Natuurbescherming waakt over behoud van „de Hellen" bij aanleg van oostelijke centrumontsluitingsweg Zandheuvelweg en Emm ikh u izerberg nog oorden van rust Onderzoek naar situatie in Studenten Raad Jeugd wil helpen met natuurbehoud Uniek vogelgebied waar te zien is wat Veenendaal eens was Iedere toerist ervaart landschapsschoon op zijn eigen manier Kort geding om Centrale door Ad riaaan P. de Kleuver Minder huizen in aanbouw Man schiet bi] laden geweer vriend dood Bejaarden staan op de f 400,- LASSO ANDERE STAD VLUCHTOORD VOGELGELUID DINSDAG 17 NOVEMBER 1970 ^ecnrtdaal. Kerkewijk. Veenendaal werkt op wegengebied naar een geheel nieuw stadsbeeld. Het mag als feit bekend geacht worden dat de wegenaanleg enorm veel grond opslokt. We moeten nu eenmaal bedacht zijn op de veiligheid in het verkeer. Alles wijst erop dat onze plaats, eens een geringe vlek in de venen niet hier en daar een veenhut en een landweggetje en wat servituutvvegjes, die dwars over boeren erven en door weilanden gaande alle uitkwamen bij de kerk op het „merktvelt", in de toekomst een citv zal zijn. Veenendaal was als het ware voorbestemd tot deze vorming. Een rond en wat langgerekt heuvel massief lokt tot bebouwing. Mij ware het liever geweest dat ze Veenendaal maar op de Emmikhuizerberg gesticht hadden. Ir. Bakker Schut verzuchtte eens: „Wij hebben het mooie land zo maar bij de hand; maar lintbebouwers overstand maakt het van kant". Zéker, ook Veenendaal kreeg zijn lintbebouwing langs de provinciale weg tussen De Melro en pakweg de Berg weg. Langs de griften ging het al even zo. Ze zijn na honderden jaren toch de hoofdverkeersaders geowrdeneworden waar tussen als draden van een spinrag de straten geweven werden. Veenendaal kreeg eerst een dorps kern, klein en gezellig en de laatste 40 jaar, na een klein begin „over 't spoor", telkens,nieuwe bevolkingsconcentraties. Dat gaat de laatste jaren zo adembene mend snel en groots dat je er als oude re tóch nog aan moet wennen. Wat met Veenendaal zo typisch is: de aanleg van die vele wegen vormde in wezen een aanslag op het oude bevol kingscontingent en nu reeds is sprake van een ander beschavingsstadium. Of wij daarom nu verontrust moeten zijn is een andere zaak. Met het in massa binnenhalen van inwijkelingen zal het voor de „Veensen" van oude stam moeilijk zijn zich in hun oude geestelij ke sfeer te handhaven. Ook dat is een zaak die men terdege onder de ogen zal moeten houden. Zo zag ik dan de kaart met de cen- trumontsluitingswegen. Weet u wat ik toen dacht? Aan een lasso die zich wurgend om Veenendaal heen gaat slingeren. Om nog van wat vrijheid te genieten moet je jezelf uit het dorp van weleer trachten te wringen en dan sta je nog voor een goed deel in ,,'t wilde velt", nu ja, een beetje in het groen. Ik kan het nu wel verklappen: het minis terie van CRM én de Vereniging tot behoud van Natuurmonumenten zijn uiterst bezorgd over de toekomst van de natuurreservaten Hel en Blauwe Hel. Het meest nog wat de aanleg van de Provinciale weg S 6 betreft. Persoonlijk ben ik van mening dat deze bezorgdheid ongegrond is als de natuurreservaten niet zélf'de dupe er van worden. Wanneer de weg S 6 langs de Blauwe Hel gelegd wordt op het perceel dat de Helrib heet en er naast ligt, dan zou deze weg als een soort dijk gaan fungeren. Daarover is al menig woord gevallen. Voor zo ver ik uit besprekingen met het personeel van de diensten van de natuurbeschermingsorganisaties heb kunnen opmaken gaat het om die „streep" grond. Maar... waarom werd nu dan de oude Ronduutweg reeds voor een deel verhard? Ik begrijp van de situatie daar niet V veel. Laat men toch vooral deze histori sche monumenten sparen. Laat het na geslacht nog kunnen zien wat Veenen daal eens was. Een wild. en bijster oord vol poelen en moerassen. Er zijn in ons land niet zo veel gemeenten buiten de Vechtstreek en de Friese meren meer waar de tegenstelling oud - nieuw zo duidelijk gemanifesteerd wordt. De Hel is rijkseigendom. Daarvoor vrees ik niet. De Blauwe Hel is véél kwetsbaarder. Een doorgevoerde ont watering zou ons noodzaken er eenvou dig een dijkje om te leggen, maar komt de weg S 6 aan de westzijde dan is volgens mij alle gevaar geweken. Al leen zal dan het open riool van de nertsvoederfabriek wel ondergronds moeten komen te liggen. Een scheiding door een brede sloot is al voldoende. Iedere weg heeft voldoende groen- stoken en als dan een voor het polder land aangepaste wegbeplanting wordt toegepast (populieren!) dan zou ik er wel vrede mee hebben. EVOLUTIE De ontwikkeling van Veenendaal zie I ik als één voortschrijdende evolutie. Ik zou niet graag zien dat men mij inzake dat evolutieproces (en nu kan ik dat in bepaalde kringen van oude-Veense stam niet graag gehoorde woord eens in alle ernst toepassen), inzake dat evolu tieproces dus als een revolutionair ging beschouwen. In de wat vreemde om standigheid dat ik het liever maar bij het oude zou houden en dus in de agra rische hoek noch de evolutie van dorpje naar city, noch de revolutie van een zo'n poldergebied geweld aandoend we genplan zou willen. Het gaat mij slechts om het wel... en wee van een uniek natuurresevaat: de Blauwe Hel. Men mag van mij gerust aannemen dat in natuurbeschermingskringen wat dat aangaat met Argusogen op de ontwik keling ter plaatse gelet wordt. v Wij hebben er voor moeten vechten om het te behouden. Wil men in Vee nendaal óók eens aandacht besteden aan culturele rijkdom dan alléén maar aan materiële rijkdom. Van een ieder van ons kan gezegd worden dat het doodshemd geen zakken heeft. Wij hebben geen dure historische ge bouwen te onderhouden. Op de Oude Kerk op de Markt na kan gerust alles tegen de vlakte als dat persé zou moeten. Alleen de paar stukjes grond die aantonen hoe ons voorgeslacht heeft moeten ploeteren om het hoofd „boven water" te houden verdienen uit historisch oogpunt óók wat meer waardering en zéker van de overheid. Want wat ik nu ga zeggen is voor honderd procent waar: Hel en Blau we Hel zijn uniek. Als erkend veld- bioloog heb ik het volste recht het zo te stellen. Ja, hóé? 't Is al tegen de avond en de sterren zijn nog maar flauwtjes zicht baar, Men rijdt over rijdksweg 12 en vuurrood verraadt Veenendaal zijn aanwezigheid: Scheepjeswol in vier meter hoge neon-letters. Oh ja, daar lig* Veenendaal. Verde? nog nooit iets van ffezfcn. Alleen Scheepjeswol vaart er wel bij. Zó ziet de sneltoerist „het". Anders. Je zet je auto ergens aan de boskant. Kinderen móéten eerst alle maal even. Dan wandelen. De kleinste in een wagentje. Pa en ma om beurten duwen. Kinderen vermaken zich koste lijk. Met een stok slaan ze alle hoeden van de paddestoelen af. Pa en ma ko men doodmoe bij de auto aan. Tóch een „fijne" middag gehad. Hoe dan wel? Weet u het antwoord? Als 'ze het landschap maken zoals ééns in het Haarlemmermeer en nu in de IJsselmeerpolders met lijnrechte wegen dan is het alleen maar interessant te weten dat je op de bodem van de zee rijdt. Het is een feit dat de weg altijd een functie had. Van de oude Cuneraweg tot bij de spoorlijn Amersfoort-Rhenen en van daar naar de Kerkewijk en de Markt reden vroeger parallel met de Kerkewijk en de boeren hun doden over de „doodweg". De kist stond op een gewone boerenwagen en op de vier hoeken van de kist zaten vier vrouwen met een zwarte doek over het hoofd geslagen. Zo bracht men over een spe ciale weg de dode naar het kerkhof om de Oude Kerk en, later naar het Ach- terkerk. De boeren van het Benede neind voeren met hun doden precies zo over de grift per lichter. Als je zo het dorp binnenkwam dan liet je alle zor gen achter. Als een vreemdeling evenwel ons dorp binnenkwam dan was dat een verrassing met al die statige lanen en schilderachtige bruggetjes. En tóch móet ook nü de weg het middel zijn het dorp te zien en zo mogelijk te leren kennen. Ik hoop dat de wegenplannen makers de lasso niet zó strak aanhalen dat alléén „wie er wat te doen heeft" Veenendaal aandoet. driebeukige .kathedraal. De mooiste beukenlaan van ons land was het en dat ze voor een deel ten offer viel aan de oorlogshandelingen maakt dat je nu wel van een bedevaartsoord mag gaan spreken. Hoe is er gestreden om het behoud van de beukenlaan langs de provinciale weg naar Eist. Vreemd genoeg mis ik die nooit als ik van La Montagne tot het Koetshuis ga. Dat is iets kostelijks gebleven. Maar dan, boven aan de heu velrug gekomen, is het of je in eens in een andere wereld bent beland met dat pietlutterige eikehakhout met een ver dwaald berkje er tussendoor. Om bij te gaan zitten huilen zo leeg is dat. Als Henri Polak dit gezien had zou hij zich beslist niet de woorden hebben laten ontglippen: „Het Kleine Land met de Grote Schoonheid". Ons mooie, ja mooiste stiltegebiedje de Middelbuurt gaat ook voor een goed deel naar de knoppen. Doorrijden naar de Weteringssteeg en het deel dat tot Rhenen behoort is 't enige wat er nog op zit om met louter groen geconfronteerd te worden. Groen maakt een mens rustig. Wij moeten le ven met groen. Dat is ten enen male een natuurwet en waar moeten wij dat nog zoeken in onze gemeente, tenminste nog enige decennia lang als ik die ont- sluitingskaart geloven mag: in de Hondsenélleboog, bij iedere Veenenda- ler van de oude garde bekend als „d'n bessen staat of de Gelderse roos de rimpelbessen, die eens zo mooi transpa rant glansden, laat hangen kan het u schoon gebeuren dat een troepje pest vogels opduikt. Dan kijkt u toch uw ogen uit! Ondanks die slechte roep be hoeft u ze beslist niet als ongeluksbren gers te beschouwen. Het is een lieve lust, 'k heb er in de Hondsen elleboog wel eens mee dan vijfentwintig bij el kaar gezien. Als je het over natuurschoon hebt denken de meeste mensen aan bossen en zo. Ja, werkelijk! Wie evenwel als schrijver in een streek vol afwisseling groot gekomen is, er in zijn jeugd al rondzwierf en alle plekjes kende die niemand wist te vinden, ja, die mist veel van het oude. Wij zijn niet meer het Giethoorn van Midden-Nederland. Mensen, rond 1900 overleden, zouden menen in een andere stad verzeild te zijn geraakt. Toch hou den wij nog uitwijkmogelijkheden. Laat ik eens iets vertellen over de omgeving van Emmikhuizen in herfst- getij. Ik stelde het zo dat „voor mijn part" Veenendaal op de Emmikhuizer- berg gesticht had mogen worden. En het heeft er veel van weg gehad dat deze aan twee zijden zo aangetaste soli taire heuvel tot een dorpje uitgegroeid zou zijn. Emmikhuizen had al 30 jaar eerder een kapel als Veenloo! Maar nu hel tóch nooit iet geworden is met Em mikhuizen ga iik graag die stille kant uit. Heb je een beetje geluk dan zie je nog wel eens een ree op het pad over Veenendaal bewijst de zwarte meststreep langs de stam vanaf het vlieggat. Zo ga je van de ene ontdekking naar de andere als men er maar oog voor heeft, ponder al deze natuurwonderen zou het toch maar een kale boel op aarde zijn. Voor mij was Veenendaal altijd een aanvaardbare woonplaats. Van tijd tot tijd probeert men wel de cultuur in Veenendaal te introduceren. Meestal wordt het niets en dan klaagt men nog dat er „niets" gedaan wordt, 't Ja. maar dat is toch voor een groot deel onze eigen schuld. Wij staan, en dan genera liseer ik maar even, vrij lauw tegen over „de cultuur". 't Was vroeger zo dat, als men een kast, een „meubelennentjie" en zo ge kocht had, men zei: „nou hebben we nog wat voor aan de wand vergeten" en dan zocht men wel wat uit van Jan de kladder. Meestal viel de keus op een immense paarse hei met een wollen de- ZORG Ik zou willen dat u het dorp Beesd eens -zag. Hoe daar een prachtige oude lindenlaan dwars door het dorp slingert, en met wat voor een zorg de gemeente lijke instellingen bezield zijn voor deze historische bijzonderheid. Hoe leerden wij op school al van de beroemde Mid- dachter Allee. Die is als een tunnel ge weest waar je binnenkwam als in een hondskont". Ze maakten er maar Zand heuvelweg van. Waaróm nou? Dat Hondsen elleboog was toch mooi! Laat ons op de grens van herfst en winter daar nog maar wat toeven. Na wat geharrewar kom je er vanaf de Bergweg nog wel. Dat is dan het gebied waar je nog eens een korhennetje op een voorgeploegde akker ziet lopen. Wat een fijn gebied is dat voor fa zanten en patrijzen. Het is een feest voor het oog een haas haastig haken te zien slaan als die meent dat onze be langstelling wat te opdringerig wordt. Dit stukje Veenendaal zal wel mijn vluchtoord worden als het me in de toekomst te druk in Veenendaal gaat worden. Al is het maar voor een paar uren. Dat is het domein van merel en lij ster, van witte kwikstaart en paapje op de kale akkers, ja van heel dat legertje van klein zangersgoed dat langs de bos randen een rustig plekje vond voor zichzelf en het kroost. Als straks de boerenkool hard bevroren met dikke kloefen sneeuw op het land staat ko men de bosduiven er van smullen. Dat is toch een wandelingetje waard. Je moet zo langzamerhand de stille plekjes nog weten te vinden, maar meer is het nog de moeite waard ze te bewaren. Dat had ik nou altijd gehoopt voor de Middelbuurtse weg. Maar slo kop Veenendaal hapt hier en kapt daar en voor je er erg in hebt zitten ze er al te wroeten in de grond. Al moét je de zomervogels dan mis sen, zijn witte kwikstaart en paapje al lang naar de overwinteringskwartieren, er is nog zo veel meer. Ik weet daar een plekje met een paar elzen vol zaad- proppen. Wat een sijsjes trof ik daar al eens. Ze hangen wat over een sloot en toen die toegevroren was en er een ste vige wind waaide lag het ijs vol rood bruin elzenzaad. De vinken en mezen deden zich er aan te goed en tussen de vinken hadden zich ook keepvinken ge voegd. Dan zie je pas hóé mooi ze alle bei zijn. Hoe heb ik roerloos, stil en met alle aandacht geluisterd naar. ons bas taardnachtegaaltje dat midden op de dag in een werfhoutstruik zijn pare lend liedje zong. De bomen zijn aan het kalen en het al te hoog wordend akkemaalshout biedt nog lang be scherming, want eikeblad kan o zo lang honkvast blijven. Als de kale takken dan eindelijk een net schijnen te zijn waarin de vogels gevangen zitten, let dan toch vooral op. Waar nog een meidoornstruik vol de heuvel gaan. Tot laat in het najaar zwalkten rond de eiken bij de hofste den nog de vleermuizen die nu een boerenschuur plekje ergens in een boe- renschuit opgezocht hebben om hun winterslaap te houden. Je moet de heu vel bedekt zien met het groen van het winterkoren dat straks, als het weer voorjaar wordt, welig gaat opschieten. Een oord van vrede en rust en tóch razen aan twee zijden treinen en einde loze stoeten auto's over spoorweg en snelweg. Rl ST Kom je op de Emmikhuizerlaan dan valt de rust op je. Bonte en zwarte kraaien zoeken rusteloos de velden af na£r buit. Silt ineengedo ken zit een buizerd op een heining paaltje. Het lijkt of ze daar één paal tje véél te hoog hebben laten staan. Maar dan laat de top ineens los en zeilt de vogel op een doel af. Je ziet die wat later met een veldmuis in de klauwen terugkeren naar zijn „zit". Ik had het over vleermuizen. Laat ik u even meenemen naar een hoge, zware eik, een dikke honderd meter links vanaf de straatweg langs het Kanaal te Renswoude. Daarin zit een „kraamka mer" van een vleermuizenpaartje. De jongen zijn groot. Maar dat ze er waren ken op polen, die een kudde schapen moest voorstellen. Dat oude Veenendaal met zijn laan bomen in de Hoofdstraat en langs de Kerkewijk, die flessehals bij de Markt, de romantische brugge tjes als men naar de Klomp ging en heel die lintbebouwing met arbeiders- blokken langs de „buitengewesten" gaat langzaam maar zeker ten gronde. Het intieme raakt op de achtergrond en een modern Veenendaal dient zich aan. Ook dat is voor mij aanvaardbaar als het maar goed gebeurt. Het enige waar ik mij zorgen over maak is dat hel landelijke gebied in het zuiden van onze Eemvallei wat té veel in het gedrang komt. Op het survey dat door de ambtenaren van Staatsbosbe heer voor de gemeente Veenendaal ge maakt werd komt het gebied tussen de Groeneveldse laan en de Blauwe Hel voor als weidevogelgebied. Daar komt dan het sportveldencomplex. „De Groe ne velden" (een prachtnaam voor zo'n complex), maar van dat weidevogelre- servaat komt geen snars terecht. Daar om, heren wegenplannenmakers: han den af van onze prachtige natuurreser vaten Hel en Blauwe Hel. Het is daar nu welletjes. Ieder jaar moet maar na tuurbeschermingsjaar gaan worden. AMSTERDAM Een onderzoekcom missie zal een uitvoerig overzicht sa menstellen van de huidige situatie in da Nederlandse Studenten Raad en zoeken naar een nieuwe bestuursvorm. Dit is besloten tijdens een spoedver gadering van de elf grondraden (verte genwoordigers van de studenten aan d# elf universiteiten en hogescholen in ons land. De vergadering werd gehouden op initiatief van de Amsterdamse studen tenvereniging Asva, die verontrust was over het plotselinge aftreden van het bestuur van de NSR, nu een week gele den. Het kantoor van de NSR in Leiden werd onbeheerd achterlaten en de se cretaresse en de boekhouder werdenN zonder salaris min of meer op straat gezet. De boekhouder werkt nu voor de grondraad in Delft. Op de vergadering in Amsterdam zijn de salarissen voor het personeel van de NSR veilig ge steld. In een communiqué, dat na afloop werd uitgegeven, wordt met klem ont kend dat de NSR zal worden opgehe ven. De NSR heeft op dit ogenblik een schuld van ongeveer 32.000 gulden. An derhalf jaar geleden was die nog ruim 75.000, gemaakt door vorige besturen. DEN HAAG In de maand oktober werd begonnen met de bouw van 10.895 woningen. In oktober 1969 waren dit er 11.172. Het aantal woningen dal vorige maand, klaar kwam, bedroeg 10.905 te gen 12.206 in 1969. Volgens de voorlopige gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek werd in de eerste tien maanden van dit jaar begonnen met de bouw van 107.175 huizen (102.086 in dezelfde periode vo rig jaar). Er kwamen 91.290 woningen klaar (vorig jaar 97.716). LEEUWARDEN Met een kort ge ding heeft de Friese gemeente Tietjerk- steradeel gisteren geprobeerd de pro vincie Friesland met de aanleg te laten stoppen van de nieuwe elektriciteits centrale aan het Bergumermeer. De gemeente eiste tijdens het geding, dat zoveel publieke belangstelling trok dat het in de grote zaal van de recht bank diende, van de provincie een dwangsom van 3400 gulden per dag als het werk na een gerechtelijk verbod toch door zou gaan. Tietjerksteradeel acht de centrale schadelijk voor het milieu en de ruim telijke ordening. De president mr. J. Schaafsma, zal volgende week woensdag uitspraak doen. C7 Ik werd getroffen door een kop in Ziezo: „Zwakzinnigenzorg puzzel met overal verspreide stukjes". Men behoeft „Zwakzinnigenzorg" slechts te verande ren in „natuurbeschermingszorgen" en je hebt een waarheid als een koe. Als ik het „Handboekje" van de Ver. tot Behoud van Natuurmonumenten door blader, dan zou men denken dat het nog al mee valt, zo met dat grote Velu- we-arenaal achter de hand. Maar als ingewijde weet ik méér van de moei lijkheden af. Het is een puzzel om juist de ver spreide stukjes goed te beheren. Ze lig gen ingekapseld in het cultuurland schap en vragen uiteraard om extra zorg. Zo wordt de Blauwe Hel tekens bedreigd door opslag van elzen. Het zaad schiet daar snel wortel. Had Vee nendaal nu maar een georganiseerde natuurvereniging met een jeugdafdeling die onder leiding van een bekwaam deskundige dat probleem mede aan ging pakken, dan zou dat toch een stap in de goede richting zin. Veenendaal heeft heel wat natuurkenners, maar ze hangen als los zand aan elkaar. Nu zijn er enige jongeren die wat willen gaan doen, zou het er van kun nen komen. Nu valt het juist in een voor mij moeilijke tijd dat dit begin er is. Hoe hoop ik dat de fakkel die ik opgenomen heb door een groepje jonge ren zal worden overgenomen en bran dende zal worden gehouden. Kwantitatief én kwalitatief bezien is juist Veenendaal, dat kleine territorium wel te verstaan, nog goed bedeeld op het gebied van onze natuurreservaten. Ik weet dat er wat gaande is en dat het van de jongeren zelf uil gaat. Ga door. EINDHOVEN De 23-jarige J. v.d. Nieuwenhof uit Eindhoven is vrijdag avond dodelijk getroffen door een kogel uit het flobertgeweer van zijn 24-jarige vriend T. De jongeman overleed zater dagmorgen in het Eindhovense Diaco- nessenhuisJ De twee vrienden waren van plan vrijdagavond te gaan stropen in de Eindhovense buurtschap Eckart. T. stond zijn geweer te laden, toen dat plotseling afging. Zijn vriend die op twee meter afstand stond toe te kijken, werd in de buik getroffen. T. is aangehouden. Formeel wordt hij geacht schuldig te zijn aan de dood van zijn vriend. AMSTERDAM De Landelijke Be jaardenpartij heeft zaterdagmiddag in het Amsterdamse Marcanti haar eisen voor een uitkering-ineens van vierhon derd gulden kracht bijgezet met een demonstratieve vergadering. Ongeveer zeventig bejaarden waren getuige van felle pleidooien van diverse partijbestuurders voor een beter leef klimaat voor de bejaarden. De juridische adviseur van de partij, mr. W. A. H. I.angerwerf, betreurde het, dat bejaarden niet kunnen staken. De vijf procent verhoging per 1 januari noemde hij „een fooitje". De bijeenkomst resulteerde in een te legram aan minister Rooi vink, waarin een dringend beroep op de bewindsman wordt gedaan de uitkering zo spoedig mogelijk beschikbaar te stellen.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1970 | | pagina 5