notities
i
Baron trok zich
terug in een
bescheiden hut
WE ZIJN TE ARM OM EEN
GOED MILIEU TE SCHEPPEN"
Drs. Hueting op congres gezondheids regeling:
V.
lm. -s iff y
Afwegen
Gevangi
Schaarste
en
Dieper
Ruimte
Te arm
Wi
M
m
SCHAKEN S$$ki door H. Kramer
DAMMEN
BRIDGE
CRYPTOGRAM
1
A
Hf
i.
tn
A
A
A
fÜ
fH
Hf
ff
Él
n
A
a
iÜ
A
A
fff
a
Éfl
iH
iff
S
0
s
P
I
Oplossing vorige puzzel
pp
T^rie jaar geleden was hij ei
genaar van het tweehon
derd hectare grote landgoed
De Veldhoeve Veldhoeve in
Ruurlo, nu rest hem nog 2,8
hectare plus een bescheiden
jachthut als residentie. Hij
verkocht bijna zijn hele bezit
aan Staatsbosbeheer voor 1,8
miljoen gulden, maar hij zegt:
„Mijn middelen gaan als
sneeuw voor de zon. Ik zet
mijn financiën om in daad
kracht en daarbij spaar ik
noch mezelf noch mijn geld",
aldus Robert baron Van Heek-
keren.
In zijn jachthut zit baron
Van Heeckeren in yogazit op
een mat wanneer hij vertelt.
Hij drinkt af en toe peinzend
van zijn bekertje Sint-Jans
kruidenthee. Hij rookt niet en
hij eet nooit vlees. „Nicotine,
vlees en alcohol werken
agressie in de hand", vindt
hij.
/~kver die 1,8 miljoen doet
de heer Van Heeckeren
helemaal niet geheimzinnig.
Hij vertelt, dat hij zich na de
verkoop van zijn landgoed
toelegde op de bosbouw. „Ik
heb veel studiereizen gemaakt
en werkteo ok als bosarbeider
in Zweden".
De bijnaam „rooie baron"
heeft de heer Van Heeckeren
verdiend aan zijn sociale be
wogenheid. „Veel verbeterin
gen werden aangebracht in de
boerderijen op het landgoed
en ik hield me ook bezig met
de jeugd. Ik begon yoga-iur-
sussen, steunde de judosport
en heb veel gedaan voor de
arbeidersjeugd, want er was
voor de jongeren weinig hier."
Soms zegt baron Van Heecke
ren lang niet eenvoudige din
gen, wanneer hij over zijn
huidige idealen praat. Hij
merkt bijvoorbeeld op: „Ik
heb als groot ideaal de ge
dachte van sociale gerechtig
heid en vrede.
Mijn gedachten gaan uit
naar revolutionaire trainings
cursussen met meditatief en
gagement van adem en reini
gende integratie van vasten en
aansluitend non-agressief
dieet, terwille van de weder
opbouw van lichaam, geest en
karakter".
Dat zijn zinnen waar je eens
goed over moet denken om te
weten, wat de heer Van Heek-
keren precies bedoelt. Veel
van zijn ideeën zet hij op pa
pier en laat ze drukken. Zijn
„Scheppend alternatief" dat
ook in het Russisch is vertaald
heeft hij persoonlijk aan
paus Paulus aangeboden. Het
is een memorandum betref
fende oorlog en vrede en de
honger in de wereld. En al die
dingen kosten natuurlijk
scheppen geld.
Voga is iets, dat de heer Van
Heeckeren zeer aan
spreekt. En daarbij weer een
van zijn uitspraken: „Ik wil
de mens mystiek ontwikkelen
en daarna komt het naar bui
ten gericht zijn, het ethische
motief, het bewogen zijn om
het leed in de wereld. Er is
een hartstocht nodig om hart
stocht te overwinnen".
Zeer sterk voorstander is
baron Van Heeckeren die
nu 62 jaar is van het vege
tarische dieet. „Ten eerste
omdat ik eerbied heb voor al
wat leeft, ten tweede wekt het
geen agressie op en ten derde
help je er mee het wereld
voedselprobleem oplossen".
Op dat laatste gaat hij nog
even in. „Het onderhoud van
een gezond menselijk lichaam
is economisch doelmatiger
langs plantaardige weg. En
ook veel gunstiger dan langs
een weg waarbij men eerst
het dier voedt. De vleespro-
duktie is een sta-in-de-weg
voor voedsel voor miljoenen.
De eiwitten van plantaardige
afkomst kunnen de oplossing
brengen".
Tussen zijn vele boeken
blijft Robert baron Van Heek-
keren bij zijn verhaal op zijn
mat zitten, de benen gekruist.
„Ik heb de oorlog meege
maakt en de werkeloosheid",
mijmert hij hardop. „Zolang
ik in de positie ben om te hel
pen, denk ik niet aan een ap
peltje voor de dorst. Ik heb
meer belangstelling voor de
dingen die er gebeuren dan
voor de winst die ik maak. Ik
zei het al: ik spaar mezelf
noch mijn geld".
"Decht op een rijtje, alsof ze een
mooie toneelvoorstelling gingen
zien, zaten zo'n vijfhonderd genodig
den bijeen in De Doelen, Rotterdam
maar zo erg ontspannend werd het
niet, deze dag. Een congres van open
bare gezondheidsregeling kan dat ook
niet meer zijn en zeker niet wanneer
het gaat over ons steeds zwarter wor
dende milieu, ditmaal op het congres
gepresenteerd onder de titel „De prijs
van leefbaarheid".
Die prijs werd nogal origineel toe
gelicht door drs. R. Hueting, econoom
bij het Centraal Bureau voor de Sta
tistiek en „een der sprekers" op deze
dag. „Het gaat bij economische beslis
singen om een keuze uit waarden,"
aldus drs. Hueting, „en het is maar
een toevallige omstandigheid dat goe
deren als radio's en zo wél over de
markt gaan en collectieve bezittingen,
zoals duinen, bossen en recreatief wa
ter niet. Door dit blote toeval hebben
sommige goederen een geldprijs en
andere niet. Daarom is het oppassen
geblazen bij de beoordeling van een
en ander, wa nt wezenlijk belangrijke
zakes kunnen versluierd worden door
het geld. Invoering van de factor geld
bij beslissingen t.a.v. het leefmilieu
zijn pas verantwoord, als ólle rele
vante waarden op de noemer „geld"
zijn gebracht."
tegengaan van overbelasting van het
milieu vraagt om kinderbelasting en
niet om kinderbijslag. Bovendien laat
dit voorbeeld zien, dat het niet altijd
om geld gaat. Een actieve bevolkings
politiek zal waarschijnlijk geen geld
kosten, maar een milieuverbetering
opleveren. De vraag is alleen, of we
de bestaande taboe's willen doorbre
ken.
het eindresultaat. Dat is in feite haar
taak, aldus drs. Hueting.
XJij vele dingen op dit gebied geldt
dat we niet willen kiezen, maar
dat we het toch doen. Het resultaat
kan voor ons allemaal zijn: minder en
slechter, terwijl we denken te kiezen
voor „meer en beter". Het lijkt erop,
dat we gevangen zitten in een onge
controleerd proces. Er is sprake van
een groot aantal individuele beslissin
gen, die worden genomen vanuit 't ei
gen beperkte gezichtsveld. Getotali
seerd leiden die beslissingen tot een
eindresultaat, dat niemand wenst....
Bijvoorbeeld: iedereen wil autorijden,
maar niemand wil, dat de laatste na-
tuurrestanten worden vernietigd. De
overheid dient zich daarom niet op te
stellen als het willoze verlengstuk van
de vraag-naar wegen en andere voor
zieningen, maar zich te bezinnen op
17en moeilijkze zaak vond hij het dat
de overheid vrijwel altijd kiest
voor in geld gemeen „goedkope"
oplossingen. Er worden wegen aange
legd door natuurgebieden, maar vrij
wel nooit wordt gekozen voor duurde
re" oplossingen in de vorm van tun
nelwegen, dubbeldekswegen en wegen
met een langer tracé. Van een wezen
lijke afweging van waarden is dan
geen sprake. Ook bij gemeentelijke
beslissingen ziet men een automatis
me dat leidt tot meer „goederen'
zoals wegen en minder „goederen" als
bos- en ander natuurgebied, het leef
bare woonmilieu. De indruk bestaat,
dat evenals bij bedrijven de drang
naar „grootheid" dit proces versterkt.
tTet ellendige is, dat we nog
slechts van vooruitgang spreken
als er sprake is van „meer". Mis
schien maken we nu een beweging
meer, aldus drs. Hueting, die opteert
voor een vooruitgangsbegrip in de
trant van „dieper". Zo gezien, kunnen
we op een goed moment tot de over
tuiging komen dat minder groei kan
leiden tot meer vooruitgang. Bijvoor
beeld: minder produktie, maar een
groter aantal gelukkige vrouwen bij
de maatschappelijke integratie van de
vrouw. Een voorbeeld in het absurde:
is een muziekstuk met meer noten al
tijd beter dan een stuk met minder
noten?
YE/e staan nu voor een keuze uit
schaarse materiële goederen, in
dit land, dat vanv een paradijs met
onbeperkte mogelijkheden al lang ge
degradeerd is tot een samenleving
waarin schaarste aan levensbehoeften
heerst. En dan past de overheid vaak
een averechts werkende politiek toe.
Bijvoorbeeld: fietspaden en trottoirs
worden stelselmatig opgeofferd aan
autorijbanen en parkeerhavens. Deze
gang van zaken levert een fors stuk
consumptiedwang op in de richting
van het gebruik van auto's. Tegelij
kertijd is de actieradius van fietsende
kinderen in de grote steden gedeci
meerd, vergeleken bij de jaren dertig
We blijven deze ontwikkeling hard
nekkig vooruitgang noemen, aldus
drs. Hueting.
!Overigens hebben sociaal-genees
kundigen de econoom drs. Hue
ting verzekerd,ndat ruimtegebrek in
de eerste en geluidshinder in de twee
de plaats de schadelijke invloed van
milieuverslechtering gaan bepalen.
Daarna komen pas water- en luchtve
rontreiniging. De belangrijkste oor
zaak van het toenemende ruimtege
brek is de bevolkingsgroei minder
kinderen, meer ruimte straks. En ook
hier zijn we, gezien uit een oogpunt
van milieubeheer, weer verkeerd aan
't calculeren, aldus drs. Hueting: het
TJet argument van werkgelegenheid
wordt in verband met milieube
heer meestal op een bedrieglijke ma
nier gehanteerd, aldus drs. Hueting.
In de eerste plaats is werk doorgaans
geen doel, maar een middel en wel
een middel tot het verkrijgen van
goederen.
Het gaat zoals gezegd in laat
ste instantie om de samenstelling van
het goederenpakket, dat ons ter be
schikking staat. Vervuilende produk
tie in een overbelast milieu kan wor
den geëlimineerd door het overgaan
op niet verontreinigende productie
methoden. Wanneer deze methoden
tot hogere bedrijfskosten leiden kan
dit worden opgevangen door een lage
re loon- en winstvoet of door deva
luatie. Zulks hoeft de concurrentiepo
sitie niet aan te tasten. Het resultaat
zal zijn minder geproduceerde goede
ren, maar meer „milieugoederen".
Doen we dit niet dan komen de actie
groepen op gang om de overheid tot
dure compenserende maatrege
len te dwingen. Die maatregelen wor
den bekostigd uit door de burgers op
gebrachte belastinggelden. Conclusie:
we betalen altijd, hetzij in de vorm
van lager loon, (lees: minder claim op
geproduceerde goederen), hetzij in de
vorm van belastingen, hetzij als we
niets doen in de vorm van een ver
vuild en onleefbaar milieu.
Tn de tweede plaats is het zo dat
A milieubescherming niet tot verlies
aan werkgelegenheid leidt maar juist
werkgelegenheid schept. Het leggen
van wegen door bos- of duingebieden
betekent meer weg en minder bos en
duin. Het bouwen van wegen om bos
en duin heen of er onder door bete
kent meer bos en duinen en minder
wegen. Uit dit voorbeeld blijkt duide
lijk onze relatieve armoede en de dro
gredenering van de in dit verband ge
hanteerde werkgelegenheidsargumen
ten. Men kan én de duinen sparen én
een tunnelweg aanleggen. Voor die
oplossing zijn we blijkbaar te arm.
Het zou echter volop werkgelegenheid
verschaffen. Hetzelfde geldt mutatis
mutandis voor het aanbrengen van
milieubeschermende voorzieningen bij
verontreinigende industrieën (Hoog
ovens, aardappelmeelfabrieken, che
mische bedrijven) en vervuilende con
sumptieartikelen (auto's, wegwerp-
flessen).
Een van de beste persoonlijke resul
taten in de schaakolympiade te Siegen
werd behaald door de jonge Tsjechi
sche meester Jan Smejkal. Hij scoorde
aan het 4e bord niet minder dan 13
punten uit 17 partijen. Bij het beoor
delen van scores uit de schaakolym
piades moet men zich altijd twee din
gen afvragen: aan welk bord werden
ze behaald en in welke groep werd het
land ingedeeld waarvoor de betreffen
de speler uitkwam. Tsjechoslowakije
kwam uit in de le groep en behaalde
daar de 5e plaats achter de Sowjet-
unie, Hongarije, Zuidslavië en de Ver
enigde Staten.
Hieronder een briljante partij van
Smejkal. Hij won overigens ook van
de grootmeesters Gelier en Lombardy.
Wit: Bellon (Spanje). Zwart: Smejkal
(Tsjechoslowakije). Flankspel. (Siegen
1970).
1. b2-b3, e7-e5 2. Lcl-b2, Pb8-c6 3.
c2-c4, Pg8-f6 4. Pbl-c3 (Larsen speel
de hier eerst 4. Pf3 maar stapte in la
tere partijen over op 4. e3)
4.g7-g6 5. g2-g3, Lf8-g7 6. Lfl-g2,
0-0 7. e2-e4 (Dubieus. Hier lag 7. e3 in
verbinding met Pge2 meer voor de
hand.)
7d7-d6 8. Pgl-e2 Pf6-d7 (Tegen de
opmars d2-d4 gericht)
9. d2-d3, Pd7-c5 10. Pc3-d5, a7-a5 11.
Lb2-c3
(Uit vrees voor aanval op zijn ko
ning laat wit de korte rochade achter
wege. Hij had hier 11. a3 gevolgd door
12. b4 kunnen proberen.)
11.
f7-f5 12. f2-f3, Pc6-d4 18.
Pe2xd4, e5xd4 14. Lc3-b2, Pc5-e6 1».
e4xf5, Tf8xf5
(Achteraf is gebleken dat 15.gxf5!
16. Lel, Le5, dreigend 17. c6 nog
sterker was geweest.)
16. Lg2-h3, Tf5-e5t 17. Kel-f2, c7-c«
18. Lh3xe6f (Op deze wijze kan wit di
rect veriies voorkomen.)
18. Te5xe6 19. Pd5-f4, Te6-e3 20.
Lb2-cl, Lc8-f5! 21. Lclxe3, d4xe3f 22.
Kf2-e2
(Na 22. Kxe3, Db6f 23. d4?, Te8t
komt de witte koning in het kruisvuur
van de vijandelijke batterijen te
staan.)
22Dd8-b6! (Liever dan de kwa
liteit op al terug te winnen speelt de
zwartspeler op aanval.)
23. Tal-bl, Db6-d4 24. Ddl-c2, Ta8-f8
25. Pf4-g2 (Anders volgt 25g5.
Geen effect heeft 25. h4? wegens 25
Le5.)
2 5Lf5-h3 26. Pg2-el
(op 26. Pf4 kan 26Df6, dreigend 27.
g5!, volgen. Na de tekstzet is de
witte stelling volkomen passief.)
2 6Dd4-c5 27. Thl-gl, Lh3-d7 28.
Dc2-cl, Lg7-d4 29. g3-g4
(Verzwakt de stelling nog meer maar
29. a3, Dh5 30. h4, c5 gevolgd door Lc6
is evenmin aanlokkelijk.)
29. Dc5-g5 30. Tgl-g2, Dg5-h4 31.
Pel-c2
(Hierop heeft de witspeler aange
stuurd: hij valt de vijandelijke loper
aan, zet e3 onder druk en bereidt Dcl-
el voor.)
De hoofdgroep van het PRIVA-
damtoernooi werd met dezelfde
voorsprong op zijn naaste belager
als in de „eregroep", Ton Sijbrands,
door de jonge Haagse commingman
Fred Ivens op zijn naam geschre
ven. Een mijlpaal in de carière van
deze jonge speler, die weliswaar in
cidentele successen op zijn naam
had staan, maar tot dusverre nog
geen belangrijk toernooi.
Dat zijn pad niet over rozen ging,
zien we in onderstaande partij,
waarin hij het hoofd te bieden
had aan een stormachtige aanvals
drift.
Wit: A. HUISMAN; Zwart: F. C.
H. IVENS.
1. 32-28 16-21; 2. 37-32 21-26; 3.
32-27 26 x 37; 4. 41 x32 20-25; 5.46-42
11-16; 6. 41-37 7-11; 7. 28-23!? Een
drieste poging om te ontkomen aan
het tempogebrek, dat wit in vrijwel
alle varianten van deze opening
plaagt. Het veiligst is zeker 34-30
(25 x 34)39 x 30.
719x28; 8. 32 X 23 18 x 29; 9.
34 X 23 17-21; 10. 38-32 13-18; 11.
33-29 1-7; 12. 42-38 11-17; 13. 40-34
14-19; Er dreigde nivellering van de
posities door (34-30) 25 x 34 (29 x 40)
(18x29) en 27-22. Dit wil zwart
voorkomen.
14. 23x14 10x19; 15. 29-24 ver
plaatst zijn voorpost 1519x30;
16. 35 X 24 8-13; 17. 47-42 7-11; 18.
44-40 3-8; 19. 49-44 5-10 20. 40-35
18-23; Scherp gespeeld; na (21-26)
(27-21) enz. is er weinig voor zwart
te bereiken.
21. 44-40 23-28; Misschien is
(13-18), dat dwingt tot 34-30 (25 x 34)
40 x 29 enz. strategisch het sterkste.
Zwart zoekt echter het tactische
„lijf-aan-lijf' gevecht!
22. 32x23 21x41; 23. 26 x 47 13-18;
24. 24-19 Gedwongen; na 34-39
volgt (25-30) 2418 X 29 25.
34 X 23 15-20 26. 40-34 17-22; Wi)
door afwachtende omsingeling d*
witte voorpost ondermijnen.
27. 50-44 11-17; 28. 44-40 16-21; 29.
42-37 6-11; 30. 38-33 21-27; Een zeer
verstrekkende beslissing.
Wanneer wit nu zijn wig in het
zwarte centrum kan handhaven,
wordt zwarts positie aan diens
rechtervleugel geheel krachteloos.
31. 34-29 11-16; Na (9-13) 40-34
(13 X 24) 34-30 (25 X 34) 39x19 (4-9)
faalt deze hernieuwde aanval op
wits voorpost door 35-30!
32.40-34 16—21; 33. 47-41 21-26; 34.
41-36 2-7; 35. 34-30 25 x 34; 36. 39x30
20-25 37. 30-24? Nu kan zwart het
voor hem sterke veld 18 gaan bezet
ten. Veel sterker is 43-38! (25 X 34)
29 X 40 (9-13) 40-34! (13 x 24) 34-30!
en wit heeft zeer goed spel.
379*-13; 38. 45-40 13-18; 39.
40-34 7-11; 40.43-38 11-16; 41. 38-32
27 x 38 42. 33 x 42 16-21; (zie dia
gram). Door de voortdurende moge-
orige. week gaf ik u een double-
dummy-probleem:
Sch AH V7 5 2
Ha A B 3 2
Ru 10 6 3
KI -
Zuid zit in 6 Ha. West komt uit met
schoppen boer. Hoe kan dit contract
gemaakt worden tegen het beste te
genspel? We zullen eerst eens gaan
kijken hoe het niet lukt. Wat voor
vaste slagen zijn er aanwezig? Zes
schoppenslagen, vier hartensla-
gén en een klaveraftroever in noord.
Dat is bij elkaar elf slagen, dus eentje
te weinig.
Nu kan het troefbezit best twee kla
veraftroevers in de noordhand ver
dragen, maar de overkomstmoeilijk
heden naar de zuidhand maken dit
onmogelijk. Immers de enige manier
om vanuit noord naar zuid te komen is
de troefkleur en deze troefkleur bevat
niet voldoende communicatieruimte
om twee aftroevers te gaan maken en
ook nog de vijandelijke troef te trek
ken.
Welnu, als de aftroevers geen uit
komst kunnen brengen, dan is het in
deze gevallen een dwangpositie die als
redder in de nood komt Het speelplan
moet worden: eerst wordt er driemaal
troef getrokken en daarna wordt de
SMEJKAL
urn
We
uelLon
De opgave van de week: hoe besliste
de zwartspeler de partij vanuit de dia
gramstelling?
Volgende week de oplossing.
Oplossing
Wit (Byzantiades): Khl, Del, Tal en
gl, Lc4, Pf3, pionnen a4, b2, d5, e4, g2,
h2.
Zwart (Spassky): Kg7, De7, Tf8 en
f2. Ld6 en d7, pionnen aö, b7, c6, «5, g6,
h5.
Er volgde: 27Tf8xf3! en wit gaf
het op, zonder het fraaie vervolg 28.
g2xf3, Tf2xh2tü 29. Khlxh2, De7-h4t
30. Kh2-g2, Ld7-h3f 31. Kg2-h2, Lh3-fl
mat, af te wachten.
door J. M. Born
lijkheid van de aanvalsformatie 18,
22, 27 is de witte stelling nu zeer
moeilijk geworden. Hij speelt nu
onder de druk van de omstandighe
den:
43.42-38??
Aan de lezers deze week de opga
ve: Hoe won zwart na deze zet en
was er nog redding voor wit?
OPLOSSING
Wit (MOSTOVOYE): 25, 29, 33, 34,
36,37, 39,40,41,45, 49 (11 st)
Zwart (HISARD): 3, 8, 9,13,14,15,
19.20, 22,26,27 (11 st)
Op 49-43 was gevolgd (19-24!!)
met onmiddellijke winst, want te
gen (22-28) is geen enkel verweer.
door G. J R Förch
schoppenkleur afgedraaid. In de zuid
hand wordt driemaal ruiten afgegooid.
Wat oost wegdoet, is van geen belang
en laten we aannemen dat west twee
kleine ruitentjes en zijn twee kleine
klavertjes heeft opgeruimd. Dan is de
volgende eindfiguur ontstaan:
noord
oost
zuid
west
1 Ha
doublet
redoublet
pas
pas
2 KI
3 KI
3 SA
doublet
pas
4 KI
pas
4 Ru
pas
6 Ha
pas
pas
doublet
pas
pas
pas
Sch -
Ha V
Ru H
KI HB
Nu wordt er ruiten gespeeld. Als
west het aas niet neemt, zijn de moei
lijkheden meteen opgelost, maar als
west het aas wel neemt, dan komt de
12de slag ook vanzelf binnen. Immers
hij zal iets na moeten spelen. Speelt
hij ruiten vrouw, dan wordt in zuid
getroefd en de 10 in noord is hoog ge
worden. Speelt hij klaver aas na, dan
wordt in noord getroefd en de heer
van zuig, zorgt voor de 12de slag.
Als west klaver vrouw zou naspelen,
dan wordt de heer natuurlijk direkt al
een slag.
Met open kaarten is dit probleem
misschien niet zo verschrikkelijk
moeilijk, maar om met dichte kaarten
dit 6 Ha contract thuis te brengen is
weer iets heel anders. De Amerikaap-.
se speler Richard Berk kreeg dat voor
elkaar na het volgende een beetje
vreemde biedverloop:
Zowel het informatiedoublet als het
uiteindelijke strafdoublet van west
deed bij Berk de mening postvatten
dat inderdaad alle ontbrekende pun
ten daar gezocht moesten worden en
met dat idee gewapend vond hij de
winnende speelwijze.
Het nieuwe probleem ligt weer eens
in de tegenspelsector. U zit op de
westplaats, allen zijn kwetsbaar en
zuid geeft u het volgende spel:
Sch A V B 9 2
Ha 9 3
Ru V6
KI HB74
Het biedverloop ontwikkelt zich als
volgt:
noord oost
3 Ha pas
pas pas
zuid
1 Ha
4 Ha
west
1 Sch
pas
U besluit met schoppen aas uit te
komen en op tafel verschijnt de vol
gende kaart:
Sch H
Ha HB76
Ru HB1085
KI 98 3
Uw schoppen aas maakt natuurlijk
de eerste slag, maar hoe gaat u nu«
verder?
HORIZONTAAL:
1. De eerste eigenaar geuruikt het
niet meer (11)
9. Energietank (4)
10. Voedster achter de watervlakten
(10)
11.Hekkesluiter (7)
12. Gedragen kennis van goed en
kwaad (7)
14. Voor velen het moeilijkste deel van
een gesprek (9)
16. Zijn dessin komt men allerwegen
tegen (5)
19. Deze hoop overgebleven mest heb
ben we allemaal (5)
20. Wie dit doet houdt zich met verlak
kerij bezig (9)
22. Vormen van groepjes (7)
24. Deze kokers zijn niet goed (7)
27. Zij beginnen met een grapje, maar
ze zijn niet tevreden (10)
28. Men kan niet horen of zij in Zee
land of in het Gelderse thuis hoort
(4)
29. Onhandige windas (11)
VERTICAAL:
2. Gaatjespijp (5)
3. De automobilist die zijn passagier
laat uitstappen vraagt te veel (8)
4. rood lichaamsdeel (4)
5. Met dit glas wordt hulde gebracht
(6)
6. Zij grijpen de kous bij de kop (9)
7. Schalkse schurk (8)
8. De vorst is tijdens de reis in de war
gebracht(4)
13. Pakken, maar niet om te dragen (5)
15. Zoethouder (9)
17. In de grote zandvlakte wordt hij
niet vaak gehoord (8)
18. De vreerpde reis van Xenophon (8)
21. Dit is leven (6)
23. Muzikale vrucht (4)
25. Het werk van deze godin lijkt nooit
voltooid te raken (5)
26. Jantje Contantje in Engeland (4)
HORIZONTAAL: 1. speer, 5. tango. 9. la.
10. Landsmeer, 14. A.M., 15. giro, 16. Leer,
18. opa, 2(X edelman, 23. ode, 25. Maas, 27.
Ellen, 28. toon, 29. tram, 31. set, 32. bode,
33. nee, 35. lev, 36. ouders, 37. gareel, 38.
are, 40. Sir, 41. Aras, 43. eel, 45. neen, 47.
Baal, 48. arren, 50. neep, 52. atm., 53.
krabbel, 55. n.n.o.. 56. poon, 58. Saas, 60.
R.P., 62. hoofdstad, 63. me, 64. nylon, 65.
roman.
VERTICAAL:
1. sloom, 2. pa, 3. Eli, 4 rare, 5. teen, 6. are,
7. ga, 8. Ommen, 11. node, 12. «ollen, 13.'
elan, 15. gaar, 17. rood, 19. patronaat, 21.
els, 22. met, 24. doellijn, 28. sandaal, 28.
toveren, 30. Meers, 32. berin, 34. ere, 35.
las, 39. verbod, 42. ramp, 43. era, 44. leb,
46. eens, 47. Baarn, 48. Amo, 49. nest, 5L-
pogen, 53. koon, 54 laar, 57. oho, 58/
A.D.O., 61. Pi i. 63. ma.