notities i Baron trok zich terug in een bescheiden hut WE ZIJN TE ARM OM EEN GOED MILIEU TE SCHEPPEN" Drs. Hueting op congres gezondheids regeling: V. lm. -s iff y Afwegen Gevangi Schaarste en Dieper Ruimte Te arm Wi M m SCHAKEN S$$ki door H. Kramer DAMMEN BRIDGE CRYPTOGRAM 1 A Hf i. tn A A A fÜ fH Hf ff Él n A a iÜ A A fff a Éfl iH iff S 0 s P I Oplossing vorige puzzel pp T^rie jaar geleden was hij ei genaar van het tweehon derd hectare grote landgoed De Veldhoeve Veldhoeve in Ruurlo, nu rest hem nog 2,8 hectare plus een bescheiden jachthut als residentie. Hij verkocht bijna zijn hele bezit aan Staatsbosbeheer voor 1,8 miljoen gulden, maar hij zegt: „Mijn middelen gaan als sneeuw voor de zon. Ik zet mijn financiën om in daad kracht en daarbij spaar ik noch mezelf noch mijn geld", aldus Robert baron Van Heek- keren. In zijn jachthut zit baron Van Heeckeren in yogazit op een mat wanneer hij vertelt. Hij drinkt af en toe peinzend van zijn bekertje Sint-Jans kruidenthee. Hij rookt niet en hij eet nooit vlees. „Nicotine, vlees en alcohol werken agressie in de hand", vindt hij. /~kver die 1,8 miljoen doet de heer Van Heeckeren helemaal niet geheimzinnig. Hij vertelt, dat hij zich na de verkoop van zijn landgoed toelegde op de bosbouw. „Ik heb veel studiereizen gemaakt en werkteo ok als bosarbeider in Zweden". De bijnaam „rooie baron" heeft de heer Van Heeckeren verdiend aan zijn sociale be wogenheid. „Veel verbeterin gen werden aangebracht in de boerderijen op het landgoed en ik hield me ook bezig met de jeugd. Ik begon yoga-iur- sussen, steunde de judosport en heb veel gedaan voor de arbeidersjeugd, want er was voor de jongeren weinig hier." Soms zegt baron Van Heecke ren lang niet eenvoudige din gen, wanneer hij over zijn huidige idealen praat. Hij merkt bijvoorbeeld op: „Ik heb als groot ideaal de ge dachte van sociale gerechtig heid en vrede. Mijn gedachten gaan uit naar revolutionaire trainings cursussen met meditatief en gagement van adem en reini gende integratie van vasten en aansluitend non-agressief dieet, terwille van de weder opbouw van lichaam, geest en karakter". Dat zijn zinnen waar je eens goed over moet denken om te weten, wat de heer Van Heek- keren precies bedoelt. Veel van zijn ideeën zet hij op pa pier en laat ze drukken. Zijn „Scheppend alternatief" dat ook in het Russisch is vertaald heeft hij persoonlijk aan paus Paulus aangeboden. Het is een memorandum betref fende oorlog en vrede en de honger in de wereld. En al die dingen kosten natuurlijk scheppen geld. Voga is iets, dat de heer Van Heeckeren zeer aan spreekt. En daarbij weer een van zijn uitspraken: „Ik wil de mens mystiek ontwikkelen en daarna komt het naar bui ten gericht zijn, het ethische motief, het bewogen zijn om het leed in de wereld. Er is een hartstocht nodig om hart stocht te overwinnen". Zeer sterk voorstander is baron Van Heeckeren die nu 62 jaar is van het vege tarische dieet. „Ten eerste omdat ik eerbied heb voor al wat leeft, ten tweede wekt het geen agressie op en ten derde help je er mee het wereld voedselprobleem oplossen". Op dat laatste gaat hij nog even in. „Het onderhoud van een gezond menselijk lichaam is economisch doelmatiger langs plantaardige weg. En ook veel gunstiger dan langs een weg waarbij men eerst het dier voedt. De vleespro- duktie is een sta-in-de-weg voor voedsel voor miljoenen. De eiwitten van plantaardige afkomst kunnen de oplossing brengen". Tussen zijn vele boeken blijft Robert baron Van Heek- keren bij zijn verhaal op zijn mat zitten, de benen gekruist. „Ik heb de oorlog meege maakt en de werkeloosheid", mijmert hij hardop. „Zolang ik in de positie ben om te hel pen, denk ik niet aan een ap peltje voor de dorst. Ik heb meer belangstelling voor de dingen die er gebeuren dan voor de winst die ik maak. Ik zei het al: ik spaar mezelf noch mijn geld". "Decht op een rijtje, alsof ze een mooie toneelvoorstelling gingen zien, zaten zo'n vijfhonderd genodig den bijeen in De Doelen, Rotterdam maar zo erg ontspannend werd het niet, deze dag. Een congres van open bare gezondheidsregeling kan dat ook niet meer zijn en zeker niet wanneer het gaat over ons steeds zwarter wor dende milieu, ditmaal op het congres gepresenteerd onder de titel „De prijs van leefbaarheid". Die prijs werd nogal origineel toe gelicht door drs. R. Hueting, econoom bij het Centraal Bureau voor de Sta tistiek en „een der sprekers" op deze dag. „Het gaat bij economische beslis singen om een keuze uit waarden," aldus drs. Hueting, „en het is maar een toevallige omstandigheid dat goe deren als radio's en zo wél over de markt gaan en collectieve bezittingen, zoals duinen, bossen en recreatief wa ter niet. Door dit blote toeval hebben sommige goederen een geldprijs en andere niet. Daarom is het oppassen geblazen bij de beoordeling van een en ander, wa nt wezenlijk belangrijke zakes kunnen versluierd worden door het geld. Invoering van de factor geld bij beslissingen t.a.v. het leefmilieu zijn pas verantwoord, als ólle rele vante waarden op de noemer „geld" zijn gebracht." tegengaan van overbelasting van het milieu vraagt om kinderbelasting en niet om kinderbijslag. Bovendien laat dit voorbeeld zien, dat het niet altijd om geld gaat. Een actieve bevolkings politiek zal waarschijnlijk geen geld kosten, maar een milieuverbetering opleveren. De vraag is alleen, of we de bestaande taboe's willen doorbre ken. het eindresultaat. Dat is in feite haar taak, aldus drs. Hueting. XJij vele dingen op dit gebied geldt dat we niet willen kiezen, maar dat we het toch doen. Het resultaat kan voor ons allemaal zijn: minder en slechter, terwijl we denken te kiezen voor „meer en beter". Het lijkt erop, dat we gevangen zitten in een onge controleerd proces. Er is sprake van een groot aantal individuele beslissin gen, die worden genomen vanuit 't ei gen beperkte gezichtsveld. Getotali seerd leiden die beslissingen tot een eindresultaat, dat niemand wenst.... Bijvoorbeeld: iedereen wil autorijden, maar niemand wil, dat de laatste na- tuurrestanten worden vernietigd. De overheid dient zich daarom niet op te stellen als het willoze verlengstuk van de vraag-naar wegen en andere voor zieningen, maar zich te bezinnen op 17en moeilijkze zaak vond hij het dat de overheid vrijwel altijd kiest voor in geld gemeen „goedkope" oplossingen. Er worden wegen aange legd door natuurgebieden, maar vrij wel nooit wordt gekozen voor duurde re" oplossingen in de vorm van tun nelwegen, dubbeldekswegen en wegen met een langer tracé. Van een wezen lijke afweging van waarden is dan geen sprake. Ook bij gemeentelijke beslissingen ziet men een automatis me dat leidt tot meer „goederen' zoals wegen en minder „goederen" als bos- en ander natuurgebied, het leef bare woonmilieu. De indruk bestaat, dat evenals bij bedrijven de drang naar „grootheid" dit proces versterkt. tTet ellendige is, dat we nog slechts van vooruitgang spreken als er sprake is van „meer". Mis schien maken we nu een beweging meer, aldus drs. Hueting, die opteert voor een vooruitgangsbegrip in de trant van „dieper". Zo gezien, kunnen we op een goed moment tot de over tuiging komen dat minder groei kan leiden tot meer vooruitgang. Bijvoor beeld: minder produktie, maar een groter aantal gelukkige vrouwen bij de maatschappelijke integratie van de vrouw. Een voorbeeld in het absurde: is een muziekstuk met meer noten al tijd beter dan een stuk met minder noten? YE/e staan nu voor een keuze uit schaarse materiële goederen, in dit land, dat vanv een paradijs met onbeperkte mogelijkheden al lang ge degradeerd is tot een samenleving waarin schaarste aan levensbehoeften heerst. En dan past de overheid vaak een averechts werkende politiek toe. Bijvoorbeeld: fietspaden en trottoirs worden stelselmatig opgeofferd aan autorijbanen en parkeerhavens. Deze gang van zaken levert een fors stuk consumptiedwang op in de richting van het gebruik van auto's. Tegelij kertijd is de actieradius van fietsende kinderen in de grote steden gedeci meerd, vergeleken bij de jaren dertig We blijven deze ontwikkeling hard nekkig vooruitgang noemen, aldus drs. Hueting. !Overigens hebben sociaal-genees kundigen de econoom drs. Hue ting verzekerd,ndat ruimtegebrek in de eerste en geluidshinder in de twee de plaats de schadelijke invloed van milieuverslechtering gaan bepalen. Daarna komen pas water- en luchtve rontreiniging. De belangrijkste oor zaak van het toenemende ruimtege brek is de bevolkingsgroei minder kinderen, meer ruimte straks. En ook hier zijn we, gezien uit een oogpunt van milieubeheer, weer verkeerd aan 't calculeren, aldus drs. Hueting: het TJet argument van werkgelegenheid wordt in verband met milieube heer meestal op een bedrieglijke ma nier gehanteerd, aldus drs. Hueting. In de eerste plaats is werk doorgaans geen doel, maar een middel en wel een middel tot het verkrijgen van goederen. Het gaat zoals gezegd in laat ste instantie om de samenstelling van het goederenpakket, dat ons ter be schikking staat. Vervuilende produk tie in een overbelast milieu kan wor den geëlimineerd door het overgaan op niet verontreinigende productie methoden. Wanneer deze methoden tot hogere bedrijfskosten leiden kan dit worden opgevangen door een lage re loon- en winstvoet of door deva luatie. Zulks hoeft de concurrentiepo sitie niet aan te tasten. Het resultaat zal zijn minder geproduceerde goede ren, maar meer „milieugoederen". Doen we dit niet dan komen de actie groepen op gang om de overheid tot dure compenserende maatrege len te dwingen. Die maatregelen wor den bekostigd uit door de burgers op gebrachte belastinggelden. Conclusie: we betalen altijd, hetzij in de vorm van lager loon, (lees: minder claim op geproduceerde goederen), hetzij in de vorm van belastingen, hetzij als we niets doen in de vorm van een ver vuild en onleefbaar milieu. Tn de tweede plaats is het zo dat A milieubescherming niet tot verlies aan werkgelegenheid leidt maar juist werkgelegenheid schept. Het leggen van wegen door bos- of duingebieden betekent meer weg en minder bos en duin. Het bouwen van wegen om bos en duin heen of er onder door bete kent meer bos en duinen en minder wegen. Uit dit voorbeeld blijkt duide lijk onze relatieve armoede en de dro gredenering van de in dit verband ge hanteerde werkgelegenheidsargumen ten. Men kan én de duinen sparen én een tunnelweg aanleggen. Voor die oplossing zijn we blijkbaar te arm. Het zou echter volop werkgelegenheid verschaffen. Hetzelfde geldt mutatis mutandis voor het aanbrengen van milieubeschermende voorzieningen bij verontreinigende industrieën (Hoog ovens, aardappelmeelfabrieken, che mische bedrijven) en vervuilende con sumptieartikelen (auto's, wegwerp- flessen). Een van de beste persoonlijke resul taten in de schaakolympiade te Siegen werd behaald door de jonge Tsjechi sche meester Jan Smejkal. Hij scoorde aan het 4e bord niet minder dan 13 punten uit 17 partijen. Bij het beoor delen van scores uit de schaakolym piades moet men zich altijd twee din gen afvragen: aan welk bord werden ze behaald en in welke groep werd het land ingedeeld waarvoor de betreffen de speler uitkwam. Tsjechoslowakije kwam uit in de le groep en behaalde daar de 5e plaats achter de Sowjet- unie, Hongarije, Zuidslavië en de Ver enigde Staten. Hieronder een briljante partij van Smejkal. Hij won overigens ook van de grootmeesters Gelier en Lombardy. Wit: Bellon (Spanje). Zwart: Smejkal (Tsjechoslowakije). Flankspel. (Siegen 1970). 1. b2-b3, e7-e5 2. Lcl-b2, Pb8-c6 3. c2-c4, Pg8-f6 4. Pbl-c3 (Larsen speel de hier eerst 4. Pf3 maar stapte in la tere partijen over op 4. e3) 4.g7-g6 5. g2-g3, Lf8-g7 6. Lfl-g2, 0-0 7. e2-e4 (Dubieus. Hier lag 7. e3 in verbinding met Pge2 meer voor de hand.) 7d7-d6 8. Pgl-e2 Pf6-d7 (Tegen de opmars d2-d4 gericht) 9. d2-d3, Pd7-c5 10. Pc3-d5, a7-a5 11. Lb2-c3 (Uit vrees voor aanval op zijn ko ning laat wit de korte rochade achter wege. Hij had hier 11. a3 gevolgd door 12. b4 kunnen proberen.) 11. f7-f5 12. f2-f3, Pc6-d4 18. Pe2xd4, e5xd4 14. Lc3-b2, Pc5-e6 1». e4xf5, Tf8xf5 (Achteraf is gebleken dat 15.gxf5! 16. Lel, Le5, dreigend 17. c6 nog sterker was geweest.) 16. Lg2-h3, Tf5-e5t 17. Kel-f2, c7-c« 18. Lh3xe6f (Op deze wijze kan wit di rect veriies voorkomen.) 18. Te5xe6 19. Pd5-f4, Te6-e3 20. Lb2-cl, Lc8-f5! 21. Lclxe3, d4xe3f 22. Kf2-e2 (Na 22. Kxe3, Db6f 23. d4?, Te8t komt de witte koning in het kruisvuur van de vijandelijke batterijen te staan.) 22Dd8-b6! (Liever dan de kwa liteit op al terug te winnen speelt de zwartspeler op aanval.) 23. Tal-bl, Db6-d4 24. Ddl-c2, Ta8-f8 25. Pf4-g2 (Anders volgt 25g5. Geen effect heeft 25. h4? wegens 25 Le5.) 2 5Lf5-h3 26. Pg2-el (op 26. Pf4 kan 26Df6, dreigend 27. g5!, volgen. Na de tekstzet is de witte stelling volkomen passief.) 2 6Dd4-c5 27. Thl-gl, Lh3-d7 28. Dc2-cl, Lg7-d4 29. g3-g4 (Verzwakt de stelling nog meer maar 29. a3, Dh5 30. h4, c5 gevolgd door Lc6 is evenmin aanlokkelijk.) 29. Dc5-g5 30. Tgl-g2, Dg5-h4 31. Pel-c2 (Hierop heeft de witspeler aange stuurd: hij valt de vijandelijke loper aan, zet e3 onder druk en bereidt Dcl- el voor.) De hoofdgroep van het PRIVA- damtoernooi werd met dezelfde voorsprong op zijn naaste belager als in de „eregroep", Ton Sijbrands, door de jonge Haagse commingman Fred Ivens op zijn naam geschre ven. Een mijlpaal in de carière van deze jonge speler, die weliswaar in cidentele successen op zijn naam had staan, maar tot dusverre nog geen belangrijk toernooi. Dat zijn pad niet over rozen ging, zien we in onderstaande partij, waarin hij het hoofd te bieden had aan een stormachtige aanvals drift. Wit: A. HUISMAN; Zwart: F. C. H. IVENS. 1. 32-28 16-21; 2. 37-32 21-26; 3. 32-27 26 x 37; 4. 41 x32 20-25; 5.46-42 11-16; 6. 41-37 7-11; 7. 28-23!? Een drieste poging om te ontkomen aan het tempogebrek, dat wit in vrijwel alle varianten van deze opening plaagt. Het veiligst is zeker 34-30 (25 x 34)39 x 30. 719x28; 8. 32 X 23 18 x 29; 9. 34 X 23 17-21; 10. 38-32 13-18; 11. 33-29 1-7; 12. 42-38 11-17; 13. 40-34 14-19; Er dreigde nivellering van de posities door (34-30) 25 x 34 (29 x 40) (18x29) en 27-22. Dit wil zwart voorkomen. 14. 23x14 10x19; 15. 29-24 ver plaatst zijn voorpost 1519x30; 16. 35 X 24 8-13; 17. 47-42 7-11; 18. 44-40 3-8; 19. 49-44 5-10 20. 40-35 18-23; Scherp gespeeld; na (21-26) (27-21) enz. is er weinig voor zwart te bereiken. 21. 44-40 23-28; Misschien is (13-18), dat dwingt tot 34-30 (25 x 34) 40 x 29 enz. strategisch het sterkste. Zwart zoekt echter het tactische „lijf-aan-lijf' gevecht! 22. 32x23 21x41; 23. 26 x 47 13-18; 24. 24-19 Gedwongen; na 34-39 volgt (25-30) 2418 X 29 25. 34 X 23 15-20 26. 40-34 17-22; Wi) door afwachtende omsingeling d* witte voorpost ondermijnen. 27. 50-44 11-17; 28. 44-40 16-21; 29. 42-37 6-11; 30. 38-33 21-27; Een zeer verstrekkende beslissing. Wanneer wit nu zijn wig in het zwarte centrum kan handhaven, wordt zwarts positie aan diens rechtervleugel geheel krachteloos. 31. 34-29 11-16; Na (9-13) 40-34 (13 X 24) 34-30 (25 X 34) 39x19 (4-9) faalt deze hernieuwde aanval op wits voorpost door 35-30! 32.40-34 16—21; 33. 47-41 21-26; 34. 41-36 2-7; 35. 34-30 25 x 34; 36. 39x30 20-25 37. 30-24? Nu kan zwart het voor hem sterke veld 18 gaan bezet ten. Veel sterker is 43-38! (25 X 34) 29 X 40 (9-13) 40-34! (13 x 24) 34-30! en wit heeft zeer goed spel. 379*-13; 38. 45-40 13-18; 39. 40-34 7-11; 40.43-38 11-16; 41. 38-32 27 x 38 42. 33 x 42 16-21; (zie dia gram). Door de voortdurende moge- orige. week gaf ik u een double- dummy-probleem: Sch AH V7 5 2 Ha A B 3 2 Ru 10 6 3 KI - Zuid zit in 6 Ha. West komt uit met schoppen boer. Hoe kan dit contract gemaakt worden tegen het beste te genspel? We zullen eerst eens gaan kijken hoe het niet lukt. Wat voor vaste slagen zijn er aanwezig? Zes schoppenslagen, vier hartensla- gén en een klaveraftroever in noord. Dat is bij elkaar elf slagen, dus eentje te weinig. Nu kan het troefbezit best twee kla veraftroevers in de noordhand ver dragen, maar de overkomstmoeilijk heden naar de zuidhand maken dit onmogelijk. Immers de enige manier om vanuit noord naar zuid te komen is de troefkleur en deze troefkleur bevat niet voldoende communicatieruimte om twee aftroevers te gaan maken en ook nog de vijandelijke troef te trek ken. Welnu, als de aftroevers geen uit komst kunnen brengen, dan is het in deze gevallen een dwangpositie die als redder in de nood komt Het speelplan moet worden: eerst wordt er driemaal troef getrokken en daarna wordt de SMEJKAL urn We uelLon De opgave van de week: hoe besliste de zwartspeler de partij vanuit de dia gramstelling? Volgende week de oplossing. Oplossing Wit (Byzantiades): Khl, Del, Tal en gl, Lc4, Pf3, pionnen a4, b2, d5, e4, g2, h2. Zwart (Spassky): Kg7, De7, Tf8 en f2. Ld6 en d7, pionnen aö, b7, c6, «5, g6, h5. Er volgde: 27Tf8xf3! en wit gaf het op, zonder het fraaie vervolg 28. g2xf3, Tf2xh2tü 29. Khlxh2, De7-h4t 30. Kh2-g2, Ld7-h3f 31. Kg2-h2, Lh3-fl mat, af te wachten. door J. M. Born lijkheid van de aanvalsformatie 18, 22, 27 is de witte stelling nu zeer moeilijk geworden. Hij speelt nu onder de druk van de omstandighe den: 43.42-38?? Aan de lezers deze week de opga ve: Hoe won zwart na deze zet en was er nog redding voor wit? OPLOSSING Wit (MOSTOVOYE): 25, 29, 33, 34, 36,37, 39,40,41,45, 49 (11 st) Zwart (HISARD): 3, 8, 9,13,14,15, 19.20, 22,26,27 (11 st) Op 49-43 was gevolgd (19-24!!) met onmiddellijke winst, want te gen (22-28) is geen enkel verweer. door G. J R Förch schoppenkleur afgedraaid. In de zuid hand wordt driemaal ruiten afgegooid. Wat oost wegdoet, is van geen belang en laten we aannemen dat west twee kleine ruitentjes en zijn twee kleine klavertjes heeft opgeruimd. Dan is de volgende eindfiguur ontstaan: noord oost zuid west 1 Ha doublet redoublet pas pas 2 KI 3 KI 3 SA doublet pas 4 KI pas 4 Ru pas 6 Ha pas pas doublet pas pas pas Sch - Ha V Ru H KI HB Nu wordt er ruiten gespeeld. Als west het aas niet neemt, zijn de moei lijkheden meteen opgelost, maar als west het aas wel neemt, dan komt de 12de slag ook vanzelf binnen. Immers hij zal iets na moeten spelen. Speelt hij ruiten vrouw, dan wordt in zuid getroefd en de 10 in noord is hoog ge worden. Speelt hij klaver aas na, dan wordt in noord getroefd en de heer van zuig, zorgt voor de 12de slag. Als west klaver vrouw zou naspelen, dan wordt de heer natuurlijk direkt al een slag. Met open kaarten is dit probleem misschien niet zo verschrikkelijk moeilijk, maar om met dichte kaarten dit 6 Ha contract thuis te brengen is weer iets heel anders. De Amerikaap-. se speler Richard Berk kreeg dat voor elkaar na het volgende een beetje vreemde biedverloop: Zowel het informatiedoublet als het uiteindelijke strafdoublet van west deed bij Berk de mening postvatten dat inderdaad alle ontbrekende pun ten daar gezocht moesten worden en met dat idee gewapend vond hij de winnende speelwijze. Het nieuwe probleem ligt weer eens in de tegenspelsector. U zit op de westplaats, allen zijn kwetsbaar en zuid geeft u het volgende spel: Sch A V B 9 2 Ha 9 3 Ru V6 KI HB74 Het biedverloop ontwikkelt zich als volgt: noord oost 3 Ha pas pas pas zuid 1 Ha 4 Ha west 1 Sch pas U besluit met schoppen aas uit te komen en op tafel verschijnt de vol gende kaart: Sch H Ha HB76 Ru HB1085 KI 98 3 Uw schoppen aas maakt natuurlijk de eerste slag, maar hoe gaat u nu« verder? HORIZONTAAL: 1. De eerste eigenaar geuruikt het niet meer (11) 9. Energietank (4) 10. Voedster achter de watervlakten (10) 11.Hekkesluiter (7) 12. Gedragen kennis van goed en kwaad (7) 14. Voor velen het moeilijkste deel van een gesprek (9) 16. Zijn dessin komt men allerwegen tegen (5) 19. Deze hoop overgebleven mest heb ben we allemaal (5) 20. Wie dit doet houdt zich met verlak kerij bezig (9) 22. Vormen van groepjes (7) 24. Deze kokers zijn niet goed (7) 27. Zij beginnen met een grapje, maar ze zijn niet tevreden (10) 28. Men kan niet horen of zij in Zee land of in het Gelderse thuis hoort (4) 29. Onhandige windas (11) VERTICAAL: 2. Gaatjespijp (5) 3. De automobilist die zijn passagier laat uitstappen vraagt te veel (8) 4. rood lichaamsdeel (4) 5. Met dit glas wordt hulde gebracht (6) 6. Zij grijpen de kous bij de kop (9) 7. Schalkse schurk (8) 8. De vorst is tijdens de reis in de war gebracht(4) 13. Pakken, maar niet om te dragen (5) 15. Zoethouder (9) 17. In de grote zandvlakte wordt hij niet vaak gehoord (8) 18. De vreerpde reis van Xenophon (8) 21. Dit is leven (6) 23. Muzikale vrucht (4) 25. Het werk van deze godin lijkt nooit voltooid te raken (5) 26. Jantje Contantje in Engeland (4) HORIZONTAAL: 1. speer, 5. tango. 9. la. 10. Landsmeer, 14. A.M., 15. giro, 16. Leer, 18. opa, 2(X edelman, 23. ode, 25. Maas, 27. Ellen, 28. toon, 29. tram, 31. set, 32. bode, 33. nee, 35. lev, 36. ouders, 37. gareel, 38. are, 40. Sir, 41. Aras, 43. eel, 45. neen, 47. Baal, 48. arren, 50. neep, 52. atm., 53. krabbel, 55. n.n.o.. 56. poon, 58. Saas, 60. R.P., 62. hoofdstad, 63. me, 64. nylon, 65. roman. VERTICAAL: 1. sloom, 2. pa, 3. Eli, 4 rare, 5. teen, 6. are, 7. ga, 8. Ommen, 11. node, 12. «ollen, 13.' elan, 15. gaar, 17. rood, 19. patronaat, 21. els, 22. met, 24. doellijn, 28. sandaal, 28. toveren, 30. Meers, 32. berin, 34. ere, 35. las, 39. verbod, 42. ramp, 43. era, 44. leb, 46. eens, 47. Baarn, 48. Amo, 49. nest, 5L- pogen, 53. koon, 54 laar, 57. oho, 58/ A.D.O., 61. Pi i. 63. ma.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1970 | | pagina 11