van verKlanng tot verplichting
ook volKsiepOoliek china in de vn
i vteld of feea wenafe
"■'nu****
owrwc
geschenk voor 25-jarige v
e wereldorganisatie
Heeft de kerk recht van spreken? j
Deze
dwarse
pagina
ik dring er bij regering en parlement op aan hij/zij dringt er op aan wij dringen er op aan ik dring er bij regering en parlem
L"--/
ïffliM
Waasln. in M Ktpiloc
Opgedragen aan Dorothee Sölle
ter inleiding van de Vredesweek
Dat deze wekelijkse pagina ge
wijd aan het geestelijk leven van
daag dwars ligt heeft een techni
sche reden, dat wel. Maar tegelijk
is het een stuk symboliek als het
gaat over het IKV, het Interkerkelijk
Beraad inzake Vredesvraagstukken,
en als het gaat over de Vredesweek
dan bekruipt velen het gevoel: daar
heb je die dwarsliggers weer, die
heethoofdige idealisten die vechten
voor een zaak die toch niet te win
nen is! en die altijd allerlei plannen
komen aano'ragen die toch niet te
verwezenlijken zijn
Maar eerst over die technische
reden. Morgen is het Vredeszon-
dag. begin van de Vredesweek die
het IKV nu voor het vierde achter
eenvolgende jaar organiseert. Met
een duidelijke bedoeling: de mens
en dan speciaal de kerkmens, met
de neus op de harde feiten van
on-vrede en ongerechtigheid te
drukken. Feiten die ieder welme
nend mens tot ongerustheid moeten
brengen en die speciaal de chris
ten tot actie moeten brengen die
het als hun opdracht zien in deze
wereld iets te verwezenlijken van
de vrede en de gerechtigheid waar
over Gods Woord spreekt.
Om dat doel te bereiken worden
acties gevoerd, landelijk maar voor
al ook plaatselijk, en deze acties
worden gesteund door o.a. de Vre-
deskrant die in een oplage van
600.000 tot 900.000 exemplaren
wordt verspreid. In die Vredeskrant
vindt men heel precies aangegeven
waarover het gaat en wat het IKV
wil en die concrete punten hebben
*e in hun geheel hiernaast overge
nomen. Op precies dezelfde wijze
ils de Vredeskrant die heeft afge
drukt en daar was het „dwarslig
gen' van deze pagina voor noodza
kelijk Het leek ons de duidelijkste
wijze om het doel van het IKV on
der ieders aandacht te brengen
Dat dat doel de aandacht waard
is zal niemand ontkennen: het stre
den naar vrede en naar gerechtig-
ieid kan niemand onverschillig la
ten. Waarmee niet gezegd is dat de
methode de manier waarop het
doel wordt nagestreefd, daarmee
ook onverkort ieders instemming
moet hebben en daarmee zijn we
bij het ..dwarsliggen" van deze pa
gina als symbool. Zie het als een
bewijs dat wij het ook ditmaal
moeilijk hebben met veel van wat
de Vredesweek-organisatoren ons
hebben voo^oeschoteld.
Voornaamste thema van deze
Vredesweek '70 is het „Verenig de
Naties' dat met grote rode letters
op de voorpagina van de Vredes
krant is afgedrukt, dit naar aanlei
ding van het 25-jarig bestaan der
Verenigde Naties. Een bijzonder
goed thema want het dienen van de
wereldvrede kan nauwelijks beter
gerealiseerd worden dan door het
sterk maken van de UNO. En als
deze volkeren meer en beter naar
deze UNO zouden willen luisteren
dan zou de wereld er anders, beter
uitzien dan nu het geval is. Maar of
dat doel gediend wordt met de ei
sen die het IKV stelt is een open
vraag. Ongetwijfeld zal het toelaten
van bij voorbeeld rood-China en de
beide Duitslanden tot de VN de ge-
spreksmogelijkheden vergroten
maar de kans op besluitvaardigheid
en doelmatigheid in optreden wordt
ar even 7*Heiner door
Hetzelfde kan gezegd worden van
iet tweede hoofdrhema: de actie X
- Y voor ontwikkelingssamen wei
king Ook hier is tegen het ideaal
niets in te brengen want natuurlijk
zijn wij als schepselen Gods mede-
verwantwoordelijk voor elkaar
Maar of de weg waarlangs men dit
wil afdwingen de juiste is we zijn
er niet van overtuigd.
En daarmee zijn we dan bij de
altijd weer terugkerende vraarj
nebben de kerken geen andere, be
er* boodschap dan deze politieke
nraktijKoplossingen. Daarover hier-
aast vife.v.
op je recnieij^&staan
e naties
op korte termijn de verdragen op de
rechten van de mens. die al lang door
de VN zijn aanvaard, parlementair te
bekrachtigen
•Als gemeenschappelijk door alle volkeren en
alle naties te bereiken ideaal' is nu al 22 jaar
geleden, om precies te zijn 10 december 1948,
de bekende universele verklaring van de rech
ten van de mens' door de verenigde naties
aanvaard Alle mensen worden vrij en gelijk
in waardigheid en rechten geboren, zegt deze
verklaring. Een ieder, zonder enig onderscheid
van welke aard ook. zoals ras. kleur, geslacht,
taal, godsdienst, politieke of andere overtui
ging, nationale of maatschappelijke afkomst,
eigendom, geboorte of andere status, heeft
recht op leven, vrijheid, arbeid en op een le
vensstandaard die hoog genoeg is voor de ge
zondheid van zichzelf en zijn gezin.
Een van de laatste artikelen aegt er dan nog
bij dat een ieder recht heeft 'op het bestaan
van een zodanige maatschappelijke en inter
nationale orde, dat daarin de rechten en vrij
heden uit deze verklaring ten volle kunnen
worden verwezenlijkt.' (art. 28)
Een 'verklaring' dus. Een te bereiken ideaal.
Maar ook: récht op zo'n ordening en organi
satie, dat er ook werkelijk iets van die rechten
terecht kan komen. Dat ze niet louter verkla
ring en ideaal blijven, maar verplichting en
werkelijkheid worden. Sinds 1948 is er dan ook
getracht op basis van de universele verklaring
een aantal verdragen te ontwerpen die ons tot
meer verplichten dan de universele verklaring
zelf. Zo is er een 'verdrag op de burgerlijke en
politieke vrijheden' en een 'verdrag op de so
ciale, ekonomische en kulturele rechten' op
gesteld. Ook een 'verdrag tot uitbanning van
alle vormen van rassendiskriminatie'. Die ver
dragen treden pas in werking als een bepaald
aantal landen deze hebben goedgekeurd via
hun eigen nationale procedures. In ons land
betekent dat: na parlementaire goedkeuring te
bekrachtigen. Maar ook Nederland heeft het
er tot nu toe bij laten zitten. De genoemde
verdragen zijn door ons nog niet 'geratifi
ceerd', zoals dat heet. Daarmee bebbtti we tot
nu toe een kans verzuimd om de universele
verklaring tot verplichting te maken. Daarom
is dat het eerste punt van de grote vredesweek-
petitie die in de VNinhoud' past:
regering en pari»
deze ve
laat onze
andere
komt
aan te
staande
van de 1
Al jarenlang is een vast agendapunt voor de
Algemene Vergadering van de Verenigde Na
ties: 'de vertegenwoordiging van China*. China
behoort tot de vijf grote mogendheden die
permanent lid zijn van de Veiligheidsraad. Die
Raad is in het bijzonder belast met de hand
having van vrede en veiligheid in de wereld.
Bij de oprichting van de Verenigde Naties
werd bepaald, dat de vijf grote mogendheden
niet alleen de vijf permanente (van de 11)
leden zouden zijn van de Veiligheidsraad,
maar dat ze in die Raad ook het veto-recht
zouden krijgen. China kreeg dat ook, tezamen
met de SowJ^^Mnai^Verenigde Staten.
Fr&nkrijk^^^^^^^^^^BkL Dat was het
China van Tsjong Kai Tsjak en dat hield op
te bestaan in 1949. Door de socialistische re
volutie kwam Mao Tse Toeng in China aan de
macht. Tsjang vluchtte met het restant van
zijn troepen naar het eiland Formosa (Tai
wan). Het grote Chinese kontinent werd de
Volksrepubliek China. Toch bleef China-Tai
wan lid van de Verenigde Naties en zelfs als
'grote mogendheid' permanent veto-lid van de
Veiligheidsraad.
Door die situatie zijn de nu al bijna 800 mil
joen Chinezen van de Volksrepubliek, het
grootste volk ter wereld, niet vertegenwoordigd
in de Verenigde Naties. Taiwan wil zijn 'rech
ten' en plaats niet opgeven en wordt daarin
met name zij het de laatste tijd minder
krachtig gesteund door de Verenigde Staten.
De laatste oefenen van oudsher sterke druk op
bondgenoten en vrienden uit om niet hun stem
uü te brengen ten gunste van een verandering
van de vertegenwoordiging van China. Het is
natuurlijk duidelijk dat de Verenigde Naties
geen echte wereldorganisatie zijn zolang de
Volksrepubliek China geen Md is en niet als
grote mogendheid de Veiligheidsraadzetel van
China-Taiwan overneemt.
Daarnaast mankeren ook de beide Duitslanden
(BRD en DDR), Vietnam en Korea's
Zwitserland heeft tot nu toe geweigerd lid te
worden. Daarom is punt 2 van onze petitie:
verenig alle naties.
|ËSRÉ^£3^
al het mogelijk te doen om alle naties
te verenigen in de VN. en dus te pleiten
voor de toetreding van de volksrepubliek
China, de beide Duitslanden. Zwitserland.
Vietnam. Noord- en Zuid-Korea.
uit de belastingen een geschenk van 25
miljoen gulden te geven aan de VN als
tegemoetkoming in de dekking van het
VN-tekort.
de vn uit de brand
500 miljoen gulden. Dat is een heel bedrag
voor partikuliere begrippen. Maar het is niet
zoveel als het lijkt wanneer we kijken naar de
nationale baten en lasten. Het gezamenlijke
inkomen van Nederland bedraagt bijna 100
miljard gulden. Daarvan is die 500 miljoen
dus maar 'n pet. Het is een bedrag dat even
groot is als dat, wat de brandweer van New
York per jaar uitgeeft om de New Yorkers uit
de brand te helpen. Maar. en daar gaat het
hier om, het is ook het bedrag waarmee de
organisatie van de Verenigde Naties geacht
wordt de wereld uit de brand te helpen.
Schandalig weinig dus. En erger nog is, dat de
VN op die begroting nog tekort komen ook
Door jarenlange konhibutieachterstond van
enkele leden, vooral ook door meningsverschil
len over de vraag wie de VN-politiekosten in
de Kor*o en op Cypres moest dragen, is er ti
tekort van rond 700 miljoen grilden ontstaan.
Jarenlang reeds wordt er, vooral door de
grootmachten, over dit tekort gezanikt. De een
vindt dat de ander het moet bijpassen of al
thans daarmee moet beginnen. Maar zoals va
ker: dus niemand begint. Met het gevolg dat
'de Verenigde Naties regelmatig met een lege
kas zitten, leningen moeten sluiten, in de
schulden komen en dat zelfs bankroet dreigt.
Enkele jaren geleden stelde de Algemene
Vergadering van de Verenigde Naties een "Spe
ciale Rekening' in. Alle lidstaten werden ver
zocht om, afgezien van de oorzaken van het
tekort (want daarover wordt men het toch
nooit eens,- op die
speciale rekening te swreH^irTotaal kwam
er zeventig miljoen gulden op binnen. De rest
mankeert nog steeds. Bij de zilveren feest vie-
ring is daarom een minimum geschenk: de
Verenigde Naties van hun tekort afhelpen.
Dat is het minimum, omdat het dan nog
steeds gaat om een jaarbegroting die niet gro
ter is dan die van de New-Yorkse brandweer, of
nog niet meer dan 'n Vi pet. van het nationale
inkomen van een landje als Nederland.
Het is daarom dat een van de aktiviteiten van
de vredesweek 1970 is: regering en parlement
te vragen een extra bijdrage van 25 miljoen
gulden op de Speciale Rekening te storten
voor de aanzuivering van het tekort. En allen
die belang stellen in het vredes- en ontwik
kelingswerk in de wereld wordt gevraagd in de
VN-velop hun persoonlijke bijdrage te stop
pen. Een geschenk voor de 25-jarige Verenigde
Naties
d^^Min de Ver
enigde nQjttes. Maar die nazm kfuikt resoluter
dan de wèrtcelijkhekl te ïn feite hebben deze
resoluties slechts de kracht
van een 'aanbeveling'.
Dit geldt per definitie voor de resoluties van
de algemene vergadering van de Verenigde
Naties Maar ook de Veiligheidsraad, die be
slissingen mag nemen, kaxx die beslissingen
meestal alleen maar als morele verplichting
aan zijn leden opleggen. En die 'verplichting
voelen die staten over het algemeen niet erg
Dat betekent natuurlijk ook dat de landen
vaak veel te gemakkelijk in de Verenigde Na
ties voor een bepaalde resolutie stemmen.
Het verplicht toch feitelijk tot niets.
Tot naleving van de aanbevelingen kan men
niet worden gedwongen, want daarvoor missen
de Verenigde Naties het gezag, de financiële
middelen en de macht.
Het is niet noodzakelijk om onmiddellijk te
denken aan een complete wereldregering met
bevoegdheden zoals nationale regeringen die
tot wet
hebben. Het kan zeker in de aanvang om in
stellingen gaan met zeer beperkte bevoegdhe
den, waaraan de staten toch een stukje van
hun eigen zeggenschap hebben overgedragen
Gedwongen door de fokten, op 'gezag' van de
feiten zou men kunnen zeggen.
Dat proces zullen we moeten varsnellen, door
op de terreinen waar dit nu noodzakelijk is,
konkrete stappen in die richting te zetten:
Dat kunnen we b.v. door van regering en par
lement te eisen, dat ze resoluties van de Ver
enigde Naties meer serieus gaan nemen. Dat
zou kunnen door zulke resoluties steeds zo
spoedig mogelijk in nederlandse bestuurs
maatregelen en wetgeving te vertalen. Als b.v.
de Verenigde Naties een resolutie aanvaarden
waarin de leden-landen zich verplichten 1 pet
van het nationale inkomen aan ontwikkelings
samenwerking te besteden, dan zou ons land
niet meer vrij moeten zijn om dat &1 of niet te
doen. Als nu regering en parlement zich zou
den verplichten om in de VN. aanvaarde reso
luties en uiteraard voor zover die ook voor
ons konsekwenties hebben in nationale
maatregelen om te zetten, dan zouden we een
interessante en 'voorbeeldige' stap zetten in de
richting van werkelijk gezag voor de Verenigde
Naties.
De wereld is te klein en de problemen van
onze wereld zijn te groot geworden voor 136
nationale souvereine staten. Laten we dat door
onze vredesweekpetitie (punt 3) duidelijk ma
ken.
1 Hii onderweri)t zich
van belangrijke resoluties die in de VN
mede door de nederlandse stem worden
aanvaard, de konsekwenties voor Nederland
in bestuurmaatregelen of in wetgeving te
verwerken.
Tussen de stroom van (dikwijls
uitstekende) documentatie waar
mee het Interkerkelijk Vredesbe
raad de Vredesweek begeleidt, vindt
men ditmaal ook het cahier voor
vredesstukken no. 6, dat als titel
draagt ..Geloof en politiek". Mei
daarin als centrale vraag zijn de
kerken, doende zoals zij nu doen
met een IKV. een Vredesweek, een
middels synodale uitspraken positie
kie/en zo nu en dan in politieke za
ken zijn zij op de goede weg
Of om het met de woorden van Ka
merlid C. F. Kleisterlec te zeggen
..Nauwelijks hebben de katholieken
zich ontworsteld aan de tijd waar
in de kerk allerlei bindende uitspra
ken deed over politiek of partijkeu
ze of langs heel andere weg zou die
kerk weer gaan proberen in de
praktische politiek binnen te drin
gen".
Ken gord rn eerlijk stuk wrrk. dit
40 pagina's tellende cahier. Men
vindt er de soms ontnuchterende be
nadering in van wetenschapsmen
sen: theologen, wijsgeren, polemolo
gen. sociologen, maar ook het harts
tochtelijke pleidooi van wijlen
Geert Ruygers die hoofdbestuurslid
was van het IKV en van Pax Chris-
ti. Men vindt er de aanklacht in van
de PSP-fractieleider in de Tweede
Kamer drs. H. Wiebenga die een
zwijgende kerk van verraad beticht
met daarnaast de mening van zijn
VVD-collega mr. W. J. Geertsema.
die ronduit stelt dat de kerk geen
standpunt met betrekking tot poli
tieke zaken kan en mag innemen.
En tussen dit alles vindt men dan
ook de bijdrage van drs. W. K. N.
Schmelzer. de KVP-fractieleider
en die steekt er naar ons gevoel met
kop en schouders bovenuit.
Als we uit deze bijdrage verder
gaan citeren doen we de andere
schrijvers te kort we zijn ons dat
bewust. Ons enig verweer kan zijn:
schaf u zelf dit Vredescahier aan en
u zult ér rijker door worden!
De draad in het betoog van drs.
Schmelzer is gemakkelijk te volgen:
hij analyseert wat de taak is van
de politiek, wat de taak is van de
kerk en geeft dan zijn conclusie: er
is en moet zijn een duidelijk onder
scheid tussen deze twee.
„De taak van de politiek, van de
staatkunde is zegt de heer
Schmelzer: het dienen van het alge
meen belang door op alle daarvoor
in aanmerking komende levenster
reinen bij te dragen tot het schep
pen van zodanige voorwaarden, dat
de mensen daardoor beter in staat
worden gesteld geluk te vinden en
hun medemensen gelukkiger te ma
ken. De taak van de politiek is dus
niet de mensen rechtstreeks geluk
kig te maken Totalitaire regimes
pretenderen wel eens dat zij daartoe
in staat zijn en zij trachten dan ook
alle levensterreinen ondergeschikt
te maken aan een centraal staats
doel, maar ik wijs deze ideologie
met overtuiging af"
Deze stelling nader uitwerkend
zegt drs. Schmelzer: „De motor voor
verbetering van onze wereldsamen
leving is de mens zelf. Schepsel van
God en doordoor, van welk ras ook,
van welke nationaliteit ook, van
welke levensbeschouwing ook en uit
welke maatschappelijke groepering
dan ook voortkomend, gelijkwaardig
aan aHe andere mensen. De mens.
geroepen tot het dragen van per
soonlijke verantwoordelijkheid, zo
wel voor een stuk eigen geluk als.
integraal daarmee verbonden, voor
het levensgeluk van zijn medebur
gers" .Hoe dat kan toont de heer
Schmelzer met enkele voorbeelden
aan daarnaast geeft hij dit voor
beeld dat naar zijn mening aantoont
dat de staatkunde, de politiek
slechts voorwaarden kan scheppen
die tot het verwerven van het le
vensgeluk der burgers kunnen bij
dragen. „Wij kunnen ontwikkelings
hulp geven zegt hij maar een
stijgende hoeveelheid zal moeten
voortkomen uit een gezonde eigen
economische groei in een meer aan
vaardbare internationale arbeidsver
deling; en de burgers in de onder
ontwikkelde landen zullen door ei
gen geestelijke inspanning die hulp
moeten opvangen en verwerken in
mogelijkheden om meer op eigen
benen te kunnen staan".
En nu dan de kerk. „Naar mijn
vaste overtuiging zegt de heer
Schmelzer is het de allereerste
taak der kerken om ons met de ten
dienste staande middelen te helpen
onze religiositeit te verdiepen, onze
visie op de schepping en op de be
stemming van de mens te verhelde
ren, bij te dragen tot het versterken
van onze morele krachten om opge
wassen te zijn tegen de uitdaging
die de problemen van de wereld
en dan denk ik zeker ook aan die
van de staatkunde voor ons bete
kenen. De allereerste taak ligt dus
in het geestelijk-religieuze Teven".
Moeten de kerken dan over poli
tieke zaken zwijgen? De heer
Schmelzer: „Willen de kerken ver
mijden dat hun allereerste taak kt
het gedrang komt en dat het ver
trouwen dat zij genieten wordt on
dermijnd, dan zullen zij, wanneer zij
zich uitspreken over vraagstukken
van overwegend staatkundige aard.
zich ófwel omtrent de werkelijke
feiten en omstandigheden met
hulp van leken uitermate nauwkeu
rig moeten informeren, ófwel hun
visie, hun richtlijnen zodanig alge
meen stellen dat de verantwoorde
lijke leken op deze terreinen hun ei
gen verantwoordelijkheid met hun
eigen inzet van krachten en hun ei
gen deskundigheid voldoende gere
specteerd weten".
En zijn conclusie. „Ik zou ener
zijds willen pleiten voor een duide
lijk onderscheid voor wat de eigen
verantwoordelijkheid van de kerke
lijke hiërarchie betreft en voor wat
de eigen verantwoordelijkheid van
de in de samenleving werkende le
ken betreft. Anderzijds is er alle
ruimte en wij zien die gelukkig
meer en meer benut voor intensi
vering van de contacten en de on
derlinge informatie met duidelijk
behoud van eigen verantwoordelijk
heid".
(Opgedragen aan Dorothee
Sölle)
Het afleggen van een
eind-examen bij een of ander
school voor lager,
middelbaar of hoger onderwijs
is eigenlijk
een vrees'lijk flauwe grap
vol schone schijn naar buiten
en inwendig zelfbedrog.
Goddank,
vaak onbeutust.
Het gaat kier meestal niet
om kunst tot waarlijk leven
voor de toekomst uit te stallen,
maar om
carrière.
positie,
status,
in een harde maatschappij
Men krijgt vooraf de tijd
om zich te prepareren
men pompt zich vol
als een ballon, die
uit elkaar moet barsten.
En op het vastgestelde uur
treedt dan de gladiator aan.
Hij onderwerpt zich aan de
proef,
nog onbekend van inhoud,
die maandenlang geleden
tot in de puntjes uitgewerkt
door mensen met verstand
van zulke schone zaken
voor hem werd uitgepaald.
Hier wordt hei onverwachte,
de fantasie,
de spontanieieil. - gebonden
aan gehoorzaamheid -
volledig uitgesloten.
Voor echte levenskunst is hier
geen plaats gereserveerd.
Daarom staat dit tournoot
ook naast het echte leven
De échte levenskunst
laat zich niet vooraf
naar regels
of in formules schikken.
In zulk een - niet gebouwde -
tóch bestaande school.
waarin het onverwachte,
de fantasie,
de spontaneïteit
op U wordt losgelaten
waarin hel onverwachte,
de fantasie,
de spontaneïteit
in l' wordt opgeroepen,
in zülk een school
het leven zélf -
daar leert ge levenskunst.
In deze school
bestaat geen eind-examen,
maar elke dag,
die U gegeven wordt
is het: opnieuw beginnen
zonder klaar te komen.
En van tevoren weet ge niet
aan wie U zich moet
onderwerpen
voor de proef
in fantasie
in spontaneïteit
gebonden aan gehoorzaamheid.
De i>ragen die U HIER krijgt
voorgelegd,
stijgen uit de situatie op
De situatie,
die niet vooraf wordt uitgelijnd.
De situatie
die zo maar komt
als de bekende dief
in de nog niet bekende nacht.
Hoe zult ge hier op reageren
In fantasie
In spontaneïteit?
En m gehoorzaamheid?
En dan nog bovendien
voor wie
DIJ wou ik even zeggen
Het is voor hem, die wan
zichzelven zegt,
dat hij zal komen
als de bekende dief
in de nog niet bekende nacht.
Om niet werd mij dit
ingegeven, zo in de nacht,
zo om een uur of drie
om niet.
Wie iveet nog wat dit is
in deze tijd van geld
en valse goden?
Wie moest de inhoud van die
woorden kennen
bij zijn eind-examen als basis
voor zijn verdere bestaan?
Om niet
wordt het U meegegeven
om niet
kunt gij het laten gaan
om niet.
ja
zeer nadrukkelijk
om niet.
Is dat niet gek?
H. Boerema