Miljoenendans om goedkope zilveren vaas Pennenkoning Bic mist een goede schipper TRAINER VAN DE K.N.W.U. Kapitalen alléén helpen niet kiel gelegi) met scheppen één maïs eeuwig derend gewijzigd nog niemand Vorming; van persoonlijkheid belangrijk sterker protest premies „AMERICA CUP" IS IN 119 JAAR NOG NOOIT VAN EIGENAAR VERWISSELD De super-dure France tijdens een oefenrace. Al zullen vele Nederlanders nauwelijks bereid zijn voetstoots aan nemen, dat er nog meer belangrijke bekers bestaan behalve de Euro| Cup, dit is niettemin het geval. Niet zomaar een cup, maar een trofee, waarachter een waarlijk roei. rijke geschiedenis schuil gaat en voor welks bezit reeds vele miljoem dollars werden uitgegeven. Het is de „America cup", een grote bek die sinds 1851 prijkt in de prijzenkast van de New York Yacht Cli (N.Y.Y.C.). Tn de afgelopen 170 jaar is ze de meest begerenswaardige prijs gew« den die er in de zeilsport bestaat. Alleen al vanwege de enorme bedr gen, die met de wedstrijden om deze beker gemoeid zijn is de gesclv denis ervan de moeite waard. Het was in het jaar 1850. dat een aantal leden van de N.Y.Y.C. beslo tot het laten bouwen van een jacht, waarmee met kans op succes ko worden deelgenomen aan wedstrijden tegen de Britten. Dit ter gelegei head van de wereldtentoonstelling, die in Engeland zou worden ge houden. Nu had men in die tijd omtrent jachten en zeilwedstrijden enigszin andere opvattingen dan tegenwoordig. In de eerste plaats de jachten. Dit waren voor onze begrippen, ondank- de benaming „jacht", enorme schepen met een waterverplaatsing van vele tientallen tonnen, met lengten van 30 meter en meer en ze werden veelal gevaren door een beroepsbemanning van zo'n twintig tot dertig koppen. Ter vergelijking De „Stormvogel", een der bekendste en groot ste Nederlandse jachten, eigendom van de heer C. Bruynzeel, heeft een waterverplaatsing van ruim 31 ton en een totale lengte van 22,78 m. In de tweede plaats de wedstrijden. In tegenstelling tot tegenwoordig bestonden er toen nog geen wedstrijdklassen en voorgiftregels. Ieder een zeilde tegen iedereen en de snelste won. Omdat een groot jacht in principe altijd sneller is dan een klein, werden de afmetingen uiteraard steeds groter. De prijs bestond doorgaans uit een som geld en een snel jacht kon zo in die tijd een behoorlijk bedrag aan prijzen bij elkaar zeilen. Aan bovengenoemd besluit lag dus een basis ten grondslag, die bestond uit een mengeling van sportiviteit en zakelijkheid. Een combinatie die al dikwijls heeft bewezen, dat ze goede resultaten kan opleveren. Zo werd dan de kiel gelegd voor een jacht met een lengte van 31 meter, een waterverplaatsing van 170 ton en een zeiloppervlak van 487 m2 (ruim 20 huiskamers met een vloeroppervlak van elk 6x4 meter De bouwkosten bedroegen 30.000, maar omdat de werf het jacht niet binnen de vastgestelde tijd afleverde, moest ze 10.000 op de prijs laten vallen. Vanuit het door hem in 1967 gekochte zeiljacht Sovereign neemt baron Bic voorgrond met petde verrichtingen van de France in ogen schouw. i Ruim twintig miljoen francs bijna vijftien miljoen gulden. Dit is het welhaast onvoorstelbare bedrag, dat de Franse ballpointkoning baron Mar cel Bic al geïnvesteerd heeft om de Amerikanen te beroven van de roemruchte America Cup, een beker die nauwelijks duizend gulden waard is. Deze zilveren Victoriaanse vaas is de povere inzet van een gigantische strijd. Ook de president-directeur-generaal van de ballpoint-industrie BIC die reeds een overwinning op de Amerika nen heeft geboekt door zijn concurrent Waterman in te palmen schijnt in deze race geschiedenis te willen maken. Met zijn compagnon Roger Laforest heeft hij niet alleen zijn gehele zeil passie ii. de strijd geworpen, maar ook zijn fortuin. In 1967, lang voordat de Amerikanen een nieuwe aanval van de Australiërs te verduren kregen, installeerde hij zich te Newport (Rhode Island), waar de wedstrijd over een parcours van 25,3 mijl wordt verzeild om vier van de ze ven manches. Na afloop van deze ontmoeting kocht hij er de Sovereign, de Constellation en de Kurewa, alle drie twaalfmeters, die aan de wedstrijd hadden deelgenomen of ervoor waren gereedgemaakt. Hij nam ze mee naar Frankrijk, voor de scheepsbouwer André Mauric, met de opdracht een schip te ontwerpen en te bouwen, dat deze drie wedstrijdrot- ten zou kunnen verslaan. Voor de con structie van deze eerste Franse twaalf meter liet hij een werf bouwen te Por- tarlier en verkreeg hij de medewerking van het laboratorium van het Franse instituut voor de ruimtevaart. Met scheppen werd het geld gegooid in deze Franse uitdaging aar. Amerika. „Al maandenlang houden wij de reke ningen niet meer bij", onthulde Serge Ferrari, de man die opdracht kreeg om de zeilen te vervaardigen en die als eerste de door baron Bic opgelegde zwijgplicht verbrak. „Alleen voor het vervaardigen van zeilen is de begroting al vertienvoudigd". Het is moeilijk zich voor te stellen, welke problemen wij hebben moeten oplossen om een kwaliteit te krijgen, die gelijkwaardig is aan de Amerikaan se Hood-zeilen. Om twee of drie basis kwaliteiten te vinden, hebben wij 27 verschillende grootzeilen moeten ver vaardigen. Onze research daarnaar heeft drie jaar geduurd en tien inge nieurs hebben eraan gewerkt. We hebben daarop onze machines moeten ombouwen en in Duitsland een speciaal garen moeten laten spinnen, dat in Frankrijk onvindbaar was. Hier voor hebben wij de toestemming moe ten krijgen van de New York Yacht Club. Het reglement schrijft namelijk voor, dat het schip volledig in en met materialen uit het uitdagende land ver vaardigd dient te zijn". De spinnakers zijn duizena uur lang beproefd in de windtunnel van de vliegtuig-industrie Sudaviation waar ook de mast van titaan werd vervaar digd. Toen het geheel vrijwel gereed was, heeft baron Bic Pierre Delfour in dienst genomen. Deze Canadees heeft een grote ervaring op het gebied van de Amerika Cup. Deze liet de boot, die inmiddels met de hier gebruikelijke naam France ge doopt was, naar de baai van Quiberon, in het zuiden van Bretagne, overbren gen, waar zij meteen een fikse neder laag te incasseren kreeg tegen de Con stellation. Want drie bemanningen wa ren inmiddels in de afgelopen drie jaar gevormd op de Middellandse zee in de uit Amerika meegebrachte twaalfme ters. De drie stuurlieden van deze beman ningen zijn de Zwitser Louis Noverraz, de Fransman Jean-Marie le Gillou en de Canadees Pierre Delfour. Alles was daarmee klaar voor de uitdaging. Omdat de Australiërs na hun nederlaag in 1967 meteen revanche hadden gevraagd had den deze echter de voorkeur. Daarom werd met alle partijen overeengekomen, dat de Fransen en de Australiërs op 21 augustus een serie van zeven selectie wedstrijden zouden zeilen en dat de winnaar daarvan op 18 september zal uitkomen tegen Amerika. De France is ingescheept met de Con stellation en de Zwitserse twaalfmeter Chancegger. als sparring partners, naar New York. Baron Bic volgde per vlieg tuig met 55 man personeel en beman ningsleden Te Newport heeft hij een meisjesin ternaat gehuurd, dat zal worden omge zet in een Frans dorp Daar wordt de laatste hand gelegd aan de zeilen, aan de boot en aan de bemanningen. Juist achter dit laatse punt staat het grootste vraagteken. Want hoeveel geld men ook aan de boot en haar uitrusting besteed heeft, de kansen op een over winning liggen in de handen van één man. Hij is het, die in fracties van se conden zal moeten beslissen over de be wegingen van de zeilen en over de te volgen koers. Hij dient in dezelfde se conde gehoorzaamd te worden, door een streng gedisciplineerde bemanning. De minste aarzeling, de geringste bereke- ningsfout wordt afgestraft met een nederlaag. Zo iemand meet een natuurlijk over wicht op de bemanning bezitten, een schipper te zijn in ware zin van het woord. Deze mist baron Bic echter en daarom zal ook voor hem de America Cup vooralsnog buiten bereik blijven. Ondanks al zijn geld en al zijn goede wil. Tenslotte liep dus voor de prijs van 20.000 dollar een jacht van stapel, dat zijn doopnaam „America" zou schenken aan een der vermaardste prijzen, die er nu in de wedstrijdsport bestaan. In juni van het jaar 1851 stak de „America" de Atlantische Oceaan over en toevallig kreeg ze al gauw de gele genheid te bewijzen wat ze waard was. Nabij de Engelse kust ontmoette het het Engelse jacht „Laverock", een der snelste zeiljachten dachten de Engel sen van die tijd. In die dagen ging men niet zo gauw een wedstrijd aan, als er niets te ver dienen viel, maar bij deze ontmoeting overwon de sportiviteit het van de za kelijkheid en er ontspon zich een strijd, die tenslotte glansrijk door de „Ameri ca" werd gewonnen. Dat was in die tijd, toen het ..Britannia rules the waves" nog geen illusie was, vooi d^ Engelsen een geduchte koude douche. Voor de „America" was die overwin ning toch niet onverdeeld gunstig. We kenlang lag ze op de Cowes voor anker, want er was niemand, die het durfde uitdagen. Tenslotte nodigde het Royal Yacht Squadron, de oudste en bekendste En gelse jachtclub, de „America" uit deel te nemen aan een wedstrijd rondom het eiland Wight. De inschrijving stond open voor alle landen van de wereld en er waren geen beperkingen. Als prijs werd een beker beschikbaar gesteld, de Hundred Guinea Cup. De „America" nam de uitdaging aan, hoewel ze vanwege de onbekendheid met het vaarwater onbekende en verraderlijke stomingen, afwijkende windrichtingen en getij-stromen in feite voortdurend met een handicap zou zeilen. Op 22 augustus 1851 lagen 17 schepen voor de start voor anker. De afmetin gen varieerden van ongeveer 50 tot 400 ton. De „America" lag hier wat grootte betreft dus net tussenin. Bij het start schot zat het de Amerikanen al direct niet mee. want ze hadden moeilijkhe den met het hieuwen van het anker. Al gauw liep het hele veld ver it. Toen men echter de moeilijkheden met het anker geklaard had, bleek al snel de superioriteit van de „America". On weerstaanbaar liep het schip op al zijn tegenstanders in en al kreeg het het op het laatste gedeelte nog even te kwaad met de wind, tenslotte ging het met rui me voorsprong over de eindstreep. Ko ningin Victoria, die als toeschouwster aanwezig was, vroeg een van haar begeleiders waar de Engelse jachten bleven. Toen ze ten antwoord kreeg, dat de „AWrica" kennelijk het enige deel nemende jacht was, sprak ze de histori sche woorden: „Her majesty is not amused". Hoe het ook zij, de beker was in Amerikaanse handen! In 1857 schonken de eigenaars de be ker aan de NYYC en werd bepaald, dat ze zou dienen als een „eeuwig durende wisselbeker". Hij kreeg de naam „Ame rica Cup", naar het jacht, dat hem voor het eerst veroverd had. Teven, stelde men enige voorwaarden, waaraan moest worden voldaan om te mogen uitdagen. De overwinning van de „America" heeft het tijdperk ingeluid van een ver woede strijd. Letterlijk miljoenen dol lars en ponden zijn sinds die tijd be steed aan het uitdenken, het ontwerpen, testen en bouwen van de geweldige jachten, die bestemd waren om het be zit van r beker te realiseren. Verscheidene van deze jachten beho ren tot de meest grandioze scht^pingen. Bijvoorbeeld de beroemde „Shamrock" van theekoning Lipton, de „Reliance", het grootste jacht, dat (in 1905) de Cup verdedigde, de geniale schepping van de beroemdste aller jachtontwerpers, Ni cholson, die de „Endeavour" ontwierp. Dit jacht is om meer dan één reden be langrijk. Het was een jacht van de zgn. „J-klasse", De maximum wedstrijd- maat, die werd ingevoerd toen de kos ten voor de jachten tot waarlijk astro nomische hoogten stegen. Ioewel het er niet in slaagde de Cup te winnen, was men het er toch in het algemeen over ee..3, dat dit niet lag aan het jacht, maar aan de bemanning. De afmetin gen waren: lengte over alles 39,17 m, een waterverplaatsing van 145 ton en een zeiloppervlak van 700 m2. De „En deavour" was het laatste „America Cup"-jacht dat werd ontworpen zonder computer. Bij deze korte opsomming hoort ook thuis het Amerikaanse jacht „Ranger", dat vlak voor de tweede we reldoorlog de Cup op overtuigende wij ze verdedigde. Bij het ontwerp was veelvuldig van de computer gebruik ge maakt. Over het algemeen wordt aan genomen, dat de „Ranger" het snelste zeiljacht is geweest, dat ooit de zeeën heeft bevaren. Na de oorlog zijn de bepalingen enigszins gewijzigd. De voornaamste wijziging was, dat niet meer gezeild zou worden in de J-klasse, maar in de 12- meter-klasse (dit heeft niets te maken met de lengte van de boot, maar is de uitkomst van een formule). De reden was uiteraard, dat de reusachtige jach ten van voor de oorlog eenvoudig niet meer te betalen waren. Niettemin, een „gewone" twaalf-me ter kost toch gauw een 800.000. Wil men een kans maken in de race om „The Cup", dan is dit nog maar een fractie van het bedrag, dat noodzake lijk is, Proefnemingen, proefmodellen, het benutten van de beste materia len en de beste mensen, die er op zeil- gebied te vinden zijn maken, dat de to tale kisten een 10 15 miljoen gulden kunnen bedragen! In de 119 jaar, dat de titanenstrijd al woedt, zijn er 18 uitdagingen geweest, waarvan 14 door Engeland, 2 door Ca nada en 2 door Australië. Maar tot nu toe is niemand erin geslaagd de Ameri kanen de beker te ontfutselen. Ook dit jaar zal er een poging worden ondernomen. Nadat tussen Australiër» en Fransen is uitgemaakt wie van bei de het snelste is, zal medio september het zeegebied van de „Long Islands Sounds" bij Amerika opnieuw het to neel zijn van een waarlijk grandioos spektakelstuk. In feite evenwel twijfelt niemand er aan, dat de Amerikanen ook ditmaal weer met de eer zullen gaan strijken. FRANS MAHNVINDT WINTER TRAINING VOOR RENNERS NOODZAAK Onder het keurige kreukvrije kostuum, dat voor hem met het oog op talrijke besprekingen tot dagelijks tenue is geworden, draagt Frans Mahn (36) op de brede blote borst een kettinkje met een gouden medaille Herinnering aan zijn laatste nationale sprinttitel (1967) en een symbool voor zijn nauwe relatie tot de wielersport. Als gediplomeerd sportleraar in Hoofddorpse gemeentedienst nam hij afscheid van het ambtelijke bestaan en tekende een contract, dat hem per 1 januari 1970 tot eerste baantrainer in vaste loondienst van de Koninklijke Nederlandse Wiel- ren Unie maakte. In oktober echter begon hij al met de uitvoering van een origineel werkpro gramma en nu zegt hij vol overtuiging: „De mogelijkheden en de medewerking zijn zo gunstig, dat ik gelóóf in het scheppen van een ideaal klimaat. Het betekent, dat ik de enig*, schuldige zal zijn als het allemaal niet lukt". Frans Mahn topjaar als wielrenner in 1956, toen hij twee nationale titels en een wereldkampioenschap veroverde had op achttien weekeinden zijn bijna vijftig geselecteerde weg- en baanren ners in het Zeister Sportcentrum bijeen waar tot zondagmiddag wordt getraind en gepraat. Voorlopige conclusie: „Wat het op peil houden van de conditie be treft is die wintertraining, die voor de meesten grotendeels nieuw was, pure noodzaak. Meestal liep de vorr.. van toprenners in de winter bedenkelijk terug en bo vendien is het gedeelte boven cL heu pen bij een coureur een onderontwik keld gebied. Als je lichamelijk sterker wordt ga je beter fietsen. Dat staat voor mij vast. Trouwens vrijwel alle wielrenners in Oost-Europa en Scandi navië trainer allang in de winter. De deskundigen zijn van het nut overtuigd en daarom ook raakt de kritiek van en kelingen mij niet. Daarnaast is het persoonlijke contact van enorme waarde. Meestal zien de mensen elkaar bijvoorbeeld dagelijks urenlang op kantoor, maar kennen ze elkaar nog maar zeer oppervlakkig. Tijdens die trainingsbijeenkomsten le ren ze elkaar waarderen en zodoende ontstaat er al een veel beter klimaat. Neem Fedor den Hertog, die wat meer op de baan wil gaan doen. Er wordt al tijd beweerd, dat het zo'n moeilijke jon gen is, maar daar ben ik nog niet zo van overtuigd. Om een voorbeeld te noemen. We za ten in Zeist op een gegeven moment te praten over een of andere technische kwestie. Opeens wil Den Hertog er iets over zeggen en ik geef hem de gelegen heid. Wat gebeurde er? Hij kwam voor het schoolbord staan en hij hield voor zo'n veertig man een glashelder colle ge. Het vergroten van de technische ken nis en de verdere vorming van de per soonlijkheid neemt naast de conditie trainingen in Zeist een belangrijke plaats in. Frans Mahn laat zijn renners bij' toer beurt in het openbaar vijf minuten praten over een willekeurig onderwerp Hij drukt hen met de neus oj. de feiten en zorgt voor toelichting door deskundi gen. Zo kweekt hij begrip voor de waarde en de kosten van medi sche begeleiding, leert hij zijn renners hoe te handelen na het oplopen van blessures. Zijn ervaring: „Je staat er sc ver steld van, hoe gering de kennis is op het gebied van allerhande detailkwes ties en daarnaast is het me opgevallen, dat die knapen over bepaalde onder werpen veel dieper hebben doorg<'dach' dan je voor mogelijk had gehouden". De leerg;crige /ielercoaeh „lezen en blijven lezen van allerlei geschrif ten, zodat je steeds meer kennis kunt overdragen" heeft zich ook verdiept in de problematiek rondom de sociale begeleiding, die in de wielersport niet altijd even vlekkeloos genoemd kan worden. Heet hangijzer: de loonderving, ving. Mahn: „Voor heel moeilijl g' vallen is er wel een potje waaruit geput kan worden. Twee renners hebben we al steun kunnen toezeggen. Heel belang rijk want de baansport zal naar mijn overtuiging een grotere bloei gaan bele ven. En talent is er genoeg. Startgele genheid komt er steeds meer. Ga maar na: straks kunnen we terecht in Am sterdam, Schiedam, Helmond, Utrecht, Nijmegen, Alkmaar, Hilversum, Apel doorn en in de buurt van Steenwijk". „We gaan weer met de sponsors pra ten ovei aantrekkelijke premies en voorwaarden voor de renners, die de baan op willen. Bovendien komt er in Den Haag ten prachtige wielerbaan, die we in overleg met de initiatiefnemers willen laten overkappen. Dat hebben we afgekeken van de Tsjechen, die tij dens de wereldkampioenschappen voor amateurs dit jaar publiek en renners nooit teleur behoefden te stellen. On danks de regen konden de wedstrijden altijd doorgaan, omdat er boven tribu nes en baan een overkapping was. Die kant willen we ook op. Wij stellen ons bij de KNWU zo langzamerhand op het standpunt, dat er met de bouw van nieuwe banen beter vijf jaar gewacht kan worden als je moet kiezen tussen een open baan waarmee onmiddellijk kan worden begonnen of een gedeelte lijk overdekte baan." Ambitieuze Frans Mahn, boordevol plannen, heeft schouderophalend ver nomen van de kritiek die sommigen hebben geuit. Deze wantrouwende toe kijkers baseerden op geringe interesse van enkele toprenners de overtuiging, dat de nieuwe coach op de verkeerde weg is. Frans Mahn: „Twee geselecteerden van de zogenaamde oude garde doen niet meer mee in Zeist. Frans van de Ruit, die na een gesprek tussen weg- coach Joop Middelink en de ouders van Van de Ruit de eerste twee weekends naar Zeist kwam, bleek er geen zin meer in te hebben. En Wim Koopman heeft al een hele tijd niets meer van zich iaten horen. Hij geeft ook geen antwoord op brieven, die ik hem heb geschreven. Ik beschouw het niet als een ramp als dergelijke jongens, die blijk geven niet zo erg veel voor hun sport over te hebben, niet meer in de selectiegroep zitten." ■Vrfv. ■'■Zv-/

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1970 | | pagina 19