„Tweede echtgenote" op kantoor zal zeiden aanleiding geven tot praatjes Jury's kijken kritisch naar confectie Er komt een Leuk boek nationale ouderavond VOOr me eens internationaal wil koken Mevrouw Luns stelde receptenboek samen Secretaresse is een schaap met 5 poten, dat mee kan helpen de baas thuis in rust van zijn gezin te laten genieten Veel was lang niet voldoende &£)e leóte me di icun Verzorgend Niet u itsluitend Jaloezie Op reis Oneens Initiatief TTun aantal is niet bekend. Maar duizenden Nederlanders hebben op kantoor hun „tweede echtgenote": hun secretaresse. Zij vergezelt hem vaak op zijn wkenreizen. Zij zorgt ook dat hij zijn afspraken niet vergeet, zij houdt zijn •rchief bij, verzorgt zijn administratie. Tij zorgt ook dat er een bloemetje op zjjn bureau staat, dat bjj van tijd tot tjjd koffie krjjgt zonder-er-om-te-hoeven-vragen, dat hij z(jn trouwdag niet vergeet, dat er cadeautjes worden gekocht voor verjaardagen in zijn gezin, dat hij op tjjd naar de kapper gaat wm& mm i Kortom: Zij is een schaap met vijf poten en uit een oogpunt van represen tatie bovendien vaak knap. Wee degene die er iets achter meent te moeten zoe ken. Maar toch wil je wei eens weten welke rol deze secretaressen spelen in het leven van die mannen. En hoe groot is hun invloed op de gezinnen van hun bazen? Wat betreft dat laatste beweren zegs lieden uit beide partijen, dat die in vloed gering is. Drs. F. Witkamp (48) nuanceert namens het Nederlands Cen trum van Directeuren (waarvan man nen lid zijn die bijna allemaal een se cretaresse hebben): „Als een man een góéde secretaresse heeft, die ervoor zorgt, dat hij vlot kan werken, dan heeft hij thuis meer rust om in zijn gezin te kunnen functioneren. Zo beke ken heeft een secretaresse dus mis schien een indirecte invloed op het ge zin en op het privéleven van haar baas. Yvonne van Randwijk (25) is in Am sterdam secretaresse van een van de directeuren van een groot verzeke ringskantoor. Bovendien werd ruim een half jaar geleden mede op haar initia tief de Vereniging voor Directie-secre taressen opgericht. Zij zegt: „Ik voel nou echt niet, dat een secretaresse de tweede echtgenote van haar baas zou zijn. ook al heb je in deze baan een duidelijk verzorgende functie. Het is allemaal eigenlijk een kwestie van samenspel tussen baas en secretaresse. In dit beroep moet je erg attent zijn. Je moet uit zijn ogen kun nen lezen of hij koffie wil. Je moet het niet erg vinden ook 's avonds te moe ten werken, als je baas 's avonds te moeten werken, als je baas avonds nog snel iets moet afwikkelen". Yvonne realiseert zich wel, dat door detze nauwe samenwerking vaak een geestelijke verhouding groeit tussen baas en secretaresse. „Maar een derge lijke band is nodig om een goede secre taresse te kunnen zijn", vindt zijn. En zij voegt er onmiddellijk aan toe: JDat hoeft heus niet tot ongewenste si tuaties te leiden. Binnen de kring van •nee vereniging hoor ik zelden of nooit, öat een directeur iderdaad een andere verhouding begint met zijn secretares se". Drs. Witkamp is het daarmee wel eens. „Vergeet niet", zegt hij, „dat er vaak een groot verschil is in leeftijd tussen een directeur en zijn secretares se. Bovendien blijven die meisjes veelal maar enkele jaren aan het bedrijf ver bonden. Daarna gaan zij trouwen. En hoe vaak komt het niet voor, dat een secretaresse heel andere interesses heeft dan haar baas?" En dan: „Ik geef toe dat je de man-vrouw-verhouding tussen baas en secretaresse niet mag uitsluiten. Zij werken vaak urenlang intiem samen. Maar ook ik hoor maar héél weinig ge vallen van directeuren, die uiteindelijk meer heil zien in hun secretaresse dan in hun echtgenote". „In een normaal kantoor kan een di recteur het zich niet veroorloven om met een ondergeschikte meer dan nor maal vertrouwelijk te zijn \ls hij an der soort relaties zoekt za1 ij die eer der buiten kantoor zoeken. Dat is im mers de politiek ven de meeste man nen. „Ik geef toe, dat de relatie tussen een secretaresse en haar werkgever vaak een tikje informeel is. Maar beslist niet zover, dat zij elkaar met „je" of „jij" aanspreken. Het zal echt wel eens ge beuren, dat een directeur dit soort kwesties met zijn secretaresse moet. uitpraten, wanneer het dreigt die kant uit te gaan. Dan moet een gesprek tussen twee volwassen mensen de onderlinge verhouding duidelijke markeren". Yvonne van Randwijk geeft toe, dat een secretaresse vaak een voordeliger positie inneemt dan de vrouw-van- de-baas. Zij, de secretaresse, moet im mers proberen er de hele dag verzorgd uit te zien terwijl haar werkgever zijn vrouw ook morgens ziet, eventueel compleet met krulspelden. Yvonne: „Toch is er meestal geen sprake van concurrentie tussen secreta resse en echtgenote van de directeur. De secretaresse vergezelt haar baas soms op zijn rei zen. Soms gebeurt dat met het privé- vliegtuig. Een goede secretaresse leeft mee met het gezin van haar werkgever en daar moet het bij blijven." Yvonne van Randwijk: „Een direc teur ziet zijn secretaresse soms vaker dan zijn eigen vrouw. Dat brengt het werk vaak mee. Maar die vrouw kent de relatie van haar man met zijn secre taresse niet. Die ontrolt zich immers helemaal in de werksfeer. De vrouw van-de-baas kan soms hooguit jaloers zijn, omdat de secretaresse misschien mooier of jonger is dan zij." „Maar aan de andere kant z;jn er heel wat secretaresses die op hun beurt zouden wensen, dat zij de vrouw van de baas waren. Ook een soort jaloezie dus. Maar ik geloof dat dit soort we derzijdse jaloezie wel gezond is". Toch ziet drs. Witkamp wel In dat het voor veel vrouwen van mannen, die een secretaresse hebben, een soms moeilijk te verteren kwestie kan zijn. „Die echtgenoten", zegt hij, „zitten thuis en weten niet wat er op kantoor of daarbuiten aan de hand is tussen hun mannen en hun secretaressen. Die vrouwen hebben soms grote moeite ra tioneel hierover na te denken. Een en kele keer leidt dat wel eens tot moei lijkheden in een huwelijk". Veel directiesecretaressen gaan soms met hun werkgever mee op zakenreis. Drs. Witkamp: „Vooral directeuren van grote concerns of maatschappijen doen dat. Denk er niets achter: Haar taak hoort het dan alleen te zijn om notities te maken van besprekingen. Maar een dicteerapparaat is tegenwoor dig heel wat goedkoper dan het op reis meenemen van een juffrouw. Het komt daarom ook steeds minder voor." En Yvonne van Randwijk zegt er over: „Als je samen op reis bent, dan ga je samen eens iets eten, misschien drink je ook nog samen een borrel. Maar dan moet je echt weer aan de slag om bijvoorbeeld rapporten te gaan uitwerken. Vergeet het maar, dat dit soort reisjes romantische festijnen zijn." Zowel juffrouw Van Randwijk als drs. Witkamp geloven er niet in dat er veel huwelijken stranden van mannen die een secretaresse hebben. Yvonne van Randwijk zegt: „In som mige relaties directeur-secretaresse is het klimaat om te ver te gaan wel gun stig. Je kent elkaar immers van haver tot gort. Maar ik herhaal: Het gebeurt erg weinig. Je kunt toch wel respect voor elkaar hebben en elkaar aanvoe len, zonder dat er sprake hoeft te zijn van een emotioneel contact?" A chttien Nederlandse fabrikanten t*- van rokken en blouses hebben hun collecties voor aanstaande lente voorgelegd aan twee jury's. De ene ju ry was samengesteld uit deskundigen die actief zijn betrokken bij het mode- gebeuren, als leraar, mode-ontwerper, journaliste, fotograaf of adviseur. De andere jury bestond uit detaillisten uit het gehele land. De uitslag van beide Jury's is bepaald niet vleiend voor de betrokken confec- ttexmnaiirs. De onbezoldigde juryleden hebben in Amsterdam bij het bekendmaken van hun rapporten geen blad voor de mond genomen. Van de 102 combinaties zijn er direct al veertig van de tafel ge veegd afls zijnde zeer onvoldoende. „Het is door ons bijna als een belediging ge voeld dat wij naar zulke slechte pro- dukten hebben moeten kijken", aldus mevrouw Emmy Huef, journaliste en mode-explicatrice. En ontwerper Edga Vos voegde er verontwaardigd aan toe dat het toch geen stijl is om knalrode overhemdblouses zonder enige versie ring met hardblauwe rechte rokken te presenteren als iets nieuws. Het nieuwe, de noviteit, was een van de vijf punten, waarvan de jury's bij hun beoordeling van uit gingen. Van belanng waren verder de belijning, de draagbaarheid, het dessin en de afstem ming van kleuren. Dit tunxekpak werd het hoogst aangeslagen door de jury van modedeskundigen. Het is geen wonder dat twee groepen mensen, die uit zo verschillende achter gronden hun mening over mode formu leren, het vaak hartgrondig oneens zijn. Zo koos de detaillistenjury, waarin in kopers en eigenaars van modezaken, als beste combinatie een gedessineerde mi dirok, die voorzien was van een franje net boven de zoom, met effen blouse Dit model kwam in de beoordeling var de mode-jury helemaal niet voor. Vooi haar was een wat clowneske combina tie van pofbroek, met tuniekblousi nummer één. Niet om het bonte pa- roon maar om het model. De detaillisten hadden terecht be waar gemaakt tegen de overdwarse laad die het bovenbeen van de broek jntsierde en zij gaven het geheel de tweede plaats. In het geheel zijn achttien combina ties door beide jury's uitgekozen, met de opmerking dat hierop door de fabri kanten voortgeborduurd zou moeten worden. Je kunt je afvragen wat nu het nut is van een dergelijke beoordeling van kle ren die volgend voorjaar in de winkels zullen hangen. Zullen de confection- nairs, zich iets aantrekken vann de ta melijk negatieve rapporten die hun worden toegezonden? Deze rok en blouse konden er bij beide jury's mee door. Edgar Vos meent van niet. Ze hebben nu toch alle patronen al klaar liggen. Het is nauwelijks te verwachten dat daar geen gebruik van zal worden ge maakt. De heer A. M. J. van de Berg uit de detaillisten-jury stelt zich optimistischer op. Het is misschien toch wel erg nuttig geweest dat de produkten uit onze midden/klas confectie eens voortijdig zijn doorgelicht. De confectief abri kan ten hebben nog een aantal weken de tijd om er lering uit te trekken en aan goede ontwerpers ontbreekt het In Ne derland zeker niet Een leergierig mens heep het vandaag-de-dag gemakkelijk én moeilijk. Gemakkelijk, omdat er steeds meer wetenswaardigs op allerhande gebied gepubliceerd wordt, Maar tegelijk moeilijk, omdat de schrijvers van dergelijke publikaties zich vaak zo moeilijk verstaanbaar kunnen maken voor een lezer die niet op hun speciaal terrein thuis is. Zonder woordenlijst van vaktermen begrijpt men weinig van hun betoog. En het terrein van onderwerpen is zo uitgebreid dat men er al niet meer komt met een eenvoudige encyclopedie. Des te meer doet het dan plezierig aan wanneer een hooggeleerd vakman de moeite heeft genomen zijn .kennisoverdracht" in verstaan baar en zelfs genoeglijk alledaags Nederlands te gieten. Een gaaf staaltje daarvan kwam mij dezer dagen onder ogen en het zou jammer zijn dat interessante stukje tussen de oude kranten te begraven. Kortheidshalve kwam het neer op de volgende merkwaardige historie. In een psychiatrische kliniek te Wenen werden de patiënten vrijwillig natuurlijk aan een eigenaardige proefneming onderworpen. Onder hypnose werd hun een toestand van zalige voldaanheid gesuggereerd. Zij waanden zich in een wereld waarin alles licht en vrolijk was, vol bloemengeur en vogelgezang en in die verrukte gemoedstoestand werd hun wat bloed afgetapt. Vervolgens, nog altijd onder hypnose, zagen zij het beeld veranderen zo ongeveer als in de Pastorale van Beethoven. Figuurlijk gesproken begon de lucht te betrekken, het zonlicht verdween. Een stemming van neerslachtig onbehagen bekroop de proefpersoon. In die toestand werd weer een bloedmonster afgenomen, en daarmee was voor de patiënt de proef ten einde. Maar niet voor de vaklui, die met die beide bloedmonsters „Hupsakee" en ,,Ach-en-wee"om het zo uit te drukken, aan het werk togen. In beide, scheikundig gesproken van dezelfde samenstelling, werden ■fusbacillen gespoten. Toen deze gevaarlijke gasten begonnen te floreren werd een serum ingebracht, dat hen moest inkapselen en vernietigen. En wat bleek, tol verrassing der proefnemers? Dat de bacillen in het ,,Hupsakee-bloed" af doende onschadelijk werden gemaakt, maar dat dezelfde hoeveelheid serum de tyfus- aanval in het ,,Ach-en-wee-bloedniet wist te keren. Huiselijk gezegd: een opgewekt, levenslustig mens heeft veel groter weerstand tegen ziekten dan iemand die bij het eerste pijntje het hoofd op de armen legt. Maar dat wisten we toch allang, zult u zeggen. Wij hebben legio voorbeelden bij de hand. en vraag het anders maar aan verplegenden van zieke, gehandicapte of door een ongeval beschadigde" mensen die zich kranig en met onvoorstelbare opgewekt heid schrap gezet hebben tegen hun ongeluk, tot voorbeeld van de gezonden. Zo hoorde ik het verhaal van twee niet meer jonge vrouwen, die naast elkaar op een ziekenhuiszaal lagen, beiden met een gebroken heup na een ongelukkige val op een spiegelglad bevroren stoep. De heup genas bij beiden voorspoedig, maar toen kwam het moeilijke ogenblik der revalidatie: het opstaan en de pijnlijke oefeningen om weer te leren lopen". De eerste, een zwijgzame maar levenslustige doorzetster, moeder van een groot gezin en onvermoeibare zanglijster, zette de tanden op elkaar bij de eerste stap. En hièld vól al tverd zij ook flauw van de pijn het moest immers, en het zou wel wennen. Haar buurvrouw echter, altijd ontzien en op de handen gedragen, weigerde onder tranen het ook maar te proberen. En toen dokter en zusters haar na een paar dagen ter aanmoediging op de dapper voortstrompelende lotgenote wezen, die al één ronde door de zaal achter de rug had, trok zij het laken over het hoofd en weigerde te kijken. De doorzetster heeft nog twintig jaren na haar ongeluk gelopen ,,als een kievit", zonder stok. De zelf beklaag ster werd sedert haar ontslag uit het ziekenhuis gereden in een invalidenwagentje voorgoed. Nu kan men tegenwerpen dat levenslust en opgewektheid meestal aangeboren eigenschappen zijn, zogoed als zwaartillendheid en mis moedigheid. Wie ergens in zijn voorgeslacht een sterke vitale persoonlijkheid heeft gehad van wie men een blijmoedige levens houding heeft geërfd, die kan gemakkelijk praten over opgewekt zijn lot dragen. Maar wie toevallig de karaktertrekken van een negatief en zwartgallig ingestelde voorouder heeft meegekregen heeft bij ziekte of ongeluk een dubbele last te torsen. Misschien. Maar er bestaat ook nog zoiets als opvoeding. Van verstandige nuchtere ouders die een altijd klagend kind niet verwennen en zelf een goed voorbeeld van opgewekte levensaanvaarding geven. En bovenal heeft ieder mens, in zijn eigen belang, de opgave levenslang zichzelf op te voeden, en bereid te zijn van iedereen iets te leren. Hoe het zij, opgewektheid is de beste medicijn, die ouderwetse levens wijsheid is nu toch maar wetenschappelijk vastgesteld. En bovendien heeft dit experiment in deze materialistische wereld maar weer eens zonneklaar aangetoond, dat de geest sterker kan zijn dan het vlees, en een positieve levensinstelling een sterkere afweer betekent tegen ziekteverxvekkers dan een hele apotheek vol tabletjes. Dat kunnen wij nu, op professoraal gezag, weer welgemoed in praktijk gaan brengen. SASKIA DEN HAAG In het kader van het internationale jaar van het on derwijs wordt donderdag 5 novem- beer de nationale ouderavond gehou den. Centrale vragen, die op de na tionale ouderavond gesteld kunnen worden, zijn: wat verwachten de ou ders van de scholen en omgekeerd, wie is er nou eigenlijk de baas op de scholen, en wat is nou eigenlijk een goede school? Het gaat er om, dat op 5 novem ber alle deuren van alle scholen van kleuteronderwijs tot het hoger beroepsonderwijs zullen opengaan voor een ontmoeting en een gesprek tussen alle ouders en degenen, die binnen het onderwijs met de zorg voor de leerlingen zijn belast. Het initiatief werd door de Unes co, de internationale organisatie van de Verenigde Naties voor opvoeding, onderwijs en cultuur, zo belangrijk geacht, dat zij 7.200 gulden beschik baar stelde om deze ontmoeting te kunnen realiseren. Ook het ministe rie van Onderwijs en Wetenschap pen was overtuigd van de zin el van het gewicht van zo'n nationale ouderavond: het stelde 50.000 be schikbaar. De eerste nationale ouderavond wil allen ervan overtuigen, dat school en ouders over heel belang rijke dingen regelmatig in gesprek zouden moeten zijn. De kloof tussen ouders en school moet worden over wonnen. Het project voorziet er in, dat alle scholen in ons land worden ingelicht over de bedoelingen voor een natio nale ouderavond. Het doel reikt na melijk verder dan die ene avond. Gezamenlijk wil men, dat er mate riaal wordt aangedragen, waarmee voor een vervolg kan worden ge zorgd. Het organiserend comité blijft na de nationale ouderavond bestaan om andere plannen, op grond van de resultaten van de ontmoeting tussen ouders en school, te kunnen ontwer pen. Voor de nationale ouderavond is een folder beschikbaar gesteld, waarin diverse onderwerpen voor de discussie tussen ouders en onder wijsgevenden worden genoemd. Alle scholen worden in de gelegenheid gesteld om elke ouder zo'n folder te verstrekken. De scholen krijgen ook kaarten om op eenvoudige wijze verslag te kunnen doen van de besproken on derwerpen en om simpel aan te ge ven of er op de nationale ouder avond een goede, redelijke dan wel slechte gedachtenwisseling was en/of er al dan niet behoefte aan dergelij ke avonden bestaat. Wie persoonlij ke ervaringen, suggesties of wensen wil meedelen, kan dit ook doen. Het kookboek van mevrouw Luns is uit. Het werd in Den Haag ten doop gehouden: het boek „Internationale ge rechten" een handleiding voor de di plomatieke keuken, samengesteld door mevrouw E. C. Luns baronesse van Heemstra en haar Roemeense vriendin A. Landwehr-Cléjan. Samengesteld ja. want het overgrote deel van de recepten is niet van de echtgenote van onze minister van bui tenlandse zaken en haair vriendin zelf. Omdat zij het boek zo internationaal mogelijk wilden maken, hebben ze dik een jaar geleden vrouwen van talloze ambassadeurs in Nederland gevraagd om het recept voor een specifiek ge recht van hun land. Niet alleen de echtgenotes van am bassadeurs; ook mevrouw Landweh^ en couturier Ernst-Jan Beeuwkes le verde een recept (voor schelvis) plir talloze vriendinnen en kennissen van di_ samenstelsters. Vreselijk veel mensen dus uit erj. veel landen hebben aan dit kookboek meegewerkt. Dat gaf soms kleine moei lijkheden, omdat tenslotte niet iedereen een volleerd kok is. Daarom werd de culinaire schrijfster mevrouw Henriëtte Hermans-Holthausen (Miokey Wood- house) in de arm genomen. Zij vervolmaakte de recepten, reken de alle hoeveelheden uit waar dat niet was gebeurd, probeerde zelf een groot aantal gerechten en zegt nu: „Het is voor een vrouw die internationaal wil koken, een verdraaid leuk boek." Mevrouw Luns echtgenote van een man die graag erg lekker eet en haar vriendin zijn niet zomaar op het idee gekomen voor een kookboek, dat zich richt op „la cuisine diplomatique", zoals minister Luns zo mooi zegt in zijn voorwoord. De beide dames wilden graag iets doen voor het Rode Kruis, vonden dat ze iets orgineels moesten verzinnen en kwamen toen met het idee voor dit kookboek. Uitgeverij Nijgh en Van Ditmar geeft het nu uit, in een eerste oplage van tienduizend exemplaren. De beide sa menstelsters krijgen geen honorarium. Van de negen gulden negentig die het boek gaat kosten, gaat één gulden naar het Rode Kruis, in het potje voor het hospitaalschip Henri Dunant. Jhr. Krayenhoff van het Rode Kruis heeft al meteen een hele stapel exem plaren voor zijn familieleden gekocht. Die kunnen dan net zoals u mis schien de Sukiyaki (vleesgerecht) gaan proberen van de vrouw van de Japanse ambassadeur, de Petje] Ajam van de Indonesische ambassade, de „kip met smurrie" van een mevrouw in Mevrouw E. C. Luns-baronesse van Heemstra (midden) met mevr. Henriëtte Hermans-Holthausen (links) en mevrouw A. Landwehr- Cléjan. Den Haag, of de Picadinho a Brasdleira van een vroegere Braziliaanse ambas sadeur in ons land. Of doodgewoon de spinaziesoep van mevrouw Luns zelf, want tussen haakjes echt niet voor alle gerechten hoeft u blikken kreeft aan te schaffen, of vele onzen duur vlees, of een goede fles wijn. De vrouw van de Belgische ambassadeur laat u bijvoorbeeld met bier werken.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1970 | | pagina 6