Ooievaars - op lange trektocht - foerageerden in t Gelderse Luchtfotografie speurt tot in kleinste details 1 Het dorpje Hierden kreeg dezer da- gen plotseling negen nieuwe bewo ners, ooievaars, die eerst in de wei landen verbleven en tegen zeven uur des avonds kinderbedtijd! en kele daken en televisie-antennes uit zochten om er de nacht op door te brengen. Het gerucht verspreidde zich als een lopend vuurtje door en buiten de Gelderse buurtschap. Vrienden en geburen en vooral kin deren kwamen naar de grote vogels kijken. Ja vooral veel kinderen zul len deze ooievaars wel voor het eerst in hun leven hebben gezien. Vreemd, dat de ooievaars, die vooral als kin derbrengers vermaardheid genieten, bij de hedendaagse jeugd haast al leen van de plaatjes of uit dierentui nen bekend zijn! De ooievaars bleven tot in de mid dag in de weiden, groepsgewijs rond stappend en hun hap-slik bewegin gen betvezen, dat ze nog wel wat van hun gading vonden. Sprinkhanen misschien, of kevers, een enkele muis of achter de mollen aan. Kik kers, waarmee ze volgens zeggen hun maal zouden moeten doen, vor men maar een deel van hun menu. Later gingen ze opnieuw op de wieken en bereikten het nabijgelegen Hulshorst, waar ze de school en kerk vreedzaam bezetten. Tegen de avond, toen de belangstelling wat te groot werd, weken ze opnieuw uit naar huizen en TV-antennes, natuurlijk on der grote belangstelling van alle be woners en passanten. Acht van de negen waren jonge vogels, kenbaar aan de zwarte ge deelten op de rode snavels en de nog niet geheel rode poten. Het ne gende exemplaar was uitgekleurd en dus volwassen en dit droeg boven dien een ring. I~)e ooievaars waren stellig op de trek. Ontegenzeggelijk is de voor hen liggende reis naar Afrika nog lang en vol barricades: de hoog spanning sleidingen, de schietgrage geweerdragers van de zuidelijke lan den, de weersgesteldheid, de even tueel vergiftigde prooidieren, die zij onderweg of op hun eindbestem ming kunnen tegenkomen en dan wacht hun in het voorjaar dezelfde reis weer terug. Geen wonder, dat hun aantal achteruit gaat! Het ooievaarsbestand in Nederland is sterk achteruit gegaan. Het is eigenlijk een maatstaf voor geheel West-Europa. Net voor de tweede wereldoorlog telde Nederland nog 316 bewoonde nesten. In 1969 was dit aantal gedaald tot 19 broedparen met slechts 31 uitgevlogen jongen tegen 823 in 1939! In Zwitserland. Engeland, Italië en West-Frankrijk broeden geen ooievaars meer. In Denemarken en België is het ook reeds tot enkele paren geslonken. YVIat te doen aan de teruggang van deze toch wel echt Nederlandse vogel, die eigenlijk niet meer weg te denken scheen van onze weilan den, stappend achter de boer, als deze aan het maaien of ploegen was Er wordt een poging gedaan, naar Zwitsers voorbeeld, een opfokfarm voor ooievaars in te richten. Dat gebeurt in Groot-Ammers in de Alblasserwaard. Het is een proef op langere termijn, dc\ar immers de dit jaar geboren vogels pas over vier jaar geslachtsrijp zullen zijn. Zo doet de mens krampachtig pogingen de ooievaar voor de fauna te behouden. Luchtfotografie, door militairen gebruikt, is thans zó geperfectioneerd dat vrijwel niets meer verborgen kan blijven. Links een RB-47 een mid delgroot verkenningsvliegtuig van dt Amerikaanse Luchtmacht, die een bemanning heeft van drie koppen en uitgerust is met een hele serie ca mera's. Vliegend op een hoogte van 12.000 meter kan dit toestel, dat in middels, naar men zegt, al weer verouderdis, in drie uur een ge bied van 2.500.000 vierkante kilo meter fotograferen (70 maal Neder land!) De hoogte waarop de verkennings vliegtuigen opereren, doet met de moderne apparatuur eigenlijk al wei nig meer ter zake ook niet de meiheid waarmee de toestellen over le te fotograferen objecten razen. Dat laatste wordt duidelijk ge maakt door de foto's rechts. De gro te plaat werd genomen uit een vlieg tuig dat met een snelheid van 840 kilometer per uur op een hoogte van slechts 20 meter boven de grond vloog. Ondanks de grote snelheid en de geringe hoogte was de foto haar scherp zó scherp zelfs, dat een de tail van de plaat zóver kan worden uitvergroot, dat de klinknagels in de vleugels van het gefotografeerde toes tel nog kunnen worden geteld. De Amerikaanse luchtmacht heeft eens om het grote belang van de luchtfotografie te illustreren een zeer populair voorbeeld gegeven van de mogelijkheden. Er vliegt een ver kenningstoestel op 12.000 meter hoogte boven een stad en fotogra feert op filmband. Een analyse van de foto maakt het mogelijk een berg van gegevens te verzamelen van bij voorbeeld een gezinnetje in een van de duizenden achtertuintjes in die stad. Het heeft natuurlijk geen prakti sche waarde om van dat gezinnetje te weten te komen of zij telefoon hebben, riolering en of zinkput, of zij hun gras maaien met een machi ne of met de hand, of hoe oud hun huis ongeveer is, maar het illustreert wèl, wat de luchtfoto-camera kan ontdekken, niet alleen wat boven de grond staat, maar ook wat er onder ligt. Met speciaal filmmateriaal (met zeer gedifferentieerde gevoeligheden) kan de luchtcamera, ongeacht op wel ke hoogte zelfs ontdekken uit welke soorten materiaal bepaalde gefoto grafeerde objecten bestaan en welke temperaturen er van die objecten uit stralen. Op grond van de bijna onuitput telijke mogelijkheden in de luchtfo tografie heeft president Eisenhower indertijd de Russen voorgesteld dat Amerika en Rusland eikaars grond gebied zouden moeten kunnen foto graferen om de wereld te overtuigen van de goede wil tot vrede en de controle op de ontwapening. Maar het is er nooit van gekomen. - t •*-

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1970 | | pagina 13