kend. dat na die datum geen geld, premies, penningen of andere prijzen meer gewonnen mogen worden via speel- en kansautomaten. Het gaat nu alleen nog maar om het vrije spel. De exploitanten kregen vier maan den de tijd om hun automaten daarop in te stellen of door nieuwe, waarmee uitsluitend vrije spelen te winnen zijn. te vervangen. Niemand die het deed. Die speelruim te bleef ongebruikt. Overal is gewoon doorgespeeld. Alsof er geen circulaires waren van de ministers en geen aan wijzingen van de burgemeesters en of ficieren van justitie. Genegeerd is ook het arrest van de Hoge Raad, waarbij de door de WV's gebrevetteerde gokautomaat, de enige die met toestemming van burgemees ters was toegelaten, ook in strijd met de wet werd bevonden. Hij had daarom al van begin januari van het toneel verdwenen moeten zijn. Dat is nu per 1 april gebeurd. De stichting behendigheidsspelen van de WV's die in het toeristische pakket ook de roulette en andere spelen wil stop pen, heeft haar gokautomaten uit de cafés en andere speelruimten laten weghalen. Zij zullen worden vervangen door nieuwe of gerevideerde appara ten die geen munten of penningen uit werpen bij winnende standen. Op een teller worden de gewonnen vrije spelen bijgehouden. Hier en daar zijn per 1 april ook de ongeregistreerde gokautomaten uit de cafés weggehaald, maar op een minder opvallende plek weer neergezet. Zelfs op het toilet. Van de meer dan tweeduizend gokau tomaten die zonder vergunning worden geëxploiteerd, is er vrijwel geen een werkelijk uit de roulatie genomen. Het gaat gewoon door, de verkoop van gok automaten eveneens. Sommige im porteurs en handelaars hebben zich ge specialiseerd in mini-boxen, kleine gok- automaatjes die gemakkelijk weg te moffelen zijn. In een grote speelhal in het zuiden van het land was niets veranderd. Er werd daor open en bloot gegokt. Op nog geen vijf stappen van de brede in gang staan daor zeven gokautomaten. Van de straat af kun je de jongens er op zien spelen. Vlak onder het bordje met de mede deling dat personen beneden de zestien zonder geleide geen toegang hebben. Met glunderende gezichten halen ze de gewonnen penningen binnen, die de automaten bij elke winnende stand uit spuwen. Aan de kassa worden deze penningen in klinkende munt omgezet. Toen wij er waren, won er een de hele jackpot. In optocht toog de groep kassawaarts. Een hoeraatje ging op. De gelukkige kreeg 36 gulden uitbetaald. Hij hield nog een handvol penningen over om zijn geluk verder te beproeven. In een automatenhal van een bad plaats aan de kust zijn 26 gokautoma ten in bedrijf. Ook die werpen pennin gen uit, die echter niet tegen geld in wisselbaar zijn. Op de penningen staat „uitsluitend voor vrij spel geen waarde". Een ex tra waarschuwing bedreigt de bezoeker met onmiddellijke verwijdering als hij de gewonnen penningen aan een ander verkoopt of ze tracht in te ruilen. Wel een bewijs dat de exploitant er ook de geldwaarde van inziet. Elke uitworp van zes penningen door de automaat betekent immers dat de speler een gul den gewonnen heeft. Dat is de prijs die hij voor zes penningen moet betalen als hij begint te spelen. Gokautomaten die uitsluitend vrije spelen geven, zagen wij nog nergens op onze meerdaagse reportage door het land. Er is een duidelijke onwil die stap terug te doen. Toch betekent de nieuwe regeling, ondanks de teruggang van pen ningen en geld naar vrij spel een stap vooruit op de weg naar het kansspel. De gokautomaat zelf behoort niet meer tot de verboden attributen nu hij vrij spel gekregen heeft. DEN HAAG Het consumptie-ijs is vrij van schadelijke bestanddelen. Daar komt het antwoord van staatssecretaris Kruisinga (Volksgezondheid aan Twee de-Kamerlid Imkamp (D'66) op neer. Hij ziet geen aanleiding om een aan tal aromatische stoffen, die ook o.a. in appels, bananen, grape-fruit, druiven, ananas, frambozen, aardbeiden, cacao, vanille en zwarte peper voorkomen, uit het consumptie ijs te weren. STUTTGART In een vraaggesprek met de Süddeutsche Rundfunk heeft prof. dr. Bernhard Grzimek er op ge wezen dat in Duitsland per jaar voor de natuur- en landschapsbescherming slechts zes miljoen mark uitgeeft, ter wijl in Nederland per jaar 40 miljoen mark uitgegeven wordt voor de aan koop van natuurgebieden. Als bewijs voor de honger naar de natuur onder de 85 procent der mensen die in steden woont, wees hij er op dat het aantal bezoekers van de zoo in Frankfort gestegen is van 300.000 voor de oorlog tot 2.7 miljoen per jaar nu. EASTBOURNE Het aantal doden door hartkwalen kan waarschijnlijk drastisch verminderd door de mensen kunstmatig verzacht water te laten drinken, aldus sir George Godber, hoofd van de medische afdeling van het Britse ministerie van volksgezond heid. Uit recente onderzoekingen in de Verenigde Staten, Canada en Groot- Brittannië is gebleken dat in streken met hard water meer mensen aan hart ziekten overlijden, aldus sir George. ....zelfs op de toiletten worden de gokautomaten, die geld uitkeren, opgeborgen.... meeste bestrijders komen met het eco nomische argument dat menige jonge man die graag zoü willen trouwen zich dit eenvoudig niet kan veroorloven. Vijf jaar geleden heeft in Nairobi een aantal vrijgezellen de bevrijdings bewegingen van Kenya gevormd. Zij hebben de regering gevraagd de lobola, die zij „verouderd, ongewenst en een maatschappelijk anachronisme" noem den af te schaffen. Tanzania heeft een wetboek inzake de wetgeving uitgevaardigd met de strekking de huwelijksreglementen te herzien en te moderniseren, maar dat 'n slag om de arm houdt wat de bruids prijs betreft. Het gebruik zal aldus dit document niet worden afge schaft, maar zich ontwikkelen tot een systeem dat kan worden omschreven als: „trouw nu, betaal later". De regering van Zanzibar eist van ie dereen van het Afrikaanse vasteland die een meisje uit het gewest wil trou wen of haar van 't eiland wil wegvoeren, een officiële bruidsprijs of belasting van 5600 oostafrikaanse shillingen (onge veer 2.570 dollar). De juiste bruidsprij zen te betalen aan inwoners van Zanzi bar zelf zijn niet bekend, maar volgens bevoegde schattingen kan men een vrouw krijgen voor het plaatselijk equivalent van 100 dollar als de bruide gom van over het water eenmaal het veel grotere bedrag aan de regering heeft betaald. In Rhodesië beschuldigen sommige jongemannen de ouders van begerens waardige meisjes van baatzucht. De prijs was vroeger ongeveer een dozijn mombes (koeien) en een paar rollen stof. De koeien en de stof moeten er nog zijn maar daarnaast wordt geld geëist. Volgens de Rhodesische wet inzake Afrikaanse huwelijken bedraagt de maximum lobola in geld 20 pond (56 dollar). „In werkelijkheid echter", aldus een functionaris van het ministerie van Binnenlandse Zaken, betaalt de man zoveel als de toekomstige schoonvader vraagt gewoonlijk 20 pond plus vijf of zes stuks vee. De eis varieert van dis trict tot district en soms wordt genoe gen genomen met een dier". James Tsjitsamatanga werkt in een kantine te Salisbury en spaart om te trouwen. Hij zou liever geen lobola be talen maar is bang dat zijn huwelijk als hij het gebruik aan zijn laars lapt slecht zal beginnen. Het niet betalen van lobola kan onge luk aanbrengen, de liefde verzwakken en tot gevolg hebben dat zijn vrouw „het oog laat vallen op andere man nen", aldus Tsjitsamatanga. Als dat zou gebeuren en hij zou horen dat zijn vrouw hem ontrouw was, dan zou hij, als hij voor i haar betaald had, recht hebben op een schadevergoeding van de man met wie zij zich zou hebben afge geven. Hij zou haar op straat kunnen zetten en de helft van de lobola van zijn schoonvader kunnen terugeisen. „Maar ik wil alles betalen wat ze me vragen om er zeker van te zijn dat dit niet gebeurt", zei hij. De meeste lobola wordt in termijnen betaald. Elias Samoetanha heeft langer dan een jaar krom gelegen om de 107 pond die hij nodig had voor de loböla te spa ren. Hij vindt dat het de moeite waard was. Hij en zijn vrouw behoren tot de stam der Manyika en hij zegt, dat de lobola een der oorzaken is dat in de stam zo weinig echtscheidingen voorko- Heerlijk, ik ben gisteren even in Spanje geweest. Beetje rommelen tussen rietmatten en vismanden, kof fie drinken uit een grof-aardewerken kom, even tussen vliegenmeppers zitten en over beelderige tegelvloeren lopen, even de Spaanse taal horen vlammen. Ik hoefde er alleen maar voor naar Amsterdam te gaan, naar de heer en mevrouw Jaap en Fransje Streefkerk en hun Spaanse winkel. Vier jaar geleden waren ze nog „gewoon", toen had den ze nog helemaal geen winkeltje in hun huis in de Jordaan, laat staan een winkeltje vol blikken olijven en inktvis, vol Spaans aardewerk en prachtige tegels uit de streken rond Malaga. Maar vier jaar geleden besloot mevrouw Fransje Streefkerk wel om „iets te gaan doen". Een klein handeltje in Spaanse spulletjes bijvoorbeeld, makkelijk te doen, omdat het echtpaar tóch zeer veel in Spanje met vakantie was. Het bescheiden plannetje van mevrouw Streefkerk is inmiddels op een prettige manier volkomen uit de hand gelopen. Haar man, vier jaar geleden nog marktonder zoeker voor de Nederlandse chemische industrie, is bij wijze van spreken bij haar in dienst gekomen. Hij zegde zijn baan op en levert nu samen met zijn vrouw bijvoor beeld complete Spaanse tegelvloeren en als ik wil, kan ik via hem ook wel een huis in Moorse stijl helemaal in het zuiden van Spanje kopen, waar Nederlandse toeris ten nog maar zeldzaamheden zijn. Begin volgende maand vertrekken de heer en me vrouw Streefkerk weer voor vier maanden naar Spanje. Ook om er een beetje vakantie te houden, maar vooral om inkopen te doen voor de winkel in Amsterdam. En dat betekent: met de mini-vrachtwagen dwars door het binnenland van Spanje trekken. Dat betekent soms: ver der kijken dan de etalage van een Spaans winkeltje in aardewerk, maar onder de toonbank duiken en daar soms de mooiste dingen ontdekken, die de Spanjaarden als tè gewoon beschouwen voor hun etalage. Op de inkoop-tocht van vorig jaar ontdekten ze het plaatsje Nerja, zo'n vijftig kilometer ten oosten van Ma laga, aan de kust. „Een geweldig plaatsje, waar vooral veel Spanjaarden hun vakantie komen doorbrengen", al dus de heer Streefkerk. „We hebben er niet alleen erg veel mooie dingen voor het winkeltje kunnen kopen, maar we ontdekten daar ook een aantal prachtige huizen, die toen nog maar net klaar waren." Huizen in Moorse stijl, met beelderige houten deuren, patio's en hekwerken en het eind van het liedje was, dat het echtpaar Streefkerk zo'n huis kocht, als vakantie- plek en uitgangspunt voor de inkoop-tochten. „Met de Spaanse bouwers hebben we nu afgesproken, dat mijn vrouw en ik een beetje zullen bemiddelen wan neer er méér Nederlanders zo'n huis willen hebben. Of een appartement in een flatgebouw, want die beginnen er natuurlijk ook daar te komen." „Bemiddelen bij een eventuele koop, omdat wij vrij aardig met de Spaanse taal uit de voeten kunnen en zelf vier maanden in Nerja wonen, maar ook bemiddelen bij het huren van zo'n huis of appartement, want dat kan ook. En het is zo'n enorm fijn plaatsje, waar je als Ne derlander nog helemaal tussen de Spanjaarden zit in plaats van tussen allemaal andere Nederlanders." Zomaar een vraagje, meneer Streefkerk. Geen mens koopt natuurlijk een huis zonder er eerst uitvoerig naar te gaan kijken, maar wat kost bijvoorbeeld zo'n toch vrij fors huis in Nerja? „Volgens mijn laatste opgaven op dit moment zo'n 25 duizend gulden", zegt hij. „Appartementen zijn uiteraard veel gpedkoper. Maar niemand hóeft te kopen, dat zou waanzin zijn." „Al die huizen en appartementen worden verhuurd in de tijd dat de eigenaars er niet zijn. Wist u bijvoorbeeld dat je in Nerja in zo'n Moorsachtig huis voor twee duizend gulden kunt overwinteren van 1 oktober tot 31 maart?" Wie dat huren een idee vindt mag rustig een keer bel len naar het „Dertiende huys" zoals de heer en mevrouw Streefkerk hun woonhuis-winkel in de Amsterdamse Jordaan noemden. Wie niet wil huren, mag gewoon een keer binnenstap pen om tóch een beetje Spaanse lucht te snuiven tussen de tegels, de houten vijzels, het Spaanse kinderspeelgoed en de rietmatten van „alpengras" uit de streek Murcia, tussen de matten waarop 4» pannen met paella worden binnengedragen en de houten lepelrekken. Gek genoeg doen dat héél veel Spanjaarden, omdat ze van het echtpaar Streefkerk hun olijven betrekken en hun Spaanse vis in blik. Ex-burgemeester ontwerpt wapenschilden OOSTSTELLINGWERF Zee meermannen bestaan net zo goed als zeemeerminnen, voor zover die al thans bestaan. „Het zijn mannen met een vissestaart", zegt de zeven tigjarige mr. G. A. Bontekoe, oud burgemeester van de omvangrijke Friese gemeente Ooststellingwerf. Terloops vermeldt hij verder het voorkomen van draken en andere monsters, zoals hazen met visse- staarten en griffioenen. Laatstge noemde schepsels hebben de kop en de vleugels van een adelaar, de oren van een paard en het achterlijf van een leeuw. Mr. Bontekoe dient ondanks bo vengenoemde beweringen uiterst se rieus te worden genomen, want als hij het bestaan van dergelijke we zens vermeldt, heeft hij het over zijn liefhebberij: de wapenkunde of heraldiek. In zijn fraaie landhuis in Ooster- wolde waarvan de gevel wordt ge sierd door het vijftiende-eeuwse wapen van Ooststellingwerf, com pleet met griffioen, vertelt de ex- burgervader over zijn hobby: het ontwerpen van wapens voor ge meenten, waterschappen en als het moet ook voor oorlogsschepen en personen. Een van zijn laatste werkstukken was een wapen voor het havenschap Delfzijl, dat in de officiële in gewo ne oren vaak bizar klinkende heral dische beschrijving zo is vastgelegd: ..Gedeeld van zilver en sabel met een onklaar anker aan weerszijden vergezeld van twee schelpen, alles van het een in het ander en links in het schildhoofd vergezeld van een vijfpuntige ster var. Keel, omboord van zilver". „Zonder toelichting kan men prak tisch geen enkel wapen begrijpen", zegt de heer Bontekoe en daarom la ten we die van het havenschapswa- pen maar snel volgen. Het anker en de twee schelpen zijn de symbolen van de relatie tussen havenschap en scheepvaart; de ster stelt de Poolster voor als symbool voor de ligging van Delfzijl in ons land.". „In de wapenkunde kent men ei genlijk slechts de primaire kleuren en twee metalen. Dat is maar goed ook, want ze he gemeenten en alle zeventien water schappen met zijn wapens. In alle provincies, behalve tot dus ver Zeeland, komen ze voor, zij het niet zo dik gezaaid als in Drente. „Dat komt omdat de ene gemeente het hier van de andere overneemt. Ik ben in Drente in 1927 begonnen als burgemeester van Sleen. Het viel me op dat de gemeente geen eigen wapen had. Als geboren Fries wist ten meestal anders dan wij gewend zijn. Zwart heet sabel, rood heet keel, blauw heet azuur, groen heet sinopel, alleen goud en zilver hebben er dezelfde naam. Om het nog moei lijker te maken zijn links en rechts er omgekeerd, omdat het wapen schild altijd wordt beschreven van uit het standpunt van de man die zichzelf ermee beschermde". Het wapen van het havenschap Delfzijl wijkt in vorm af van de voorgaande negentig die de heei Bontekoe sinds 1927 heef vervaar digd. HeL heeft een puntige in plaats van een ronde schildvoet en geen kroon. „Ik wil de honderd wapens zien te halen", zegt de man, die het vooral na zijn pensionering druk heeft gekregen met zijn liefhebbe rij. Alleen al in Drente pronken 25 ik dat alle Friese gemeenten wel een wapen hadden. Samen met mijn vrouw, die de akte MO tekenen heeft, heb ik toen mijn eerste wa pen ontworpen". Thans is de heer Bontekoe een kenner bij uitstek van de internatio nale wetenschap die de heraldiek in de loop der eeuwen is geworden. Een grote boekenkast vol lijvige folian ten maakt duidelijk dat de kennis ervan niet in een achtermiddag valt te vergaren. „Ik ben zeker niet de enige heraldicus in Nederland, maar ik maak waarschijnlijk wel de meeste wapens", stelt hij vast. En als bewijsmateriaal laat hij twee dikke plakboeken vol zelf geschil derde ontwerpen zien. Hij vertelt hoe een wapen tot stand komt nadat een gemeente of een waterschap bijvoorbeeld er op dracht voor heeft gegeven. „Dan ga ik eerst materiaal over het gebied verzamelen en over de geschiedenis van de streek. Geen diepgaande stu die, want ik heb maar een stuk of drie, vier gegevens nodig, maar die moeten dan wel heraldisch vertaal baar zijn, zij het in een vaak grove symboliek. Daarbij maak ik ook dankbaar gebruik van legenden. Daarna komt de samenvoeging van de kleuren en de vlakverdeling van het wapen. Dat is een kwestie van smaak en wetten. Wapenschilden zijn niet altijd alleen aan het verleden gebonden. „De burgemeester van Oosterbroek bijvoorbeeld wilde dat ik een wapen voor hem maakte waaruit zou blij ken dat in zijn gemeente meer aard gas wordt gewonnen dan in de eer ste meest gekende vindplaats Sloch- teren. Oosterbroek heeft nu een schild met onderin blauwe vlammen in een gouden rand." Wij durven al voor spellen dat hij zijn honderd wapens gemakkelijk zal halen. Al die sa menvoegingen van gemeenten ma ken nieuwe wapens noodzakelijk, terwijl wij heraldisch gesproken aan het begin staan van een tijdperk der gewestwapens. Bovendien maakt de heer Bontekoe zijn ontwerpen koste loos. „Onder het motto: elke lief hebberij kost geld, waarom zou ik anderen laten betalen voor het ple zier dat ik eraan beleef?" zegt hij. Het ontwerp wordt samen met de beschrijving toegezonden aan de hoge raad van adel, die onder meer nagaat of eenzelfde wapen nergens anders bestaat. Deze eerbiedwaardi ge raad adviseert vervolgens de mi nister van binnenlandse zaken, die op zijn beurt het vereiste koninklijk besluit uitlokt en als medeverant woordelijke ondertekent. Het wapen wordt officieel geregis treerd in het wapenboek, waarin het dan verder voor eeuwig vastligt. „De belangstelling voor de heraldiek neemt duidelijk toe", zegt de heer Bontekoe, maar tegelijkertijd moet hij tot zijn droefenis vaststellen dat er de laatste jaren ook een soort pseudo-heraldiek ontstaat. „Neem bijvoorbeeld dat afgrijse lijke embleem dat de Nederlandsche Spoorwegen op het ogenblik overal opplakken. Zo iets is voor mij het zelfde als het teken waarmee boeren vroeger hun vee inbrandden. Zo'n li chaam als de NS zou toch veel beter een echt wapen kunnen laten ont werpen?" Een goed wapen is volgens hem net zo herkenbaar als zo'n mo dern reclamevignet. OSLO De meerderheid van de Noorse bevolking gelooft dat de Ver enigde Staten „de beste vriend van Noorwegen" zijn. Niemand verwacht echter hulp van Frankrijk, en de Noren verwachten meer van Communistisch China dan van de Vijfde Republiek, dit is gebleken uit een opiniepeiling. Tweeënvijftig procent van de 1.600 ondervraagden gelooft dat de Verenig de Staten „in een moeilijke situatie de beste vriend van Noorwegen" zouden zijn. Hen rekent daarna op Zweden (21 pet.), Groot-Brittannio (19 pet), de Sov jetunie en Denemarken (beide zes pet.), Finland (twee pet.) en West-Duitsland een procent. Twintig procent van de bevolking „weet het niet".

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1970 | | pagina 11