Hisako Nagashima uit Tokio adviseert: 'Yjette qeclr aearacj.en liiedi ina Mevrouw Pompidou „showt" in Rusland Franse mode Kindermishandeling blijft meestal onontdekt Maar eye-liner, oogschaduw en valse wimpers moeten wachten tot je 20 bent Onrust over het Duitse zondagsgeld Half jaar Vanaf veertien Excuses Tips Radio Capitol wordt niet vervolgd „Ons klimaat geen goed excuus VEERTIEN KOFFERS KLEREN MEE VERENIGING WIL PUBLIEK VOORLICHTEN Achterstand Hoog tijd Voorlichting Begeleiding Voorbeeld Grenzen „begin huidverzorging als te veertien bent" De kleine Hisako Nagashima is zo juist uit Tokio in Nederland aangeko men. En het eerste dat ze constateert is: «De mensen zien hier zo rood, ze hebben zoveel rode adertjes op de wangen. Misschien"*, zegt Hisako, „kunnen we daar iets aan doen"*. Wellicht vindt u het niet zo char mant van deze Japanse, om ons met een op onze couperose te wijzen, maar laat me het uitleggen. Hisako Nagashi ma heeft recht van spreken, want zij, met haar meterslange zwarte paarde- staart, staat aan het hoofd van acht duizend Japanse schoonheidsspecia listes. Dat zijn alle adviseuses van het Ja panse cosmeticahuis Shiseido, een van de grootste fabrikanten van cosmetica ter wereld. Gewoon, het huis dat vorig jaar een omzet haalde van dik aohthon- derdzevenendertig miljoen gulden, dank zij de drang naar huidverzorging van vrouwen in 33 landen. Haar nu Hisako, die in haar tweeën dertigste jaar is, maar eruit ziet als 25. Ze is voor een hall jaar naar Nederland gekomen om de Japanse produkten hier meer bekendheid te geven. Net zoals ze al heeft gedaan in Hongkong, in Singa pore en Bangkok, in heel Nieuw-Zee land en Canada en in New York, waar ze vier jaar lang schoonheidsadviezen gaf in het enorme warenhuis Macy's. Vanuit al die tijdelijke standplaatsen vliegt ze af en toe terug naar Tokio, om daar weer een en ander te regelen met de schema's en opleidingen van haar achtduizend schoonheidsspecialistes, die voornamelijk in Japan zelf opereren. „Vreemd eigenlijk, dat de Japanse vrouwen altijd de naam hebben zo'n mooie huid te bezitten", lacht Hisako die men zelfs in Japan aan de kleine kant vindt en daarom Chako (kleintje) wordt genoemd. „Kijk, ik zal nu even afzien van de commercie, maar iedere vrouw kan een huid hebben waarmee ze tevreden mag zijn. Dan moet ze, net zoals de meeste vrouwen in Japan, wel op haar veer tiende jaar al een beetje voorzorgs maatregelen gaan treffen". Hisako legt uit, dat zij en haar vrien dinnen op die leeftijd al een goede zeep gebruikten en een verzorgingscrème. „Maar geen valse wimpers, geen eye liner, geen oogschaduw", zegt Hisako. „Een meisje heeft zoiets tot haar twintigste jaar helemaal niet nodig", vindt ze, „die heeft genoeg schoonheid en jeugd van zichzelf. Na je twintigste kun je met allerlei hulpmiddelen ac centen gaan leggen en eventueel optre den mankementen wegmoffelen. Maar het belangrijkste is, dat je, vóórdat je daarmee begint, de basis hebt gelegd voor een gezonde, mooie huid". En dan wijst Hisako op onze coupe rose, de bij ons zoveel voorkomende ro de adertjes in het gezicht. „Hoeft alle maal niet", zegt ze, „je kunt deze ver schijnselen voorkomen door je gezichts huid goed te verzorgen en te bescher men, dat is de hele kwestie". Jawel, opper ik, maar u kent natuur lijk ons beroemde winterklimaat nog niet, met een hoop koude regen en wind die blauwe gezichten veroorzaakt. „Dat is een excuus dat ik overal hoor", is haar antwoord, „iedereen schuift de schuld van zijn vette, droge of schilferige huid altijd gauw op het klimaat. Dat is struisvogelpolitiek, wij kennen in Japan ook sneeuw en reuze vervelend koud weer. Ik vind, dat we geen enkel klimaat de schuld moeten geven van fouten in onze huid, we kunnen beter door een goede verzor ging die fouten zoveel mogelijk voor komen, of niet soms?" Tot slot nog een paar tips van Hisa ko, die niet meteen met veel geld ge paard gaan. Een beetje moeite, zegt ze, helpt soms beter dan de duurste pot lotion of crème (en Shiseido hééft du re). „Iedere dag vijf minuten je haren borstelen heeft een mooier effect op het haar dan wat ook", zegt ze. „En met •en tube verzorgingscrème voor over dag en iets om het gezicht 's avonds schoon te maken, kom je al een heel eind op weg naar een mooie huid. Maar je moet ze wel iedere dag toepassen, moeite doen en volhouden". AMSTERDAM De Amsterdamse officier van justitie, mr. J. F. Hartsui ker, heeft medegedeeld dat er geen ter men voor de justitie waren voor ingrij pen tegen het radioschip King David van Radio Capitol, dat in de Amster damse haven in het dok lag. Het radioschip is inmiddels uit de hoofdstad naar zee vertrokken. In op dracht van mr. Hartsuiker had de chef opsporing van de bijzondere radiodienst van de PTT maandag een onderzoek naar de zendapparatuur aan boord van het schip ingesteld. De King David, die een kleine 10 kw zender aan boord heeft, lag aanvanke lijk voor de Britse kust maar heeft la ter, wegens ernstige storingen, voor de Nederlandse kust een ligplaats gekozen. HISAKO HA- ASHIMA uit Ja pan: „Het is dom, als meisjes begin nen met valse wim pers en oogscha duw. Ik zeg altijd: leg die wimpers in de kast tot je twin tig bent en zorg liever goed voor je huid". Het was weer xo'n aardig verhaal uit het allerdaagse leven dat maar zelden in de krant komt daarom wil ik het u vooral niet onthouden. Al was dat nu niet zozeer de bedoeling van de vertelster, die er maar een bescheiden rol in speelde, maar er enorm veel plezier in had. Twee dagen lang kan men zich in haar woonplaats met een mens lievend doel ontdoen van al de overtollige textiel die zich in de loop der jaren op onze zolders pleegt op te tasten. In dozen, tn oude koffers en kisten. Want, nietwaar, het ligt daar niemand in de weg en vrijwel stofvrij. Als wij eens een heleboel tijd overhebben zullen wij toch eens nagaan wat er nog voor bruikbaars bij is. Om dat vervolgens in weer andere dozen en kisten over te pakken tot nader order., Met het lastig gevolg dat een niet meer modieuze jurk, te klein geworden kindergoed of te nauw geworden overhemden jaren liggen te wachten tot zich een gelegenheid voordoet om er iemand een plezier mee te doen. Maar dat werd langzamerhand een ouderwetse illusie. De vermaarat „nette gedragen kleding" slijt je niet meer aan de straatstenen, zo zei de eigenaar van een tweedehands winkel schouderophalend. Hoogstens aan een alleenwonend aow-ertje die nog wel eens een knap jasje wil hebben voor een schappelijk prijsje. Maar daar kan mijn schoorsteen niet van roken en ik moet ol dat spul nog maar motvrij houden ook. Het Leger des Heils zuchtte door de telefoon: One pakhuis is tot de nok toe volgestroomd, mevrouw. Er kan geen sok meer bij. En de voddenkoopman die in de schoonmaaktijd langs de huizen fietst om handel had hoogstens een kwartje of twee over voor een baal vol, die dan meteen naar het lompenpakhuis gaat. En dat is toch zonde van die knappe jurken en kinderjasjes, al dateren ze dan van twee modes terug. Maar niemand schijnt ze te willen aantrekken behalve de mensen aan het andere eind van de aardbol, of op zijn minst van ons continent. Zij hebben soms helemaal geen garderobe, of zijn alles kwijtgeraakt bij een aardbeving of een overstroming. Zij zijn nog niet zo modebewust, maar wel bibberig van de koude nachten onder een versleten deken in een tent. En dus bleef het textiel waar het was, op zijn. tijd gelucht en uitgeklopt tot een klein berichtje in da krant met een opgelucht: Aha! werd gelezen. De voddenrapers van Parijs in moderne versie houden zich nog steeds bezig met hun oude handwerk ten bate van anderen. En zo berichtte de Stichting Emmaüs-vrienden Nederland dat zij zich warm aanbevolen hield voor gedragen kleding, schoenen en niet te vergeten vodden. Dan denk je, verder lezend (waar gaat dat spul heen?): Beste jongens: overhemden, ondergoed en schoenen zijn in Malawië, Oeganda en Ghana stellig wel aan de man te bregen. Maar hoe breng je daar wollen jurken, truitjes en vestjes aan de vrouw Enfin, dat is hun zorg: alles waar geen verlet van is stoppen ze maar in de grote voddenzak en financieren daarmee allerlei nuttige pro jecten en medische teams en zendingen geneesmiddelen. Een leegstaande kerk die tot opslagplaats diende was groot genoeg om een verzameling te bergen waarmee je wel een vloot kon bevrachten. En dat was niet te optimistisch gedacht, in twee dagen, meer dan twintig uren lang, bleef het binnenstromen, met pakken, zakken, wasmanden en bagageruimten vol. En wie langzamerhand aan de naastenliefde van het mensdom begon te twijfelen kreeg daar geen kans toe. Want niet alleen was er overstelpend veel afgestaan, maar aan elk bruikbaar stuk was ook aandoenlijk veel zorg besteed. Torntjes waren gedicht, aangezet, kreukels weggestreken. Een zeer keurige huisvrouw, zag tot haar ontsteltenis haar koffer vol onbe rispelijk textiel op het stenen bordes leegstorten. Zij protesteerde zwakjes: daar had zij nu een middag en avond op staan strijken. Waarop de standwerkers der milddadigheid, die met het voorsorteren belast waren haar beleefd aan het verstand brachten dat zij zich die moeite had kunnen besparen. Alles, draag baar of afval, werd straks in balen geperst om als vrachtgoed zo weinig mogelijk ruimte in te nemen en zo de verzendkosten laag te houden. Het grote bordes, waar alles gedeponeerd werd, leverde een hartverwarmend en soms ook humoristisch schouwspel op. Waarom sleepten die aardige echtelieden aan een touw een heel tapijt en een tafelkleed de treden op? Ach, misschien kwam het toch wel te pas om een dorpshoofd in de binnenste binnenlanden een zekere status te verschaffen. En die dertien stralend witte bh's, die een andere mevrouw uit haar tas opdiepte, zullen ongetwijfeld dertien dames stukken beter staan dan ons, bleke dochters der kille noorderstranden. In elk geval, de zolderc zijn leeg en de ruimen vol, en mijn zegs vrouw kijkt vergenoegd naar haar lege dozen, waarmee zij misschien dichter bij huis iemand een genoegen kan doen. Er ontbreekt nog maar een ding aan haar voldoening: Zij zou zo graag willen zien hoe haar dierbare wollen spelderuitje, maat tweeënveertig een lieve negerdame staat. Dat die het in elk geval in gezondheid mag verslijten. SASKIA Mevrouw Claude Pompidou, echtge note van de president van Frankrijk, vergezelt haar man bij het officiële be zoek dat deze thans aan Rusland brengt. Mevrouw Pompidou neemt veertien koffers met kleren mee, ge vuld door zes Parijse modehuizen. Toen aan het einde van de zomer in Parijs de wintermode werd uitgebracht, legden enkele modeontwerpers een zeer nadrukkelijk accent op de Russische folklore. Wellicht deden de couturiers dit om zich de klandizie te winnen van mevrouw Claude Pompidou, de vrouw van de Franse president. Ze zal haar man begeleiden op het officiële bezoek, dat hij van 6 tot 13 oktober aan Ijtus- land brengt. Als dat zo is, dan hebben zij misge gokt. Claude Pompidou heeft de ver vaardiging van haar reistoiletten opge dragen aan zes mode-ontwerpers, die toen bepaald niet Russisch waren inge steld: Dior, Ted Lapidus, Cardin, Cha nel, Laroche en Révillon. Deze laatste is de bontspecialist in de wereld van de haute couture, die deswege zijn uiterst draagbare collectie dan ook enkele maanden later toonde dan de andere modehuizen. Nu zijn de andere modehuizen er be paald niet kapot van, dat zij niet mee mogen doen. Men staat nu eenmaal niet te dringen om in Rusland zijn modellen te tonen, omdat een eventueel succes te Moskou vrijwel nooit wordt gevolgd door een order, waarop men geruime tijd kan draaien. Als de modehuizen, die wel mee mo gen doen, desondanks tot op de bodem duiken van hun bron van inspiratie, dan hebben zij niet alleen hun eigen prestige, maar dat van de gehele Fran se haute couture op het oog. En ook een groot aantal bestellingen uit de di plomatieke wereld, of een contract uit Rusland, Japan of Amerika voor hun zogenaamde boutique-modellen, waarin vooral Lapidus, Cardin en Chanel sterk zijn. Wat zal Claude Pompidou op haar reis dragen? Telkens als men hierover iets te we ten wil komen, loopt men stuk op dat éne woordje: „Staatsgeheim". President Pompidou wil namelijk zelf de dag be palen, waarop dit geheim mag uitlek ken. In ieder geval zal er geen statig avondtoilet bij zijn, om de eenvoudige reden, dat in Rusland zelfs bij grote ontvangsten geen avondtoilet wordt ge dragen. Wel zal voor de eerste maal in de Franse geschiedenis de vrouw van de president zich in lange broek vertonen. Deze pantalons worden hoofdzakelijk geleverd door Ted Lapidus. De panta lons reiken tot onder de enkels, zijn recht en worden gedragen met bijpas sende eenvoudige mantel. Of wel korte pofbroeken van zwart laken, gedragen in laarzen, met bijpassend wit satijnen chemisier. De lengte die de presidentsvrouw zal dragen, wisselt naar gelang het mode huis: van even onder de knie (Chanel) tot op de enkels (Laroche en Chanel). De grote moeilijkheid voor de mode huizen was het kiezen van het mate riaal, waarvan de ensembles moeten worden samengesteld, gezien de tempe ratuurverschillen in Rusland. Voor No- vossibirsk rekent men op tien graden vorst. Voor Tachkent, drie dagen daar na, tien graden boven het vriespunt, en de volgende dag, te Samarkand, een lentetempera tuur van twintig graden. Daarom dient een derde deel van de ruim twintig toiletten, die zij in veer tien koffers meeneemt ingesteld te zijn op de winter, een derde deel op een kwakkeltemperatuur en een derde deel op het lenteweer. De Franse belastingbetaler is dit alles echter om het even. Die maakt zich geen zorgen meer, sedert het Elysée heeft laten weten, dat deze gehele uit zet door de modehuizen aan mevrouw Pompidou in bruikleen wordt afge staan. Daarmee is Claude Pompidou te vens de belangrijkste mannequin van deze modehuizen geworden en de grote ambassadrice van de Parijse haute cou ture ln het buitenland. Dit wordt een triest verhaal. Een verhaal over ten minste twaalfhonderd kinderen, die ieder jaar door hun ouders worden mishandeld of getreiterd. „Ten minste". Want deskundigen houden hardnekkig vol, dat het wérkelijke aantal gevallen van kindermishandeling in ons land veel groter is. Zty geloven, dat die twaalfhonderd gevallen die zU gemiddeld per jaar kunnen achterhalen, in feite niet meer uitmaken danv(jf procent van Alle kindermishandelingen ln ons land. Gemiddeld 120 van die twaalfhonderd mishandelde kinderen overleven hun ellende niet. Bovendien houden zo'n 192 kinderen er blijvend hersen letsel aan over. En deskundigen hebben berekend dat ongeveer zeventig procent van de kinderen, die de mishandelingen zonder lichamelijke gevolgen overleven, potentiële kandidaten zijn om later hun eigen kinderen óók te gaan mishande len. Er is nu een Vereniging tegen Kin dermishandeling opgericht. Die wil paal en perk gaan stellen aan de praktijken van veel ouders. Het is voor het eerst, dat er in ons land nu iets gedaan gaat worden aan dit stuk erbarmelijke so ciale achterstand. „Want" zegt voorzitster mevrouw B. Ras (oud-raadslid in Den Haag), „wan neer je in de krant over een geval van kindermishandeling leest, dan is dat kind al dood. Als je dan in die zaak gaat wroeten, dat blijkt dat zo'n kind vaak al meermalen in een ziekenhuis is geweest om behandeld te worden aan bij mishandelingen opgelopen verwon deringen. Niemand had toen enige arg waan. dat het kind thuis werd geslagen of gestompt". Praten met mevrouw Ras betekent: gestoord worden door de telefoon. Bin nen twee uur melden v;er mensen haar nieuwe gevallen van kindermishande ling. „Het wordt hoog tijd", zegt me vrouw Ras, „dat wij het publiek laten weten, dat er regelmatig kinderen wor den mishandeld. Ik ben ervan over tuigd, dat artsen, buren en familieleden méér gevallen van kindermishandeling tegenkomen, dan zij willen zeggen. Men is bang om die gevallen bekend te ma ken. Men wil zich niet met andermans zaken bemoeien. Die mensen zeggen: „Ik bemoei mij er niet mee" of „het is hun kind, niet het mijne". Zolang het publiek nog zó reageert zullen veel ou ders len." hun kinderen blijven mishande- De nieuw opgerichte vereniging wil het publiek over deze zaken gaan voor lichten. „Wij willen de hele bevolking mede verantwoordelijk stellen. Het zwijgen van het publiek moet worden doorbroken. Tot dat publiek horen ook leiders van kleuterscholen en van con sultatiebureaus: Mensen dus die veel met vooral weerloze kinderen tot vier jaar in aanraking komen. Die mensen moeten voorgelicht worden, zodat zij onmiddellijk argwanend worden, zodra een van de kinderen met blauwe plek ken of andere verwondingen van huis komt". De Vereniging tegen Kindermishan deling wil ook in alle kinderziekenhui zen van het land teams van deskundi gen instellen, die zich bezig gaan hou den met kindermishandelingen. Alle huisartsen in die plaatsen wil zij tege lijkertijd gaan voorlichten. Als zo'n arts dan een kind te behandelen krijgt, van wie hij vermoedt dat het Is mishandeld, dan moet hij dit kind kunnen doorstu ren naar het ziekenhuisteam, dat er voor zorgt dat het kind wordt opgeno men. „Als de ouders dan protesteren", zegt mevrouw Ras, „moeten wij de mo gelijkheid hebben om de Raad voor de Kinderbescherming in te schakelen". Ook wil de vereniging gaan streven naar gezinsbegeleiding. „Zou het nou zó gek zijn", vraagt mevrouw Ras zich af, „om mensen die willen gaan trouwen, in een speciale cursus een soort oplei ding te geven? De mensen plonsen maar in het huwelijk en krijgen maar kinderen, zonder dat zij er iets van af weten. Het gevolg is vaak dat de kin deren de dupe zijn van hun teleurstel lingen". Mevrouw Ras maakt zich niet alleen zorgen over kinderen, die door hun ou ders worden mishandeld (de „battered children", of „de gebeukte kinderen", zoals de Engelsen hen noemen). Zij gaat ook de strijd aanbinden met ou ders, die er een gewoonte van maken hun kinderen geestelijk te mishandelen (treiteren, achterstellen, uitschelden, bedriegen, opsuiten in donkere kasten enzovoort). „Dit komt veel meer voor dan licha melijke mishandelingen, maar je komt er nóg moeilijker achter", zegt zij. En zij noemt het voorbeeld van het vierja rige kind, dat door zijn moeder inge pompt krijgt dat hij ongewenst is, dat hij haar kind niet is en dat hij verwekt is door „een boze, donkere man". In 1957 promoveerde mevrouw mr. dr. B. Clemens-Schröner thans bestuurslid van de nieuwe vereniging op het onderwerp „Psychische kindermishan deling". Zij kwam toen tot de ontdek king, dat dit soort geestelijke mishan deling vooral voorkomt in betere mi lieus. In die gezinnen worden dergelij ke gevallen, volgens mevrouw Cle- mens-Schröner, nóg moeilijker ont dekt, omdat deze gezinnen vaak een grotere privésfeer hebben en beter be schermd zijn. Zij ontdekte ook, dat de geestelijke kindermishandelingen in de- pe gezinnen op den duur veelal over gaan in lichamelijke mishandelingen. „Maar", zegt mevrouw Ras, „de mis handelingen komen toch vooral voor in gezinnen, waar vader en moeder weinig geestelijke capaciteiten hebben". Blijft natuurlijk de vraag, wanneer een lichamelijke straf die de ouders hun kinderen soms geven, nog binnen de grenzen is. Is een pak voor de broek dan zó uit den boze? Wanneer is er sprake van mishandeling? Mevrouw Ras: „Zolang er nog autori taire gezinnen zijn, waar gezagsverhou dingen gelden, zullen de kindermishan delingen doorgaan. De mensen moeten niet denken, dat zij baas zijn over hun kinderen. Een kind slaan is: de baas spelen. Maar ik geef toe, dat dit mijn persoonlijke mening is. De vereniging denkt daar iets anders over. Ik zeg al tijd tegen ieder die het horen wil: Men sen, vertroetel je kinderen. Dat geeft het kind een gevoel van veiligheid". „Kijk naar de vorige eeuwen, toen er nog lijfstraffen bestonden. In onze maatschappij is dat helemaal afge schaft. Kijk ook naar de scholen, waar vroeger veelvuldig, maar tegenwoordig helemaal niet meer wordt geslagen. Waarom mogen anderen hun kinderen dan nog wel slaan? Het gaat erom dat het kind een gevoel van geborgenheid krijgt". „Ouders hebben geen recht op hun kind. Zij hebben dus ook geen recht om het te slaan. Zij hebben wél plichten. Zij mogen bij de gratie Gods hun kin deren opvoeden. Daarbij past geen au toritair optreden. Daarbij past wel een beschèrming van dat kind", zegt me vrouw Ras. Deskundigen hebben uitgerekend, dat de kinderen in negentig procent van de gevallen door hun moeders worden mishandeld. „Dat komt", zegt zij, „doordat vader overdag niet thuis is. Moeder heeft zo'n kind de hele dag om zich heen en heeft ook veel meer de lasten te dragen. Zij is dus meer in de gelegenheid om zo'n kind af te ranse len, vooral wanneer zij zich bovendien nog teleurgesteld voelt in haar man en in haar huwelijk". STRAATSBURG Het voornemen van de Wesóduitse regering, geen belas ting meer te heffen over hetgeen men verdient door op zon- en feestdagen te werken, heeft de ongerustheid gewekt van het Tweede Kamerlid mr. C. Berk- houwer (VVD). Hij voorziet rampzalig» gvolgen voor de grensstreken, en in het bijzonder de Horecasector. Hij heeft, als lid van heit Europese parlement, de Europese Commissie ge vraagd maatregelen te nemen opdat het voornemen van de Bondsregering on mogelijk wordt gemaakt. Mr. Berkhouwer vreest dat als gevolg van de mogelijkheid, in de Bondsrepu bliek belastingvrij te werken, de span ning op de arbeidsmarkt in de omlig gende landen nog zal worden vergroot. Hij informeert of de commissie het voornemen van de Westduitse regering, waardoor in de grootste industriestaat van de EEG een belangrijk percentage inkomen aan belastingheffing kan wor den onttrokken, verenigbaar acht met de plannen om de gemeenschap uit te bouwen tot een economische unie. In het kader van het streven naar een unie dient de belastingwetgeving te worden geharmoniseerd, en niet onder ling nog meer verschillend te worde* gemaakt.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1970 | | pagina 17