Meedogenloze jacht dunt de gelederen van de vossenstand Vossen en kinderen niet veilig voor zware zwanenhalsklem Siberische notenkraker onze gelegenheidsgast Turnfestijn door Adriaan P. de Kleuver Gemeenteraad Seherpenzeel Sint zaterdag naar Eist Bouw van school Aankoop van twee panden Geslaagd wacht op geld VALLEI? Belt••■•k 11079 DINSDAG 24 NOVEMBER 1970 Ze /wierf een/aam langs de sin gels die de bosrand van de oude grindweg scheiden. Diep in het den nenbos had ze haar wrang liggen, een ondergrondse kamer onder de heworteling van de al wijd kramen de Amerikaanse eik, daar door een ekster gezaaid. Die eik stond mid den in het dichte dennenbos, waar soms wat stammetjes gezaagd wa ren. De arbeiders hadden de arme tierige dennetjes rond die mooie eik ook maar gekapt. Niemand had er ooit hij stil ge staan dat juist die boom „aangewe zen" was voor een vos om er een burcht onder te houwen, met naar alle richtingen pijpen om in de kraamkamer te komen. Zelfs de boswachter kwam nooit in dat bos. Wat zou hij er moeten zoeken? De dennen waren gaaf en niets duidde aanhankelijk op onraad. Dat kwam omdat ze steeds onder dekking jaag de en met haar scherpe gehoor en nóg meer ontwikkelde reuk een be lager eerder ontdekte dan die an der haar. Deze burgtvrouwe van Malper tuis, zoals het slot van de vos in het Middeleeuwse epos „Vanden Vos Re>naerde" genoemd wordt, deze eenzame dame van hoge huize dus, was in blijde verwachting en ze had de kraamkamer gereed. Uit de horst en buik was haar geplukt en daar mee het hol hekleed. In de eerste weken van de worp van vier blindgeboren kleintjes ver anderde er niet veel. Ze ving mui zen, konijnen, hagedissen, patrijzen, stal eieren van fazanten en soms maakte /.e uitstapjes naar de grift en zwom dan over om in een plek met veel ruigte te wachten tot wa tervogels voorbij zwommen, om ze dan plotseling te bespringen. Zo had ze zelfs vis gevangen! Toen de bosbessen rijp waren wist ze die handig van de struikjes te ritsen. Maar de jongen werden groter en op een dag speelden ze al le vier, onder het wakend oog van moeder, voor de hoofdingang van de wrang, tot de avond viel en de jongen naar binnen werden gedre ven. Toen ging ze er zelf op uit. De jonge vosjes begonnen om steeds meer voedsel te vragen. Toen beging ze haar eerste plun dering op een boerenerf. Een wat oudere kip liep nogal ver van het kippenhok en voor ze ook maar een kik kon geven greep de moervos haar in de nek, sleepte de kip de grindweg over en kwam bij het nest aan. Geen van de kleintjes was te zien en zo ging ze met de kip naar binnen, beet de borst en buik open en knauwde de kop van de kip zelf op. De rest liet ze aan de welpjes. die nu volop te eten hadden. Deze keer was het goed gegaan, maar toen ze op een avond in de richting van het kippenhok ging was het de hofhond die lucht van haar kreeg en hevig blaffend te keer ging. Ze schrok hevig en rende weg het beschermende bos in Ze zou slimmer en onopvallender te werk moeten gaan. Het dier moest voedsel hebben voor de wel pen. Dat stond vast Wist die vos veel over de jachtwet en boswet, en nog minder van het alléén maar voor mensen geldende Goddelijke gebod: „Gij zult niet stelen". De zelfde Alkracht die het de mens mo gelijk maakt dingen te scheppen waaraan een dier nooit toe zal ko men. gaf de moervos het moeder instinct en dat betekende voedsel halen waar het te halen is. Levert het veld niet meer vol doende op dan gaat het er op los, op gevaar af haar leven te verliezen. In feite zou een vos in een natuurlijke omgeving moeten leven. Maar al culti verende nam de mem het dier het eigen land af en moet het in hoogste nood wel némen wat ook haar toekomt: voedsel voor zichzelf en voor haar kroost. Daar bekommeren de mensen zich niet om. Een vos is een geducht rover en roven mag met volgens de mensenwet. Denk nu vooral niet dat ik al schrij vende een pleidooi voor zuster en broer vos zit te houden als een moderne Smt-Frandscus. In de eerste plaats kan ik niet in de schaduw van die goede Franciscus staan en ten tweede valt er een schaduw van werkelijke schade door onze vossen aangericht over deze prachtige en grootste onder onze inlandse roofdieren. Rehvtja weet van <ftt alles niets af zo heb ik in de Boscourant gelezen. Slim als hij heet te zijn maakt hij of zij nogal reclame voor zichzelf. Rond het slot Malpertuis maakt ze een kring van uitwerpselen. Wat daarbinnen ligt is het eigen territorium. Komt een andere ros onverhoopt op bezoek, dan wrijft die zijn achterwerk af als een visite kaartje. Zo staan in de Boscourant veel van die berichten. Je moet alléén de speciale letters leren lezen. Zo vond ik dan op een dag die vossenvisitekaart- je6. Als bij toeval! GAAIEN Mijn wandelingen die kant uit waren altijd allerplezierigst. Altijd wel waren er een paar kijvende Vlaamse gaaien. Rakkers zijn dat onder elkaar. Als een gaai een jong vogeltje gepakt heeft maakt hij kans op achtervolging door een andere die het prooidiertje wil af pikken. Met minder kabaal zag ik daar al eens een ekster die van een boerenerf een geel donskuikentje meegenomen had. De hond had wel gegromd, maar de boerin miste eerst twee kuikens van één kloekhen toen ze toch wel vond dat het clubje kleiner geworden was. Het eksternest zat in een berk en de boer nam een scherpe bijl mee, hakte een paar keer links en rechts en toen viel de berk met het nest. Dat zat er stevig ineengedraaid in vastgewerkt en er was zóveel materiaal aan verwerkt dat het nog een toer was om de jonge eksters er uit te wringen. De dag daarop stapte de boswachter van zijn fiets en zei: „We zijn beste vrienden altijd geweest Klaas, maar blijf en 1 vervolg van de boel af. Als er wat op te ruimen valt, dan ben ik daarvoor de aangewezen persoon." De boer grinnikte maar wat en zei sarcastisch: „Ja, en dan zeker als vorig jaar, toen je hagelkorreljes gewoon smoorden in die eksterbouw." Dat vond die boswachter niks leuk opgemerkt. Dus stapte hij op en zei alléén maar: „Nou. je weet het danDe boer wist het best. Een volgende keer zou hij het weer net zo doen. Hij zou de nesten van de Vlaamse gaaien ook wel weten te vinden, al waren die gaaien dan ook nog zo slim en wantrouwend. Of die lui met hun kijkers dan al stonden te wijzen en volgens de boer wartaal uitkraamden als „mooie vogel toch" en „je zou ze niet graag missen langs de bosranden." Die lui verklaar den boer Klaas voor stapelgek. Zou hij of zij nóg zo staan te wauwelen als daar een hele volière door eksters of gaaien werd leeggeplunderd. De boer kon het geen barst schelen dat ze zo n ekster de „burgemeester van het bos" noemden om dat zwart-witte pakje. Toen dat jong van de buren voor meester ging leren mocht zijn vader niet eens meer op de vogels schieten. Wat kregen zulke lui een kale kak. Na tuurbescherming noemden ze dat. Jan van de buurman had hem voorgere kend dat het nut van zulke vogels gro ter was dan het nadeel. „Nou", had buurman Klaas toen gezegd, „nou jong, dan weet ik het goed gemaakt; dan be taal jij mij de schade d ie ze aanrich ten." .Tan had toen gezegd dat hij het globaal bedoelde. Jan kon van hem de pot op. En het zou nóg erger worden. K1PPENROOF Op een dag miste de boer een paar kippen. Dat kon geen ekster of gaal gedaan hebben. De hond had geslapen in het buitenhok en geen alarm gesla gen. Het gat waardoor de kippen in en uit gingen was steeds open geweest. Dat moest hij 's nachts maar afsluiten. Eerstmerktenze Zo ging dat in de hele buurtschap. Eerst merkten ze het niet zo. Die vos was ze allemaal te slim af. Ze sloop door het loopgat en griste dan plotse ling een kip weg. De boeren praatten er over en ze riepen de boswachter na, dat hij maar goed op de vosjes moest passen. Intussen raakte*de boswachter ook in paniek. Alle jonge fazanten waren al gepakt en al menige fazantehen legde het loodje. Op een avond zag ik de vos dat den nenbos ingaan. Het was de eerste keer dat ik dat zag. De meldingen van kip- penroof werden a 11 veelvuldiger en de boeren sloten toch maar vrede met de jaóhtschut. Die wist wel dat alles pla gerij was geweest. Ze zouden samen dat varkentje wel wassen. De achtervolging werd ingeeet. Over de grindweg ging een' spoortje van kip- pebloeddruppeltjes en de teckel van de boswachter werd daarop gezet en die liep regelrecht naar dat verre, eenzame bos. Er flitste een gedachte door het hoofd van de boswachter: de Ameri kaanse eik! Snel werd de hond aan de riem ge daan en met drie mannen met schoppen gewapend ging het er op af. De wrang moest maar uitgegraven worden. Hoe was het mogelijk geweest dat dit onop gemerkt was gebleven. Het hele geval kon nog maar een paar maanden gele den gemaakt zijn. Het was altijd zo rust geweest. Er waren vosseprenten m de weke kleiprut na een hevige regenval in de zandafgraving gezien. Bovendien lag het vossehol in het gebied van een an dere landgoedbezitter. Toch pakten de mannen aan en eer het avond was wa ren alle vier jonge vossen „geborgen" onder de jas van de boswachter. Die had een hele waslijst van liefhebbers voor „een vossejong". Nog diezelfde avond waren er drie „onderdak", Eén hield de boswachter er zelf. Die werS in een afrastering gezet en maar wach ten tot de moervos op kwam dagen. Die was 's nachts schuw en uitermate voorzichtig naar de burcht gegaan en had slechts een ruïne aangetroffen. Ze had wat zitten janken en was toen als een bezetene de bossen ingehold. Overal snoof ze mensengeur op, tot ze in een bos belandde dat aansloot op een uiterwaard. Daar sleet ze haar dagen, tot de herfst kwam. Aan voed sel was daar geen gebrek. En de kin deren van de boswachter wilden dat teefje zelf grootbrengen toen de moervos voorgoed de streek verlaten had. GEUR m De herfststormen raasden over de Rijn vallei en de golven hadden schuimkoppen die te niet sloegen op de zanderige plek tussen twee krib ben. Wolkenfalanxen rukten aan en striemden bos en veld. Dicht bij die zandige plek had ik een vosrekel ge zien. Op een avond zag ik die weer. Ze kwam snel om te dringen en was weer even snel in het hakhout langs de weg verdoken. Toen de wind wat ging liggen kwam de rekel wéér naar die drink plaats maar er drong een geur tot hem die hem onrustig maakte. Tegen de wind in rende hij de richting van waar die geur kwam en met het vor deren doorsidderde hem het onmis kenbare gevoel dat daar ergens een teefje verborgen zat. Toch ging hij niet verder dan het dorp en wachtte die nacht de komst van de ochtend af. Met een boog ging hij om h et dorp heen. Honger plaag de hem. Daar snoof hij een ander geurtje op: konijn. Zijn dag was dus goed. Maar.... toen hij aan de bosrand kwam bleek het konijn achter een schuurtje ineen kwam bleek het konijn achter een schuurtje in een hok te zitten. Voorzichtig sloop £ij door een woud van boerenkool'én ging rechtop staan bij het tamme konijn. Walt een knaap was dat. Maar toen was het met de rust gedaan. Dat konijn rende als een bezetene door het hok en een hond kwam grommend de schuur uit. Hij moest wel de vlucht nemen. De bewoners zagen hem vanuit de kamer het hekje over springen, waar de log ge hond halt m oest houden. Dat ko nijn verhuisde naar de donkere schuur. Met d e Kerst géén konijn op tafel zou toch al te gek zijn. Inmiddels ging het nieuwtje van rtiond tot mond. Een vós! En nog wel in het bos dat juist achter het dorp lag. Dat er twee vossen waren, daar aan werd nog niet gedacht. Maar Reynaert van Malpertuis vergat Reintje niet en dat vossenmoertje snoof óók een bekende geur op. Ook zij werd onrustig. Ze had in een greppel langs hel paadje waar maar Enige jaren geleden zei een bos wachter tegen mij: ,,De Kleuver, pas een beetje op bij dat eike boompje want daar heb ik een ,,Zwaanhalsklem" gezet om een vos te pakken te krijgen". Ik ken die wel en ik noem het altijd zwaar geschut". Ik toas dus ge waarschuwd en telde voor twee. Maar... die weg daarlangs wordt op zaterdagen en zondagen druk bewandeld. De bedoelde zwaanhalsklem stond op scherp gesteld zo'n vijftig meter vanaf dat wandelpad. De mensen die daar komen wandelen en genieten van het schitterende panorama hebben ravottende en spelende kinderen bij zich. Die honderden wandelaars weten er niets van dat daar zo'n moordend vangtuig staat opgesteld. Kinderen zijn net jonge honden als ze in een bos komen. Ze blijven niet op de weg, spelen verstopper tje in de struiken en dat is heel natuurlijk. Kinderen leren het le ven kennen zoals jonge dieren dat al spelende doen. Geen mens beter als de boswachter moet dat uit er varing weten. Als er onverhoopt toch een onge luk mee gebeurt zo'n zwaan halsklem breekt gemakkelijk een dun kinderbeentje door midden dan kan de boswachter zich er vanaf maken met de woorden: „Er mag buiten de paden niemand komen". Onze meisjes en jongens zijn niet van die nette meiskes en bra ve jonge heertjes a la Hyronimus van Alphen uit het midden van de vorige eeuw. Zo wordt onze jeugd trouwens niet meer opgevoed. Wat ik evenwel graag zou zien is zen dóódsimpel bordje en erop: GEV AARLIJ K-HIER STAAN KLEMMEN. Of hoeft dat niet meer sinds in een uitzending van Willem met de vuist op de tv een vosje met een geamputeerd pootje getoond werd waarover dierenvrienden zich ont fermd hadden. Prompt kwam er een mededeling dat binnenkort klemmentuig bij de wet verboden zal worden. De Vlaamse gaai is een mooie vogel, maar ook een geduchte rover. zelden een mens kwam een hol ge graven om de komende dingen af te wachten. Als het op de wisselingen van de seizoenen aankomt reageren de dieren daar van nature op. Op een mistige decemberdag tegen het vallen van de avond liep hij me vrouw pardoes tegen het lijf. De eer ste kennismaking was nu niet direct om over naar huis te schrijven. De teef zette de nekharen overeind maar de rekel begon eens hier en daar aan dat vosje te snuffelen en ja, wat dóét een vossenrekel dan bij zo'n gelegen heid... ONTROUW Van toen af bleven ze een paar we ken bij elkaar. De winter bleef mild en op zekere dag werd mijnheer de on trouwe minnaar en trok de wijde we reld in. Het moertje bleef waar ze was. Dat is zo de gewoonte. Veelal blijven ze maar solitair voortleven en er moet al net weken lang sneeuw komen te lig gen en echt voedselschaarste optreden willen de vossen koppelen en gezamen lijk op jacht gaan. Bij ons komt dat haast nooit voor, want er wordt genadeloos op vossen gejaagd en wel eens met minder faire middelen dan zo'n edel dier waard is. Ik hoor zo hier en daar een boswachter mompelen: „Nou zul je het hebben; nou zijn vossen al edele dieren". Ja. waarde lezers, dat méén ik. Hebt u wel eens een vos in het wild gezien? Ik véle malen. De moervos waarover ik schrijf be stond echt en ik kende de verblijfplaats al eerder dan de drie toch ervaren bos wachters uit de buurt daar. Laat ik maar zeggen „ergens tussen Rhenen en Leersum". Het moertje zou dus naar een nieuw onderkomen voor zichzelf en het kroost dat ze verwachtte moeten omzien. Na een paar weken kwam manlief toch weer opdagen. Over een maand zouden dejongen egboren moeten wor den. Een paar weken en dan zouden de prinsjes en prinsesjes al voor het hol aan het spelen zijn. Daarom sleepte ze het jaar er voor de welpen naar de nieuwe woning onder die Amerikaanse eik. Daarom ook haalden de boswachter en zijn helpers dicht bij de grindweg op een plek waar ze dachten dat de moervos met haar welpen zou zitten een hele berg dode kippen uit dalt hol en moest de teckel op een nieuw spoor gezet worden. Nóg verwonderlijker was het dat bij die eerste wrang bleek dat géén van die kippen van eigenaars uit de directe omgeving van het hol waren. Ze haalde ze kilometers verderop weg. In de cultuursteppe van de mens is geen plaats meer voor onze oranjebrui ne vossen met hun bepluimde staart en zwarte buitenkant van de oren. Of de boeren en de boswachters het nou goed vinden of niet, ik geniet altijd bij het zien van een vos. De jonkies zijn in één woord gezegd schatten. En ze doen ook veel goed door het vangen van muizen dat hun hoofdschotel is. SCHERPENZEEL De gemeente raad van Seherpenzeel vergadert woensdagavond om half acht. Op de agenda staan de volgende punten: Installatie mevrouw W. M. de Ou- den-Romijn; vaststelling notulen verga dering 7 oktober 1970; ingekomen stuk ken; benoeming lid Algemeen Bestuur BejaardencentrumGarantieverlening hypotheek krachtens art. 63 der Wo ningwet; beschikbaarstelling krediet bouw nieuwe Holevoetschool; aankoop 2 percelen grond in het bestemmings plan „De Maatjes"; Garantieverlening op comptabiliteitsbesluiten Regionaal Werkplaatsschap Amersfoort en Omge ving; vaststelling gemeenterekening 1968: naamgeving nieuwe gemeente: aanbieding gemeentebegrotingen 1971: benoeming begrotingscommissie 1970; bevordering heer L. Wisse van techn. ambtenaar A. tot Directeur Gemeente werken; beschikbaarstelling éénmalige subsidie aan de Ver. „Oud Seherpen zeel" i.v.m. uitgifte boek; vaststelling kosten openbaar onderwijs over 1969 (bedrag per leerling); voorstel tot aan koop pand Dorpsstraat 244 en 246; uit kering gemeentepersoneel 400.- in 1970); beschikbaarstelling krediet in richting 4e klas kleuterschool Beuken laan; reorganisatie reinigingsdienst; voorstel tot aankoop van het gebouw Beukenlaan 17 (voorheen „Fortissimo"; voorstel tot aankoop en verkoop grond t.b.v. sportterrein Eikenlaan; bespre king verzoek voetbalvereniging S.V.C. inzake sportaangelegenheden. ELST Eist zal op 28 november be zoek krijgen van St.-Nicolaas en vier Zwarte Pieten. Dit jaar arriveert de Sint niet per boot vanaf Rhenen, maar zal de Goedheiligman zijn tocht per paard maken. Het gezelschap, begeleid door het muziekkorps OBK uit Rhenen zal vanaf drie uur in Eist de volgende route ma ken: hoek Veenendaalseweg, Zwijns- bergen, Franseweg-Woudweg-Beatrix- straat. In de Beatrixstraat wordt het gezelschap een officiële ontvangst be reid. Vervolgens gaat de rijtoer langs de Schoolweg-Franseweg-Rijksstraat- weg tot hotel De Stuyvenberg. Tevens heeft de Contactgroep van winkeliers een St.-Nicolaasactie geor ganiseerd, waarbij de koper voor iedere bestede gulden een bon ontvangt. Bij inlevering van vijftig bonnen, op een vel papier geplakt, komt men voor een speculaaspop in aanmerking. Tevens kan men met een volgeplakt vel mee doen aan een verloting, waarvoor prachtige prijzen beschikbaar zijn ge steld. Deze prijzen zijn uitgestald in de etalage van woninginrichting Wijkniet aan de Rijksstraatweg. Volgeplakte vellen kunnen t/'m maan dag 7 december worden ingeleverd. De trekking vindt plaats op woensdag 9 december 's avonds om 7.30 uur in de muziektent aan de Beatrixstraat. Hoe onervaren de mensen die zich vogelvriend noemen zijn en soms toch al heel wat van de vogelwereld afweten, als het zeldzame zwerfgas- ten betreft, ontdek ik bijna dage lijks. Zo werd mij al vele malen ge vraagd „of ik al iets over notenkra kers gehoord had". Dat ze er nog niet zijn en het nu zo langzamer hand wel zeker groten dat zein ie der geval niet in grote getale_ komen opdagen bemerk ik wel aan de kranten. Een notenkrakersinvasie als ip 1954 en 1968 wordt als iets heel bij zonders ervaren. Je moet ook wel eens lachen op de reacties. Er werd vermeld dat dit kwam door een mi soogst in Rusland. Meteen waren er lieden die daar politieke munt uit gingen slaan. Met „de graanschuur van Europa" zou het wel loslopen maar die mi soogst betrof slechts de vruchten van de Arveden waarvan die noten krakers uit Siberië in hoofdzaak le ven. De zaden zijn wel zo groot als bruine bonen met harde schil. Ze kraken bv. even gemakkelijk hazel noten stuk als wij dat tussen de deur doen. Het zijn prachtige, grote kraaiach- tige vogels, overwegend okerbruin met witte punten aan de veren dus gespikkeld, verder wat zwart op de kop, de vleugeltoppen en staart heb ben bovendien een witte zoom. De Siberische soort die dan bij ons ver zeild kan raken heeft een scherpe, dunne snavel. Ze zijn opmerkelijk tam, maar dat komt omdat ze ge woon het wezen mens niet kennen. Ik heb in Achterberg waar hon derden exemplaren voorkwamen in 1968 wel tot op een meter afstand van een voedselzoekende notenkra ker kunnen komen. Waar die allemaal gebleven zijn. In maart 1969 waren er nog een paar in de duinstreken. De rest zal van honger omgekomen zijn. Het waren merendeels onervaren eerste jaars, dus jonge vogels. Het is in Siberië uitgesproken een standvogel en hoe ze de weg terug zouden moeten vinden is zelfs bij de vakgeleerden niet geheelbekend. En hier is voor zo'n „vrije vogel" ge woon geen plaats. Ekster op voederplaats VEENENDAAL Morgenavond om half acht begint in de sporthal aan de Sportlaan de jaaruitvoering van de gymnastiekvereniging Sparta. Het be looft een heel turnfeest te worden ge tuige het uitgebreide programma. In Spartakringen is men bijzonder ver heugd over het feit dat men ditmaal niet angstig behoeft te zijn voor regep en andere nadelige weersinvloeden, want in het verleden is menige uitvoe ring letterlijk en figuurlijk in het wa ter gevallen. Het programma, vermeldt vele onder delen. Na de massale opmars komen de kleuters, de jeugd en de dames en he ren aam bod met oefeningen op hinder- nisbaan, rollen en springen, ringen voor dames en klassikaal evenwichtsbalk. Verder „trim door gym" voor huis vrouwen, kastspringen voor meisjes, vrije oefening voor jongens, hoog brug en brug-ongelijk voor heren en dames, lange mat, ritmische oefening voor meisjes en springtafel voor de heren. Er is lang en stevig geoefend om dit turnfestijn tot een succes te maken. Mevrouw Vaartjes-Jacobs, de heren F. Leppers, H. Roelof sen en de heer W. Vaartjes, die tevens belast is met de algemene leiding, hebben er alles aan gedaan om hun pupillen fraai turnwerk te laten „showen". SCHERPENZEEL Ten behoeve van de toekomstige doorbraak van de Vijverlaan naar de Dorpsstraat, willen B. en W. van Seherpenzeel de panden Dorpsstraat 244 en 246 kopen, om ze vei-volgens te kunnen slopen. De panden zijn eigendom van mej. J. Valkenburg. De doorbraak zal plaats hebben xin het kader van de uitvoering van het bestem mingsplan Dorp. De gemeenteraad be slist woensdagavond. SCHERPENZEEL De heer M. Ip- renburg te Seherpenzeel is aan de rijks universiteit te Utrecht geslaagd voor het examen semi-arts. SCHERPENZEEL Het definitieve plan voor de bouw van een nieuwe Hole voetschool is goedgekeurd door de bouw kundig hoofdinspecteur. Ook de urgen tieverklaring is afgegeven, en alleen het I afwikkelen van de financiering rest nog. B. en W. van Seherpenzeel vragen de gemeenteraad de benodige gelden beschikbaar te stellen. Een geldlening is al bij Gedeputeerde Staten aangevraagd. De architect heeft het bestek met teke ningen gereed, zodat met de bouw kan worden begonnen, zodra het geld ter be schikking is. voor Vaenondaal 17.30 uur 10550 1 Zatard. v. 16.30-17.30 m. Voor Rhanan 3328 Nwa Vaenendaalsawag I59

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1970 | | pagina 5