Hisako Nagashima uit Tokio adviseert:
'Yjette qeclr
aearacj.en
liiedi
ina
Mevrouw Pompidou
„showt" in Rusland
Franse mode
Kindermishandeling
blijft meestal onontdekt
Maar eye-liner,
oogschaduw en
valse wimpers
moeten wachten
tot je 20 bent
Onrust over het
Duitse
zondagsgeld
Half jaar
Vanaf veertien
Excuses
Tips
Radio Capitol
wordt niet
vervolgd
„Ons
klimaat
geen
goed
excuus
VEERTIEN KOFFERS KLEREN MEE
VERENIGING
WIL PUBLIEK
VOORLICHTEN
Achterstand
Hoog tijd
Voorlichting
Begeleiding
Voorbeeld
Grenzen
„begin huidverzorging
als te veertien bent"
De kleine Hisako Nagashima is zo
juist uit Tokio in Nederland aangeko
men. En het eerste dat ze constateert
is: «De mensen zien hier zo rood, ze
hebben zoveel rode adertjes op de
wangen. Misschien"*, zegt Hisako,
„kunnen we daar iets aan doen"*.
Wellicht vindt u het niet zo char
mant van deze Japanse, om ons met
een op onze couperose te wijzen, maar
laat me het uitleggen. Hisako Nagashi
ma heeft recht van spreken, want zij,
met haar meterslange zwarte paarde-
staart, staat aan het hoofd van acht
duizend Japanse schoonheidsspecia
listes.
Dat zijn alle adviseuses van het Ja
panse cosmeticahuis Shiseido, een van
de grootste fabrikanten van cosmetica
ter wereld. Gewoon, het huis dat vorig
jaar een omzet haalde van dik aohthon-
derdzevenendertig miljoen gulden, dank
zij de drang naar huidverzorging van
vrouwen in 33 landen.
Haar nu Hisako, die in haar tweeën
dertigste jaar is, maar eruit ziet als 25.
Ze is voor een hall jaar naar Nederland
gekomen om de Japanse produkten hier
meer bekendheid te geven. Net zoals ze
al heeft gedaan in Hongkong, in Singa
pore en Bangkok, in heel Nieuw-Zee
land en Canada en in New York, waar
ze vier jaar lang schoonheidsadviezen
gaf in het enorme warenhuis Macy's.
Vanuit al die tijdelijke standplaatsen
vliegt ze af en toe terug naar Tokio, om
daar weer een en ander te regelen met
de schema's en opleidingen van haar
achtduizend schoonheidsspecialistes, die
voornamelijk in Japan zelf opereren.
„Vreemd eigenlijk, dat de Japanse
vrouwen altijd de naam hebben zo'n
mooie huid te bezitten", lacht Hisako
die men zelfs in Japan aan de kleine
kant vindt en daarom Chako (kleintje)
wordt genoemd.
„Kijk, ik zal nu even afzien van de
commercie, maar iedere vrouw kan een
huid hebben waarmee ze tevreden mag
zijn. Dan moet ze, net zoals de meeste
vrouwen in Japan, wel op haar veer
tiende jaar al een beetje voorzorgs
maatregelen gaan treffen".
Hisako legt uit, dat zij en haar vrien
dinnen op die leeftijd al een goede zeep
gebruikten en een verzorgingscrème.
„Maar geen valse wimpers, geen eye
liner, geen oogschaduw", zegt Hisako.
„Een meisje heeft zoiets tot haar
twintigste jaar helemaal niet nodig",
vindt ze, „die heeft genoeg schoonheid
en jeugd van zichzelf. Na je twintigste
kun je met allerlei hulpmiddelen ac
centen gaan leggen en eventueel optre
den mankementen wegmoffelen. Maar
het belangrijkste is, dat je, vóórdat je
daarmee begint, de basis hebt gelegd
voor een gezonde, mooie huid".
En dan wijst Hisako op onze coupe
rose, de bij ons zoveel voorkomende ro
de adertjes in het gezicht. „Hoeft alle
maal niet", zegt ze, „je kunt deze ver
schijnselen voorkomen door je gezichts
huid goed te verzorgen en te bescher
men, dat is de hele kwestie".
Jawel, opper ik, maar u kent natuur
lijk ons beroemde winterklimaat nog
niet, met een hoop koude regen en
wind die blauwe gezichten veroorzaakt.
„Dat is een excuus dat ik overal
hoor", is haar antwoord, „iedereen
schuift de schuld van zijn vette, droge
of schilferige huid altijd gauw op het
klimaat. Dat is struisvogelpolitiek, wij
kennen in Japan ook sneeuw en reuze
vervelend koud weer. Ik vind, dat we
geen enkel klimaat de schuld moeten
geven van fouten in onze huid, we
kunnen beter door een goede verzor
ging die fouten zoveel mogelijk voor
komen, of niet soms?"
Tot slot nog een paar tips van Hisa
ko, die niet meteen met veel geld ge
paard gaan. Een beetje moeite, zegt ze,
helpt soms beter dan de duurste pot
lotion of crème (en Shiseido hééft du
re).
„Iedere dag vijf minuten je haren
borstelen heeft een mooier effect op het
haar dan wat ook", zegt ze. „En met
•en tube verzorgingscrème voor over
dag en iets om het gezicht 's avonds
schoon te maken, kom je al een heel
eind op weg naar een mooie huid. Maar
je moet ze wel iedere dag toepassen,
moeite doen en volhouden".
AMSTERDAM De Amsterdamse
officier van justitie, mr. J. F. Hartsui
ker, heeft medegedeeld dat er geen ter
men voor de justitie waren voor ingrij
pen tegen het radioschip King David
van Radio Capitol, dat in de Amster
damse haven in het dok lag.
Het radioschip is inmiddels uit de
hoofdstad naar zee vertrokken. In op
dracht van mr. Hartsuiker had de chef
opsporing van de bijzondere radiodienst
van de PTT maandag een onderzoek
naar de zendapparatuur aan boord van
het schip ingesteld.
De King David, die een kleine 10 kw
zender aan boord heeft, lag aanvanke
lijk voor de Britse kust maar heeft la
ter, wegens ernstige storingen, voor de
Nederlandse kust een ligplaats gekozen.
HISAKO HA-
ASHIMA uit Ja
pan: „Het is dom,
als meisjes begin
nen met valse wim
pers en oogscha
duw. Ik zeg altijd:
leg die wimpers in
de kast tot je twin
tig bent en zorg
liever goed voor je
huid".
Het was weer xo'n aardig verhaal uit het allerdaagse leven
dat maar zelden in de krant komt daarom wil ik het
u vooral niet onthouden. Al was dat nu niet zozeer de bedoeling van de
vertelster, die er maar een bescheiden rol in speelde, maar er enorm
veel plezier in had.
Twee dagen lang kan men zich in haar woonplaats met een mens
lievend doel ontdoen van al de overtollige textiel die zich in de
loop der jaren op onze zolders pleegt op te tasten. In dozen, tn oude
koffers en kisten. Want, nietwaar, het ligt daar niemand in de weg en
vrijwel stofvrij. Als wij eens een heleboel tijd overhebben zullen wij
toch eens nagaan wat er nog voor bruikbaars bij is. Om dat
vervolgens in weer andere dozen en kisten over te pakken tot nader
order.,
Met het lastig gevolg dat een niet meer modieuze jurk, te klein
geworden kindergoed of te nauw geworden overhemden jaren liggen
te wachten tot zich een gelegenheid voordoet om er iemand een
plezier mee te doen.
Maar dat werd langzamerhand een ouderwetse illusie. De vermaarat
„nette gedragen kleding" slijt je niet meer aan de straatstenen, zo
zei de eigenaar van een tweedehands winkel schouderophalend.
Hoogstens aan een alleenwonend aow-ertje die nog wel eens een knap
jasje wil hebben voor een schappelijk prijsje. Maar daar kan mijn
schoorsteen niet van roken en ik moet ol dat spul nog maar
motvrij houden ook. Het Leger des Heils zuchtte door de telefoon: One
pakhuis is tot de nok toe volgestroomd, mevrouw. Er kan geen sok
meer bij. En de voddenkoopman die in de schoonmaaktijd langs
de huizen fietst om handel had hoogstens een kwartje of twee over
voor een baal vol, die dan meteen naar het lompenpakhuis gaat. En
dat is toch zonde van die knappe jurken en kinderjasjes, al dateren
ze dan van twee modes terug.
Maar niemand schijnt ze te willen aantrekken behalve de mensen
aan het andere eind van de aardbol, of op zijn minst van ons
continent. Zij hebben soms helemaal geen garderobe, of zijn alles
kwijtgeraakt bij een aardbeving of een overstroming. Zij zijn nog
niet zo modebewust, maar wel bibberig van de koude nachten onder
een versleten deken in een tent. En dus bleef het textiel waar het
was, op zijn. tijd gelucht en uitgeklopt tot een klein berichtje in da
krant met een opgelucht: Aha! werd gelezen.
De voddenrapers van Parijs in moderne versie houden zich nog
steeds bezig met hun oude handwerk ten bate van anderen. En zo
berichtte de Stichting Emmaüs-vrienden Nederland dat zij zich warm
aanbevolen hield voor gedragen kleding, schoenen en niet te vergeten
vodden. Dan denk je, verder lezend (waar gaat dat spul heen?):
Beste jongens: overhemden, ondergoed en schoenen zijn in Malawië,
Oeganda en Ghana stellig wel aan de man te bregen. Maar hoe breng
je daar wollen jurken, truitjes en vestjes aan de vrouw
Enfin, dat is hun zorg: alles waar geen verlet van is stoppen ze maar
in de grote voddenzak en financieren daarmee allerlei nuttige pro
jecten en medische teams en zendingen geneesmiddelen.
Een leegstaande kerk die tot opslagplaats diende was groot genoeg
om een verzameling te bergen waarmee je wel een vloot kon
bevrachten. En dat was niet te optimistisch gedacht, in twee dagen,
meer dan twintig uren lang, bleef het binnenstromen, met pakken,
zakken, wasmanden en bagageruimten vol. En wie langzamerhand
aan de naastenliefde van het mensdom begon te twijfelen kreeg daar
geen kans toe. Want niet alleen was er overstelpend veel afgestaan,
maar aan elk bruikbaar stuk was ook aandoenlijk veel zorg besteed.
Torntjes waren gedicht, aangezet, kreukels weggestreken. Een zeer
keurige huisvrouw, zag tot haar ontsteltenis haar koffer vol onbe
rispelijk textiel op het stenen bordes leegstorten.
Zij protesteerde zwakjes: daar had zij nu een middag en avond
op staan strijken. Waarop de standwerkers der milddadigheid, die
met het voorsorteren belast waren haar beleefd aan het verstand
brachten dat zij zich die moeite had kunnen besparen. Alles, draag
baar of afval, werd straks in balen geperst om als vrachtgoed zo weinig
mogelijk ruimte in te nemen en zo de verzendkosten laag te houden.
Het grote bordes, waar alles gedeponeerd werd, leverde een
hartverwarmend en soms ook humoristisch schouwspel op. Waarom
sleepten die aardige echtelieden aan een touw een heel tapijt en een
tafelkleed de treden op? Ach, misschien kwam het toch wel te pas
om een dorpshoofd in de binnenste binnenlanden een zekere status te
verschaffen. En die dertien stralend witte bh's, die een andere
mevrouw uit haar tas opdiepte, zullen ongetwijfeld dertien dames
stukken beter staan dan ons, bleke dochters der kille noorderstranden.
In elk geval, de zolderc zijn leeg en de ruimen vol, en mijn zegs
vrouw kijkt vergenoegd naar haar lege dozen, waarmee zij misschien
dichter bij huis iemand een genoegen kan doen. Er ontbreekt nog
maar een ding aan haar voldoening: Zij zou zo graag willen zien hoe
haar dierbare wollen spelderuitje, maat tweeënveertig een lieve
negerdame staat. Dat die het in elk geval in gezondheid mag verslijten.
SASKIA
Mevrouw Claude Pompidou, echtge
note van de president van Frankrijk,
vergezelt haar man bij het officiële be
zoek dat deze thans aan Rusland
brengt. Mevrouw Pompidou neemt
veertien koffers met kleren mee, ge
vuld door zes Parijse modehuizen.
Toen aan het einde van de zomer in
Parijs de wintermode werd uitgebracht,
legden enkele modeontwerpers een zeer
nadrukkelijk accent op de Russische
folklore. Wellicht deden de couturiers
dit om zich de klandizie te winnen van
mevrouw Claude Pompidou, de vrouw
van de Franse president. Ze zal haar
man begeleiden op het officiële bezoek,
dat hij van 6 tot 13 oktober aan Ijtus-
land brengt.
Als dat zo is, dan hebben zij misge
gokt. Claude Pompidou heeft de ver
vaardiging van haar reistoiletten opge
dragen aan zes mode-ontwerpers, die
toen bepaald niet Russisch waren inge
steld: Dior, Ted Lapidus, Cardin, Cha
nel, Laroche en Révillon. Deze laatste
is de bontspecialist in de wereld van de
haute couture, die deswege zijn uiterst
draagbare collectie dan ook enkele
maanden later toonde dan de andere
modehuizen.
Nu zijn de andere modehuizen er be
paald niet kapot van, dat zij niet mee
mogen doen. Men staat nu eenmaal niet
te dringen om in Rusland zijn modellen
te tonen, omdat een eventueel succes te
Moskou vrijwel nooit wordt gevolgd
door een order, waarop men geruime
tijd kan draaien.
Als de modehuizen, die wel mee mo
gen doen, desondanks tot op de bodem
duiken van hun bron van inspiratie,
dan hebben zij niet alleen hun eigen
prestige, maar dat van de gehele Fran
se haute couture op het oog. En ook
een groot aantal bestellingen uit de di
plomatieke wereld, of een contract uit
Rusland, Japan of Amerika voor hun
zogenaamde boutique-modellen, waarin
vooral Lapidus, Cardin en Chanel sterk
zijn.
Wat zal Claude Pompidou op haar
reis dragen?
Telkens als men hierover iets te we
ten wil komen, loopt men stuk op dat
éne woordje: „Staatsgeheim". President
Pompidou wil namelijk zelf de dag be
palen, waarop dit geheim mag uitlek
ken.
In ieder geval zal er geen statig
avondtoilet bij zijn, om de eenvoudige
reden, dat in Rusland zelfs bij grote
ontvangsten geen avondtoilet wordt ge
dragen.
Wel zal voor de eerste maal in de
Franse geschiedenis de vrouw van de
president zich in lange broek vertonen.
Deze pantalons worden hoofdzakelijk
geleverd door Ted Lapidus. De panta
lons reiken tot onder de enkels, zijn
recht en worden gedragen met bijpas
sende eenvoudige mantel. Of wel korte
pofbroeken van zwart laken, gedragen
in laarzen, met bijpassend wit satijnen
chemisier.
De lengte die de presidentsvrouw zal
dragen, wisselt naar gelang het mode
huis: van even onder de knie (Chanel)
tot op de enkels (Laroche en Chanel).
De grote moeilijkheid voor de mode
huizen was het kiezen van het mate
riaal, waarvan de ensembles moeten
worden samengesteld, gezien de tempe
ratuurverschillen in Rusland. Voor No-
vossibirsk rekent men op tien graden
vorst. Voor Tachkent, drie dagen daar
na, tien graden boven het vriespunt, en
de volgende dag, te Samarkand, een
lentetempera tuur van twintig graden.
Daarom dient een derde deel van de
ruim twintig toiletten, die zij in veer
tien koffers meeneemt ingesteld te zijn
op de winter, een derde deel op een
kwakkeltemperatuur en een derde deel
op het lenteweer.
De Franse belastingbetaler is dit alles
echter om het even. Die maakt zich
geen zorgen meer, sedert het Elysée
heeft laten weten, dat deze gehele uit
zet door de modehuizen aan mevrouw
Pompidou in bruikleen wordt afge
staan. Daarmee is Claude Pompidou te
vens de belangrijkste mannequin van
deze modehuizen geworden en de grote
ambassadrice van de Parijse haute cou
ture ln het buitenland.
Dit wordt een triest verhaal. Een verhaal over ten minste twaalfhonderd
kinderen, die ieder jaar door hun ouders worden mishandeld of getreiterd.
„Ten minste". Want deskundigen houden hardnekkig vol, dat het wérkelijke
aantal gevallen van kindermishandeling in ons land veel groter is. Zty geloven, dat
die twaalfhonderd gevallen die zU gemiddeld per jaar kunnen achterhalen, in
feite niet meer uitmaken danv(jf procent van Alle kindermishandelingen ln
ons land.
Gemiddeld 120 van die twaalfhonderd
mishandelde kinderen overleven hun
ellende niet. Bovendien houden
zo'n 192 kinderen er blijvend hersen
letsel aan over. En deskundigen hebben
berekend dat ongeveer zeventig procent
van de kinderen, die de mishandelingen
zonder lichamelijke gevolgen overleven,
potentiële kandidaten zijn om later hun
eigen kinderen óók te gaan mishande
len.
Er is nu een Vereniging tegen Kin
dermishandeling opgericht. Die wil paal
en perk gaan stellen aan de praktijken
van veel ouders. Het is voor het eerst,
dat er in ons land nu iets gedaan gaat
worden aan dit stuk erbarmelijke so
ciale achterstand.
„Want" zegt voorzitster mevrouw B.
Ras (oud-raadslid in Den Haag), „wan
neer je in de krant over een geval van
kindermishandeling leest, dan is dat
kind al dood. Als je dan in die zaak
gaat wroeten, dat blijkt dat zo'n kind
vaak al meermalen in een ziekenhuis is
geweest om behandeld te worden aan
bij mishandelingen opgelopen verwon
deringen. Niemand had toen enige arg
waan. dat het kind thuis werd geslagen
of gestompt".
Praten met mevrouw Ras betekent:
gestoord worden door de telefoon. Bin
nen twee uur melden v;er mensen haar
nieuwe gevallen van kindermishande
ling. „Het wordt hoog tijd", zegt me
vrouw Ras, „dat wij het publiek laten
weten, dat er regelmatig kinderen wor
den mishandeld. Ik ben ervan over
tuigd, dat artsen, buren en familieleden
méér gevallen van kindermishandeling
tegenkomen, dan zij willen zeggen. Men
is bang om die gevallen bekend te ma
ken. Men wil zich niet met andermans
zaken bemoeien. Die mensen zeggen:
„Ik bemoei mij er niet mee" of „het is
hun kind, niet het mijne". Zolang het
publiek nog zó reageert zullen veel ou
ders
len."
hun kinderen blijven mishande-
De nieuw opgerichte vereniging wil
het publiek over deze zaken gaan voor
lichten. „Wij willen de hele bevolking
mede verantwoordelijk stellen. Het
zwijgen van het publiek moet worden
doorbroken. Tot dat publiek horen ook
leiders van kleuterscholen en van con
sultatiebureaus: Mensen dus die veel
met vooral weerloze kinderen tot vier
jaar in aanraking komen. Die mensen
moeten voorgelicht worden, zodat zij
onmiddellijk argwanend worden, zodra
een van de kinderen met blauwe plek
ken of andere verwondingen van huis
komt".
De Vereniging tegen Kindermishan
deling wil ook in alle kinderziekenhui
zen van het land teams van deskundi
gen instellen, die zich bezig gaan hou
den met kindermishandelingen. Alle
huisartsen in die plaatsen wil zij tege
lijkertijd gaan voorlichten. Als zo'n arts
dan een kind te behandelen krijgt, van
wie hij vermoedt dat het Is mishandeld,
dan moet hij dit kind kunnen doorstu
ren naar het ziekenhuisteam, dat er
voor zorgt dat het kind wordt opgeno
men. „Als de ouders dan protesteren",
zegt mevrouw Ras, „moeten wij de mo
gelijkheid hebben om de Raad voor de
Kinderbescherming in te schakelen".
Ook wil de vereniging gaan streven
naar gezinsbegeleiding. „Zou het nou zó
gek zijn", vraagt mevrouw Ras zich af,
„om mensen die willen gaan trouwen,
in een speciale cursus een soort oplei
ding te geven? De mensen plonsen
maar in het huwelijk en krijgen maar
kinderen, zonder dat zij er iets van af
weten. Het gevolg is vaak dat de kin
deren de dupe zijn van hun teleurstel
lingen".
Mevrouw Ras maakt zich niet alleen
zorgen over kinderen, die door hun ou
ders worden mishandeld (de „battered
children", of „de gebeukte kinderen",
zoals de Engelsen hen noemen). Zij
gaat ook de strijd aanbinden met ou
ders, die er een gewoonte van maken
hun kinderen geestelijk te mishandelen
(treiteren, achterstellen, uitschelden,
bedriegen, opsuiten in donkere kasten
enzovoort).
„Dit komt veel meer voor dan licha
melijke mishandelingen, maar je komt
er nóg moeilijker achter", zegt zij. En
zij noemt het voorbeeld van het vierja
rige kind, dat door zijn moeder inge
pompt krijgt dat hij ongewenst is, dat
hij haar kind niet is en dat hij verwekt
is door „een boze, donkere man". In
1957 promoveerde mevrouw mr. dr. B.
Clemens-Schröner thans bestuurslid
van de nieuwe vereniging op het
onderwerp „Psychische kindermishan
deling". Zij kwam toen tot de ontdek
king, dat dit soort geestelijke mishan
deling vooral voorkomt in betere mi
lieus. In die gezinnen worden dergelij
ke gevallen, volgens mevrouw Cle-
mens-Schröner, nóg moeilijker ont
dekt, omdat deze gezinnen vaak een
grotere privésfeer hebben en beter be
schermd zijn. Zij ontdekte ook, dat de
geestelijke kindermishandelingen in de-
pe gezinnen op den duur veelal over
gaan in lichamelijke mishandelingen.
„Maar", zegt mevrouw Ras, „de mis
handelingen komen toch vooral voor in
gezinnen, waar vader en moeder weinig
geestelijke capaciteiten hebben".
Blijft natuurlijk de vraag, wanneer
een lichamelijke straf die de ouders
hun kinderen soms geven, nog binnen
de grenzen is. Is een pak voor de broek
dan zó uit den boze? Wanneer is er
sprake van mishandeling?
Mevrouw Ras: „Zolang er nog autori
taire gezinnen zijn, waar gezagsverhou
dingen gelden, zullen de kindermishan
delingen doorgaan. De mensen moeten
niet denken, dat zij baas zijn over hun
kinderen. Een kind slaan is: de baas
spelen. Maar ik geef toe, dat dit mijn
persoonlijke mening is. De vereniging
denkt daar iets anders over. Ik zeg al
tijd tegen ieder die het horen wil: Men
sen, vertroetel je kinderen. Dat geeft
het kind een gevoel van veiligheid".
„Kijk naar de vorige eeuwen, toen er
nog lijfstraffen bestonden. In onze
maatschappij is dat helemaal afge
schaft. Kijk ook naar de scholen, waar
vroeger veelvuldig, maar tegenwoordig
helemaal niet meer wordt geslagen.
Waarom mogen anderen hun kinderen
dan nog wel slaan? Het gaat erom dat
het kind een gevoel van geborgenheid
krijgt".
„Ouders hebben geen recht op hun
kind. Zij hebben dus ook geen recht om
het te slaan. Zij hebben wél plichten.
Zij mogen bij de gratie Gods hun kin
deren opvoeden. Daarbij past geen au
toritair optreden. Daarbij past wel een
beschèrming van dat kind", zegt me
vrouw Ras.
Deskundigen hebben uitgerekend, dat
de kinderen in negentig procent van de
gevallen door hun moeders worden
mishandeld. „Dat komt", zegt zij,
„doordat vader overdag niet thuis is.
Moeder heeft zo'n kind de hele dag om
zich heen en heeft ook veel meer de
lasten te dragen. Zij is dus meer in de
gelegenheid om zo'n kind af te ranse
len, vooral wanneer zij zich bovendien
nog teleurgesteld voelt in haar man en
in haar huwelijk".
STRAATSBURG Het voornemen
van de Wesóduitse regering, geen belas
ting meer te heffen over hetgeen men
verdient door op zon- en feestdagen te
werken, heeft de ongerustheid gewekt
van het Tweede Kamerlid mr. C. Berk-
houwer (VVD). Hij voorziet rampzalig»
gvolgen voor de grensstreken, en in het
bijzonder de Horecasector.
Hij heeft, als lid van heit Europese
parlement, de Europese Commissie ge
vraagd maatregelen te nemen opdat het
voornemen van de Bondsregering on
mogelijk wordt gemaakt.
Mr. Berkhouwer vreest dat als gevolg
van de mogelijkheid, in de Bondsrepu
bliek belastingvrij te werken, de span
ning op de arbeidsmarkt in de omlig
gende landen nog zal worden vergroot.
Hij informeert of de commissie het
voornemen van de Westduitse regering,
waardoor in de grootste industriestaat
van de EEG een belangrijk percentage
inkomen aan belastingheffing kan wor
den onttrokken, verenigbaar acht met
de plannen om de gemeenschap uit te
bouwen tot een economische unie. In
het kader van het streven naar een
unie dient de belastingwetgeving te
worden geharmoniseerd, en niet onder
ling nog meer verschillend te worde*
gemaakt.