Veluwerandmeer onder de microscoop en op de foto
Interessante proef in
Duitsland toont aan:
'n hele hoop knoeiboel
Zaterdag 20 juni
Jonge onderzoeker kwam tot
Een goedkope, primitieve methode: uit de stalmuur een paar stenen hakken, een
geleideplankje naar de beek en het vuilafvoerprobleem is (althans voor de boer) op
gelost. Vele moderne kalver- en varkensmesterijen doen het overigens nauwelijks
anders. Vuilafvoer is de sluitpost.
De foto's op deze pagina zp er enkele uit een hele serie, uit de documentatie van
Jan Vink, die vrijwel elke beek en bron in het gebeid van de randmeren kent, zowel
aan de heldere oorsprong, op de hoger gelegen delen van de Veluwe, als aan de sme
rige uitmondingen in het recreatiegebied.
12,6 cicero
Jan Vink: met monster flesjes, ca
mera en microscoop
ontstellende
vondsten
stroom van die geul wordt het grofste
vuil meegevoerd en daarom moeten er
monsters genomen worden op dié
plaatsen waarvan men wéét, dat er
baders kunnen komen. Neemt men
enkele goede stukken water onder de
loep die zullen er nog wel zijn tegen
de dijk van de nieuwe polder en
gaat men de resultaten mixen met die
van slechte stukken, dan is 't niet uit
gesloten dat men tot 'n kwaliteit komt,
waarvan nog gezegd kan worden:
,,'t Zit tegen de grens, maar 't kan nog
net".
Vink tracht zo objectief mogelijk
monsters te nemen. En daarom doet
hij het daar, waar badgasten zijn of
kunnen komen. ..Het gaat om de ge
zondheid van die mensen. Ik hou in
dit opzicht niet van gemiddelden,
want dan kan het je net zo vergaan
als de statisticus die vol vertrouwen
een rivier doorwaadde, waarvan be
kend was dat de gemiddelde diepte
één meter was. De statisticus verdronk
omdat het water namelijk hier en
daar twee meter diep was..."
Ian Vink houdt niet van kreten.
Hij laat de foto's zien die hij
maakte, langs de beken en onder de
microscoop. Met een hark speurt hij
in de beken naar bijzondere zaken en
hij is tot de ontdekking gekomen dat
zelfs ampullen antibiotica in de beken
terecht komen. „Er wordt door de
boeren zelf gespoten", zegt hij. „Het
is verboden die ampullen weg te
gooien. Ze moeten tenminste begraven
werden. Een kleine hoeveelheid van
de vloeistof, die er in de ampullen al
tijd wel achterblijft, is in staat de
biologische zelfreiniging van het wa
ter zo die er nog mocht zijn vol
komen uit te schakelen en te vernieti
gen".
Vink heeft verschillende foto's
waarop duidelijk de aanwezigheid van
antibiotica-ampullen in de beken en
langs de stranden te zien zijn.
Maar waarom gooien de boeren hun
dode vee dan in de beken?
Het is een publiek geheim dat er
boeren zijn die dat niet alleen gemak
kelijker vinden, maar die ook be
vreesd zijn voor controle na veesterf-
te op de boerderij. Het gevolg van die
angst is bovendien dat zij dikwijls op
het leven-af spuiten met allerlei mid
delen, die dan bovendien nog weer
voor een deel in de beek terecht ko
men. En dan: enorme hoeveelheden
gif worden nog extra toegevoegd aan
de sloten en beken door het sproeien
van de wallekanten met onkruiddo-
dende giften.
yó ontstaan de open riolen, die de
omwonenden overigens niet zo
Eén van de vele kadavers, die vrijwel dagelijks via de watergangen van de Veluwe toestromen naar het recreatiegebied
tussen Harderwijk en Njjkerk (en ongetwijfeld ook in andere stukken van het Veluwerandmeer.
Zó is het eeuwen gegaan het
pijpje in de sloot. Maar men heeft
vergeten, dat uit het pijpje steeds
méér is gaan stromen, steeds meer
gif ook en dat de vergaarbak, die eerst
de Zuiderzee was en later het zoetwa
terbassin IJsselmeer verkleind werd
tot een langgerekt randmeer. Zo dan
is de vervuiling gaan accellereren
TXe vervuiling van de Veluwerand-
meren (zie ons blad van donder
dag j.l.) is niet maar zó uit de lucht
komen vallen. De student aan de Pe
dagogische Academie Jan Vink uit
Putten is er al geruime tijd geleden
tegen ten strijde getrokken, maar hij
is realistisch genoeg om te weten wat
de éénling bereiken karf in een wir
war van instanties die elkaar niet zel
den om strijd het territorium betwis
ten.
Vink is trouwens geen „aan-de-gro-
te-klok-hahger". Hij liefhebbert wat
in de watersport, ontdekte een stelsel
matige vervuiling van het Veluwe
randmeer en omdat hij van huis-uit
erg geïnteresseerd is in biologie (vader
leraar biologie) begon hij de watertoe
stand van het Veluwerandmeer in
studie te nemen. Hij bezocht zowel de
waterzuiveringsinstallaties en do
vuilmakers als de bronnen en beken
in hun oorsprong en uitmonding en
legde zich toe op de identificatie van
de soorten verontreiniging.
Vink zit nu nog midden in het on
derzoek, maar de eerste resultaten
van maandenlang speurwerk zijn ont
stellend. Het is bijna niet te geloven
wat wij in deze prachtige gebieden
tussen de polderdijken en het vaste
land over ons hebben laten komen.
Jan Vink zegt van zijn eigen speur
werk op, langs en in het Veluwemeer:
„Och, eigenlijk heb ik een omweggetje
genomen met het bacteriologisch on
derzoek, want wie zich de moeite ge
troost eens langs de stranden te lopen,
langs de bronnen en beken die in het
randmeer uitkomen, ziét het ondub-
bezinnige bewijs van wat hier aan de
gang is".
"Vink is een bescheiden jongeman.
Hij wil nauwelijks afgaan op
een eigen oordeel met betrekking tot
zijn microscopische onderzoekingen.
..Ik ben geen microbioloog en daarom
heb ik de hulp ingeroepen van twee
artsen en het laboratorium van een
ziekenhuis om mij te helpen iets te
ontdekken in de aanvankelijk vreem
de wereld van de micro-bacillen".
Vink heeft er een hele studie aan
gewaagd en zo is hij, met hulp en ad
vies van deskundigen tot de ontdek
king gekomen dat de watervervuiling
van het Veluwerandmeer ongekende
vormen heeft aangenomen.
Hij gaat met zijn onderzoek heel
praktisch te werk. Er zijn namelijk al
monsters genomen van het Veluwe
randmeer, maar langs de kust van de
dijk van Zuidelijk Flevoland. Vink
vindt dat geen goede maatstaf. Hij
zegt: „Tussen het vasteland, waar zich
althans voorlopig nog de massa-re
creatie afspeelt en de dijk van de pol
der, ligt namelijk een vaargeul. In de
Dit is een stukje van een micro
foto van een druppel randmeerwatcr,
gemonsterd op de plaats waar mensen
baden: een zee van ziekteverwekkende
bacillen, die de heer Vink met behulp
van artsen en microbiologen heeft
kunnen identificeren als stafylococcen,
streptococcen, coli-bacteriën, tetanus-
bacillen en salmonella.
gisch dodenvai^
cent van onze huishoudbacteriën is befcend; onverteerbare flacons met resten olie, ammonia, chloor, wasmiddelen en... het ergste van alles:
worat ais een zege oescnouwd, maar resten antibiotica (zie het kleine flaconnetje met zilverachtig dopje links boven) de grootste „killer" van ons levend water,
in wezen is het een vloek. Het biolo
gisch afval van de mens kan gerei
nigd worden in 31 kubieke meter wa- >'t^Êti^f,^,^I^^^S^ÊÊSSÊÊIKÊÊÊÊÊÊ
ter, mits dat water voldoende zuur-
maar wie de groene gierwolken de
levenloze beken afdrijven
naar de stranden van een recreatiege- J|
ben dat de mens nog kans ziet om te
komen tot de belans van het leven.
Ian Vink heeft al een flinke portie
pionierswerk gedaan in de strijd
tegen de watervervuiling. Van een
grondig wetenschappelijk onderzoek
door overheidsinstanties is tot nu toe
nog niet gebleken en een rigoureuze
aanpak van de problemen zal nog wel
even op zich laten wachten.
Het is te hopen dat in het kielzog
van deze jonge onderzoeker spoedig
de officiële instanties zullen volgen.
Voordat de randmeren totaal zijn
gedegenereerd tot smerige poelen aan
de rand van de Veluwe...
T^rie procent van de automobilisten
is volstrekt ontevreden over de
garage waar hü zijn auto laat verzor
gen of repareren. Tien procent is
„niet zo erg tevreden, maar 87 van de
100 automobilisten hebben geen
klachten.
Tot deze conclusie kwam onlangs
een onderzoek van de BOVAG, de
bond van garagehouders.
Tegenover deze conclusie staat een
ander verhaal. Het komt uit Duits-
De automobilist en z'n garage
Lege accu-cel, remolie half leeg en
accu-fitting slecht
land, in welk land naar men algemeen
beweert, de verzorging en reparatie
van auto's op een hoog peil staat.
Want de Duitser is pünktlich, ordent-
lich en hij heeft gevoel voor organi
satie in de toppen van zijn vingers.
Zegt men tenminste.
Het kan blijkbaar ook wel eens an
ders uitpakken. Getuige daarvan is
een onderzoek naar de behandeling
van een auto (en zijn bezitter) in een
groot aantal Duitse garagebedrijven.
Dat onderzoek werd niet, zoals in
Nederland, uitgevoerd dOor de garages
zelf of in opdracht van de garage
houders nee, door de „consument",
de klant. In dit geval was dat het be
kende Duitse weekblad „Stern".
Het blad pakte de zaken grondig
aan. De grote Duitse automobielbond.
de ADAC pendant van onze KNAC
werd in de arm genomen en een
heel legertje van Duitse automobiel-
specialisten werd ingeschakeld om de
garagebedrijven te testen.
XXoe ging dat in zijn werk? Men or-
ganiseerde een testcaravaan. die
in samenwerking met de ADC en
de Duitse Wegenwacht de voorbe
reidingen moest treffen cvoor een
tournee van 4000 kilometer door
Duitsland langs garagebedrijven.
Men nam zes auto's mee van zes
verschillende merken. Men „bouwde"
er tien mankementjes in en stuurde
de auto's elk naar hun eigen garage
met de opdracht aan de garagehouder
de auto een „grote inspectiebeurt" te
geven zonder olieverversing.
Als de auto zijn beurt had gehad,
werd de wagen opgehaald en gecon
troleerd in de werkplaatsen van de
rijdende testkaravaan, waar de spe
cialisten de tien ingebouwde foutjes
nog eens langs gingen en de verschil
lende rekeningen aan een vergelijking
onderwierpen.
De uitkomsten waren verrassend.
Men werkte volgens een puntensys
teem: drie punten kreeg de garage
die de opdracht correct had uitge
voerd, twee punten waren voor de ga
rage die niet helemaal goed gewerkt
had, één punt voor een zeer dubieuze
behandeling van de auto en nul punt
voor de wagen waaraan zonder meer
niets gedaan was.
Vf/"at waren de ingebouwde manke
menten? Men ging er van uit.
dat die foutjes zonder meer door élke
garage bij elke goede inspectiebeurt
moeten opvallen. Geen geniepige fout
jes dus, maar mankementen die elke
dag kunnen voorkomen aan elke auto.
die kunnen resulteren in lastige tot
levensgevaarlijke situaties, maar die
door elke consciënsieuze monteur ont
dekt worden en zeker bij een goede
beurt. En dat was de opdracht.
De tien fouten aan elke auto waren:
1. Uit het remolie-reservoir was de
helft weggezogen.
2. Van één achterlicht was het lamp
je doorgebrand.
3. Van de claxon was één stekkertje
losgemaakt.
4. Uit elke middelste cel van de
accu was de vloeistof weggezogen tol
de platen droog stonden.
5. De ontsteking was enigszins ver
steld, zodat de motor nog wel liep,
maar niet ideaal.
6. Men had het stuur wat extra spe
ling gegeven.
7. De handrem was losgemaakt.
8. Eén band werd op de helft van
de spanning, een ander op dubbele
spanning gebracht.
9. Eén van de accu-stekkers was
bijna doorgebrand.
10. Van de interieur-verlichting was
één lampje doorgebrand.
T^oen de missie langs 120 garagebe
drijven was voltooid, waren alle
deelnemers aan de garagetest aan de
ene kant zeer verrast over het totaal
resultaat, aan de andere kant bijzon
der teleurgesteld over zo weinig accu
ratesse van de Duitse garages.
Het bleek namelijk dat van alle 1200
ingebouwde mankementen slechts 59
procent verholpen was en dat van alle
120 „grote beurten" er geen enkele
voor 100 procent was uitgevoerd.
Het sterkste staaltje kwam voor bij
een auto, waarvan alléén de accu-cel
was bygevuld, waarvoor een rekening
van 59.94 Mark werd gepresenteerd.
De beste beurt maakte een garage
die negen foutjes ongedaan maakte,
maar de stekker van de accu niet ver
ving.
Geconstateerd werd verder, dat ver
schillende garages dubbele nota's
schreven. Bepaalde controles zjjn inbe
grepen in de pr(js van 'n inspectie, dus
werden die nog eens extra berekend.
Slechts één garage trok van de prijs
van een inspectiebeurt de prijs van de
olieverversing af, omdat de opdracht
was „zonder olie-verversing..."
Opvallend waren de grote verschil
len, niet alleen in prijs van de onder
delen (voor dezelfde auto's), maar ook
in de lonen. Verder werden bepaalde
onderdelen vervangen die door de
technice van de ADAC eerst waren
gekeurd en goed bevonden.
Bij één merk auto kan het vervan
gen van een achterlichtje nogal wat in
prijs verschillen. Er waren garages
die het gratis deden, andere vroegen
voor dit minuten-karweitje tien gul
den of meer...
Een garage schreef 2.33 Mark voor
dc reiniging van de accu-polen. Men
moet weten dat de tcstwagen juist een
nieuwe accu had gekregen-
De verschillende tests van garages
met elektronische apparatuur zijn uit
gelopen op bijna evenzo vele lachter-
tjes. Bij steeds dezelfde wagens veran
derden de uitkomsten van de diagno
ses dagelijks en waren vrijwel nooit
twee compressie-diagrammen gelijk.
Tenslotte kwamen er auto's uit de
garages, waaraan volslagen onnodig
gesleuteld was, zodat sommige auto's
zelfs door de technici van de ADAC
moesten worden afgekeurd.
En dan te bedenken, dat op bijna
alle nota's was aangegeven dat er een
proefrit was gemaakt, variërend van
1 tot 34 kilometer.
\7oor wie deze Duitse test, gemaakt
en uitgewerkt door zeer bekwa
me mensen, heeft gelezen en bestu
deerd, blijft er maar één conclusie: op
een heel enkele uitzondering na
knoeiboel!
Nederland kent deze garage-tests
niet althans nog niet. De uitslag
van de BOVAG-enquête mag men er
natuurlijk net mee vergelijken, want
de uitslag 87 pet. tevreden, 10 pro
cent niet helemaal tevreden en 3 pro
cent ontevreden heeft betrekking
op vragen aan automobilisten die voor
een goed deel geen automobieltechni-
sche kennis bezitten.
Als het waar is, dat de Duitser een
speciaal gevoel heeft voor punctueel
werk en de Duitse automonteur tot de
beste van Europa behoort, dan blijft
wel de vraag over: hoe zal een derge
lijk onderzoek als van Stern en de
ADAC in Nederland dan wel uitpak
ken?
Handrem te los
Verschil in bandenspanning
Claxonfitting los
Binnenlampje doorgebrand
Ontsteking ontregeld
Stuur: te veel speling
Lichtje doorgebrand